This is a digital copy of a book that was preserved for generations on library shelves bef ore it was carefully scanned by Google as part of a project
to make the world's books discoverable online.
It has survived long enough for the copyright to expire and the book to enter the public domain. A public domain book is one that was never subject
to copyright or whose legal copyright term has expired. Whether a book is in the public domain may vary country to country. Public domain books
are our gateways to the past, representing a wealth of history, culture and knowledge that 's often difficult to discover.
Marks, notations and other marginalia present in the original volume will appear in this file - a reminder of this book's long journey from the
publisher to a library and finally to you.
Usage guidelines
Google is proud to partner with libraries to digitize public domain materials and make them widely accessible. Public domain books belong to the
public and we are merely their custodians. Nevertheless, this work is expensive, so in order to keep providing this resource, we have taken steps to
prevent abuse by commercial parties, including placing technical restrictions on automated querying.
We also ask that you:
+ Make non-commercial use of the files We designed Google Book Search for use by individuals, and we request that you use these files for
personal, non-commercial purposes.
+ Refrainfrom automated querying Do not send automated queries of any sort to Google's system: If you are conducting research on machine
translation, optical character recognition or other areas where access to a large amount of text is helpful, please contact us. We encourage the
use of public domain materials for these purposes and may be able to help.
+ Maintain attribution The Google "watermark" you see on each file is essential for informing people about this project and helping them find
additional materials through Google Book Search. Please do not remove it.
+ Keep it legal Whatever your use, remember that you are responsible for ensuring that what you are doing is legal. Do not assume that just
because we believe a book is in the public domain for users in the United States, that the work is also in the public domain for users in other
countries. Whether a book is still in copyright varies from country to country, and we can't offer guidance on whether any specific use of
any specific book is allowed. Please do not assume that a book's appearance in Google Book Search means it can be used in any manner
any where in the world. Copyright infringement liability can be quite severe.
About Google Book Search
Google's mission is to organize the world's Information and to make it universally accessible and useful. Google Book Search helps readers
discover the world's books while helping authors and publishers reach new audiences. You can search through the full text of this book on the web
at|http : //books . google . com/
ÜNIYEIWITT
Digitized
by Google
Digitized
by Google
Digitized by
Google
VfiRZAUËLIi\(J
VAM
•StnttCKELflK
DE ST4D Eli HBIIERU
^8 Mtertogenbosch^
-f
SftERT0GE7«eOSCn,
P. ««Tan VI 9.
Digitized by VjO(
Digitized
by Google
VBRIAIELIN6
IRONYKBN, CHARTERS M OORKONDEN
DE STAD EN HEUERU VAN '8 HIRT0GE1IB08GH.
Digitized
by Google
Digitized
by Google
VRRIAHKIING
umm, mmm m oomoien
BBTEBK.KBL1JK UK
STAD EN I8U8RU VAN 'SHRftTOfiRNBOSCH,
3MX)R
Db. e. R. HERMANS.
Mti^tgcimi ^00r \^ ftnmmi #fitMt«(l^ san Awtitrn rn
EewBie MBe^9.
Eoj?jL
'sHERTOGENBOSCH. P. STOKVIS.
1848.
Digitized
by Google
Digitized by
Google
IJ
/4S a-Pt
/.7
INLEIDING.
Weinjj^y zeer weinig is wegens de schrijrers der kro-
nyken bekend, wier oordeelkuiidige uitgave den leden van
het Noord-Brabandsch fienooUchap wordt aangeboden. Dit
weinige, bg een over»gt der gebezigde bandscbriften, zal
den inhoud uitmaken dezer inleiding.
I. Aellierta» Caperiiias*
Volgens zigne eigene getuigenis in A^,prologe zijner kro-
nyk was Albertus Cuperinus te 's Hertdgenbosch geboren,
was in de Latijusche taal bedreven, blijkens de door hem
gebezigde werken, en daar hij zich hruêder noemt, zoo
geloof ik 2 dat big Minderbroeder of ten minste een kloos»
tergeestelgke zal geweest zijo. Dat bij bij bet zamenstel-
len dezer kronyk met oordeel, te werk ging, blijkt almede
uit de prologe, als waarin bij zijne bronnen tot waai^
borg aanvoert De dooc bem aangehaalde kronyken van
Mr. Peter van Os en BIr. Willem Mooi zijn thans nog
voorhanden, en zullen in deze Ferzameling van Krom/^
ken plaats krijgen; maar de kropyk van Adiïaan de Ruy-
ter is tot. du9 v^r gphepl oivbel^pnjl. ,, ,f . ^ i- -
C. ^ ■ ' ' . j^^
/At^'l^
Digitized
by Google
II. INLEIDING.
Van Guperinus kronyk bestaan menigTuldige afschrif-
ten, cenige van welke wij beschreven of opgegeven heb-
ben in het Getchiedk, Mengelw. over Noord-Brahandj
dl. I, blz. 193 — 201. De navolgende zijn bij het ter
perse leggen dezer kronyk door ons geraadpleegd en met
elkander vergeleken, gelyk in de aanteekeningen aan den
voet der bladzijden blijken kan. Op het voorbeeld van
andere oordeelkundige uitgevers is elk afschrift met de
eerste letter van den naam des bezitters aangeduid, op
deze wijze;
V. De heer Fred. Verachter, oud-bibliothecaris, thans
archivarius der stad Antwerpen, van wien ik zgo etem*
plaar in 1840 op ëéne zeei' Hnerpligtende wijze ten ge-
schenke mogt ontvtUigen, ëtf dat ïesCètiid is om ter eeni-
niger tijd de boekerij vaü bèt Genootschdp te versieren.
B. Het tweede handschrift berust in de boekerij van
den hoog welgeboren heer baron R. van Breugel, staats-
raad , te \ Gf avenhage,
G. Een gebrekkig en onvolledig afschrift, voor kor-
ten tijd door het Genootschap aangekocht.
W. Deze kronyk is mij gedienstig ten gebruike toege-
staan door den beritter, den heer H. de Wijs, oud -lid
der gedeputeerde staten van dit gewest, die dezelve ia
1836 bij koop verkregen had uit de nalatenschap van
den heer F. X. Loutermans, in wiens verzameling zij ins-
gelijks bij koop was gekomen uit At nalatenschap van
den Meijerijschen historieschrijver Mr. J. H. van Heurn.
Uit eene bladz. 57 bijgevoegde aanteekening van rjjne
hand blijkt, dat hij dezelve 'Werkelijk bezeten en gebruikt
heeft.
A. Het afschrift k, ts mij t)p eené even zoo vëipli^
tende wjjse terguod doot dèb heet Hr. J. Ackeradyck,
Digitized
by Google
IKtKlDING. lU.
hoogleeraar te Utrecht, hem aangekomea uit de nalatea-
schap yan zijneo vader, den heer Mr. W. C. Ackersdjck.
V. In 1838 kocht de bibliotheek -commissie des Ge-
nootschaps eeoen HjvigeQ codex aan op de boek ver koo-
ping van den heer C. S. Flament, in leven bibliotheca-
ris der koniokKjke boekerij te ^sGravenhage (1), die den-
zelven verkregen had uit de verzameling van den Lea-
venschen rector magnificus J. F. van den Velde, op wiens
Catalogue des Livres rares et prédeux [Gandy 1832)
hij t. II, pag. 703, n". 15317, gemeld wordt.
Beschouwen wrj thans elk handschrift uit een biblio-
graphisch oogpunt en beoordeelen wij de betrekkelijke
waarde van allen.
Handeehrife V. Wt handschrift, in een' perkamenten
band gebonden , is op schrijfpapier in quarto met eene
dnidelijke en goed leesbare hand van de zestiende eeuw
afgeschreven en bevat 69 dubbele, dus 138 enkele blad-
zgden. Uit de uitlatiqgeo (hiatue) en schrgffouten, voor-
al in enkele- Lat^psche woorden, schijnt het een afschrift
te zijo, zoodat het eigetihandig werk van Cuperinus voor
als nog onbekend is. Ik heb dit handschrift tot grond-
slag mijner vergelijking genomen en ook laten afdrukken,
omdat hetzelve het oudste was, als . blijkbaar reeds in
1565 afgeschreven 9 ea dus het naaste zal komen bij de
spelling van Cuperinus^ die in de overige copiën merke-
lijk vei^schik; ook omdat vele kleinere bijzonderheden hier
omstandiger. beschreven zijn dan in de overigen, zoo als
men in de aanteekeningen op den tekst hier en daar zal
aangemerkt vinden. Uit enkele bijzonderheden, die in
geen ander afschrift voorkomen, zou men mogen vermoe-
(i) Op dient caUlo(Ut {*iffa^e, 183S) voorkomendo op bladt. 184,
Digitized
by Google
TT. INLltIDIir«,
deo, dat de afschrijver zich Dtet uitsluitend bij het co-
piëreD bepaald, maar er die bij eigeoe bevinding bgge-
voegd heeft.
Achter deze kronyk volgt fol. 70 — 79 met dezelfde
hand: Die Chronycke vander êtat van Antwerpen^ int
corte van Brabante [sic] it/den off tot keiter Carolus
die vyfHe, Op het schutblad staat deze
fiOEDKEÜRIMHE.
»Z>^ Chronycke tal mogen gedrucht worden: en. .aA-
hoewel het veele eaeken beheUt, die in andere wgtloo^
piger verhaelt worden y daer êyn sommige dingen in 9
de welche in andere niet beschreven syn,
»iS. 7*. ei J, ü. L, pastor hegg. Antv., lib. eens.*'
Welke goedkeuring alleen sch^nt te slaan op de Ant-
werpsche kronyk, die, zoo ver ik weet, nimmer gedrukt is.
Handschrift B. Het afschrift van den baron Tan
Breugel, mede in een^ perkamenten band gebonden en op
quarto schrijfpapier afgeschreven, bevat 106 dubbele of
212 enkele vol geschrevene bladzijden, waar achter nog
wel even zoo veel wit papier gebleven is. Tot fol. 81
vso. is het werk door ééne hand, mede uit de zestiende
eeuw, gecopieerd, terwijl het volgende van het jaar 1568
en 1559 (zie bladz. 141 — 143 der afgedrukte kronyk)
van eene andere hand is. Hierop volgt eene naamsop-'
gave der schepenen van 's Hertogenbosch van 1559 tot
1629, met geschiedkundige aanteekeningen wegens het be-
noemen van die ambtenaren, doorvlochten met eenige be-
rigten, welke wij bladz. 143 — 150 hebben doen afdruk*
Digitized
by Google
I1II.BIDIH«. y,
ken. Op hét eerste fol. heeft R. vao Brouchoven zijnen
naam eigenhandig geteekend.
Zoo wij de handschriften V. en B. vergelijken, zien
wg» dat de titel, hg Y. Toorkomende, bg B. is wegge-
laten, dat beide overigens nagenoeg dezelfde zijn, doch
dat B. soms in eene andere orde de berigten vermeldt,
als die bij Y. voorkomen.
Dit handschrift is ons van zeer veel dienst geweest,
om den hier en daar bedorven tekst van Y. te verbete-
ren en er uit aan te vullen, wat daar ontbrak. Uit dien
koofde zgn beide copiën doorloopend vergeleken, en wat
bi} B. vollediger of naauwkeuriger voorkwam, is er uit
ingevuld en in de aanteekeningen opgegeven. Yerschil-
lende spellijogen zijn echter over het hoofd gezien, tenzij
de historische kritiek er de aanteekening van vorderde.
Handschrift <*• Deze copie voert den volgenden titel:
F'afU hegin der Fundatie ^ 1184. Beechryvinge der
Stadt e* Hertogenhoeeehe en, wanneer die gejnndeert ie
tnet hare kerehen, kapellen^ clooeteren en, godtehuyeen^
900 van mannen ale vrouwen; oock hoe die etadt ge-
deylt wordt in negen bloeken oft wyken$ noch van alle
prelaten ende prelatereeen^ clooeteren^ steden en, dor-
pen, residerende onder die voors. stadt $ noch vande
quantiteyt 'en. grootte van loopensaten^ vatsaten, mud-
seUen^ bunderen, sylleny mergens; oock vande grootte
van haere moeten, soó wel binnen der stadt als in
haere meyerye; vanden penningen in der heeren chyns-
boeeken begrepen en. vande brette van alle hare wegen
en paden; mitsgaders van alle hertogen en, hertogin-
nen by name en. toename, van haere afcompste, wat
privilegiën, charten en. ordonnanfien elck heeft gege-
ven die vanden Bossche, wat sy voor ridderen, o-fficier
Digitized
by Google
▼I. iH&siomo.
ren en magistraten al hebben gehadiy ooeh by namen
en. toenamen geinsereert; mitegadere van alle geeekie-
denieeen van dien, beginnende van hertogh Bendriek,
eoone van zaliger hertogh Godeoaert ^ tyden aff^ ini
iaer one Heeren 1184 tot den iaere toe^ dat den les-
ten troebel binnen der voore. etadt was; met grooie
neersticheyt by een vergadert en. seer profitelye en.
vermakelyckf om te leeen.
Deze copie is met eene onduidelijke hemd op het laatoc
der zestiende eenw geschreven, en bevat 88 bladz. ïd
quarto, loopende van de stichting der stad tot aan het
jaar 1516. Daar in den titel echter gezegd wordt, dat
zij gaat tot den laatsten troebel binnen 'sHertogenbosch,
en dus tot 1579, zoo zijn van deze copie denkelijk een
paar caternes óf vefloi*en óf zij is niet verder afgeschre-
ven. Het eerste caterne eindigt met het jaar 1248 en
het daaropvolgende begint met het jaar 1326, een klaar
bewijs, dat hier een gedeelte weggeraakt is. Wij hebbeD
zeer weinig gebruik gemaakt van dit door watervlakken
en uitscheuringen deerlijk gehavend manuscript, en het
voornamelijk dan geraadpleegd en aangehaald, als de an-
dere exemplaren ons in verlegenheid lieten. De opgave
der oude mannen- en vrouwenhuizen en het aantal der
daarin verpleegden verschilt nog al van de overige co-
piën van Cuperinus, en zou met vrucht kunnen worden
vergeleken door iemand , die eene volledige béschrijviog
dier instellingen wilde geven.
Handschrift W. Men heeft tot dus ver niet geweten,
dat de kronyken G. , W., A. en F. de vermeerderde en
vervolgde jaarboeken waren van Albertus Cuperinus. Door
vergelijking is mij dit echter thans boven alle bedenking
gebleken. Ten einde Cuperinus buiten vreemde inmenging
Digitized
by Google
te houdea es lev.eos ciaca te verwaarloozeOy wat de af-
schrijvers er ia gevtoohteo babben, zija bladz. 150 toC
269 de toevoagsds medegedeeld, voorkomeDde 'm het
faandschiift vao den beer. De Wijs, doorloopend ver^l^
ken met dat vaa den heer Ackersdijck, Iwèe oopiiën, welke
Hmar zeer weinig van elkander verschillen en dus als
dochters van deselfde moeder te besebouwen zgn. DeM
toevoegsels verhoogen zeker de waarde van Cuperinos ge^
schiedwerk, terwijl het vervolg, loopende van 15W tot
1579 van des te meer belang is te achteo, omdat d^
merkwaardige gebeurtenissen van die wneUge dagen door
een' ooggetuige worden medegedeeld.
Dit blijkt uit de woorden » waarmede hij aldus agne
kronyk eiodigt: »Soe die oorloghe met baer [den vrede
iran Keulen] noch nyet op en hout, macbmeo daer afi
vorder scbryven byden gheenen daer aff kennisse hëfae*
bende/' (Zie kronyk bladz. 352.)
Wie de krooyk van Cnperinus vervolgd heeft, bleef
mi) onbekend. Zijne vrgmoedigbdul , gematigdheid ea
waarheidsliefde blijkt uit elke bladzijde. Aan deze ka*^
raktertrekken des onbekoiden mans hebben wi} eene me*
nigte plakaten , pubUoatiën , ja zelfs sohimpdichijes te
danken, die zonder hem zeker waren verloren gègaao.
Be schrgver was blijkbaar zeer ingenomen met de tegen-
kantingen, waaraan Philips II en zijn bestuur ten dod
stond, doch of hij ook overbelde tot de Hervormde ge»>
loofsleer blijkt niet, wel, dat bij zeer gematigd omtrent
de denkwijze van anderen was, en onderscheidt zich b]^
20O gunstig boven velen zijoer tgdgenooten, die Gode
meenden te behagen, met htmne in staats* en keik-b^
stnar anders denkende medeburgers te vuur en te zwaard
te vervolgen, ea dezelve met de donkerste kleuren in
Digitized
by Google
TIU. INLKlDIIfG.
hnnne schriften af te malen, zoo als zd6 in deae F%r*
sameling van Kranyken maar al te aeer blaken sal.
Omtrent den afschrijver bleef ons ondersoek eveneens
vmchteloos; want dat de schrijver tevens de afechrijver
zoa wezen, is niet te denken, zoo om het nette van bet
schrift, als om de geiliustreerde voorletters, waarmede
de aanvang van de meeste geschiedenissen der ondó^
scheiden hertogen versierd zijn. Deze voorletters toonen
inderdaad, dat de copiïst het ver in de calligraphie of
penndLimst gebragt had, en deze kronyk is als gedenk-
stuk van die meer en meer verouderde kunst goud waard.
Dit afschrift eindelijk bevat 168 bladen of 336 bkd«
zgden in folio schrijfpapier. Folio 1 — 5 behelst eene
korte stads -bescht^ ving; vervolgens folio 6 — 137 de
kronyk van Cnperinus met invoegseb en eindelgk folio
188 — 168 het vervolg der kronyk, zgnde het hand*
schrift in zeer goeden staat en in perkament gebonden.
Handsehrift A. De copie van den heer Ackersdyck
bevat 78 bladen in fol. schrijfpapier, in een^ halven per-
kamenten band gebonden, met eene goed leesbare en dui-
delijke hand geschreven, doch de copiïst volgt eene ge-
heel eigendunkelijke slechte spelling, en schroomt niet
verscheidene plakaten, en onderscheidene bijzonderhedefi
wegens de godsdienstwoelingen te verminken of geheel
weg te laten. De heer Ackersdyck is van oordeel, dat
een Katholgk dit afschrift gemaakt heeft. Ik voeg er bij,
. dat hij een ongeletterd man was, die zelfs geen tien re-
gels redekunstig wist te boek te stellen. Die zich daar-
van wil overtuigen, sla slechts bladz. 353 dezer krony-
ken na, of hij leze den titel, van den volgeoden inhoud:
Copjfê van begynen der Fendatye^ 1184. Betphrjf
vengê vandêr Siadt van ShartQgenhoê$ehe ende wanner
Digitized
by Google
INLKIDING. IX.
dgê gefondtrt U met hare kercken, capeUmty cloeHeren
ende godUkHffeen, eoê pan mannen ende vrouioén; oiek
hoe die êtadt gedeelt word in negen blocken ofte wyo-
kên^ naek van alle prelaten ende prelatereeny claete-
fnan, êieden ende dorpen^ reeenderende . onder die voere.
stadt; noch vonder qualyentyt ende grot te vande lopenr
saten, vaeteaeteny nuuUaeten, hoenderen ^ eyllen^ mer-
ffene^ oik vande groote van hare maeteny eoe wel kynr
nen der etadt alt in hare meyerye; vander pennyngan
in die heeren ehynehoeeken begrepen^ ende vande breete
^9an' allen hare wegen ende paden; mytegadere van
alle hertogen ende hertogynnen, by name ende toenor
ffié, van hare affeomete, wat premUeyenj eharten ende
mdenaneyen elek heft gegeven die vanden Boeeehe^ wat
sy voor rydderty ojffyeyeren ende magyetraten al heb-
hen gehaty ouJt by namen ende toenamen geyneerert;
mytegadere alle geeehyedenieee van dien begynnede van
hertoeh Handryeky eone van ealiger hertooh Godenaert^
tyden af^ int iaer ons Heeren duyeent een hondert en^
de vier en taehtentyeky toiten iare toe^ dat den Iseten
truUkel bynnen den vore. etadt was; met groote neer*
etycheyt byeenvergadert ende eeer pro/ytelyek ende ver*
maeekelyeken te leeen.
Se TooriaatBte bezitter ^ Mr. W. C. Ackèrsdyck, lieeft
in 1780 de navoIgeDde aanteekening er voor geplaatst:
»])e heer en Mr. J. H. van Heurn meldt in zijne Bie^
torie der Stad en Meyery van *e Hertegenhoeohy ge-
drukt te Utrecht, 1776, in de voorrede voor het eerste
deel, bladz. xxvi en xxvir het volgende: »De pensiona*
ris van 'sHertogenbosch, Mr. Antonj Martini, heeft mij
goedgunstig op m^n verzoek een geschreven Krimyk van
de fundatie ende begin der Stad '*e Hertogenboeeh ge-
Digitized
by Google
X. IMLBIOIHC.
leend. Zij begiet met den oonproog dier .stad en «n-*
digt met het jaar 1570. Bg ondersoek denselver, is un^
die getronw voorgdLomen; veele zaaken, die ik Boch in
Mollii Aimales, noch in de andere kroojk," te weet^,
daar hij evea te voren van gesproken had, nrinde, heb
ik er in ontdekt." Deze kronyk wordt in zijn werk ook
zeer, dik wijk aangehaald. Uit stukken , mij door den heer
pensionaris nit deze zgn kronyk medegedeeld en voor m$
uitgeschreven, is mij gebleeken, dat die dezelfiie ais deeee
volgende is, en dat zij zeer wijnig verschillen: dus mcia*
gen de woorden van deo beer Tan Heum tot lof denel«>
▼er, hier boven aaiigebaald, ook op deeze worden toe»
gepast. Dat dit afichrift ook slechts een naschrift zg,
blgkt uit de woorden Coptfe nmn hegynne der Funia^
#ya, 1184, welke op den tjtel staan; het is na den
jaase 1629 geschreeven, naardien de afschrijver op blz.
78 met dezelve band en inkt een verbaal van het ovei^
gaan der stad in dat jaar geplaatst beeft, doch uit de
wijze van verhaal eo de spreekmanieren schijnt nv% toe,
dat zulks kort na dien tgd gesdiied zi); ook kan men
er uit op maaken, dat het den schrgver niet aangenaam
was, dat de stad ingenomen was, alzo hij dit met eene
bitsheid tegen de Staatse en genegenheid yoor 'sKonings
zijde voortbrengt en er op \ eind bijvoegt: v^God be-
teriT' en dat hij dus een Roomsch Catholijke en Spaans-
gezinde geweest zg. Dit stuk werd in den jaare 1723
bezeeten bij eenen J, B. van laffoirden, zo als uit óen
tytel bl^t, en dezelve Yan Aaffoirden was dijkachi^ver
te Empel, zo als uit bladz. 81 omgesL te zien is. floe
het verder met hetzelve vergaan zij, weet ik niet, dech
laatstelijk was bet in handen van den heer Corneli||^
Wgs, koopman in wgaen' en blokmeeMer van den blok
Digitized
by Google
IKLIII^IlfC. XI.
van de markt te 's Hertogeobosch , die het aan nqnen
▼ader aanbood, welke het aaDDam en kort daar na aan
mg gaf.''
HanJbekrift 9. Jatftboekm van '^Baseh, 698-1594,
zoo ak met gouden letters op den roggeband staat van
liet handschrift van Flament, waarvan wij reeds in hel
Geschiedkundig Mengelwerk over Noord -Br aband, dl.
I, bladz« 197, 198, gesprok^ hebben.
De geleerde Benedictöo^ monniken Martène en Durand
Tonden op honne tweede wetenschappdiijke reis door Bel*
gie in 1716, in de abtdg van Tongerlo, belangrgke hand-
schriften, waaronder bgzonderlgk eene historie van 's Her-
togenboBch hanne aandacht tot zich trok (1). Wat van
dit werk, bi} het opheffen dier abtdij geworden is, vind
tk niet vermeld. Denkeb^ is deze kronyk in de rfke
bibliotheek van den heer Van de Telde gdkomen. In dit
geval is het Tongerlosefae afschrift thans het eigendom
van de Provinciale Bibliotheek, door het Genootschap op
de boekverkooping van den heer Elament aangekocht, zoo
als w^ boven berigtten.
Bg éene naauwkeurige vergelijking dezer jaarboeken
met de kronyk van den heer De Wijs, bleek het ons,
dat dezdve niets meer zijn dan eene copie van die kro-
nyk. Men heeft boven aan elke bladzijde jaartallen ge-
schreven, en daaronder gebragt, hetgeen de kronyk op
elk jaar opgaf: hierdoor is dit afschrift raim voor de belft
in blanco gebleven. Men heeft dit afschrift aldus inge-
rigt, om er bijzonderheden van elders in over te boeken,
die er menigvuldig in voorkomen, en dit afschrift daar-
om in ons oog «mschatbaar maken, omdat het mg niet
0g- ColkciioH de Chroniques belges inèdites, 1836, t. I, pag. S5 de
l^iatroduciioB.
Digitized
by Google
XU. HfLllDIHG.
is voorgekomen, dat daarvan elders gebruik is gemaakt.
De berigten bijv. wegens het oproer te *s fiertogenbosch
in 1476 z^n zoo uitvoerig beschreven, dat het verhaal
van dien opstand bg Tan flenm geboekt (1)^ daaruit
een nieuw Hcht verkrggt, gelgk de lezer zien kan in
het Vijf^en-tvnntigjarig Kronykje^ dat in voornoemd
Mengelwerk^ a, I, bladz. 201 — 234, met eene Neder-
duitsche vertaling is afgedrukt. Enkele charters in zgn
geheel geplaatst, bevelen dit handscfarift verder aan. De
overige inlasscfaingen hebben meestal betrekking op het
stichten van kloosters en godshuizen en leveren welligt
nog nieuwe bouwstoffen voor deze, het Christendom ken-
merkende inrigtingen. Deze echter zgu letterlijk afge-
schreven uit handschriften, welke het Genootschap in
het vervolg zal uitgeven, vocMral uit de Annalia Civir
tatie Buêcoduoeneie ah exordio eivitatie ueque ad on-
nutn 1550. Doch van grootspraak mag men den bezit-
ter niet vrij spreken, die heeft kunnen goedvinden, om
op den rug des bands in gulden letters te doen plaat-
sen, dat deze jaarboeken met het jaar 698 aanvangen:
alles toch wat vóöi de stichting van ^s Hertogenbosch
(1184?) is geboekt, is uit gedrukte werken overgenomen
en bevat nog geene halve bladzijde. Ook mag 'den af-
schr^ver niet vergeven worden, dat hij den tekst hier en
daar verminkt heeft. Aan onbekendheid met de zoo nuttige
penningkunde moet men het toeschreven, dat de a&chrij-
ver de evaluatiën der gangbare penningen, onder Karel
den stoute en Maximiliaan vastgesteld, heeft overgesla-
gen, zoo dezelve althans voorkwamen in het handschrift,
dat hij nageschreven heeft. Deze evaluatiën komen in
het afschrift van den heer De Wgs voor. De penning-
(1) HisioriB der Stad en Heyenj , dl. I, bladx. 365, 306.
Digitized
by Google
UfLKIDING. XIII.
kundige Heylen heeft daarvan in zijne prijsverhandeling
over de Nederlandsche munten en muntplaatsen (1) een
nuttig gebruik gemaakt. Hij vond die in het Kronyhje
van ^ê Hertogenhosch van de jaren 1312 — 1517, voor
eenigen t^d uitgegeven door den heer Willems (2) naar
het afschrift, dat Heylen daarvan in 1785 gemaakt had,
doch daar hij die evaluatiën reeds in een kwarto boek
had afgeschreven, verwijst hij den lezer derwaarts. Hier-
door was het aan den heer Willems ondoenlijk, die stuk-
ken tevens in het licht te geven, gel^k wij in deze kro*
nyken gedaan hebben.
Bg den afdruk van Guperinus kronyk behoefden wij
zeer zelden onze toevlugt te nemen tot het afschrift van
Flament, terwijl voor de vervolgde kronyk de dienst lut-
tel was. Het weinige, wat wg meenden over te moeten
nemen, komt bladz. 354 — 895 voor: de overige brok-
stukken zullen vergeleken worden bij de uitgave der kro-
nyken waaruit die genomen zijn.
Hiermede meen ik genoeg gezegd te hebben, zoo wel
wegens den schrijver en zgne vermeerderaars, als wegens
de door mg gebezigde kronyken. Mogten in de menig-
vuldige copiën, welke van dat geschiedwerk in openbare
boekergen en onder partikulieren berustende, meldings-
waardige aanteekeningen of verbeteringen voorkomen, die
der uitgave waardig zgn, zal het bestuur die, daarvan
kennis krijgende, gaarne opnemen in de genootschappe-
Igke Handelingen.
(1) Geplaatst in de werken der Academie yan Brussel, V dl.
(9) Belgisch Museum voor de Aed. Tasl- en Letterkunde en de 6e-
sd^ieduns des raderlande (Gent, 1889) m dl., bUdi. 78—93, OTergo-
dnikt in het Geschiedk, Mengelw,, dl. I, blads. 231—294.
Digitized
by Google
XIT. mLiiDivr
II. Hejrinannii» Tolelit ab Ant-IIiiesde».
ToeD ik in 1842 de archieven der stad 's Hertogen-
bosch, wier verzorging de achtbare Raad m^ had aan*
vertrouwd, begon te rangschikken, viel mijn oog op eenen
zeer gehavenden foliant, waarvan de titel mijne belang*
stelling opwekte. Uit denzelven bleek mi), dat Mr. Hey«
mannus Yoicht ab Aut-Huesden, licentiaat in beide regten
en advokaat-iiscaal bij bet bisschoppelijk hof (curia) van
's Hertogenbosch, dit werk geschreven en in 1581 plan bad,
om het te Breda uit te geven. Nieuwsgierig doorliep ik
de opdragt aan den, in de geschiedenis vooral van Bre-
da, bekenden krijgsman De Ilaultepenne, en de voorrede
aan den lezer. De opdragt vond ik opgevuld met lof^
tuitingen én op genoemden veidoverste én op de stad
's Hertogenbosch. Tot beter verstand van zijn werk en
tevens om eenige geschiedkundige bijzonderbeden, heb ik
het van belang geacht, om den titel, de opdragt en de
voorrede bladz. 511 en verv. op te nemen.
Het werk zelve doorbladerende, vond ik, dat zijn eer-
ste deel van fol 5 vso. lot fol. 136 vso., eene apoioge-
tiek der oude religie bevatte. Hoezeer dit gedeelte niets
behelsde, wat niet reeds door anderen gezegd was, be-
wonderde ik editer de menigvuldige aangehaalde plaat-
sen, zoo wel uit den bijbel als uit de kerkvaders, daar
men toch hoogst zeldzaam eene dergelijke belezenheid
van gewijde schrijvers bij een' regtsgeleerde, bij een'
leek aantreft. Hij zelf schijnt dan ook in de praefatio
met dit verdedigingschrift verlegen te zyn, althans hjj'
tracht zijne aanmatiging te verschoonen.
Digitized by
Google
INLKIMH6. XT.
Moedeloos had ik mgne oogen docNr die verhandeling
lateo gaan, toen mijne belangstelling bij het tweede deel
wederom gaande gemaakt werd, daar de scbrijyer mij de
Trucfaten van de nieuwe religie niet theoretisch maar
praktisch zon aantoonen: hij zou mg namelijk bekend
maken met de gebeurtenissen, die van den 4 October
1577 tot den 27 Jalij 1581 te *s Hertogenbosch en om-
streken hadden plaats gehad. Zelden echter heeft mg
het lezen van een handschrift zoo veel moeite gekost:
vooreerst hinderde mg zgn buitensporig onverdraagza-
me toon tegen allen» die met hem in godsdienst en
staatkunde van gevoelens verschillen; ten tweede moest
ik eene menigte bijbelteksten, verzen en aanhalingen uit
dichters ea proza -schrijvers der oudheid doorworstelen,
om te weten te komen, wat Yoicht, als ooggetuige, ge-
lijk uit zgne opdragt blgkt, zoo al in de Hertogsstad
gezien bad op eenen tijd toen niemand .vooruit kon zien,
of zij zich vóór of tegen Spanje, en dus vóór of tegen
Rome veriilaren zou. Het handschrift zelve vorderde de
grootste inspanning om de veelvuldige tttsschenvoegingen^
doorhalingen en slordig schrift; doch mijne nieuwsgierig-
heid noopte mg, om den iiber eeeundusj groot 160 blz.
in fol., gebed te doorlezen.
De berigten door den schrgver geboekt, kwamen mg
belangrijk genoeg voor, om die in deee p^erzameling
van Rrenyken op te nemen. Hierom moest dat geheele
geschrift worden afgeschreven en toen ruim de helft, als
geheel voor bet publiek van geene waarde, worden af-
gezonderd. Bij deze uit monstering is zorg gedragen, dat
de geest des schrgvers, benevens de kleur en voorstel-
ling van personen en zaken volkomen gebleven zgn. Wel
deed bet mg leed, dat zoo vele beschimpingen en belee*
Digitized
by Google
XVI. IMLBIOÜfG.
digingeD staatsmannen, die het vaderland vereert, wer-
den toegeworpen, maar ik begreep, dat ag zonder erger^
nis of aanstoot zouden kunnen gelezen worden door ieder
der Lat^nsche tale magtig. Op het voetspoor van zoo
vele oordeelkundige verzamelaars en uitgevers van hand-
schriften, die, in het belang der geschiedenis, partijdige
gesebritten niet op zijde gelegd hebben, oordeelde ik mij
geregtigd, om het tot heden onbekende werk van Ydcht
openbaar te maken.
Wie de schrijver geweest is of welke rol hij in die
kommervolle dagen gespeeld heeft, blijkt nergens. Uit
het thans uitgegevene weten wij, dat hij een regtsgeieerde
leek was en dat zijne moeder te Heusden woonde. Dat
hij bij de tegenstanders van ^anje slecht gezien was,
blgkt uit het verhaal, hetgeen hij blz. 406 en verv. geeft
wegens eenen aanval der Staatsgezinden op z^' persoon
te Heusden, den. 9 Mei 1578. De lezer kan deze tragi-
sche episode zelf naslaan , als eene proeve hoe ver de
onderlinge haat en overmoed dest^ds tusschen Roomsch
en Onroomsch ging.
Wanneer dit handschrift in het bezit der stad geko*
men is^ kan ik niet bepalen; wel vind ik in een' inv^i-
taris van 1589 deze opgave: »Item een boeck, inhoa*
dende voer het meestendeel den onbehoirlicke handel van
die vande nyeuwe religie ende des daer af dependeert,"
en het schijnt, dat deze opgave op het werk van Voicht
van toepassing is.
Ik ben tot de uitgave nog meer genoopt geworden ,
en omdat de historieschrijver Van Heurn dit handschrift
niet gebruikt heeft , en omdat het eenigmate de sleutel is
tot goed verstand der verhandelingen, waarvan wij uu
gaan spreken.
Digitized
by Google
INIBIDING. xnU
De Ji$êiijleati€f bladz. 523 en volg., en de Eenvau-
dighe Ferantwoordinge ^ bladz. 547 en volg., schijnen
door twee in de geschiedenis voorkómende bekende man-
nen geschreven te zijn, en wel het eerste stuk door Hen-
drik Bloeymans en het tweede door den nog meer beken-
den Hendrik Agylaeus.
III. Mr. Hendrik Bloeyiiiaii«9
in 1560 pandheer van Helvoirt, heeft sedert 1546 me-
nigmaal in den scbepenstoel van 's Hertogenbosch geze-
ten. In 1555 werd hij met twee andere magistraatsper-
sonen naar Brussel afgevaardigd, om de stad te vertegen-
woordigen bij de inbtildiging van Philips H (1). In 1568
overvielen hem eenige Spanjaards van het garnizoen van
*s Hertogenbosch op zijn huis te Helvoirt, voerden hem
gevankel^k naar de stad en »pynigden hem ten wtersten
adem toe,^ waarvan hij in 1579 nog » verdorven dicke
beenen"' had. Men verweet hem, dat hij het met den
^prins van Oranje hield (2). Bij de unie \iin Brussel, in
Januarij 1577, zien wij den stadspensionaris Andries Hes*
selz en den schepen Hendrik Bloeymans van wege 's Herw
togeDbosch tot dat verbond toetreden, welk L. Metsius,
bisschop der stad en megerij met zijne naamteekening het
eerst bekrachtigde (3). Sedert bleef Bloeymans als afge-
vaardigde bij de Staten van Braband te Antwerpen (4) en
behartigde daar de belangen der conservatieve partij (5)
(1) Vak HKumif, dl. II, bUdi. 546.
(2) Zie Kronykên, bladi. 288 enSIM.
(3) Ds JoRGB, de Unie van Utrecht, bladz. ftS en 53; bijvoegselen,
bladx. 85 en 36.
(4) Kronykên, bladi. 564.
(5) T. a. p. bladi. 443.
C. K.
Digitized
by Google
XVIU. INLEIDING.
rot dat hij, na het afkondigen der pacificatie van Keu-
len in 1579 benoemd werd tot p4:esideQt -schepen zijner
geboorteplaats.
Bij het uitwijken der malcontenten vond de stedelijke
regering noodig zjch tegen huune klagten en aantijgingen
te verdedigen. Zij deed dit door
V Eene fVarachtighe Declaratie enz., welk stuk blz.
339, 340, afgedrukt is. Yergeliik de aanteekening bladz.
548. Hierbij had ik nader wenschen te kennen: Twee
êchoone F'ernianingèn aen de Borgherye van s^Herto-
genhoêsche door de Wethouderg gedaen. 1580. KI. 8*.
2* Juélificatie voor den goeden borgeren enz., bladz.
523 afgedrukt. Deze verantwoording meen ik een uit-
vloeisel te zijn van de pen van Bloeymans, gelijk dit dui-
delijk gezegd wordt door den schrijver der Ferantwoor-
dinge met deze woorden: wSchryft soo veel iustificatieh
alsl u belieft, ende desc selve, die ghy inden name van-
den goeden borgeren, so gby die noemt, gheschreven hebt''
CD2. (1). Wat ook zijn tegenschrijver zegge, Bloeymans
gaat in deze Justificatie de palen der gematigdheid niet»
te buiten, en verhaalt met bedaardheid en kalmte al wat
te 's Hertogen bosch na het vertrek van Alva was voor-
gevallen. Ik acht dit korte stukje dan ook zeer geschikt,
om den toestand der stad ip dien tijd van spanning te
leeren kennen, en als bron zal het voor den toekomsti-
gen geschiedschrijver van veel gewigt wezen. Hij over-
leed als president-schepen den 13 April 1584 (2), en
werd in de bovenkapel van O. L. Vrouw in de St. Jans-
kerk met dit opschrift begraven:
(1) Kronyïion, bladz. 6&5.
(2) T. a. p. bladz. 146.
Digitized by
Google
INLEIDING. XIX.
Hier lett begraten de Heer HENDRIK BLOëYMANS,
liAED B'HONKEUR TAN SYKE MaIESTETTS SECRETEN RaEDT,
Heer tak Heltoirt, sterft 1584 den 13 April.
En Iüffroü ELISABETH LOMBAERTS van ENCKEFOIRT,
STN HÜYSTROü, STERFT 1600 DEN 27 DECEMBER (1).
Grainmaye plaatst hem onder de geleerde Bosschena- .
reft (2), eo J, Nemius noemde hem in zijne jipologia
Scholae principali* in Urbe AmHelodamo (Silvaeduc,
J. win Tumhaut, 1556) ï^Henricu^ Haematander^ lü
eenliaiuê juri* peritUêimuêy Ackcrsdyck lieeft te regt
in^ ffaematander (bloedman, aïfca en dyijf) onzen Bloey-
man wedergevonden (3).
lY. Dr. Hendrik Afl^ylaens.
- Hendrik Agylaeus (4) of in den Hoorn (5) , die zich
ïn zijne jongelingsjaren als een bekwaam regtsgeleerde en
(1) CorPEU, Beschrijving des Bisdoms eoia 'b Bosch, III dl., 2^^ stuk,
bUdx. 273.
(2) Tasandria ^ .
(3) D£ JoHGG, dê Unie. van Brussel, bijvoegsel, bladz. 36.
(4) TAt. A?iBBKA8, S ed. pag. 3B2j SwEsanus, pag* 322; FopptNS^ pag.
433; BouiAS, Tra/. Erud., pag. 0,7; Xoasu, SuppL Sase Onom., p. UI,
pag. 388; Paqtjot, t. II, pag. 416; P. Bot, JYod. ïliét., bladc. 76; Var Oü-
BEZfnovKH, Beschr. van 's Bosch, ed. 1672, bladx. 160, 157;* Dl Kor, Fad.
Woordenh.; Dklvetise, Biogr. des Pays-Bas, 1. 1, p. U ; Van EEsdbn, llist,
der Stad en Meyery, dl. II, bh. 119, 124; Chaihot, dl I, bladx. 85; Hoog-
STRATEX, Woordenh.} Dk Feller, Dict. Dist,; Biogr, Nation., Mons, 1827,
1. 1, pag. 11; Biogr. untv,, t. I, p. 331. Aldaar wordt gexegd: nAgylaeus
est moins connu par Ie róle qjaW joua dans les troubles de sa patric, que
par aon s^voir et scs ounnges.*'
(5) Zoo -vrerd hij bijgenaamd naar het uithangbord van zijn huiS| xie
ToiCBT, bladx. 413, die hem Teelvuldig, doch altijd Angsieus noemt, xie
bladx. 402, 403, 413, 418, 426^ 431 en 439. Ook Bloeyvasis maakt menig-
maal melding van hem, xie bladx. 628, 529, 535 en 542. Hier wordt hij
Digitized
by Google
XK. INLEIDING.
. letterkuDdige, doch in lateren leeftijd als een woelziek
man kennen deed, werd omtrent het jaar 1533 te 's Her-
togenbosch geboren. Zijn vader Intoni, een Italiaan, had
zich hier ter slede met er woon gevestigd. Naauwelijks
zeven en twintig jaren oud, maakte hij zich door de drie
navolgende werken aan de geleerde wereld hekend: ver-
scheidene uitgaven getuigen van den prijs, waarop zij ge-
steld werden:
1" Novellae Juêtiniani Imp. Canstttutione* a Gre-
gorio Holoandro e Graeco versae^ et ediiae Norimher'-
gae anno cio. 10. xxxi. Nunc vero revisae et emenda*
tae^ adjecta lectionum varietate. Pari*, Uenr, Stepha^
nut. 1560. 4°.
Deze uitgave munt boven veel andere in fraaiheid van
stijl en taal uit.
2" Juêtiniani edict a: Justini, Tiheriiy Leonis Phi^
losophi Conêtitutiones et Zenoniê una. Pari*. Uenr.
Stephanu*. 1560. 8^
3° NomO'Canon Photii Patriarchae, sioe ex Legi^
huu et Canonibtu compo^itum opu^, cum commenta^
rii* Theodori Bahamonis. Baêilaeae. 1561. Fol.
Deze meer getrouwe dan sierlijke vertaling kwam met
die van Gentianus Hervet bijna gelijktijdig in het licht.
Die van 4gyla6us verdient echter de voorkeur, omdat
hij naar een vollediger Grieksch exemplaar had kunnen
vertalen: ook zweemt zijn stijl meer naar dien bij de
regtsgeleerden gebruikelijk. Om al welke redenen Hen-
ricus Juste den Nomo-Canon van Agylaeus in zijne Bi-
bliotheek van het Romeimche Regty met den Gridi-
genoemd Jf. ffenrick Agileus, doctor, d. i. doctor in de regten; waarran
Vau ODDsaHOTZü , en naar hem Vm Uevkk, doctor io de medicijnen g^aakt
liebben.
Digitized by
Google
IKLBIDING. XXI.
schen tekst opgenomen heeft, voorafgegaao vap de Pro^
legamena van Pbotius, die sedert lang te vergeefs ge-
zocht, doch later door Usseiïus ontdekt zijn.
De partij der ontevredenen tegen Spanje met hart en
ziel toegedaan, was Agylaeus een der voornaamste drij-
vers, die te 's Uertogenbosch, in 1576 tot 1579, aanlei-
diag tot veelvuldige ongeregeldheden gaven, en den ma-
gistraat noodzaakten, de unie van Utrecht van de puge
van het stadhuis af te kondigen: doch de Catholyke
Spaanschgezinden kregen eindelijk de overhand, en Agy-
laeus week met de malcontenten de stad uit. Voicht en
Bloeymans spreken zeer dikwijls van hem en stellen zijne
woelingen in het daglicht. Hij meende aan zich zelven
verschuldigd te ?gn, de aantijgingen van den laatste te
wederl^gen. Tan daar zijne
4" Eenvoudighe ende toaracktige f^erantwoordinge
der wigewekene borgeren der stadt Shertogenhoeehey die
zonder oaam van drukker het licht zag (1). Zie bl. 547.
Agylaeus heeft dit boekske ongetwijfeld geschreven, als
blijkt 'uit 'menige hijzonderheden, zgnen persoon betref-
fende, en g^gden, door hem gebezigd, die den schrij*
ver alleen slechts zóó bekend konden zijn. De steller
wederlegt de twee door ons beschouwde verdedigschrif-
ten der Bossche burgers zoo goed hij kan, stelt de meeste
Spaanschgezinde stadsbeambten in een hatelijk daglicht,
en geeft tevens vele bijzonderheden van geschiedkundig
belang op, die den begunstigers der nieuwe religie we-
dervoeren, en ons in staat stellen, om het audi et alie-
rum pariem, bij het- beoordeelen dier woelige dagen, in
praktijk te brengen. Van Oudenhoven heeft in zijne F^er^
(1) Is de Apologie der vertrookene borgera van U iicrlogcnhosch (ld79;
4«) van deie Vtraniwoordifige onderscheiden?
Digitized
by Google
meerderde Besehryvtng van V HeHogenhoMch er dan ool^
eene menigte feiten woordelijk uit overgeiiomcMi.
Hij vestigde zich toen te Utrecht, werd daar tot de
waardigheid van afgevaardigde bij de staten-generaal ver-
heven, en na de verandering der regering door Leicesr-
ter, wiens zeer sterke aanhanger hij was, den 27 Au^.
1586, tot raad en procureur-generaal aangesteld (1). Na
het vertrek van Leicester het ongenegen der edelen te-
gen Agylaeus nog hooger geklommen, vond hij het ge*
raden in 158S de wgk naar Engelaud te nemen (2), al*
waar hij in April 1595 zijn twee en zestigjarig leven
eindigde, twee zonen, Johannes en Daniël, nalatende. Vóór
zijn verti-ek had hij in 1587 te Leiden bij Thomas Bas*
son een naamloos boekske, getiteld: Belgica Oratio ^ in
het licht gegeven, waarin<de staten van Holland werden
aangerand. Deze deden het werkje ophalen, en gelastten
den drukker de vijf of zes verkochte exemplaren terug
te vorderen (3). In 1590 meenden de stalen van Hol*
land, dat Agylaeus uit Engeland was teruggekeerd, en
dat hem van wege dat eiland een^ last was opgedragen ,
doch het schijnt, dat zij verkeerd waren ingelicht (4).
Lang na zijnen dood zag het licht:
5' Inauguralio Philippi II Hiep. Regie qwk ^e ju'
ramenio Diteatui Brabantiae, et ah eo dependentihuê
propinciis ohligavitj cum eub^titutione Mariae Guber^
natricis. Adjunct a sunt quaedum alia^ ünitie Pr<h
(1) Hoe de staten van Holland over de bemoeijlngen van Agylaeus
dachten, kan nicn nagaan uit de Resoluiien van JHolland van den 24
December 1585, bladx. 780.
(2) Wagkiaae, VüderL UÜU, dl. VIH, bladz. 897,
(3) Resol, van Holland, 13 5ov. 1587, bladi. 307. In mar;jiiie staat:
nis gemaeckt hy Agilcus.'*
(4) iti>»ul. rnn rioUand, 32 Jan. 1590, hladx. 164.
Digitized
by Google
INLEIDING. XXIII.
vineii* uiiluHma, jéuotoTë llenr. jigylaéo, qui artt-
eulo9 InaËtgurattoiiis Commentariis illu9travit. Traj,
ad Rhen. 1620. KI. 8».
Kyi zooQ JohaoDes bad dit boekje ter perse gelegd:
bet bevat de Inauguratio of blyde iDkomst yen Pbilips
als berlog van Braband, benevens eene korte uitteggiog,
waarin de schrijver, met zorg, bij elk ariikel onderzoekt,
op welke voorwaarden Fhiiips door de inwoners van Bra-
band tot hertog is gehuldigd en welke regten hij uit
dien hoofde bezat (1). De heer De Jonge, waaruit Wij
dit ontleenen, heeft van dit hoogst zeldzame werkje ge-
bruik gemaakt in zijne Unie van Brussel (2), en geeft
tevens verslag van een ander werk van Agylaens, door
zijnen zoon Daniel voor de drukpers in gereedheid gc-
bragt. >)In hetzelve vindt men,*' zegt De Jonge, ))cven
als in het gedrukte werkje, de Inauguratio met hare
uitlegging, en wel juist woordelijk gelijk in het voor-
melde boekje: doch men treft er bovendien drie stukken
aan, welke aan het gedrukte werkje ontbreken, en die
evenwel, volgens de getuigenis van zijnen zoon, door Hen-
ricus ook zaniengesteld zijn. Deze drie zijn de navolgen-
de: 1" het groot privilegie van vrouwe Maria, aldaar de
Consiitulio Mariae Belgii principis genaamd; 2** de
unie van Brussel, onder deö titel van Unio Geueralis;
(t) Be geleerde Van Hdlthek spreekt vao dit werkje aldus: »Le But
de l^autenr était de rendre public par rimpression la constitution du Bra-
bant, alors pea oonnue, et de dóinootrer que Philippe II, en introdui-
sant riaquisition , en éhiblissant les nouveaux évèchés et en faisant les
nouTeanx évéques abbés commandataires des abbayes de Brabant, avait
manqné & la constitution, dont il avait jure Tobservation en 1640, en-
fin que les Provinces- Unies avaient bicn fait de se soustniirc au joug de
sa dominatiou/' BibL /fulth., t. IV, pa;;. 3S9, n» 27320.
(2). Bijvoegselen, btadz. O en vcrv.
Digitized by
Google
XXIY. IMLBIDING.
3** de unie van Utrec&t, met den naam van ünio Tra*
jectenHê of Poêterior bestempeld: alle drie voorzieD,
even als de InauguraiiOy met eenén brevis eommentO'
rius of korte uitlegging.^^ De Jonge heeft den commenr-
tarioltM op de nnie van Brussel met eene Hollandsche
vertaliog uitgegeven (1): lig was het gebruik- van dat
handschrift en van de gedrukte Inauguratio verschuif
'digd aan het geacht eerelid van ons Genootschap, pro-
fessor Tydeman te Leiden.
V. (Bladz. 569 — 602.)
Het Cort Ferhtul vanJe Fictorie over dé ^tadt van
Eyndhooen in September 1581 door de Staatsche partij
behaald, is eene aanwinst voor de geschiedenis van ons
gewest, omdat Tan Heurn (2) er slechts met één woord
van spreekt.
In het plaatwerk van Blichael Aitsingerus, de Leone
Belgico^ komt een . plattegrond voor der vesting Eind^
hoven a mie d^oieeau^ met hare wallen en grachten, ter
gelegenheid dat hij de overgave van deze plaats aan den
graaf van Mansfelt voor den koning van Spanje herinnert,
den 14 April 1583 voorgevallen. Dit plaatje zou van
eenige dienst kunnen zijn bij het lezen van het door ons
uitgegeven Cori Ferhael^ indien men verzekerd was, dat
het naar de natuur geteekend is. Yoor eenige jaren heeft
de steendrukker Schnitzler te Eindhoven deze houtsnede
nog eens uitg^even, met een oud Hoogduitsch en Fransch
onderschrift, naar eene losse prent: deze komt volmaakt
overeen met die bij Aitzingerus te vinden: de uitgever
(1) BiJTocgselèn, bladz. 8.
^2] liisiorie der Stad en Meymy, dl. U, bkds. 137.
Digitized
by Google
INLSIDING. IXV.
voegde daaronder nog het een en ander bij uit de krijgs-
geschiedenis van dat, thans open, vlek.
TI. (Bladz. 603 — 616 en 617—624.)
De verrassing van *s Hertogenbosch door den prins van
Hohenlohe voor de Staalschen, den 19 Jan. 1585, was
allezins merkwaardig. Men kan zich niet genoeg verwon-
deren over de nalatigheid V|in het krijgsvolk en de zorge-
loosheid der burgerij, die uit de volheid des harten, se-
dert den vrede van Keulen, met Spanje verzoend, zich
lieten verrassen en zoo onverhoeds in de magt der staten
zagen. Doch hun bekende krijgsmansgeest ontwaakte: de
schutterijen vochten als ëén^ man t^en den vijand, en
dreven dien ter poorte uit De regering was over dezen
gnnstigen uitslag zoo tevreden, dat zij deze overrompeling
in plaat deed brengen (1), eene plegtige jaarlijksche pro-
cessie bepaalde, om God voor deze overwioning te dan-
ken (1), en een verhaal daarvan in het Fransch liet op-
stellen, om aan den hertog van Parma te zenden. De
landvoogd wenschte de burgerij geluk, prees hare dapper-
heid, doch vermaande haar tevens tot meerdere omzigtig-
heid. De plaat, deze overrompeling voorstellende, is mg
onbekend gebleven, misschien is de houtsnede, voorko-
mende in Aitzingerus, de Leone Belg,y daarnaar gesneden.
Het Fransche verhaal vindt de lezer in deze Verzatne'
ling onder den titel van Brief Diecoure JCune fném(h
rahle Entreprineey dat ook in het Nederduitsch vertaald
en uitgegeven werd.
De Grundtliche Erelarungy te Keulen gedrukt, heeft
(1) Van Ueum» dl. U, hiadt. 190.
Digitized by
Dy Google
XXn. INLEIDING.
Duncan in zijne Bihliotheea voor ons bewaard (1). ik
trof dat stukje in 1834 aan dé koninklijke boekerij te
'sUage in die verzameling aan, en op mijne aanvrage be-
ijverden zich de heeren bibliothecaris en onderbibliothe-
caris, Holtrop en Campbell, om mij een naauwkeurig af-
schrift over te zenden, waarvoor zij den dank van het
bestuur des Genootschaps verworven hebben, dien ik hun
hier openlijk doe toekomen, In enkele bijzonderheden ver-
schillen beide deze stukjes onderling, en tevens roet het
vrij uitvoerig verhaal bij Van ileurn, ofschoon hij het
BHef DUcouTê gekend heeft. Hij volgde blijkbaar de
reeds gedrukte berigten. De toekomstige geschiedschrijver
zal al deze verhalen aan elkander mogen toetsen en tot
een geheel brengen, waartoe hem het berigt van Bochius,
bladz. 762, en dat uit de Bossche kronyk van Flament,
bladz. 394, 395, ter vergelijking van dienst kan zijn, te
meer, daar ter laatst gemelde plaats niet onduidelijk te
kennen gegeven wordt, dat er verraad binnen de stad
zelve gepleegd was. Wilt ge eindelijk een' dichter over
deze overwinning hooren, lees dan (bladz. 625-658) de
' Ode Triumphalis van
¥11. Gerarda» » Braeckelaerl
Gelijk Agylaeus een driftige voorstander was der Staat^
schen, zoo was Tan Bruèckelaer een niet minder heftige
verdediger van ^skonings belangen en van de oude re-
ligie. Te Arnhem geboren, kwam deze geestelgke in den
vaste van het jaar 1577 te 's Hertogenbosch (2), juist
(1) Ik de nu dit boekske ook vermeid in deo catalogus van J. £r-
meni, bladi. 602.
(3) Zie de voorrede der Od$, blads. 637.
Digitized
by Google
INLEIDING, XXVII.
toen men daar op leven en dood vóór en tegen Spanje,
vóór en tegen Rome streed. Van Brueckelaer werd tij-
delijk met de herderlijke bediening van St. Pieters-ker-
spel belast Toen hij kort daarop eené reis naar Waalsch
Braband ondernam, noodzaakte de keer, die de zaken te
's Ilertogenbosch genomen hadden, hem buiten de stad te
blijven, weshalve hij voor eenige maanden de. dienst als ^
kapellaan te Weert waarnam. In 1579 ontmoeten wij
hem als pastoor van St. Catharina- kerspel of van de
Eruisbroederskerk en een , hevig prediker en ijveraar te-
gen de Hervormdei^, die hij ter helle wees en in den
vollen zin des, woords haatte. Men behoeft zijne Ode en
hetgeen Yoicht (zeker een onwraakbaar getuige) blz. 456
en 457 verhaalt, maar te lezen, om zich te overtuigen,
dat Van Heum niet te veel gezegd heeft, wanneer hij
lueldt, dat » zekeren Gerard Benkelaar [lees: Bniecke-
loer], priester van St. Katharina kerspel, heftig tegen
de Hervormden uitviel, zeggende onder anderen: »dat die
geenen, welke naar de nieuwe predikanten liepen, om
hunne duivelarij te horen, eeuwig verdoemd zouden zyn.
Zy die zulks toestonden , hetzy hooge of laage overheden ,
zouden kwalyk varen (1)."" Welke gevolgen zijne hevige
taal had, kan men vinden bladz. 334, 335, 387, 456-
460. Vergelijk blz. 426 en 445. Indien de heer Cop-
pens het werk van Voicht en de Ode van Van Bruec-
kelaer gekend had, zou hij de volgende aanmerking te-
ruggehouden hebben: »Het iaat zich begrepen, dat som-
mige schrijvers, die deze gebeurtenis geboekt hebben, den
pastoor als met eenen oproerigen geest bezield afschilde-
ren. Geen wonder derhalve, dat zij den heerlijken lof,
die, na zijn overlijden, door de regering der stad aan
(l) IlUtorie, dl. II, bladx. 119. *
Digitized
by Google
XXVIII. INLEIDING.
denzelven werd toegdiend, zorgvuldig verzwijgen. Deze
lof, dien men weleer bij deszelfs grafplaats, in een La*
tijnsch dichtstok vermeld zag (1)».... hangt een geheel
(1) Zie hier dit epitajjhium, dat Swib&tiüs, Monum, sepulch,, pag.
341-343, FopPBRS, Bihlioth, Belg., t. I, pag. 346-347, en Goppers, in
lijne uitmnntende Beschrijving des Bisdom» van 's fferiogenhosch, dl. I ,
Uads. 179, mededeelen:
VEREBANOr TIEI AC &0MI51
GERARDI A BREUCKELAER,
RGGLESIAB CATBBDEAtU SÜSGODOCBIISIS
D. JOABRIB SVAHGV'MT. GAUOIIICI
ET DIVAB CATHABlltAB FABOGHIAB
pBB Aimofl xxvn
PASTOBIS VIGILAHTUSWI MftNUSUUQDB.
TATIDICUS TBBO CEClUtT KODOLABINB SAYIO,
AETEBRA JCBTCS KBHTB PBOBAHDOS BBIT.
MON IQITUB FA8 BST IGHOTDm TB, lORB PASIOB,
BBEÜCLAEB, A SBBA POSIBBITATB PBESi:
GVJVS TITA FVIT XULTA TIBTVTE PBOBARDA,
LUX GBAT08 80PBBIS TBBBlGBRISItDB FACIT.
DUH BBNB SOLLIGITI PAST0BI5 KÜinA CüBAS,
TAM GHABAS TIGILI COBDB TDBBIS 0VB5^
OT Q1X)«0B RIL VBBITUI TÜESU PBOFURDEBB TITAH,
FABX TIBI GALVIHI DDH BAPOISSB STODET
IN TAK PBAESBlfTI BISCBMIXB C ATBOLIGOBUH ,
M MAHVS BJBCTO PBOVPTA TOLISSBT OPEV.
HOC IXRITI» BOGTO fCEBAS HOBTAmiNB, CITEE
SBDULUS OFFICIl SVH ■BXOBB« ESSB MOirES.
BXCULTÜS LATIO 8BRB02IB, IDiOHATB OBABOO,
HBBBABAB LIRODAB SAT QDOQOE GRABOÜ BRAS.
■AORIFIGAR TEHPLI STUDUISSES BBSDBBB FOBXAM',
SI TIBI PRO YOTO'TBADITA GDRGTA FOBBRT.
SBD OOBU RDRC TBKPLA G0LA8 OFTAMUS, IR ABCTO
GORDARTDB UCBT BIG OSSA 8ACBATA LOCO.
UAEG TIBI TOTA FACIT SYLVAB PBAECLABA 8BRATUS
OB MBBITA, RAG TABULA OORDBGOBATQDB BOGVH;
liT, QVI DUH TIVD8 ROLUM 8BGTAB18 R0R0BB8,
HOC TIBI HBDllATUB P08T PIA FATA BEGUS.
OBtlT ARSO M. D. C. 11.
Digitized
by Google
INLEIDING. XXXX.
verschillend tafereel van deszelfs geaardheid op. De re-
gering heschrijft hem daarin al$ een zeer deftig, geleerd
en waakzaam herder, die zich bereid toonde, voor zijne
schapen ook zijn bloed te vergieten. En ver van de ver-
maningen , welke hij gemeend had tot deze te moeten rig-
ten, aan muitziekte toe te schrijven, verkondigt zij open-
lijk, dat hij hierdoor niet anders dan zijnen herderlijken
pligt volbragt had (1)."
Tan Braeckelaer bediende zeven en twintig jaren de
pastorij van St. Catharina, werd in 1683 kanunnik van
St. Janskerk, overleed den 22 December 1602 en werd
in het doophuisje zijner parochiekerk begraven, waarop
de stedelijke regering, uit erkentenis voor zgne bewezene
diensten, het boven medegedeelde gedenkschrift deed plaat-
sen, dat bij de verovering der stad werd weggenomen.
Val. Andreas (2), Foppens (3) en Sweertius (4) roe-
men hem als een geleerd man en ervaren in de Latijn-
sche, Grieksche en Hebreeuwsche talen. Dat hij de La-
tijnsche lier hanteerde, blgkt uit de Ode Triumphaliê:
dat hij naar de maat niet behoefde te zoeken, bewijzen
de noten bij de Ode, welke grootendeels verzen zijn. De
andere werkjes van Brueckelaer deden wij bladz» 657 en
658 kennen.
Beschouwen wij eindelijk de geschiedkundige bijdragen,
welke deze F'erzameling sluiten.
VIII en IX. (Biadz. 658—675 en 709—756.)
De verhalen wegens de inhuldiging' van Philips II en
(t) Beschrijving dês Bisdoms van 's Jleriogeidosch, dl. II, bUds. 28.
(2) Biblioih. Belg., pag. 270.
(3) Athen. Belg,, pag. 278. ^
(4} Biblioth, Belg,, p. 346. Vergel. ChauioTi Woordenb., dl IV, p. 310*
Digitized
by Google
XXX. INLEIDING.
der aartshertogen Albert en Isabella, alsmede de uitvaarts-
plegtigheden van Philips II en Albert zullen met genoe-
gen gelezen worden door allen, die prijs stellen op de
kennis van den volksgeest. Door niets toch wordt die-ken»
nis meer verkregen dan door volksfeesten, volksplegtighe-
den en volksvèreenigingen. Kunnen deze door platen op-
gehelderd worden, dan komen de voorgeslachten ons dui-
delijker voor den geest en wij verplaatsen ons, als ware
het, geheel in hunnen leeftijd. Men kan niet zeggen de
geschiedenis van een volk te kennen, zoo wij ons slechts
bepalen bij eene bloote opeenstapeling van personen en
zaken, men moet ook met de zeden, gewoonten, gebrui-
ken, wetgeving en dergelijke bijzonderheden bekend zijn.
Ik geloof, dat de stukken, tot wier beschouwing wij ge-
naderd zijn, daartoe allezins stof geven.
De plegtigheden, waarmede Philips II te ^s Hertogen-
bosch in 1549 gehuldigd is, zijn door de stedelijke re-
gering zelve medegedeeld: Van Heurn had die reeds vrij
omstandig geboekt (I), doch onze bron bleef hem onbe-
kend. Dit verwondert ons niet. Bij het overgaan der
stad toch in 1629 had men eene mei^igte archieven met
hoopen bij elkander gestapeld, zonder dat daar i<emand
sedert het oog in gehad had. In 1733 had de stedelijke
regering wel eene commissie benoemd, om de archieven
te inventariseren, en deze had zich dan ook, onder lei-
ding van den pensionaris Antóni van Ueurn daarvan wel
met lof gekweten, doch zeer vele papieren, die men thans
met zorg verzamelt, werden als stukken zonder waarde
ter zijde gelegd: op eenige bundels vond ik zelfs geschre-
ven: y> Papiêrtzsêen zonder belangd Ik heb onder mijn
toezigt dien boedel, welligt drie kar vrachten groot, stuk
(1) nutono der Stad en Meyery, dl. 1, bladn. 332-335.
Digitized by
Google
INLEIDING. XXXI.
voor stuk laten doorzodieo , ea alles afzondereD , ^vat -
maar van eenig gewigt.kan gerekend worden, en ik heb
dezen arbeid ruimschoots beloond gezien, want daardoor
mogt het archief van 's Hertogenbosch met veelvuldige
aceer gevvigtige stukken aangroeljen. Ik hoop eenmaal in
staat te zijn, om de brieven te schiften, welke gedurende
de eerste helft van den tachtigjarigen oorlog aan deze
stad geschreven zijn, waarvan zeer vele de bundels van
Groen van Prinsterer, Willcms, Gachard en Yan den
Bergh niet zouden ontsieren. Indien men slechts op de
ligging van 's Hertogenbosch tusschen Noord- en Zuid-
Nederland acht geeft, kan men reeds voorshands eenig
besluit omtrent het gewigt dier brieven opmaken. Doch
keeren wij tot de stof dezer inleiding terug.
Omstandig is de Igkplegtigheid van Philips II mede-
deeld. Dit geschiedde op last van den kanselier en den
raad van Braband, zegt Yan Ueurn (1), zonder dat h^
eenige beschrijving daarvan mededeelt: denkelgk was het
door ons medegedeelde stuk hem insgelijks onbekend ge-
bleven.
In de Bibliotheea Hulihemiana, i. lY, pag. 340, n».
26683, thans in de koninklijke boekerij te Brussel, vond
ik opgegeven:
Exequiarum funehrium Phi/ippo II Bispan. Regi,
Sylvaedtêci* exhihitarum breviê et extemporalu quae-
dam de^cripiio per F. Petrum Fladeraeeum. KI. 8*.
Zonder naam van den drukker.
Dit boekske moet allerzeldzaamst zijn, daar de naauw-
keurige Paquot, over Petrus van Yladeracken sprekende,
daarvan geene melding maakt (2). Wg hopen in de ge-
(1) Historie der Stad en Meyery, dU U, bladz. S^6.
(2) Jlïém. Ui, des Pays-Bas, t. I, pag. 329.
Digitized
by Google
XXXII. IVLBIDING.
legeofaeid gesteld te worden, om hetzelve te zien, eo zul-
len het alsdan mededeelen in de yervolgdeelen dezer /^«r«
zameling van Kronyken^ zoo het daartoe, beiangrgk ge»
neeg mogt zijn.
De plegtige inhuldiging van Albert en Isabella had
geen plaats. »Stads onvermogen,^' zegt Van Heurn, »was
er denklyk de oorzaak van, of wel, omdat zj te naar
aan de grenzen der Yereenigde Gewesten gelegen, het dus
voor de aartshertogen te gevaarlyk was zig aldaar te wa-
gen. De eerste reden heeft egter meer schyn, omdat, uit
eenen brief van den pensionaris Van Reys aan de regee-
ring alhier geschreven, blykt, dat hy te Brussel reeds
verklaard had, dat de stad niet in staat was ten tyde
der inhuldiging eenige andere kosten te doen dan de aarts»
hertogen te gemoet te gaan, het geschut te lossen en de
schutteryen in de wapenen te doen komen (1). Had hij
ons stuk gekend, hij zou deze misschien* teruggehouden
hebben^ Ik geloof daarentegen, dat de stad merkelijk te-
leurgesteld werd door de verhindering der aartshertogen,
om, volgens oud gebruik, hunne privilegiën te doen be-
vestigen, en hunne grieven voor den trooji te brengen
yan vorsten, die niets zoo vurig beoogd hebben dan het
geluk en welvaren van al hunne onderdanen. Daardoor
hadden zij zich bemind gemaakt en zich een dankbaar
aandenken verzekerd, want de regering van Albert en
Isabella is thans nog in zegening bij de Zuid -Nederlan-
ders. Welke gevoelens de Bosschenaars bezielden, blijkt
genoegzaam uit de lijkplegtigheden van prins Albert, die
wij hebben laten afdndcken. BGsschien hadden wij dit
stuk vo^zaam achterwege kunnen laten, omdat Yan Heum
(1) Historie der Stad en Meyery, dl. Il, blads. 235.
Digitized
by Google
INLEIDING. XXniI.
er b^na deD geheelen inhoud vao heeft medegedeeld (1):
doch de gebrekkige opgave yan vele t^dverzeo deed ons
besluiten, het in zijn geheel uit te geven. De verkeerde
lezingen zijn onder de blad^jden aangeteekend, omdat wij
ongaarne van onnaanwkeurigheid beschuldigd wilden wor-
den. De anders oplettende man heeft dit duidelijke hand*
schrift waarschijnigk met te veel overhaasting afgeschre-
ven, anders begrijpen wij zijne misvattingen . niet. Deze
deftige uitvaart kostte de stad 3380 gl.: de paters Jezui-
ten, die de Latgnsche tijdverzen en andere opschriften ge-
maakt hadden, beschonk zij met 100 gl. (2).
X. (Bladz. 677—691.)
In 1595 werd een wanschapen kind te 's Hertogenbosch
geboren, dat overleden, in de gewezen kapel van St. Anna
in de Hinthamerstraat ter bezigtiging gesteld werd. De se-
cretaris Donck maakte er eene beschrijving van, en trachtte
tevens de ooi zaak van het ontstaan van dergelijke wan-
schepsels na te sporen. Van Heurn heeft dit voorval in
zijne Gesehiêdeniê der Stad en Meyery (dl. Il, bladz.
214) iikgevlochten. Het Onderzoek^ of in de Nederlan-
den de gewoonte heeft plaate geluidy om teanechapen
geborenen ie smoren, van den heere Mr. M. G. van Hall
(3), dat tot ontkennende uitkomsten leidt, herinnerde mij
aan dit monsterkind, dat, volgens Yan Heurn, door de
vroedvrouw gesmoord werd. Donck zegt: Y>Fixit eird'
ter ad quadrantem horofiy perceptoque eaerosaneto hap-
tiemate opera obeieirieie expiravit,"" In een modern af-
(1) Uistorie der Stad en Meyery, dl. II, bladt. 360-802.
{2) T. a. p. dl. n, Mads. S02.
(3) lUgiggelêerde Verhandelingen; AfnsL\l9^', bladz. 1.
c. c.
Digitized
by Google
JXSir., IHLBIOIRG.
I
sdbrift lees ik achter bapHêtn^Ue eeoe comma » en dan zou
de vertaling van Tan Heum te verdedigen zgn, doch aan-
gesien er die niet staat, kan men even zoo goed, en mis-
schien taalkundiger, opera ohHeirieU op pereepto bap-
tiêtnai€ betrekken. AIzoo zou uit dit verhaal geen argu-
ment tegen het gevoelen ,van den heere Van Hall kunnen
worden getrokken, en ik neem terug, wat ik. in den Kotut^
en LeUerhade van 1838, n" 51, bladz. 338 en 339, ge-
scEreven heb.
Xi. (Bladz. 693— 708.)
De berigten wegens het vervolgen van personen, ver-
dacht van tooverg, mogen als bijdragen strekken tot de
nasporingen van Scheltema en Cannaert. De verlichte
geest der stedelijke regering van die dagen steekt heer-
lijk af bij de volslagen duisternis, die destijds omtrent
tooverij zoo algemeen heerschte.
\n. (Bladz. 757—778.)
De bevrijding van *s Hertogenbosch van het beleg van
prins Bfaurits in 1601, is de hoofdinhoud van het La*
tgnscbe stuk van Jac. Bochius, dat, hoezeer reeds ge*
drukt, om de belangrgkheid der daarin vermelde gebenr«
tenissen, hier eene plaats verdiende.
Met meer r^t had de lezer hier mogen yerwachten:
P. Vlaieracci Diarium rerum per einguloe diee in
aheidume Sylvadueensi per Prineipem Mauritium Nae*
êovium geHarum, Sylvaedueie. 1601. 8*, doch ik mogt
hetzelve nergens ontmoeten dan in den catalogus van J.
Ermens te Antwerpen, bladz. 532. Ook had ik gaarne
medegedeeld:
Digitized
by Google
HfLKiniNfi. XXXT.
1* fFmeraehiigke nieuwê Tkjdinghe van de sterke
siadi V Hertogenbosehy deweleke nu beUgert U van de
Mogende Siaten der Fereenigde Provineienj onder he*
leyt van zyn Exeelenêie Graeff Maurite vem Noêeau"
we aen d*eene syde, en het leger van den Eertehartige
Albertue aen d*andere zyde. Goreum hy Jan Hene^
bereh, KI. 8^, groot 8 ODgepag. bladz., zonder jaartal,
doch na 29 Angnstus 1603.
2^ Ttcee nieuwe Liedekene van de {beleig'eringhe van
V Hertogenhoeehy van het principael datter geechiet te
tuêêchen den LeeUy Beer ende Wolf^ met alh haer
aenhanghere. f Antwerpen hy Marten Huyesene op ons
Lief Frouwen kerekhof in den gulde Leeu. MDCIII.
8", groot 13 oogep. bladz.
. Ml.. (Bladz. 779—790.)
De Balaie op deidfde vmchtelooze belegering der stad
door prins Maarits, ia denkelijk afkomstig van eene der
kamers van rhetonca te dezer stede. De schaarschfaeid van
werkjes, zoo als het ooderhavrge, deed mi^ tot eene tweede
uitgave besluifen. \
Het volgende gel^enheidsstukje hebben wij, als van
te weinig belang, niet opgenomen. Wij vergenoegen ons
met eene bibli(^raphische beschrgving daarvan:
Boeren'Litanie ofte Klaehte der Kempeneehe Landt»
lieden ocer de ellenden van deze lanehduerighe Neder»
landêche oorlooghe. (Eene houtsnede, een^ man op het
zidibed voorstellende.) Ghedruekt hy Direk Vomeliez.
7 roost y in den j are onzes Heeren Jesu Christi MDCYIU.
4*. 8 ongep. blz. In de koninklijke boekerij te 'sHage
{Biblioth. Dunean).
Digitized
by Google
XXXU. INLEIDING.
Dit boekske is een bundeltje poezij. In het eerste ge-
dicht van dertien coupletten beklaagt zich de Kempenaar
over hetgeen hij van het Staatsche en Spaansche krijgs-
volk te lijden bad. Zie hier eene proeve:
»Het dorre Kempen-landt met pyne wy bevruchten,
. Tot ^seygenaers ghenot end^ noodt van wyf en kindt.
End' hopend^ op het lest Ie beuren onze vruciilen,
Eylae«! het slaet ons mis, want alles stracx ?erslindl.
»Sy plagen ons om Hseerst van d^hooch end^ lege zyden.
Nu den Kaesjager boos, nu den Yrybuyter wreet,
Den meeslen overal ons nu zo lange tyden,
Doen de gemuyteneerd, end* andere meer, Godt weet/'
Uit de aangehaalde dichtregelen met het geheele stuk
in verband beschouwd, blijkt het, dat deze verzen door
ee^^ Noord- Brabaji der gesteld zijn, die de Staatschen voor
muiters uitkrijt eo de Spanjaarden niet vreest vrijbuiters
te noemen. Het tweede gedicht in denzelfden vorm als
het voorgaande gesteld, doet de krijgsknechten op den
Eempenschen landman schelden. De verdere gedichten
van dit boekje hebben geene betrekking op Noord-Braband.
Ziedaar kortelijk den inhoud van dit lijvige boekdeel, dat
op kosten en voor rekening van het Provinciaal Genoot*
schap in Noord-Braband is uitgegeven. Ik bedank het Be-
stuur voor het vertrouwen, dat het in mij wel heeft wil-
len stellen, met mij de uitgave op te dragen. Mogt ik mij
dit vertrouwen niet geheel onwaardig betoond hebben!
Mogt mijne wijze van bewerken den bijval der leden
van het Genootschap kunnen wegdragen, en ik eenigzins
beantvfoord hebben aan de eischen, die de geschiedkunde.
Digitized
by Google
INLEIDING. IXXVII.
Op haar tegenwoordig standpunt, regt heeft van eiken
uitgever van oude oorkonden te vorderen!
Op het voorbeeld van zoo vele geleerden, welke zich
in Noord- en Zuid -Nederland met eene dergelijke taak
belast hebben, heb ik getracht eenen zuiveren tekst, niet
naauwgezetheid naar het oorspronkelijke afgedrukt, te le-
veren, en dien doorloopend met de m^ ten dienste staan-
de copien vergeleken. In de aanteekeningen ben ik zeer
spaarzaam geweest: slechts wat tot opheldering van den
tekst kon dienen, is aangestipt, maar geen doorloopende
commentarius gegeven. Ik had zeer veel geschiedkundigs
tot opheldering kunnen zeggen, ik had vooral bij de tijd-
rekening kunnen stilstaan: doch dat alles zou dit werk
zonder veel nut hebben vergroot. Liever wil ik achter
hét laatste deel dezer VerzaineUng van Kronyken en
Oorkonden hetrekkelijkAe Stad en Meijerij van ''s Her-
togenboseh eene uitvoerige tafel van al de gebeurtenis-
sen, oordeelkundig op het ware jaar teruggebragt, en
eene alphabetische opgave op het geheele werk geven.
Hen heeft dan in één ovcrzigt alles bijeen, wat de lezer
io deze Verzameling vinden kan, zonder gevaar te loo-
pen, van voor elk deel bijna hetzelfde te moeten naslaan,
en wat 'de tijdrekening aangaat, in de volgende deelen
Ie verbeteren, wat vroeger verkeerd gebragt is. De chro-
Dol(^e zal voornamelijk licht en opheldering uit de char-
ters erlangen. De kronykschrijvers volgen meestal eene
eigendunkelijke tijdsbepaling, de charters daarentegen strek-
ken tot toetssteen. Mag mij het genoegen te beurt val-
len , deze Verzameling volledig uit te geven , dan zal
ik voor het laatste deel de chronologische eu alphabeti-
sche tafelen met zoo veel zorg en uitvoerigheid behan-
delen, dat elk lezer met een^ oogopslag alles zal kunnen
Digitized
by Google
weder vindeB, wat hij iu deze Ferzameliug belangr^ heeft
aangetroffen.
De volgende deeleo zullen op dezelfde wijze worden
ingerigt.
In het tweede deel zullen de overige kronyken plaats
vinden.
In het derde eo vUrde deel de charters, diploma ta,
uitgiften van gemeentesgronden, heerlijkheden en leen ver-
heffen, pootkaarteOj privilegiebrieven en andere dergelyke
ooikonden.
In het vijfde deel eindelijk nalezingen, verbeteringen,
overgeslagen stukken en uitvoerige chronologische en al-
phabetischë' registers van zaken en> personen.
Op deze wijze zal de stad en meijerij van *s Hertogen*
bosch eene volledige verzameling erlangen van al het merk-
waardige vóór de reductie der^stad, of vóór het jaar
1629. Bij dit tijdperk kan deze arbeid voegzaam geslo-
ten, en later opgenomen worden door iemand, die, hij
moge bij sierlijkheid van stijl meer grondigheid paren,
mij zdier niet overtreffen zal in eene voorliefde, in eene
gehechtheid aan Noord-Braband, voor de opluistering van
welk schoon gewest ik de kostbaarste oogenblikken mijns
levens veil heb.
•:^
Digitized by
Google
iMLBiDiirc^ xaii.
OPGAVE
VAB -
KROMIKSN EN GESCHIEDKUNDIGE BËRIGTËN
BITaES.lUU.lJK
Dl STAD EN MEUS&U VAR 'SH£RTO&ENBO$GH,
niLKB III BIT TWEDi BUL stzu Verzameling uhoobsxn opgevomkii
TB WOBBBR.
•f|c
Üitnoodiging aan httitUri «an oude handschrifUn en geeehied'
kundige f»erktn $m. aam de kibUotkecaritsen wn openbare
boekerijen, om het gebruik daarvan te vergunnen.
"•^C-
HANDSGHHIFTEN.
1. Dê kronyk van 'e Hertogenboeeh door Albbbtdb Cupbrinus.
BehalTe les aÜKbriften, wa«rvao bij de uitgave dezer
kroDjk gebruik gemaakt, en in de inleiding^ bladz. ii eo
Tulg.» eene nadere omsehryving medegedeeld is, verlangt
de bewerker inzage of eene meer omstandige beschrijving
der volgende oopién:
o die, welke aan de konlnkiyi^e boekerg te 's Hage bewaard wordt.
b Chronyh van 'e Hertogenboeeh van het jaer 1101-1579. MS.
{Catal. van Verdusten, p. 243, n» 43.) Gekocht door
Dc8 Bocbes Ie Brussel, met charters van 's Hertogenbosch
van het jiar 1329-1410, MS. op perkament. De biblio-
graaf GtRARD zegt vao deze kronyk bet volgende: nChro-
Digitized by
Google
XL. INLBIDING.
nyk van de stadi Shertogenbouehe , aodeo maDuscrit pro-
vcDaol de la bibliolbèque de l'écbe?in de Ia Tille d'An-
vere Yerdusseo, qui se troove actuellemeDt k la biblio-
lbèque publique de Bruielles, ayant été acbeté par Taca-
cadémie des scieDees et belles lettres de la dite ville, en
fol. (1)." Dit afschrift berust tbaus in de btbliotbeek der
hertogeo van Bourgondie te Brussel onder n^ 10210 (2).
c Chronicke van *s Bosch, 16K0. MS.
{Catalogue d'une helle eolleetion de manuscrits. Anv.
ZSept. 1823; pag. 16, n» 114.)
d Kronyk van de fundatie en begin der itad 's Hertogenbosch, ein-
digende met 1579.
Behoord hebbende aan de familie Martini. Zie Van
Hburn, Bist. der stad en tneyery van *s Bertogenboschf
dl. I, voorrede, tladz. xxvi.
e Cronyk van de meyery en stad 's Hertogenbosch, beginnende met ^
1140-1690. 2 dp. fol. MS.
{Catal. van /. Ermens te Antwerpen, bladz. 72.)
f Die cronycke der stad en meyery van 's^ifiosch van 1140-1623.
Fol. 2 dn. MS.
(Catal. van LUm te 'sBoeeh, 1805, bladz. 2.)
2. WiLBELlIDS MOLIDS.
a Annales civitatis Buseoducensis et rerum domi bellique per Bus-
coducenses gestarum, et actuum recitatio per i/nagistrum Molicm,
chronice ad posteros enarrata. MS. fol., groot 112 bladz.
De erven vijlen den beer L. Gast hebben mg bet ge-
bruik van dit bandschrift goedgunstig toegestaan. Het
Bestuur van bet tienootschap beeft daarvan^ onder mijne
leiding, een getrouw afschrift laten maken « dat in bei
ttoeede deel zal worden afgedrukt. Jamroer dat in de-
zen codex zoo vele onnaau^keurigfaeden begaan zijn, zoo-
dat bel onmogelijk is een' getrouwen tekst ie geven,
tenzij het my gelukken mag, de volgende afschriften Ie
kunnen raadplegen.
(1) Recherches hixtoriques concernant les Chambres de Réthorique éta-
llies dans les Pays-Bas, MS., t. It. p. S59, berustende in de koninklijke
bibliotheek te 's Grnvenhage. ,
(2) Mannscrits de la hH/lioihuque des dttcs de Bourgogne, t. Il, p. 52.
Digitized
by Google
IKLIIDING. JU.
WiLBSUii MOLLU Annahi eivitatü Buieodueenêit. MS. 4^
(Gorol. van Palier te 'i Honk, 1759, bladi. 97.) Uei
koml mg voor, dat Yam Hbden deze copie gebruikt heeft
io iqoe bekeode HUtarie der itad.en meyery van *s Her"
togenhoseh. Immers bij noemt deo schrijrer steeds Hol-
Liüs, de OTerige codices Holius, en baalt hem voor het
laatst aao op het jaar 1554, terwgl het baodschrirt a
loopt tot 1556 tn c tn d slechts tot 1553. Op het jaar
1555 komt in de copie a eeo berlgt voor , dat hij , toI-
geos deo aanleg van lijn werk, leker zoo hebben mede-
gedeeld, zoo bet in zqn eiemplaar ware Toorgekomeo. In
de voorrede (biz. xxvij zegt hij daarvan: »By een geluk-
kig toeval kogt ik Mollii Annales civitatii Buseodueeti^
eis. Dit werk is door een priester geschreven, en is, zo
ver ik weete, niet gedrukt. Bg de lezing vond ik het
eenvoudig, doch van een onkreukbare trouw. Dit bleek
my hieruit, omdat ik veele plaatsen met de oorspronke-
. lyke stads voorregten vergeleken heb, waarmede zy vol-
maakt overeenstemmen/'
Gvitatis Buseoducensis annalia et rerum domi helloque gestarum
per B$ueodveenses ineolM compendiosa narratio. Authore Wa-
BBLMO MoLio Buseoduc-ensi presbytero. Vervolgens: Iste liher per-
tinet monasterio Beatae Mariae Virginis supra Donekam prope
Huesden, deecriptus per fratrem Albbrtom de Buscodueis fratrem
profeseum ejusdetn conventtu et sacrittetm, anno Domini 1553.
De geleerde W. C. Agbbrsdyck heeft dit exemplaar ter
leen gehad van Dr. N. L. B. Wellens, in 1835 overleden.
Waar het na diebs overlijden gebleven is, is mij onbe-
kend : op den catalogus zijner boeken heb ik het te ver«
geefs gezocht.
In 1790 gaf de pastour van Mierio, T. van Genechlen,
aan den pensionaris A. Martini de volgende beschrijving
van een hatidscbrifl. dat onder hem berustte:
•CMtatis Buseoducensis annales et rerum domi belloque gestarum
per Buseodueenses ineolas compendiosa* narratio, authore Wil-
HBLMO MoLio, Buscoducensi presbytero. Ante primam paginam
bistoriae legitur sequens nota: nHie liber pertinet monasterio
beatae Mariae Virginis super Donham prope Buesden, seriptus
per fratrem Aubbetum de Buscodueis, monachum professum e/iw-
dem conventus et saeristam anno Domini HCCCCCLlll, 4«.
Digitized
by Google
XUI. tKLllOIN0.
•Htotoria BuModacensis in Ulo Ubro abadfitar foliis
48, ulrtque parte oooscriptis, seu paginis, nt dicimus, 96,
praater iosertas hinc inde scbedaa aopplementares ; eha-
rader est nitldus et parnia et aetatem saam prodit. lo
eodem Tolamine habentar adhuc sequeDüa." Hier noemt
Van Geneehleo nog Tier Verken van reraehillendcn in-
boud op, betrekkeiyiK de kerktwisten in de XVI eeuw,
die acbler de Afinalêi geacbreren waren. Daar Ackbes-
DTCK geene melding maakt van die stukken achter de
copie van Wellena, en de titels eeaigtlns ▼ersehillen, zoo
ia het wel mogelijk, dat beide handschriften onderschei-
den ii|n.
3. a Bistcria ehronologuia oppidi Buicodueis, ab tJM exordio
uique ad ann, 1565, per Magistroi Datidbm Etseswtn, Bartho-
LOMABinK LoBFF et Jacoium tax Balkh comporita. MS.
In de bibliotiieek van Ant. Nuewens.
h Naar dit handschrift bestaat eene eople in de kontokUjke boe- .
kerg te Brussel, in twee banden in 8*.
{Catal. dêg manuserits da la hibliotkèqw des dtiee dé
Bourgogne, t. IH, pag. 51 et 52, n» 17929 et 17930, ge-
komen uit de Bibh É^uUh., t. Yl, pag. ^182, n« 958.)
e Naar de voorzegde copie bezit bet Genootschap een getrouw af-
schrift, dat de bewerker in deze Verzameling zal laten afdrukken.
Hg verlangt het handschrift a ter vergelgking ter leen te mogen
ontyangen.
4. Bistoria rerwn Silvaduoenêium ineerti auetorit, db urbe oon-
dita ad annum 1562. Otto Ztliüs ex MS. deeoribendam curavit,
4^ groot 38 dubbele bUdz., kleine letter.
Toen ik in de zomerracantie yan 1845 eenige dagen
aan bet rgks- archief te Brussel mogt doorbrengen, ont-
moette ik dit bandschrift, dat op den geschreren inren-
taris onder n* ^ yoorkomU Be Jezuit Otto Ztlios ia
bekend. Hg was in het begin der XVII eeuw in bet buis
del Jezuiten te 's Hertogenbosch. In aanmerking yan de
bekende dienatvaardigbdd der Belgen, om hunne schat-
ten dienstbaar te stellen yoor de wetenschappen, twgfel
ik er niet aan, of dil handschrift zal mg ter vergelijking
met de Annaleê yan Molius wel yergnnd worden. Mogt
Digitized
by Google
IHLBIPINO. urn.
het iDtoraKlUD eeo geheel ander werk zgn, cUo behoort
het io onze VerxaméUng te wordeo afgedrukt.
5. Kronykmatigê aanieekmingen betrekkelijk de stad 's Bosch,
Deze Aanteekeningen komen Toor in een handschrift
ten archieve der stad 's Hertogenbosch, getiteld : Nomina
f seaHnonm Sylvaedveis, 1401*1049. Langweipig* fol.
6. Ckr<myek» gemaeekt kg den ouden meester Yah Oss, secretaris
menich jomr wtn den Bosch.
CuPBaiNü» heeft dit werk gebruikt. Zie zqne Chronyckey
bladz. 5. Mr. W. G, Ackbrsdyck heeft deze kronyk in
zijne reelTuldige schriften een paar keeren aangehaald.
Bq heeft mij in der tyd geschreven, dat het originele ten
fttadhuize alhier bewaard wordt, In dat gefal kan deze
kronyk niets anders dan de Kronykmatige aanteeikenin-
gen n^ ft wezen.
7. Chronycke gecomjmUert van meester Adriabn db Büttbr.
Deze kronyk haalt Gupbbinus mede in zijne voorrede
aan, bladz. 6.
8. Andhbas Eybrswixk, Geschiedenis der stad 's Bertogenbosch.
De magistraat der 'stad beschouk hem in 1613 daar-
voor met 150 gulden. Van Hburn beeft naar dit werk
te vergeefs onderzoek gedaan. Zie zijne voorrede, dl. I,
bladz. XXI.
0. PicRE Ghristovfbl TAS Bablen, Bcschrijving van 's Bosch,
Dit handschrift is door Graiuatb gebezigd, en naar
dezen door Van Oudbnhovbn aangehaald. Yan Hbübn
heeft er te vergeefs naar gezocht. Zie zijne voorrede,
dl. I, blada. xxvi.
10. Bart. HoMORfi, Pastorie Helmendani, Deseriptio Taxandriae,
Dit haRdeefarifl is door GRAiofAiB geberigd.
In het Diarium Ophotu komt op het jaar 1631, mense
Aprili, deze aanteekeoing voor:
11. »1>. Mareut van Gerwem eouUetae Peelandiae in Roy aceepit
iihmm magnam de anHquitatibtte et ftrivilegUs dnitatie et Majoriae
Digitized
by Google
XLIir. INLEIDING
manuteriptum a Mcholastieo Rhodano D. Bamkens et tradidif D.D.
statibva etc. Sylvaedueii: id retulit miM ipse Hanskem"
Is dit boek door Haoskens opgesteld, of is het slechts
seo handschrift, dat de kwartierlterschoat Van Gerwen
YBD hem gekregen had?
12. J: B. Grahhayb, de Campinis locie, Fol.
(Manuscritê de la Hbliotkèque dei ducs de Bourgogne
4 Bruxelles, t. H, p. 52.) Dit fragmeDt, ia het bijzoa-
zonder op 's Hertogen bosch betrekkelijk , begint aldus:
aSylvadudi in agro OftunentV
13. Chronyck van *s Hertogenhoseht vant jaer 1382 en 1383. Fol.
{Btanueerits de la bihliothèque des ducs de Bourgogne .
d Bruxelles, t. II, p. S2.) Deze krodyk begint aldus: »7n
't jaer ons Beeren 1382."
14. Descriptie urhis et absidionis Buseoducensis. FoK
{CataL van Palier U 's Bertogenbosch, 1759, blz. 92.)
15. De geleerde Benedictijner monniken Martèoe en Durand von-
den op hunne tweede wcienschappelyke reis door België in 1716,
in de abdij van Toogerluo, belangryke handschriften, waaronder
eene historie van 's Herlogenbosch vooral hunne aandacht trok.
{Ck)llection de ct^roniques belges inédites, 1836, t. I. p.
35 de rintroduction.)
16. Annalia civitatis Busciducensis ab' exordio dvitatis usque
ad annüm 1550.
Hetzelve berustte in 1762 in de bibliotheek der proost-
dy van Gorsendonck by Turnhout. Paquot was van oor-
deel, dat dit werk behoorde geco|ieerd te worden, blij-
kens een schrijven van den 13 Mei des gemelden jaars
aan den graaf de Gobenzl. {Collection de ehroniques bel"
ges inédites, 1836, t. I, p. 36 de l'introduction.) Ik was
vroeger van gevoelen, dat dit handschrift de Annales van
MoLius was. Thans komt het mij voor, dal hier welligt
ecne geheel andere kronyk bedoeld kan zgn. Uit dien
hoofde behoort de aanhaling van dit werk, blz. xii der
inleiding, weg te vallen.
Digitized
by Google
INLKIDIN&, XL?.
17. SiMONiS Pblgrom, Deêeriptio originii urbis Silvaeduemsii,
(Val. Andrbas, Biblioth. Belg,, 2* ed. pag. 812; Fop-
pens, Biblioth, Belg,, i. II, pag. 1101; Paqdot, Mémoi"
res pour servir A VhisUnre littéraire dei Payt-Bas, t. VI,
pag. 285.) Dit werkje, door Van Oudbnhotbn id het Ne-
derduitsch vertaald, is door mij geplaatst is in het Ge^
tehiêdk. Mengelw. over Noords Brdb,, dl. I, bh. 61 rolg.
18. De jammerlyke destruetie ende desolatie vanden kerken, eloes-
ieren etc, die by sommige sectarissen, te weten Calvinisten, binnen
's Bosch ende diverse steden van Vlaenderen, Uollant, Zeelant ende
VHesUmt is geschiet etc, (ia 1566} en verschelde andere historische
stukken meest tot 's Bosch behoorende, MS. fol., oud doch zeer net
geschreYen.
{Catal. van C, A, van Wachtendorff, 29 April 1811;
Utrecht bij /. Altheer; bladz. 18, o» 329.) Verkocht Toor
f 3,75.
19. Troubels en Bultstormerye &tnn«n de stad 's Hertogehbossche
sedert 21 July 1566; beschreven door Dohinicus Bbtbns. MS. 4^
{Catal, van Servais te Mech,, 1808, p. 237, n« 32l8.)
Ik heb dit handscbrirt aao de bibliotheek Tan Bourgon-
dle te Brussel gezien, doch het is niets anders dan een
afschrift uit Van Oudenhoven, Beschryv, der^ stadt van
's Hertogenbo^sche, ed. 1672, die het verhaal van Dohi-
nicus Betbns, biz. 135-139, heeft doen afdrukken. In-
tusschen wenschle ik het moudt gheschreven boeck" van
D. Bbybns zelf te zien, dat stellig meer bevat dan de 5
bij Van Oudbnhoten bebaarde bladzyden.
20. Informatie aengaende de troubles geschiet btnnm de stat van
den Bossche, 1567. Copie authentiek, geteekend »N. db Zobtb," groot
47 bladi.
In bet archief te Brussel (partie antique). (U. tan Wtn,
Bapport sij'ner reis ter opsporing van archieven in 1808,
MS. fol., biadz. 134, io de boekery des Genootschaps.)
21. Laus phani Buscoducensii, MS. 4». Beginnende: »Phanum
justo nomine,"
Deze lof op de St. Janskerk te 's Hertogenbosch wordt
in do koninklijke boekerq te Brussel bewaard. {Catal.
Digitized'
by Google
XLTI. INLIIIDIHG.
des manuseriU de la hihliothèque des dna de Bowgogne,
t. UI, pag. 53, fi« 8472.)
22« Mirakelen van O. £• V, ten Boeeh, uyt het originael geco'
eopieert. MS. fol. Begiiioeode : » Int jaer one Heeren 1383."
ID de. kooinklijke boekerg te Brussel. (Zie Catalogue
des manuserits de la hibliotMque des dues de Bourgogne,
t. III, pag. 53, D<> 14126.) Daar bet voorste gedeelte Ter-
loreo is, loo gis ik, dat Otto Ztlids betielfde handscbrift
teD grondslag gelegd heeft in lijoe Bistoria miraeuloea
B, Mariae SUvaducensis {An^v. Plantinus. 1632. 4<»), al-
thans de beschröving Tan zijn handschrift in de Toorrede
slaat letterlgk op het onderhaTlge. Het Genootschap be*
zit van dit MS. eene gelrouwe copie.
23. Legende van St. Odulphus van Oirschot. Op perkament.
DezeWe was in 1658 Toorhanden op de pastor g te Oir-
schot. Zie Acta Sanctorum Bollandistarum , die duode«
ciroa Jonii» t. Il, p. 594, alwaar een Lalynscb levens-
verhaal Tan Odulphus naar drie handschriften en twee
gedrukte levens (te Keulen in 1483 en te Leuven bij J.
de Westpbalia in 1485} voorkomt. Ik heb te vergeefs bg
Pantzbr naar deze legende gezocht, weshalve ik vermeen,
dat zy de Aurea legenda Joannis de Voiia6Imb bedoelen,
die in die jaren het licht zag.
24. Bertellinge van alle de kuyzen van Brabant in f jaer 1526.
N^' 4. Stad en quartier van s' Hertogehbosch in f jaer 1526. Fol., groot
70 bl. Afschrift van J, G. Smoldbrbn, professor bij het hminklyk
athenaeum te Antwerpen, ten jare 1826. Uyt een handschrift ten
archive der stad Antwerpen, in fol., in schaepsvel gebonden; op
den rug staet: Hertelling van alle de huyzen van Brabant 1526.
In hetzelfde stedelijk archief berust cene haardtelling
van Braband over den jare 1437. De verzamelaar maakte
daarvan reeds gebruik in zgne Bijdragen over Noord- Bra-
band^ dl. n, bladz. 51. Indien er statistische bijzonder-
heden, gelijk dit in de haardtelling van 1526 het geval
is, fn mogten voorkomen, was eene volledige nieuwe uit-
gaaf wenschelijk.
Digitized
by Google
INLBIDING. 'XLfU.
GEDRUKTE WERKEN (1).
1. Fragmmtum vitae Sanetae Odae. Lovanii apud Joannem de
Wtstphalia. 1495. ¥.
(Maittairb, pag. 467; Vissbr, bli. 20; Pantzbr, 1. 1,
pag. 515, die er bijvoegt: nScriptore Godefrido sacerdoU
Rhodano in Campania Brahanticaf" denkelijk uit Vale-
RiDS Andrsas eo Foppens. Isfridus Tbts plaatste in de
Aeta 5.5. Belgii. t. YI: Vita 5. Odae Virginis, awtore
anonymo. Ex MS. monasterii Portae Coeli apud Sylvam
Dueis, eollato cum MS. 2'^« parHs hagiologxx Brdbanti^
norum in Rubea Valle et Corsmdoncano, interpolationibus
vel saltem ineptis digreseionibus ewpurgata, doch maakt
▼an dit gedrukt werk geene melding.) Men weet, dat bet
dorp St. Oedenrode aldus naar deze maagd genoemd wordt.
2. Vijf en ttcintigjarig Kronyl^e van 's Hertogenbo9ch. 1476 —
1501. In bet Latijn.
Met eene vertaling afgedrukt in het Geeehiidh. ifen-
gHw. over Noord- Brahand, dl. I, biz. 201-234. Dit kro-
njkje ia slechts een fragment uit eene andere, mij tot dus
yer onbekende uitvoerige kropjk, blgkens de verwyiing
naar folio's en artikels, die boven elk berigt gesebreven
lijn.
3. Kronylgen van 's Bertogenbosch, 1312-1517.
Afgedrukt in Willküs, Belg. Museum^ dl. UI, blz. 78.
»Dit kronykjen," zegt Willehb achter zijne uitgave,» ge-
trokken uit de Analecta inedita van wylen den eerw.
beer A. Hetlsh, HS. bchoorende aen den eerw. heer Ds
Ram, rector magnificus der catbolyke universiteit yan
Leuven. Hbtlen schreef boven zyne kopy: »Ghronicon
sequens confe<^tum videtur a quodam syndico oppidi Rus-
coducensis, cui arcbivia patuere. Quod autem nomen ip-
sins fnerit, detegere nequivi, nisi fortasse fuerit dominus
(1) Ofschoon de iiaToIgende werkjes reeds meerendeels in de Verza-
meimg lijn opgegeven, willen wi} de titels nog «ens hier abchryven, in
de hoop, dat zij beter in bei oog sullen Tallen.
Digitized by
Google
XLVIU. INLEIDING.
Van der Stegen: id eoina nomea integumento inscribi-
tur. Verboteous et litterariter exscripsi ei autograpbo,
quod ab amica manu accepi 1785." " Wy bebben de bg-
zonderhedca betrekkelijk ons gewest uit dit kronjkje la-
ten afdrukken in het Geschiedk, Mengelw, over Noord -
Braband, dl. I^ blz. 321-337. Mogt men het bandschrift,
dat Hbtlbn gecopieerd heeft, kunnen ontdekken!
^,' Lutherye ten Bossche, 1533.
Dit fragment van twee bladz. druks komt Toor in de
Bijdragen over Noord- Brahand^ dl. I, btz. 395: bet be-
gint aldus: •Alsoe die verdoemde secte" enz. Misschiet
is dit verhaal uit eene geschreven kronyk van 'sHerlo-
genbosch gecopieerd.
5. Victoria turris Davidicae contra turrim BabyUmicam. kuct.
G. A Brüëckblabr. Silvaed, 1580. 8<>.
6. Pro[lromus Pacis; eodem auctore.
7. Flagellum Belgicutn; eodem auctore.
Komen in de drie laatstgenoemde werkjes geene by-
zonderheden voor wegens de gebeurtenissen te 'sHerto-
bosch omtrent bet jaar 1580?
8. Victoria Ncbiliss, Adolphi de Cortenhach, procomitis Helmon-
dani, Cecinit Bart. Honorios.
9. Poematium de pugna civili Silvaeducensium, Auctore Uattdia
VoRNio. Silvaed. Schefferus. 1606. 4».
10. Epigramma in laudem Civitatis Silvaeducensis, [Graeee et La-
tine.) Auctore Jo. Vladbracgo. Silvaed.
11. In laudem Domini Ifelmondani; eodem auctore.
12. De OhservatUme areis Belmondanae; eodem auctore. Silvaed,
13. Apologie der vertrocken horgers van s'Hertogenhosch, 1579. A\
14. Tnoee sehoone vermaningen oen de borgherye van s'Hertogen'
bossche door de Wethouders gedaen, 1580. KI. »*.
Digitized by
Google
INLEIDING. XLIX.
15. Exequiarum funébrium Philippo II Bispan. Begi Sylvaedu-
eis exhibitarum hrevii et extemporalis quaedam defcriptio per F.
Petrok Yladbracccm. KI/8<>.
t6. P. Vladbracci lïiarium rerum per singulos dies in obsidione
Sylvaducensi per Prineipem MauriHum Natsovium gestarum. Syl-
vaeducis, 1601.
17. Waeraehtighe nieuwe Thydinghe van de tterke etadi 's Ber*
togenhosch, dewelcke nu belegert is van de Mogende Staten der Ver-
eenigde Provinciën, onder belegt van xyn Excelentie Graeff JHaurits
van Nassautoe aen d*eene syde, en het leger van den Eertshartige
AUfertus aen d^ andere zgde, Gorcum hg Jan Bensberch. KI. 9^, groot
8 oogepag. blads. Zonder jaartal.
18. Twee nieuwe Liedekens van de beleigeringhe van 's Bertogen-
loseh, van het prindpael datter geschiet is tusschen den Leeu, Beer
ende Wolf, met alle haer aenhanghers, f Antwerpen bi/ Marten Bugs-
sens op ons Lief Vrouwen kerchhof in den gulde Leeu, MDGIII. S"*,
groot 13 oDgep. bladz.
I).
Digitized
by Google
Digitized by
Google
Uel Beêliiur van het pReviivciAAi. cei«o«TiM?HAP vaü
wLwnmTKm mm WBTfiüscaAPPEii im mo^bd-baabaiw ,
overwegende, dat het voor den beoefenaar der geschiedenis
van dit gewest allerbelangrijkst is, de bronnen daartoe te
hmnen raadplegen, fteeft besloten, om de oude kronyken,
charters, diploma's, privilegiën en uitgiflbrieven betrekkelijk
Noord- Braband te verzamelen en Hj eenige volledigheid in
de genoolsehappeliike Handelingen op te nemen.
Tot verwezenlijking van dit otUwerp wordt aan de leden
des Genootschaps het eerste stuk der Verzameling van kro-
nyken betrekkelijk de stad en me^erg van 'sHertogen-
bosch — naar verschillende handschriften door den heer
bibliothecaris. Dr. C» IL Bepnian» voor de drukpers be-
werkt — aangeboden, welke verzameling op zestig vellen
druk^ beraamd is en bij afleveringen van jaar tot jaar zal
tvorden voortgezet. Bij de laatste aflevering zal in eene In-
leiding een crüisch vet^slag der gebezigde handschriften en
kronykefi gegeven, dankbare hulde aan derzclver bezitters
Digitized
by Google
gebragt en het geheel met uitvoerige registers van personen
en zaken gesloten worden.
Indien aan deze onderneming die goedkeuring mag te
beurt vallen y waarmede het Bestuur zich durft vleien ^ zal
op dezelfde wijze ook met de kronyken van de overige dee-
len van Noord-Braband worden voortgegaan en tevens de be-
langrijkste eharterSy privilegiën en uilgiftbrieven van gemeen-^
(e's gronden en polders ^ heer lijkheden ^ kenverheffen y poot-
kaarten enz. enz. worden medegedeeld.
Het Bestuur vertrouwt , dat deszelfs medeleden y die derge-
lijke oude oorkonden bezitten y volgaarne zullen medewerken y
om deze verzameling zoo volledig mogelijk te maken y en noo-
digt tevens eiken letter- en geschiedkundige uit, die ziek met
de uitgave der kronyken en charters betrekkelijk landstre-
ken in Noord-Brabandy welke buiten de stad en mdjerij ge-
legen zijny zoude kunnen belasten y om %ich daartoe wel te
willen aanmelden.
NAMBlfS IET BBSTVVB,
DE SECRETARIS,
Mr. WAN COOTI.
Digitized
by Google
DIE CHRONIG&E
TANDER TERHAERDER ENDE VROMER STADT VAN
Tsertogenbosch,
INT GOBTB VAN
HENftI€OS DIE KKR8TB,
Hertoge van Brabant,
TOT
PHILIPPOS TANOBSTBNRYGI,
Oonine van SngeUint ende Hwtoge van Braha$%L
Digitized
by Google
BosoodiiceDsem plebem Dominof benedïcat et nrbem.
Digitized by
Google
Me p^ol^f e Tan dit lUiTolKeade
€la*oii]rjüken«
Den eerweerdigen, wisen ende seer vaorsinigm heeren
scepenen en. met, ende voort allen (1) vromen borgeren
ende ingesetenen der seer vemiaerder stadt van Tserto-
ghenbosch, wenst broeder Aelbektus Cdfbriiius eewich
geluck en. voorspoet.
Jlsoo ons beschryvet die wel sprekende Tullius Cicero,
soa en is geen dinck dat eenen weereltsce man meer tot
ujysheyt, manheyt (2) ende deuchdelycke leven treckende
(1) Bij B. ingekacht anderen,
(2) B. vaerheyf. Bij KUian ii mmilUkhöyd^ Tirikb animus, fortUudo,
vroomheid, A\\% MüeKheid,.
. Digitized
by Google
ende verweckende is, dan vlietelicke (1) historiën ende
chronicken ende oude geschiedenissen te lesen: te weeien
als die bequamelick geschreven worden (2), mit alle sa-
ken ende circonstancien, woorden (3) en. daden, daer oen
eenich groot verlangen gelegen is geweest, want hy daef*
door vemuftich word, niet alleen in orlogen ende in sfrt-
den, mer oock in raet ende alle borgerlycke saken, die
in (4) den landen ende steden opryscn mogen, ghelycker-
wys dit (5) aenmerct hoe die vrome stadt van Tsertogen-
bosch, die eenen cleynen oorspronck en. beginsel gehadi
heeft, door wat oefeninghe ende manieren^ of policye sy
soo grootelyck toegenomen heefi, want chronycken syn an-
ders niet dan getuygenisse der tyden , een lichte der waer-
heyt, een meestersse des levens.
Op dat ick nu myn grondelycke gunste tegen dese lof-
felicke (6) stat van Tsertogenbosch thoenen soude, . soo
hebbe ick dit chronicxhen tot eere, loff ende proffijt van
.allen vromen heeren, borgers, ingesetenen ende liefhebbers
(1) Bij Kilian U vliitighj fluens, liquidus, en Tlijiig.
(2) Bij Y. en B. wordl,
(3) B. voonoaerden', Y. tottrden.
(4) V. an.
(6) Y. dit.
(6) Y. f^nfelicke.
Digitized
by Google
deser sM hoochweerdige name int openbaer laten gaen,
begerende op den geminde (1) lesere ende op alle vrome
borgeren dit chronycxken int goet nemen willen, denc-
kende dat alsoo wel prysselicke (2) is, cleynen giften in
danck te nemen als groote giften te geven.
Mer op dat niemant en wane dat die compositoer de--
ser cronycken, om die stat synre geborten te eeren, naer
synder belieften (5) yet (4) meer daer in geset heeft dan
die gerechte waerheyt, soo gheeft die compositoor te ken-
nen, dat hy niet vanden synen daer in geset en heeft,
moer heeft dese chronycke getrocken wt veel andere au-
thentycke (5) boecken, te weten: wtten chronycke van
Brabant, wtten chronycke vanden eerweerdigen heere Ri"
gino, abt van Pruymen, wtten chronycke gemaeckt by
den ouden meester Peeier van Oss, secretaris menich
toer vanden Bosch, wtten schriften oft chronycke vandet^
eerweerdigen priester en. borger vander stadt (6), mees^
(1) B. gemeyne.
(2) Y. princheliAe.
(3) B. heloêften.
(4) B. oyL
(S^ B. ehrwyck,
(6) Bij B. weggelaten menich iaer panden Bosch ^ wtten schfiften oft
chromfcke vanden eerweerdigen priester e», borger vander stadt.
Digitized
by Google
ier fFillem Mooi, wttm chnmijicke gecompuleert van
meeiter Jdriaen die Ruyter, die wekke tnenich iaer
inden huze vanden heylighe Geest ab (1) ye-
dient heeft.
Godt, die Heere, wille die vrome borgen eni die gre-
meynte in geluckealiger (S) prosperiteyt, voorspoei en.
%pelvaerf genadelike gespaeren en behoudm (3).
(1) Een woord is in V. uitfelaten. By B, is die tin aldus omgeioi:
die Ruyter^ die menieh iaer inden heyligen Geest gedient heeft,
(2) Bij Y. en, tosscheogcvof^.
(3) B. behoeden.
-^ism^
Digitized
by Google
Tsertoghenbosch is eea stede gelegen int bisdom van
Layck ende is een vandie vier hootsteden van Brabant ,
toebehoorende als een eighen patrimonlnm den hertogbe
van Brabant» sonder eenigbe overheere daerinne (1) te
kennen of te leene van iemant te ontfanghen, ende is
een stede seer vast ende stercke, driecantich inder fonne
ende ntennate lyck ende macbtich van volcke, hooch
van mneren t^en eenen onversienlyck ende subitelyck
aenstoot van vianden, hebbende thorens ende (2) diepe
graften, wel voersien ende beschermt (3) mit alderley
instmmenten van atteirye bolwercken mit stercke fortres-
seo ende borstweren (4) voor die poorten, met schoone
slach- of valbrngghen (5).
Indese stede syn schoone lustige kerckcn oft cappellen
mit een sonderlinge schoone eode costelycke kjerck in die
eere van sint Jan, apostel en. evangeUfte, daer in getun-
deert is een canonnizye (6) van xxx wetlike canoniken: in
weicke kercke alsoo schoonen dinst gedaen werd dagelix
als in eenige stede oft plaetse toebehoorende ons p'rinche
vanden landen.
(1) V. in. (2) V. mit. (3) V, besckrempt. (4) B. voorstoren,
(5) Bij V. ontbreekt mêt scIumhio siach^ of valbruffghm* (6) V* ca-
Digitized
by Google
— 8 —
Hier tolgeo die naemen van die andere cappellen, die
in de stadt vanden Bosch staende syn:
Sint lacops capelle«
Sinte Peeters capelle.
Sint loris cappelle.
Sinte Cornelis cappelle. *
Sinte Anthonis cappelle.
Sinte Anne cappelle.
Sinte Loyens cappelle.
Shite Barbere cappelle.
In dfe stadt vanden Bosch staen oock veel costelycke
schoonecloosteren van mannen en. vronwen, van welckoi
sommighe binnen die stede en. sommige buyten staen,
waer aff die naemoi hier naer volgen en. eerst ^ie nae^
men vanden cloosteren die binnen ligghen.
Dat clooster vanden Wilhelmiten, dat men nnemt die
Baseldoncky ende staen onder den vegA van sinte Bene-
dictns.
Dat clooster vanden Prekers.
Dat clooster vanden Minderbmeders.
Dat clooster vanden Cruysbraeders.
Dat clooster vanden Bogaerden.
Dat clooster vanden Fraters.
Dat clooster validen Cellebrueders.
Dat clooster vanden Clarissen.
Dat Begtdarisse clooster van sinte Gheertmyt.
Dat Regularisse clooster opten Wynmolen berch.
t Dat clooster opten Hulenborch.
Dat snster clooster after die Tolbmg.
Dat clooster vande Cellesusteren ofte swesteren.
Dat joufirau clooster van die nonnen int groot gasthuy».
Digitized by
Google
— 9 —
Dat clooster vande susteren van Orten.
Die groote vergadering vanden Beghinen opten Beghi-
nen hoff.
DIE CIOOSTEREir UGGSirDS BUTBIC VJ^ STAOT
VANDIH BOSCH.
Dat clooster van Zantroysen of Chatnsers te Tucht.
Dat dobbel clooster vanden Brigitten tot Coudewater.
Dat Regularisse clooster tot sinte Annenborch.
Dat sustere clooster op die Eycken donck.
Alle dese cloosteren en. godshuysen liggen binnen en.
Iraien die stadt vanden Bosch , twelck een groote gratie
is voor die stadt, want men seyt gemeynlick in ste-
den daer alsolcke cloosteren van goede leven zyn en.
liaren regel oft observancien baren oerdenen wel onder-
houden, alsoo in de cloosters vanden Bosch gedaen Vferdt,
dattet volck daer by seer verbeetert werdt, midts goe-
den exempelen en heylighe leeringen, dan in andere ste-
den, daer niet aldusdanige cloosteren mei- ander van slap-
pen ofte v?ilden (1) leven syn, daert volck quaet exem-
pel aen nempt.
Op dat nu voort allen menschen bekent werde die
mromicheyt en. proprieteyt der ingesetenen vanden Bosch,.
(1) B. Heelden,
Digitized
by Google
— 10 —
soo is te weteu dat meeste deel onder die borgers veel
goeder coodicien blyckende zyn, diemen in dander ste-
den onder die borgers soo gemeynlyck niet en vyut la-
den eersten soo is dat volck vanden Bosch seer stiyd-
baer en. moedich tegens syn vianden, als dat dicwilie'
openbaer is geweest in verscheyde oorlogen tegens die
Gelderschen, welck landt sy dicwils alleen gedwongen heb-
ben, sonderling in dat oerloge van Poroeyen (i), int iaer
ons Heeren dusent ccccc en. achte. Item in dat oerloge
▼an Utrecht, anno xxiiij, doen zy allen die dorpen vaa
Gelderlant tot Zutphen toe brachten int verdingen (2).
Item in dat Tielsce belech geschiet synde, anno xxviij»
ende tot meer andere tyden van oorlogen , daer die van*
den Kosch haer grootmoedicheyt seer over baer vianden
gethoont hebben.
Den tweeden soo blyckt gemeynlyck onder die borgers
naturelycke ingeboren getrauwicheyt tot haeren naturelyc-
ken landsheere en. prinche van Brabant (3), want sy al-
toos bereet syn geweest mit haren prinche te leven ofte
sterven', alsoo dat dicwil bevonden is, dat welck hier
te lanck sonde vallen te vertellen: waerom dat die stat
vanden Bosch van sommighe heeren en. hartogen van Bra-
'bant begracyt (4) syn geweest en. seer in haer vrintschappe
gestaen hebben en. mit previlegien begaeft syn geweest,
als te weten, Henrick, die eerste van dien name, hartoge
van Brabant; item vrou lanne (5), hartoghinne van Bra-
bant; item Maximiliaeni die keiser en. hartoge van Bra-
bant; item zyn sone Phillippus, hartoge van Brabant en.
(1) Poederoijen, eepe beerlijUieïd in den Bommelerwaard. (2) Ftr-
dwgên, redimere, transigere, Kn., dus ander hrandsckaUing brengen^
(3) Bij B. weggekiien van Brabant, (4) Begunatigd. (6) B. Johanna,
Digitized
by Google
— 11 —
coninck van Castillien, en. meer andere, die de stat geëcrt
en lief ghebadt hebben om haer troimicheyt.
Ten derden soo staet aentemercken tot loff en. recom-
mendacie der borgeren en. inwoonders der stadt vanden
Bosch, die groote charitate en. melidende bermherticheyt,
die zj thonen en. bewysen den ermen en. gebreckehcke
menschen en. schamel clerxken, want in geen steden,
noch in Gelderlant, noch int lant van Cleve, Guh'ck,
Lndick of oeck mede in Ylaenderen of Brabant, soe
groote charitate van almissen te geven, gedaen v^erdt, als
tot Tsertoghenbosch , als wel blyck en. openbaer is allen
menschen die barmhertige charitate , diemen doet den zie-
ken int groot gasthnys; item die overvloedighe spine (1),
die daer geschiet inden heyligen Geest ij of iij mael ter
wdie, voord aen wat charitaten men bewyst den huys-
armen; item hoe dickwils alst durentyt was, hoe bystan-
dich die goede borgers bewesen hebben den. armen men-
schen^ die anders van honger hedorven souden hebben,
als te weten int iaer ons heeren dusent vyf hondert (2)
en. xxx; item int iaer van xlv (3); item int iaer van
Ivij, doen ten Bosch alsoo groote volck wt andere ste-
den, als van Lnyck, wt Brabant, wt Gelderlant, wten
landen van Cleve, van Gulick etc. (4) quam, dat den
stadt te swaer viel haer almissen te geven, desgelycx in
tyden dat die Maescant en. daer ontrent overvallen wer-
den mitten water, dat de huysluyden daer woonenden
op die solders lopen, om haer lyf te salveren, hoe neer-
slich die stat vanden Bosch daer dan beschickte met
schuten ende pleiten, proviande van broot, kaze, boter,
(l) B. spjfse. Beter spine ot sjtymo, spyude, uitdeeling van mondbe-
iioeaen. (3) Bij V* weggelatoo tJ%f hondert, (3) Bij V. staat x¥.
(4) Bij 'V. »taat in.
Digitized
by Google
— 12 —
vleesch etc, om die schamele menschen te huipe te co-
men, als wel gebldien heeft int iaer dusent ccccc en.
xxix; item iot iaer van xzzi; item int iaer van lij, ende
tot meer andere tyden Tan durentyt oft van oploop van
wateren, waer om die stadt vanden Bosch wel mach ge-
neumt werden een toevlucht en. onderstant van allen ar-
men menschen.
Ten vierden soo zyn die vanden Bosch seer neerstich
om haer broot te winnen en. haer ambacht te vervolgeo.
Sy hebben voor een maniere, dat sj haer kinderen tot
geen leecheyt en houden, maer sy doen haer kindéren
van ioncx op een ai^bacht leeren, of zy doen haer kin*
deren scholen gaan, het sy buten of binnen der stadt,
of zy doen haer kindereQ leeren comenschappen, midts
welcke toe compt, datmen in alle landen of steden Bua<-
schers vynt, en. dat in die stadt menich treffelyck ryck
borger, soo ambachsman soo coopman, woonende is, als-
men oock wel sien mach die playsantelike husen, die
dagelycki inde stadt vanden Bosch getimmert en gebe-
tert {1} werden.
JDuf Me sU»di ran Têewfaghenb99eh oUoob
éU^Êf*gaeiê9 wei getregeeri im ffeneeeêi
^MM0 ff^etBe Ê^effeêê wew ^m« Ê^eetreË^m
Al eest alsoo dat die stat vanden Bosch principalyck
staet op die ambachten en* comenschappen, die van die
neerstige borgeren: nochtans syn altoos in die stat ge-
(l) Bij B. weggelaieo geleteert^ waarroor wij geietert geschreTen
hebben.
Digitized
by Google
— 13 —
vreest rycLe en. eedele mannen, daer die stadt af gere-
geert is geweest, als: schepenen, raetsheeren (1), door
ifyens deuchdelickheyt^ vromicheyt, wysheyt en cioeck-
heyt die stat dicwils in eenen geluckigen staet en. wel-
Yaert gestaen heeft en. veel victorien tegen die Gelder-
schen gehadt hebben: door welcke saecke die stadt van-
den Bosch een vernaemde (2) en» vermaerde stat altoos
is geweest, en. hier' om hebben sommighe groote heeren
en. princhen vrintschap mit die stat gehouden, als: har-
toghe Art van Geldre, die een vrouwen bruer was ten
Bosch int sint lans kerck en. een oude schutter, seei*"
neerstelycke onderhoudende (3) die costumen van die
bruederschap van ons lieve vrouwe en. van die oude
schutters, ^vyens hert e noch ten Bosch int clooster van
sinte Geertruyt opt choor bewaert werdt; item die vrome
grave van Bueren; her Frederick van Egmont (4), wyens
huysing ofte paleys noch staet in die Orten straet by
dat heylich Gruys poorte, die menich spronck reyse (5)
en. menich verdriet gedaen heeft den Gelderschen, ter
liefden van die stat vanden Bosch; desgelycke zyn sone,
grave Floris van Bueren, heere van Iselstein, die oock
altoes vrintschap met die stadt gehouden heeft en. was
oock inde bruederschap van ons lieve vrouwe en. een
ionge schutter seer liefgetal en vrinthout onder die -bor-
gers, en. hadde syn wooninghe of berberghe in die Pos-
tel straet; ende voort meer andere heeren, vorsten en.
oock steden, die hen mitter stadt vanden Bosch versel-
let (6) hebben en. vrintschap gehouden hebben.
(1) B. kmitheeren, maar verkeerdelijk. (2) Bij B. weggelaten ver-
naemde. (3) Bij B. weggelaten iils: hartoghe enx. tot onderhoudende,
{4) V. Egetnont, (5) Spronck reyse, vijandelijke inval, Kiu (6) Fer-
sellen, bondgenootschap maken en sluiten, Kil.; bij B. staat verxegelet.
Digitized
by Google
— 14 -
Hier volgen nu nae die namen van die ridders, die
als schepenen mede die stadt van Tserloghenbosch gere-
geert hebben in verscheyden iaeren.
Her Amt Dicbier; hy vras schepene int iaer ons Hee-
ren dusent iij'^ ende xiiij.
Her Gosen die Cock; hi was scepene inden iaere ons
Heeren dusent ccc ende xv§.
Her lan van Eyndhoven; hi was*scepene anno. dusent
ccc ende xix.
Her Henrick van Nulant ; hy was scepene int iaer ons
Heeren dusent ccc ende xxx.
Her Henric van Modrecht (1); liy was scepene anno
Domini dusent ccc ende Iv.
Her Rhicalt van Ouden; hy was scepene int iaer ons
Heeren dusent ccc ende Ivj.
Her Emondus die Rover was scepene int selve iaer.
Her Dirick de Rover was scepene int iaer ons Heeren
dnsent ccc ende Ixxj.
Her Arnt die Rover was scepene int iaer ons Heeren
dusent ccc ende Ixxxig (2).
Her Gosen van der Aa was schepene int iaer ons Hee*
ren dusent ccc ende Ixxxvij.
Her Willem van der Aa was scepene int iaer ons Hee-
ren dusent ccc ende Ixxxvij (3).
Her Dirc die. Rover was scepene int iaer ons Heeren
dusent ccc ende xcviij.
Her Willem van Gendt was scepene anno Domini du-
sent cccc ende xviij.
(1) V. ItfoereehL (9) Bij B. staat Heer Edmondus de Rover icas
schepen anno 1883. Ahoo heeft de alschriJTer 'vier regels overgespron-
gen. (3) Dexe persoon bij B. weggelaten.
Digitized
by Google
— 15 —
Her Dirck van Mercbem; hy was scepene ini iaer ons
Heeren dasent cccc ende xix.
Her lan 'Back; hy was schepene int iaer ons Heeren
dusent cccc en Ixxxij. ^
Her lan van Brecht; hy was scepene int iaer ons Hee-
ren dnsent ccccc ende xxvj.
Hercules Keystergat; hy was scepene int iaer ons Hee-
ren dasent ccccc ende xxxvilj.
Her Willem van Oss was scepene int iaer ons Heeren
dnsent ccccc ende xlj.
Her lan vanden Wygaert; hi was scepene anno Do-
xnini dnsent ccccc ende xli).
Her Gerit van Yladeracken, heere van Geffen; hy was
schepene anno domini dnsent ccccc en. xlvij.
Her Walraven van Erp; hy was scepene int iaer ons
Heeren dnsent ccccc ende xlv (1).
Binnen de stat van Tsertogenhosch zyn twee dnsent
ende iig"^ vuersteden (2).
MHi zwm ^e gmëÊëhuêeu mfi 4fmUhmg9em (S) tMMt
bêÊHêen detr
Opten Hulenhorch een manne gasthuys» geheten Loy-
aers (4) gasthuys.
Aldaer hn Schilders gasthuys van seven vrouwen.
(1) Bij B. het jaar weglaten. In de Toorgaande lïjst is de stijl bij
B. verkort. (3) Bij B. deie regsls weggelaten. (8) Bij B. ia gast-
hwyiten weggelaten. (4) V. Lcenaerê, Men bedoelt het tooijers-gasthnis.
Digitized
by Google
— 16 —
By sinte Barbare capel Agnes vanden Broeck gasthuys
van seven vrouwen.
In die Orten straet sinte Loens gasthuys van seven
vrouwen gheheiten her Coenraets gasthuys van Driel.
Aldaer Gherit die Werd gasthuys van seven mannen.
Aldaer Art van Ouwens gasthuys van seven mannen.
In die Hintemer straet in die Gruytstraet Henrick
Brands^ gasthuys van seven vrouwen.
Aldaer dat groot gasthuys.
Aldaer her Henrick van Neynsel gasthuys van xiiij
vrouwen.
Aldaer iouffrou Crystyns Meelraans gasthuys van xiij
mannen. ^
Aldaer Art Keyts gasthuys van xij vrouwen.
Aldaer sint Anthonis gasthuys genuemt Anthonis Wyn-
schot van acht vrouwen.
Opten Wynmolen berch Deventers gasthuys van (l)
mannen.
In sinte lacops straet Roelof mitten Kese gasthuys van
acht vrouwen.
In die Schilders straet heer Adams gasthuys van xij
mannen.
Opten Papen huls her Adams huysvrou gasthuys van
xiig vrouwen.
Aldaer lan Moons gasthuys van mannen.
(1) Bij B. eene ruimte opengcUten om het getiil in te vullen.
Digitized
by Google
— 17 —
lo die Postel straet ionfibou Margriet Spyckers gast*
huys van vronweD.
In die Yenvers straet Henrick Smeets van Yessem gast-
hnys van mannen.
In sint loris straet lacop van Oosterwyck gasthuys van
veertien mannen.
Aldaer Aert Berwers gasthup van mannen.
Opten Yncfateren dyck Heyms gasthuys van mannen (1).
In sint loris straet meester Stevens vanden Broeck gast-
hnys van mannen.
In die Ramen lan van Berckels gasthuys van vrouwen.
In die Putstraet Maigriet Heerens gasthuys van vrou-
wen.
In die Pepers straet een gasthuys van vrouwen, ge-
nuemt üleman of Brant gasthuys.
^ienew «tef tMMt V9ewHhkgenib99eh.
Inden eersten opt Hindemer eynd totter Gherlinxse
brog mit allen straetkens daer toe behoorende.
Ben anderen block van die Geerlinxse brug totter ge-
vangen poorte toe mit oock haer toebehoorten.
(1) V. vrowcen, doch Terkeerdelijk. Zie Oudenhoven, ed. 1670, bh. 126.
C, 2.
Digitized by-LjOOQlC
— 18 —
Den derden block die Kercke strael, Peper straet. Fut
straet mit haren toebchooren, metter helft yan die Var-
wer (1) straet.
Den vierden hlock die Boortscen (2) straet, die oude Diese,
die Volders straet, den ouden Huls, sint loris straet mit
allen syden straetkens, noch die Lombartsche hrng en.
mit die helft van die Yerwers straet.
Den vyfden blobk die Yuchter straet tot theylich cruyce
poort toe mit allen syden straetkens.
Den sesten block den Yncfateren dyck tusschen beiden
poorten mit allen zyden straetkens.
Den sevenden block die Yismerct mit die Corenbrug
mittet Gruys straet, Earrestraet ea alle andere straetkens.
Den achtsten block die geheel Orten straet mit haer
siden straetkens rontsomme. .
Den negensten block die geheel merct en. Tolbrug.
Endoveo, Helmoot, Hnesden, Yianen, Doermael bi
Loven, Ylierden, Doorne, Heze ende Leend, Rithoven,
Someren, Oss, Berchem, Heesvrycky Dinter, Berlicnm,
Roey, Oesterwyck, Hit verenbeek, Landen by Thienen.
. (1) B. vTcvcrs, doch Terkecrdelijk. (2) Beurse.
Digitized
by Google
— 19 —
Ende die van Landen, te weten, die schoutet en. iiij
scepenen hadden haer vonnis int iaervan xv® ende xxx
in Februario ten Bosch, en. werdt haeren yrju geschonc-
ken van die heeren.
-^^-«SSKXes»-^
WmÊêélen eet* ##«•• •orafMroiteJk éiew rrmttef
In den tyden dat int hartochdom van Brabant dom-
mineerde als prinche en. landsheere bartoghe Godevaert
van Brabant, die derde (1) van dieii name, en. oock in
tyden van zyn voorsaten bartogen , en. be^ondere in ty-
den van bartoghe Henrick van Brabant, die eerste van
dien name, die dommineerde in Brabant in tyden van
Paens Alexander die derde en. keiser Frederick die eer-
ste, genaempt Barbarossa, soo was die plaetse daer nu
die stad van Tsertogenbossche op gefundeert is, een zeer
lustige ende plaisantelycke bosscagie en. een genuchelicke
foreeste, verciert met menigherlejr boomen, ghebusten (2),
mit verscheyde gron cruden, bloeroen en. al wat tot ghe*
nucbte solacie en. beridSicheyt van een bossche, foreeste
CD. warande toe behoort. In dat bossche waren veel
(t) Lees iiceede. (2) Ghebusten tan bus voor bosch, tan daar Bus^
sener, Bosschenaar. Bus, Terzameling yan kreupelhout en struikgewas.
Bij B. yeboest^ff.
Digitized
by Google
- 20 -
vremde, wilde diereD, als: vosseo, wolven, beren, wilde
swynen, hazen, conynen, herten, hynden (1) en. zulx
meer van wilbraet. In dit bossche waren .oock rivieren
en. viveren en. loopende wateren en. seer bequame weyen
voor die wild dieren en. beesten, waerom die hartoge
van Brabant Henricus hadde dese plaetse seer vercoren,
om die iacht daer in te plegen en. te hanteren, ende
wilbraet te vangen, alsoo nu tertyt die hartogen van
Brabant int bosch van Zonien boven Brussel doen en.
tot zyn berieflüickheyt , dede hartoghe Henrick in dat
bosch temmeren een lanthuse op die selve plaetse daer
nu dat huys int Haeswyntken staet aen die merct, op
dat hy met ' zyn knechten en. iagers en, mit zyn peer-
den en. iachonden daer in logys hebben mochten en.
rusten vander iachte en. beschermt (2) mochten worden
van wynt, regen en. onweer.
JToe éimi Me ijptHire ram Mege» éÊmmi dede
êtmem dmê hewËmghen vmm MËÊHtbanim
iaehMmêutBÊêf en. trof beierwê^êe
Mg dnetr wom»* liéeft tttoe^to*
Groten twist ende onmin is op een tyt geresen ge-
weest tussen hartoghe Henrick van Brabant en. den grave
van M^en. Want die hartoghe, als hem overcomen wa-
ren sommighe groot (3) treffelike saken aengaende syn
lande, soo is hy gereyst na Brussel, ende hier in tus-
sen zyn des hartoghen iagers mitten honden gaen iaghen,
(1) B. hifnen. (2) V. beschrempt (3) Bij V. weg|>felaten groot.
Digitized
by Google
— 21 —
om eeoich wilbraet te vanghen, en. soo ist ghebuert (1)
dat die honden geloopen syn int lant van Meghen, den
wdcken die iagers en. des hertogen dienders gevolcht
syn 9 en. hebben daer oock hazen of ander wilbraet ge-
vaDgen. Dit vernemende die gravé van Meghen heeft
die iagers en. des hartogen dienders seer vreeslyck doen
slaen en. wreedelyck doen hanteeren; daer en boven heeft
hy alle die honden des hartoghen doot doen slaen. Die
hartoghe dit vernomen hebbende, werdt zeer (2) tornich
en. soo bemert op den grave van Meghen, dat hy voor
hem genomen hadde den grave te doen vanghen en. gant-
selick die stadt en. lande van Megen te doen verderven
en, mitten brant te doen verwuesten, mer die banroot-
sen (3) en. die eedelen yrt Brabant, en. oock die vrin-
den vanden grave baden den hartoghe langhen tyt voor
den grave, ende den twist v^erdt neder geleet op zulke
condicien, te weten, dat men die honden mitten voeten
om hooch hanghen soude en. dan soo veel coreiüs rogge
o(t haver om die honden hoopen soude, dat die honden
gantselick mitten choren bedect soude syn van onder tot
boven, ^. dat choren soude hy geven den hartoghe voor .
zyn betemisse, en. dat' hy voor den hertoghe eenen voet
val doende, begerende genade voor syn misdaet, dat
welbke alsoo gesciet is ende volbracht. Ende hier mede
quam die grave van Meghen weder in die vrintschap
en. gratie vanden prinche.
(t) V. geboort (2) V. soo, (3) Baronnen.
Digitized
by Google
— 22 —
FoM Me IMytMiitte geiegenihe^i enOe
beÊHefliehhegi (1) éie** pimeiêe «icief êêu éie
êimai MMtfleM MÊe9eh ëf» «toef.
Alsoe die plaetse daer nu de stadt van Tsertogfaen-
bosch op gefundeert is, seer genuchlick en. lustich was,
en. omcingelt en. oeck verciert mit campen, weylanden,
vruchbaer ackers en. andere coren landen, en. bisondere
oeck nyet verre gelegen was van die omliggende dorpen
en. steden van Gelderlant, Kempelant en. Peellant, ende
oock die Diese die plaétse omcingelde, gemengt synde
noch mit twee stroomen, als mit die Dommel en. mit
die Aa, ende haren cursse en. loop hadde nae Engelen,
daer sy haer ontlast en. vloeyende is inde Mase, soo werdt
Bosch en. die omliggende plaetse en. velden Hoe langer
hoe meer rondsomme vermaert en. vernaempt om haer
berieflickheyt, en. van veel menschen wlten lande van
Geldre en. wt Brabant versocht (2), want die huyslie-
den van die voorsz. plaetsen bestelden daer haer byen;
ende aengesien dat die byen op die plaetse alsoo merc-
kelycke toe namen en. eenen goeden voortganck hadden,
soo werdt dit op allen contreyen alsoo verbreyt, dat die
lieden van alle canten mit groote getalle en. menichte
quamen mit wagens, mit carren, en. te water mit plei-
ten en. schuyten, geladen mit ymercorven (3), dat door
dese oorsake veel comenschappen , mangelingen en. wis-
seling van peerden, van horenbeesten, van scapen, van
(1) B. neersticheyt. {Z) Voor bezocht. (3) Ymercorven^ bijcokor-
ven: imme bij Kil. , eene bij.
Digitized
by Google
boter, van kaze, yan rogge, van havere en. zuix meer
gbehanteert werdt, alsoo seer oft een groote merct van
eenighe stede geweest hadde.
. Vmm Me eefjfe huif wem, Me ien B—eh
geUÊHÈÊ^etri wcmtrem.
Tot noch toe soo en waren noch geen hupen of hei^
bergeb ghetimmert op die plaetse of steden, daer die
coc^lieden «en. andere volck haer logys en. berieff inne
mochten hebben ^ mer van noods wegen soo moesten zy
nae huys reysen oft blyven in die naestliggende dorpen
of steden , om aldaer herberge en ruste oft logys te ver-
Giygen, soo is die prinche hartoghe Henrick van Bra-
bant daer toe versocht van- sommige goede mannen, dat
syn princhelycke maiesteyt lelieven wilde, dat men tot
herief van allen menschen, die haer comenschap op dese
plaetse hanteerde, sommige husen en. herbergen timme-
ren mochten, dat welcke die goedertieren prinche willic-
lyck geconsenteert heeft, verleenende daer toe hout tot
bakken^ carbeelen, plancken en. sulckx meer, dat welcke
hy beval en. consenteerde te halen vuyt zyn foreest en.
bossche, ende consenteerde oock, dat een ygelyck, wie
geliefde, syn woonstat in dese plaetse nemen en. ruste-
lyck besilten mochte, sonder ymants tegen seggen, sy
en. haer nacomeling of erfgenaem, ten eewigen dagen.
Soo werden daer veel herbergen op geslagen en. veel
hnsen getimmert op versceyden plaetsen, en. bisonder
die eerste hnsen werden getimmert op die selve plaetse
ofte straete, dat nu op die oude Diese geaumt is, en.
Digitized
by Google
— 24 —
soo Toort na die Verwers straet, en. oock opten Hoogen
Steenweech: en. om dat hier nu soo goeden berief van
herbergen was, daer die weerden en. weerdinnen groote
neringhe en. gewinne by vercregen, soo werd dese plaetse
alsoo vernamt suyde en. weste, datter groote menichte
van Yolcke quam tot dese plaetse vanden Bosch wten
lande van Cleve, van Gulick, van Boemel, van Tiel, van
Nyemaghen en wten lande van Luyck (1), om daer te
coopen en. te vercoopen, en. haer comenschap te hanteren.
Aldus wert dat een huys bide andere geset en. getim-
mert, daer die prinche hartoch Henrick seer williclyck
syn assistencie toe dede mit zyn hout en. boomen, die-
men in dat bosch allenxken wt baelden.
JToe doÊ die howgewê en. iêêgeêeieM vmm
den «feae nieuwe inwtaoÊêderê en. fnêêda^
foofa ra»èden MioêeH wË hntren •rt^attift-
Qe en. jj^Mnemwe f^ethwurewen ne^^^en.
Die borgers van Heusden horenden ende sienden den
geluckigen sta^t van die ingeseteu vanden Bosch , soo
hebben sy dat seer qualyck connen gedragen, want die
scepen en. ware, die weicke nu ten Bosch gebrocht werdt,
pleech in voorleden tyden tot Heusden aen te leggen,
daer oock eertyts plach te staen een tol huys, want sy
mitten scepen veel eer tot Huesden waren, eer sy ten
Bosch kosten gecommen: want die Mase dier tyt noch
niet door gesteken en was , dat sy rechte voort ten
(!) Bij B. Cuyck,
Digitized
by Google
— 25 —
Bosch kosten gecommea Dit overdenkende die van
Hensden, dat door alsulcke meenichfuldighe neeringe
liaer (1) stat seer cleyne mocht voorden: om dit te scut-
ten soo hebben sy haer mit malcanderen beginnen te
beraden virat sy beste te handen souden trecken, v^aer-
om als hen dochte, dat sy becpiamen tyt hadden ge*
raeckty soo syn zy ten Bosch gecomén en. hebben dese
nieuwe ingeseten vanden Bosch eendrachtelyck vander
plaetse yeriacbt, ende hebben allen dat gene dat sy ge-
tixnmert hadden te niet gedaen. Die vanden Bosch, hoe
ywel dat sy dese nederlage hadden gehadt van die van
Heusden, nochtans niet lange daer nae soe sy wederom
gecomen, om haer oude plaetse en. husen weder te be-
^oonen en. hebben haer husen wederom op getimmert,
waerom die van Huesden dit seer lastich (2) dragende,
zyn wederom ter plaetsen vanden Bosch getogen en.
hebbense daer niet lange laeten nestelen, maer hebben
wederom al dat gene dat sy getimmert hadden, verdes-
trueert en. te niet gedaen; maer sy en hebben niet ge-
vordert, want die plaetse is wederom op getimmert, mit
bystant van hartoch Henrick van Brabant, en. is ten
lesten een groote en. neerachtige stat geworden, alsoo nu
hier naer breeder verclaert sal worden.
J7oe €f of €f to vaêUien Mio9eH orer Me «aft
ntêendmn haer eMaeHËe geOaen hebbem
X ae§ê éfen tuurioghe
Alsoo die vanden Bosch noch seer beducht waren voor
die borgers van Huesden, daer sy nu tweemael wt hae-
(I) Bij V. wcggeyalieu neeringe haer. {2) Bij V. lestich.
Digitized
by Google
— 26 —
ren plaetse verdreven waren en. groote schade en. ge*
walt geleden hadden, dat sy oock nu derde werf we-
derom komen souden, om die Busschers te verstrojen ea.
te veriaghen, soo syn sy geceist na Brussel by den har-
toge van Brabant en. hem geclaecht en. te kennen ge-
geven wat onrecht en. verdriet hen van die van Unes-
den overcomen en. aengedaen was, begeerden seer oot-
moedelyck vanden selven prinche hulp en. liystant tegen
die van Heusden. Diè vrome prinche hartoch Henrick
hoerende (1) dese dachten van die vanden Bosch,
hadde mit hen compassie en. medelyden en. geloefde hea
vromelyck bytestaen en. verdrach te hebben in toeca-
menden tyden van alle scade en. verdriet, dat hen van
die van Huesden overcomen mochte. Daer na soo syn
die van den Bosch gereist na Loven en. doen voort na
Antwerpen, daer sy tegen die heeren van b^de die ste-
den oock geclaecht hebben (2) over die van Huesden
en. begeerden oock van hen hulp en. troost en. assis-
tencie tegen die ^van Huesden. Die prinche hartoch
Henrick seynden tot 'Huesden scerpe brieven, inhoudende
groote swaere dreygementen in die sy die vanden Bosch
eenige molestatie oft hinder aen deden, hy soudet wreec-
ken ''over die stat en. lande van Huesden jnit vuere en.
sweerde, en. soude die stat gantschelyck mit zynre machte
abandoneren (3) en. wtten gronde verderven. Daer na soo
heeft die hartc^he een dachvaert geordineert te houden
te Brussel, daer gecomen zyn de gedeputeerde van Lio-
ven, van Brussel en. van Antwerpen, en de daer werdt
o verdraghen inden raet,<dat men vanden Bosch maecken
soude een gemuerde (4) stadt, op dat Brabant van dier
(1) Bij V. verhooretide. (2) Bij V. weggevallen hebben. (3) Aban-
donner^ prijs geven. (4) Bij B. yemeyne.
Digitized
by Google
— 27 —
syden bescheroU mocht werden tegen aenstoot van die
Gelderschen, want dan sou den Bosch wesen als een
borstweer enr eeoeo slotel van Brabant.
JOfoe éiai V9e»*imghenb09eh 9Êêêi$e Jbtf JJpe en.
9me^men «om ^ie hm^itêeéfen «mt AtHi^«i»f iê
gewoÊiMen een gewÊ%uer^lé HnM.
Hertoch Henrick van Brabant hadde lange inden sinne
en. wille, om te maeken vanden Bosch een gem^uerde
stadt, want op die tyt in Duytslant veel nieuwe steden
gefundeert en. gemaekt werden; mer aengesien dat hi al-
soo seer onledich was mit verscheiden oorlogen tegen
'verscheiden landsheereu en. oock mit andere swaer sa-
ken, soo heeft hy gehelick den last 'van die stat te be-
mueren, bevolen den drie bootsteden van Brabant, als:
Loven 9 Brassel en. Antwerpen; ende dese steden hebben
^roote costen en. moeyten gedaen, om te timmeren en.
te bemueren dese nieuwe stat vanden Bosch, waerom
terstont gehuert werden wercklieden, en. die borgers van*
den Bosch waren ooc seer neerstich, die sommige hieu-
wen dat hout aff int bosch en. bereident, die anderen
bereiden die steenen, die sommige metsten die mueren,
die ander deilden en. leyden die Diese en. dat water in
veel plaetsen en. straten; seer cortelyck waren die mue-
ren volmaect ront^omme die stadt, ende oock veel huy-
sen vraren volbracht, geringer (1) dan men meynen
mochte.
(1) Geringer ^ spoediger, &u.
Digitized
by Google
— 28 —
H^e éUai Me hm^^mghe
MewuHeuB Men JBo9eH een wegimmmni
9Êainien en. w^gien of zehew^
pfMeie iêêgeêei heefi*
Doen nu Tsertogenbosch van bergers seer toegenomen
hadde en. veel volcx van verscheiden nacien daer qua*
men woonen, soo bekende hertoch Henrick van Brabant,
dattet niet gedurich blyven en mochte, ten waer dat die
stat oock mit ordonnancien^ gesetten en. wetten gefun-
deert v^aere, waerom hy sekere statuten en. ordinancie
die stadt gegeven heeft, mit veel schoone previlegien,
vriheden en. handt vesten, daer oock die stat seer mede
verbetert werdt. Voordaen soo heeft die hartoge oock
ingeset die ordinancie van gewichten, van kooren mate,
van bier mate, wyn en. ander drancke, daer hen die
borgers en. ingesetenen vanden Bosch nae reguleren sou-
den. Item hy vercoor oock seven scepenen en. andere
raetsheeren vanden ousten, geleersten en. wysten, op dat
allen dese ordinancien, die hy nu ingeset hadde, te be-
ter volbracht soude werden; ende hy beval zeer scer-
pelyck desen scepenen en. regeerders vander stat, dat sy
sorge dragen zouden voor die geheel stat en. der ge-
meynen proffyt, gelyck een vadere zynder kinderen pro-
fyt suct. Dit is gesciet int iaer ons Heeren dusent cc
en. een.
HJET EYHDE SIS EBRSTEir DOEGKS DEB CH&ONYCK.E £N. lAE&LlGSE G£8GBIBDE?IIS
YAÜ DIE VEE5AKXDS BR. VBOHB STAT VAR TSBRTOGHEHBOSCH.
Digitized
by Google
DIE GHRONIGKE
•Mi eorte van harioghe Iar van Brabant , die eerste van dien name,
af, tot coninck Philufs tiden toe, die was harioge
van Brabant en. coninck van £ngelant, (1)
Inden iare ons Heeren dusent hondert en. kxiiij weert
Tsertogenbosch eerst een stat, wesende in tyden hartoge
Henrick yan Brabant, die eerste van dien name.
Anno Domini m* c Ixxxv* werden tot behoef vander
stat vanden Bosch getimmert drie poorten op groote oos-
ten van die drie hooft steden van Brabant.
Die van Loven fundeerden en. deden timmeren die ge-
vangen poorte by die merct, die van Brussel deden tim-
meren des heylich Cruys poort in die Orten straet, die
van Antwerpen deden timmeren ons lieve Trouwe poorte
by die groote waghe aen die merct, die namaels noch
afgebrocken werdt.
(1) De SchriJTer bedoelt PhiU(»s II.
Digitized
by Google
— 30 —
Op die selve tide dede die hartoghe van Brabant Hea-
rick (1) timmeren op die merct twee plaisante hozen, te
weten Royenburch en. tcasteel op die Moriaen. In dese
twee huzen woonden twee alte mechtige en. rycke ionc-
kers of borgers, die seer groot en. geacht waren int hoff
van Brabant by hartich Henrick; die eene was genaemt
lacop Goppetyn en. woonden inden Moriaen, die ander
was genaemt Henrick Beckerlyn en. woonden op Royen-
burch. Tussen desen twee ionckers was groote minne
en. vrintschap en. - aten en. droncken dicwils te samen
seer minnclyck en. in grooter vreuchden; nier namaels
is titssen dese twee ionckers gevallen, door duvels inge.
ven, alsoo groote viantscap, dat die ganse stat om haer
viantscap viel in groote partyscap en. tweedracht, daer
groote moorderye, rooverye en. dootslagen om quamen
onder die borgers. Dese groote viantschap en. twee-
dracht heeft op genomen in syn handen hartoch Henrick
mit syn heeren vanden hove en. heeft die partyen we-
derom vereenicht en. een accordt gemaect mit zekere
condicien en. articulen, ende onder al soo werdt gede-
termineert en. gesloten, datmen van dese voorsz. twee-
dracht en. partyscap een iaerlicxse gehoechnis (2) hou-
den sal opten vastelavont mit gevecht van hanen op
der stadt huys, dat welck tot deser tyt toe noch on-
derhouden is tussen die Beckerling en. Goptyding (3).
Die vrome prinche Henricus, die eerste van dien naem,
hartoghe van Brabant, alsoo hy die stat vanden Boscli
seer lieff en. begracyt (4) hadde, want die' stat door zyn
(1) Bij B. weggelaten Henrick, (2) B. Gehoeckeitiste, gehengenis.
(3) Achter dit wuord is door eeoe andere jhand bij B. bijgeschreTen :
Ui dek iaere xt^ Ixt. (4) Begunstigd.
Digitized
by Google
— 31 —
toedoen en. neersticheyt synen oorspronc genomen hadde,
soo stichtede by in die stadt t^ee vroome husen, te
weten een palleys voor zyn vvooninge en, optreck int
selve huys dat nu inde Swaen is^ tegen dat vleeshuys
over. Item een ho£f, om daer in te tracteren saken aen«
gaende zynder domeynen, >velck huys noch staet inde
Gasthuys straete buyten die gevangen poort en. is ge«
naemt thoff van Brabant. Item opten oosten vander
stat wert getimmert een raethuys, dat weick uoch ge-
noemt is dat oude raethuys.
In dese tyden werden van die borgers vanden Bosch
die straten rondsom properlyck geordineert en. die pon-
dyen ofte bruggen vander stat seer wyselyck over die
Oiese gemaect en. geleet , waerom die vrome prinche
hertoch Henrick van Brabant overleggende by hem sel-
ven, ende aenmerckende die groote neersticheyt der in-
gesetenen en. borgers vanden Bosch y heeft die stat ver-
sien en. begaeft mit schoone previlegien, waer van die
stat seer allenxkens verbetert wert in menichte van volc-
ke, die ten Bosch qiiamen woonen en. oock in groote
ryckdomme.
Op die selve tyde quamen wt verscheiden landen, als
vuyt Gelderlant, wtten lande van Cleve, van Gulick en,
wtten lande van Luyck, veel cloeck? vrouwen woonen
ten Bosch mit haren lluysgesinne, die welcke in corten
tyden creghea dat geheel regiment niet alleen over haer
huysgesin als over haer mans en. kinderen, mer oock
over die stat in coopen en. vercoopen, alsoo dat die
mans swigen moesten en. lieten die vrouwen bewerden (1).
(1^ Beleerden, {gewerden, ^worden.
Digitized
by Google
— 32 —
Dit wert den prinche hartoch Heorick geclaecht, die
welcke een scerpé gebot dede gaen, dat gheen vronwen
meer soude regiment hebben in die stat, mer alle saken
van den huysgesinne of vanden gemeynte gehandelt sul-
len werden van die mannen.
In dese tyden quamen oock ten Bosch wonen een me-
nichte van lodenen, die welcke haer woonstat namen op
die plaetse, dat nu genuemt is after dat wilt vereken»
welcke plaetse doen noch buyten die stat was, want die
stat muere mit een stat poorte doen stont niet verre
van die groote waghe. Dese lodenen als sy daer een
wyl tyts gewoont hadden, doende haer nering en. han-
teringe, soo ist gebuert, dat sy gelyck al gevangen syn
geweest om haer lelike feiten en. misdaden, daer sy in
bevonden werden, ende daer nae syn sy te Tucht ge-
brocht en. aldaer verbrant, ter plaetse datmen noch der
loden kerckhoS nuemt, niet verre van die galge.
Op dese tyden hadden die borgers en. ingeseten van-
den Bosch noch geen kerke in die stat, mer sy haelden
haer sacramenten en. kerken regten tot Orten in dat
cleyn cappelleken datter noch staet, dat welcke zy hiel-
den voor haer prochie kerck.
In dese tyden wert eerst begrepen dat clooster van-
den Bogaerden in die Verwers straet , dat doen noch al
buten die stat was, ende het waren al leecke brueders
en. zy wonnen die cost mit weven en. trapenieren (1) ;
sy hadden eenen weerlycke priester tot eenen cappellaen,
(1) Drapenieren, Uken maken ^ Tan drap, laken.
Digitized
by Google
— S3 —
die haer misse dede en, precte eo. haer sacramenten gaff,
ende sy stonden onder den prochiaen van Orten., dat
doen die moyer kerck was yander stat vanden Bosch.
bden iaere ons Heeren dusent faondert en. xcvj heeft
die keiser Henricus, die seste van dien naem» gegonnen
en. gegeven ter begeerten van hartoch Henrick van Bra-
bant, den borgers en. ingeseten der stat vanden Bosch»
dat sy tol vry syn en. ombeschadii^fat reisen mogen mit
liaer goet en. comenscap^ lancx den Byn waer sy willen.
Inden iaere ons Heeren dusent cc en. een werden eerst
Tan hartoch Henrick van Brabant geset seven schepenen »
om een ygelyck recht te doen.
Inden iaere ons Heeren dusent cc en. drie geviel groo-
ten twist tussen hertoch van Brabant en. grave Dirick
van Hollant, .om een stnck landts gelegen tussen die
Mase en. die Scheld: mer die sake wert op genomen van
groote heeren van beyde partyen , ende daer werd een
accordt gemaect, dat die grave van Hollant quam in
Brabant tot Loven en. gaf over in handen vanden har-
toge die stat van Dordrecht mit den Dortse wert en.
mit den lant van Strien, item Dussen en. Waelwyck;
ende die grave van Hollant ontfinck die selve landen
voorsz. vanden hartoghe van Brabant te leene en. werdt
des hartc^en leenman en. vassael. Daer nae int iaer ons
Heeren dusent cc en. xviij hebben die grave van Hol-
lant en. van Geldre belegen die stat van Utrecht. Dit
belech aldus duerende, daer nae wert die grave van
Geldre verradelyck gevangen vanden hartoge van Bra-
bant, doen hy totten Roomsce coninck Otto op een vaste
C. 3.
Digitized
by Google
— 34 —
geleide reisen sonde. Birkky die grave van HoUant,
dit hoorende (1), brack op van synen belegge van
Utrecht (2) en. stack alleo zyn macht te samen van veel
wapentuers (3) en. quam daer mede voor Tsertogen-
bosch, daer hy mit gewddiger hant in quam op den
sesten dach'van September , en. ving aldaer ten eersten
die heere van Parwys (4) en. Henrick van Guycky des
hartogen van Brabants bruederen, mit sommige ridderen
en. knechten, en. meynden mit die gevangenen vanden
Bosch in HoUant te trecken. IKe hartoge van Brabant
werts gewaer en. versaemde haestelyck van syn voick,
en. hadde in syn hulpe den busscop van Golen en. van
^Luyck, den faartoghe van Limborch en. den grave van
Vlaehderen; ende midts desen is die hartoge van Bra-
bant den grave van HoUant gevolcht, om hem syn ge-
vangenen weder te nemoi; ende als grave Dirick dit
vernam, dede hy van grootmoedicheyt syn baniere ont-
wynden en. verlnefden hen in e^n dorp by Huesden, dat
Authuesden heit, en. seCtede hen daer ter weer; mer int
eynde als hen die hertoge te sterke van volcke was,
wert hy daer gevangen. Niet lang hier nae is die pays
geniaect tussen hertoch Henrick van Brabant en. grave
Dirick van Hollant, en. die grave gaff den hartoge en.
die stat vanden Bosch voor die schade, die hi hen ge-
daen hadde, twee diiaent merck silvers, ende, mit dit
geldt dede die hartoghe de stat randen Bosch seer ver*
beteren ende dede een schoon poorte timmeren, dat nu
die Yuchteren poort genaemt is, ende tot een eewighe
memorie soo weert die poorte dicwils genuemt die Picke
(l) Y. vorhoorende. (Z) Bij B. staat: brak oft mei syn ioger wtm.
l'ircchi. (3) H. wapêpentuen , %vapentuers, krijgslieden, vrapccdni«[er9;
Kil. (4) Y. en, ving aldaer den ccrsU heere vtm Pancys.
Digitized
by Google
— 35 —
poort) want sy getimm^rt is totte schande (1) van die
Hollanders, diemen noemt Pickaerts, om baer groote gnl-
sicheyt wille.
Die grave van Gelre Otto sat noch gevangen te Bru^
sé, en, mids compositie en. dading (2) mit hartoch Hen*
riek Tan firabant sonde hy wt die gevankenis comen,
soó 'heeft hy onder alle andere articulen moeten consen-
teeren voor hem en. syn nacomeÜng» dat die vanden
Bosch tol vry souden zyn en. ombeschadicht soude mo-
gen reisen mit bare gooden en. comenscap alle dat lant
Tan Gelre dore.
Inden iaere ons Hfserea m cc en. vier heeft die Room*
sce coninck Phillippus die tweede den borgers en. injge-
seten ^er stat vanden Bosch geconsenteert en. gegnnnen
mit openen brieven, dat sy yry sullen syn van tol te
^even in allen steden eo. landen, gelegen synde onder
dat Roomsce ryck of in alle keisers landen.
Inden iaere ons Heeren dusent cc en. sesse wert eerst
begrepen en. begonnen te maeken (3) dat clooster van
die Minnebrueders ten Bosch, en. sy waren eerst Colle-
ten of Gandenten sonder reibrmae^o, ende hartoch Hen-
riek Tan Brabant gaf hen die plaetse after thuys in die
Swane, dat doen des priochen pallays was, ende door
bulpe van die borgers timmerden die brueders des cloos*
Iers kercke, en. was een wy! tyts een proch.ie kercke
vander stat vanden Bosch;
r
Inden iaere ons Heeren dusent cc en. xxij heeft har*
(l) V. schade, {Z) Dading, verdrag. («) Bij V. weggelaten ie muikm.
Digitized
iby Google
— 36 —
toglie Henrick van Brabant den bisscop en. die kercke
van Colen gescoDcken die stat vanden Bosch, \Ytgeno-
men dat huys by die gevangen poorte, genaemt thof van
Brabant, en. die plaetse daer nu sint lanskerck staet-
Item hy gaf die kercke en. den bisscop van, Colen Or-
ten en. Tilburch, en. die hartoge ontfimck dese voor ge-
nuemde plaetse vanden bisscop te leene en. maècte hem
selve een vassael of leenman des bisscop. Daer nae'
int iaer ons Heeren dusent cc en. kxviij (1) geviel een
swaer oorloge tnsscen hartoge lan van Brabant en. den
bisscop van Colen, ende die bisscop werdt in eenen stryt
vanden hartoge gevangen ende soude die bisscop wter
gevanckenis verlost werden, hy moest den hartoghe van
Brabant en. syn nacomers qnyt schelding doen van den
leenen en. die brieven wederom geven vander beleening:
ende zoo^quam die stat vanden Bosch, mit Orten «n Til-
borch gehelick als een vry goet aent 'hartochdom van
Brabant.
Mietr roighen die nf%etreheM^eJke geëciedeHië
der rroittet* «fof mn Vêev^i^ghenhmëeh
in igden «om hmri^ghe JÊTeênHeh
rmê ÊÊr^tétÊÊêi die Hceede.
Inden iaere ons Heeren dusent cc en. xxxiij soo heeft
die Roomsce coninck Henricus^ ter begeerten van har-
toch Henrick die tweede van Brabant, geconsenteert en.
gegunnen (2) den ingeseten vanden Bosch, dat sy door
(1) Lees 1288.' (8) B. gegonncn^ Tergund.
Digitized
by Google
— 37 —
alle dat Roomsce lyck en. in allen keisers landen en.
vlecken schadeloos wesen sullen van alle tollen en. rei-
sen mit haer goet ^en. comenscap >vaer sy willen af te
doen zetten. Dit previlegiom heeft naemaels vernieut,
ter begeerten van hartoch lan van Brabant, die mogende
keber en. coninck van Bemen (1) Caroius die vierde 'in-
den iaere ons Heeren dosent ccc en? xlix, in die maent
van lulio.
JfereJfceMire geêehHedenim der •ivf fpan T'fet*-
i9genh0^h <m iyden ran haw9aeH J7eM-
trieh nm JBwabaêêi die derde.
Inden iaere ons Ileeren dusent cc eo. vyftich werdt die
stat vanden Bosch vermeerdert en. wyer gemaect, te we-
ten van die gevangen poort tot Py nappels poort toe,
item vander merct a£f tot die heylich Gruys poort in die
Tucbter straet» daer grooten arbeyt om gedaen wert en.
groote costen (2), mids oock hulpe vanden voors. har-
toghe; daer werden veel nieuwe straeten gemaect en*
veel bruggen rondsomme die stat, item die Orten poorte
eo. die heylig,Cruys poorte en. Pynappels poorte wer-
den getimmert en. andere sterckten van wallen en. borst-
weren tot behoeff en. defencie vander stat geordineert,
item dat stroom water, te weten d'Aa, wert oock mids
graven tot in die st^t gebrocht.
In desen tiden werdt dat groot gasthuys tot behoeif
vanden armen crancke menschen gefiindeert by sint Anna
(1) Boheinen. (2) B. onkoften.
Digitized
by Google
— J8 —
cappelle, dat wdbk^ namaels by toedoen ?aii een rycke
^rg^» gdieeten Lm de Neysdi» getnmfereert is ter
plaetsen d«eri na staet: dit gefchiede inden iaere m oc
Ixxvig.
Inden iaere ons Heeren diisent cc en. Ij werdt dat
clooster vanden Fr^^ers eerst bronnen en. gefnndeerl
binnen der stat vanden Bosch.
In dit selve iaer bebben die van Tsertogenbosch ver-
cregben van lan, beer van Huesden, dat sy mogen rey-
sen doort lant van Hnesden mit baren goeden en. (I)
comenscap, sonder eenigen tol te geven.
' Inden iaere dnsent cc en. Ivj waren ten Bosch scepe-
nen Dielis Knode en. lan die Neysel (2).
Inden iaere dusent cc en. Ivg vraren scepenen ten
Bosch Macharis'Ian die Pape, Dielis Knode» Goetschalck
Hynen, lan die Neisel, Nicolaus Permenlatoris Ludo-
vich (3).
It;em in desen scepen stoel gebruycten die scepenen
vaiider stat eenen segel alleen. •
(l) V. of. (2) Bij B. is door eene andere hand bijgeroegd : Aert
van WaielrBy Cowraért die Vryter^ lan Diekhiêry Marsarins' Jan die
Pape ende Geriaeus de Rover. (3) Bij B. Ludovicue, In hei vervolg
der chronyk geeft CunBiHvs bij vele javen de namen der schepenen van
's Heriogenbosch op, doch laat die ook dikvrijU weg. Daar dese lijst
dus onvolledig is en de chronyk londer veel nut doet uitdijen, hebben
vrij de opgaven der schepeneo voor het vervolg weggelaten, te meer daar
wij eene meer volledige schepenlijst, zoo veel mogelgk met denelvcr
wapenen daarbij, opgemaakt en voor de drukpers bestemd hebben.
Digitized
by Google
— M —
JBÊTmêmfi, Me eet^ie wmn
Int iaer oos Uttreo duaent cc en. Ixvj is een oorloge
geresen tnsscen den Insscop Tan Luyck Hairicus en. die
stal yan Mechelen in Brabant, ende aU die biascop die
slat Tan Mechelen bekgen (1) badde mit grooter macht
van Toick, sóo sochten die van Mechelen hulp en. troost
aen die stat vanden Bosch; die vanden Bosch, om die
van Mechelen te hnipe te comen, en. sy quamen mit
grooier macht van bocgeren en. rnteren, en. sy ontsetten
die stat alsoo van dat belechi dat die bisscop opbreken
moest en. verliet die stat van Mechelen. Die van Mech-
leo, willende danckbaer zyn den Bosch, presenteerden
te geven en. te scenken dat lichaem van sinte Hombout,
bisGop, mer die vanden Bosch dancten die van Mechlen
van dese presentacte en. doen wert overdragen, dat tot
alle iaeren op die kermisdach van Mechlen die vanden
Bosch, die daer tegenwoordich ^yn snllen, die mit sinte
Bombont lichaem altoes aelver om dragen sullen en. dan
hooohÜck getracteert sullen werden mit wyn en. mit cos-
te, ende zoo wie vanden Bosch daei* dan tegenwoordich
is, syn porcie van-wyn hebben sal, dat welck tot noch
toe onderhouden is.
In dese tyden is gefundeert dat huys vanden heiligen
Geest in die Hinteraerstreet tot behoef van enne men-
(1) Belegerd.
Digitized
by Google
— 40 —
scheo, die daer ter spinen comeny welcke huys nu ter-
tyt alsoo ryck is van renten ea. van goeden, dattet te
boven gaet die ryckdommen van veel groote heeren, gre-
vén, ridders en. ander ionker en. nu tertyt synde in
verscheide plecken (1).
Ind^ iaere ons Heeren dusent cc en. Ixzx wert den
eersten steen geleet van sint fans kercke en. den eersten
grontslach, en. namaels allenxken volmaect.
Niet lange daer nae werdt een plaetse begrepen aen
die zuyde syde van sint lanskercke, om een Beghynnen
hoff te stellen en. te ordineren, om te vresen een Be*
ghynnen hoff.
Daer werden oock tot verscheyden plaetsen en. straten
gesticht gast husen tot behoeff van ermen en. gebrecke-
licke persoenen, mans en. vrouwen, en. oodc veel andere
plaisantelyck huysen tot cieragie vander stat.
In dit iaer (2) verleende hartoch lan die eerste van
Brabant den borgers vanden Bosch, dat sy tol vry sou-
den syn van haer goeden en. comenschappen allen syn
landen door, tsy Brabant of Limfaorch.
Item dese hartoghe hadde bevolen, dat die stat poor-
ten vanden Bosch een ygelycken, wie dattet waer, open
sal staen, om wt en. in te gaen, vnytgenomen die wt-
ter stat gebannen syn.
(1) Bij B. weggelaten: nu tertyt synde in verscheide pleeken»
[2) 1284, als blijkt uit de opgaTe der schepenen Tan dat jaar, door ons
weggelaten, zoo als wij in het'Terrolg meermalen het jaar znU«n moe-
ten inYulIen. Daar het schepenjaar niet met het burgerlijke jaar over-
eenkomt (de schepenen werden met l Ociober of Bamis veranderd), zoo
kan eene gebeurtenis alzoo wel een jaar vroeger gesteld z^n. Dit moet
dus van elders worden opgemaakt , doch hetgeen wij aan het onderzoek
en het oordcel van den lezer overlaten.
Digitized
by Google
— 41 —
Item die hartoge voorschreven heeft geordineert , dat
soo wie een borger vanden Bosch wesen sal, schuldich
sal syn den schoutet, den schepenen en. des heeren dien-
ders elck syn zaleris daer toe getaxeert vanden hartoge.
Item die hartoge heeft geordineert, dat soo wanneer
een borger ghedaecht wert te recht te comen tegen een
ander borger, dat hy respyt mach nemen twee weken
lanck off hi mach den tyt verhaesten, believet hem.
Item wordt een borger of poorter gedaecht te recht
te comen tegen eenen buten man, soo moet hy te voor-
schyn comen en. te rechte staen binnen drie dagen.
Jnden iaere ons Heeren dusent cc en. hxxiiij heeft har-
toge lan van Brabant drie taergedinge ten Bosch te on.
derhouden gegeven (1), te weten, den eersten Dynxdachs
na dartien dach, item smaendaechs na octave van Paes-
scen, item des smaendaechs. na sint lan Baptisten dach
inden sQ^er.
Item die voorscreven hartoge heeft geconsenteeit, dat
soo wie eenen dief vynt in syn huys sdaechs of snachs,
dat hy mids huipe van syn geburen hem vanghen en.
spannen mach en. overleveren den schontet, mer leet hy
den gevangenen dief weder om los en. vry gaen, soo sal '
die voorschreven poorter staen totter correctie en. beter-
nis, na believen vanden schoutet en. de schepenen (2).
(l) Bij V. uitipelaf eo : gegeven, (2) Bij V. weg^elatea: en. da eóhe-
peitfji.
Digitized
by Google
— 42 —
iffden nu» hmw'ioghe Mun «on
4ie tweede «om dien
Hartoghelan van Brabant heeft bevolen die van Lil,
Littoyen ea die van Herwerden» dat sy haer hooft voih
nis halen sullen ten Bosch en. in alle haer coinmerlike
saken van rechte of te gedinghen altoos raet en. daet
soecken sullen aen die scepen vanden Bosch.
Indese tyden heeft hartoge lan van Brabant iogestelt
die groote wage, ordinerende^ datmen tot elcke kiste of
pacgoet van wat comenschap sy geven sal.
In desen tyden {1302] geviel een groot geschille en.
viantscap tussen heer lan^ heer van Heusden, en. die
st^t vanden Bosch. Die poorters vanden Bosch claech-
den over die' van Huesden den drossaert van Brabant,
om die groote scade, die sy lyden moesten dagelicx. Die
drossaert van Brabant quam mit rutteren en. knechten
en. wilde Huesden belagen, dat welck als die gcave
van HoUant beletten wilde , soo quam hartoghe lan van
Brabant voor Huesden en. belach die stat en. sy werde
hem op gegeven, ende mids bidding en. toedoen van
veel groote heercn, soo gaff hartich lan den heere van
Huesden die stat weder over, behoudelyck dat hy die
stat ontfanghen soude te leen vanden hartoge, hy en.
zyn nacomelingen ten eewigen dagen.
Digitized by
Google
— 43 —
i^e 9$Êm hmr^meh Mum 9mm JBrmbmmij «f Ie
(1).
laden iaere ons Heeren doemen screeff dusent drie hon*
dert CD. twentich was tussen die Tlamingheo en. Hol*
landers; ende hartoch lan van Brabant , die de Ylamin-
gen bystant dede, lach voor Dordrecht dartich daghen
lanck en. ten lesten scoot hyt vuer inde stat en. rer-
brande die een helft vander stat; daer na togen die van
Dordrecht wt mitter macht en. Teriaechdeo (2) den har-
toghe van Brabant wt Zuytholland en. sloegen hem veel
volcks aff al tot Tsertogenbosch toe , ende daer scoten
sj dat vner in en. deden groote scaden en. dreven roof,
die gtoot was, wt Brabant.
Inden iaere ons Heeren dusent ccc en. achtien wert
eerst gans op gestelt ten Bosch in sint lans kerck die
vernaemde bruederscap van ons lieve Yron, die moeder
Gods, welcke bruederscap gecomfirmeert is van versca-
den pausen, die daer toe groote aflaten gegeven hebben,
na vuytwysen van haer bullen daer toe wt gegeven.
In dit selve iaer heeft bartoghe lan van Brabant een
mandameut (d) gegeven, die men nuemt die charte van
Cortenberch, daer onder al in staet, dat niemant wiehy
sy, eenidi laken vercoepen oft wt suyden (4) sal, hy
en sy in die gilde of ambacht vanden droocscerders.
(1) Dit Apscfarift is bij V. weggelateu. {Z] B. vervolchdc. (3) B.
mandaet. (4) B. vuytmifen.
Digitized
by Google
— 44 —
Item dat niemant vercoopen mach* laken dan op een
sekere plaets daer toe geordineert vanden hartoghe, ten
sy dat hy poorter waer.
Item hy heeft gegonnen den poorters vanden Bosch,
dat sy in haer husen al soo vry syn als of zy in kerc-
kcn of gewyde plaetsen waren, ende als hare dore en.
naeste vensteren gesloten syn, soo en mach die schontet
den selver poorter in haer huse noch vanghen noch span-
nen of wtten huse geweldelick halen.
Item datmen geen getuychnis ontfanghen sal opte stat*
huys legen eenen wettige poorter vanden Bosch.
Item dat een poorter vanden Bosch niemants slave of
eygen wesen, mer sal vry en. vranck gauderende (1) van
die previlegien vander stat.
In dit iaer van [1300 en] xxüj beeft hartoghe lan
van Brabant die stat vanden Boscjli die weke mergt ver-
leent (2), dat een ygelyck wie hy sy come ter merc,
vry en. vranck wesen sal sonder eenige arrestatie van
swoensdachs af na middach tot Yrydachs toe voor noene.
In dit iaer [1328], werden eerst twee kerckmeesters
van sint lan geset, te weten, lacop van Zulecom en. He-
lias, droochscherder.
In dit iaer van xxviij opten sevenden dach in lulio
hebben die vanden Bosch ter neder geworpen een for-
tresse ofte roofhuys buten Huesden inden Elshout en.
daer na int iaer m cccc en. xl wert op die selve plaets
gefundeert een clooster gheheiten die Donck van sinte
Bemarts orden.
(1) B. genietende. (2) V. weggelaten;, cerlecnt.
Digitized
by Google
— 45 —
In dit iaere [1330] heeft hartoge lan van Brabant
gegeven dat schoon previligien vanden ingebot de stat
▼anden Bosch.
Ia dit iaer van [1300 en] vivendartich heeft hartoge
lan van Brabant geordineert, dat alle scepenen vanden
Bosch af en. aen sullen gaen op Bamis dach, ende die
afgaende scepenen en mogen binnen drie iaeren niet meer
scepenen syn. Item hy heeft ingeset en. geordineert, dat
Diemant voortaen meer scepenen mach wesen ten Bosch,
hy en sy in Brabant geboren of hy en heeft erfgueden
in Brabant.
In dese tyden [1352], Yrydachs van Palmen, syn die
mueren vander stat wt gegeven, behoudelycken die erven
niet te mogen vervremden dan aen poorters deser stat.
Inden iaere ons Heeren dusent ccc en. Iv waren in
dat groot gasthuys geset se ven gewielde (1) nonnen met
een clercke. die altoos bystandich wesen souden den
siecken int selve gasthuys liggende, ende die bisscop
van Ludiek, heer lan van .Erokel, hadde haren regel
gescreven, daer sy na leven souden.
M^Êreheiike ge9ehiede§$êê der 9ia9 wanden
tÊ^9eh iM igéteêê roit hmrioghe 'WenzeM roit
Jlradciftf en. rr«tftre JTatMte 9uln
Jf t*oft€Mtf ^ zgn huffmnrauwte.
Inden iare ons Heeren dusent ccc en. Ivj werden ten
Bosch als in een hooftstat van Braband ontfangen en. ge-
(l) Gewielde^ gesluijerde, Gode geyrijde.
Digitized by
Google
. — 46 —
hult als hartoge en. hartc^ÏDne van Brabant, hartoge
Wenzel en. vrou lanne, daer zy oock hooclyck besconken.
'waren vander. stat, ende op die tyt gaf vrpa lanne als
hartoginne die stat vanden Bosch, dat sy mogen vueren
inder stat wapene iiij leewen mitten boome, dat welcke
die ander steden van Brabant niet en hebben, (1) ende
doe die charte van inconipste gegeven ende verleent.
VAM DAT CLARISSE CIOOSTKR BINNEN TSBRTOGENBOSCH.
Datv clooster van sinte Clara binnen der stat vanden
Bosch is te voren geweest een borchte ofte een casteel,
toebehoorende een rycke en. treffelick ioncker, genamt
ioncker Geerlinck vanden Bosch, wiens gehoechnis noch
onder hout die steenen brug^» die over die Diese leet en. is
geheiten die Geerlinxse brug, en. dese ioncker Geerlinck
is gestorven sonder \rettige geboort after te laten, ende
soo qoani dat slot op synen bruedcr, ioncker lan van
Hoorn, die op die tyt woonde in die huysinge, daer nu
die verwer woont, tegen die Schilders poorte over, ende
dese ioncker lan van Huerne heeft van dat slot en. de
huysinge gemaect een iouflrau clooster van Clarissen, as-
signeerende groote renten en. gueden om dat clooster te
onderhouden.
Int iaer ons Heeren dusent ccc Hx op sinte Matheus,
dach is dat convent vanden Clarissen eerst begonnen en.
is geworden een scerpé besloten clooster, ende die eer-
ste Clarissen van dit convent waren gecomen wt dat
Clarisse clooster tot Brussel.
(1] De Tolgeiide woorden bij Y. wegc^laten , scbijnen in B. door eeiie
«ndere hand er tusschen getoegd te xijn.
Digitized
by Google
— 47 —
Iq dese iare [1361] maecteo die stat vaodea Bosch
en. die van Loven een aliancie en. een minlyck accoort,
gelovende malcanderen by te staen en. bebulpich te we-
sen myt live en. goet in allai noot saken en. wat den
eenen of den anderen over quaem.
Op dese tyt woonden tot Tsertogenbosch een borger
genaemt Adam van Mierd, die welcke ^en scriver was
in die scrjrff camer, ende daer na werdt by secretaris
vander stat, en. by werdt alsoo ryck, dat by en. syn
buysvrou eick een gastbuys fundeerde: dat manne gast-
bnys, dat by fundeerde, was genaemt ber Daems gast-
buys by sinte Barbere cappelle en. nu staet in die Scbil-
ders straet over die Geerlinxe brug: ende dat gastbuys
van die vrouwen staet by der beeren kelder op die Pa-
pen buis. Daer nae als die vrouwe gestorven was, soo.
werdt dese Dame prister en. wert pastoor van sint lans
kerck, en. doen arbeyden by alsoo lang mit groote cos-
ten, dat in sint lans kerck een coUegie en. canonizye
q[aam, daer by eerste deken was.
In desen iaere [1366] werdt gefundeert in sint lans
kercke die canonizie van xxx canoniken, mids toedoen
en. solicitacie van beer Adam van Mierd, doen pastoor
vander kercken; e^jde heer lan van Arckel, biscop van
Liiyck, scelde den canoniken quyt alle recht en. iuris-
dictie, die by tot die canonizie badde en. maectese ezempt,
en. aldus staen die canoniken (1) onder den paens van
Roomen sonder middel.
Inden iare ons Heeren dusent ccc en. kx werdt die
(l) V. canonizie.
Digitized by
Google
— 48 —
meyerye van Oosterwyck gelost by dese stat van Tserto-
genbosch voor iij dusent en. iiij'' oude scildeD, die de
stat op haer selven gefineert (1) badde. In dat selve iaer
gaf Trou lanne, die bartoginne van Brabant, den poor-
ters vanden Bosch, dat sy mogen iagen mit bonden en.
vangen alle Brabant dore basen, conynen, vossen, wol-
ven etc, wtgenomen in bossen of in warande, die sy
ongemoet laeten moeten.
In dit iaer [1373] waren groote fundatoors en. pro^
rootoer beer Adolff, biscop van Luyck, beer Adam, pas*
toor vanden Boscb, en. Gerit van Uden.
In dit iaer [1379] Sondaechs nae Dartbiendach is ge-
ordineert by beer Ricbalt (2) die Gock, scoutet vanden
Bosch, datmen op die vonte, als men een kint beeft,
niet meer geven en sal dan eenen ouden groot of geen
cieynoden, ende desgelyckx op den eerste misse niet meer
dan eenen ouden groot.
Int iaer ons Heeren dusent ccc en. Ixxx begonst men
te eeren en. van grooter werden te houden dat beeldt
van onser liever Vrouwen van miraculen in sint lans
kerck in die west syden biden toren, en. dede veel mi-
raculen.
(1) bijeengebrag^; fineren if in dien xin nog heden niet buiten ge-
bruik, van fourneren. (Z] B. Ryekart,
Digitized
by Google
— 49 —
In desen scepen stoel [1384] heeft vrou lanne ver-
leent die stat Tanden Bosch int gevalle dat gbeen nieuwe
scepenen werden geset, dat dan die oude scepenen set-
ten mogen binnen viij dagen nieuwe scepenen.
Inden iare ons Heeren dusent ccc en. Ixxxvj is een
groote dachvaert ten Bosch gehouden, om neder te leg-
gen dat groote swaer oorloge, dat op handen was tus-
sen vrou lanne, hartoginne van Brabant, en. den har-
toge van Geldre; en. tot dese dachvaert quamen veel
gi^DOte heeren, daer tegenwordich waren die ambassa-
teers van den coninck van Yranckrjck Pbilippus Ie
hardi, hartoge van Bourgoindien , vrou lanne, die harto*
ginne, hartoge Albrecht van Beyeren, grave van Hol-
lant, hartoge Willem van Gulick en. van Gelre, en.
meer andere groote heeren: ende daer werdt gesloten,
dat die stat vande Grave soude bliven voordaen aen
Brabant. Maer nae vertrecjcing en. afscyede van dese
gnfote heeren wtter stat vanden Bosch, so heeft die har-
toge van Gelre, midts hülpe vanden busscoppen van Co-
len, van Bremen, van Utrecht en. hartoge van Cleve,
groote (1) scade gedaen met rooven en. branden indie
meyerye vanden Bosch ende voorts in Brabant.
In dit iaer [1391], des Donredaechs voor Pinxten,
heeft her Jan van Berlaer, heere van Helmont en. van
(1) Bij V. groote lidige scade.
C. 4.
Digitized by
Google
— 60 —
Keersbergen, gelooft der stat vanden Bosch haer rechte
te onderhouden, en. daer niet tegen te doen en. daer
inne der stat te hulpen te comen.
Int selve iaer [1392] vrerdt vluchtich wt Hollant'
Wilhelmus, die grave van Oestervant, die doot gestdien
hadde iouSrou Alyt van Poelgeest, een amye ofte boel
(1) van hartoge Albrecht van Bejeren, sinen vader: eo.
hartoge vervolchde synen sone seer, om te vangen , en.
die grave Willem quam ten Bosch, daer hy eerlyck ont-
fangen en. onderbonden was een wyl tyts vandie heeren
vander stat, ende namaels reisde die grave na Yranck-
ryck en. scheide vanden Bosch mit groote dancbaerheyt.
In dit iaer [1397] was weder een swaer oerloge tus-
sen die Brabanders en. Gelders, overmids eenen van tser-
togben van Geldre dienaren, die ten Bosch by iusticien
gericht was, gheheyten Wouter van Overryn. Dese Wour
ter mit zynen hulperen droncken zynde, sloegen doot eoi
van vrou lanne dienaren» waerom by gevangen wert cd.
onthooflt; dies die hartoge van Gelre a^n vrou lanne oot-
segge brieven sant, om dier sake vooras., en. maecte
hem sterck mit allen zyn hulperen en. ander groote hee*
ren, die alle gader mit grooter maoht in Brabant ^ua-
men. Dit vernemende vrou lanne dede Tsertogenbosch
mannen (2) en. besetten mit haren volck, te weten, die
drossert van Brabant, die heere van Parwys, van Diest,
van Weespiael en. noch meer ander heeren; ende dese
lieten den hartoge van Gelre passeren voorby den Bosch,
want hy veel vrinden binnen der stat hadde, ende track
(1) Amye ofte boel, Amte, vriendin) boel, bijzit. (Z) Versterken ,
bemannen.
Digitized
by Google
— 51 —
al Toorby tot Oosterwyck, daer by snachs logeetde: ende
des anderen dages soo meynde hy die stat van Endo-
Ten in te nemen, mer die heeren, die ten Bosch lagen,
hadden sonder verti'ek (1) ccc glavien (2) daer gesonden ,
cm die stat te bewaren, en. soo liet die hartoge die
stat met vrede (3), beroovende en. bescadende dat arm
lant volcL
In dit iaèr [1400] was ten Bosch groote sterft.
Int iaer on^ tfeeren dnsènt cccc én. iig wert dat huys
vanden Bonafanten gefundeert en. gedoteert van eenen
canoniek géfaéiten heer Henrick Buck, daer hy tot be-
hoeff en. alimentacie van thien iongeren sekere renten
en. erfnis toe beset heeft, sonderling een schoon hoeve
tot St. Oyenroy gelegeo.
Int selve iaer heeft viovL lanne, die hartoginne, der
stat vanden Bosch twee iaermerten verleent, waer af
dearste is in die vasten, te weten, smaendacbs na Do-
mhiica laetare, die andete is des anderen daechs na sinte
fiartholomeus dach.
In dit iaer is eerst gefundeert dat convent vanden
Hnlenborch, en. syn susteren vanden derden regel van
sinte Franciscns ; en. int iaer ons Heeren m cccc lix
doen is dat clooster gereformeert en. sy leefden doen in
goede reformatie. Daer na int iaer ons Heeren dusent
ccccc en. drie, op die vier gecroonde martelaers dach,
-werdt dat convent een besloten clooster en. die susteren
begcmden te draghen swerte wielen (4).
(1) Vertrek, terwyl; Kil. (d) Glavien, niiten; VA2f Haiolt bij
Kil. (3) Bij V. ongewmen, (4) Wielen, eene kap, die de nonnen
nog heden over het hoofd dragen.
Digitized
by Google
— 52 —
Id deseo «cepenstoel is Terleent tprevilegium vanden
signetten, den xxv dach in Septembri, soo sy dienen
sullen (1).
MerekeUehe geêehêeéfemiê MMtifer #tof
ganMenf hmÊ*ioge wam Jft«oft€Mtf (2).
Int^ iaer ons Heeren m cccc en. vij (3) quam hartich
Antbonius van Brabant tot Tsertogenboach en. werdt daer
mit grooter eeren ontfangben, en. des Saterdachs na Der-
tbien dacb (4) so werdt by gebult als bartoge van Bra>
bant in die stat vanden Boscb.
In dit iaer quam bartoch Antbonius wederom teo
Bosch, nae Bamis dacb, en. maecte groote apparaet en.
gereescap, om |te striden tegen den bartoge van Geldre,
daer die stat vanden Boscb groote assistencie en. bulpe
toe deden mit gewapend volck; mer daer na op sinte
Severyns dacb quam die bartoge van Gelre tot Empel
by den Boseb, en. ontfinck daar syn leen van barticb
Antbonis.
Int iaer ons Heeren dusent cccc en. ix, des anderen
dages na sinte Mattys, was ten Boscb dat grootste wa-
ter als ymant gesien beeft, en. veel dycken in gingen.
Int iaer ons Heeren dusent cccc en. x dede den don-
der veel scade aen sint lans kerck en. In andere kerdien.
(1) Deze geheele tin komt bg B. niet toor. (8) Dit opschrift bij B.
weggelaten. (3) Zoo ook bij B., dooh het getal tti veranderd in Ti.
(4) Driekoningen-dag.
Digitized by
Google
— 53 — ,
MetreheM^ehe geëehieOeÊH» dew giai raiêaen
wam BrmémêU étie rierife (1).
Int iaer cdis Deeren dusent cccc en. xy vrert gebult
Yoor een liartc^e van Brabant hartoch lan die vierde.
Dese bartoge beeft die stat vanden Boscb verleent veel
acioone previlegien, alst seer wel blyckt int roey boeck
(2), OU opt statbuys synde. '
Item dese bartoge lan beeft ingestelt en. geordineert,
dat niemant vrems oft van buyten comende, poorterscap
ootfangen sal of eenige vrybeyt der stat genieten sal, by
en moet oock wesen in die gilde van eenigbe gesworen
ambocbt.
Int iaer ons Heeren m cccc en. xviij, op sinte Peeter
en. Pauwels dacb (3), was ten Boscb eenen grooten brant.
Int iaer ons Heeren dusent cccc en. xix, int begbin
van die Heye , was • een alsoo grooten brant , dat die
Hintemer straet gans afbranden mit sint lans kercke, en
dese brant ginck eerst op int buys inden Yalck.
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en. xx was een
groote dacbvaert ten Boscb, om te vereenigen den bar-
toge van Brabant en. die bartoginne, daer groote vianf
scbap tussen was, ende daer waren vergadert veel groote
heeren en. prelaten wt Brabant en. wt HoUant.
(1) Hét opschrift bij B. weggelaten. (2) Het rood privilegieloek , nog
ten arcUefe ▼oorhanden. (3) Bij B. weggelaten: op sinte Peeter en.
Pauwels dach.
Digitized
by Google
— 54 —
Int iaer ons Heeren m cccc xxi (1) was ten iksch
groote sterft.
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en. xxv wert eerst
begrepen en. gefnndeert dat Frater hnys.
Inden iaere ons Heeren m cccc ea xxyij is eerst op
gecomen die yei^adering vanden susteren van Qrten, te
lyeten, opten Triniteit by die plaetse daer nu die CSelIe-
bruders woonen, ende van daer gingen sy wonen op die
plaetse daer sy noch syn, en. daer waren tsamen in dat
clooster seven hondert susteren: ende want sy seer groote
nering badden mit linen laken te weven en. te vercoo-
pen, soo wert ben die hantering van weven verboden;
soe ghingen die helft wonen te Vucht op die plaetse
daer die Cbatusers nu wonen, daer sy haer hantering
van linen laken deden, ende dese susteren stonden on-
der den pater en. mater (2) en. tconvent vanden Bosch.
Soo geboerdent, dat die susteren van Tucht wilden eenen
pater en. een mater (2) kiesen op haer selven en. scheiden
vant clooster vanden Bosch, dat w.elck die susteren van-
den Bosch int heymeUck verneukende, soo hebben sy mit
veel pleyten eo. schuyten allcA dj/e susteren van Tucht
mit allen den huysraet ten Bosch gebrocht en. is weder-
om een convent geworden. Dit geschiede int iaer van
dusent cccc en. badij, ende doen vcrooften sy die plaets
ie Tucht om zig hondert A«dries gvdden.
Inden iaere ons tteeren dusent cccc en. xxvj sterfT har-
toch lan van Brabant die vierde en. syn bmder Philip-
(1) Dit is bij B. op 1420. (2) Bij V. moeder.
Digitized
by Google
— 55 —
pus, grave van sint Pol, yftxt na hem hartoge van Bra-
iMuit, ende hy qnam ten Bosch, daer hy gehult werdt,
ende daer synde, £00 visiteerde hy der stat rechten en.
previlegieny ende wat hem- goet dochte dat liet hy in
tjn vigoer wesen, ende wat hem onbeqnaem dochte dat
Imcht hy te niet (1), en. hy sterff int iaer van dnsent
cccc en. xiz.
Bmuwg^Êêêliem en. Btra^fOÊfM (2).
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en: xxx wert die
vrome hartoge van Bourgondien ontfanghen en. gehult
tot Tsertogenbosch voor een lantsheere en. hartoge van
Brabant.
Omtrent dese tyt [1434] qnamen die Cellebruders eerst
ten Bosch wonen» ende sy woonden eerst tegen sint Ia-
cops straet over, daer na quamen sy wonen inden Noot-
boom, alder naest die Geerlinxse brug opten Claren cloos-
ter syde, ende daer na cpiamen sy op den Triniteyt (3),
daer sy noch woonen, ende dat clooster nutter kercke
wert gewyt in die eere van die heylige Drivuldicheyt,
en. daer om heet die plaetse noch op den Trieniteyt.
Int iaer ons Heeren dnsent cccc en. xxxiiij werdt den
ordenen van sinte Brigitte gefnndeert buyten Tsertogen-
(1] B. dat broek hy, (d) Dit opschrift bij B. wesgelaten. (3) Bij
B. iogeroegd: op ten Trirmtrey,
Digitized
by Google
— 56 — '
bosch, dat welck synen oorspronck aldus hadde. Omtreot
dese tyt was io Hollant op een borchte wonende een
devote of (1) machet, s^ge, een heilige vrouwe (2) van
grooter afcomst, gennemt vrou Mille van Campen. Dese
werdt stadelyck nacbt en. dach inwendelike vennaent en;
l|0raert, om op dese plaetse daer 4it clooster nu staet
een clooster van sinte Brigitten orden te beginnen. Item
op dese tyt was dese plaets lang te voren oock genuemt
Coude water. Soo was die selve tyt daer woonachtig
en ryck, goet en. God vreesende ackerman, genuemt Pe-
er die Gorter, die welcke hielt. veel bieyen, ende als
by by geval des avons oft des snachs na syn bieyen
soude sien en. luysteren, soo hoorden hy.tot verschei-
den tyden in eenen van dien ymercorven alsoo suete
melodie en. geluyt, niet gelyck den sanck der bieyen,
soo dat by niet versaet en conde worden dat tehooren,
waerom dat hy dien ymercorf om keerden, ende als hy-
em wel besach, soo bevant hy, dat die bieyen daer bin-
nen hadden gemaect een proper kercke en. twee ver-
scheiden cloosteren, ende dat was recht op die plaetse
daer nu dat hooge ai^taer staet Item dese voorsz. Pe-
ter gaf dit stuck erfs totten clooster. Item die voorsz.
vrouwe Mille van Campen quam daer en. nam raet mit
desen man en. voort mit geleerde mannen, en. reisde om
dese fundacie tot Roomen twee mael op haer selffs cos-
ten, mer het colegium van sint lans ten Bosch weder-
stonden dat zoe lange als sy mochten. Nietteminne het
hadde voort ganck, waerom die deken van sint lans be-
kennende syn schuit en om daer alre becpiamsle béte-
ring voor te doen, soo heeft hy syn officie geresigneert
(l) Bij B. weggelaten. (8) V. weduwe.
Digitized by
Google
— 57 —
ende heeft hem selven io dit clooster geoffèrt en. is daer
een monnick (1) geworden en. namaels paeter en. con-
fessoer, ende dese deken was genuemt her Peter Crom,
en. daer werden bnieders en. susteren gehaelt vuyt die
stat van Bizonzie (2) in. Yranckryck, ende vrou Mille
van Campen werdt daer die eerste abdisse en. vrouwe
randen clooster.
Int iaer ons. Heeren dusent cccc en. xxzvj was ten
Bosch eene swaren dieren tyt, mids weicke groote Tolck
van honger bedorf door gebreck van coren en. van broot.
In dit iaer begeerde bartoge Phillips van Bourgondien
vandie stat van den Bosch een scatting van seven bon-
dert gouden rydders, dat welcke de stat hem weygerde,
daer nochtans die ander hooftsteden van Brabant hem
alsulcx consenteerden, dat welcke die stat naemaels gröo-
telyck opbrap, want die bbrgers en. die cooplieden met
haer goeden rondsonoftne, waer dat sy quamen, gheras-
teert (3) waren en. in die gevenckenis geset.
In dit iaer [1439] was ten Bosch een groote swaer
pestilencie, welcke sterfte duerde van dit iaer totten
iaere van xlij. Die sterft was soo groot, dat die stat
soo leech stont, dat dat gras in allen straten wassende
was gelyck in campen en. velden.
In dit iaere waren die Bogaerden eerst gereformeert,
en. sy bronnen te dragen dat habyt dat sy noch tertyt
dragende syn, want sy te voren droegen ronde covek
ak die brueders van Mechelen en. van Boutmeer (4) noch
(1) B. canuimiek, (Z) Bisonde, bij F. Büani», BüanU, Kil.,
Besaiifon in Bourgondie. (3) B. gearreiieert. (4) B. ffout: bij W.,
6. en F. weggelaten.
Digitized
by Google
— 58 —
doen, ende doen tieten sy haer eyghen brucders pries-
ters (1) wyen, ende die ander Yerrolchden noch haer
ambacht ran weven en. trapenieren.
In desen scepen stoel [1440] voorscreven werdt ge-
ordineert, dat een ygelyck soude mogen copen en. wyn
tappen binnen d^ser stat op synen thyns (2) op die vyf-
ste qnaerte.
In desen scepen stoel [1441] voorsz. wert gemaect
den nieuwen dyck tusscen Orten en. den Bosch (3).
Int iaer ons Hoeren m cccc en. xlij is geordineert op
die vismerct eene craene, om alle goet wt die Diese op
die straete te brengen, ende een ordinancie. gemaect wat
men van craene geit geven sal.
Int iaer ons Heeren dnsent cccc ea. xlv was ten Boich
alsoo groote op water, dat alle die straten mit water
bedect waren , ende men voer mit schuyten naer sint
lans kerck toe.
Int iaer ons Heeren dnsent ccoc en. xlvg op ten ses-
ten twentichsten dag (4) Inly, op sint lans keroMKiff ten
Bosch, wert gegoten die zielmis clook.
Item in dit iaer groef men die Diese tot Bngelen toe,
e», doen wert getimmert den Boom daer die scepen doiat
pasaercn om io fie stat te oomeiii
(t) Bg B. pnêtt9rt weg^ettlleii. (jij Bij B. ckyns, (3) Ikae apgKfn
komt bij B. 6. en F», niet Toor doch wel l>1j W. (4) B. npten xrmidach.
Digitized
by Google
— 59 —
TAN TSUSTKRUr CL008TBE AFTIR DIB TOL BRUG.
Dat coDvent van die susteren afler die Tol brug was
eerst g^fundeert op t^n Wjomoleo berch by sint lacops
kercke, daer sy veel iareu gewoont hebben: mer doen
die R^ularissen susteren by die aelve plaetse cpiamen
wonen en, noch woonachtig syn, doen hebben die susten
ren een plaetse gecocht over die Tol brug in den iare
ons Heeren dusent cccc eu, (1)» di^er sy een dooster
getimmert hebben en. daer xm woonachtig syn.
Opten ni-sten dach vanden Heye [1448], wesende
den eersten Dynst dach van loken (2) Passchen, wert
eerst bestaeq die nieuwe haven te maken bujrten der
stat Boem ter Mazen toe.
Int iaer ons Heeren dusent cccc en. xlix wert heer lan
van Srp voor syn brüeder heere tot Boxtel.
bt iaer van dusent occc Ij was der Yuehteren dyck
gantschelyck volmaeqt endi^ ge3teemQht
In dit iaer van [1400] drienvyfUch werdt die Geer-
linxse brug gebreyt ende die stat rondsiomme gqpraven
als bdioort en. noot was ende allen dorpen ontbiedende;
die van lit en wouden niet graven, ende mids eene
Tonnisse der heeren scepenen most comen graven die
9ooat0t mit den acepenen, mida previl^um die stat ge-
goonen van vrou lanne (3).
(t) Hat jaar is in geen der vijf kronijken ingevuld. (S) ^Beloken:
dei ie de eerste Zondag na faseren. (8) B. sohrijft: en. müê een oon-
niêse 49r heeren scepemen. meeeten e^eeemett graten^ ewi.; éoidemker W.
aUae: maei^ die vom LUk en wiide nyet ceemen gravm, inde nüe von-
nisse der heeren schepenen moesten sy coemen graven, volgende heé pre-
vilegium by vrouide lohanna verkent.
Digitized
by Google
— 60 —
In dit iaer [1459] op sint lans Baptisten dach is dat
convent vanden Hulenborch eerst gereformecrt.
Int iaer van dusent cccc en. Ixiij, opten derthiensten
dach in lunio branden die stat .vanden Bosch en. ont-
stack eerst in die Yerwer straet pmtrent den Bogarden
clooster inden huze vanden Ketel, mids versumenis van
eenen verwer; daer branden in den eeraten dat raethays
en. die schryffcamer mit allen die prothocollen; item daer
branden meer dan vier dusent husen mit veel cleederen,
cleynoden, beesten en« bisondere mit alle veel menschen,
alsoo dat die scade die daer gesciede werdt geëstimeert
over vjfhondert tonne goats: daer nae allenxkeh werdt
die stat >vederom grootelyck verbeetert in neringe, in tim-
meragte, veel schoone, lustige en. plaisantelike huzen wer-
den getimmert en. al mit harde dacken, soo wel om die
ciragien als om den brant in toecommende tyden te scut*
ten.
Dit is den datum vanden brant der stat voorscreven:
oCh bosGh! bosGh! sCreIo nU,
ghI (1) MoBT oEAasN LIbbn nU.
ImnM DAT bUsGo proCh! CbastIho tIhCtoe ODULpHe (2).
In desen iaer [1464] (3) is ten Bosch een hertelling
geschiet.
(1) In beide aftdiriften staat ghy, doch dan komt het jaarren niet
uit. (2) Dit Latijnsche Ten komt bg B. niet Toor. Beide jaarrenen
worden ook niet gevonden in W. en G. Het Tolgende chronicum komt
alleen in G. voor:
GaLob IqrIs aGGijibIt bVsCUH.
(3] Deie haardlelling wordt in B. en W. op het jaar 1406 gebragt.
Detelfde aanmerking geldt ook wegens het stichten ran het klooster der
Zwartiusteren.
Digitized
by Google
— si-
lo dese tydeo iiverdt dat clooster van die Cellesuste-
ren, diemen nuemt die Swesteren, eerst gefiindeert en.
begoDoea.
Item in dese tyden [1466] heeft hartoghe Phillips, als
landsheere van Brabant, verleent, dat voordaen geen
doosteren of die gheestelickheyt mogen erven ofte erff
gneden coopen of oock aen sterven mogen of desgelycx.
Inden iaere ons Heeren dnsent ccoc en. Ixvj waren in
dat convent van Bogaerden ten Bosch sesthien professy
broeders, te weten, ses clercken en. thien leken, van
welcke menichte vyif clercken waren en. seven leken
broeders, die gereist zyn byden bisscop van Ludiek, heer
Lodevyck van Bourbon, en. hebben aen hem ootmoede-
lyck versocht, dat hy den prior generael vanden Croys-
braeders tot Hoeye daer toe brengen wilde, dat sy moch-
ten staen onder die Craysbroeders orden en. werden
Graysbraeders. Die Bogaerden bnieders werden verhoort,
ende daer quam die prior generael van Hoeye noch mit
vier priors en. vier weerdige prelaten wt die stat Tan
Lnyck tot Tsertogenbosch, ende sy ontfingen die voorsz.
Bogaerden totten orden vanden Cruysbraeders, te weten,
broeder Aelbrecht van Hamont, brueder Henric van Zut-
phen en. broeder Lieven van Ravesteyn; ende broeder
Aelbrecht wert gemaect die eerste prior.
Daer nae is een grooten twist gevallen tussen die
Cmysbroeders en. die noch Bogaerden bleven waren, wie
dattet cioóster behouden soude, daer veel prossessen van
rechten en. gedingen om gevallen syn, mer die Crays-
brueders hebben geweken en. dat clooster vanden Bogaer-
den verlaten int iaer ons Ileeren dusent cccc en. Ixix,
Digitized
by Google
— 62 —
opten sevenden dtch in Deoembriy, cnde hebben een sca-
mei huys ingenomen omtrent die Mortel, daer sy scba-
melyck en. in grooter armoeden geseten hebben tot mid-
den in die somer: soo hebben sy doen een stuck erfs
begrepen ter plaetsen daer sy na noch wonachtig syn,
ende hebben daer begonnen te timmeren een nieaw oon*
vent mids believen vanden prinche . vanden lande, die
daer seer behnlpicb toe was, ende een vroom borger,
genuemt lan Monnix, mit andere goeden vrinden, ende
die plaetse v^ert gecoft om dusent seshondert en. xiiij
gouden Rynsgulden. Dit gesciede int iaer ons Heeren
m cccc Ixx (1), den vyfthimisten dach in lulio, op den
dach of hoochtyt Divisionis apostolorum.
Qmtirent dese tyt vrert mit consent van hartoge Phi-
lips die veemerct vanden Bosch verset, te weten, nae
sinte Severyns dach, dal welck men placb te houden
des anderen dages nae siote Lucas dach (2).
jr<preiie%0ire ^emMe^mmiê dtet* Umi
In desen tiden [1469] vaaren vergaedert opter stat-
huys meester lan vander Straten, dekeq vanden cappitel,
(1) Deie twist wordt bij W. «ft O. öp 1469 ge]iri«t. [Z) Bij V.
tolgt: /«m op tUsen hfde wtrt êén Hieuwen dyok gêmamt iutsm die stai
vanden Boech en. Orten, Dit kom echter b^ B., W., F. en G. niet
Toor, en daar van deien dijk reeds gesproken is op het jaar 1441 (bit*
68), loo hebben wij deze opgave nitgeschrapt. (3) Bit opschrift bij
B. weggelaten.
Digitized
by Google
Gozai Kemp en. heer hn vhd indel, canonikeD, item
Gozen Heym, Simon van Huesch, scepenen. Simon van
Geel, gesworen der stat, item die priors vander Basel-
diMkcky vander Prdiers, van die Gruysbmeders, de Bo-
garde (1) en. gardiaen van die Minderbrueders , ende in
allei haer presencie werdt overdraghen en, geordineert
een maniere hoe datmen altoes die processie lanx die
stat onderhouden sal op een peene van hondert Engel-
sche nobels.
In [dit iaere van [1400] Ixx wert hartich Art van
Gelre door neerstichejrt van Karel, hartoghe van Bour-
gondien, vi^tter gevenckenis gelaten, daer hy in geweest
hadde ses iaeren opt slot van Buren, ende comende tot
Tsertogenbosch wert hy daer feestelyck vanden poorte-
ren mit veel toortsen in die stede gebracht, ende dede
zjn gebet voor ons lieve Vrouwe in sint lans kercke:
ende van daer quam hy tot Hesdyn in Arthois tot hair-
toge Karel, diëm (2) mit grooter ceren en. vrintscappen
ontfing.
Obitrent dese iaere werdt begrepen dat clooster van
sinte Geertruyt in die Orten straet en. zy waeren inden
eersten pr^erssen vanden dorden regel van sinte ]>omi«
nicus; mer naemaels int iaer van dusent cccc en. xcv^
namen die susteren van sinte Geertruyt den orden aen
vauden regulieren en. werden regulil'rissen, staende onder
den regel van sinte Augustyn, ende tot dien convent
waren geschiet ses of seven susteren regularissen yn die
sut van Maezeyck, die wdcke dat clooster ofte convent
(1) Bosarde bij V., W., F. en G. wegselaten. (2) B. die hem.
Digitized
by Google
— 64 —
van sinte Geertruyt bcachteu id goede maniere van le-
ven naer den orden vanden regulieren.
inno Domini millesimo cocc en. Ixxiij» op sint loris
avont, was een scermalsinghe tusscen die vanden Bosch,
init haren schoatet her Peter van Tertaignen (1), ende
daer bleef niemant verslagen dan her Peeter voors.
In dit iaer is gesciet een hartelling ten Bosch.
In dit iaer sterff hartoge Art van Gelre, een groot
liefhebber der stat vanden Bosch; hy was een Vrouwen
brueder ten Bosch en. een oude scutter, ende hy wert
begraven in die stat vande Grave en. syn hert en. in*
gewant wert ghebrocht ten Bosch en. eerelycke b^ra-
ven int clooster van sinte Geertruyt op der susteren
choore.
Item het is aentemercken, dat in dese iaere [1474],
want die' heere vanden lande binnen die acht dagen van
Bamis gheen heeren en ordineerde, hebben die oude hee-
ren of scepenen ghecoren nieuwe scepenen, hier nu ge-
nuemt, ende Bertran lansen, als diender van gruen roe-
de, eeden hen. lieden (2) na previlegium vander stat.
In dese tyden [1475] wert begrepen dat convent van-
den Regularissen opten Wynmolenberch.
(l) By V. en B. Vierleyn; bij W. en F. op 1471: PeUr Wyerlaün.
Wij hebben G. gevolgd. (2) Bij V. êeehden hann têdt.
Digitized by
Google
65
MÊmêeh in i^dem rcüt rr<ou Mutrie ende
MmüDiwnUêmeny haew* M%an.
Iq deseo iaere [1476] was ten Bosch opten achthien-
sten dach ioden Meert een groote verveerliken oploop
onder die borgers tegen die heeren vander stat, ende
dese opruere eynden eerst op den sessentwentichsten dach
inden Meye: ende daer waren veel heeren gevangen in-
den oploop, te weten, Willem van Ghent, lan van
Berckel, lan vai^ Erp, Lucas Bock, Simon van Geel,
Gozen vanden Heesacker en. Reynier vanden Hovel; en-
de desen heeren waren seer oogenadelyck getracteert: sy
mosten alle dage geleyt waren als diefs en, straetroovers
en. veel processen van rechten worden tegen hen ge-
daen, om haer lyf te nemen, mer mids behendelycke
neersticheyt der heeren vanden hove, soo werden die
beeren wtter gevenckenis gelaten, ende die borgers, die
dit spel gehanteert hadden, werden selver namaels ge-
doot.
In dit iaere [1477] beeft die stat vanden Bosch van
noots w^hen tegen die Gelderschen aen moeten nemen
een orloge en. vete, welcke oorloge duerde omtrent drie
iaeren: want die Gelderscen quamen in die meyery van-
den Bosch en. beschadichden dat lant en. dorpen seer
mit brant en. roven, mer die vanden Bosch wederston-
den die Gelderscen vromelyck en. matteerdense (1), want
(1) Matteerdense. In al de afscbriften , doch bij G. weg^Iaien. Mat-
teren y matten en maUen, wedersCaan, mat zetten, zoo als men nog in
het schaakspel sprrekt. Matare, bij Du Cahge.
Digitized
by Google
— 66 —
sy togen over mit grooter macht int lant van Gelre en.
deden daer veel scaden, rovende en. brandende.
Int iaer ons Heeren dnsent cccc en. Ixxviij heeft die
stat vanden Bosch belegen die stat vanden Grave mit
veel eedelen en. stelden daer voor een blochuys, soo
dat sy hen benamen provande en. vitalie, die hen van
buyten comen roochte, soo dat die stat op wert gege-
ven mit den slot, ende die Grave >vert te bewarens ge-
geven heer Cornelis van Bergen (1), die de stat besette
met veele cloecke wapentner^.
In dit iaer hadde die stat een neerlage tot Heel en.
Driel omtrent die vasten.
In desen iaer [1480] is geschiet een h^ttelling.
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en. Ixxxi qnam
ten Bosch, mit grooten staet van groote heeren en. eede-
len, Maximilianus, erdsbartoge van Oostenryck, hartoge
van Brabant, ende mit hem qnamen inden eersten vrou
Marie, die hartoginne, syn huysvrou, die grave van Ro-
mont, des hartogen sone van Savoyen en. een brueder
vander coninginne van Vranckryck, Adnlphus, myn heere
van Ravesteyn, grave Engelbert van Nassou, loest La«
leyng (1), stalhouder van HoUant, grave Willem van
Egmont. Die prinche Maximiliaen was geherbercht te
Prekers int clooster, vrou Marie, die princesse, "was ghe-
logeert mit haren sone, die ionge prinche Philippus, tot-
ten susleren van Orten.
Op die selve tide soo heeft Maximilianus, die prinche,
(1) Zevenbergen. (2) B. en W. Latcj/nen.
Digitized
by Google
— 67 —
geordineert en. ingeset die vermeerde en. triumphelike
feeste rander orden vanden gulden Vliesch in die stat
vanden Bosch, ten welcker feeéte en compareerden niet
meer dan ses princhen vander oerden des gulden Vliesch,
als: die grave van Romont, her Adolf van Ravesteyn,
her Engbert van Nassau etc, ; ende die ionge prinche
Philippus, out wesende drie iaeren, wert by beveel des
prinche, vanden heefe van Ravestejm ridder gemaect in
die groote kercke van sint lans kerck opt hooge autaer,
ende dit geschiet wesende, wert hy mede aengenomen
inder oerden vanden gulden Vliesch, ende op die selve
tyt worde die grave Martyn van Folem (1) en. heer lan van
Waeleyn, des heeren sone van Bergen aendén Zoom,
mede in die selver óerden ontfangen. Die feeste vander
oerdene geduerende was daer groote triumphe en. bly-
scap van tonrnieren en. ander ridderlycke feyten.
VAN DAT PRBKBRS CLOOStER TOT TSSRTOGEimoSCH (2).
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en. Ixxxijj op tshey-
lich Cruysedach Exaltacio, in September ofte Gaerstmaent,
doen overste was als prior generael vanden gehelen perden
van die Prekers die eerweerdighe vader, doctoer inder
gotheyt, brueder Silvius (3) de Casseta van Fanonneo,
ende prior provinciael was in dese Nederlanden brueder
lacobns Stubach, soo is dat clooster vandeii Prekers ge»
reformeert geweest tot Tsertogenbosch , daer toe bebul^
pich en. .teghenwordich waeren. brueder lacop Sprengeri
prior vanden Prekers tot Colen, meester Brixius Floris-
soen, prior te Prekers tot Bruessel, die welcke doen ge-
(1) Aixoo V. B. en W. LetÈPolkeim, ChriHüuuutjtmsp, Her, p, 46$,
(2) Dit opschrift bij B. weggelaten. (3) V. Saling,
Digitized
by Google
— 68 —
maect >vas die eerste prior vaade reformacie ten Bosch,
en. dit convent heeft inenich iaer gebleven in goede re-
formacie en. noch blivende is (1) in een goet regiment
in geestelycke en. titelike saken en. goede ordinancie, al
500 een goet convent en. clooster toebehoort.
In dit iaer [1484] wert ten Bosch dootgeslagen van
eenen Hoochduylsce heere, rayn heere Baltazar van Wolc*
kesteyn, die een groot heere was in des priochen Maxi-
milianus hoff.
In desen iaere [1488] syn die steden van Brabant te-
gen een gevireest, Bruessel en. Loven tegen Antwerpen
en. Mechlen, mer Tsertogenbosch sat stille.
Inden iaere ons Ueeren dus^t cccc en. xci wert die
capelle van smt Anthonis van nieuwes begrepen en. ge-
timmert, ende die oude cappelle by die Bazeldonck poorte
wert ontwyt en. daer af gemaect een borgers wooninge.
Inden iaere van [1400] xci quam ten Bosch dat mael
geldt eerst op.
Inden iaere dnsent cccc en. xcv wert dat silveren groot
beelt van sint lan gegoten en. gemaect te Golen in die
stat, ende alst dat silveren beeldt al bereyt was, soo wert
gheleet in een ydel wyn vat en. dat vat wert wederom
becleet in een tonne ofte pyp w)ms, vol wyns synde,
en. soo wert dat silveren beelt sonder kennisse van straet-
roovers ofte snaphanen (2) ten Bosch gebracht, ende
(1) De volgende woorden in B. weggelaten. (Z) Bij B. en W. straêt-
roopcTM ofte snaphanen weggelaten. Snaphaepj straatschender, Ka.j vrij-
buiter, WiLLElS.
Digitized by
Google
— 69 —
werdt voordaen op sekere dagen ia die processie ronds-
omme gedragen.
JB^ëeh in 9^em run hm»*Ëmge M^hiiipÊ
eOÊêime ecM» CmêMUen (1).
Inden iaere ons Heeren dusent cccc en. xcvj, opten
derthiensten dach van December, quam ten Bosch die
oienwe prinche hartoge P&ilips, daer hy minnelyck en.
▼rindelycke mit grooter blyscappen ont fangen werdt, en-
de daer na opten vyfthiensten dach der selver maent
gdiult en. ontfangen irerdt voor een hartoge van Bra-
bant, in tegen woordicheyt van synen heer vader (2)
Maximiliaen, den Roomscen coninck; die stat beschonck
hem mit twee costelycke groote ossen mit silveren ho-
rens en twee voeder wyns; ende als die hulling gedaen
was, 500 reet die ionge prinche Phillippus me sint lans-
kerck toe, ende daer werilt doen gedoopt een lode van-
den deken van sint lans, meester Ghysbert die Bie, in
tegenwordicheyt van hartoch Philips, her lan van Ber-
gen en. Gornelis van Sevenbergeu en. andere groote hee-
ren , die alle vuntpeters en. gevaders van desen ver-
doopte lode waren, ende hem werdt eenen naem gege-
ven, te weten, Philips van sint lan,. die te voren ge-
noemt was lacop van Almaengien: nier die lode en bleeil
niet stantaftig (3) en. viel weder van ^yn Kerstenheyt
en. wert een fode,
(l) Het ofMcbrill is bij B. weggevallen. (2) Jleer vader bij V^. , doch
bij V. en B. mtgeraUen. (8) B. stantachHg ; W. volstandich.
Digitized
by Google
— 70 —
In dit iaere [1497] werdt den grontslach geleet mit-
fen fundament vandie nieuwe wtlaten van sint lans
kercke, te weten, van sinte Achten outaer tot die vunte
toe en. oock in die noortsyde.
In desen iaere hebben die Gelderschen groote schade
gedaen in die meyerye vanden Bosch, bisonder tot Oss
en. Geffen, mer die hartoghe van Sassen, mids hulpe
vander stat vanden Bosch, heeft dit swaerlicken gewro-
eken, bemende en. rovende en. veel meer schaden doende
den Gelderschen en. hy creech Batenborch inne.
Qmtreqt dese tyt wert gereformeert dat convent van-
den Minderbrueders binnen den Bosch, mids hulpe van*
den eei'weerdigen pater minister, brueder lan van Ponto.
In dese iaere [1498] werdt die Diese in die stat ge-
graven.
In dit iaere [1499] zyn gecoren die eerste ses 'man-
nen, regeerders vander penningen deser stat te ontfangen
en. wt te geven, te weten, Dirck van Hedel, Henrick
van Deventer, Gherit Moens, Aelbert Keteler, lan Pyn-
appel (mer dese twee storven ende in haer plaetsen wa-
ren gecoren meester Henric Felgrom en. Wouter Bolx),
Roelof Noppen.
Rentmeesters: meester Frans Toelinc en. lan'Trancken.
In dit iaer [1500] wert ghewyt vanden suffragane
van Ludiek sinte Peeters kercke in die Orten straet.
»
In dit iaere [1502] geviel een groote geschille en.
twist tussen dat cappittel van sint lans en. die regenten
Digitized
by Google
— 71 —
▼ander Stat ter ocsaynea (1) vaode scattióg» die de heeren
▼ander stat eysten van dat capittel aeogaende van haer
gueden des capittels, ende die sake werdt op genomen
eiL io handen gestek ea gelorft (2) den canceUer van
Brabant I item meester Ludovicus Roelant, meester lan
▼an Coudenborch, meester Roelant van Rontzele, alle
raetsHeeren van thof van Brabant ^ ende sy deden een
▼nytspraeck in deser fbrme: dat allen die goeden, die
tcappittel allemosinis gewys (S) toebehoeren of den be»
neficien aengaen, vry en. vranck sullen wesen en. exempt
▼an alle schattingen^ mer die goeden, renten en. erffe-
nis,. die gewoonlyck ^n geweest te staen tot exactien
▼anden iaere ons fleeren dusent cccc en. Ixxij tot den
iaere van dnsent ooccc en. ij, sullen staen totter exactie
en. scattinge als ander ifverlycke goeden; item daer wert
doen ged^ennineert en. gesloten inder vuytspraecke, dat
die heeren vanden capitlel mit haeren dienders en. ca-
pittelaers eenen bisonderen wyn kelder, om daer vuyt
te tappen wyn en. dranck, sonder accisie (4), ende die
kelder des capittels sal bliven gesloten staen van smer-
gens af tot thien uren toe voor middach en. van één
nre af tot vyf uren toe (5) , endat die canoniken of die
capittelaers gheenen wyn sullen mogen vercoopen, wyn
of dranck, uten heeren kelder, eenige vremde persoone,
het sy borger oft het sy wie hy is, die onder dat ca-
pittel van sint lans niet en staet.
(1) Ocsnfjpntfi», gelegenheid; Kil. B. en W. ter cause. (d) Gtloeft,
bij B« en W. weggelaten. (3) Allemosinis gewys, Toor eleemesynae,
■aloMies. W. alemoes. (4) B. aceynsen, (5) Bij V. en W. inge-
bscht: en. daer nae M negen hneren toe.
Digitized
by Google
— 72 —
lo dit ia^e [1S04], opten xxiiij*" dach in Augusto,
tussen X en. elflf oren, was ten Bosch een erdbeviag.
In dit iaere quam ons prinche Fhilippus, coninck yan
Castillien, tot Tsertoghenbosch , om daer een apparaet
en. bereitsel te maken van oerloge, en. daer vergaeder-
den groot volck te voete en. te paerde, daer overste ca-
piteynen af gemaect waren die heere van Vergy, wt
Bourgcmdien, Cornelis, heer van Sevenbei^en, en. syn
swager Floris, heere van Yselsteyn en. grave van Boe-
ren. Dit groot volck is wtten Bosch in Gelderlant ge-
togen, rovende en. brandende, en. groote scade bedre*
ven sy int lant, ende sy wonnen twee sloten Mtddelaer
en. Hemert by Jluesden, ende die prinche Phihppus bleef
ten Bosch liggen, want die winter aenstaende was, ende
tot hem quam ten Bosch die keyser Maximilianus, syn
vader, mit zyn nieuwe hoysvrou, die keyserinne genaemt
vrou Blancke Maria, des hartogen 4ochter van Milanen^
ende sy wert gelogeert aen die merct, naest dat buys
int Hart, te weten in Lo^ Beys huys, mer die keiser
lach int clooster vanden Prekers. Noch quamen ten
Bosch her lan van Hoorn, bisscop van Ludiek, hartoge
\^illem van Gulick, hartoge lan van Cleve mit synen
sone hartoge lan; ende terwyien dese groote heeren ten
Bosch lagen, soo werden daer gehanteert veel ridder-
lycke feyten van tornoeyen, van steec spelen, van bata*
ment spelen en. andere ghenncblycke excercitatien van
kaetsen, van dansen, van springen en. zulcx meer; ende
als die winter over was, soo scheiden dese grooter hee-
ren van malcanderen mit grooter vrintschappen en. elck
reisde totten synen, ende coninck Phillippus reisde uten
Bosch na tlant van Geldre en. van Boemel, en. daer
Dao too<*,h hy voor Arnhem , dat hem op gogpven wert.
Digitized by
Google
- 73 -
lot iaer oos lleei-en dusent ccecc ea. vyff iverden se-
kere dorpen vercoft in die meiery vanden Bosch tot be-
hoeff vanden cooinc van Castiilien, onse prinche Philips,
die nu Iweedemael in Spaengien reisen wilde; ende in»
den eersten coft heer Cornelis van Sevenbergen Serie*
€001 en. Schyndely meester lan van ¥laderacken, heere
van Geffen, cofte Nolant^ heer lan van Doeme, een
domheere canoniek tot sinte Lambert te Lnyck, cofte
Ylierden en. Bakel, ^mbert Hillioc, heer van Wael-
wyck cofte Vacht biden Bosch, heer lan Bacx, riddei*
en. leechschoutet vanden Bosch, cofte Boesmaelen.
In desen tyde ftindeerde heer lan Bacx voorschreven
een clooster tot Roesmalen van Regularissen, dat welck
men nu noemt sinte Annen borch, ende sommighe sus-
teren wt den Wyomolenberch hebben den oerden van-
den regulieren in dit clooster bestaen, ende heer lan
Bacx suster was die eerste mater of prtorione.
In dit iaer [1506], den sesten dach in, Novanbri,
stelde die stat vanden Bosch een lothery op, om wt har
ren commer te commen. Die groote loten waren ses sil-
veren kannen, wert synde vj** Ryns (1) gulden, en. xi)
schalen.
In dit iaer [1507] werdt dat slot van Foeroeyen (2)
ingenomen op die groote costen vander stat vanden
Bosch, ende die grave van Aenholt met die heUle van-
den ambachte arbeiden soo lang, dat syt in cregen op
den derden dach in lunio, anno acht.
(1) Bij B. Caroli yulden, (3) Pooroeyen, Poederoijen in den Boni-
melerwaard.
Digitized
by Google
— 74 —
Daer nae opteo ut) dach in lulio quam teo Bosch,
die keiser Maximilia^n, eode hem waren gesconkeii Yoor
syn wilIecoinheytaD xy amea wyua^en. daer toe hoadert
maUer havereo.
In desen soepen stoel [1510] in lunio omtrent sint
lans geboorte, werdt Oeyea (1) omgeworpen by die stat
▼anden Bosch.
Tot deser tide toe heeft die stat vanden Bosch veel
gfaeluckighe voorspoet gehadt, ende zy waren seer van
allen haer vianden ootsien, mer daer nae datmen elff
begonste te sciyven, soo wast al meest verdriet en. te-
genspoet waer sy voort haer handen aenstaken tot deser
tyt toe.
Int iaer ons Heeren dusent ccccc en. thien was tep
Bosch een groote dachvaert van staten van Brabant, daer
hen te voren geleet wert op te brengen tot behoeffvan-^
den nieuwen princfae, Ixxxv dusent Rynsguldeb, ende
die steden coDsenteerdeo Ixx" gulden, wtgeuomen die
borgers vanden Bosch, die gheensius consenteren wilden,
pretenderende haer armoy en. groote costen, die sy ge-
daen hadden int oerloge van Poeroeyen, geschiet synde
int iaer van achten: ende soo smelte die peticie des
hoofs (2).
Int iaer van [1500] elven werdl ten Bosch overdra«
gen, dat soo wie eerst schepen wordt sal die stat ge-
(1) O^yetiy het kasteel Gansoijen bij Waalwijk. (2) B. en. soo smeolie
die petisü geheei, W. eD 7. als V. Vau Hivrn heeft uit de Latijiuche
kronijk van Hqliüs: waardoor dien oisth op niets uitliep» [ITist der Slad
en Mcyery^ I, 419.) •
Digitized
by Google
— 75 —
▼en eeo serpentyn of een dobbel haecbusse (1), eivde
soo wie io eenige Yanden gesworen ambochten binnen
deser stat vanden Bosch meester wordt, geven sal een
haecbusse, item soo wie een poorter vander stat wort,
sal die stat geven ix stuvers, om salpeter te coopen.
Omtrent desen tyde syn veel treffelicke cooplieden van-
den Bosch en. ander steden van Brabant, comende wt
die iaerlicxse mercten van Francfort, vanden Gelderscan
gevangen en. aff geset en« binnen die stat van Gelre ge-
brocht, daer sy^ swaerlicke gepynnicht syn en. groote-
lyck haer rantsoen hebben moeten betaelen.
Omtrent desen tide werdt die kermis yander stat, die-
men altoes plach te houden Sondaechs na sintlan, ver-
set en. getransfereert opten Sondach nae ons lieve Trou.
Item in dit iaer van elve, in lulio, <piam lea Bosch
▼Tou Margriet, keiser Maximilianus dochter, mit dusent
eo. vyfhondert Engelschen, ende daer werdt gemaect een
wonderlicke groote apparaet van oerloge tegen die Gel-
dersscen , ende dat gansche heire tooch voor Venloe ,
daer sy mennige storming voor deden, arbeidende zeer,
om die stat te winnen, mer daer en quam niet afif, en-
de in dit beleech bleeS doot die heere van Bosschuyt,
opperste capiteyn vande Engelschen, ende hy werdt
gebrocht ten Bosch en. mit grooter eeren begraven in
ons Yrou choor in die bruederschap voor dat altaer in
sint lans kerck.
In dit iaer [1512] (2), op den lesten dach in lanua-
rio^ hebben die Ghelderschen voor dat cloosters poort
(l) Serpentyn of haeobusee, aecpentyn, eene soort van klein kanon
of swaar geweer, dat op eenen vork (haak) werd gelegd, bij bet aftchie-
ten. (Z) In den scbepenatoel van 1611, d»u in JanuariJ 1510.
Digitized
by Google
— Te-
der susteren van Rossem vergadert geweest, om tecoemen
tegen die borgers vanden Bosch , want sy vernomen hadden
van die verspiers (1), dat die vander stat wt trocken,
en. daer waren vergadert xvij** voetknebhten en. xl rey-
sigers (2), en. sy hadden by haer vyff slangen (S); des
anderen dages soo togen die botters met veel huplie*
den nae 'Bomel en. sy en hadden geen geseut, ende die
Gelderschen vielen daer onder mit ganser macht » soo
dat die Busschers die nederlage cregen, waer aff ig'' ge-
vangen en. te Boemel gebrocht [zijn], daer sy seer om*
menschelyck gepynnicht waren, ende die ander worden
sonder genade dootgeslagen.
Inden selven iaere, den ixv dach in September, sjrn
tot Lit opten Ham overcomen die Geldersche, omtr(ent
iiij" paérden en. xv^ voetknechten , ende syn doen geco-
men in die onverdingde (4) dorpen, ende hebben, ge-
brant inden eersten Hintem en. aldaer seven wynmolens,
Orten, Schyndel en. die kercke aldaer, sint O^enroey,
Coevering, tot Heeze en. die kercke, Leend, Wetten,
Nuenen, Stiphout, Gheldrop en. aldaer die kercke en.
dat huys, en. syn wederom gereist nae Gelderlant op
stnte Cosmas et Damianus (5) dach (6).
(1) W. oertfneders, bespieden. (2) Rêysigers, ruiters; Kn.. (3) ^/on-
gen, kanonnen, die Tan voren de gedaante van een slangenhoofd had-
den, zoo als men xien kan aan bet groote geschat achter bet stadhuis
alhier. (4) W. en F. overdingde. Onverdingd leid ik af van verdingen
en bet ontkennend Toonetsel on. Verdingen beteekent onder anderen
een verdrag sluiten. Door onverdingde dorpen moeten alsoo die plaatsen
worden verstaan, welke bij 9e aankomst der Gelderschen lioh te weer
stelden en met ben geen verdrag sloten. Zie Dr. J: m Vries in De
Jagxe's Taalk, Mag<u,, IV, 66. (6) V. Adamianus. (6) Dese inval
komt bij B. niet voor: bij W., G. en F. is die op 1619 gri»ragt,>doch
zoo mij voorkomt, verl^rdelijk , omdat bet water in dat jaar te boog
was, om over Litb in de meijerij te vallen. Bij Var Hedrr wordt die
eveneens op 1612 gcbragt.
Digitized
by Google
— 77 —
I
Die keiser Maiimilianus verhoorende den grooten ne-
derlage en. schade vander stat, soo heeft hy gesondeo
brieven aen die stat seer troostelyck en. gheloefden hen
bystant te doen tegen die Gelderscben, ende daer qua-
raeo ten Bosch twee hartogen vao Brnyoswyck, hartich
jirt en. hartich Erich , beide gebnieders , ende hartich
Art lach thuys inden Engel en. hartich Erich lach thuys
op Roeyenborch; ende nae een tyt van daghen togen sy
in Gelderlant en. hebben grooten scade gedaen mit ro«
ven en. branden, ende daer nae syn sy wederom nae
Hoochduytslant gereyst.
In dit iaere [1513] werdt die nieuwe kercke vanden
Swesteren eerst aengeleet (1).
hden iaere ons Heeren dusent ccccc en. darthien werdt
in sint lans kerck ten Bosch geset aen die west syde by
ons liever Vrouwe choore dat wonderlycke spel van dat
oordeel Gods, dat welcke gemaect hadde een smit ge-
naempt meester Peter Woutersoen , en. is nu vemaemt
alle Kerstenryck doore.
In dat selve iaere mosten die poorters vanden Bosch
tolle geven inden lande van Gelre, niet tegenstaende dat
die stat schoone previlegien van exemcien heeft (2).
(1) Bij V. komen de laatste berigten van 1610 toi 1513 door elkan-
der Tdor, gelijk de afschrijver seWe bekent, met bladx. 42 te teggen:
nNu volget hier na den grooU nedêrlage der etat vanden Bosch toi Roe^
sem. — Item daer na volget die comste der Geidertchen voor die stat
vanden Bosch, doen sy Jïintem bomden mit die violens, ende hoe wel
datter voor stat int iaer van elven, mor het hoort hier te staen,*^ Wij
hebben de feilen volgens B. op tijdorde gebragt. (2) Dit komt bg B. ,
W. en F. niet voor.
Digitized
by Google
— 78 —
In dit iaer [1516] qnam die ioDge nieuwe princhey
hartoch Karel, ten Bosch, ende hy werdt seer feeste*
lyck ingehaelt vanden geestelicken staet en. vanden wer-
Heken staet en. hy werdt gelogeert in Cornelis van
[Sevenbergfaen's] huys (1) by sint loris capel, ende vron
Mergriet, syn moeye, werdt gelogeert io heer lan Bacx
huys, dat nu is dat hoff van* d^abdie van Tongerloe;
ende des anderen dages op eenen Sondach, den. xv"^
dach in lulio, ende daer wert geit geworpen vanden
payen (2), in summa xl gulden, ende die stat beschanck
den prinche twee silveren stopen en. een silvere cop mit
een dexsel, tsamen weert synde vj"" Rynsgulden, item
hem waren gegeven twee voeder wyns.
Biew roigen §9U ftcve Me mereheïiehe
ge9eiedeni9 éler Uni ranaen Bo9eh in iffden
rcM» httwioge MintreM (3).
Int iaer van dusent ceccc en. xvj, «nids dien dat die
heeren van tcapittel van sint lans vry wesende van ^al-
len liberteiten van wyn, bier accynse en. mael geit van
verscheiden vonnisse by den canceliere gewesen inden can-
(1) Vanden huys bij B. en V. ; bij Vf, in do huysingo hy tint lorü
cappeL üit deze omschrijving blijkt, dat ook hunne afschriften bedor-
Tén waren. Ik heb in den tek^ ingevoegd SevenhergherCs , omdat Ka-
rel, later de V« kei ter van dien naam, volgens Van Hbubv uit M0LI09,
bij den hoogschout Cornelis van Sevenbergen gehuisvest vras. Men wil ,
dat deze straat om deze reden later de Keiserstroat genoemd is. Het
bedoelde huis is in 1779 tot een Roomsch weeshuis verbouwd. (2) Paye,
pui. Nog zegt men: de pui van het stadhuis; eene verhevenheid. Vatt
Hasselt bij Kil., bit. 4a (3) Dit opschrift bij B. weggelaten.
Digitized by
Google
— 79 —
cellareye van Brabant tot Bruessel «d. daer onder die ses
mannen gecommiteert, die die tyt doen domineerde, wou-
den die heeren vanden captttel nemen haer liberteyt tot
Bniessel, overmids ghifle en. gaven, en. daer over syn
oomen drie wagens yryns den capitte), en. dat die hee-
ren vanden cappittel tegen wil en. danck mosten haeren
wyn aen die merct doen vneren onder den Engel en.
niet inden heeren kelder. Soo werden wttep hove ge-
seynt tot Tsertoghenbosch sekere ' commissiirissen by na-'
mai meester Anthonius Henskenshoet (1) en. meester Le-
naert Wersen , om informatie te nemen van en. opten
«basen, die de gheestelicheyt in die stat ghebruycten in
prgndicien der cynsen van bier en. van wyn, ende dat-
men bevant, datse op eenen iaer haddep gesleten hon-
dert voeder wyns.
In dit selve iaer begonsten die bonmeesterS (2^ deser
stat vanden Bosch te leggen die muere opten Yuchteren
dyck aen die syde ten Oeteren waert (3).
Anno Domini mülestmo cccjcc en. xvj en. ivij re^
gneerde ten Bosch een ververlycke siecte, gennemt pleu-
ritis (4) of die steect, daer mennich mensch af storff
oft pestilencie geweest hadde.
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. xvij geviel een
groote tweedracht ten Bosch onder die canooiken tegen
die stat, om der accynsen wil, die de canonicken niet
geven en wilderi, voort brengende haer previlegium, dat
(1) B. J/êynskênêhoet, Var Hicbr heet deie commissuriMen ÏÏênken-
stoet en Vtersseft. Bij W. en F. sijn die namen weggelaten* (2) Bij B.
W. en F. burgenutesters. (3) In al de^MSS. lees ik Oeteren waert. Kan
er niet Veteren gestaan hebben , voor Deuterenwaaris? (4) V, en B* ple-
revfi»; F. pleuris f W. pleiyrisis»
Digitized
by Google
— 80 ~
sy hadden vercregen van Philips, conioc van Castillieu,
daer sy vry mede waren van allen accisen te geven. Dese
gescille is soo verre gecomen, da^ die stat heeft vast
doen palen mit groote swaer houten die vorste Clare
straet, daer en boven soo werdt eenen grooten yseren
roestel geleet int beghinne (1) vanden Papen hols» om-
trent des choor dekens hi^s, op dat men geenen yryn
inder heeren kelder soude mogen doen. Mar als dit al
volbracht was, soo hebben die priesters met haeren kna-
pen die groote sware posten wederom wtter eerden ge-
wonnen en. die bakken om verre geworpen; doen isser
eeo gebot g^aen lancx die stat, dat niemant op lyff
en. op goet eenighe assistencie of byslant of hulp doen
soude den capittel, om den wyn inden heeren kelder
te doen, soo hebben die canoniken en. beneficiaten, die
sterck en. vrom waren, ter wylen datmen dat v^y water
werp en. die hoghemisse gesoogen werdt, haer choor
cleederen wt getoghen en. haer tabbaerten mede en. heb-
ben den wyn selver in die kelder gedaen, niet passende
op den geinen, die daer by stonden, en. sagent aen en.
maecten veel rumoer.
In dit iaere van [1500] seventhiene soo werden die
husen byden gasthuys heerens Adam van Mierd, dat doen
stont by sinte Barberen capel, a£f gebroecken, als van-
der Hekelen totten susteren moeien toe.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. zviij werdt
dat interdictum ofte cessie vanden biscop van Luyc ten
Bosch geleet, door solicitatie vanden canonicken, ende
hét was in die vasten, ende allen die ghetiden en. mis-
(1) B. en W. int ajnde.
Digitized
by Google
— 81 —
sen in sint lanskerck die werden gedaen mit besloten
deuren in die gherrukanier (1). Dit verdroot die stat
seer, èn. sy baden den grave van Nassau om een vyf-
ttch of tsestich ruters, en. die waien gelieet inder cano-
niken huzen, gelovende haer door (2) te draghen en. los
ec. vry te houden van allen scaden, die hen overcomen
iDOchte van haren bedryfF inder canoniken husen. Doen
sjn die ruters inder canoniken husen gecomen en. heb-
ben op gesmeten die trisoren, cantoren, bottelryen^ bier-
kei ders, en. hebben sitten eten, drincken en. slumen (3)
nacht en. dach: daer boven hebben sy die gelaes wt ge-
smeten en. dinstmaechden en. knapen geslagen en. ge-
stooten, alsoo dat die canoniken haer husen rumen mos-
ten. Niet lange daer na werdt dit ghescil in handen
op genomen ende beide die parthyen quamen in die stat
van Gameryck, ende die sake van beide syden wel over-
hoort, soo wert daer gesloten, dat die heeren vanden
capittel souden sjaers hebben veertich voeder wyns en.
xij hondert tonnen biers, die sy gebruycken mochten
sonder eenich accynse; item datmen die ydel vaten al-
toes melen sal in die Diese in tegenwordicheyt van twee
canoniken, van twee schepenen *of raetsheeren en. twee
dekens vanden ambochten. Dit ende meer andere pun-
ten werden bezegelt en.^ swaerlick verpeent en. die nu
noch scherpelick onderhouden worden.
In desen tide werdt die Diese wederom op gegraven
van Tveregat aff totten clooster vanden Clarissen en.
voordaèn vanden Minderbrueders clooster totter Hekelen
(I) Gkerruhamcr, gerwekamer, sacristy, kleedkamer; Kil., I, 152.
(2) Door, baldadig. Vergelijk Kil. (3) Slumen, sloymen, sluimeren,
lialf slapende waken.
C. 6.
Digitized
by Google
— 82 —
toe aen die plaets, ende allen die ^rde werdt gevnert
aender stalmuereo (1).
In dit iaer soo hebben die ingesetene eii. poorter» *
vanden Bosch » van Huesden , van Breda , van sinte
Gheertruydenberch tot haren vervolghe te have aff ge-
cregen die "weeckmerct» die die van Waelwyck twee
iaren hadden gehadt en. subreptivelick hadden vercre»
gen.
Inden iaere ons Heeren duient ccccc en. xix» des Son-
dachs nae sinte Servaes, werdt ten Prekers ten Bosch
ghehouden een prQvinciaele capptttel, daer t^enwordich
waren x doctoren en. Ixx (2) vremde broeders, en. sy
bleven daer ses daghen en. sy waren hoochlick bescon-
'ken mit wynen van die stat en. van dat capittel» en.
men hielter een schoon processie van deen poorte des
cloosters toller ander poorte.
Op die selve tyt werdt oock gehouden een generael
capittel vanden Wilhelmiten op die Baseldonck.
Opt die selve tide werdt gehouden ^eneral capittel
vanden Bógaerden int clooster ten Bosch.
In dit iaer geviel int. capittel onder die canoniken een
twiste om eenen nieuwen deken, want die eerweerdighe
meester Alaert Baeliaert, oock deken vanden Bosch, nu
gestorven was, scfö en' consten die canoniken niet accor-
deeren in die electie van een nieuwe deken. Die cano-
nix proeven van meester Alart werdt g^even eenen sen-
ger des nieuwen Roomsche conincx Earolus, genaemt heer
Henric Santman, soo meynden dese Santman, dat hy die
dekenscap mitter proeven tsamen besitten soude, en. hy
(1) DcM aanteekening komt bij B., W. of F. niet voor. (^) W. en
f, twtniich. Het getal bij B. uitgerallen.
Digitized by
Google
_ 83 —
hadde gecregeo beneplacituin regis Romanorum, dat wel-
cke hy den canoniken thoonden. Die caooniken dit siende,
waren be vreest en. mit goede beraet -gaven sy haer stem-
nieo den cardinael Willenx van. Enken voort, die oock cano-
uic ten Bosch viras, cnde soo wasser Santman af van die
dekenscap. Die cardinael heeft de dekenschap overgege-
ven sinen suster soene, heer Michiel van Encken voort,
erdsdiaken van Kemplant en. heere van sinte Lambi*echt
tot Luyck: ende als dese meester Hichiel een wyl tyts
ten Bosch gewoon t en. die dekenscap bedient hadde, soo
ghaf hyt over aen een canonic genaemt meester Philip-
pus De Spina, die de canonizie lange iaereu en. seer
eerlycke geregeert heeil.
In dit iaere qüamen ten Bosch tweifi hondert Over-
lansce voetknechten, ende sy werden in die borgers huy-
sen geleet, om daer te blyven ter tyt dat die Roomsce
coninck soude gaen liggen voor Aken, om die croon. Die
Overlenders bedreven groote fortse en. overdact (1) den
poorteren, en. al claechden die poorteren den heeren ha-
ren overlast, sy en werden niet verhoort en. mosten hen
lyden. Sy lagen in die stat van Bosch kennis af tot
aen die Garstmaent (2) toe.
Inden iaere ons Heerén [1500] xix was in Augusto
alle dagen' eenen stadigen regen, daer alsoo groote op-
water af quam, dat allen die campep onder gingen, en.
men most die haver wtten velde halen mit pleiten en.
mit schuyten op groote costen.
Inden iaere ons Heeren m ccccc [19], den xix'^" dach
in Augusto, woonden ten Bosch in die Verwer straet een
capiteyn en. een cleyn persoon, genaemt cleyn Hendeling,
(1) V. overlaH, (*) Garstmaent, September; lie bh. 67, rpg;. 1».
Digitized
by Google
— 84 —
die welcke in verscheiden striden beeft geslagen legen
die vianden en. gevochten, alsoo dat die selve is gesla-
gen ridder ende heeft op veel plaetsen geweest hooftman
van veel voetknechten , ende fay heeft alsoo veel geldts
gecregen , dat hy alle dagen in die stat vanden Bosch
ginck int fluweel ende hadde een gouwe ketene om sj-
nen hals van Hungaers ducaten, en. is. die selve gereden
mit drie knechten, eick hebbende een snverlicke henxt
onder hem, ende zyn gei'eden spaceren tot Hinteni na
middach , ende daer heeft een man van Dinter comende
den selven cleyn Hendel inck doot gesteken (1).
In dit iaer van [1500] xix heeft dat pont vanden on-
gemacten was gegauwen vj stuvers en. daer omtrent (2),
Inden iaere^ van [1500] xix sterff ten Bosch die ver-
maerde, een wyl tyts coopman, genuemt Loy Beits. Hy
hadde tweemael gheweest tot Iherusalem en. eens opten
berch van Sinay (3), versuekende die heilige maget sinte
Katheryn (4), ende hy bracht sommige reliquien mede
van Sinay y als: oh'e, wol etc, die noch ten Bosch by
sinte Caiherynen autaer onderhouden en. verwaert wor-
den (5). Syn sepulture is in sint lans kercke voor thei-
lich graft.
In dit iaer [1520], op sint loris avont» syn geweest
twee ionge boeven,* diemen noch niet en kent, ende zyn
gheclommeu in die Ridder straet in een huya, ende. heb-
(1) V. breDgt dexe legende op het jaar 1500, doch bij B. en W. is
die op 1519 gebragt. (2) Bit berigt komt slechts bij V. Toor. (31 B.
Sinam; W. Sinau (4) Bij B^ en W. weggelaten . versueckende die hey-
lige maghet süiie Katheryn, ende, (5) Bij B. en W. insgelijks weg-
gevallen: als olie, wol etc, die nog ten Bosch hy sinte Caiherynen
antaer onderhouden en, verwaert worden.
Digitized
by Google
-^ 85 —
ben daer vermoort eenen mau ia syn selfs huys, we-
sende eenen postey-backer» ende hebben hem gegeven
twee of dry steken en. voort zyn kele hal£f a£f gesne*
den ende doen hy doot yfaSy hem een mes bebloet in
syn bant g^ven, in manieren oft hy sy selven ver*
s)oort hadde, ende doen die keerse wt geblasen en. die
doere toe getogen,
In dit iaer is begonnen te timmeren sinte Anne capel
aen die gevangen poorte.
In dit iaer, op Sosch kermis dach, was alden dach
alsoo grooten onweer en. regen, dat die groote processie
mitten omganck gans afler Meef , mer des Maendach soo
wert al verhaelt wat Sondaechs after bleven . was.
Inden iaere van [1500] xx heeft gfaeenen winter ge-
weest mit allen noch voor noch nae, mer sjaers daer
fiaer op onser lieven Trouwen lichtmis dach wast akoo
Igrooten water, dat inden heiligen Geest des anderen da-*
ges niet gespynt en werdt, mer allen dat broot werdt
mit pleyten gevuert aen die Maese, daer groot armoede
was, ende die blockme^ters voeren mit karren, om broot,
keese, boter en. sppe den armen al te seynden, want
doen van groote noot was, ende om groote wynden, die
doen waren, veel dycken onder liepen etc. (1).
Inden iaere ons Heeren m ccccc xx, op onser Yrou-
vren dach lichtmis is eerst verboden, datmen gheen toor-
tyse mocht bernende hebben inder kerckeü van sint lans,
mer die precstoel stont buten der kercken voor die trou-
doer en. daer vrydemen die kerssen, om datmen die kerck
niet bederven en soude van den roock (2).
(1) Dit verhaal, mede bij W. YoorkoBiende , is bij B. uitgevaUeu.
(2) Dit komt bij B. niet voor.
Digitized
by Google
— 86 r-
Iji dit iaer [1521], op die octarre vao assumptioiiis
Marie, die coninc van Deoemercken Christernus, die nu
ten Bosch comen was, is gecomen in den heiligen Geest,
om te sien twee groote bussen (1), die int gods huys
lagen, en. Yoort ginck hy in des heiligen Geest bachuys,
omtrent twee hueren na middach, ende hadde daer by
hem X of xg van synen dienders, ende voort soo wert
by geleyt inden susteren clooster van Orten, dat welcke
hy rondsomme bewandelde, en. hy dede allen die suste-
ren mit paren beneven hem gaen en. Hy verwonderde
hem seer van. die groote menichte der susteren, die doen
in dat clooster was, en. hy was gelogeert en. noch mit
hem een biscop in die Roey poorte in die Hintemer
straet. Qp sinte Bertholomeus dach heeft die selve co-
ninck inden choore van sint lans kerck die hoghe misse
gehoort en. doen ghevolcht den heylige sacrament al mit*
ten blooten hooft om die stat gaende, als gewoonlike gaet _
In dit iaer werdt ten Bosch eenen swaren dieren tyt»
want die coninck van fienemercken hadde die zee alsoo
besloten, datter gheen coren wt Oosdant comen mochte.
Een mud roggen goude v Rynsgulden, een malder boeck-
weyt XXX stuvers, een malder garsten xxx sts.» een mal-
der haveren xvj sts. en. alle dinghen daer nae wat eten-
de waer was.
In dit selve iaer, ten tweeden Sondach inden vasten,
heeft men inder stat gehouden e^n generael processie
mitten-ambochten en. geestelicheyt , gelyck men helt op
sint lans dach anie poriam IcUinam^ milten heiligen sa-
crament, voor ons nieuwe vader, die heilige paus geco-
ren meester Adrianus van Ctert (2).
Item in die selve vasten en was in die heel stat van-
den Bosch niet te coope een vyghc. '
(1) Bussen, kanonnen., (2) Uircfht.
Digitized
by Google
— 87 —
Item in desen tyde hing die 'stroewisch Yfi jen raet-
huys, want die pestileocie was die tyt opt stathuys.
Inden iaere ons Ueeren m cccoc «n. xxi, op den eer-
sten dach in Augnsto, is bestaen wt te geven die lotery
vanden Bosch, ende duerden wel xiiij dagen wt te ge-
ven nacht en. dach, ende waren in geleet c en. x" lo-
ten: dat loth drie stuver (1) in geit en. in restancie ig
loten XX stnvers, eo, Mrerd eerst wt genomen den lesten
dach in lalio te drie hueren nae middach, duerende xvij
dagen en. nachten.
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. xxi, op sinte Phi-
lips en, sint lacops dach, was alsoq grooten water den
héelen dach gevallen van smergens totten avont sonder
op hauwen, dat het wiess des anderen dages iij trappen
in die Diese (2).
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. xx^ is vermaect
die Yisch brug, noch een groote steenen brug aenden
heeren kelder 6n. eea brng achter die fraters en. al om
nieuwe straten (3) gemaeckt
In dit iaer syn bestaen te doen decken die stat tho-
rens (4) achter die Tolbrug, ende is elcke olooster gege-
ven eenen thoren op haren cost te doen maecken en.
te decken.
In desen iaere in Augustus stelde die stat vanden
Bosch een lotheiy op, om wt haren commer te com-
men: die groote loten waren ses silvere kannen werdt,
synde seshondert Rynsguldén.
Opten thiensten dach van December van desen iaere
(1) De volgende woorden bij W. en B. uitgevaUen. (3) I>e£e un-
teekeniog bij B. en W. weggelaten. (3] Am den hoeren helder, bij V.
en W. i niet bij B. (4) In de muren der siads-vesltn.
Digitized
by Google
— 88 —
Mrerdt weder een dachvaert gehouden van die staten
Yanden lande van Brabant, daer tegenwordich waren
die abt van sinte Bèrnart opt Scheldt buten Antwerpen,
die abt van Tongerloe, die abt van sinte Geertruyt en.
sommige baenroetsen en. andere gi*oote heeren wt Bra-
bant, ende opt stathuys werden geset cantoren mit sil-
verwerck, wyn en. dranck, ende die zadelen en. came-
ren vanden raet huys was boven en. beneden rondsomme
behanghen mit gruenen laken, ende daer werdt den sta-
ten van Brabant te voren gehouden, hpe veel dusenden.
die prelaten consenteerden te geven, ix dusent Rynsgul-
den; desgelycken die van Loven en. die van Antwerpen,
mer die van Brussel en. die vanden Bosch en wilden
nergens naé hooren, mer midts groote solicitacte, die
daer om gedaen werdt vanden heeren, soó consenteerde
die stat vanden Bosch vyff dusent gulden.
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. xxij hebben die
executoren meester Alaert Baelaert, choor deken inder
tyt der kercken van sint lans, doen op graven omtrent
beneden den preecstoel, die weleke begraven hadde ge-
weest een iaer, en. is sonder consent der kerckmeesters
weder in een nieuwe kiste begraven int hooch choor,
alst nu blyct (1).
Op den xxviij Novembris [1523], op sint Andries
avont na den vesperen, is met processien inghehaelt den
aflaet vanden heilighen sacrament staende (2) in sint
Anne capel en. mitten heeren vander stat alst behoort,
mit oprigtinghe vanden cruyce en. vanen voorden choore
vanden heiligen sacrament inder kercken van sint lans,
nae wtwysen der bullen.
(l) Deie opgave bij B. en W. Weggelaten, {^) Bij B. en W. staen-
de; bij V. siatêiick.
Digitized
by Google
— 89 —
In dit iaer, den xiiij***" dach inden Meert, heeft men
eerst wert bestaen op te winden dat houtwerck tot ten
nieuwen thoreo voor dat hooch choore, om daer mede
den thoren te maecken, en. een gheheel iaer lanck, om
dat hout te bereiden, [dat] opten kerckhoff lagch (1).
In dit iaer [1524], den tweesten dach inden Appril,
is lan Collaert, als bewaerder der stat van Tiel, mit
vif voetknechten , en. omtrent xxvj peerden comen tot
Orten, omtrent vier hueren des smergens, en. heeft daer
gehaelt eenen rooff van heesten en. veel husen gebrant,
alsoo dat die stat wt is geweest niet meer dan met c
peerden en. hondert voetknechten en. hebben daer die
Gelderscen veel dooden gelaten en. veel gevangen, mer
die boilers bleven in die stat.
Hier nae Saterdaechs nae beloken Passcen, omtrent x
hneren voor middach syn wtgetogen vier of vyff vaent-
kens knechten aengenomen vander stat, daer onder lagen
omtrent g"* knechten, waer aff waren capiteynen Flayer,
Frans Pels, Dirck Scram (2) en. méér ander, waer by
waren omtrent iij° peerden, en. togen nae Boemel, ende
des Haendaechs daer nae gebrant Driel, Rossem, Her-
werden, dat slot te Rossem (3), die steenen camer tot
Driel, toebehoorende lan Spirinck, die daer op doot bleef.
Int selve iaer, tSaeterdaechs nae (4) sinte Mattheus
dach, is die bysscop van Utrecht, wesende des palsgra-
ven bmeder, mit iij'' péerden ten Bosch gecomen al in
(1) Lagch, bij V. weggelaten. (2) B. W. en F. Schram; V. Scraen,
p) Dat aki ie Roagem, bij Y. en W.; doch bij B. weggevallen. (4) Bij
W.: In du iaer, op sinie Matthye dach; zoo ook bij B., alwaar in den
tekst stond: lacops, doch dat doorgehaald en er Maitheus boven geplaatst
is. Het feest van St. Hathias, of St. Mathijs viel in het jaar 1626 op
een* Vrijdag.
Digitized
by Google
— 90 -
haer harnis, ood oa Utrecht te ryden cd. possessie van-
den bisdom te ontfangen.
Item in dit iaer» nae Paesschen den derden Sondach,
is ten Bosch provinciael capittel geweest van die Mio-
derbrueders: daer waren ontrent g' observanten.
Inden iaere ons Ileeren m ccccc en. xxv, opten eer-
sten Sondach inde vasten, heeft men ten Bosch een spul
(1) gespeelt vanden winter en. zomer.
Int selve iaer, des Maendaechs nae Passchen, is ge-
speelt die passie mitteh figuren en. by eenen Minder-
brueder gepreect opten kerckhoff.
Item des Woensdaechs nae Passchen is gespeelt die
vereissenis ons Heeren opten kerckhoff.
Item opten eersten dach inden Meye is gespeelt op
die merct die legende van sint lacop, apostel.
In dit iaer, den negenthiensten dach in lunio, syn
vergadert int convent vanden Prekers in haeren bempt
allen die ambachten mit haeren knechten, sluytende daer
des tsavonts, want sommighe mannen cloosteren en. vrou-
wen binden der stat, mitten selven dekenen en. amboch-
ten hebben moeten geloven mede te contribueren in al-
len accynsen, gelyck werlycke personen, sonder die drie
priors van Baseldonck, Chatusers en. Prekaers en. dat
clooster vanden Couwater, alsoo sluytende en. eendrach-
telick gelovende, datmen op die merct vergaederen solt
elck in syn harnis oft mit synen geweere, treckende die
clock op des heeren huys, ende alsoo seer wel gedronc-
ken synde, commende inder nacht tusschen xij en. een
hueren, mit bogen, bussen en. ge weeren, lanternen voor
(1) EêH spul, bij V. weggelatea.
Digitized
by Google
— 91 —
die doere haDgende, eo. hebben mit grooter fortsen op
geslageo der Prekaren poorte, te -weten, mit een moloi
karre in die straet staende, tnit grooter macht op ge-
stoeten en. voorts allen doeren binnen den convent, son-
der die kerck te quetsen, commende in die coken en.
bier kelder, ende daer (1) die bier vaten op geslagen
vrd vj° [man] sterck synde, ende boter, broot, bier, al-
die visch ea. kese etc. genomen, en. gegeten en. dat andere
wech geworpen; ende doen des smergens omtrent acht
fanereD gaende» sterck wesende x of zg hoodert qnade
blote boeven, gingen voorts (2) binnen den clooster van-
den Bazeldonck, ende die poorten open vindende, heb-
ben desgelyckx gedaen; vandaer syn sy g^aen met alle
haere macht totten Chatusers, ende daer wesende met-
ten selven gegeten en. gedroncken hebben, mer anders
niet gedaen, want die prior des cloosters met den sel-
ven over quam.
Daer nae in Inlio is gelegen heer floris van Tselsteyn,
lot Tucht, myn heere die audienchier Montmorancie mit
meer andere heeren te peerde, een groot getal wesende,
en. hebben daer by hen gehadt x of xj ** voetknechten ,
bloter boeven en. wesende veel van onse landsaten, en-
de hebben daer inden naem des keisers gelegen door
bevel van vrou Mai^ieten, bewaerder des landts (3), en.
daer gelegen menigen dach, om te laten arresteren alle
wagens commende van Antwerpen en. desgelycx, om
(1) Bij W. en V. staat genomen , welk woord wIJ hdbben weggelaten, als ,
den ün liinderlijk. (2) Gingen voorts, bij B. weggeralleo • In dit lange
▼erbaal komen menige hiatus en TBiianten -voor, dié echter in den sin
geene verandering brengen. Vit dien hoofde hebben wij stilzwijgend
uti B. aangemld, wat V. minder goed had. (8) Bewoerder {bewaer^f
TQor bowaerderes) des landts, bij B. weggevallen.
Digitized
by Google
— 92 —
niet inde stat te comen: ende die poorten waren dacb
en. nacht gesloten staende, om die ruyters ende knechten
wil. Aldus heeft die stat vanden Bosch groote scade
geleden door haren ondersaten wil> die iij of üij maelen
inder nacht en. oock by dagen op die been hebben ge-
weest mit haren gewere loopende op 'allen die mueren,
die raethuys clock sonder oorlof treckende, ghebot slaende
mit trommeling, dat alle borgeren souden comen in haer
hamis op die merct, sterc wesende xv'' persoonen en.
meer, schietende mit bussen op die thorens , ende sonder
orlof vanden heeren scepenen houdende op eenen Don-
redachy te weten, Donredaechs nae sinte lacops dach,
die poorten gesloten, datter gheen wagens binnen der
stat comen mochten, en. hielden haer merct vanden rogge
onder die wyntmolen; voort werden alle die gueden van
onsen borg^ren beslagen in Hollant en. tot Antwerpen,
ende vrou Margriet lach menighen tyt tot Huesden, om
alle commer der stat te doen, en. dat om groote sekere
gessen, die ons borgei*s gedaen hadden, als sy seyde,
te weten, dat sy den dekenen vander stat bescreven
hadde te hove te comen en. dat sy niet comen en wil-
den; ten anderen, dat sy die raethuys clock wt hen sel-
ven getogen hadden, makende inder nacht eenen grooten
oploop en. vergadering; noch dat sy hebben sonder or-
lojBF doen slaen geboden mitter trommeling ^ gebiedende
op lyflF en. op goet by een te comen; noch dat sy
mit groote fortsen hebben op geslagen die cloosteren.
dat sy die sleutelen vander stat hebben genomen wt die
handen van die gruen roeyen en. gegeven wiet hen ge-
liefde. Alsoo hebben ons heeren vander stat dekenen
tan ambochten en. die secretarissen moeten varen init
drie wagens tot Vucht en. lot Huesden op verscheiden
Digitized
by Google
— 93 —
tiden, om aldaer den peys te maken mit vrou Margriet
voor die exessen, die veel onyerlateb boeven inder stat
gemaect hebben , dat welck der stat gecost heeft veel
dusenden gulden voor die remissie, ende die heeren van-
der stat mitten dekenen hebben moeten comen in eenen
crinck, gemae<it vanden gemeynen borgeren, op die merct
aen dat vrouwen huysken (1) wel vergaedert synde over
XXV ""r aldaer moeten comen mitten blooten hoofden, eerst
en. aldaer moetten seggen alle wes geschiet is int hoff
by vrou Margriet, den heere van Hoochstraten, die grave
van Bneren, mit meer ander heeren, doende aldaer haer
rappoort en. antwoort; inden lesten moeten zy heeren
sluyten mitten dekens, dat sy gheen composicie van re-
missie maken en souden, sonder weten der gemeynten,
eode in all^ te hebben eerst remissie vanden hove voor
alle saken van onwilligen, die de exesse gedaen hebben,
ende dat den selven gelo venden voor scepenen en. schou-
tet; ende alsoo daer nae syn ons Heeren vander stat mit-
ten dekenen vanden ambochten eens deels getogen tot
Huesden by vrou Margriet te paerde en. te wagene, om
haer een pays te maken, ende daer nae vyflf reisen tot
Yuffit by den grave van .Bueren, by den audenchier,
by den president van Mechelen, die welcke macht had-
den van vrou Mai^riet. Daer nae den vyfsten dach in
Augusto soo is vrou Margriet mitten tresorier> mitten
grave van Bueren en den audenchier, mit veel andere
heeren gecomen ten Bosch ende doen hebben ons heeren
vanden raet buyten den lesten boom op haer knyen moe-
ten vallen, tertyt toe dat ons genadige vrouwe bewees
teeken: >>Staet op voor die misdaet vander gemeynte,*'
- (1) Vrcuwenhmyskin, Dit was' O. L. Y. kapelleke, woarTan Gorbiis
spreekt ia sijoe Beséhrijving des hisdonu van 's Bosch,
Digitized
by Google
— 94 —
eodè aen die Pkkepoort die dekenen vanden ambachten
mit veel ander goede mannen omtrent c en. 1 (1), elck
gaende mit een bernende toortse en. daer mede gaende
al int swaert gecleet, ongegort tot haren logys toe en.
van daer in sint lans kercke, dragende. die toortaen ber-
nende voor dat heilige sacrament en. daer die toortsen
latende, ende daer nae syn alle thynsen weder gestelt
in baer usancie, als sy plegen, eo. cloosteren des gelycx
vanden tchynsen ongelast, ende daer boven sal die stat
moeten geven voor baer amende xj}"' Bynsgtdden.
Int selve iaer, den acbsten dacb in Augvsto, syn ge-
compareert sekere scepenen, raetsheeren, dekenen vanden
ambocbten en. van die ses gecommiteerde deser stat van*
den Bóscb, te iveten, om te overcommen mitten prioren,
pateren en« oversten van allen cloosteren binnen deser
stat voorsz., wtgescheiden die Hinderbrneders en. vanden
snsteren van Orten, ak om mitten selven te overcomen
van mede te contribueren van accysen deser voorss. stat,
gelyck gemeyn borgeren. Doen syn geordineert deser nae
gescreven persoonen: inden eersten mit twee scepen, mees-
ter Dirck Borchgreve en. lan die Bever, meester lan van
. Tladeracken^ Henric Cuysten, Willem van Achlen^en.
Goeyaert van Middegael, raetsheeren; meester .Marten die
Grave, secretaris: lan Lommaerts, lan van Stryp en. Won-
ter van Lit, dekenen.
, In dit iaer, int begin vanden Meert, b die Maze ge-
weest in die stat mit een seer groots water, alsmen ge-
sien heeft staende op sommige plaetsen op die straete (2).
(1) Omirêitt o. en. 1.; B. oud omtrent tyftieh toren; doch dat is oa-
tin. W. en F. Terhalen dit oproer omstandiger , xoo ak uit de nalezingen
bU)kes sal. (t) Dit berigt komt bij B. en W. niet toot. V. verbaalt
dienselfden watersnood met deselfde woorden nog eens op het jaar 1636.
Digitized
by Google
— 95 —
lot selre iaer op Palmeo avcmt, weseode onser lieven
Tronweo dach, is after die Mandemaekers een vrouwe ,
gbeheiten Lysken, weduwe lans vander MaseD, vermoort
iD baer selffs buys ende doen geworpen in haeren kel-
der doot, ende doen tnder nacht dat huys toegesloten
ende heeft die selve, die de vrouwe vermoort hadde»
dat hoys aengestoken en. verbrant, dat allen die gebue-
ren in grootcn last waren vanden brant.
Anno Domini m* cccce zzv, den dartiensten dach in
Angusto, is op den heeren huys na der vesperen aff ge-
publiceert, in presentia van ij of iij heeren vanden oer-
deel (1), bej cmse schoutet en. scepenen etc, als dat
▼oordaen aUe iaer sullen wesen iz scepenen, te weten,
twee vanden ouden en. vij nieuwe scepenen, te weten,
als gewoonlyck was te nemen geboren poorteren deser
stat, ende dat geen ambachten voordaen en sullen op
gheene kerckhoff of anders waer mogen comen, haer met
daer te houden, op lyff en. op goet; ende dat allen am*
bochten hebben sullen sd^ere getal van dekenen en. ge-
sworen, die welcke sullen haeren raet houden alleen,
ende dat dan den anderen ij leden aen te brengen, sou*
der die ambochten te weten; ende dat niemant en sal
mogen deken worden, hy moet geguet syn, hebbende vj"
Rynsgulden eens of vyftich Rynsgulden tsjaers, wesende
geboren poorter; ende dat die schoutet en. haeren schul-
dicli syn te sitten dingen smergens tot ix hueren t saff-
Wif Mibea dU verhaal op dat jaar weggelaten, omdat het ook in do
drie andere kronijken niet Toorkomt.
(1) Oerdeêlg B. oorden, W* en 7. hebhen dat berigt niet. Vl geloof, dat
door dê IJ of iij heeren pan den oerdeel die regters Teretaan worden,
welke het Tonnia hehben opgemaakt, waarin de stad Teroordaeld waa
em het oproer.
Digitized
byGaogle
— 96 —
ternoen, nae middach tot drie huet^eo duerende tot vyf
huereo, al op een peen mit meer andere goede previle-
gien, ende dat ambocht vanden lynen wevers sal geen
ambocbt voordaen meer wesen, mcr een ygelyck sal we-
ven die wil.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xxv, in Oo
tober, is teo Bosch gehouden een generael dachvaert
vanden lande van Brabant milten prelaten aengaende
een bede van xij dusent Rynsgulden t sjaers, te vesten
vanden landen van Brabant, welcke bede vrou Margriet,
stadthouderione des laots, geconsenteert werdt (1).
Inden iaere ods Heeren dusent ccccc en. xxvj, op sinte
Marcus dach , syn gecomen ioder kercken van sint lans
twee doctoren sacrae theologiae der stat van Loven eii.
twee heeren woonende inder stat vanden Bosch, die een
wak meester lan van Baerl, doctor en. precker, ende die
ander was meester Henric vandê Molen, canonicus van
sint lans, daer toe geordineert, hebbende die selve xiiij
dagen Uock duerende geëxamineert xij sekere persoonen,
gheheiten Lutherianen, dach op dach inden huse gehei-
ten den ouden heeren vrynkelder, toebehoorende den con-
vent van Schoonhoven (2) , staende op den Papen huls*,
ende want die overste (3) commissaris voorschreven was
een van onsen Vrouwen brueders tot Loven, geëxamineert
hebbende ia presentie van desen heeren waren daer oock
die hooghe- en. leeghschouteden deser stat, twee raetshee-
ren en. den notaris vanden capittel. Alle saken gehoort
hebbende, hebben sy gedoempt sekere persoonen totter
correctie hier nae volgende, te weten, inden eersten mees-
(1) Van deie dagvaard wordt in de drie andere kronijken geene mel-
ding gemaakt. (2) De -woorden : toebehoorenda den convent van Schcon'-
Jioven, lijn bij B. weggen-allen. (3) Overste; V. outste.
Digitized
by Google
— 97 —
ter Willem dte gelaesmaecker ; Willem, die orgelmaker;
lan van Roy, spelmaker; Dirck, die maelder; Ansem
Michiels van Gemert; lenneken, weduwe Lambert van-
den Kerckkoff; Teken (1) Willems dochter vanden Gra-
ve; Heilken, Henric Snoecx dochter» beghyn, ende* Alyt
Bul , lans dochter , beghyn ; welcke negen persoenen
hebben gelyck, ta presencie van allen heeren ende om-
mestaenders, weerlyok en. geestelyck, voor die proces-
sie gestaen opt oxael, in manniere van een scavot: ende
syn daer doen af gegaen geheel Luthers geloove en. ge*
bleven aen ons oude (2) geloove, ende gelooft voor alle
die voorss. beeren schouteten, scepenen etc. op dat hei-
lige evangelium boeck, opten poene van met den brant
gejusticieert (3) te worden, nimmeer haer leefdach aen
te gaen Luthers geloove, ende dat |il in een ceduUe al-
soo onderteekent mit haeren eygèn handen; noch daer
en. boven hebben die ix voorsz. personen elcke van hen
gedragen een wasse kers voor dat heilige sacrament
gaende om dat gewanthuys ende commende voor dat
raet huys gebrocht allen haer Lutherianen boeken, ende
die in presentie der heeren, gaende mit processie eu.
dat heilige sacrament stil houdende, aldaer die boecken
verbrant biden diefhencker, meester lan van Balen, mit
veel reys en. borning van mutsaert daer wesende, daer
alle die negen gevangen persoonen mosten bliven staen
stil, om dat aen te sien, ende hier en. boven hebben
die voorsz. vyf manspersoonen (4) voor haer pennitencie
te dragen; op haer overste cleet een geel cruys een iaer
lanc, en. die iiij ander vrouwen schuldich sullen
(l) B. l'cken; V. Ikens. (2) Ons oiuk geloove; W. en A. het Rwmsch
caiholycke. (3) Zoo ook B. Bij. W.: van metten viere gcëxecv teert to
vorden, (4) VVij hebben nit W. ingevuld: vyf mans personen.
C. 7.
Digitized
by Google
syn te dragen een half iaer lanck [ook] een geel cruys
en. niet langer, én. oock hen verbonden binnen eenen
iaer niet te verporren (1) wtter stat vanden Bo6ch te
trecken oftte vvycken (2), mer in alle groote processie
te 'dftigen een wesse kers bomende voor dat heilige sa-
crament
Int selve iaer, na Paesscen, is in die iilj hooftsteden
geschiet een hartelling, ende hier aff ^varen gecoren van
der stat wegen vanden Bosch en. haerder meyeirye: mees*
ter Dirck Borchgreve, meestei: Gosen vander Stegen, Har-
men van Deventer, als scepenen; noch Evert van Doome
en. Christian Goenen, vanden platten landen wegen, raets-
heeren; noch lan van Eessel, schoutet van Boxtel, Goey-
aert vanden Grave, oock vanden platten landen, en. mees-
ter Marten die Grave, meester lan Lombarts, secretaris,
Daniel van Vlierden en. Goeyaert Grooterts, als klercken.
Int selve iaer, in November,, hebben die oude schnts
en. haer hoofman Thys Lamberts inden rinck doen neder
leggen Henrick Dach verlies, hoochschoutet, inden naem
vanden iongen ioncker van Brederoy, scontet wesende,
te weten, synen schnts tabbaeit, en. dat om reden wil,
dat die schutten badden gehaelt tot Vucht, ter begeerten
der voorsz. stat, twee roydregers en. den vorster van
Vucht lacop Bernts, want een coopman commende va-
ren mit een carré, hadde hy af geset, van welcke roey*
dregers een geriqht (3) wert en; die vorster voorsz. is
geloopen vander poorte mit sommighe hulpera (4).
(Ij Verporrm, trachten, onderwinden. A. heeft verkeeidelijk rcr-
copen. (2) Wij hebben uit B. en W. ingevuld: oen geel cruys; en uit
W.: een iaer lanck, te trecken oft te wycken, (3) W. geriekt; V. ge^
rncki. (4) Hierop volgt deze periode: nllet is te toeten, dat door or-
dinancie van otise genadige rrovue, vrou Margriete, geordineert ie in
Digitized
by Google
— 99 ~
In desea scepen stoel [1526] is geset een nieuwe ziec-
meester, Willem van Qs, en. een nieuwe gasthuys mees-
ter. Art Beys.
In desen scepen stoel syn gedaen die rekening vanden .
heiligen Geest vander ziecken en. dat groot gasthuys in
een wAe, Maendach, Dynstdach en. Donredacfas.
In desen scepen stoel [1527], op sinte Dionys dach,
is gepubliceert een nieuwe ordinancie aengaende te din-
gen mit eenen griffier, als breeder blyct op des heeren
huys hangende.
In dit selve laer, op den xiiij"*" dach Octobris, heeft
men bestaen te dingen mitter rollen.
In dit iaer, op Bosch kermis, quamen ten Bosch, om
den omganck vander kermis te sien, drie groote prelaten
of abten wt die stat of lant van Luyck, te weten, die
abt van sint lacop binnen Luyck, die abt van sinte
Lanwerens buyten Luyck en. die abt van sinte Lamberts
dal buyten Luyck, en. daer was oock praesent die abt
van Biern, en. die abt van sinte lacop dede die hoomis
«n. droech dat heilige sacrament in die processie.
Int selve iaer, inder Meerte, hebben die van Boemel
aengehaelt een scip van die vanden Bosch, toe behoe-
rende lan Yrancken vanden Bosch, commende van Rim-
merswael (1), daer in was gelood (2) lere, vygen, rosy-
nen, backing en. desgelycx, geheel vol geladen, mit goet.
voorleden iacre, dat voorts sullen wesen alle iaere vij fiicuwe schepen
M. ij oude eehepeneti vanden veorleden scepen steeV* Wij heblxm dit
uit de chron^ck gellgt, omdat iiilks Troeger blads. 05 luauwkeuriger ver-
meld is. Ook hij B. en W. komt deze nota niet Toor.
(1] De verdronken stad Roemerswaal op Zuid-Beveland. (2) Gelood,
bij B. weggelaten , gelooid leder. W. heefl de koopwaren niet soo naauw-
keurig beschreven.
Digitized
by Google
— 100 —
lodeo iaere ons üeeren dusent ccccc en, ixviij, des
anderen dages nae Paeschen, syn milten grave van fine-
ren gecomen vanden Grave sekere peerden, weicke peer-
den hebben sy doen stallen in die cloosteren; ooc dat
syn comen liggen totten Prekaren xvj of xx peerden en.
soo voorts in andere cloosteroi te Fraters» totten suste*
ren van Orten en. soo voort aen.
Int selve iaer, op sint lacops avont, syn ten Bosch
gecomen iiij° grevers (1), commende van Namen inden
lande van Lnyck, en. gesonden vanden hove van Brabant ,
om te comen voor Tiel aldaer te helpen Tiel winnen en.
aldaer te graven off te helpen beclimmen , daert dat die»
nen sal.
In dit iaer, des Woensdaecbs nae sinte Lanwerens,
den xij^~ dach in Angusto, is die grave van Bueren,
heer Floris, van Thiel getogen mit grooter scanden, daer
die stat tot stormens toe ontvree geschoten was ; daer
voor lagen omtrent xx"* knechten, soo peerden en. knech-
ten, ende geen knechten, bussen, clooten, cruyt, geit
of provande van victalie ontbrack. Godt wilt vergeven,
die daer inne oorsaeke is geweest, want daer over vj*'
dooden en. gequeste menschen gebleven syn binnen en.
buyten Thiel; oock-datter mit wagens ten Bosch geco-
men syn int groot gasthuys c Ixxx ziecken gescoten en.
gequetst, ende in cleyn gasthuysen en. inden heiligen
Geest oock daer geordineert syn en. bestelt, daer die
poorters vrouwen groote charitate en. gedinsticheyt den
armen ziecken en. ghequetsen bewesen hebben.
In desen schepen stoel is geboort op sint lans kerck-
hoff, dat noyt en is geschiet, dat v of vj quade onver-
(1) B. iüj*" grcvQ^rs; V. slechts iijc grccers, 300 gravers.
Digitized
by Google
— 101 —
laten tyranoeD Laters boeven ende hebben önse Heere
Godt syn beelt syn armen opten kerckhoff af gehouden
en. mit messen in syn lyff gesteken tot iiij of vyf plaet-
sen in een sCeenen beelt (1).
In desen schepen stoel [1529] was oock ten Bosch,
gelyck in andere landen en. steden , die ververlycke
sieckte genaempt die Engelsche of die sweetende sieckt^,
ende men heeft ten Bosch gegaen generael processie mit
ons Lieve Yrou, sint lan en. dat heilige cruyce en. mit
den heiligen sacrament om dragende, daer voor draegende
iiij'' bernende toortsen, drie of vier mael solemnelyc.
In dit iaer heeft een genuempt lan van Zomeren sinen
eedt gedaen als bewaerder vanden boogen schoutet te
bedienen.
In dit iaer, op Licht misse dach, was dat watei al-
soo groot, dattet stont op die straet op die oude sDiese.
In desen schepen stoel hebben die heeren af gestelt
allen die drie gruen roeyen en. haren eedt verlaten, te
weten, Willem Baliaert, Art die langer en. Claes Wa-
termael, des Maendachs post reminiêcere in die vasten,
en. doen terstont aengenomen Gherit Guysten, die doen
gegeven heeft der stat totten kelder te helpen g° Caro-
los galden; noch aengenomen Melis van Amstel en. Wou-
ter lansoen van Abevey.
In dit iaer, op den eersten dach van lulio, als den
groeten houten thoren, staende op die kerck, volmaeckt
was, soo heeft men sint lan, wesende van copere ge-
(1) Bij B. wordt dit aldus verhaald : In desen scepenetoel is geschiet,
dat vy/f of ses Luirianen hebben het heelt van ottse Beeren Godt op sint
fans këfdÜufff staende, af gehouden en* met messen gesteken een steenen
fjceli. Bij W., A. en F. wordt dit even too gemeld, doch achter Lu ter la-
nen staat in een parenthesis : soe men die doen heet.
Digitized
by Google
— 102 —
maect, wegende xüij'' (1) pont, mit twee zeelep» reyckeo-
de van dat opperste vanden nieuwen thoren tot midden
in die loodse, staende aen dat chorenhuys, gewonden op,
binnen een halff hnere, omtrent tussen x en. xi hueren,
ende die yzere spil daer hy in staet , wegende xig *"
pont, (1) mit groote cunsten soo doen hangen, heb-
bende vlogelen omgaende.
Item in dit iaer, op Bosch kennis, heeft myn heere
die abt van Flwef die misse gesongen, en. was geeomen
mit XV peerden, oock noch by hem hebbende een an-
der groote prelaat of abt, ende is des Woensdaechs mit
XX peerden wederom gereden (2).
Int selve. iaer, opten xi'^'"' in lulio, op eenen Sondach
na middach, is ten Bosch in gekomen die Geldersce
bende, omtrent iij° peerden, mit haren trompetten, ba-
nieren, waer af ioncker Marten van Rossem was opper-
ste ridmeester, ende die stat sconk hem in die Roey
poorte XX der stat cannen wyns.
In dit iaer, in Augusto, is lan van Erp vanden Grave
gecoi*en heih'ge Geest meeste^:.
Inden iaere ons Ileeren dusent ccccc en. xxx. Sater-
daecbs voor (3) die passie weke, heeft een heere van-
den capittel, her Philips vanden Dooren, tot Bmessel
geimpetreert dat opten selven dach een doorwerder van
Bruessel heeft verboden den sesse gecommiteerde deser
stat, dat sy geen heeren vanden capitel en souden laten
volgen bier, ende voorts den keldermeester, heer Pau-
wels Segersz., bevolen, dat hy geen heeren vanden ca-
pitel soude tappen of doen tappen, ende dat om zekere
(1) W. eo A. anderhalf honderl jionL (Z) Dii berigi komt bij B. ,
W. en F. niet ^oor. (3) B. nac; W., F. en V. voor.
Digitized
by Google
— 103 —
sakeo, die de zeive op syn medebrueders hadde aen-
gaende synder prebende, wesende litigioes, mer die be-
neficiaten deden wyn haelen.
Item in dit iaer, in Martio, is op der heeren huys
bestaen te maekèn dén kelder te graven en. maecken als
blycken macb.
Item in dit iaer hebben die heeren doen vermaken
dat raethnys, noch twee nieuwe kelderen onder .dat
raethnys.
Item alle die gruen roeyen syn afgeset en. weder an-
dere genomen; noch hebben doen allen die crameu en.
banckeo opter merct staende doen afhaelen ende geen
cramen ofte bancken daer meer te stellen ; noch alle
pottey en. cannen vander merct doen mymen , noch
geen wagens mit torff, hout, rys, hooy oft strooy daer
te coop te staen, ende hebben allen cramen weder ge-
ordineert elck in een sonderling plaets en. straet, en.
desgelycke appelcramen, meel cramen en. vogel merct
syn oock vander merct geordineert en. elck op een an-
dere, plaets geordineert.
In dit iaer, in lunio, is gestorven een genaempt Da-
niël die schoenlepper, wonende in die oude Gasthuys
straet, ende is wt synen hnysken, hem toebehoorende,
geleyt, haestelyck sieck wesende, inden grooten gast-
huys ende daer gestorven , maekende dat huysken en.
alle synen huysraet, te weten, den heiligen Geest en
den grooten gasthuys, om Gods wiL Alsoo syn inden
selven huysken gehaelt x of xg wagens ouwer schoenen
en. leersen wel gelaeden mit ij paerden en. inden groo-
ten gasthuys gevuert, om te weren; welke schoenen ver-
coft syn, geldende meer dan darthien hondert Carolus
gulden.
Digitized
i*by Google
— 104 —
Ia dit iaer, den xv***" dach iD lulio, is die processie
g^aen mitten heiligen sacrament om dat gewanthuys,
want [men] doen aboo seer haestelyck ster£f in die Hin-
temerstraet omtrent die Gevangen poort, dat die proces-
sie niet ginck door die Hintemerstraet, mer wech en. weer
door die Eercke straet.
In dit iaer storven twee capellanen inden zomer van-
der peste, te weten, meester Art Kievit van Ylimen en-
de die andere was meester Harten van Susteren wtten
lande van Gulick.
In dit iaer is nae Paesscen tot Bamis toe alsoo veel
zalms gecomen ten Bosch te coopen, als oyt imant ge>
sien heeft dach op dach, dat die roeper gedragen heeft
heel salmen aen synen stock, diemen hem gaf om wt
te roepen, dat menich dach duerde.
Opten xxij'^'' dach van December heeft men gehoudea
inder kercken van sint lans (1) inder stat vanden Bosch
een schoone wtvaert mit vigilie en. des anderen dages
mit misse van requiem voor ons overleden genadige
vrouwe hartoginne van Savoyen, vrou Margriet, regente
van dese Neder landen, ende die baer staende int choor
was ombehangen mit twee gulde lakens en. vier'groote
toortsen mitter wapenen van Savoyen, ende daer qua-
men offeren die heeren vanden capittel, die heeren van^
den raet, alle die iUj schutteryen seer solempnelyck.
In dit iaer, ten tweeden dach in Septembri, is mees-
ter Gherit van Herentals, rectoor vander scholen, geco-
ren gasthuys meester vanden grooten gasthuys deser stat
(1) W. en A. verhalen die uitvaart korter en laten de kerk weg. B.
sintc Comelis, doch het woord Cornelis is doorgehaald en er boveu ge-
schreven : loris» Het zèl echter sint fan moeten wezen , omdat die hei-
ligen wel eene kapel maar gccne kerk (e ^s Hcrtogcnbosch badden.
Digitized
by Google
— 105 —
vanden Bosch; mer des iaers daer oae doen sterff Luyt*
ken, syn huysvrouwe, in lunio, van de peste, ende doen
^erdt meester Gerit weder rectoor en. oock prister.
In desen schepen stoel is loris Sampson gecoren mees-
ter vanden groeten gasthnys, den xsiiij '**''' dach in lulio,
en. hy sterff vande peste.
in den selven tyde is Goeyaert Grotaert gecoren se-
cretaris in die plaetse van meester Marten die Greve.
Noch inden selven scepen stoel heeft Simon Bacx sy-
nen eedt gedaen als griffier opter griffie.
Item anno [1500] dartich heeftmen eerst gemaeckt
een schoon nieu poorte en. voorts een nieuwe haven te
varen, te ryden en. te gaen, wesende eenen nieuwen
dyck vander Coepoorte (1) ofte sint lans poort die slinc-
ker hant aen die Donck (2) te varen nae den Oeteren (3)
tot Ylimen, Huesden, totter Langer straten en. voorts
nae HoUant, alst blyckt dat op eenen grooten penninck
stonty ende daer over varen torf wagens, cryswagens
(4) etc.
In desen scepen stoel [1531], opten eersten dach in
lunio, is Daniel van Yli^den gecoren gasthuys meester.
In dit iaer, den xvij"*° in Decembris, is op die payen
voor den heeren huys by die gruen roey Gerit Cuysten
af gelesen en. gepubliceert, dat geen arme menschen,
mannen of vrouwen, niet meer en sullen gaen bidden
(1) Coepoorte, bij B. we|{gelateo. (2) B. die dyck, doch terkeerde-
Jijk, daar de Donk, waarop het klooster der Wilhelmieten pleeg te staan ,
bniteo de St. Janspoort lag. (3) B. nae de Oeteren. Bladz. 79 komt
de benaming Oeteren of ten Oeteren mede voor. Aldaar hebben wij het
voor Deuteren verklaard. Dit wordt hier bevestigd , aangezien nog heden
de weg van de Dook over Deuteren naar Vlijmen loopt. (4) Cryswa-
yens ; B. ryewaycns.
Digitized
by Google
— 106 —
inder kercken om Gods wille; ende nocb, datmen inden
heiligen Geest niemant broot geven sal inder spyndeo,
.dan den ingesetenen vanden Bosch en. yrt der meyeryéni
ten ware dat sy iaer en. dach binnen der stat hadden
gewoont, en. alle andere laten gaen weder tot haeren
landen.
Item in dit iaer van [l&OO] xxxij» den xvig***' in
Februarioy den eensten Sondach in die vasten, heeftmen
gespeelt vanden winter en. vanden zomer.
In desen soepen stoel, op sinte Lamberts dach, is ge-
Goren meester lan Reynarts (1) tot secretaris vander stat,
inde plaetse van meester lan Lombarts (2).
Opten el&ten dach inden Heye hebben die Barbaren
layden gespeelt die negen besten en. die ix quaetsten, al
te peerde mit xviij bannieren en. mit schoone staet van
peerden.
Item des Sondaechs voor Pinxten heeft men op den
kerckhoff gespeelt sint lans legende in twee dagen ende
des anderen dages, wesende sinte Servaes dach.
Des anderen dages, na den omganck, gespeelt die se-
venthien landsheeren, al mit veel peerden.
Den xxviij'^'^'' dach in lulio syn ingecomen die retho-
rikers van Tsertogenbosch solempnick, comende van Braes-
sel, ende hebben daer geweest om sekere prysen te win*
nen aengaende der cnnsten van rethorica, ende hebben
mede gebrocht drie silveren prysen, en. syn aldus inge-
haelt bmnen onser stat vanden Bosch omtrent seven hne-
ren: want die iooge scutten (3) hadden geschoten, eifde
Art Heym, inden naeiue des heeren van Bueren, hadde
(1) B. Reyners, [Z) B. Lombers. (3) longc schutten; B. innegese-
ten f W. borgers.
Digitized
by Google
— 107 —
die papegay a£f gescoteo, wesende (1) tot Vucht, om
syn iouffrou huysvrou te halen. Soo is die selve iouf-
frou, Arts Heymen huysvrou, gecomen mitten wagen in»
gevaren 9 ende hyden wagen die dekenen vanden iongen
schutten riddende, ende daer na terstont syn alle die
ionge schutters gecomen totten Pickepoort en. hebben in-
gebrocht die voorsz. rethorikers mit omtrent xx peerden
ende mit eenen wagen, hebbende iiij vuer pannen en.
xvj wasse toortsen bemende, seer costelyck incomende;
ende waren tot Bruessel geweest xiiij cameren, elck van
een sonderling stat. Onder alle cameren faadde die stat
vanden Bosch drie prysen (2).
In dit iaer [1533], in beginne van lunio, was alsoo
cleynen water alst mogelyck was, ende doen is terstont
gecommen rondsomme een groot water mit oploop van-
der Mazen, alsoe dat alle mans mosten comen houwen
die dycken tot Empel, Orten ende van Engelen tot die
Pickepoort toe op seer groote costen nacht en. dach ar-
beydende, ende hebben dat gehouden mit grooten ar-
beyt, anders soudet heel onder geloopen hebben. Niet-
temin die beesten mosten wtter weyen en. dit duerde
totten twelfsten dach in lunio, ende doen syn binnen
den Bosch gevangen mitter bant ij salmen, een aen die
Wevers plaetse en. ^en anderen aen sint Thonis poorte.
Opten eersten dach in Augusti, dat is, Yincula Petri,
hebben die gilden van sinte Kateryn gespeelt op die
merct die legende van sinte Katheryn, durende ig of
iiij dagen.
(l) B. tiende voor zijnde; V. tendendej W. wesende, [Z) De ge-
scbiedenis der kamers van rethorica te ^s Herto^nbosch komt voor in.
Br. HuBiRs, Bijdragen over Noord- Brahund, I dl., Uadi. 1 en volg.
Digitized
by Google
— 108 —
In dit iaer, op sinte Lucien dach is iat clooster after
die Tolbrug gecoren een nieuwe mater oft moeder ge-
naempt suster Tda van Asten, noch niet gewielt synde,
ende is doen des anderen dages gewielt; ende die oude
mater, want groote discorde daer is geweest over iaer
en. dach, soe is pater Winant (1) en. die mater beide
afgeset by zekeren heeren daer toe gecoren, te weten,
die prior van Eyndhoven, die meester doctoor vanden
Prekaren, heer lan van Baerl, meester Henrick vanden
Molen, canonic, ende meester Goeyaert diev Meyer, heere
vanden raet in Brabant, mitten procureur generael: ende
in die plaetse vanden pater is gecoren een ander van-
den frater huys, genuemt heer Embert van Oosterwyck,.
ende die olde paeter, is weder om in syn clooster te Fra-
ters g^aen ende die olde mater bleeff in haer convent
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xxxiiij, in
lunio, heeft men bestaen die Aa te graven, om te bren«
gen lopende water binnen der stat in die Hintemerstraet,
ende doen heeft men eerst laten graven die Diese aen
die Baseldonckse poort aen totten susteren van Orten
toe, ende vanden Boome totten Hulenborch toe; noch
achter die Minderbrueren clooster totten ouden raethuys.
Item in dit iaere syn alle die huyskens onder der stat
mueren aen den Boom (2) afgebroken.
In desen iaere, op sint lans dach, ante partam lati-
rtam, heeft een vanden sengers der bruederscap van on-
ser liever Vrouwen gesongen syn eerste misse opten au-
taer van onser liever Vrouwen voorsz., weseude benefi-
ciaet des selve autaei*s genuemt heer lan van W^intel-
roey, ende hy werdt namaels sang meester.
(1) B. WianU. (2) Aen den Boom, bij B. wegjclalen.
Digitized
by Google
— 109 —
hem in dit iaer beeftinen bestaen te graven, dat die
Aa lopen soude binnen der stat, beginnende achter der
zieken tot der Hekelen toe by die Baseldonse poort toe.
In dit iaer, des Sondacfas op sinte Annen dach, heeft
heer Floris van Egmont, grave van Bueren, die papegay
af geschoten van den iongeo schutten.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xxxv, in lu-
nio, is ten Bosch gehouden conciliam of cappitel van-
den Celle brueders, wesende tsamen xxxiiij, en. hebben
gecoi-en eénen generael, ende daer waren die heeren sce-
pene te gast gebeden mitten secretarissen, en. die stat
heeft hen die yryn geschoncken.
In desen scepen stoel is lan van Brecht geworden
hooscontet, niet tegenstaende dat hy oock is leege schon-
tet, en. hy bewaert beyde die officien.
Item in desen scepen stoel is meester lan van der
Stegen gecoren heilige Geest meester.
In desen scepen stoel is gecoren die vierde secretaris,
genuemt meester Peeter van Os, wyens vader was den
ouden meester Peeier van Os, secretaris.
In desen scepen stoel is die griffie int hoff van Bra-
bant weder gestelt by ons genadige vrouwe die conin-
ginne vrou Marie tot Bruesel, in by wesen des raets
van Bniessel, in handen der stat vanden Bosch, om te
verminderen alle nae gelegentheyt der saken, om die
groote costen daer op inder griffien lopende.
In desen scepen stoel [1536], den xx"'*" in Octobri, is
meester Merten die Grave (1) mitten drie leden gesup-
(l)' B. Greve.
Digitized
by Google
— 110 —
porteen (1) vander grieffien, ende die griffie gegeven den
iiij secretarissen deser stat te hebben en. te bewaren (2).
In desen scepen stoel syn twee scepenen, vyf raets-
heeren, twee secretarissen, noch twee dekenen van am-
bachten, Daniel, meester vanden grooten gasthuys; een
procureur vander stat en. een ridende bode tsamen ge-
weest liggende tot Brussel, om te accuseren lan van
Brecbt, hooge schoutet, want hy sekere excesse gedaeri
heeft mit syne knechten, dimmende inder borgeren huy-
sen: ende die sake werdt gecommiteert om te hooren
den gedeputeerden wtten hove.
In desen scepen stoel is meester Henric die Bie geor-
dineert mit die drie leden vander stat tot een clercke
van den sesse gedeputeerde inder plaets van Dierck die
Wolf nu gestorven.
Opten lesten dach in Febniario, opten vastelavont, is
een vrou op die cake gestaen, genuemt Elen, opten Yuch-
teren dyck, die brant brieven gedragen hadde van Goey-
aert loosten, die cortst gericht is, ende in een mande,
int water geworpen (3).
Op die selve tyt voor vastelavont, was binnen deser
stat vanden Bosch int convent vanden Minderbruedei*s
een convocacie van observanten, te weten, die gardi^en
van Leyen, ^die gardiaen van Harlem, die gardiaen van'
Amsterdam, van Gorcum, Maestricht, Amerfort, Ant-
werpen, Loven, Bergen, Bruezel, Zuetendal, Herentals,
Ter Gouwe en. Delft.
(1) V. en B. gesupporteerif W. affgoseL Misschien heeft de auteur
geschreven: gesummovecrd, {Z) Bij W. volgt: ende door tyn soUicUe^
ren to hove heeft hy geimpetreert, dat syn leven lanck geduerende die
secretat^sen hem moesten geven alle iaer hnndori gulden, (3) V. ge^
vallen.
Digitized
by Google
— 111 —
Int selve iaer, opten PalmensoDdach , tot drie bueren
nae middach, is gespeelt die passie mitten figuren, du*
reode tot iiij hueren toe.
Noch des sWoeusdachs nae Paessen is opten kerck*
hoojflf gespeelt die -verrysenb ons Heeren, beginnende te
twee hueren na middach en. durende tot loff tyt toe (1).
Item in dit iaer, inden Meye, heeftmen bestaen te
graven aen die Uekel vander Orten poort na den Te-
ren gau
In dit iaer, op den kermis avont, syn ten Bosch in
comen vi^ peerden, als in haer vol harnis, comende van
boven Golen, den keyser te dinst, en. inder stat bli-
vende tot des anderen dages nae onsen omganck.
In dit iaer, na onser liever Vrouwen dach assumptio,
heeft die suffragaen van Ludiek, wesende een Augustijn,
genaempt heer Degeon Grafs (2), die hoochmisse geson-
gen mit mitter (3) en. staf, hebbende mit hem een van
synen heeren, in alle manieren of hy heere van Luyck
v^are geweest.
Op sinte lacops dach, in dit iaer, is opten ' kerckh(^
van sinte lans gespeelt die hemels vaert van Maria, die
moeder Gods.
Item om des oerlichs wil van Yranckryck heeft den
herinck alsoo dier geweest, datmen ten Bosch coft twee
pekel bering voor iiij oeft.
Item in dit iaer, den achsten dacli in die Meert, in
die vasten, is ten Bosch afgeslagen eenen levenden salm,
commende vanden Haghe, lanck ij ellen en. i) duymen,
(1) BeginnendB ie twee huêren na middach en. durende tot loff tyt toe.
B. heeft slechts: duurende drie «ren. W. duerende vier uren laneJf.
(2) Bi] B« weglekten: heer Degeon Grafs. (8) Mitter, mijter; hij B.
^«ggekten.
Digitized
by Google
— 112 —
ende in dcD rug een el breet, wegende Iv pont, ende
Cornelis die Baet heeften gecoft voor Ixxij schilden.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xxxvij,. in Au-
gusto, soo is bevonden, dat lan van Brecht, schoutet
vanden Bosch, heeft in sekere borgeren huysen syn knech-
ten doen dimmen, om daer te zueken misdadigen, twee,
drie, vier, vyf reisen of meer; welcke husen gesloten
waren, ende mit foortse daer in gecomen: soo eest al-
soo, dat een genaemt Claes Arts, anders genuemt Belle-
ken, woonende tegen dat vleeshuys over, hebbende ge-
daen inden avont eenen mort in die Kercke straet, ende
doen die schouteden dienderen syn by nacht geclommen
fortselycken inden huyse toebehoorende Mathys van Cu*
lenborch, daer in woonde die voorsz. Belleken, misda-
dighe, ende aldaer een maent lanck int goet te blyven
liggen. Alsoo syn gereist tot Bruessel, om die previle-
gien der voorsz. stat te onderhouden, dat die schoutet
daer tegen gedaen heeft, te welen, Matthys Stoters, in-
den rinck, Willem van Os, scepenen; Hermen van De-
venter, Lambert vanden Broeck, Adriaen van Eyndhouts,
Dirck van Os, Ghysbert Pels, raetsheeren; noch Goeyaert
Groterts, meester lan Beymers, secretarissen; noch lan
Staesen en. Peter lacops, dekenen vanden smeden en.
bontwerckeren ; Daniel van Vlierden, als boersdreger; But
Uermens, als bode, tsamen wesende tot Bruessel, om
deser saken te vervolgen tegen den voorsz. schoutet.
In dit iaer, op sint lans dach, ante portam kUinatHy
heeftmen gespeelt vanden ix besten en. die ix quaden,
by die Barbaren luden, nae niiddach, duerende tot des
avonts.
Digitized by
Google
— 113 —
h dit xaer [1638], op sint Gielis dach in Septembri,
is meester Adriaen vanden Grave, licentiatus in beide
die rechten, commissaris gecoren over dese Verdopers,
ende mit hem geordineert meester Gosen vander Stegen,
Matthys Lambrechs Stotars , meester Meuric Pelgrom ,
Cocyaert Simons, meester Henric Cuysten [en] meester
lan vander Stegen.
Item des anderen dages na onse lieve Vrouwe in die
Garstmaent (1) syn tot Vucht aen staken gebrant, ende als
sy vrt gevuert waren, soe waren sy gemuylbant en. had-
den groote knopen in den mont, Pauwels van Druenen
gontsmit, gecoren bisscop van den Verdopers, Michiel Ste-
vens, potbecker van Oosterhout, boersdreger, lan Block
van Gent, lynen wever, Adriaen van sGreven hage, oóck
linen wever.
Ende den xi***' dach in Septembri syn tot Vucht ge-
brant aen staken iiij persoonen, te weten, lan van Ga-
pel; Neelken, Pauwels wyff; Lysken, lan Blocx wyff;
Gheertken, Erasmus dochter van Tricht, ende zy waren
al verdoopt.
In dit iaer, mit consent des hoofs, is ten Bosch co-
men woonen die lombaert, en. heeft een huys gecofl
achter Iconvent vanden Minderbruederen, eertyts toebe-
hoorende Lambert Millinc, daer nae meester Ghysbert
Heym.
In dit iaer [1539], den eersten Sondach inden vas-
ten, heeft men gespeelt [van] den winter en. den somer
nae ouder gewoonten.
In desen iaere sterflF die exellente meester en. doctoor
totten Prekers, heer lan van Baerl (2).
(l) September. (2) Dit doodsberigt komt bij B , W. en A. nift voor.
C. . 8.
Digitized
by Google
— U4 —
Id dit iaer heeft men gehoudeD, ^len* xvi'**'' dacb in
lunio, die exequien en. wtvaert van ons keyserinne, vrou
Isabedi van Portugael, ons keysers Earel huysvrou, die
gestorven is in Spaignieo. Dat booch choore in sint lans
kercke v^as al behangen mit swarten lakens; die'baer
werdt gehaelt vanden raetfauys, en. daer waren t^en-
wordich die scoutet milten scepenen en« ander raetshee-
ren, die iüj scutteryen, die Trouwen brueders en. die
dekens vanden ambachten^ die droegen iiij en. xx toort*
sen, ea die misse werdt gedaen vanden choordekeo mit
grpoter solemniteyt.
In dit iaei^ van [1500] xxxix, den xi'*"" luly, is onse
genadighe vrouwe coninginne, vrou Marie, als bewaer-
der deser landen van herwaerts over onser genadiger
heëre der keiserlike maiesteyt ingecomen inder stat van-
den Bosch, mit schoone staet en. veel heeren mit haer,
ende doen syn verscheiden ballingen vanden Lutheriae-
oen ende andere gebannen persoonen mede ingecomen
aen een groote coorde haer houdende (1). Aldus syn
ten Bosch ingecomen: inden eersten: die coninginne van
Uwgarien, vrou Marie, die bisscop van Palermen, die
iparcgrave van Bergen, die hartoge van Arschot Philip-
phus, die canceliere heer AdoUT vander Noot mit syn
vrouwCf die grave van Pinnoy, die prince van Stmay,
doctoor Schoor, myn heere Nigri, cancelier vander oer-
den, die hartoginne van Milanen, die ionge heere van
Egmont, die ambassiateur van Engelant, die ambassa-
toer van Yrancryc, die heere van Molenbays, myn heere
van Simpy, die heere van Gorbaron; die prelaten, die
(1) B« hecil aldus: veel hiêren ^ haer KeUtende em* audêt ge^atmen
persoonen mede intte comênde, haer houdende aen een groote coorde. Zie
▼erder de uittrckacls uii W. en A.
Digitized
by Google
— 115 —
abt van Tongerloe, die abt vaü Berne, die c'otmnendeur
van Gemert, die arcbidiaken van Luyck, die abt van
Yilfeere, die abt van sinte Bernaert, die abt vën sinte
Geertruyden, die abt van Perck.
Itena^ die stat vanden Bosch heeft gesconken* vrou Ma-
rie, die coniDginne, eenen budel met dusent Karolos gul-
den en. een voeder wyns; iteoï allen die heeren vander
oerden i/9tn gesconkeu elck een aetid wyns vander stat
ed. tplat lant.
In desen scepen stoel [lS40]', in Octobri, is lan van
Brecht, hoochscoutet vanden Bosch, ridder geslagen te
Bruessel vanden keiserlycke maiesteyt:
In desen scepen stoel is meester lan firock gecoren
secretaris in die plaetse van meester lan Reynaers nu
gestorven.
In desen schepen stoel i^ Claes vander Stegen gecoren
meester vandet zieken of melaetsen in die plaets vaü
Willem van (h, die dat officie over gegeven heeft.
In dit iaer, ind eerste van Appril, dooj^ bevel der kei-
serlicke maiesteyt, die hartoge van Bruynswyck mit scoo-
nen staet van peerden heeft gereden door die stat van-
den Bosch, om te bi^engen hartoge Willem, hartoge van
Cleve en. Gnlick, te hove By den keiserlicke maiesteyt,
ende alsoö tsamen by een comende tot Ravesteyn ende
gecominiceert mit lïialcanderen, alsoo dat die hartoge van
Bruynsviryck en. die hartoge van Cleve syn ten Bosch
tsamen mit scoonen staet gecomen, hebbende omtrent 1
peerden, den achsten dach vanden Appril, ingereden in
die herbeq^ inden Cop , ende die heeren vander stat
schoncken hem een aem wyns ende grootelyck willeconi
geheten, ende is wederom gereden door dje stat van
Digitized
by Google
— U6 —
TsertogeDbosch tSaeterdaechs na sint lao ante partam
latinatn.
In dit iaer, Saterdaechs inder octave van onse lieve
Vrou assumptio inde Oostmaent, inden avont, b die key-
serlike maiesteyt gecomen ten Bosch en. daer gebleven
mit sjmen heeren ende daer nae des Woensdaechs weder
gereist na Loon ende soo voorts in andere syne steden,
ende die stat vanden Bosch, dóen sy hem feestelyck in-
gehaelt hadden mit veel gewapende borgers, soo heeft
die slat den keiser gesconken twee voeder wyns, noch
twee groote vette ossen, 't stuk van xl gulden en* c mal«
der ha veren.
Item op die tyt, in Augusto, syn alhier ten Bosch op
gedaen nieuwe moss en. getapt den pot ij stuyvers en,
een ort.
Item in dit iaer, in Augusto en. in September, re-
gneerde ten Bosch een wonderlike siècle op een man-
niere van een corlse, djaer veel menschen af storveu, en.
soo wie te live bleeff, die was alsoo byster en. eynse-
lyck geslelt ind aensicht off hy vergeven hadde geweest
en. mochte qualiken van dier ziecten genesen, waerom
scerpelyck verboden werdt te coopen of te vercoopen
pruymen/druyven etc. (1).
• Omtrent den iaere ons Heéren m ccccc en. xl werden
volmaeckt sint lans kercke orgelen van meester Henric
van Munster: hy woonde in die Verwer strael (2).
(1] nit berigt komt in het afschrift van B. A., en W. veel korter en met
mindere omstandigheden voor. Deze aanmerking geldt ook wegens ver-
scheidene berigten sedert het jaar 1635. Wij vinden het onnoodig dit
telkens aan te wijxen. (2) B. xegt stellig in 1540 en spreekt duide-
lijker aldus: »)<{a< orgel in sint lans kercke.*'
Digitized
by Google
— il7 —
Id desen scepen stoel [1541], den xiij*'"' dach in No-
Tembri, is hj die drie leden gesloten, datmen alle Ryn-
sce wynnen, oude en. nieuwe, sal tappen voor twee stuy-
▼ers en. een oert, ende opt ame biers geset noch eenen
stnyver durende twee iaeren en. niet langer.
Item opten derden dach in December heeft meester
lan Tander Stegen, meester vanden heiligen Geest, by
die drie leden orlof genomen, door dyen syn huysvrou,
die hy gehadt heeft omtrent xviij iaeren, nu corts inden
craem gelegen heeft van een ionge dochter,
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xlij, den
xxiiij"®'' dach inden Meye, heeftmen den eersten steen
geleet aen die nieuwe Oerten poort, om aldaer te be«
staen te metsen.
In desen scepen stoel, Sondaechs nae sint lan Baptis-
ten, wert gepubliceert af opter heeren huys, datmen
terstont binnen iij dagen af solt bauwen alle willigen,
opgaende off gehoeyt (1), cleyn en. groot, vander Orten.
poorte totten nooteboom toe of dat eerste huys binnen
Orten: noch alle willigen buyten sint lans poort totter
bruggen; noch vander Baseldonck poorte totten clooster
toe aldaer; noch alle willigen buten die Hintemerpoort
totten huzen toe; noch buten die Pieckepoort totten La-
zarus husen toe, ende soo vorts rondomme die stat, op
een peen, staende op elckej willige geset drie libër paye-
ments. Noch heeff dat convent vanden Bazeldonck, door
beveel wtten bove van Brabant , des anderen dages nae
sinte Peeter en. Pauwels a". [1500] xHj, af moeten hou-
wen allen haer boomen , te weten , alle die eycken staende
(1) Gehoeyt, bij B. uitgelaten^ Vf. gesnoet voor gesnoeid; A. ge-
.snoyden»
Digitized
by Google
-.» 118 —
J>nyten l^t dooster roodflomine, mU oock alleo l^aer
willigen en. haeren nieuwen driey boom oock moeten af
brd^en fnde die eycken binnen der stat moeten brengen:
noch is af gebroken dat geheel clooster vander Ba^el-
donck mit die kercke en. allen busep ter zieken nit al*
len die boopiqn: nocli heer Daems gasthuys; all^ die
Jbusep mittpn bpomen.
Item optep ppLi*'"^ dach iv Angnsto is op die Bazel-
donck by sekere timmerlieden af gebrocken die kercke
vanden clooster» ende in die mneren mit eepea reep nefy^
te wynden is daer een Tack vander mneren neer geval-
len, daer onder syn bleven ij timmerlieden doot, een ge-
Duemt lan van Oerscot en. Dirck, «n. sommigbe andere
seer gequest totter doot toe.
Item in desen scepen stoel 'syn geordifteert ii§ raets*
beerefly wesende alemosseniers , om alle Sondaeh mitter
scalen te gaen in sint lans kercke voor die armen huy»*
armen, te weten, iacop Colen, Adriaen van Eyndhoats,
Ghepit van Berckdi ende Dirck Goeyaertiea of Um die
Wolff.
In desen iaere en is geenea nieuwen w^ gecdnen
ten Bosch noch in Hollant (1).
In desen scepen stod heeftmen bestaen te graven aen
die Wevem plaets rondsomme, noch allen die grafteo
aengaende vander Pickepoort, voorts tot sint lans poort
na den Boom tot Engelen te gaen.
Item ifi dit iaer, des anderen dages nae ainte Lucas
dach, syn omtrent zx bloter boeven wt fiommelre weert
gecomen tot voor by Engelen, ende hebben daer gehaeit
i^ schepen van Gorcum , geladen mit soul , eode een
(1) Dit berigi komt bij B., W. en A. Diet tooi.
Digitized
by Google
— 119 —
schip Tasdeo Bosch, gdaden' mit alderhande goet, co-
mende van Antwerpen y en. sjrn gevaren nae Boemel.
Knnen^desen taere [1543] is geconsentisert ran allen
hosen te betaelen den tiensten penniac in een Bede, en.
bevonden mvj* hosen (1), behalven allen cameren en.
Gods husen.
Soodachs voor vastelavont is omtrent acht hueren des
smergeos die groote clock sint lans getogen, dat dlle
borgeren mit haren geweren liepen aen die poorte en.
op die mneren, ende dat (ber vij of vüj verlopen boe-
ven en. landsaten syn gecomen en. getransoneert (2) heb-
ben den hnjsarmen tot fielvoort, alsoo dat daer gevan-
gen werden ses landsaten, die welcke [men] alle ses aen
een galge op die merct gehangen heeft, op onser liever
Yronwen avont pnrificatio, en. bleven daer hangen iij da-
gen, ende doen mit eenen wagen gevuert onder die galghe
en. daer in eenen cuyl gegraven, ende die sevenste, we-
sende van Diesen, werdt van een maget verbeden, die
hem troude terstont.
In dit iaer, in den Meye, is dat water alsoo groot
geweest, dat alle die wejen onder liepen rondsomme,
ende men most allen die beesten op halen, dat groote
scade heeft gedaen, ende een sester bnystel heeft doen
geganwen g stuvers (3).
(1) B. segl: 9§9kuyê9nj MijklM«r eene wfarijflboC. Zie over hel tin-
tel kuite» ia dien ttjd biiiMB de aéed 's Hertosenboteh: Dr. HsBXiM,
Bijdragen ovw Noord- Brahand , H dl., bladz. 60 en 01. Bij W. en A.
komt deze bijzonderheid niet 7oor. (2) Lees: geiravailleeri , geplaagd.
Bij W. en A. staat: ndie een huysman toi Ilelooirt groot overlast had^
ént aemgedëên,** Il-mgvrnan, beter dan huysarmenf misschien huislui-
den. (3) Dit berigt is bij B., W. en A. \reggevalleii.
Digitized by
Google
— 120 —
Item in desen tyt is alsoo grooten duren tyl geweest
inden brant, als oyt in menscelycke kennis is geweest ,
te weten, een ton torfs, iiij stuvers: een hondert eycken
rys, twee gulden; een hondert eisen rys, twee gulden
en. X stuvers ; een pot wyns , .iiij stuvers ; ende [er is] in
xiiij dagen in de vasten geen zeevisch binnen der stat ge-
comen wt Hollant; een ton hout colen xvj stuvers; nouh
een wagen steen colen, viij stuvers; noch geen cabel*
liau en is geweest binnen der stat, noch scolleni noch
spiring, binnen den tyt tot half vasten.
Item in die Paessce heilige dagen syn in die scholen
gestalt meer dan xl wagen peerden, die te dinst qua»
men den prinche van Oraengien, om attelrye te vueren^
en. stonden daer drie dagen lang.
Item op Pinxtavont, om dat oorloge van Gelre, en is
die cast van sint Thonis ten Bosch niet gecomen (1).
Item in die maent van lunio, den vyfsten dach des
smergens ontrent een huere inder nacht, syn overcomen
die Gelderscen wt Boemel tot Empel, ende hebben ge-
brant tot Hintem xiiij husen, toebehoorende Claes die
Mol, Hilleken Theuwen, Simon de Mol, Lang Henric
Mol, lan de Becker, den bloc aen die merct, Ruel die
Mol, Dirc Ruelen, Hubert inden Leeu, Goeyaert van En-
gelant, Gozen van Beeck, Dirck en. lan van Engelant.
Den xix'^''" dach in lunio syn die van Bommel over-
comen tot Empel en. soo nae Engelen gaende opt Oete-
ren ij*" stqrck, ende hebben daer eenen grooten rooil ge-
haelt van beesten en. gebrant Dachverlies hoeve mit c
scapen ende den kinderen Toelincx hoeve.
(1) Bit beri(;t bij B., W. en A. uitgelaten. Ik weel niet wat met dr
cast tan sint Tltonis bedoeld wordt.
Digitized
by Google
— 121 —
lot selve iaer, op sint lacops avont, heeft Marten van
Bossem mit een gruen tente (1) van peerden en. knechtm
gecomen als velt heere vanden coninc van Yranciyck in
Brabant, commende over Berchem, Os, Yecliel en. voorts
over Boxtel: ende op sinte lacops dach hebben die van
Boxtel verdingt voor vij dusent gouden gnlden, behaU
ven alle plonderinghe en. die kercke gespolieert van
kelcken, ciboriën en. misgewaet ende allen die kisten op
geslagen; ende opten selven dach gecomen voor die stat
vanden Bosch aen die Pickepoort, stootende opten drey-
boom voor aen die poorte, seggende: ))GheefV op!*' ende
is den selven man mit eender biisse doot gescoten van- .
der poorte, ende doen allen die husen nae Tucht gaende
gebrant tot soo nae aen die Ilalsche brug mit veel groote
boeven daer liggende, en. gebrant ij° en. xv husen (2);
noch verdinct Oerscot voor x" Carolus gulden; noch
Oostenvyck, Hel voort, Essche en. veel dorpen daer om*
trent liggende, ende syn op sint Annen dach gereist nae
die vloet (3), ende hebben totten Chartusers te Vucht
genomen die kelcken vanden outaer daer die priesteren
en. monniken stonden en. celebreerden, ende die misse
niet wt wesende, hebben dat sacrament inder kelcken
opt altaer gestort; noch hebben sy ingenomen die stat
van Endhoven en. al gevangen en. doot geslagen; noch
Woensel en. alle die dorpen aldaer tot Helmont, ande
voorts commende tot Helmont, heeft Marten van Bossem
in die maent van lulio gebrocht in dingtale Ixx dorpen
in Pelant en. Eempelant.
(1) V., B. en W. gtiicn tenten A. groote tente, Hoet men mei groote
bende leien? (2) Bij B. 616 huysen; W. en A. meer dan een hondert
huysen» In geheel Vacht waren in 1626 niet meer dan 310 huizen. Zie
Bijdragen boven geifield , bladz. 62. (3) Ende syn op sinte Annen dach
enx. Deze onduidelijke woorden komen bij B., "W. en A- niet voor.^
Digitized
by Google
— 122 —
Item in lulio is bestaeo te graven een groote wal aen
die Pickepoort tot sint lans poort toe, wesende eeneo
dobbelen wal» ende tusscen den ouden graf en. deo
nieuwen graff blyvende eenen wal liggende
Item na den tocht by Harten van Rossem gedaen oth
der die meyerye vander stat vanden Bosch is bevolen
wttea hove, datmen allen die husen staende buten die
voorsz. stat sal afbreken xxv* voeten vander stat te re<
kenen rondsomme aea die poorten.
Inden iaere ons Qeeren dusent ccccc en. xUiij is we-
der gheconsenteert te betaelen den tiensten penninc over
alle landen der keiserljcke mayesteyt toebehoorenden en-
de daer toe den xx.'**'' penninc, beloopende (^ elcken
gulden ^ stuvers en. op dcke mud roggen iiij stuvers ig
oert, ende den thiensten penninc te consenteeren, is voor
de tweetste reise geconsenteert secundario te ontfimgen
yan alle paditen, tchynseo, lanthueren en. van alles«
In desen iaere is geconsenteert den impost ia allen
keisers landen, te wet^, op elcken os by den cooper
te betaelen ses stuvers; op elcken vereken, g stuvers;
op dek scaep, ij stuvers, al by den cooper te betaelen;
ende daer toe alhier inder stat gecoren meester IVans
van Balen, Claes van Ravesteyn, Gherit Wils en. Wil*
lem Lucas. ^
Noch in desen scepen stoel b schoutet mit scepenen,
raetsbeeren, dekenen en. veel vande iiij scutieryen indea^
avont omtrent x hueren mit viij wagens en. omtrenl vy£-
tich peerden gereyst int lant van Ravfesteyn tot Herpen
en. hebben daer vanden bedde gehaelt een genuemt Zeel
Brunen en. noch eenen op Herpen (1) Scayck, wesende
(1) V. I/cepeni B. I/erhcrt; A. Schyck,
Digitized
by Google
— 123 —
oowiUige per$oooeQ aengaepde deo iogebot eo. op die
poort^ gebrocbt
Item deo xiii^ieo dach ioden Meert is Frans Bogaert
gecoren heilige Geest meester indie plaets van meester
bo yander Stegen.
Item IQ desen scepen stoel is gecoren tot eenen secre-
cretaris Idriaen van Achten in die plaetse van meester
Peet«r van Os die iooge.
Hem io desen soepen stoel is geordineert vfeder te
graven die Dieie, beginnende vanden Boom der stat
waertinne, ende des iaers daer nae is die heel Diese
gq[raven.
Jlen uüg'^" dach inden Meye, opten middach, is ge-
weest een groot tempeest van wynt, weseode een hamey
(1), duerende een half huere, dat des heilige Geest mo-
len k gewayt ter neder inden graft al gebroken mit veel
coreos opten molen wesende; noch'aen die Orten poort
Gerit van Doorns moeien oock ter neder gewayt.
Item in lunio, den xxvj'**'^ dach, wesende des Don-
redaohs na sint lan Baptiste, is ten Bosch ingecomen
nae middach, te weten, die outste soen van don Fei^
nanduSy coninck van Hnngarien, en. hebben alle die
senttcn, te weten, die ouden sentten, die iooge sentten
hantbogen en. cloveniers in haer cleederen hem statelto*
ken ingefaaelt: hy hadde by hem hondert peerden en.
Teel geladen muelen.
In dit iaer^ Sondachs nae sinte Dionys dach, is ten
Bosch gdionden een generael processsie. Die misse by
deo choorddien gesongen, die ambachteo syn omme ge-
(1) ffamey, bij B. wegg^UtcD* W. en A. geven dezen storm niet
ep. l^ouii heeft amei, hanui, voor lavilla, heete ascky hier is het
eene hoos.
Digitized
by Google
— 124 —
gaeo; noch iüj scuueryen, ons Vrouwe bruederscap en.
den geesteljcken staet, oock die Beghynnen mit haer fa-
lien syn om gegaen voor die Bogaerden mit allen reli-
quien en. mit sint lan (1).
In dit iaer, den v ***'*' dach inden Meye, syn gereden
twee mans, die een van Antwerpen en. die ander van-
den Bossche, ende elck mit syn huysvrou, gereden te
Iherusalem nae den heiligen grave, ende syn wederom
gecomen ten Bosch gesont op sint lans dach, evangelist,
inden selven iaere, onder die vesper tyt, wesende den
xxvij dach in December, ende quamen mit hem in gere-
den omtrent lx peerden. Die pelgrom vanden Bosch was
genuemt loost Enoeyeu met Lisken s)^ huysvrouwe, doch-
ter Willem die Raet.
In dit iaer [1545], op sint lans dach inden Meye,
heeftmen gespeelt vanden ix besten en. vanden ix quaet*
sten mit veel peerden.
« Item op den Eersmis dach is al den da^h alsoo groo-
ten regen gevallen, datmen geen processie en heeft ge-
houden, mer des Maendaechs is die processie gehouden
en. die gilden hebben gespeelt (2).
Opten vierden dach in Decembri, omtrent iiij huerea
namiddach, is onse genadighe heere die keiser Garolus
ten Bosch ingecomen mit veel verscheiden heeren, har^
togen, graven, bisschoppen, princhen, over de ij dusent
peerden en. meer dan iij*" geladen muien mit bagagien»
om te reisen na Ytert ende daer te geven dat gulden
vliesch, ende is binnen den Bosch gebleven xxv dagen
en. op alle Einderdach, nae xij hueren, gereden nae
(1) Dose procwsie is bij W. en A. weggelaten, (t) Dit berigt bij B.
weggelaten.
Digitized
by Google
— 125 —
Boemel mit allen syn macht en. daer eenen nach geble-'
ven, ende doen gereden nae Bueren en. soo vorts nae
Ttert en. daer gebleven tot Purificationem Mariae.
Item in dit iaer , op sint Achten dach , is heer lan
Tan Brecht, ridder, geseten inden recht, dingende als
onder scboutet; ende daer saten inden scepen stoel doen
twee scepenen, beyde ridders, te weten, heer lan van-
den Wigaert (1) ende heer Walraven van Erp (2).
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. xlvj heeft
den rog gegauwen dat mud ses gulden ; dat mauwer gars-
ten, xlv stuvers; dat mauwer boecweyts, ij gulden; t'
mud hoppen, iiij xxx sts; den pot wyns, iiij stuver, en*
de alle dinc daer nae.
In dit iaer heeftmen gespeelt, den eersten Sondach
inde vasten, vanden winter en. vanden somer.
Int selve iaer, op Palmen Sondach, heeftmen op die
merct gespeelt die pasi^ie ons Heeren.
Opten xxiig'*'"' dach in Maiö is Ygrom van Achlen
gecoren gasthuys meester in die plaats van Daniel van
Tlierden, die gestorven was vander peste.
In desen scepen stoel en. syn der stat tbynsen niet
verpacht, noch groot noch cleyn, gelyckerwys men te ver-
pachten plach, oock den sesse gedeputeerden verboden.
Item des Sondachs nae sinte Servaes dach, na die
vesper, is der puyen af gepubliceert, in presentie van
ses scepen, dat niemant op die corenmerct, ionck noch
out, als men rogge vercoopt, en solt comen aldaer, om
gerucht (3) te maken, op een pene van iij Carolus gul-
(1) 1. en W. WyngaerL (2) B. heer Willem van Erp, doch deie
naam is uiigMcbrapt, waarvoor met eene oude hand Walram van Erp
getchreven üj bij W. is de voornaam v«reggelaten^ A. heeft dit berigt
aiet. (S) A. Gerucht) bij V., B. en W. gerust.
Digitized
by Google
— 126 —
deo, want den rogge doen heeft gegauwen vig gulden ;
die garst, dat mauwer, twee peters; die haver zxxi stiH
ver, ende al na advenant.
Item hebben die geheel weke scepenen, gesworen ofte
raetsheeren mitter gruen roeyen en. clerck wtter eime-
ren doen visenteeren alle die corensoideren daer rog,
weyt oft garst was^ ende dat bescreven, om te weten
of aldaer genoech corens solt wesen totten nieawen toe.
Noch in dominica cantate waren voor sint lans poort
en. die Pieken poort, voor vyf hueren des smergeos, mit
ydel sacken, wtter Langer straten tot Huesden toe, om'
broot te coopen van grooten honger, meer dan ij^ men-
schen (1).
Item int selve iaer, na den Bosch kermis, is gespeelt
die xvij landsheeren nader alder gewoonten alle acht
iaeren.
Item noch vanden dueren tyt in dit iaer van [1500]
xlvj: inden eersten, dat mud roggen heeft gegauwen in
Inlio ix Rynsgulden; dat hoet garsten, xxvj gulden: een
manwer havere heeft gegauwen ij gulden 5 stuvers: met
God, die Heere versacht anders in corten tide , dat den
rog gauwe vVt gulden; dat hoet garsten, xv Rynsgulden,
ende een matder haver, xv stuvers.
Item int selve iaer, rn Dècembri, den xvij]**'* dach,
heeft die procureur generael tot Bruessel doen gedagen
allen die secretarisen der stat vanden Bosch, te weten,
Goeyaert Grotart, meester Peter van Os, meester lan
Broek en. Adriaen van Ichlen, om dat sy die scryffca-
mer hebben gesloten eenen dach en. meer, om wekere
redenen, ende die stat voorsz. hebben die sake over hen
(1) Kt Iterigl komt bij B., W. eit A. niét TOor.
Digitized
by Google
— 127 —
geocmeD. Qm die secretarisen te verantwordeo zyn ge-
ordineert by die itj leden deser stat, meester Frans van
Balen, scepen; LamBert vanden Broeck, raetsheere; Goey-
aert yan Vlieren en. Frans Cuysten, dekenen, ende syn
mit eenen wagen mitten secretarisen gevaeren, om de
sdve te excuseren tot Bruessel, ende die schryfcamer
gesloten synde, syn weder in die camer gecomen op
ïaersaTonty ende want die iij leden dat werc aen hem
treckende, heeft die cancelier die zake tot hem gehou*
den (1).
Inden iaere ons Heeren, m ccccc en. xlvy, den ach-
sten dach February, syn twee gecomen van Iberusalem,
te weten ^ heer Anthonis vanden Eeckhout en. Goeyaert
Strick, gesont welvarende.
In desen schepen stoel is bliven staen allen der stad
thynsen niet verpacht voor Bamis, gelyckmen altyt ge*
daen heeft van oude usancie, sonder den eersten Son-
dach na Bamis te condigen.
Ende daer nae is den bieren accyns verpacht dit iaer
voor xxiiij'° en. ix"" Garolus gulden by Peeter van Oerl
(2), door Dirck Goeyarts cum suis. Hier af ging dat
hoochsel wt des Yrydachs na sint Dionys.
Noch den wryn accyns is verpacht by loost vander
Lynden, Willem Michiels en. Albert Keteler.
In desen scepen stoel syn de sesse maimen genttemt,
die gedeputeerden Ghpbert Herinx mit sjnen adherenten
af gedanckt, ende by die ig leden orlof gegeven mit
allen haren dienderen.
Daer naer syn gecoren twee gennemt borgermeesters,
(1) Tot hem gehoudeni B., W. en A. latai heruêUn, (2) B. van
Os. IKt berigt komt bij W. en A. niet voor.
Digitized
by Google
— 128 —
ie weten her Walraven van £rp en. Henric van Eynd-
houts, raetsheerai, ende tot hen Dirk van Wyck en. lan
Noppen.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc xlviij, op sinte
Marie Magdaleenen dach, heeft tot een afterdeel vander
bruederscap van onser lieve Vrouwe, heer Phillipus De
Spina choordeken, orlof gegeven allen die sengers, dat
sy haer choor cleet wt doen souden en. op onse Yrou-
wen avont assumptio v^ert die wierook niet gescut in
onser Vrouwen choor, als gewoonlyck altyt is geweest,
en. dan te gaen voor onse lieve Vrouwe heneden, soo is
binnen middelen tiden een accort tussen dat cappitel en«
Jcr bruederscap op onse lieve Vrouwen avont nativi-
tas, [getrofifen] en. doen heeft die deken na ouder ge-
woonten comen scudden den wirock, ende die sengers
syn *weder aengenomen vanden capittel in een instru-
ment, om ten eeuwigen dagen te onderhouden van bei-
den syden.
In dit iaer syn gecoren vier ontfangers en. wt gevers
vanden pensionen (1) te betaelen: Henric van Eyndhouts,
Jan die Wolff, lan Noppen, Goeyart van Vlierden.
Item op sinte Lamberts dach, binnen desen iaere van
[1500] xlix, syn gemonstert allen die borgeren van de-
ser stat vanden Bosch, eick in syn block, om den prin-
che van Spaigien, onsen toecommende heere, in te halen
en. te hullen, dats te weten, alle borgeren groot en.
cleyn, wesende boven syn xx"*"" totten iaere van xl (2),
te gaen in haer harnis en. rusting mit bussen « spiessen ,
(1) Pensionen, pensioenen, lijfrenten; bij V. pensionarissen. (2) B.
tsestieh tot; W. ook )X'iich: docb A. sosHch iaren.
Digitized
by Google
— 129 —
slachswerden ende des gclycke, cnde elck mit eee velt
teeken, roet sleyer doeck (l), int getal omtrent drye du-
sent, ende die over haer xl iaeren. (2) 'vrareo, elck een
wasse toorts van xiij pont was in ons. (3) hant bernende
vander poorten tot des princhen logys, ende syn mede
g^aen die geestelickbeyt , die heeren vanden cappittel,
prekers,' Minderbrueders, €ruysbrueders, Bogaerden, Baze-
]eers» die Beghynen in een groot getal mit haer witte fa-
lien, noch die van Orten en. Dungen al niit toortsen, en.
des anderen dages, Sondacbs, seer solempnick ingebaelt
mit een groot getal van heeren en. borgeren te peerde.
In dit iaer is Ilenric Hej'xn gecoren te hebben die
gruen rov:
In desen scepen stoel is Philippus, prinche van Spai-
goeu, des keisers soenc, gecoemen, ende hem werdt ge-
sconkcn ses voederen wyns cnde rj* malder haveren en-
de ij groote costelycke ossen mit sil veren horens, ende
des Dynstdachs reysden Iiy mit syn moeye, ^ie conin-
ginne vrau Marie, over Hiiesden nae Hollant.
Den vij'***" dach in Octobri syn gecoren vier (4) bor-
gemeesters van allen ontfanck en. wtgeven deser stat:
Adriaen van Eyndhouts, lan Coien Henricsoen, lan die
WolflF, Goeyaert van Vlierden.
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. 1, den xxv"*'"
in September, is meester Peter van Os gecoren gasthuys
meester inder plaetse van Igrom van Achlen.
Item op den xx'**" dach in Octobri werl gecoren tot
(1) Roet sleyer doeck, rood shiijerdoek. (2) V. en A. vcertich iarcn,
doch B. en W. tsestich iaren»- In noot (2) van de voorgaande bladzijde
staat verkeerdelijk: doch A. sestich iaren, lees: dach A. veeriich iarcn,
(3) B. haer. (4) W. vier; V. en B. twee. Bij B. xijn de namen der
Imrgeineesters weggelaten.
C. 9.
Digitized
by Google
^ 130 —
eeD secretaris, Wouter Scellens, in die plaetse van mees^
ter Peter van Os, nu gaslhuys meester geworden.
Optea selven dach syn gecoren tot ontfangers der stat
gueden: Bertholouieus Lóeff, Lambert die Hase, Adriaen
van Eyndhouts.
Item die gedeputeerde biden iij leden deser stat, om
allen die borgeren mit allen gasthusen en. heilige Geest
te setten en. te scatten, elck nae syn ryckdom: Matbys
Stoters, Henric van Eyndhouts, Evert vanden Water,
meester Pauwels Rasen, Gherit Hagens, lan van Geffen,
Art Willen^soen ende lan Noppen.
Item in dit iaer [1551 zijn gekozen] iilj baermeesters
in siot lans kerck totter baren van allen zielen: meester
Frans van Balen, Frans vander Gamraen, Frans Yuchs,
noch Evert vanden Water, en. haer rentmeester was Lau-
reyns van Sprang.
Op Bamis avont is gepubliceert op lyf en. op goet
niet te mangelen, te vercoopen of coopen tegen die Fran-
choysen, want die coninck van Yranckryck heeft ge-
maeckt een alliancie mit den Tui'ck ende heeft op die zee
doen nemen xvij scepen geladen mit goet, dat niet te
estimeren en is.
Item in dit iaer is geordineert byden iij leden deser
stat, om den commer vander stat te vjrnden, dat alle
borgeren, oock alle gasthusen groot en. cleyn mitten hei-
ligen Geest, zullen hier in contribueren, ende werden
getaxeert by die gedeputeerden daer toé gecoren, ende
die heilige Geest geset op Ixxv gulden, ende dat groot
gasthuys xx gulden.
In dit iaer, des anderen dages na Sacraments dach,
wesende den xxix'"'° dach inden Meye, omtrent seven
Digitized
by Google
-- 131 —
faueren indeD avont, geslagen [zijnde] oenen dandersiach
in sinte Gheertruden clooster, is boven die clock den tho-
ren geheel gebroken ende die tselve vanden thoren die
leyen af» noch allen die gelasen in die kercke boven en^
beneden, groot en. cleyn, geheel wt mitten harnis vander
gelasen, dat die kercke veel schaden heeft geleden over
vg* of vijj'' Carolus gulden. ^
Item op sinte Laurens dach, omtrent iiij hueren na
middach, is ingehaelt den prys vanden meester vanden
dwasen, die tot Bruessel wt is gegeven, dat die vanden
rethoryckers bier syn ingecomen mit 1 borgeren te peerde
snverlicke opgeseten; noch drye wagens bedect mit gmen
lakens, ende opten eersten was den prys hangende, ij
of iij silvere scildekens ende x of xij (1) tennen schote-
len of desgelyckx, op groote costen.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. 1^, den xij"**
dach in lanuario, Dynstdachs binnen die octave van
Derthien dach (2), is alsoo groote tempeest geweest van
donder, blixem, regen, den geheelen nacht en« dach van
winden, dat verscheiden husen in syn gewaeyt en. veel
hnsen mitten watere weech geloopen en. gedreven. Die
stat vanden Bosch was.seer overladen mitten water, want
dat water wies al soo groot en. seer mitten stroome, dat
quam staea in die Postel straet en. opten Hulenborcb; men
voer mit schuyten lanx die Mortel en. totten Oruysbruers
toe, dat al onder was oft een blacke zee hadde geweest.
Besen grooten iammer des waters niet tegenstaende, soo
hebben, die goede borgers, nae haer oude mannieren,
mit schuyten en. pleiten geladen mit vleesch, kaze, bo-
ter en. zulckx meer, te hulpen gecomen die arme land-
(1) Bij B. en W, ix of ie x; A. thyen. (2) Feest vHn drie koniugen.
Digitized
by Google
— 132 -rr-
luy sitteiide aen die Maescant op haer sulders, die an«
ders van hoDger Ledorveu souden hebbéi worden.
In dit iaer, binnen die octave van ons lieve Vrouwe
assumptie, is ten Bosch gecoren een nieuwe provencial,
genuemt frater Yicentius Harlem, gardiaen tot Loven,
ende midts consent vanden heeren vanden cappittel, heb-
ben die Minderbrueders gegaen processie, te weten, door
die Vuchtcr straet, Vismerct en. om die merct ende soo
weder in haer convent. Ende op sinte Bartbolomeus
dach is een general processie gehouden om die stat nih
allen die religiosen, ende daer waren xcvj Minderbnie»
ders ende hebben gebleven inde stat viij dagen, ende
hebben veel goede sermonen gedaen tot sint lans, tot
sint lacop, lot sinte Peeters, te Beghynen, dach op dach,
en. veel dinst gedaen, en. die stat heeft hen gesconken
iij amen wyns.
Item voor sinte Bartbolomeus dach heeftmen ten Bosch
gehouden general capittel vanden Cruysbrueders (1).
Binden desen iaere, na Paesschen, Saterdachs den xij'*'*
dach vanden Appril , syn corsten gedaen onder den tho-
ren in sint lans kercke, soo groot en. cleyn xi kloeken,
daer in was den voorslach, ende meester lan, cappel-
laen van Orten, die dedese corsten, want allen die cap-
pellanen van sint lans sieck lage te bedde.
Inden iaere ons Heeren m ccccc en. lij is meester Roe-
lof Loekeman gecoi*en secretaris deser stat vanden Bosch
ende Wouter Schellens, griffier (2).
(1) Dit komt bij B. mede niet voor. (2) Bij B. stond: êecretaris
ende Wouter Schellens, zijnde het woord griffier weggelaten. Door eene
andere oude hand zijn die woorden uitgeschrapt en is er peneionatis
voor in de plaats gesteld. Ook bij W. is sfcrciarie doorgehaald en et
pensionaris boven geschreven.
Digitized
by Google
— 133 —
Inden iaere oos Heeren in ccccc en. liij, op Pinxt
dach, speelden alder eerst den voorslach van sint lans
kercke, dat welcke gemaeckt hadde vtermaeten seer cun-
stelyck meester Matthys van Maris, een exelent cunstener
en. meester syns ambochts (1).
Den xxiiij"*" dach in Octobri geordineerl byden iij
leden deser stat tot ontfangers en. wtgevers: Henric Ghy-
selen, lan van Liebergen, meester Cornelis Goelbaerts,
Claes van Ravesteyn.
In desen iaere syn int capittel aengenomen iiij vice-
cureten of cappellaens, te weten, meester lan Hels, ba«
cnlarins, meester lan, cappellaen van Orten, meester Mat-
tbeus van Berlicum en. meester Antbonius van Hemert:
want daer waren gestorven i^ cappellanen, te weten,
meester loseph Yaickenborch en. meester Simon van
Wel.
In desen iaere, opten avont vanden kermis, syn ge-
comen van boven ontrent een dusent knechten swarte
mters, ende datmen die knechten niet door die stat la-
ten woude, soo is die heel processie en. omganck after
gebleven tot sMaendachs toe, doen werdt den ganschen
omganck gehouden, ende die knechten syn buyten om
te water over den Muntel door pleyten, benevens den
Boom nae sint lans poort en. van sint lans poort totter
Pickenpoort en. soo voorts nae Antwerpen toe gereyst.
Omtrent sinte Bartholomeus dach in Augusto heeftmen
bestaen te graven ter stat Diese, beginnende aen die He-
kel aen die plaets, ende eerst bestaen die dorpen Yucht,
Cromvoort en. Oeteren (2), des anderen daghes Gestel
ende soo voorts gegraven, die dorpen comende elck sterck
(1) Dit berigt bij B. weggc\aUcn. (2} Octercn, Deutcreo. Bij B.
Orthen.
Digitized
by Google
— 134 —
1 of lx macoen, eode soo voorts gegraven nae die Ba-
zeldoock poorte.
Noch bestaen te graven achter die Hinderhrueders ^
voorts naden ouden raethuys.
Inden iaere ons Heeren dnsent ccccc en. liilj is alsoo
groote gebreck geweest van rog, boeckweyt, haver, als
in menich iaer is gesien, want hadde den vremden rog
vn Ryge en. Revel (1) en. wt Oostlant niet gecomen
van Amstecdam, soo sonde desen rog hebben gegouwen
xg of xiij gulden dat mudde, oock en sonde aldaer geen
roig hebben geweest te coopen: mer, God hebbe loff, tot
Amsterdam was meer coren aengecomeu soo overvlodich,
dat men noch het mud roggen gecoft heeft min dan iiq
Karolus gulden.
In dit iaer is ten Bosch af gepubliceert die vrybeyt
vanden tol voor alle borgeren van Tsertogenbosch int
lant van Oeidre te passeren.
In desen soepen stoel, in Novembri, den xxviij'^ daeh,
soo is gecoren lan Hoze Eeverarts, diender vander gruen
roeye, inde plaets van Gerit Cuysten, nu gestorven.
In dit iaer is die stat vanden Bosch seer svram'liken
over vallen van die pestilencie, daer een groote menichte
soo mans soo vrouwen af gestorven syn: mer midts dien
datter soo groot volck int groot gasthuys ginck ea daer
mit groote hoopen gestorven, soo en wist men die me-
nichte niet van die gestorven waren vande pest. (^ die
selve tyt storven vyff nonnen int groot' gasthuys mit den
gasthuys meesters viryff, meester Peter van Oss buysvroQ.
(l) Ryge en. Revel, Ri|^ en Rcval in dt golf van Finland. Deze
lieden bi| W. en A. wêgipelaten.
Digitized by
Google
-^ 135 —
1d dit iaer [1555], den xi'^**" dach iu December, syri
gecoren by die iij leden vander stat meester Peeter Fel-
grom mit meester Henric die Bie, syn swager, om ie
wesen gesworea clerck deser stat.
Int selve iaer is ten Bosch geweest alsoo groote ge-
breek van borring (1), te weten, hout, torff, coelen etc,
als oyt man gedenct of geleeft heeft. Die borgers bran-
den van ghebreck haer bedtsteden, znld^r plancken, iae,
dat meer te beclagen was, allen die bancken lenden (2)
wert snachs gestolen of wat hout werck op der straten
lach , iae oock men soude die baren daermen die lycken
mede te gravens dracht oock al verbrant hebben, badden
sy snachs in die kercke niet opgesloten geweest. Een ton
torfs costen iiij st. en. eenen ganc steen colen vij stuvers.
In dit iaer regneerde ten Bosch oock een vremde won-
derlycke ziect op een manniere van coortse, daer by een
groote hoofs were, daer groot voick ten Bosch oock aff
storff ende meer gestorven souden- hebben, hadden sy
te tyt niet doen laeten mitter vlime (3). Dese siecte re-
gneerde meest in Augusto ende in Septembri (4).
In dit iaer, ind beginne vanden Meye, is gehouden
een pi-ovinciael capittel vanden Wilhelmitten ofte Bazel-
donck en. op sin te lans dach, ante portam kuinam^
soo hebben dese heeren Wilhelmiten in die processie ge-
gaen mitten anderen religiosen, ende daer waren om-
trent gecomen xxx vremde heeren te waghen en. op
muylen (4).
In dit iaer waren ten Bosch iiij provincialen, te we-
(1) Brand. (2) B. Lende, lees lene, Kiuav, voor leuning: mijns erach-
tens de leuningen der banken op de stoep. B. , W. en A. xijn hier leer kort.
(3) Lancet, laatijzer; Kuuii. (4) Deze berigten komen niet voor bij B.,
W. en A. •
Digitized
by Google
— 136 —
teo, heer Mathys Meeuwen, prior profiociael vandeo
Chartusers; beer Simon Peregremius (1), Hermen Stelena-
soon vanden Bosch, prior provinciael vanden Wilhelmiten
en. prior op die Bazeldonck ; heer Adriaen van Oesterwyck ,
doctoor inder godtheyt, prior provinciael vanden Prekers,
en. ten Bosch woonachtich daer hy professit was; brue-
der lan Knyf, minister proviucial vanden Minderbroeders,
te voren gardiaen int clooster te Minrebrneders ten Bosch,
wtten wekken men merken can die groote stantaftigheyl
der reb'gien en. disciplinen van oerden en. regel, die io
die conventen en. cloosteren onderhouden wordt (2).
In dit iaer [1556 is] Gerit Colen gecoren secretaris
vander stat.
Item int iaer van [1500] Ivi (3), den xxv***" in lulio,
is gecoren lan Dircksoen, alias int Verxken, tot eenen
meester vanden grooten gasthuys in die plaets van roees-
ter Peeter van Oss, eertyt secretaris van deser stat
vanden Bosch.
In dit iaer van Ivi began op terysen lot Tsertogen
bosch die pestilencie, die namaels grooten quallen dede
onder die borgers alsoo hier nu na volgen sal; ende op
die selve tyt was ten Bosch oock een ander wondelycke
siecte, daer groot volck af aflivich werdt. *
In dit iaer [1557] quamen. tot Tsertoghenbosch die
hartoge van Bruynswyck en. die hartoge van Louwen-
borch en. meer andere groote heeren wt Iloochduytslant
met sesthien of seventhien hondert Bruynswickers en. an-
dere swarte ruters, dat alle lelike en. bloote boeven wa-
ren: ende want sy te dinste comen waren onsen prinche
(1) Simon Pelgrom. (2) Dit berigt komt bij B., W. en A. niet voor.
(3) B. Ixvij.
Digitized
by Google
— 137 —
Phillipusy den coniuc van Engelant^ tegen die Franchoy*
seQ, soo werden dese ruters geforiert in die borgers hn-
sen, daer die borgers een yrjl tyts mede in grooter sor-
gen mraren, mer sy grepen eenen moet en. al wilden die
raters den borgers geweldelyck overheeren, die borgers
door haer ingeboren vromicheyt en. cloeckheyt benauden
die ruyters, alsoo dat sy van baer boosheyt en. gardic-
heyt (1) swichten. Daer waren groote swaere ketenen
lanx die straten gebangen en. men biel snacbs groote
scherpe wake van twee of drie bondert gewapende man-
nen vander stat. Ter wylen dese ruyters in die stat la*
gea, soo quam die feesté vanden Bosch kermis en. om-
meganck, mer die feeste werdt op geschorst, alsoo dat-
men noch omganck van die borgers en. scutters, noch
processie van die gheestelyckheyt gehouden werdt , alleen
werdt een stadighe misse gesongen van die choor deken
metten sengers, ende die processie wert vertogen tot
Sondachs toe nae sinte Bartholomeus dach, ak recht
kerckewidinghë is van sint lans kercke. Als die tyt nu
gecomen was, dat die hartogen mit hareo ruy teren op
trecken mosten na den princhen leger, soo meynden sy
wtter stat te trecken sonder te betalen of yet te geven
haeren werden^ daer sy thuys gelegen hadden, mer die
borgers en. die heeren vander stat deden die poorten
toesluyten en. toe houden, en. [de] straten waren beset
mit de ketenen en. in die huysen waren bestelt wape-
nen, als:, bussen, half haecken,. roeyars (2) etc, datter
niemant wt mocht liden, hy hadde eerst synen werdt
vernucht en. voldaen,. daer hy oock een quitancie af
thoonen most, ende soo liet mense passeren en. wt ry-
(1) Gardicheyt, bij B. weggelaten j A. haerdicheyt, (9) Roeyars,
1. roers.
Digitized
by Google
— 138 —
den, dat welcke den ruyters seer verdroet, mer sy en
mochten daer nyet tegens (1).
In dit iaère, na wech reysen vandie swerte ruyters,
stont op weder ten Bosch een groote sware pestilencie,
alsoo dat men niet genoch graflen of dootkisten gemaec-
ken mocht: men selte somlyts, iae dagelycx, vyf of scs
in een graft. Men wilde seggen, datter soo meer soo
min gestorven waren , soo in de stat soo int groot gast-
huys, omtrent sesthien oft seventhien dusent.
Des Sondaechs nae sinte Bartliolomeus dach, alst ker-
mis was in sint lans kercke, soo werdt daer gehouden
een devote generael processie lancx die stat, daer allen
die pristeren vanden capittel en. alle die heeren en. die
ganseen raet vander stat elck een bernende kersse off
een toortse om droech, ende daer werden oock om ge-
dragen die beelden van ons lieve Vrouwe en. van sint
lan mit andere reliquien en. cleynoden, diemen gewoon-
lyck is om te dragen op Bosch kermis inden omganc.
Die pestilencic continueerde in die stat mit allen seere,
al SOO' dat dicwils op eenen dach waren meer dan vyf-
tich lycken; daer storven binnen iaérs iiij cappellanen
int groot gasthuys ende twee cappellanen van sint lans
kercke mit meer ander priesters en. bichters (2) van sint
lans, ende hier om wert over draghen, dat sommighe
Minderbrueders mitten heilighen sacrament by die ziecken
lancx die straten gaen mosten.
Int selve iaer van [1500] Ivij quamen ten Bosch drie
dieven vuyt Engelant en. braken snachs in sint lans
choor inden avont, omtrent Kersmis, en. hebben dieflyck
gestolen dat weerdige heilighe sacrament mit drye of
(1) V. mer sy en mochiciis niet kveren, (2) B. ticchtcaders.
Digitized
by Google ,
— 139 —
-vier ciboriën en. twee of ig oli vaetkens mit eeo schoon
ailvere crnce, ende syn wtter stat gevloden en. géreyst
nae Dordrecht, eqde alsmen dese groote dieverye gewaer
werdty soo synse vervolget tot Dordrecht, en. die schou-
tet of balieu vander stat dede dese dieven saeken en.
gevonden synde, werden sy ter insticien geset en. ge*
hangen, ende dat silver werck werdt vanden baliu we-
derom ten Bosch geseynt en. sint lans kercke wederom
gegeven.
Inden iaere ons Heeren dusent ccccc en. Iviij, op den
elfsten dach in lanuario, is geweest alsuicke tempeest
van wynt, dat noyt man desgelyckx geleeft en heeft.
Die kerdke vandie Minderhrueders is in gewayt, mids
weicke daer groote scade geschiede; den grooten thoren
van sint lans kercke was in groote sorge der menscen,
dat hy ter neder vallen soude, want hy seer wickelde
en. beefden, mer door die verdinsten vanden heiligen
appostel en. patroon is den thoren bliven staen, mer die
kercke leet groote schade van andere structuren, die seer
^rdorven waren mit den swaren wint. Die wint was
alsoo swaer en. groot, disit hy xv wynmolens ter neder
velde, en. daer vielen veel thorens terneder in verschei-
den plaetsen, als; tot Oerscot, Engelen, Wyck en. meer
andere (1).
In dit selve iaer <juam weder ten Bosch seer vreeslyck
die pestilencie, daer menich treffelyck borger en. menich
rycke vrouwen gestorven syn; daer en boven soo ren-
gneerde ten Bosch en. op andere 'plaetsen die roode me-
lisoen; noch was onder die ingesetenen vander stat een
(1) Dit berigt komt bij B., A.. en W. niet voor.
Digitized
by Google
— 140 —
groote wonderiycke siecte, die de meoschen hadden int
hooft, in die borst, in die leyoden en. in die beenen,
daennen gcenen raet t^en en wist -te doen, midts welcke
een groote ellendicheyt onder die menschen. was (1).
In dit iaer heeft heer lan van Brecht, scoutet, syn
officie vanden schoutetschap verlaten, ende in sjn stede
werdt schoutet vanden Bosch sjn soone, ioncker lacop
van Brecht, doende synen eet van getrouwicheyt voor
die heeren opt raethuys.
Int selve iaer sterff lan Dircsoen, meester vande groote
gasthuys, ende in syn plaets werde geordineert Goert
Comelissz., in de Catt, indie tyt viscoper.
In dit iaef sterf ten Bosch die choor deken van sint
lanss, heer Gerit van Gameren, een goet duechdelyck
priester, vander peste op Bosch kennis, ende dat cap-
pittel van die canoniken bleef meer dan een iaer sonder
deken, want sy twistich waren, ende soo onderwonden
hem thof die sake en« daer werdt geordineert een cano-
nik en. licenciat, meester lan van Weert, die doen te
Loven woonde.
In dit iaer persevereerde noch ten Bosch die pestilea-
cie, daer groot volck af storff.
(1) Dit beringt komt wel bij A. en W. maar oiet bij B. toot.
Digitized
by Google
fiSRSTS VERVOlfl
09 DB KRONTK TAll
AgMiBBMkTtrS CWJREMUUVmS (1)^
In dit iaer [1558], op sinte Michiels dach, is die key<*
serlycke mayesteyt in Sp^engien gestorven.
In dit iaer, opten xvjj November, sterff vrouwe Maria,
coninginne van Engelant, des voirss. conincx Philippus
tweede huysvrouwe.
In dit iaer is doctor Sonnius, als canoniek en. ketter-
meester wesende tot Utrecht, gereyst naer Romen aen
paus Paulus die vierde, ende met hem sommige cardi-
nalen geinstrueert vande groote ryckdommen der geeste-
lycke goederen in dese landen ende midts redenen al«
daer geallegeert ende geremonstreert, soo heeft den voorss.
paus, inde plaetsche van het eerdtbisdom van Colen, ge*
(l) Dit Tenrolf komt onmiddellijk achter de kronyk van Comiinra in
het afichrift Tan B., ibl. 81 vso, Toor, en het schijnt er met eene an-
dere hand te liJn bijgeschreven. W..en K, hebben hetxelve in hnnne
kronyken ingelascht.
Digitized
by Google
— 142 —
nomen (1) ende geeinployeert het bisdom van utrecht,
ende dat gemaeckt tot een eerdtsbisdom , ende dat tselve
hebben sy noch onderworpen ende daertoe gemaeckt noch
veele andere nieuwe bisdommen: een tot Deventer, van
wegen Overyssel; een tot Haerlem, van wegen Hollandt;
oen tot Leeuwarden, van wegen Yrieslandt; een tot Mid*
delborch voor Seelandt; een tot Groeningen voor dlandt
van Wedden, met noch veele meer andere nieuwe bis-
dommen.
Anno m ccccc en. lix*"*" wordden den peys van
Yranckryck gemaeckt met coninck Philippus ende dese
landen, ende is int tselve accordt van peys geslooten
en. geaccordeert , dat den voorss. coninck Philippus van
Spaengien ten wyve hebben soude Elizabeth, coninck
Hendrick van Vranckryckx oudtste dochter, als oyck ge-
beurt is, wesende des conincx van Spaengien derde huys-
vrouwen.
In dit iaer is tot Bruessel gecoraen vron Margeriet,
natuerlycke dochtere van keyser Karel, die getrouwt had-
de die hertoge van Parraa in Italien, ten versuecke van
conincklycke mayesteyt, ende is naer Gendt getoogen, al-
daer de voirss. mayesteyt haer broeder was met die sta-
ten van allen die landen van herwaerts over, die daer
ontboden ende vergadert waeren, om allen die zelve lan-
den wel te versien van goede ende notable reenten,
want die coninck was in meyninge naer Spaengien te
reysen, om aldaer in syne landen gehuldt te wordden,
ende alsoo van noode was dat in syne absentie dese Ne-
derlanden mosten bewaert ende beschermt syn, heeft die
voirss. staten begeert roalyck ende volcomen last gege-
(l) W. genomen} bij B. uitgeyallen.
Digitized
by Google
— 143 —
veu ende tgou^memeDt als generaei gotivernaDte van
alle dese sync Neder landen syne sustere vrouw Marga»
riete overgegeven, begerende ende bevelende alle vasal-
len, edelen ende staten der landen, ende landen en. sle-
den van herwarts over, deselve regente syne sustere in
eeren te houden ende te obedieren in syn absentie, al
off hy selff present waere.
KBeWYKJHATICiB AAlVTEEMLEMINfifiM,
TOOBKOIEMDE IKi BE SGHSPE7IUJST VAR iSSfl — i6S5, GETOKnV ACHTKK
DE RBONTK. VAN CoperlaUS» I!f HET HASDSCnBlFT VAN B.
In desen schepenstoel , xxix Decembris a^ xv ° lix , is
overleden in*'. lan Broek, secretaris deser stadt.
Den xj"" Martii a°. xv'^Hx, is meester lacop Donck ge-
coren secretaris deser stadt.
In desen scepenstoei [1560], den xxvj''" Octobris, is
gestorven m^ Goyart Grootarts van Oss, secretaris deser
stadt.
Den xxj "" Augusti a". xv " Ixj is Andries Ooms secre-
taris deser stadt gecoren.
In desen schepenstoel [1561] is tot Antwerpen by den
retorisyns opgeseten zekere prysen.
Den achtsten November [1662] is overleden Andries
Ooms, secretaris deser stadt.
Tgene int voirsz. iaer van 1566 tot [15] 78 daernae
respective binnen dese stadt sHertogenbossche is geschiet.
Digitized
by Google
- 144 —
volght iot sevén-en-dertighste bladt hieriye volgeode sub
sigDO f (1).
Op Maendage, den xij*" February a". xv*' ep. tseven-
tich, is binneo deser stadt soo grooten water geweest,
dat by memorie 'van menschen noyt gelycken gesien en
is, in sulcker vuchen, datmen rontsomme sint lacops ca-
pelle met schuyten heeft gevaren, en. stonden alsdoen
int water den Vuchterendyck, sint lorisstraet, de We-
versplaets, het Hintamere}mde, de Wyntmolenberchstraet,
de Diepstraet, achter de mandemaekers , met meer an-
dere straten.
Den xxviij*" Novembris, omtrent den middach, a". xv°
Ixxvij, is den peys alhier binnen dese stadt ter peyen
aflgelcsen , met groote blyschappe des gemeyn volcx ,
welcke afflesinge geschiet is by Gerarden Colen, secreta-
ris deser stadt.
In desen scepensloel, den 1" May, dede don lohan
van Oistenryck binnen Bruessele syn entree en. is den
1*" Octobris daernae tot Namen gestorven.
Den xxi**) Novembris is d^ecrtshertoge Mathias tot Ant-
werpen gecomen ende by de staten gemaect gouverneur
vande landen.
Den lesten Octobris a''. xv*lxxviij is overleden Gerart
Colen, secretaris deser stadt.
Den xxviij*" Augusti a". xv"lxxix is m'. Willem van
Emmerick byden drye ledenen deser stadt secretaris ge»
corcn in plaetse des voirsz. Gerarts Colen, ende heeft
den lesten dacb derselver maent den eedt daerop gedaen.
(1) Dit blad komt in het handschrift niet roor.
Digitized
by Google
— 145
Op Soodach, den xx*" dach der maent vao December
a*. xv^lïzix» is den pej's van Cuelen alhier binnen dese
stadt gepubliceert, ter presentie van niynheere den schou-
teth énde drye leden deser stadt.
Jf'offite 9mn eeM byden drye ledenm der stadt
van sHertogenbossche f efi. voorts de gansche ge-
meynte derselver stadt, opten voirsz. peys van
(kielen die conincklycke mayesteyt als herloch
van Brabant gedaen, ter presentie van doctoir
Philippus Vuesels (1), als commissaris by zyn
mayesteyt alhier binnen deser ^ stadt tot dyen
fine gcsonden.
Wy SMreren onsen aldergenadicfasten^ heere den conindc
yan Spaignen, als hertoge van Brabant, zynen gerechten
oiren en. erffgenamen, ende deser zynder mayesteyts stadt
bouw ende getrouw te zyne, ende deselve te bewaren
tot dienst ende behoeff van zyne voirsz. mayesteyt te-
gens alle rebellen en. vyanden der selver, ende te on-
derhouden ende bewaren de pacificatie van Cuelen en.
des daeraff dependeert, en. namentlyck tot hanthoudinge
vande catholicque Roomsche religie ende behoirlycke on*
derdanicheyt van zyne mayesteyt met oick alle privile-
giën, costumen en. usantien der voirsz. stadt het beste
te doen en. t'quaetste. te waeren in alle behoirlycken on-
derdanicheyt aenden magistraet en. drye leden deser
stadt, als onse ordinarise en. wettige óvericbeyt inden
name van voirsz. mayesteyt.
(I) Vah Hkü&h noemt dezen commissaris Venscis, ffisiorie der Stad
ên Meyerjf, U dl. , bladz. 130.
C. 10.
Digitized
by Google
— 146 —
Den ixig*"" Decembris [1581] is m'. Zeger Adriaensse
gesurrogeert [in den schepcnstoel] in plaetse van Roelof
Aerlssen, doeo ter iyt nae Spaigoen gereyst synde.
Den xiij*" Aprilis 1584 is gestorven m'. Henriet Bloey-
man, [president schepen].
Oplen XXV" dach luly [1584], wesende St. lacops
dach des apostel, des avont onitrent eiff uren, is sint
lans kercke deser stadt vaq den donder ende biixem aff*
gebrant, ende begonst den brant boven inden appel van-
den thoren, onder het beek van sint lan opten selven
thoren staende: ende met desen brant is oick opt selve
pas affgebrant den clockenthoren met allen de organen (1)
aenden voirsz. thoren van binnen de kercke gemaect, en.
alnoch eai cleyn organe op het oxael staende. By desen
brant is eene inestimabelen scade geschiet, dan er zyn
egeene huysen mede aif^ebrant geweest.
In desen scepenstoel waert tot Delft doorschoten den
prince van Orangien, die daeraff sierff, by toedoen van
eenen Bourguignon, die op t^feit werdt geapprehendeert
ende daernae seer straffelyck gedoot.
Den xxvij".Mert a". 1586 is overleden m'. Willem
van Emmerick, secretaris deser ^tadt.
Opten xvilj*" Aprilis xv°lxxxvj, in plaetse des voirsz.
m\ Willems van Emmerick, is byden drye ledenen de-
^er stadt tot secretaris derselve .stadt gecoren Gysbert van
den Telde en. heeft den xxij''' daernae zynen eedt gedaen.
Den XXV'" May ar xv° en. xc is Gysbrècht van den
Velde, secretaris deser stadt, by den drye ledeocn dersel-
(l) Organen, org;el.
Digitized
by Google
-^ 147 —
ver sladt gecoren tot het greffierscap deser stadt in plaetse
Wouter Scelleos, tegenwoirdelyck wethouder.
Ten selven dage is Peter Arntssen van Hees by den
drye ledenen deser stadt gecosen secretaris ende heeft
den vierden luny daernae zynen eedt gedaen.
In desen scepenstoel, a^ 1593, is Goyart van Enge*
lant, raedtsheere deser stadt, gecoren tot gasthuysmeester
deser stadt.
Op sittte Marie Magdalenen dach, a*. 1593, is over*
leden Peter de Gort, secretaris deser stat, omtrent vier
ut en naerden middage.
Dynsdach, vvesende den ix""* Novembris 1593, is Frans
Willemssen secretaris deser stadt gecoren.
In desen scepenstoel [1596], den iiij""" luly, wesende
Vrydach voor Bosch kennis, wordt opgerecht ende ge*
setfa het heylichs cruys voor het hooch cboor in sinte
lans evangelisten kercke deser stadt.
In desen scepenstoel namen tlyck, den 19 Februari i
1597, is overleden Wouter Scellens, voortyts greffier en.
secretaris, en. daernae raedtsheer deser stadt.
Opten sevensten luny, wesende Sondach, a*. xv'xcviij,
is alhier binnen' deser stadt opter puye tusschen acht
en. negen uren smorgens gepubliceert den peys tusschen
onsen genadichsten heere den coninck Philippus, coainck
van Spaignen,^ ende den coninck Ilenricus den vierden
van dien name, coninck van Vranckryck. Dese publi-
catie is gedaeu ten overstaen des heere van Grobben-
doncq, gouverneur deser stadt, des heeren hoochschou-
telh en. den (liye ledenen deser stadt, ende is ten sel-
Digitized
by Google
— 148 —
ven dage voor middach gehouden eene generaele pro-
cessie en. daernae gesoogeo Te Deum laudamus^ ende
des avonts heeft men heerlycken getriumpheert met bran-
dende pecktonnen ende aSscfaieten vanden grooten ge-
schutte, dobbele haecken en. musquetten Janghs de ves-
ten, en. dit schieten waert de twee daernaestcomende
dagen tsavonts gecontinueert.
In desen schepenstoel , den xxiiij*" Decembris 1601,
is overleden m'. lacop Donck, secretaris deser stadt, en-
de in desselffs plaetse by den drye ledenen gekosen, op-
ten 12 lanuary 1602 daernae, Dirick Bernarts van Ees-
sel, die den 12 February daernae heeft gedaen synen eedt.
In desen scepenstoel, te weten, op Alderbeyligendach,
is dese stadt belegert by de staten van Hollant met hen
adherenten, onder het beleydt van graefi* Manrits van
Nassau, ende den xxvij"" daernae, wesende sint Oeden-
dach, hen belecb opgebroken, hebbende middelertyt groot
gewelt gedaen ende excessiven schaden met bet schieten
des daechs met grofi geschut en. des snachts met groote
ysejre gloeyende vierballen.
De voirsz. [schepep] m'. A*ans Bardoul is in dese be-
legeriuge gescoten ende corls daernae daervan overleden,
ende in syne plaetse is [in de schepenbank] gesurrogeert .
m'. David Everswyn.
Inndesen schepenstoel [1602] is dese stadt wederomme
belegert geweest als voor, welck belech is begonnen ge-
weest in Augusto a**. xvj" drye en. daernae den v'** No«
vembris desselffve iaers verlost.
Den vij" Octobris a^ xvj' drye is binnen dese stadt
gecomen, door de Hintamerpoort, zyne hoocheyt d^ertz-
Digitized by L3OOQ IC
— 149 —
hertene Alberlus, terwyle dese stadt belegert was, en. nae
het opbrekeo des belecbs is sjn hoocheyt den vij'"' No-
vembris daernae desselfifve iaers wt dese stadt vertroo
ken, latende binnen derselver stadt merckelyck getal
yan krychslieden (1).
Den XX*" Octobris 1608 is binnen deser stadt geco-
men Pbilippns Willem van Nassau, prince van Orangeni
en. den 22'"' daernae vertrocken nae Bueren.
In tyde deses l^t voirsz. scepenstoel, inden somer a^
XYJ"* ende elff, is de haven deser stadt wtgeveeght ende
gediept, beginnende aeude Corenbrugge tot aende hekele
genuemt »aen den Boom,'' toe, om de commoditeyt der
scepen alhier arriverende ende wtvarende. De geheele
maete der geveeghde ^haven was gemeten, te [weten],
iij^lxxxvj***** roeden, elck roede een weynich meer vei^
dinght Toor acht Carolus gulden, tot twentich stuyvers
tstuck; de wtgravinge most diep syn drye hamer voeten.
In desen scepenstoel [1612], te weten, den 16 Sep-
teinber 1613, is overleden Frans Willemssen, deser stadt
secretaris.
Den xxiiij*" Septembris a*. xvj*' en. dertien, is Amt
van Hees, soone Peters van Hees, secretaris deser stadt,
byden drye ledenen derselver stadt, gecosen tot het se-
cretarisschap alhier, in plaetse des voirsz. Frans Wil-
(1) Op het jaar 1606 komen vertfcl^cidene stukken Toor, waarin de
ttads-regering hare grieTcn mededeelt, wegens het niet veranderen van
den schepenstoel. Van deze bescheiden hopen wij gebruik te maken in
eene ait te geven lijst van schepenen der stad 's Hertogenbosch , gelijk
mede van de overige stukken, die in het vervolg wegens het verstellen
of vervangen der schepenen in het handschrift voorkomen.
Digttized by L3OOQ IC
— 150 —
lemssoeo, ende. heeft terstont ten selven dage nae de
voirsz. electie synen eedt gedaen.
lo deseii scep^nstoel, in den beginne der maent van
Augusto, is geleeght den iersten steen van tiet nyeaw
huys des hoochwerdichste heylige sacraments in St. lans
kercke deser stadt.
In desen scepenstoel [1614] zyn alle de rivieren deser
stadt gerey nicht ende , gediept, midts de iaoghdurige
droochte ende leegen watere.
De voirsz. [schepen] 'm'. lan van Thulden is in deseu
scepenstoel opten iij*'' Decembris geordineert tot pensio-
naris deser stadt.
Opten Xxix^" Novembris [1616^, snachts omtrent drye
uren, 'is gestorven Peter Aertssoen van Hees, secretaris
deser stadt, wiens siele inder eeuwicheyt moet rusten.
Den xxHy Decembris xvj^ seventhien is Gerling Roys»
sone m'. Ilenricx Ruys des chirurgy^s, by den drye le-
denen deser stadt tot secretaris gecosen, ende heeft den
xviij'''' lanuary 1618 daernae den eet gedaen.
Digitized
by Google
BUVOEGSELS EN VITBBEID1N6EN
VOOIIKOMBKDB IN BB VBBMBBBDBBDB BN VBAVOLOW KBONTK YAtf
ABËéBKnvms cwBBMummm. (i)
(T« breagea op bladz. •* regel 90.)
Dal hier naer wicht syn die prelalen^ prdalerssen^
sleden en. dorpen y die resorteren onder die
voirss, stadt sHerlogenboieehe,
MIBIiJLTElll.
Floreff en. Postel
I ByndereD, HoydoDck.
•VBVBHI.
Helmont, Eynhoveo*
(1) Wij hebben het efachrift Tan W. lateo afdrukken, en lulleo de
Tarianten uit A. op^en.
Digitized
by Google
— 152 —
»»rBN.
Aleni.
Gewanden.
Arlebeeck.
Gemert.
Asten.
Geldrop.
Aelst.
Gerwen.
Boxtel.
Gestel by Heerlaen
Beerse.
Gemonden.
Brunei.
Goorle.
Berchem.
Gestel by Oisterwyck.
Blaerthem.
Gestel 1^ EyndhovenT
Boeckel.
Heeswyck.
Berlicum.
Hees.
Bladel
Herpen.
Bakel.
Hapart.
Buel.
Heese by Leent.
Craeodonck.
Haren by Megen.
Cromvoirt.
Helvoirt
Doerse. •
Hoogemiert.
Dennenborcfa.
Haren by Oisterwyck.
Diëten.
Hihrarenbeeck.
Dinter.
Kessel.
Doirne.
Knechsel
Duesel.
Euyck.
DoEnmelen.
lath.
Diesen.
Littoyen.
Druenen.
Lierop.
Empel.
Leent.
Erp.
Loon (hooge).
Eersel.
Loemel.
Essche.
Loon int Sant.
Geffen.
Liempde.
Digitized
by Google
— 153 —
Megben.
Stryp by EynboYen.
Macheren.
Straten (1) by EyDhoven,
Haren.
Tilborch.
Mierlo.
Tongelroey.
Miidt.
Teffelen.
Marheze.
Yessem.
Nnlant
Volckcn (2).
Nistdroy.
Vden.
Ncdcrweltc.
Vdp.
Nnenhem.
Yedid.
Nedermiert.
Ylierden.
Qsdi.
Ydthoven.
Oyen.
Tdenbout
(^wetten.
Tucht.
Oerle.
Woensd.
Oirschot
Wetten.
Qistenvyck.
Wadre.
Poppd.
Werd.
Roesmalen.
WeL
Ravesteyn.
Wd ter hoven (3).
RoeseL
Vfyntdre.
Rythoven.
Wadwyck.
Rychstel
Zonne.
Roey.
Zedant.
Stiphout.
Schaick.
Zoemeren.
Schyndel.
Zeebt.
Steensel
(1) Stratem. (2) Volkel. (3) Weflterhoven.
Digitized by
Google
— 154 —
Vande quaniüeyt vande lopmsaet, vaelsaet, miUsael,
hoender m^ zillen (1), mergen; vande maniere van te metene
inde meyerye van sHartogenbossche voorsz.
Inden eersten maect thien duyiü een voel; veerthien
voet ' maccken een lantroeye; hondert roeyen lanck en.
een roy breet inaect een hont; ses bont maect een
mergen ; bondert iH)eyen lanck en. ses royen breet maect
oock een mergen: ergo soe moet men weten » datmen in
alle mergentaele metende is inde roey veertbien voet,
roaer in ander lant, als in boenders, mutsaets, lopen-
saet etc. soe metmen voor die roy twinticb voeten, ende
sestien voeten maken een dyck roeye.
Item datmen weet, dat [men] binnen der voorsz. meye-
rye in alle mergentaele is metende voor de mergen ses
hondert roeyen en. voor yder roey veertbien voeten: oeck
twinticb voeten int viercant maecken een roeye.
Item in Jtfaeslant, Schyndel, Heeswyck, Dinter, Gees-
tel by Heerlaer, Gemonden, drie en. dartich roeyen en.
drie deel der voors^. roeyen maecken een vaetsaet lants,
ende sestien der zelver vaetsaet maken een mutsaet (3).
Item in Peelant, vuytgescheyde Heeze, Leendt, Zoe-
rendonck, Maerbeze, Buedel, ismen metende ut sequitur:
voor een lopensaet lants vyftich der voorsz. roeyen, en.
acbt der zei ver lopensaet maeckende een buendei*e, en.
desgelycke meetmen twelff lopensaet een mutsaet, en.
vier hondert der voorscreven roeyen een buendere; des
gelycke meetmen in Eempelant, en. vier zillen maken
een buendere, en. bondert roeyen, twintich voet inde
roey, maecken een^ zille.
(l) Zillen, sille lands-, Kil., honderd roedeo loopen; in de meijerij
tbans nog looftsaat of loojtcnse. (3) Item in Maeslandi tot maken een
mutsaet Mj A. iiiii^e^ allen.
Digitized
by Google
— 155 —
Item io Uaspegottwe twintich raeproyen int viercant
maken een lantroeye^ twintich lantroeyen maken een
boenre, en. nege hondert lantroeye maecken een mille,
mille passns faciunt unum milliare in aliquibus passibus.
Item tot Vucht, Helvoirt, Venlo, Druenen, Waelwyck,
Tilborch, Oisterwyck meetmen aldus: yyftich roeyen en.
twentich voeten die roey, maken een lopensaet en. ses-
tien lopensaet een mntsaet.
Een buenre knts maect vier dachmaet; een dachmaet
inaect- vier vierdel ; een vierdel maect vyff en. twentich
roeyen ; een roey maect vyff en. twentich voet Lovena.
Tot Bocxtel ende Liempt is ixivj^'""^ roeyen een Io*
pensaet, elck roeye tot xx**^^ voeten.
Tot Schyndel maken xzxiij *''''' roeyen vj% voet een
lopensaet; yder roeye tot xx**''^ voeten.
Item al Peelant door maken vyftich roeyen een lopen*
saet, yder roey xx voet: vuytgescheyde Bocxtel, Liempde»
Schyndel voorsz.
Item xx^'"^ voeten int viercant maecken een roey.
Item elcke mergen is vj"* roeyen van xiig voeten die
roeye.
Item een hont lants is hondert roeyen van veertien
voeten die roeye, en. ses hondt een mergen.
xiiij vaet Eyndovens, |
^ ^ ^ ^ ' 1 een Bosch mud, ieder mud
xiiii vaet Gemerts, (.»—-* ^ • i
•^ rx t I ^*^' ^"J scster oft xvj loepen:
xiiii vaet Oirschots, u .... . .
•^ /> 1 ^ ^" malder, «h sester; een
xiigVs vaet Oerls,
xigVs vaet Helmons ^
xigVi vaet. Roys,
sester, ^ lopen; een sester is
XXV ''•'*' quarten.
xiij vaet Erps,
vij PeeU mud zyn vj Bosch mud.
Digitized
by Google
— 156 -
xiiij Lopen Sonscbe maeceo een Bosch mud styff.
xij Lopen Sonse maet maeot een Peels mud.
Een Bruessels mud, vj halsteren.
Dese naevolgende penningen staen inder heeren
chynsen boecken:
Item het is te weten, dat der heeren chyns boecke,
die suicke begrypen penningen oudts eade daer maecken
die iz penningen aff i auden groeten , ende daer aff is
een boeyt iig auen grooten.
Item suicke der heeren chynsboecken begrypende pen-
ningen nys, en. daer aff maecken xij penningen i auden
groote, ende daer aff maect een boet iij aude grooten.
Item suicke der heeren chyns boecken begrypende
penningen payements, ende daer aff maecken die ztj de-
niers i aude groot, ende daer aff maect een boeyt ij ano-
den grooten en. een vierdel van een aude groote.
Item eenen obolus maect eenen halven penninck.
Item penninghen maecken eenen scillinck.
Item XX schillingen maken een £6, in gelycke propor-
tien elck na zyn weerden ^ereeckent.
Item eenen scillinck audts maect i auden groote ende
een dordendeel van eenen auden groote.
Item eenen schillinck nys maect eenen auden groote.
Item eenen schillinck payements maect iij vierdel van
eenen audèn groote.
Item iij schillinck audts maecken iig auden grooten.
Item iij schillinck nys maken iij aude grooten.
Item iiij scillinck payements maecken iij aude grooten.
item iij deniers audts, j braspenninck.
Item ij deniers — j Philips. Item v deniers — j st.
Digitized
by Google
— 157 —
Item een gewyn na dooder haot is drievuldighen cbyDs.
Item een haodewisseliDghe is dobbelen cbyns.
Item om meer verclaernissen te bebben van dat Yoors.
is, soe is te weten, dat een boete is iij scbillingen al-
snlcken cbyns als men geit, te weten: van alden gelde,
iiij ande grooten; van nyeuwen gelde, iij auden groo*
ten; van payement, ij aude grooten en. een vierdel v^n
eenen auden groot.
Item die andere grooten, soemen die ontfanckt inde
meyerye vanden Bosscbe, soe maecken iij ande grooten
vj st, maer te bove is den auden groot wat meer.
Item eenen auden grooten is j stuver en. eenen Pbi-
lippus penninck, soemen albier costumeert inder meye-
rye, maer te bove is den auden grooten wat meer.
Item xg deniers nys, )
Item i st. nys, | is elckcn een auden grooten.
Item ix deniers audts, )
Item i st. audts f . .....
> IS elck uj st.
Item i st..Lovens
Item x^ st. u. ft. i fg u., ende u. ft. xx aude grooten.
Een dupart (1) ft. xlviij st. iij oert.
Item XX st. zwart tomoysen dats xv auden grooten,
ft. xxvi^ st.
Item XX st. auder groten ft. i fg auder groten, ft. xxj
gulden vg st i oert.
Item eenen st. auder grooten ft. xxi st i oert vj deniers.
Item XX st. 'payement ft. i ffi payements dats vij st (2).
(1) JDupatt stéat in den Schat der Cheynsen {Brussel, 1704.) bl. 3U
(9) Wij £^en deze munlen-evaluatie naar W. op, hoezeer G. en A.
dtanran zoo meni^aal afwijken, dal er bijna geene aanteekening bij te
Toegen ia. Blijkens de in W. medegedeelde muntbijtonderheden , iraar\-an
later, meen ik aan W. de voorkeur te mogen geven.
Digitized
by Google
— 158 —
Uier nae voMU die mate vanden wvge van die breete.
Eeneo man pat is groot iiij voeten.
Een kerck wech is groot vj voeten.
Eenen water wech is groot vj voeten.
Eenen molenwech met booftsacken is groot vj voeten.
Eenen molenwech met sacken te peerden, ^nder an-
der getouw, is gcoot viij voeten.
Eenen molen wech met kerren en. wagens, zg voeten.
Eenen kouterwech (1), xij voeten.
Eenen leytwech vanden eenen dorp int andere, daer
hecken ofte velen j[2) hangen, xvj voet.
Eenen dryff wech vander eender nierct ter andere, daer
men alderhanden beesten dryft, xxiiij voet.
Eenen bruyck wech (3), vg voet.
Eenen beerwerh, xl voeten.
Nota van margen taele inetle roye,
die roy tot xiiij voet,
In andere lant, als bueners, mudsaten, lopensaet met-
men met roeyen van xx voeten.
Item xvj voeten maken een dyckroey.
Item ses bont maken eenen merghen.
Item tbien duymen maken eenen voet.
(1) Kouterwech, bij A. en G. weggelaten, is een ploegweg. (2) A. en
G. veUn; W. weken. Vele is bij Kilian pandura, een draaiboom, of
hek. (3) Bruick wech, denkelijk eene schrijffout voor bruudwech bruid-
weg, nloeerweg, langs wacr men den beer 'op H land brengt,^' zegt Wiu
tns, Belg, Museum, X dl., bh. 09 , alwaar de maat der wegen voorkomt
xiit eene ordonnantie \an Brussel van 1308, cmi met de opgave van
onzen srhyfvcr nagenoeg overeenkomt.
Digitized
by Google
_ 169 —
Nota.
Een marck facit viij onsen; een onse f^cit twintich
engelscben; een engelsche facit xxxij aessen oft xvj deus-
kens; een fierlinck, viij aessen oft vi^ troykens oft iiij
fierlingen; een troyken, ij deussen; een deusken, ij aes-
sen; eenen penninck, xxiiij greynen (1).
(Te brengen op blad». 9 f regel tS*)
By W. is deze lofrede op de Bo**chencLari geplaaUt
achter het verhaal hladz, 26 en 27 voorkomende^ doch
, de voorbeelden bij elke proprieteyt aangehaalde zijn
er toeggelaten^ waarvoor de afechrijver in de plaatê
stelt: gelyck een yegelycke claer en. notoir sal worden
gemaect inne dese chronycke.^
(Te brengen op bladt. S0t regel •.]
Oick \?as dier tyt inden stroom by tcappelleken tot
Orthen een vaert en. worden genoempt den Maelstroem,
dats Merct ström, en. tot Roesmalen worden doen ge-
houden die peerdemerct (dat roesmalen oft rosmerct): dese
merct is namaels binnen der voors. stadt geleyt ende het
dorp Roesmalen heeft daer aff zynen naem behouden.
Orten plach te wesen Dupen genaerapt, synde Oert
Duynen.
(Te bren;;en op bladx. S9» regel fff»)
Int iaer ons Heeren m cc ende lx '*'''' wert Henricus
de simpele, zoene van Henricus de dorde, gebult bar-
(1) Dete nota wegens het Trooiscb gewigt is er door eene tndcre hand
bijgeroegd en komt bij A. noch G. voor.
Digitized
byGoogle
— 160 —
toghe van Brabant: hy regneerde acht iaeren en. hy was
den liij*'** bartoghe van Brabant (1).
(Te breogen op bladi. 40f achter regel 1^.)
Int iaer ons Heeren m cc en. l^vij *'***, in de maent
van lalioy is by den bisscbop van Luyck binnen den
Bossche geordineert en. getnstitueert seeckere ordinantie
aengaende die gasthnysen, allet naerder blyckende byde
sdve ordinantien daer aff zynde
In dese tyde wert binnen den Bossche het groote gast«
huys tot behoeS vanden armen crancken ende gebrecke*
licke menschen gefnndeert by sinte Anna capelle, dat
weicke naemaels by toedoen van een rycken borger, ge-
heyten lan van Neysel, getransfereert is ter plaetse daert
nu staet.
(Te brengen op bladz. 41 * achter regel 14.)
ht iaer ons Heeren m cc en. Ixxxvj*'''' toch bartoghe
lan van Brabant voor Huesden en. wan die borcht en,
besettent met volck ; van daer toech hy neffen die Maesse
en. wan die borch van Malrepas (2).
(Te brengen op blads. 41» achter regel t5f)
In dit *voorscreven iaer [1305] is by bartoghe lohan
(1) In het Tenrolg hebben wij alles weggelaten, wat niet onmiddel-
lijk tot Tloórd-Braband betrekking heeft. [2) Malrepas; A. Marys.
Digitized
by Google
— 161 —
van Brabant , verleent en. gegeven die caerthe vande
stadt vanden Bossche gemeynten vuyt te geven.
In dese tyt [1315] (1) waren die eedelen in Brabant
zoe verstorven, mits de vooi^aende oorloghen, datmer
nauw vyftien ridders en vant.
Int voors. iaer van m ccc en. xv begonsten drie swa-
ren plaegen te coemen en. [te] verschijnen, die Godt
almachtig, overmits die sonden seynt. 0'eerste plaeghe
was, dat het begonst te regenen inde Meye ende het
bleeff regenende een halff iaer lanck, zoe dat het cooren
ende anderen vruchten al meest verdorven (2).
Die andere plaeghe was, dat int selve iaer begonst te
worden dieren tyt, nyet alleen van cooren, maer oeck
van anderen nootdruyft, en. wert zoe grooten dieren tyt,
dat het nyet vuyt te sprecken en' is, en. men meynde,
dat van begin der werelt geed meerder dierte geweest
en is: een vierdel roggen goudt tot Andtwerpen tsestich
conincxs tomoeyse. Die arme menschen lagben op straet
en. claechen dat steenen harten moesten ontfermen, en.
storven van honger en. gebreck.
Die dorde plaeghe was, dat int iaer daer nae een ver-
vaerlycke sterfite quam over ryck en. arm; doen^baeden
die rycke vrecken met^ hen goet, dat zy verspaert hadden,
«om den armen te hulpen te coemen, die zy inden die^
ren tyt lieten vergaen van gebreck, om hulpe en. onder-
stam, want doen alsulcke sterft was, datmen se}'dc, dat
bynae de eene helft der menschen waeren gestorven, en.
die nyet en storven, hadden gemeynlickc grgoté sieckten.
(1) 1315^ A. 1314. (2) Aan den kant staat met eene andere hand:
y>A^. i62i i.9 tselrc ooch geschiet."
C. 11.
Digitized
by Google
— 162 —
(Te brengfln op bladi. 44» regel f 4«}
Idi voorscreyei] iaer [1318 is] by hartoge lohan ge-
geven eode verleent tot Bruessel die vaDden Bossche die
caerthe, om die stadt mueren aff te brecken en. huyseu
om die stadt te vesten (1).
(Te brengen op bladt. 44* regel !•«)
Opten lesten dach van Februario, naer scryven des
hoeffs van Camerick, anno m ccc en. xxiiij '*'''', heeft har-
toghe lohan voors. die vanden Bossche gegeven en. ver-
leent die caerthe wat die rentmeesters van chynsen ne-
men zullen; item noch die caerthe vanden visscheryen
en. vogelen etc.
Item int voorscreven iaer [1325], des Donderdachs naer
sinte Catharina, [is] tot Bruessel by hartoghe lohan van
Brabant g^even en. verleeiiicht die caerte vanden he*
melraet van Nulant, Geffen, Os, Teffelen, Lithoeyen,
Lith, beginnende aidus: »IndeB name ons Heeren, amen.
Allen den gheenen, die nu zyn ende naemaeb wesen
zullen, die dese letteren zullen sien oft hoorea leesen,
etc."
Item den voorscreven hartoghe lohan van Brabant heeft
gegeven en. verleenicht ordinancie vande palinghe der
stadt vanden Bossche en. den d(M*pen van Tlymen en.
Engelen, en. vande beesten te schutten, gegeven den
xxvfl" September anno m ccc en. xxvj**'^*'.
(1) DU berigt komt bij A. niet roor.
Digitized
by Google
— 163 —
Item in dit voors. iaer [1328], oplen XTg'** February,
beeft bartogbe lohaa die vanden Bosscbe verleent en. ge-,
geven die.caertbe ofte ordinoncie, daer inae staet, hoe
die bourgeineesteren reeckenen sullen, wat die schepenen
sullen hebben voor haere cleederen en. wyn te schenc-
kcn, van dachreysen, van schuts cleederen en. meer an-
deren poincten.
(Te brengen op bladi. 45, regel S«)
Int iaer oos Heeren m ccc en. xxx *'"=*' (1) heeft har-
toghe loban van Brabant die vanden Bossche gegeven en.
verleent die caerthe vande laeckenen te maecken.
ht voors. iaer [1336] heeft bartogbe loha^ gegeven
en. verleent, op sinte Lamberts avont, die caerthe, die-
men noempt die nyeuvoe ^eaerihe^ doen die stadt ver-
wandelt wert, inhoudende ordinantie vande schepenen,
geswoeren etc.
Int iaer ons Heeren m ccc en. xUig *''•'', den xvig**
lony, [is] by den voors. hartoghe lohan g^even en. ver-
leent die caerthe van dat die schepenen, die aff gaen,
het naeste iaer gesworen sullen blyven.
Int iaer ons Heeren m ccc en. xlix*'""^, op sint lans
dach, [is] by hartoghe lohan gegeven en. verleent die
caerthe* vanden hemelraders van Kessel, Maren en. Alem,
beginnende: »Iohan, by de gracie Godts, van Bourgph-
gien" etc.
(I) W. 1335, frrkeerdelijk.
Digitized
by Google
— 164 ^
Int zelve iaer, op sint lacops dach, is gegeven en.
verleent die previlegie vanden gulde buUe den hartogbe
en. innegesetenen van Lotryck, Brabant en. Limborch,
hy hoeger memorie den Roomschen coninck van Bohé-
mien etc.
In dit voorscreven iaer heeft Godt almachtich geheel
Europa gecastyt met een groote sware pestilencie, alzoe
dat nauwelycke die eene helft vandeir menschen te lyve
bleven, alzoe datter veel steeden, dorpen en. sloeten om-
bewoent bleven staen. Door dese plaeghe en. sterfte zyo
in veel plaetsen opgestaen, sonder eenich auctoriteyt ofte
outheyt vanden paus, sotnmighe menschen aennemende
een oipenbaer penitencie, die genuempt waren geessel
broedei's. Dese deeden voor hen dragen een cruys, eqde
ginghen alzoe met cruyssen en. vaenen tweemael dsiegs
in die kercke, en. makende hen daer naect, bedeckende
alleen haere schamelheyt jaeX een lynen doeck, ènde sloe-
ghen hen zelven, en. bysonder op die schouderen, met
scherpe geesselen, daer knoopen en. cleyn yssere nagel-
* kens inne gehecht waren, zoe zeer, dat het bloet tot
elcke slaeghe vuyt quam, ende al slaende songhen zy
met deerlycke steramen, screyende en. suchtende, en.
riepen :
'Slaet u zeer,
tDoor Christus eer,
• Door Godt, zoe Jael die sooden meer.^*
En. selden sliepen zy nyet den eencn nacht, ^aer zy
den anderen dach hadden geslapen; ende noeyt en con-
demen vernemen van wie dese seckte eerst begonst was
en. van waer ^ quam; en. mit dnsdanighe penitencie
ginghen zy van d'een steede in d'ander en. van d'een
Digitized
by Google
— 165 —
plaetse tot d'ander, omtrent vèertich daeghen lanck: eir-
de veel lieden dh sieode, werden beroert roet mede ly-
den en. ginghen mede en. deene als d'ander en. vol-
doende haer penitencie veertich dagen en. ghingen weder
thnys. Yuyt dese secte quam veel goede dinghen, als,
qnytscellinghe van doot slaeghen, van haat, nyt en.
viantschap, van weder keeringhe onrecfatvperdig goet etc.
In dit geselschap qiiamen veel diverschen personen, als,
bisschoppen, prelaten, priesters en. anderen geestelycken
en. weerlycken mannen en. vrouwen. Men woude seg«
ghen, datse eerst quam vuyt Duytslant en. doen in Nee-
derlant en. zoe voorts ' in Vranckryck : ende paus Cle»
mens die seste, siende dat vuyt dese vergadéringhe een
quader comen mochte, heeft dese secte, op die peene
vanden ban en. der eewighe maledictie, verbooden nyet
meer te doen, en. mits dese is die vergadéringhe der
menschen aff gestelt geworden en. gescheyen.
(Te brengen op bladz. 45, regel ItO,)
Item in dit zelve iaer [1355], opten iij''' lanuary, is
tot Loeven gegeven en. verleent die caerthe Trinitatis,
inhoudende die rechten der stadt vanden Bossche.
In dit voorscreven iaer heeft hartoghe Wenceleyn en.
vrouwe lohanna tsaemen gegeven en. verleent die van-
den Bossche die caerthe vande vreede te legghen onder
die borgeren.
Item [is] by den voprs. hartoghe en. bartoginne gege-
ven ende verleenicht die poirteren vanden Bossche die
carthe van dat zy vry sullen zyn van alle houtschatten al-
len die meyerye vanden Bossche door: gegeven binnen den
Bosscben, oplen xxvij'" September a". m ccc en. Ivj''*^*',
Digitized
by Google
— 166
(Te brengen op bladt. 4#» regel VO
OptOD xüg^ dach der maendt van lulio anno m cc!C
eo. Ivg^'*^, is binnen der sudt vanden Bossche tusschen
Aernoodt van Bramen i drossaert van Brabant, lan, beer
van Knyck eo. van Hoocbstraeten , ridder, gemaect seec-
kere aocoordt vanden twist tnsscben den voors. hartqghe
van Brabant aen deen zyde en, tusscben die beer van
Kuyck, Hoocbstraten, en. die stadt vande Grave aen dan-
der zyden, aengaende den Hamdyck.
(Te brengen op bUdi. 4tt» regel 9V«)
Item op sinte Micbiels avont anno m ccc ep. lx*'"'* is
byde voorscreven bartogbe en. bartoginne die vanden
Bosscbe verleenicht die ordinantie vanden vüytgeseten
poirteren en. geboren poirteren.
Int iaer ons Heeren m ccc en. Ixi**'"'' is gegeven en.
verleent die caertbe en. ordinancie, dat die schout alle
onrechte toU aff doen zal.
(Te brengen op bUdft. 4«f regel S.)
Op sinte Micbiels dach, int iaer ons Heeren m ccc
en. Ixig*'''^ [is] by de voors. bartoge en. bartoginne ver-
leent die ordinancie vande vüytgeseten poirteren vanden
Bosscbe.
Int iaer ons Heeren m ccc en. Ixv *'''*', den xx** Oclo-
Digitized
by Google
— 167 —
bris, is byden veors. hartoghe en. hartogioDe gegeven
en. verleent die vanden Bossche die caerthe vanden Ze-
ghedyck te houden.
Item opten xxvij''' Septembris int selve iaer [is] by-
den voors. hartoghe en. hartoginne verleent ordinancie
van dat zy nu en. ten ewighen . daeghen vry en. quyt
sullen zyn van houtscattinghe, die zy gewoenJycke ple*-
ghen te geven.
(Te brengen op blads. 48» regel 8.)
In dit voorscreven iaer [1371] is opten v** dach in
May by hartoghe Wenceleyen en. vrouwe lohanna ver-
leent en. gegeven die caerthe vanden versueck en. van-
der stadt knapen, de stadt acchynsen vuyt te panden
en. daeghen te setten etc.
Int iaer ons Heeren m ccc en. Ixxij*'"^ is byden voors.
hartoghe en. hartoginne, opten vj*" April verleent en.
gegeven die caerthe vande weteringhe te houden en. te
oepenen.
Int iaer ons Heeren m ccc en. Ixxiii] '*"*', des Vrydaechs
naer Sacraments dach , [is] byde voors. hartoghe en. har-
toginne gegeven en. verleent die caerthe en. erfdeylinghe
tnsschen die stadt vanden Bossche en. het dorp Ytrcfat,
aengaende dat Vuchterbroeek, by die schepenen, geswo-
ren, deeckenen vanden ambachten en. die voors. stadt
geroaect met die schepenen en. geswoerene en. die aünr-
ghe dorpen van Vuchl en. Cronivoirt; etc.
Digitized
by Google
— 168 —
(Te brengen op bladx. 48* regel tV.)
In dit Voors. iaer [1376], opten xxvj*" December, is
byde voors. hart(^he en. hartoginne verleent die caerthe
oft ordinantié, datmen die straten inde meyerye vanden
Bossche nyet en zal moegen sluyten.
Opten xxix'" dach May, a**. m ccc en. Ixxix*"''**: by
de schepenen, gesworen, rentmeesteren , deeckenen van-
den ambachten en. een deel vander goeden knapen der
voors. stadt van sHartogenbossche is geconsenteert en. ge-
previligeert den lombaert.
Ende opten xiüj*'^ dach [van] Meert int vooi*s. iaer is
byde voors. hartoghe en. hartoginne die vanden Bossche
verleent instructie van het cooren, broot, wyn en. bier
etc.
Item int iaer ons Heeren m ccc en. Ixxxij'*''^ [is] byde
vooi^. hartoghe en. hartoginne verleent die vanden Bos-
sche ordinancie vanden citatie en. inhibitie.
Item in dit voors. iaer is gegeven die caerthe van het
stille der goeden, van het besitten van dartich iaren.
Item opten xix*'' December int voors. iaer, zoe is by
hartoginne lohanna gegeven en. verleent die caerthe, die-
men noempt die landt caerthe, inhoudende ordinantie op
die gevanghenen in Brabant etc.
Item by dezelve int vooi-s. iaer alnoch verleent die
caerthe, wat payment binnen den Bossche ende inde
voors. meyerye alleen zal wesen en. ganckbaer ' zyn , etc
Digitized by
Google
— 169
(Te brengen op bladt. 49» regel V»}
Item 10 1 voorscreven iaer [1384], opten iv*" luuj,
[is] byder voors. hartoghe lohanna gemaect die caerthe
vaoden onrechten toll, die onse borgeren vanden Bossche
tot Wordrigem hebben moeten geven, etc.
(Te brengen op bladi. 49» regel Si»)
Int iaer ons Heeren m ccc en. hxxvij*^''* is byder
voors. hartoghe lohanna gegeven en. verleent die caerthe
hoemen sweeren zal van geldelycke saken, vuyt geno-
men van erff taelen, opten xv" May tot Bruessel ge-
passeert.
Item int voorscreven iaer, den xxvij •''=*'•'•■ September,
soe is gemaect die caerthe vande stadt wissel, begin-
nende: »Wy schepenen, geswoerenen der stadt van sHar-
togenbossche etc. , met der stadt cleyne segel' bezegelt
Item opten xviij***" dach Meert int voors. iaer, is by
der voors. hartoginne lohanna die vanden Bossche ver-
leent ende gegeven ordinantie, hoe. dat die acchynsen
vercregen zyn, en. die stryckmate en. ambacht, vande
scepenen te setten op sinte Remys dach oft acht daegen
daemae, item vande rentmeesters te kiesen, item dat die
schout, onder schout, schepenen ende ' geswoerenen en.
die roeydreghers egheen acchyns coopen sullen, etc.
Item [is] gemaect byde schepenen, gesworen, rentmees«
teren, deeckenen vanden ambochte, eensdeels der goeden
knapen en. die gemeyne stadt vanden Bossche ordinaocie
Digitized
by Google
— 170 —
vanden louibaerd, des Donderdachs naer sint lacop apo»-
fels dach, int iaer ons Heeren m ccc en. Ixxxyiij *'*'''; ende
[bij] vrouw lohanna g^even tot Liere den zxiz*'®'' May
daer te vooren int zeiye iaer.
Item int yoors. iaer van [1300] bcxiviij'"*, naer dat
die Brabanders groote schaede in Gelderlant hadden ge-
daen en. dat den wynter aenstaende was, zyn alsoe thuys-
waerts getrocken, roaer die Brabanders dachten teghens
den vuytgaendèn tyt weder in Gelderlant te coemen. Dan
^\s nu hartogbe Willem van Geldre wiste, dat die Bra-
banders naer huys getoegen en. gescheyden waeren, soe
vergaederden by een groot heer vap volck, en» tot zyn-
der hulpe ({uam die eertsbisschop van Coelen, den bis*
schop van Luyck, den bisscop van Bremen, de bisschop
van Ytrechti die bisscop van Munster, die grave van
Cleve, die naemaels hartoch wert, den abt van Pruym
en. die grave van Muers, soe dat zy drie hondert gla-
viniers en. twee hondert mannen te voet hadden, ende
die capiteynen waren al meest geestelycken prelacten,
die der arme schaemele lieden, (der wekken sonden zy
daegelicxs eeten en. des gecruysten lesus goederen ken
verleent zynde, onduechdelyck afflevende) goeden onmit-
telick vèrteerende waeren. Desc verdructe en. beschae*
dichde die schaemele en. onschuldighe lantlieden, stich-
tende roeff en. braot tegens die armen en. weduwen.
Hadden zy ^oe wel den hartoge van Gelder geraden tot
peys, als zy deeden om oorlogbe, hy en hadde het zelve
nyet bestaen, etc. Dus tradi den hartogbe van Geldre
op sint e Laureyns avont eerst tot Oisterwyck, dwelck
hy verbranden mette vier, ende daer aae verbranden
kj Geestel, Beeck, en. vertrock zoe nae Weert en. voorts
nae Gelderlant. Dus wasser eeo rydende oorloghe tus-
Digitized
by Google
— 171 —
scheo die landen van Geldre en. Brabant al den wynter
door duerende. Binnen middelen tyde deede vrouw lo-
hanna zoe veel aen hartoch Philips van Bourgongien,
baer^ nerei dat by ba^r deede goede huipe en. bystapt,
vrant by sont vrouw, lobanna vyff bondert lancien oft
glavien vuyt Vrancryck, die by al wel betaelde drie
maent te vooren, daer capiteynen aff waren: beer Wil*
lem van Latrimotllien en. beer Qdaert van Charseroen (1) ,
en* dit oorlochs volck wert geleyt te Mille, te Gangel,
te Ttiebt (2), om die Gelderse bynder te doen, ende die
Brabantse beeren laegen te Herpen en. tot Qscb, ende
die Francboysen wonoen van bartocb Willem van Gel-
dre en. Gulick die stadt van Stralen, die zy destrueerdeo.
Orerdracbte en. vrientscbappen gemaect tusscben vrou-
we lobanna en. die bartoghe van Geldre op sinte Ser*
vaes dacb int iaer ons Heeren m ccc ende xc *'**'*.
In dit voors. iaer, opten xvj'* dacb Septembris, soe
heeft die voors. bartoginne lobanna der voors. stadt ge-
geven en. verleent seeckere ordinantie, hoemeo tgelt van-
der beede vuyt geven- sal.
(Te breDgen op hhdi. 80» regel IS»)
Item opten xig"*" Decembris anno voors. [1396], soe
he^ die beere van Tenloen (3) van vrouwe lobanna,
hartoginne, vercregen previlegie, om duer die stadi er-
ven een torff vaert te mogen maken, die nu nocb ge-
noempt wordt den Busscbersloet.
(1) Graseroen. (2) Drie plaatsen in het oude heitosdoin Limburg.
(9) Loon -op -Zand.
Digitized
by Google
— 172 —
(Te brengen op bladz. aS» regel !••)
Item opten x*' lanuary int zelve iaer [1406 is] hj
schepenen en. gesworen, bourgemeesteren » raetslieden,
lieden vanden Bossche seeckere ordinancie gemaectaen-
gaende datmen gheen drossaerden in Brabant eeniger-
hande geit geven zal voor haer incoempst.
Item nae doode van vrouwe lohanna vooi-s., te weten,
na Bamis dach [1407], quam hartoch Antonis binnen
den Bossche en. vcrsamelde aldaer veel volck vuyt Bra-
bant ende sonderlinghe vuyt Andtwerpen en. sHartogen-
bossche, ende hem is tot onderstandt gecoemen Philips,
zyiien broeder, met veel eelmannen, en. die grave Wal-
raven van Sintpol, zyn sweer (1); maer die stadt van La-
ven en. Bruessel en deede hem gheen volck, die op haer
zelffs auctoriteyt mede veilde trecken, om dat zy nyet
en wisten waer sy trecken zouden. Ende hartoch Antho-
nis reysde met al zyn armeye tot Valckenborch, om har-
toch Reynaut te dwinghen tlant van Grave van hem te
leen te ontfangen; ende hartoch Reynaut, siende dat hy
nyet machtich en was, om hartoch Anthonis te resiste-
ren, sont hy tot Valckenborch eene notabile ambasadeur,
en. daer wert besloten, dat hy hartoch Anthonis geven
moeste veel duysent croonen ende dat hy in Brabant
coemen zoude en. tlant vanden Grave van hem te leen
ontfanghen, ende op sinte Severyns dach int voors. iaer
ontfinck hartoch Reynout van Geldre dat leen van har-
toch Anthonis tot Empel byden Bossche op den candt van-
de Maese ende deede zynen eedt, dat alle man sach, etc.
(1) Atttw, ZHager.
Digitized
by Google
— 173 —
Int iaer ons Heeren m cccc en. viij is by hartoch An-
thonis vao Brabant gegeven en. verleent die nyeuwe car*
tbe, diemen heet die caerthe van Roesmalen, inhoudende
veel schoone institutie en. instellinghen voor die Braban*
ders.
Item [is] byden voorscreven hartoghe verleent en. ge-
geven die ordinancie van het cooren te vercoopen binnen
der voors. stadt, vemyeuwt by scepenen op sinte Hichiels
dach int voors. iaer, met ordinancie van cooren vuyt
der meyerye te vueren.
In dit voors. iaer [1409] is geschiet by hartoch An-
thonis die confirmatie van het innegeboth.
(Te brengen op bladz. 5S» regel IS*)
Item byden voors. hartoghe lan gegeven en. verleent
de carthe der blyder incompste, opten 29 April anno
m cccc en. xvj".
Item [is in 1417] bydeü voorn, hartoghe lan gegeven
en. verleent die caerthe van dat die poirters vanden Bas-
sche toll vry varen zullen, beyde te water en. te lant,
in Hollant en. Zeelant; gegeven tot Woudrichem v da-
gen in Februario anno voors.
(Te brengen op bladt. SS» regel 14»)
Nocb [is} by hem verleent ordinantie en. brieven, daer
by hartoch Philippus beveelt den raet en. tollenaers van
Hollant en. Zeelant, datmen die poirteren vanden Bossche
Digitized
by Google
— 174 —
vry laet gebniycken haercn toll van llollant ende Zee-
lant; hen gegeven tol Bruessel, den sxviij** October int
voors. iaer [1430].
In dit voors. iaer [1431] wert hooch schoutet vanden
Bosch Claes Loonman (1).
Item byden voors. hni^toge [zijn] den dorpe van Vucbt
gegeven en. verleent seeckere previl^ien, inhoudende di-
versche poincten en. articulen; gegeven tot Bruessel, den
v" luny anno m cccc en. xxxiiij*"*'.
(Te brengen op bUdx. ftt, regel tH»)
Ende want den voors hartogbe [Philips II] nochte sy-
nen raet op sinte Remys dach en. binnen acht daegen
daer uae egeen schepenen en hadden doen setten, alzoe
dat die voorn, schepenen, by overdragen der gemeyne
stadt, cooren selffs seven scepenen, te weten, lacob Mo-
nick, Narcelis de Louwe, lan Baethuysen, Goevaert van
Erp, Peter van Erp, Hanrick van Beest ende lan van
Auwen Wfllemssoen, die dit iaer van [1400] xxxviij*'*'^
scepenen waren en. worden geëydt van eene stadt knape,
geheyten Aert Goessensz. Dit geschiede op sinte Dionys
dach, negen dagen in October, anno voors.
(Te brengen op bUdi. SS, regel tS»)
Item [zijn] byden voora. hartoghe tot Bruessel verleent
ordinancie en. oepene brieven, in wat mate men die gecs-
(1) mt bertgt niet bij A.
Digitized
by Google
— 175
ielicke gebooden exeqneren zal, etc, opten ir)*" lanuary
a^ [1447] VOOIS.
liem [ts] byde heeren vander stadt vanden Bossche or-
dinancie gemaect op de potrters, a°. m cccc en. xlviij*'''^
(Te bfengen op blads. &•, regel IS.]
In dese scepenstoel [1450] is ordinancie gemaect op
de drie' knapen.
Int iaer ons Heeren m cccc en. Ij'''** [is] byden voors.
hartoghe gegeven en. verleent vande lonibaert en. leen-
taefiel.
Item byden voors. hartoghe [is] alnoch gegeven en,
verleent die caerthe ofte instructie, in wat maniere men
ons genaedighen heere beede betalen zal, etc, tot Brues-
sel, opten zx*" September anno voors.
(Te brengco op bladz. S9f regel tV«)
Item [is] alnoch byden voirscreven hartoge tot Bruessel
verleent int voorseyde iaer [1451] het previlegie van
tvolck van vrapenen te leyen door tlant sonder schade,
en. meer andere notabele puncten, als, van onreedelicke
geestelicke gebooden, »datmen die ondersaten zal hande-
len metten recht van haerder bancke; item datmen alle
gevrysde vonnissen van vreerden zal honden; dat in alle
steden een tolboeck wesen zal ; dat elck malck zyn sselffs
goet zal moeghen hoeden; vrat die rentmeesters sullen
neemen vande erffgenamen daer die alders aff gestorven
Digitized
by Google
— 176 —
zyo; vande geestelicheyt, boe zy haer vercrcgen goet
sullen mo^en laeten lossen,*' etc.
Item in dit voors. iaer [1452], opten xvj''" lannaiy,
isser ordinancie gemaect byden schepenen, geswooren en.
gemeyne raetslieden, vanden goeden en. eriTven, diemen
te boeck brengen zal.
Item int voors. iaer by hartoglie Philips voors. g%e-
ven en. verleent ordinantie ofte caerte aengaende die
munte etc.
It^m noch byden zelven hartoghe int voors. iaer ver-
leent ordinantie op de moortbranders etc.
(Te brengen op bladz. 59» regel t40
Ordinancie en. poiucten gemaect overgedragen en. ge-,
slooten van te graven de vesten deser stadt byden ge-
nieynen landen, en. die dorpen zyn coemen graven, etc,
gepasseert den xx***" luny int voors. iaer [1453].
Int iaer m cccc en. lx viij *'*''' [is er eene] ordinantie
gemaect byder voors. stadt op het mynen vande vissch.
Item alnoch ordinantie int zelve iaer gemaect van di-
versche officien, van het mynen vanden visch, vande
secretarisscappen, vanden bier te steecken etc.
(Te brengen op bladz. ••, regel 19.)
Dat meest te voren met stroe was bedect.
Digitized
by Google
— 177
(Te brengen op bladx. ^4, regel S.)
In dit voors. iaer [1470] is tclooster vanden Caihuy-
sers tol Vucht geinaect en. gefundeert.
Int iaer m cccc en. Ixxiij '.'•*" [is] byden voors. hartoge
Kaerle verleent die commissie ofte ordinantie van het ont*
fanck vande domeyne ende de renten vanden lande van
Enyck en. Kessel, totten ontfanck vande stadt en. ineye-
rye vanden Bosch en. totten rentmeesteicn aldaer, etc.
(Te brengen op bladx. 94» regel SO.)
Item byden voorsz. hartoge Caerle en. die staten van-
den lauden hebben opten xiij*" November int voorseyden
iaer [1474] gemaect een evaluatie van verscbeyden mun-
ten en. penningen, die welcke stonden torten xKÜij*"* Oc-
tober anno [1400] Ixxviij daer nae, dat hartoch Caerle
doot was, en. dat inne manieren hier naer volgende (1).
(1) Ter {jclcjcnheid , dat ik in April 1840 de eer had het penning-
kabinet van den heer Otto Keer te Amsterdam te bczigtin;cn, en wij
over oude munt-oaluatiên spraken, had ik het genoegen eeoe zeer be-
langrijke verzameling van dergelijke handschriften te zien. Op mijn ver-
zoek bood de heer Kesa zich vrel willend aan, om de munt-evaluatiên in
de Bossche Chronyck voorkomende , met de zijne te vergelijken. De aan-
teekeningen met 0. K. aangeduid, heeft dus de lezer aan diens belang-
stelling in do Numismatiek te danken.
»Bij mij staat aan het hoofd dier vnluatie: nAmio xiiijclxxvij , den xiij""
dach in Aovcmi/ri werden die pennütghcn gevalueertin der manieren hier
nae volgende, ende bleven ihdvr solver wegerden totten ixiiij» dach in Oc-
tobrr (wnn [1400] hwiij.^^ (T>ils zou volgens mijn M.S. de valuatic na
den dood van hcitog Rarcl lijn uitjcvaardigd.)" — 0. K.
C, 12.
Digitized
by Google
— 178 —
Inéén eersten Tanden jonden penninglien.
Den nobel metten roeseo Ixviij st.
Den Henricus nobel Iviij st.
Den Vlaemsche nobel , . . Ivj st.
Die balve angelotten en.' vierendeel na advenant (1).
Den leeuw xxxvj st.
Den gouden lyder en. Vngerse ducaet . . xxx st.
Den saluyt en. den ducaet van Genues (2) . xxix st.
Den Vranckryckschc croon xxvij st.
Den Bourgonscben of Andries gulden (3) . xxüij st.
Den kuerfurster gulden en. lohannis schilt . xxiij st.
Vanden «ilTeren pennini^hen*
Dobbel Philippus stuvers en. dob-
bel Carolas stuvers ij st. xvüj mytcn.
Den enckelen daer aff. . . . . i st. ix myten.
Den stooter oude en. nyeuwe . . ij st xviij myten.
Die halve en. vierendeel vanden voors. stuvei-s, grootc
braspenuiogen on. Philippus geheyten, en. stuvei*e, en.
doemv
f iaat bij mij: iidie halve en, vierendeelen naer adcenant," en aaarop
volgt »£f0/) angeioi,** doch de waarde wordt daarbij niet Termcld.*^— 0. K.
(2) ))Bij mij vermeen ik te leien: ndü saluyien ende gemein dueaten.**
Deze lesin^, het woord gemêiti, genomen voor t* hoi algemeen, toude,
dunkt mij, dan ook hier, in tefpensteUing van de vroegere, bepaald Uun-
gaarsche ducateo genoemd , aannemelijk lijn , te meer dewijl ook in een*
beeldeoaer van 1541 (de ondste, dien ik bexii) de saluyt gelijk in waarde
wordt gesteld mei de dncaten van verschillende staten in Italië, waar-
onder slechts één van Genua, is afgebeeld; die ducaicn komen dan ook
in dat boekje voor onder de algemeene benaming van uducaten van Ita-
lienr — O. K.
(3) »Bij mij alleen: »Z>m Bourgoonsc gulden,^ en daaronder, die niet
in den tekst vermeld wordt:
»Dü inikciinus Schiit siiiij st,^ — O. K.
Digitized
by Google
— 179 —
dobbde bCsnck«D en. andere blaockei met der lelie, op
baeren ouden cours.
Eode alle andere penningen van goude en. silver (1),
boven nyet genuemt, syn geacht voor billoen^ behalven
den Vtrecbtsce gulden [die] sal coers hebben tot Licht-
missc toe (2).
\Jti brengen op bladz. 86» re^el til*}
Nae faart<^he üaerles doot stonden die gemeynten op
tegens die regeerderen en. wethouders des laots,sonderliu-
ge inde landen van Brabant ende Ylaenderen, ende want
nu die voors. hartoghe Caerie achter liet maer een eeni-
ghe dochter, verweet by vrouwe MargritA van Bourbon
voors,, genoempt Maria, wesendé geboren opten t**"'
dach van Februario int iner oHs Heeren m cccc en.
I^jjtich. gy ^3g binnen Gent, doen zy tydinghe crege van
haere heer vader afflivicheyt, ende zöe zy was rechte erfT-
genaeme haei-s vaders, soe is zy opten xxix"' dach der
maendt van Mey anno m cccc en. kxvij*'*'' tot Loeven
gebult en. ontfanged als hartoginne van Brabant, ende
nae de zelve buldinghe deede zy slaen en. munten dob-
bel silvere penninghen met twee leeuwkens daer op, ge«
noempt dobbel vierysers, op twee stuvers en. die halve
tot eene stnver.
Ilem ten zelven tyde heeft' die voors. vrouw Maria,
hartoginne, verleent die carthe van haer incomste etc.
Item opten xx"" dach van luny int voors. iaer, soe
(1) rtSUeer, bij mij weggelaten" — O. K.
(2) Deie evaluatie niet bij A.
Digitized
by Google
— 180 —
beeft die voors. vrouw Marie, barlogione, die vanden
Bossche gegeven en. verleeiiicht remissie op de voors.
commotie etc.
(Te brengen op bladi. 66 • regel IS.)
Byden voors. hartoghe Maximiliaen en. vi*ouw Maria
mette staten van haeren landen, als inden iaere m cccc
en. Ixxviij, den xxiig*" October, wert gemaect dese nae-
volgende evaluatie van verscheyde munten, ende worden
geset, te welen:
Den nobel mette roese tot Ixxvj st.
Den Henricus nobel Ixvj st.
Den Ylaemsche nobel Ixiüj sL
Den halven nobel, den vierendeel en. angelot nae ad-
veuant.
Den gouden leeuw xl st. '
Den gouden ryder en. Ongersche gulden . xxxiiij st.
Den saluyt, den ducaet, de croon metter
soüne xxxiij st.
Den croon van couinck Lodewyck ende den
croon van coninck Kaerle xxxij st.
Die croon van Savoyen en. den ryder van
Dretangie xxxj st.
Den loannes clinckaert, den cuerfursten \
gulden ' ' I ^^^i ^^'
Een gulden van Ludiek )
Den Andries oAe Bourgonsche gulden en.
dyen Wilhelmus scilt , xxvij st.
Digitized
by Google
I — 181 —
Den peter van Namen (1) eo. Vtrecbtscben
gulden ; . xxij st.
Den Beyerschen en. Fredericus gulden (2). xvj st.
Den Philippus clinckaert en. Araoldus guld. xviij st.
Den Arnoldus en. dimmer (3) gulde van
Geldre xiij st.
Uie ftllTere penninshen.
Den Henricus stooter, dobbele
Francbe blancken en. faergen (4)
van Bretangien Ü st. i blanck.
Dobbel Pbilippus en. Garolus
stnvers ijz (5) st.
Die enckele en. grootkens nae advenant.
Die dobbel penninghen mette
twee leeuwkens, geheyten dobbel
vierysers ij st. i oert.
Die enckelen van dien nae advenant.
Den lohannes braspenninck
maecken iiij placken (6).
Den Pbilippus van Namen en.
die Yranckryckse blancken maken ijz st. (7).
(1) Van Namen, uit het M.S. van O. K. ingevuld.
(2) nBiJ mij, doch zulks zal wel eene schrijflbut en bij betden een e
X te Teel gezet zijn, staat:
iiDen PhüipptLs clinckaert, Amoldtis gulden . xxviij si.
nj)en Seyers ende Vredricus gulden .... xxvj stJ^ — - 0. K.
(3) dimmer, bij O. K.; clinckaert, bij W. (4) Faergen (denke-
lijk voor bet hcdendaagscbe farthing, een oortje) bij 0. K.; bij W.
eorgien. (6) Deze z beteekent Yf W I>o waarde bij O. K. niet uit-
gedrukt.
(7) tiBij mij staat:
nDen leemnes van Namen, de Vrancknjcke blancke . . ijz grootvn,"^
Ik geloor, dat deze laatste valuatie wel de juiste zijn zal.^^ — O. K,
Digitized
by Google
— ia2 —
Die blancken metter sonneu
makelt ij plack* xviij inyt. (1).
Die dobbel Ttrechlse pennin-
gben, van Deventer ende vati
Groeniogbe iz st. •
Die enckele nae advernant (2).
Ënde alle andere penoinghen» boven nyet genoeinpi,
van goudt en. silver zyn verbooden (3).
Int iaer ons Heeren m cccc en. Ixxix''*'^, inde maendt
van Meye, beeft baitoghe Maximiliaen en. Vrouwe Maria
verleent ende gegeven het previl^iuin vanden tol! vry
te wesen inden lande van Geldre.
In dit voors. iaer wert bartoch Maximiliaen gccoeren
keyser van Roomen etc,
In dit iaer, opten vij*" lanuary, [is] byden voors. har-
toge en. bartoginne verleent het previlegie, daer die stadt
vanden Bossche v«^ert geconsenteert te setten , bedescbe
wyse, die penningben, diemen behoeft badde en. voorts
behoeven zoude tot die oorloghe van Geldre etc.
Int iaer ons Heeren m cccc en. Ixxx*'** h verleent en.
gegeven die con&rmatie vande previlegie vande toU vry*
heyt van HoUandt en. Zeelaqt, ende declaratie boemen
die zal gebmycken etc.
(1) )>Bij mij: wij gr. xv inö.*"' — O. K.
(2) »Bij mij staat de enckele van die dohbcl tlrcchts jw/witighen f te.
bepaald geTaloeerd op 'n groot.^' — 0. K.
(3) Deze evaluatie niet bij A.
Digitized
by Google
— 183 —
[Te brengen op bladz. 669 tvq*] fO»)
Item int voors. iaer [1481], opten v~ dacb iet inaendt
van luny, [zyn] binnen den Bossche bydefl voors. hartO'-
ghe en. hartoginne verleden oipene brieven, daer mede
die voors. hartogbe alle tollenaers vande landen van GeU
dre en. graeffscappe van Sntphen doet vercondighen de-
ser stadt tol vry aldaer, ende beveeieode, dat zj ons
daer by laten blyven etc.
Item alnoch die caa-lhe oft previfegien der vryheyt
vanden lol tol Batenborch, beginnende: ))Wy schepenen,
raet en. gemeynen borgeren en. innegcseten der stadt van
süartogebosscbe,^* etc, onder tzegel der zelver stadt, ge-
passeert opten xxvj*** luny a". voors.
Item alnoch bet previlegit, d'aer mede bartoghe Maxf-
miliaen en. vrouw Maria hebben toegevuecht Grave, tiant
van Euyck ende Oyen tot Brabant etc. : gegeven tot
Bruessel, den xxyj""* November anno voors.
Daer nae, den xxvilj*" lulio int iaer [1482], soe wert
bydcn voors. bartoghe Maximiliaen en. die staten van zyne
landen dese navolgende valnatie geordiaeert eo. vnytge*
roepen:
Eent Taiide gonde penntiagheii.
Den nobel mette roose Ixxxiüj st.
Den Henricus nobel Ixxiiij st.
Den Tlaemse nobel Ixx st.
Den leenw xliij st.
Den Tngerschen gulden en. den ryder . . xx st. (1).
(1) i)Beie lijn bij mij gefield op nzviij st., «elke valiiatie ook juis-
ter lijn sal, in Monwrking genomen de bij die valuatie algemcene ver-
hoogin; der munten.^' — O. R.
Digitized by
Google
-^ 184 —
Den croon metier sonne xxxvj st,
Den ducaet en. saluyt xxxvij st.
Den France croen Karoluseo. Lodovicus . xxxiiij st.
Den Bourgonschen oft Andriës gulden ende
Wilhelmus schilt xxx st.
Den Savoysche croon van Bretaigien . . xxx st. (1).
Den peter van Namen (2) en. een Gelder-
sen ryder . xxiiij st.
Den courfursten gulden en. loannes schilt, xxvilj st.
Den Vtrechtse gulden xxv st.
Den Philippus schilt xx st.
Den Bejer en. Reynoldus gulden . . . xvüj st.
Alle postulate guldens xv st.
Den Arnoldus gulden xiijz st.
Me sil¥ere penninghen.
Coelsche stooters, dobbel Carolus stuvers ^
metten Roemsche penningen ij st. (3)
Die enckele nae advenant.
Die halve stuvers Carolus en. Philippus . ij placken.
Alle andere nyeiiwe grootkens, met oort-
kens van Ludiek . z st.
Die France groote blancken, oude Henrics
(1) ^iDcn Savgysclio croon van Brctaignien is bij mij gesteld op ixxiij
st. Dezelfde aanmerking als voren." — 0. K.
(2) Vun Namen, uit het H.S. van 0. K. ingevuld.
(3) ty Coelsche stooters, in den tekst gesteld op ij st., vind ik bij mij
aldus vermeld^:
))Z>EC Engolsche stooters, dubbelde Karolus stuu-
vers mitte» Roomselam penninghen ij 5^, iz groeten."
»Deze zal ook wel vreder de juiste valuatie zijny aangezien bij de vo*
rtge de dubbele Carolus stuiver werd gesteld op 2Yf st.-, en bij deze va-
luatie, gelijk ik reeds aanmerkte , He munten werden vi'rlioogd." —
O. K.
Digitized
by Google'
— 185 —
stooters, Eduardus stoolers, faergen (1) van
Britagien, dobbel Pkilips stuvers elcks . . iij st.
Den eockel daer aff, loannes braspennid^,
dobbel Ytrecfatse peoDiDghen iz st.
Pfailtppus penniDgben van Nameo, Fran-
sche blancken metteo crooneD, Doirnickse
stuvers, Philippus en. Wilhelmus tuynen elcs i st. (2).
Int iaer ods Heeren m cccc en. Ixixiij*'*"^' compromis
en. ynytsprake gemaect tusschen die stadt vanden Bossche
en. [het] platte land vande penninghen verleecht inde
oorloghe van Geldre etc, opten xxiiij'" luny.
(Te brengen op bladz. 68* regel ••)
Int iaer ons Heeren m cccc en. Ixxxv''*'*, den xxvij"
dach inden April, nae Paesschen, soe wert by hartoghe
Maximiliaen ende den staten vanden landen dese nae-
volgende evaluatie geordineert:
Eerst Tanden gouden penninghèn.
Den nobel mette roose xciij st.
Den Henricus nobel Ixxxiiij st. (3).
(1) Faergm, bij 0. K.; bij W. cargien,
(2] Dexé evaluatie komt niet voor bij. A.
)>Aan bet slot dezer valuatie vind ik nog in mijn M.S.:
itilnno^xiiijclxxxiij, int leste van Aprille, wordt de voirs, valuatie ge-
remitteert, als dat de halve siuver Karolus ende Philippus werden op-
geset op z [Y,] st. ix miten, ende stont alzoo totten xxvij*:» Aprille anno
[1400] baxv." " — 0. K.
(3) )>Bij mij de nobel met de rosé en de ffenriciu nobel gevolueerd in
pondeir, zoo als iiij £ xiij st. en iiij £ üij st. Dit maakt echter geen
verschil met de valuatie ia den tcksk.^' — O. K.
Digitized
by Google
— 186 —
Den halven en. vierendeel na advenant.
Den leeuw van gcmde. xlix $t.
Den gouden ryder ea. Bourgonsche An-
dries gulden * . • . « xxxiij sf. (I).
Den saTnjt, den ducaet eo. cniyssaet
van Portugael ..•.«,... xlij st.
Den croon meUer sonne xxxix st.
Den croon Ludovicus et Carolus . . xxxviij st.
Den Savoyschen croon xxxvij st.
Die Wilhelmus schilt ...... xxxiij st. (2).
Die cuerfourster gulden en. loannes
schilt xxi^j st.
Den dimmer gulden van Gulick . . xxxiz st.
Den Vtrrchtse gulden xxvüj st.
Den peter en. Gelderae ryder • . . xxvij st.
Den Philippus schilt (3) xxv st.
Den Beyer en. Fredericus gulden (3) . xx st.
Den Jirnoldus gulden (4) xix st.
Den postulaet gulden xviij st.
Den Amoldus gulden (4) .... . xvj st. (5).
9il¥er geit.
Die Mechelse dobbel penningen, die
dobbele Fransche blancken, den Hen-
(1) MÜen gouden ryder cnde 0/tgers gulden ...... xliij sC*
»0ok in vergelijking niet yroegcte ^uatiên ud die bij mij \'^ei de juiste
«jn." — O. K.
(2) nDe Bourgoensche gulden, den Wilhelmus schilt, (ook als den
Wilhelmus schilt in den tekst) gesteld op xxxiij st.'^ — 0. K.
(3) Niet bij O. K. vermeld. (4) Zoo hier, als op bladx. 181, teg. 4
en 6, staat tweemaal: Artioldus gulden. Moet voor den bovensten Ar-
noUus Biet Remoidm geleien werden, xoo al» blads. 184, regel 12? In
het S.8. van O. K. staat althans in de vahiaüe vau 37 April 1486: Rei-
naldus, (6) Bij O. K. xvii) st.
Digitized
by Google
— 187 —
ricus eo. Eduwaerts stootci*s , den dob-
belen Philippus en. Carolus, e|cxs« • fij st.
Die halve en. grootkens na advenant (1).
Die doibbei vierysers mette twee
leeuwen ij st. i bkinck.
Die halve nae advenant.
Ende die grootgens daer aC . . faalflf braspem). (2).
loannes braspenning t st. i blanc.
Den Fhilippns van Namen, Brnes»
sels penningen, Vrftsckryckae blaso
ken.^ . i st. ix myteo (3).
Die Savoysche bUneken . . « . i st.
Die grootkens met H. geslagen in
Brabant» Gelderlant, Ylaenderen (4)
en. Hollant z si.
Ende alle halve grootkens en. oortkens van grootkens
blyven op haer alden prys.
Die dobbele stuvers van Ltiyck '^
met die wapepeO: va» Bonrbon met
twee leeuwen, die metten wapenen
van Horen (5j van Ytrecht met twee
leeuwen ^j st.
Die halvQ daer afil ..... eeu
Inden iacr m cccc en. Ixxxvi, opten iij*^ d/ich Sep-
tembri (6), wert dese navolgende evaluatie gemaect en.
gepnbliceert: '*'
lerftt Tiindeii gondeir geld».
Den nobel metier roose xcvj st.
(1) De vijf \«oi|{Mnde reg«Is niet bq O. K. (8) Bij O. K., i groot
vj müen. (S) Niet bij O. K. (4) Vlacndet-eni niet bij O. K. (6) Bij
0. K., Souiyondiê en i st. i blanck, (fl] Bij O. K.^ ijefmbliccert 30
4ttg.
Digitized
by Google
— 188 —
Den Henricus nobel Ixxx st.
Den Vlaremsche nobel ....... Ixxvüj si.
Die balve nae advenant.
Die goude leeuw xlix st.
Den ryder en. Vngerse ducaet .... xlj st.
Den salvyt en. ducaet van Genues (1). . xl st.
Die croon metter sonne xxxix st.
Die croon sonder sonne xxxviij st.
Die Savoeysche en. Britaensen ryjler (2) . xxxvj st.
Den Bourguenschen en. Andries gulden en.
den Wilhelmus schilt (3) xxxiij st.
Die cuerforster gulden en. loannes schilt (4) xxxij st
Den Vtrechtsen gulden en. den peter (5). xxix st,
Den Philippus schilt (6) xxiiij st.
Den Arnoldus gulden ....... xvj st. (7),
' MlTep selt.
Henricus stooter, Franche blancken, dobbel Phi-
lippus en. Carolus stuvers *. . iij st.
. Dobbel penninghen, diemen tot Mechelen munt,
dobbele Carolus en. Maria mitte twee leeuwen,
geheyten dobbel vieryssers ij st.
Die halve nae advenant.
Die Franche penninghen metter sonne en. Vranck-
ryckse blancken,. elcs. ..." i st.
(1] Bij 0. K., den saluct en. gcmeynen ducaet. (2) Bij O. K., die
croone van ffertangnien ende Savoycn. (3) Bij O. t. aUeen den Andries
gulden. (4) Bij O. K. lOleen den Rynschen gulden. (6) Bij O. K., den
peter xxvj st. ea den Vtrechtschen gulden xxix st, (6) By O. K. , den
Philippus clincquaort,
(7) itT^OQ 'frordt bij mij in diezelfde valuatie gevonden, die niet in
den tekst voorkomen:
»De angeloilen Ixüij st.
»Dvti loanncs clincfptacrl xxxij 5/." — O. K.
Digitized
by Google
— 189 —
Die Phiiippus, Carolus eii. Oistcnryckse halve sdi.
vers, die du blancken doeo, zullen op haer prys bly-
ven.
Ende alle grootkeos, die doen geslagen waren,
alzoe wel Maria als anderen, sullen blyven . • z st.
Ende alle anderen penninghen, boven nyet genoemt,
syn verbooden (1).
*
(t) »De\yijl de wijie waarop de valuatie van het zilver geld in de or-
donnantie is gesteld, nog al veel verschilt met die in den tekst, loo
▼olgt hier de laatste in derzelver geheel:
Silver eelt«
nDe dubbele stuvers, \t gr., blyven op vï [5*/tl gr,
t»De enchel van dytn uaer adoenanl,
mDc dubbelde stwe^it mit twee leeuwen ^t gr.
nDie enekei van die naer advetiant.
■nDe dubbelde stuvers Phiiippus ende die oude siooters
//enricus • . vj ^r.
nDe halve van dien nacr advcnant.
nDe blancken van Vranchryck ende die stuvers van Dor-
nich . . ij yr.
)j De blancken ende grooikats blyven stacnde opten ouden prys ende alle
andere munte is gcreputecrt voor billan."
«>Cit deze valaatie van het zilver geld blijkt, dat eene andere vroegere
bestaan heeft, waarop deze terugziet. Ik vind die dan ook in mijn H.S.,
en wel eene van bijna een jaar vroeger, te weten van ISMSepterober 1485,
Dgecondicht in den Hage/^ Ik Iaat hier ook een afschrift van die valuatie
betreffende het SÜTer geit volgen:
uDen dobbelden stuver Phiiippus vz groeten.
nJHe cnckel ij ^r. xviij myten,
»De dobbelde stuver Karolus y* gr-
yyDie cnckel ij ^r. xviij myten.
nDie dobbelde stuver Karolus ende Maria mitiefi
twee leeuwen ^ gr.
il Die enckcl van dien ... ijz gr.
nEnde alle grooikes, die doe gestegen wa^rcfi, al'
zoe wel Maria als andere, die sullen blyven . , een groeten*
nDic stuver van IVamcn Ü ^'*'
Digitized
by Google
— 190 -r
In dit voors iaer [1488], opten xiij*" lantEiary, is or-
clionncie gemaéct vaD penninghen op de wissel te setlen
byder geraeyner stadt geordineert.
Dese naevolgende valuatie is geschiet ^opten Kersavont
int zelve iaer [1489] (1).
Inden eernten die sonde pennlnghen.
Den nobel met den roose op. . . . . Ivj st.
xlix st.
xlviy st.
xxvj st.
XXX st.
Den loannes en. Philippus nobei
Den Vlaemsche nobel. .
Den ryder en. Ongersche ducaet.
Den leeuw
Die dordendeel en. vierdedeel nae advendnt.
Den halven nobel van Mecbelen , die croon
inetter sonne, die croon sonder sonne (2). . xxxiiij st.
nDie Fransche blancke mitier sotino .... ij ^r*
nDiê Savoyschê hlancktn v engeischmt,
»/>ur biancken van Bourbon ii ^r.
nDie Üeurtcu9 stooters m $r.
nDiê Eduwerdvs stooters ^* fl^'"«.
nDe dobbelde stuver van Oistenryck vi yr.
nDie enckel van dien, . ij gr. xviij myten.*'
O.K.
(1) Dese eTaluAtie scliijnt berelleDd te iljn naar de waarde, die de
ordonoancie van keizer Maximiliaan van Kersavond 1480 (geplaatst in
het Groot Placcaetboek, dl. I, bladz. 2*576] aan de verschillende gehalten
der geldstukken gegeven hééft , waarmede dur onxe tekst kah worden
vergeleken.
(2) Bij 0. IL., Oostenryck, overeenkomstig de ordoniianeie: nLes demy
nobles d*Autrice/'
»In den tekst is de waarde der kroone mei en sonder sonne gelijk ge-
steld op xixiiij st. Bij mij is die met de sonne van Ixx ende Ixxj in*t
marek tot iiij S gr. gesteld op xxüij st. en de kroone 'sonder sonne Ka-
rolus ende Ludovicus van Ixxij ende ixxiij in*i marck tot iij S xj d. ge-
steld op xxiijt st., overeenkomstig het gewigt en de waarde der gehal-
Digitized
by Google
— 191 —
Den Henricus nobel ..;..•. 1 st.
. Den halven nae advenant.
Den saluyt . ^ xxv st.
Den Rynsgulden • xviijz st.
Den Andi'ies gulden xx st.
SUver i^elt.
Die silveren riael. . • . iiijz st.
Den dobbelen grteffoen. . ij st.
Die enckele na advenant.
Die dobbel peoninghen met
<wee helmen • ij st.
Die enckel en. vierendeel na advenant.
Dobbel Philippus en. Caro»
lus stuvers ...... ij Wilhelmus thuyn.
Die enckel en. vierendeel na advenant»
Dobbel penntnghen met twee
leeuwen , geheyten vierjsers «
^oen ij Philippus penninghen.
Die enckel nae advenant.
Die penninghen van Méche-
Jen ij Philippus penningben.
Die enckele na advenant.
Den halven stuver Maria • i engelsche.
Die oortkens iiij myten Vlaems.
Die negemennekens ... ij myten Vlaems (1).
ten, bepMÜd'biJ de origineele of ofiicieele valuatie; loo als die, heeft
«ook de mijne nog de valuatie Tan:
nDe Ytaliaensche dvcatcn «... xxt »t,
»De angêlotien xxxvij sL XTJ myten,*' — 0. K.
(1) Deie eraluotic niet bij A.
Digitized by
Google
~- 192 — .
(Te brengen op bladz. 68» regel 18.)
Hier nae volcht die reductie vande renten, chynsen
ende pachten int i?oors. iaer [1491] gedaen (!)•
Om provisie te doen op diversche gebrecken, die ten
laste vanden ondersaten bevonden worden , soe zyn den
xiiij*"^ dach in Noveniber anno voors. inde stadt van
Bruessel byde drie staten des lants van Brabant, daer
present waren: beer Goeswyn, abt van Affligem, heer
Aert, abt van Grimbergen, beer Dierck, abt van Perck,
heer Roelant, abt van Dielegem,'die heer van Nassouwe,
die heer van Chievre (2), die heer van Bersselair (3),
die heer van Rotselair, ende meer eedelen ende die ge-
deputeerde vanden steden etc: geraempt dcse nae volgende
articulen en. poincten, en. voirts geauctoriseert by onse
genadighe heeren in behoorlycker formen.
lerst, hoe wel inde reduclicn van penningen by onsen
beere ende den staten van allen zynen landen overdra-
ghen ende gesloeten is, onder andere aengaende den coni-
raeren, financiën' en. rentben, gemaect en. vercoft binnen
den tyde dat die penninghen hooger curs hadden, te
weeten, seedert sint lansmisse [1400] Ixxxvij tot Kers-
misse (4) [1400] Ixxxix*"**, dat dat geit zeer leech (5)
wert geset etc.
Dat die lossinghe van alsulckc rentben en. comroeren
souden gebueren in alsulcke weerden van penninghen, als
cuers hadden ten tyde vander constitutien der zelver i-en-
(1) De voig;ende eTuIimtic, bij A. weggelaten, is afgedrukt in bet
Kronykjeu van *a ffertogntboxch , voorkomende in Willevs, Belgisch Mu-
seum, III, bladz. 87. {2) Dit woord bij Willkvs als onleesbaar opge-
geven. (3) WiLLEM-s: herssclc. (4) Willems: k'ersavont. (5) Wa-
LEïLS: lecch ; )V. verkeerdelijk: hooch.
Digitized
by Google
— 193 —
teD, ende dat nochtans die iaerlicxe betalinghe soude ge.
bneren met penningfaen. loop hebbende, nae vuytwysen
der voors. evaluatie inden iaer [1400] Ixxxix^""** en. nae
de reductie vanden penninghen inden zelven iaer gedaen
en. gemaect, data te -yireten, met swaer^ gelde.
Daer vnyt die voors. staten bevynden geheel verderf-
fenisse vanden ondersaten, want dat alzoe blyvende, sou-
den die Qndei:saten moeten geven binnen den dorden iaer
by nae die principael peuninghen. (1), dweicke ende meer
renten (2) aengemerct, en. dat oick tselve soude vreseii
tegbens alle equiteyt.
Soe is i>yden voors. staten overdragen, dat van nu voirt
a^ allen die renten erffelyck en. lyffrenten , gecocht syn-
dert den iaere ab sint lansmisse [1400] Ixxxvrf, men zal
nioegèn betaelen die iaerlicxe renten daeraff mettei* weer-
den van penningben, alsoe diemen zonde mogen lossen en.
affquyten, oft met sulcke penninghen, als inden tyde der
constitutien vanden zelvar renten loop en. curs hadden.
Item en. want in eenighe plaetsen binnen desen lan-^
den verscheyde renten seedert den iaere van [1400]
Ixxxvij totten iaere [1400] Ixxxix^'V* zyn gecocht (3), ende
bevoirwairt is inde brieven, dat die iaerlicxe betaelinghe
en. oeck die lossinghe gebueren zoude in peoninghen,
als die ganck zoude hebben ten tyde vande iaerlixcer be^
talinghe oft lossinghe, ende dat die goede lieden indien
plaetse mitter voors. provisie nyet genouch versicn . en
zoude wesen.
Soe is overdragen byde staten voors., dat in sulcke
plaetse men die betaelinghe en. oeck die lossinghe zal
moegen doen in penninghen, als die ganck hadde ten
(1) Pennmghen, Wiuns: hoetpettni/tgen. (9) Renten, uit Wim.khI
•neeTiild. (8) Willkvs: verhoekt.
C. 13.
Digitized
by Google
— 194 —
iyde va»de coDStitutieD van alsulcke renthen, nyet ie*
g«03taende den zelveo voirwaicdeo van dien gemaect.
Desgelycke zal geschiedeo vaDden cooren reotea biiH
nen der voors. tyde vercoft.
Item desgelycke salmen moegen affgnyten alle raoten
•len lyve eo. erffelycke gecocbt syndert den iaere {1400]
Invy (i), tnet suldcen gelden ak ioder constkatien
van deozelven renten gegeven, maer die iaerlicxe l>eta-
linghe sal gescbieden met den penningk nae den swa*
j^n gelde ganck hebbende, ten waire dat anders be-
voirwacrt oft bebrieft waer. Ende dk is te verstaeo
manden iaere m oecc en. Ikx%^ tot sint lansmts {1400]
Ende Oknme naerder en. claerdar verstaat te mogen
liebben van voorsw provisie, als aengaende die ia^licxe
betalinghe en. der lossinghe der remen, cbynsen en. pach-
ten, gecoft tusschen sint lansmisse [1400] Ixxxvij en.
Kersavoot [1400] Ixuix, soe is te weten inden eersten^
datmen die renten, cbynsen eo. pachten, die geoocht
zyn tnssoben ainte lansmisse [1400] Ixxxvij en. Kers*
^avont inden eelven iare (2) , betalen en. afleggen mach
(4(),.in dien te geven:
Den Andrie» gnlden voir xzxvj at»
(i) Bij yfiLM9 staat: lllOO| Ixxvy ioi [140U] luxvij. {ri) Bij Wa-
tEïfi >K*eg0elaten : e^n. Kersavont tndeii zelven iare. ,
(3) )>Hier salinen oock weten, dat inden iaire [1400] IxxxTJ, in Sep-
tiember, als boven blyct, was ec^ evaluatie, daer die dobbel vierysers ge-
atdlt -was op iij st. i oirt, min den Andries aulden op xxiiij stuvers (a)
en. den Byn^gulden op x»\j stuve».
\^oia naast hQt bifvenstaande geplaaUi, doch bij
WiiLKHS tfi den tekst gebragt] .
(a) Uit WiuBM» itigeTuld: i oirtj nun [nisécbien mtr} den jindrifê gui^
dea op xE.xiv) êtuvert.
Digitized
by Google
— 19:1 —
Deo Rynschen gulden voir ....... ixxv fSt.
Dobbel vieryser voir . . . . . . . i^ si. .
Eode aodere penaiogen dair[na] (i).
Item die cbyDsen, renten eo. pachteiT;» die gecooht sfU.
tussen den voors. Eorsavont inden iare .{140Q] kxxvQ^ni
tuascben sint lansmisse [1400] Ixxxvüj, machmen b^en
en* afleggen, in dien te geven:
Den Andries gulden voor xl^ st,
Den Bynsgulden xlj $t.
Dobbel vieryser voor » • igz st^
Ende anderen p^oninghen daer aae.
Item die cbynsen , 'renten en. pachten, die gepoft zjm
tussen sinl lansmisse a**. [1400] ixxxvilj, maoimen beta-
len en. afBeggen, in dien te geven:
Den indries gulden voor . . . « . xlvüj st.
Den Bynsche gulden voor xlvij sXi
Dobbej vieryser . . iig st. (2).
Ende anderen pennioghea daer nae.
(l) »ÏÏoe wel Tander lossinghe en. iaerlicxe betalinge der renthen , chyn-
seti ende pachten « vereocfbt tiiMcfaen niH lansmisse [1400] liuvij en.
ILersaTont [1400] Ixxxix, ^r wort $0Mifi va^fieii bpWe ia^re i^ M«e
ïaere («), faoemen die lossinghe on. hetalingbe vuyt crachten der yoow.
protïsien doen mach, soe is nochtans aon Ie merckeii, dat die dobbel
vieryseren leenetnael met baWe stuTers nyet op en liepen , ende die an-
deren penninghen nae advenant; raaer ractter tyt en. allenxkes liepen die
penninghen hoeger en. boeger, ab te weten: die dobbel Vierysen met ne-
genmennekens, en. birtkens en. goude penninghen oeck daer nae, waer
by een yegelyck 'daer in by conscientie xal hebben te doen en. hen te
reguleren.^ [A^ota als boven,]
(3) n Dezelfde waarde >»ordt ook aan die munten gegeven bij eene va-
loatie, nitgegeyen in den winter van 1488 (welligt die of soortgelijke be-
doeld in den tekst op blads. 100 als gemaakt op den 13 Januarlj 1488}
te Delft, toen jonkheer van Jlrederode te Rotterdam wa5, welke raluatie
ook in mijn H.S. is opgenomen.^^ — 0. K.
ia) t)it WiUKMs iogvruM: tot kalft iatre.
Digitized
by Google
— 196 —
Item die chynsen ,' renten ende pachten, die gecoft
zyn tnsschen Kersavont int iaer [1400] Ixxxviij en/ sint
lansmis int iair [140Ö] Ixxxix, mach men betalen ende
aflagen (1), in dien te geven:
. Den Andries gulden Uiij st.
Ben Rynssegulden ' . . . liij st.
Dobbel vieryser ' . . iiijz st.
£nde anderen penninghen daer nae (2).
Item die chynsen, renten en. pachten, die gecoft zyn
tussen sint lansmisse [1400] kxxix en, Korsavont inden
selven iaer, mach men betalen en. affleggen (3), rn dien
te geven:
Den Andries gulden voir .... lx st.
Den Rynsch gulden Hx en. lx st.
Dobbel vierysers . . . . . . . v st.
Ende anderen penninghen na advenant (4).
Ende aengaende der lossinghe vanden renten, chynsen
en. pachten, gecoft voor sint lans dach [1400] Ixxxvij,
soe zal een yegelyck hem hebben te reguleren en. te vue*
ghen naede valuatie voorde voors. iaere van [1400] Ixxxvij
gemaect en. die voir gescreven staet, dats te- vreten, na-
de voors. valuatie gemaect inden iaere [1400] Ixxxvj''*^,
Ixxxv*^^, lxxxi5''*=\ lxxxij*^"\ Ixxviij*'*^ en. Ixxiiij *''''.
(1) Uit WiUEis ingeUucht: móa afleggen.
(2) »Hier is oick nochtans ab voir aen te merken en. te letten, dat
dete penninghen nyet ieenemael, maer allenxkens hooger ganck cr<^en,
en. ahoe heeftmen daer na te rekenen binnen den haWe iaer."
* [Aanieekeniftg als hoven,]
(3) Bi] WiLLEHS weggelaten: en, affleggen,
(4) nHicr is oeck als voor te weten en. te lettenen, dat die penninghen
nyet tenemael maer allenxkens hooger ganck creghcn."
[Aanlechcnwg ah Ifoven.j
Digitized
by Google
— 197 —
Uier oae voldu een evaluatie, Tuyt gteroepen iudeni
iaer m cccc xci, inde goede weke (1).
lerst tsont.
Den Andries gulden .
Den coerfurster gulden .
xxitij- sU
xxig st.
XXXTJ sC.
xxxj st.
Iviij SC.
xxiiij st«.
XX st..
xvj st.
vtj Rynsgid. ii^ st..
Den gouden leeuwe . .
Den ryder
Den Ylaemsche nobel
Den Wilhelmus schilt (2)
Den peter
Den Philippus clinckaert
Den gouden reael (3)
Den nobel, geheyten den reael (4) Ixxij st.
De halve nae advenant
Tschuytken (5) xxx st.
Den nobel mette roese .... Ixviij st»
Den halven en. vierendeel na advenant.
Den Henricus nobel ..... lx st.
Den halven xxx st.
Den saluyt xxx st.
Die France crooln mitter sonne . xxix st.
Die France croon sonder sonne xxviij st. i
Die Britaensche croon .... xxvij st.
Die Savoysche croon (6) en. die
croon van Gruenne (7) xxvij st.
Den Ungerse ducaet . . . ... xxxj st.
(t) Dete evaluatie komt niet voor bij A. Inde goede weke, bij O. K.
cpten wiitem Donredach. (2) Achter dexe munt komt nog bij O. K.,
den fohamten xxilj et (3) Bij O. K. , den grooien fynen real cxlüij ei.
(4) Bij O. K., den nehel genoempt halve roaei, waarachter: den ari [oort
u/* quart?] tmn den roo/ ixxvj st yb) Bij O. IL. ^ den halven tiobel ge-
noempt ecutfike xix si. ifi) Bij O. K., dio croene van Saoogen xxvij
*/. (7) Bij O. K. , die ereene van Catjenne [Geniüa] itxvj tt
Digitized
by Google
— 198 —
Den ducaet van Italien. . . . xxx si.
Den Vtrechtsen gulden . . . . xix st.
Den Beyerschen gulden. . . . xv st.
Den Geldersclten ryder xviij st.
Den Arnoldus gulden (1) . . . xg st.
Den nyenwen postulaet (2) . . ix st*
SIlTere i^ell.
Dobbel Philippus en. Carolus . ij si. i oert.
Die enckel (3) i st.
Dobbel vieiysers (4) .... ij st.
Die enckel . i st.
* Die groote silvere realen. . . v st.
Dobbel grieffoenen ij st. ^ engels.
Die enckel nae advenant.
Dobbel penninghen mette twee
helmen « ij st. ij eogelaohe.
Die enckel en. vierendeel na adyenaal.
Die groote dobbelen metter croon iigz sC. i eilgelache.
Die halve nae advenant (5).
Die enckel van dien . ... . i st. i engelschè.
Die grootkens van diea na adveBaot.
Den dobbelen van Bourbon • » ij' st.
Den enckele van 'dien. . . . i st. . .
Dobbel Mechelaers . . • . ij st.
Die enckel van dien . . . . i ftt«
Den lohannes braspennink . . i st. i
oert
Den stuvei*, gemunt tot Gent (6) i st.
(1) Achter den Arnolduê guldeu Volgt bij 0. K.: d*<mde postulaten
lij ét. (2) Bij 0. K., <fe tiyeuwe postutüteu va» ludiek ix sU (S) Kij
o. 1^., ij ^00^^ vj myten, dus 6 myten hoöfer en in een «nder 3.S.
die enekele nae advenant, (4} Bij 0. K. , den dubheUn meüer twee leeu-
wen. (S) Bij 0. K., de halve van dyen iiij ^r. ^ enyL (•) In een an-
der H.S. bij O. R..| die shtver te Gent yemunt ij yot^ vj mite», dus
ook 6 myten hoogcr.
Digitized
by Google
— 190 —
Ende als vaude Philippus en. Garoins grootkeus, die
sullen ganck hebben voor grootkens.
Ende alle iweivaerts, seskens en. andere petiniogeu
minder, sullen blyven in buere weerde,
Ende daer nae, den ix^ dach van November inden
zei ven iare [1493], wort dese navolgende valuatie wt-
geroepen (1):
lerst Tanileii govde.
Den Andries gulden xxviij st. (2).
Den Rynsgulden xxvij st.
Den lohannes schilt. ... . xxvijz st. (3).
Den leeuw . . . . . xlij st.
Die salujt, dat schuytken, den
ducaet, den nyeuwe croon, elcx . xxxv st. (4).
Den ryder en. Ungerse ducaet • xxxvj st. (5).
Die oude croon .•.,.. xxxiüj st.
Die Savoysche, Britaensche en
croon van Ghienne (6), elcxs
Den nobel met de roose •
Den angelot
Den Henricus nobel. . .
Den Ylaemsche nobel . .
Den grooten riael • . •
die
xxxiij st.
Ixxxj st. (7).
Ij st. (8).
Ixxlj st.
Ixx st.
viijguld. viijst. (9).
(1) Bij O. K.: Vaiuaciê vandcr tnvnte, gecondkkt in den Uage opicn
xijeii dach M Novemhri a/kno liiij^iciij. (2) Achter dén Andricê gut^
de» volgt bij O. IL.: den Wühetmvs schilt xiviij st (3) Bij O. R.
Tolgt: den koervorsier gulden xxvij sL (4) Bij O. K.: Saluyte/i, schuyt-
kcms, ducaten van Ytalicn ende croonen üiitter sonnen, elcx vootxxi^ st,
(5) lij 0. K. : Ryders, ducaten van On grien van outs gestegen xixvj st.f
liier achter volgt : de cleyne ende nyexce ducaeten corts gestegen , die nue
iersi vuytêomen, uiiij st* (6) Bij O. K..: Gyenne [Genua |. (7) Bij
O. R. volgt: dé halve etfde vierendeelcn naer adoenant. (B) Bij 0. K.:
liilj ^1., MraaroA volgt :.ifo halve, naer advcnant. [9) Bij O. &. volgt; de
halve ende viercndcelen naer advcnant.
Digitized
by Google
— 200 —
Ben peter en. Gelderschen ryder. xiij st.
Den Philippus clinckaert . . . xx'st.
Den Beyers gulden xix st.
Den Utrechtse gulden .... xxiij st. (1).
Den ouden postulaet gulden , . xv st.
Den postulaet Bourbon. . . . xiiij st.
Den Hongerse postuket (2) . . x st.
Den nyeuwen Hongersen ducaet • xxiiij st. (3).
Den Gentschen gulden (4) . . xxiiij st.
SllTer geit.
Dobbel vierysers, Mechels en. Berbon,
elcx . . . ij st. i oen.
Die enckel nae advenant.
Die Philippus, Garolus, Coppenholen (5)
en. Loevens, Bruessels, elck . . ijz 'St.
Dobbel grieflfbenen (6), dobbel sassenaers
en. den penninck metten croonen, elcx . iij st. i oert.
(1) Bij o. K. volgt: e^i Amoldus gulden xiiij êt. (d) Bij O. &.: «i*
ffêurensche postulaet; Heurenschc uaX ook beter liJn , dat is : de postulaat
van Horn. (8) Zie bladz. 199, aanteekening 5. (4) Bij O. &.: den
Getitsciie sint lans gulden,
(6) nBij mij coppcn nolle. Coppenholen et coppenhoUen is eene mij
onbekende munt. Hrtler in zijne beantwoording der priJsrraBg, bladi-
66, zegt er van: ))Deeze gez. munt in Vlaenderen vraeren ook bekend on-
der den naem van coppen-nolle: de enkele bielen (volgens additie boven
beroepen) in fynte 5 den. 18 greyn;'' maar bij Hkyun wordt de waarde
dier munt, even als die van ndie JPhiHppus , Karolus, Lovenaers, Srues-
sellaers'* volgens de door hem aangehaalde ordonnantie , insgelijks van
9 November 1493, gesteld op ij sch. st.j ook staan daar de dobbel viery-
sers eni. gesteld op iiij sch. gr. Vleems. Er moet dan verschil tusschen
de valuatiën in Vlaanderen en die in den tekst en bij mij plaats gebon-
den hebben." -r 0. K.
(6} »Bij mij staat: »I^c dubbelde griffoenen ende mittim twee
helmen ende miiten crocnon vz ^fr."
»Dit >erschilt dus met de valuatie in den tekst l groot. Zoo heeft
Digitized
by Google
— 201 —
Die lialve en. viei^endeel nae advenant.
Den Mechelschen penninck . . . ix st.
Den Savoyschen penninck .
Den loannes braspenninck .
Den Philippus van Namen .
Die blancken mitte* twee lelie
Die blancken inette h. . .
vig st.
iz st.
i st. ix myten (1).
i oude plecke (2).
ix plaeken (3).
Alle ^rootkens en. oirtkens sullen blyven gaen (4).
Int voors. iaer, den xv*" Septembris, wert geordi-
neert, datmen voorden gouden Andries gulden soude be-
talen xij dobbel vierysers oft xxiiij*^'* halven (5).
ook een ander H.S. bij mij :
y»Die êuhbêlde griffoen en. s^ssenaera en. die penninye
miiten crone iij «f. i oert,**
doch daar bchter staat een Ikort woord, waaruit men xou kunnen leien
nttü, ot meer, waarschijnlijk na, zoodat ik veronderstel 8 st. op 1 oort
oa. In Teifel^king met eene Taluaiie Tan den jare 1490, waarhij ik in
twee verschillende H.S. de dubbele griffoen gesteld zie op 6^/| groot en
^U ^^'9 ^'J '^clke -valuatiên ook de Philippus en Carolus worden ge-
steld als hier op v gr. of xxvijz st., geloof ik dan ook, dat zal moeten
gelexen werden iij et mi^ i oort." <— 0. K.
(1) Bij Ok K.: den ouden Pkilippue van JVamen ij gr. vj tnyien; in
een ander H.S. staat: li/, st. (2) Bij O. K.: de Franeehe bkmcken mit
die drie leliën y engelschen (8) Bij O. K. : die bhnoken mitter h« iiij
engelschen.
(4) uBij mij staat: '
iiDie groetkens, \lie nu groetkens doen, tivaelffaerts, negenmannekes
ende emderen minder penninghen sullen blyven gaende voor den zelven
prgs, dat zy nu doen*
nDe Melaeneche penninghen milten hoofde zviij groeten.
nDe tweedeelen, halven derdendeelen ende vierendeelen naer advenant.
nDie tetone van Savoyen xvj groeten.
»De halve derdendeelem naer advenemt.
nEnde alle andere penninghen tan go,ude en. van eüvere hier beten
nyet verclaert, syn gerekent voir billen.'* — O. K.
(ft) filn een 1I*S, bij mij van eene ordonnantie uitfoiraArdigd te Beche-
Digitized
by Google
— 202 —
Ende Toordeii korvorstei' Ryosgulden ij dobbel vier-
ysers etc. *
Item int voorsci^ven iaer m cccc en. xxxiiy'*'^ (1)
beeft den voors. hartoghe Philips dese nae Tolgende
munten doen slaen:
Den gouden Philips ryder, te weten op vier scellin-
ghen en. drie grooten Ylaems.
Ende daer nae inden iaere m gccc en. liij (1) deede
die voors. hartoghe Pkilfps tnunten:
Eenen gouden penninek, getioempt den gouden leeuw,
op vyff scellingen grooten Vlaems.
Ende noch eenen gouden penninek, ^^enoemt tleeuw-
ken, op drie' scellinghen vier grooteïi Vlaenis.
Ende' noch eenen halven gouden penninek, genoempt
den halven leeuw, op twee scellingfaen ses penningen
grooten Vlaems.
Ende dese zelve tydt ordineerde die voors. hartoghe
Philips, dat ganck soude hebben in Brabant mette voors.
goude penninghen, dese naevolgende munten en. pennin-
ghen, dats te weten:
Die goude croon vóor vier scellingen Vlaems (2).
Icn, den 26 Augustus 1493, door Maximilioan , vind ik: nMen aal van
nu vooriaen betalen voor elcken gouden Andries gulden xij dobbelde si.
met ij leeuwen ende den corvorst^ gulden sal men mogen betalen mei
ij silvere dobbelen en. eenen huiven offi met xxiij halve dobbelen, in wat
manieren de coopmanschappen gemaect, geschiet en, geaccordeert syn ge-
weest,*^ — 0. K.
(1) Dèie jaartallen, hoezeer tc|^n de Ujdorde, Khijnen juist te lijn:
cie Aamteekemng 1 op de Tolfpende bladi.
(2) nBij mij Tolgt: »Item nos escu Philippus appelle rydre de soixaniê
huü et demi o** march fmt gwUre eoU trois dengets gro2,'' — > 0. k.
Digitized
by Google
^ 203 —
Ben YlaeiDschen nobel voor seven tcelliiige en. tfaien
penninghen grooten Tlaems.
De halve en.^ vierendelen nae advenant.
Item d^ Engelsehe nobel voor acht schellinghen ende
twee penningen grooten Tlaenw.
Item den halven nobel, den salu3rt van Yranckryck,
dordendeel vander saluyt, tvierendeel vanden Engelsehe
nobel, el6k nae zyrie groote, nae gelende vanden Engel-
schen nobeli *
Iteöi die ducaten van Ven^ien, van Genues, van Flo-
rencen, van Roomen, ende dea Üngerschen gulden van Ixxi
opt merct, voor vier scellinghen en. eeuen penninck groot.
Item de Ryntschen gulden ende den gulden van l.ut-
senborcfa (1) voor drie scellinghen en. drie grooten.
Item als vander witte munten zullen nu loop hebben
en. oeck vander andere munten, geheyten plackeA oft
ch)mstartken van vyff engelsen Vlaems tstuck en. den
halven daer afiF, daer aff die twee gelden eenen crom-
start, en. anderen cleyne penningen vander zelver mun-
ten van minderen pryse, die sullen blyven in haeren
alden ganck.
Item den postulaet Laens (2) gulden soüde loop heb-
ben in Brabant voor xxiiij***^ grooten Vlaems.
Ende den "Wilhehniis schilt voor veertich grooten Vlaeras.
Ende den peter voor xxxvj grooten Tlaems.
Ben Fhilippus clinckaert voor xxix groten Vlaems:
(1) i>BiJ mij wordt van geen' gulden van Lutsenborch meldiug ge-
maakt; -verder gaan in dit 1I.S. de valuatiën niet. Bei is een l^ransoh
stok, rolgens geschrift ngeéstrahwri Vuy< d'ordmnancie tonde munte
vanden iatre ^ijcUij.'* — * O. H.
(2) nft weet geene inlichting hieromtrent te gereti, en ken {$aene
aodiere postnlaten dan die van Uireohi, Lfttk (oC fan I/órti); Oivaingen
en Gulick, -« 0. K.
Digitized
by Google
— 204 —fc
Die voors. hartoghc Philips heeft oock doen luuoteit
silvere penninghen, te weten, die héyten oft hiaten:
Dobbel Philippus stuvers op ij st,
Ende enckel Philippus stuvers op i st.
Vierendeel op z st.
Ende oortkens naer advenant.
Int zelve iaer [1494], in Decembri, zyn geset by com-
missarissen van hartoghe Philips voors. twee borgemees-
teren, te weten, heer lan Back ende Goessen van Brecht,
ende zyn oeck ten zelven tyde geset raetsluyden vander
ambachten, die te raede zullen comen en. haeren raedt
houden sonder die ambachten te vergaderen, en. dat die
deeckens nyet meer te raedén en zullen coemen.
Int zelve iaer, opten xxij*'' Decembri, is byden voors.
keyser Maximiliaen verleent en. gegeven ordinantie den
bourgemeesteren vanden Bossche metten president, die
doen waren en. naemaels zullen moegen zyn, inden raet
deser stadt het voorsprecken en. de eerste opinie in alle
saken sullen hebben, ende dat den president, akt noot
is, met eenen dienaer vander groender roeden zal moe-
gen doen vergaderen, en. als hy vuyter stadt zoude mo-
gen wesen oft met siecke bevaen zyn^ dat hy dan in
dien gevalle twee schepenen in zyn plaetse zal mo^en
setten.
In dit voors. iaer [1495], opten xxv*" Augusti, wert
die raminghe gemaect tusschen die stadt vanden Bossche
en. ^)latte lant.
Ende ontrent Bamissc aono [1496] voorscreven begonst
tgelt op te lopen.
Den Andries gulden liep op i^xzj st.
Digitized
by Google
— 205 —
Den Ryns gulden op ....... . xxx st.
Den nyeuwen . croon op xxv st.
Den dobbel vieryser op . . . . .* ijz st.
Carolns stuvers op braspraninghen en. een negenmen-
nèken.
Ende ander geit liep oeck daer nae hoeger.
(Te brengeo op bMz* V#» regel tS»)
In dit iaer [1497] sterff meester Goeyaert van Dom-
melen tot Bruessel, secretaris vanden Bosche, en. in syn
plaetse quam meester Peter van Os (1).
Int zelve iaer [1498], in September, syn, die Bourge-
meesters weder omme aflF geset, ende is weder geordi-
neert dat die deeckens vanden ambachten met seeckere
conditie en. getalle te raeden zouden coemen.
In dit zelve iaer crech tgelt weder eenen stoot, ende
hadde zynen ganck naede valuatie vanden iaere [1400]
xciii]'^'\
(Te bren^n op bladx. 9#9 regel tSm)
«
Int iaer m cccc en. xcix *"''', in de Meye manet, liep
het geit weder omme op, te weten:
Den Andries' gulden tot xxx st.
Den Rynsgulden op . xxx st.
Dobbel vieryser op . ijz st.
Ende alle ander geit daer nae.
(1) Dt( berigt niet bij A.,die de opgaven wegens de sebonten^ sche-
penen en secretartisen bijna overal heeft wegjeluten.
Digitized by
Google
_ 206 —
Iteiu [zyn] alnoch byder voors. stadt seeckere oepene
brieven gegeven en. verleent die voorseyde- ses mannen,
en, hen beloeft van alle saecken en. oecssuymen der voois,
stadt costeloos te ontheffen etc, beginnende: »Wy sche-,
penen ende geswoerene raetsluyden, diemen noempt Ifie-
dige luyden^' etc, onder tgroot ?egel, gegeyen den xvj
Septembris anno voors*
Item byder voors. stadt alnoch verleent oepene brie-
ven, daer inne zy geloeft heeft de innegesetenen en. mael-
canderen schaedeloes te releveren, beginnende als voor,
den xvij"" Septembris anno voors.
Item byden voors. hartoghe Philips alnoch verleent
oepene brieven der voorseyde stadt, daer inne hy der
stadt verleent atterminatie en. vuytset van twelff iaren,
om dese stadt schulden te moegen vervallen, en. oeck
geleyde geeft dese stadt borgeren, die voors. tyt van ia-
ren te moeghen hanteren henne coöpmanschappe inde
landen van HoUant en. Zeelant en. voorts elders, sonder
vuyt sake vande voors. schulden gearresteert ofte becom-
mert te worden van yemanden etc: gegeven tot Brues-
sel, den xxviij** Septembris a". voors.
In dese schepenstoel sterff meester Aert van Welhy-
sen, en. in zyn plaetse is secretaris geworden meester
Raes Raessen.
Dese naevolgendc evaluatie (1) is byden doirluditigheii,
hoöchgeboren, vermoegenden furst Philips, ertshartoghe
van Oistenryck, hartoge van Bourgundien, van Brabant
(1) Deie evaluAtie, die niiet voorkomt bij A., is oök iir het Kronyh-
jen van *s Ilertogenhosch, in WoLivs, Belg, Mvaeum, III dl., tegen
over bladz. 80 in plano «fgedrokt, voor too ver de ^uden munten aan-
gaat, lijnde aldaar de tUveren penningen weggelaten.
Digitized
by Google
— 207 —
etc, eode den state» van syne landen gemiMcIven. ge-
ordineert; wairt gepubliceert en. vuytgeroepen den xv^
dack van December anno m cccc en. icix *'*'*' voors.
Ende eerst vanden gonde pennlHigliei» , die doer
allen die landen des voors. hartoghe ganck en. loop sul-
len bebben, ende van botr gevnchte, werde en. affskcb
voor datse te licht zyn.
Ende bier is ierst te weten wat gewichte de^e lette-
J-en beteekenen:
£
H.
F.
T.
D.
A.
M;
Qr
BBTIIKENT
[ Engdsche.
Halff engelsche.
Fierlinck.
Troykens.
Deusken.
Aesken.
Myten.
Viei-endeel.
Digitized by
Google
— 208 —
iij E. (1) Tguldeo vlie»! byden Toors, eerUharioge gemunt.
X £. i F. (2) . . • Ben grooteQ reaal, oock byden zelven gemunt. .
üijx £. i F. i T. (5). Deii balven. . .
y E. a F. iT. iD. (4) Den vierendeel
T E. ..... • Ben nobel met de roose
yz E Ben bal?en. ....
i E. i F Ben vierendeel . . .
iiijz £.....« Ben Henricus nobel. .
ij E. i F. ... . Ben balven
i E. i T. • '. . . Bat vierendeel. . . •
iy E. i F. i T. (») . Ben engel
iz E. i T. (6) i B. . Ben balveu (7)
y E. i F. i B.. . . Ben ryder, den Ungers ducaet,. .
i E. i T. i A. . . . Ben balven ryder ......
y E. i T. i B. i A. . Ducaten van Italien ende saluyt (8).
iyz E. (9) • . . . Ben Ylaemacben nobel , den loannes nobel en. PliiK
pu« nobel (10)
y E. i F Ben halven
i E. i B Ben vierendeel
yz E. i F. (11) . . Ben gouden leeuwe .
iz E. i F. i B. (12) . Bat tweedeel
z E. i F.i T. i A. atyf. Bat dordendeel vanden leeuwe
y E. i F. i B«. • . Bie croon melter aonne
i E. i T. i A. (13) . Bie halve croon . . ,
y E. i T. i B. i A. (14) Bie oude croonen
t E, i B. i'A. styf . Bie halve croonen
y E. i T. i B. i A. (15) Ben Wilhelmus schilt
r E. i B. i A. styf . Ben halven. . . .
Digitized by
Google
— 209
gilden • . • • «
gnlden ▼ stuvers .
^üden ijs •tavers .
vulden i stuver i oirt
galden v stnvers
^den ijz stnver.
uiden i sluTer i oirt
galden x? stuven
iTijz stnver. • .
ij staver» iij óirt.
E shiTer (1)* .
riij stnvert i oirt
(ix stuvers • •
«lovers ij oirt
(▼ijz stuver •
E.
H.
f^lden xij stnvers . . . ) F.
L^ stuvers ] T.
ij stuvers ƒ D.
A.
£.
jj Stnvers (3) \ p'
(ix stnvers i oirt vj myten. < m
Ifz staver (4) z oirt iij royteo. j j^'
A.'
E.
H.
F.
T.
D.
A.
E.
H.
F.
T.
D.
A.
E.
H.
F.
T.
D.
A.
Ë. xvjz stuvers i oirt ü myten.
H. viy stuvers iz oirt i tnyte.
F, üy stuvers z oirt iijz myte.
T. ij stnvers iiijz myte i (^.
D. i stuver ij myten z Qr.
A. z stuver i myte z Qr. i F.
£• xvjz stuvers i oirdt ij myten
H. Vlij stuvers iz oirdt i myte
F. üy stuvers z oirdt iijz myte
T. ij stuvers iiijz myte i Qr. •
D. i stuver ij myten iz Qr. .
A. z stuver i myte z Qr. i F.
xvj stuvers i oirt i myte.
viy stuvers z oirt z myte.
üy stuvers iy myten z Qr.
ij stuvers jz myte z Qr.
i stuver z^myte z Qr* i F.
iz Qr. vander myten.
(«).
z stuver
xvj stuvers
ivjz stuver. - .
iij stnvers i oirt
ivz stuver . • .
ii stnvers iy oirt.
IX stnvers .
yz stuver (7)
oirt ij myten.
vyz stuvers iz oirt i myte.
iijz stuvers iz oirt yz myte.
iz stuver iz oirt vj myten (5) i Qr.
i stuver i oirt iy myten.
z stuver (6) i oirt vz 'myte z Qr.
xvz stuvers i oirt ^ myten.
vyz stuver iz oirt i myte.
iijz stuver iz oirt iy myten.
iz stuver iz oirt üy myten iy Qr.
z stuver iz oirt v myten iz Qr.
iz oirt vz myte z Qr. i F.
xvz stuver z oirt üy myten.
vijz stuver iz oirt i myte.
iyz stuver iz oirt yz myte.
iz stuver iz oirt üy myten i Qr.
z stuver iz oirt v myten z Qr.
iz oirt V myten i F.
xyz stuver i oirt iiijz myte.
vj stuvers iz oirt y myten i Qr.
iy stuvers z oirt üy myten z Qr.
iz stuver v myten i F.
iy oirt i myte z Or.
iz oirt z myte z Qr.
14.
Digitized
by Google
— 210 —
Tfewlchte*
ij E. i T. i D. (1) . Dat schuytken.
ij E. i T. i D. (2) . Den loannfs schilt (5)
ij E. i T. i D. (4) . Den gouden Andries gulden (5) .
ij E. i T. i D. (6) . Den Gelderschen ryder .
ij E. i T. i A. (7) . Den gouden kurfurster gulden en. geen andere
ij E. i T Den Utrechaen DaTid gulden.
ij E. i T Dèn Philippus schilt oft clinckaert .
y E. i T Den Lovenschen peter
Digitized
by Google
— 211
Bic wecrdCé
ixiTz stuvers.
IX V .ttnvers
txix stuvers
txuij sluvers
xviij stuvers. ,
XI lij stuvers .
xj stuvers
xvj stuvers
Ë.
H.
I F.
D.
A.
£.
H.
F.
ï.
D.
A.
E.
H.
F.
T.
D.
A.
E.
H.
F.
T.
D.
A.
E.
H.
F.
T.
D,
A.
E.
H.
F.
T.
D.
A.
E.
H.
F.
T,
D.
A.
AMach.
xyj stuvers i myle.
vilj stuvers z myle.
iiij stuvers i Qr.
y stuvers z Qr.
i stuver i F.
z stuver.
xj stuvers iz oirt v mytcn.
vz stuver z oirt vz mylen.
ijï stuver i oirt vz myte i Qr.
i stuver i oirt ijz myle iz Qr.
z stuver i oirt i myte i Qr.
i oirt iijz myte z Qr.
xiij stuvers i oirt ij myten.
yjz stuver z oirt i myle.
iij stuvers i oirt iijz myle.
fz stuver z oirt iz myle i Qr.
iij oirt iijz myte iz Qr.
iz oirt iz myte iz Qr. i F.
xj st^uvers v mylen.
vz stuver ijz myte.
ijz stuver i oirt i myle i Qe
i stuver iz oirt z myte z Qr.
z stuver z oirt iij mylen i Qr. i I
I oirt iijz myte z Qr.
xiij stuvers i myte.
vjz stuver z myte.
iij stuvers i oirt i Qr. myle.
iz stuver z oirt z Qr. myle.
iij oirt iij myten.
iz oirt iz myle.
xj stuvers z oirt iz myle.
vz stuver iij mylen iij Qr.
ijz stuver i oirt iz myte (1) iz Qr.
i sluver iz oirt i myle iz Qr. i f.
z stuver z oirt iijz mylen.
i oirt ijijz myte i Qr.
x stuvers ijz myten.
V stuvers i myle i Qr.
ijz stuver z myte z Qr.
' sluver i oirt i Qr. i F.
T. (2).
z stuver z oirt z'Qr. myle
i oirt iij mylen i F. Qr.
xij stuvers (3) z oirt ij myten.
H.
F.
T.
D.
A. iz oirt z myle
vj stuvers z oirt iiij myten.
iij stuvers v mylen (4).
iz stuver ijz myte.
iU oirt i myle i Qr.
z Qc.
Digitized
by Google
— 212 —
Tfewlehlc.
ij E. ï D Den fieyers ea. Fredericus gulden
h E. i F. i T.i D. iA. Den postulaet metten hondeken, diemen Robberts
(1), gulden biet
*«B E. i F. i T. i D. i A. . Den postulaet van Bourbon
(2).
.iz £• i F Den Arnoldus gulden
op 'de voorgaande evaluatie.
f09.
(1) Bij O. &., iij £:. mM i dvesAen. (2) Bij O. K., iu i:. (3) BijO. K.,ii
E, een quart, (4) ij E. '/^ een troyken. (5) iij E. ^j^drieaetkens, (6) W. ii
(7) Bij O. K. staat: den halven van dien na advenaat van gewiekte. (8) Btj 0. 1
wordt geleien: den saluyt ij eng. ^/^ zxxTij et.; ducatenvan Yialien ij eng, ^[^ xxi^
s. st. (0) Bij O. K.., iiijz E. (10) Bij O. R. zgn geen loannes noch Philippusn
bel Tenneld. , (11) Bij O. &., ij E. % en. i aesken. (12) Bij O. K.. staat: Ir
derde en. derdideelen naer advenunt, (13) De i bij A. in het handschrift Tan V
weggOTaUen. (14) Bij O. K., ij E. % (16) Bij O. K., ij E. V4.
(1) Bij O. IL, Iviz.i engele. (3) Deze Afsïach ingerold nit Willbss. (3) I
W., xUij siuvers. (4) Bij W., xiiij shufers. (6) Bij W., vi myte. (6) Bij W
is atuvei', (7) Bij W. , xiiij siuvers.
Digitized
by Google
— 213 —
Me weerden
xxz tlnver (1) . .
xvjz «tuver
XVJ2 stnver
3UIIJZ staver
£. X sluvers tj myten. "
I. y stuvers ijz mjte i Qr.
^ Ijz staTer i myie iz Qr.
■*• i stuver i oirl i myte z Qr.
K i sluver i oirt i Qr.
i. i oirl lij myten z Qir.
• yigz stuver vz mytc.
I- üij stuvers (2> i ohrt ijz myte i Or-
. y «tuvcrs z oirt (5) iz myte.
. I slaver iijz myte z Qr. i F,
. z stuver iz myte i Qr. i F.
• i oirt z myte iz Qr.
• yilj stuvers iz oirt y myten.
. iiij \stu?ers z oirt vz myte.
ij sluvers vz myte i Qr.
i stuver ijz myte iz Qr.
. z sluver i myte iz Qr. i F.
. i oirt z myte z Qr. i F.
yiy stuvers iz oirt iijz myle.
. Hij stuvers z oirt iiijz myte i Qc.
Ü stuvers v myten iz Qr.
i stuver ijz myte w Qr. i F.
z stuver i myte i Qr. i F.
i oirt z myle z Qr. mylc
SiO.
»ii.
^V^yfiifiJL'.'^'"^''- <^^ Bij W., i /^. ^r. (3) BijW,xj,/nrm. (4) Bij
Si».
^(1). mj o. K., ij ^. ,„,>, een aesken, (ft)- Bij O. R., ij ^. ,„,Vi ,«^ acske; bij
nads. SIS.
^^' Bij O. K., xxj stuvers. (;>) Bij W., jij stuvers. (3) Bij W., ijz oirt.
Digitized
.edby Google
— 214 —
Welcke voiriioemde goude pcnningheii hebben hoii
behoirlyckeu gewichte, sulcke als voor en. gheen ande-
ren sullen voirtaenc loop en- ganck hebben inder forme
en. manieren als boven, behoudehek dat zy sullen moe-
gen "wesen twee aeskens lichter dan hair recht gewichte
op elck stuck, wel verstaende dat die halve ci-oonen,
vierendelen van nobelen en. anderen van gelycke cleyne
stucken gouts, ende sullen niaer een aesken lichter moe-
gen wesen dan tvoirgenoemde rechte gewichte, nae in-
houde der ordinancie byden zelvcn hartoge int voors.
iaer gemaect.
Hier nae volcht die evaluatie vande «llvere pen-
nlngtaen inden zelven iare geordineert, die loop en.
ganck sullen hebben, te weten, inden eersten:
Den grooten silveren riael . . . vj st.
Den silveren penninck metten vlies,
diemen nu munt (1) . . . . . iij st.
Den dobbelen stuver van gelycke (2) ij st.
Den enckelen van dien . . . . i st.
Die groot grootkens, halve ende vierendeel, diemen
nu oick munt, nae advenant.
Die dobbele metter croonen . . . vz st.
Die dobbelen met twee grieflToenen
en. van gelycken met twee helmen en.
die metter croonen (3) ij st. i blanc.
Ende die halve en. vierendeel nae advenant.
Dobbel vierysers, dobbel Mechelaers
(l) Bij o. K. weggelaten r diemen nu munt. (2) Bij O. K., den dub-
belden stuver, diemen nu munt. (3] Bij O. K. leest men: den dubbel-
den metten griffoen, de dubbelde met twee helmc, de dobbelde, de dub'
belde met twee croonen. »
Digitized by
'Google
— 215 —
CTidc dobbel vierysers van Bourbon ,
elcs (1) • . . . ij st. i oert.
Die enckele nae advenant.
Dobbel Philippus en. Carolus . . ijz st.
Ënckel en. vierendeel na advenant.
lobannes braspenninck iz st.
Philippus penninck van Namen . i st.
Die Milaensche hoefiden, slapers ge-
naemt . ix st.
Die hoofiden en. gelycke pennin-
ghen van Savoyen • . . viij st.
Die France blancken, hebbende om-
trent die cruyse twee lelickens en. twee
croontkens* . . . i st.
Die Franse blancken, diemen noemt
(1) uBij mij staat: de dubheldo vieryssers metten twoe leeuw en,, mits ^
gaders die Mechclsche ende Bourgoense dubbelden etc» (Qc geloof Bour-
goense zal hier beter zijn dan dobbel vierysers van Bourbon.)
» Vervolgens T^id ik nog bij mij:
»Den loannes braspenning . , i. iij groeten i;^)»
■»De Melaensche hoofden, diemen heet stuvers . . xviij gr.
nDe hoofden van Savoyen xvj gr.
nDe oude Philippus penninghen van Namen . • ij gr,
nDe Franfiê blancken mit twee lelyls ende twee
croenen tusscen de cruce ^i 9^-
n Ander France blancken mitten vier lelykens tus~
schen dÊ cruce sohder cfoonckens xl miten Vlaems.
nDe grootkens, halve grootkehs ende vierendeelen van dyen, voortyts
»fi onse munto gemunt ende geen andere, zullen blyven cours hebben op
hueren ouden prys ende anders" enz.
PCoTA. »De corrcctiên voor deze laatste valuatie zijn gevolgd
naar 'een n.S. van eene valuatie der munt, afgekon-
digd in 'èHage op Kersavond 1490.'' — O. K.
(t) »Bi) mi) zijn At epgrgOTen Traprclen atlen in grootro geileld.*' — 0< K.
Digitized
by Google
— 216 —
disanis, en. hebbende tusschen den
cruyce vier lelikens sonder croonkens xl mylen Vlaenis,
Dese naevolgende penning hen van goade syn ge-
ordineert ganck te hebben byden voors. hartoghe boven
die voors. valuatien gemaect int voors. iaer.
Den castih'aen Iz st.
Den dobbel ducaet van Spaengien iijz gulden viij st.
Die ducaten van dien xxxix st.
Die crusaten xxxix st.
NOVA BKME.
Een Troys pont hout ij merct.
Een merct hout viij onceu.
Een once hout xx engelsche.
Een engelsche hout xxxij aeskens.
Een halff engelsche hout xvj aeskens.
Een fierhnck hout viij aeskens.
Een troyken hout ij deuskens.
Een deusken hout ij aeskens (1).
(1) Tot goed Terstand diene de volgende berekening uit de Toorgaande
evalaatie seWe opgemaakt:
1 gulden (tijnde een gouden geldstuk] ... «i 20 stuivers.
1 stuiver «■2 halve stuivers.
» wa 4 oord.
» ^ n 24 myten.
De myte werd denkbeeldig verdeeld in 2 halve myten.
/ De myte » » i> » 4 quart >i
De quart myte )> )> n 4 fierlingen,
in de valuatie uitgedrukt door F. of F. Qr., zoodat i F. Qr. het Y|f
eener myte ui tijn.
Indien men de berekening van het schuyiken en van den Phüipptu
schilt of van den clinchaert, bladz. 210 en 211 tot voorbeeld neemt,
zal men deze verklaring bevostigd \inden.
Digitized
by Google
— 217 —
Itein iot voors. iaer van m cccc en. xcix *'•*', den xxiiij*'*
dach van Februario, naer sciyven ende styl des hooffs
van Brabant, ende naer scryven des hoofis van Hollaiit
int iaer van m ccccc, is keyser Earie van Oistenryck,
den eersten, zoen van coninck Philippus van Castilien
voors., gebooren in Ylaenderen, inde vermaerde stadt
van Gent, wesende een schrikkel iaer, die oeck [daar]na
bartoghe van Brabant wert gebult.
(Te brengen op bladx. VO9 regel SS.)
In dese schepenstoel [1500] gaff over meester Raes
Raessen die secretarisschap, en, inne plaetse quam mees-
ter Symon van Coudenborch.
(Te brengen op bladi. Vi» regel M»)
In dit voors. iaer [1503], opten v*" dach lanuary, is
byde schepenen, geswoerene, r^ptslieden, diemen heet lee-
dighe lieden, deeckenen vanden ambachten, diemen he^
der goede knaepen, en. alle die gemeyne stadt van sHar-
togenbossche gemaect die carthe vanden ambacht vande
snyders.
(Te brengen op black. VS 9 regel iV.)
In dit iaer [1505] wert lan Heym hooch achoutel.
CSorts nae doode van coninck Philippus voors. [1506]
gerees oirloghe tusschen dese landen ende tusschen heer
Digitized
by Google
— 218 —
Caerle van Gelre ende quam heer 'Robbrecht van Aren-
borch met grooter macht vuyt Vranckryck tot Ruremund
en. sloech voorts binnen dej" meyerye vanden Bossche,
opten vij*" dach Octobris, en. voorts tot Tuernhout, en.
deede groote schaede: hy en hid gheen wederstant van
heeren Willem van Croy, stadthalder slants etc.
In dit voors. iaer is die confirmatie der voors. rainin-
ghe geschiet en. gegeven.
(Te brengen op bladz. 98 1 regel 990
Item opten xiiij°" luly [1508] daer nae werdt hooch
schoutet lannen vanden Wyngaert.
In dit iaer, opten xxiiij*"^ October, is die caerthe ofte
ordinancie verleent, dat die poirters endé poirterssen van-
den Bossche zelver in persoen nyet en behoeven te (1)
zyn, om te vertellen etc.
(Te brengen op bladz. 94» regel 4.) '
In dese schepenstod [1510] gaff over zyn officie mr.
Henrick Pelgrom, secretaris, en. in zyne stede wert ge-
ordineert mr. Marten die Greve.
(Te brengen op bladi. 95» regel 86*)
in dit zelve iaer [1511] zyn by die vanden Bossche
aengenqmen acht honden voetknechten voor eenen tyt
Aan drie maenden, iogaende den eersten November: elcke
(l) A., behoeven ie; bij W. , dorren.
Digitized
by Google
— 219 —
knecht ter manet vier Philippus gulden, endc die gele-
gen inde meyerye, omme die te bewaeren van Meghen
aff tot Huesden toe; ende die vanden Bossche hebbeu
door beveel van vrouw Margriet voors., tot bewaernisse
van Huesden moeten doen tsestich knechten ende noch
moeten houden opte stroom tussen den Bossche en.'Gor-
oom vier hueden en. een roeybaerse (1), wel gestofieert
met artellerye, omme daer mede Bommel te benauwen.
(Te breii|;en op Mads. VV» regel M»)
In dit iaer [1513] is zoe grooten vorst geweest, dat
die wagenen met heerinck gelaeden voeren van Gorcom
tot Coelen sonder ontlaeden, ende veel sleeden voeren
over d^ys en. quamen die Goepoort inne vuyt Hollant,
en. men nam wech-^elt vande sleeden.
Dit iaer [1514] wast een suete en. sachte wynter,
datter nauw een craey over het ys zoude hebben moe-
ghen gaen.
(Tc brengen op bladx. VS» regel !••)
In den tekst staat van; hes volgens A. en W.: ver-
moegens.
(l) Vier kneden en, een roeybaerse, A. heeft: en, Gorcum voir //us-
denj kuyeden ende een roeyhrache» F. zegt: en. nnck een roeyhraohe.
Uit dese opgave blijkt, dat de afschrijvers met hueden geen^ raad heb-
ben geweten, l/ucde of hoede beteekent eene wacht, en roeybaerse eene
rociheryie, zijnde barge of bcrgie thans nog voor trchschuit in gebruik'
Digitized
by Google
— 220 —
(Tè brengen op bladz. VO» regel S en S»)
Regel 3 x/oa^ oemen; lees iA>lgent W.: benemei^;
aUmedê regel 5 achter: den cappittel: rotfg" «r tetV A.
eti W. Ay .• toebehoirende.
(Te brengen op bladx. *!•» regel iS.)
jiclUer de woorden »hoDdert voeder ivyns^:
Ende omme te schatten alle vercregen geestelicke goe-
deren zeedert die doot van hartoghe Eaerle voors., en.
zy moesten alsulcke goederen over geven inne gescrifte
en. die rente van twee iaren daer aff geven, ende tzelve
worden zeer scerpelicke geexecuteert inde meyerye van-
den Bossche.
Ende nyet lange nae dese. hebben die ses goede man-
nen, door beveel der gemeyne stadt vanden Bossche',
vercregen van onse genadighen heere hartoch Kaerle, als
dat het capittel van sint lans zoude hebben eenen tacxs
iaerlichs van wyn en. bier, nyet tegenstaende die previ-
legien des voors. capittel, die hem van verscheydea prin-
cen en. hartogen gegeven waeren.
In dit voors. iaer is by comissarissen van zyne maies-
teyt geschat geweest alle geestelicke Goidts huysen, gast-
huysen en. andere cloosteren, nyemant vqytgescheyden,
van alle henne goederen binnen de xP'*"'' iaren by hen
verorden, bedragende die schattinghe in Brabant om-
trent tsestich duysent Philips gulden.
Digitized
by Google
— 221 —
(Te brengen op blads. 80» regel ftS.)
Int voors. iaer [1517], opten lesten dach Meert [is]
hj hartoch Kaerle verleent en. gegeven het previlegie,
daer by blyct, dat dinnegeseten van Yucht en. den ge-
erffden aldaer, dat zy moegen poëten op die gemejmte,
elck tegens zyn erff thien roeyen lanck.
(Te brengen op bladi. 81, regel SS»)
In dit iaer van m ecccc en. xviij, den v*" April, syn
vergadert van bloote boeven ruyteren sonder heeren oft
booftmannen ak men seyde. den swarten hoop, acht oft
neghen duysent sterck wesende, van alle landen verga-
dert wesende, €nde lagen op den huysman die geheele
vasten ende alen vlesch, speek, hooier, eyer en. al wat
sy vonden: ende alzoe zyn vergadert die heeren van
Nassauw, Ravesteyn, Cleve ende andere Rynsche hee-
ren en. zyn tsamen veraccordeert ende zyn daer onder
geslaegen met assistencie vanden huysman aldaer wonen-
de, geweecken wesende vuyte n^eyerye vanden Bossche
naer Venloo, dat op een cleyne plaetse zyn gebleven
en. doot geslagen xviij®, en. die anderen zyn al ewech
geloopen ende sommighe aen hoornen gehangen.
(Te brengen op bladz. 8S9 regel tB.)
In dit iaer [1520] wert hooch schoutet Evert van
Doome.
Byden voors. kej'ser Kaerle verleent die caerthe van
Digitized
by Google
— 222 —
(lat die geestelicken persoenen van nu. voirt aen en zul-
len moegen eysschen noch ontfangen eenighe nyeuwe
thienden meer dan haer voorsaten hebben gedaen, in,
die landen van Brabant, Limb'orch en. Overmaesse: ge-
geven lot Lueven, den vj*" October int voors. iaer.
(Te brengen op bladz. 89» reg«I tS*)
In dit iaer [1522], opten i'" luly goud dmud roggen
op die merct binnen den Bosch vj gulden en. iij st.^
het broot van xiij pont iij st. en. een halfTven braspen-
ninck.
In dat iaer is geworden meester lan Lombarts secre-
taris vander stadt, en. onlanchs daernae reysde hy tot
Mechelen, en. sittende op eenen wagen over quam hem
die doot en. hy slerff op die wagen by Mechelen.
(Te brengen op bladz. 88» re*;!] II.)
Vae^ achter de woorden te geven, de woorden Ie
weten: uie W.
(Te brengen op bladz. 89, regel %!•)
Voeg achter daer nae, de woorden hebben zy^ uit W.
(Te brengen op bladz. IIO9 regel 8.)
In dit voorscreven iaer [1524], in Angusto, heeft ge-
gouwen binnen den Bosch een sack sou Is voor ix Rvns-
Digitized
by Google
— 223 —
gulden en. xij st., en. inde veemerckt daer nae heeft
men den sack souts gecoft voor ijz gulden. •
In dit iaer, den xvj®" Septembris, heeft Hanrick Dach-
verlies zynen eedt gedaen als hooch schoutet vanden
Bosch.
(Te brengen op bladz. 90^ regel 15 (1).)
Int iaer ons Heeren m ccccc en. xxv*'''^, op Manen-
dach naer beloecke Sincxse (2), syn vergaedert int con-
vent vanden Prekers achter (3) inden Beempt, allen .die
meesters vanden ambachten met haere knechten en. die-
naren, treckende tsaemen een lynie, daer wesende en^
tsamen raet slaende, ontboeden zy sommighe heeren en.
schepenen aldaer by hen, haer te voii-en Jeggende en.
vvillende terstont aff hebben het maelgelt vanden rog
en. terwen ende van elcke ton biers vier 'stuvers min-
der te geven dan zy gegeven hadden, alle tweicke hen
doen terstont geconsenteert worden.
Den XX*" luny (4) daer nae, op Dynsdach, vergaderden
die voors. ambachten weder omnie inden Beempt en. ont-
boeden allen die borgers en. leechgangers, allen die pa-
ters vande cloosters binnen en. omtrent der stadt, ende
begeerde met wille ofte onwille, met sommighe heeren
en. schepenen die oeck ontboeden zyn, dat zy die stadt
wat te hulpe wouden comen en. dat zy voort aen zoe
veel en. wel acchyns zoude' geven van alle dinghen als
die gemeyne borgers deeden: soe over quamen allen die
(1) Het volgende Terhaal komt wel mede in Cupe&iüus voor, maar
W. en A. sijn in sommige omstandigheden veel uitvoeriger . (2) Siacx-
sen, A. verkeerdelijk: Paeschen, 's Maandags den eersten Zondag na Pink-
steren. (3) ilcAter^ 4iit A. ingevoegd. (4) /utiy; A. verkeerdelijk: /w/^.
Digitized
by Google
— 224 —
paters vande cloosters (zoe wel mans als vrouwen cloos*
ters) en. accordeerden met maelcanderen meUe bergers,
behalven die Precaers, die Cathuysers tot Yucht en. die
Basselaers buyten sint Anthonis poort (1), die en won-
den nyet veel daer Xoe geven. Nochtans waren daer
sommighe heeren, die begeerden dat zj doch geloven
wouden, om die gemeyne borgers te contenteren, zy zou-
den maken, dat zy van haere geloefte nyet en zouden
geven, maer zy woudent nyet doen. Doen waeren diaer
sommighe borgers, die begaerden, dat een yegelycke
thuys wilde gaen en. trecken zyn harnas en. geweer aen
en. comen op die merct en. blyvende daer by maelcan-
der tot dat die drie paters mette borgers veraccordeert
zouden zyn, twelck oeck alsoe geschiede, en. quamèn
tsanien op die merckt ende haelde noch sommighe per-
sonen vuyt sint Nicolaes, makende alzoe eenen rinck aen
die puye op die merct, ende des nachts omtrent tus-
schen twclff en. één ure toegen zy al tsamen met haer
geweer nae die Precaren clooster toe, en. daer comende
vonden ;zy die poorten gesloten; soe stont daer omtrent
een moeien kerre, die nameii zy en. liepen daer mede
die poorten oipen ende liepen zoe voorts int convent»
aten en. droncken dat zy daer vonden, sonder die kercke
(2) In de noot 2, bladz. 1U5, hebben wij op geiag van Var Heürk,
/listor ie der Stad en Meyery, dl. I, bladz. 500 gezegd, dat het kloos-
ter det Wilhelmieten lag buiten de St. Janspoort : hier echter staat bui-
ten de ))flml Anthonis poort," vroeger leidende naar den Dungen. ^Bit
laatste is juist. Immers ik vind in de haardtclling der stad en meijerij van
>s Hertogenbosch van 1520 (thans in de boekerij van het Noord-Brabandsch
Genootschap), dat het Baselaars- klooster lag op de Baseldonk onder den
Dungen buiten de gfnreien St. Antoniuspoort, gelijk het ook door Cofpkrs in
zijne Beschryving des bisdoms van *s Bosch geplaatst wordt. Lees daarom
voor noot 2, bladz. 105: V., die 1)o:«gk, /rcf ro/^en^B., A.ca W.: pyck.
Digitized
by Google
— 225 —
te hyndereo, en. sonder met haer te ovei^commen, gin* •
ghen zj daer weder wt. Des smorgens ontrent vier uren
Tertoegen zy van daer met pyp en. trommelen en. ge-
rechte oft vliegende vendel (1) tot Vucht naede Carthuy-
sers, en. daer commende zoe quamen hen sommighe van-
de Catfauysers heeren tegens voor inden boogaert ende
hebben daer gestelt taeffelen met broot, booter, kees
en. bier, en. daer aten en. droncken die borgers, en. die
poirten wairen daer al oipen gedaen doen zy quamen»
ende daer overquamen en. accordeerden die Cathuysers
met die borgers, zoe dat zy te vreede waren. •
Daer nae zyn zy weder omme gekeert naede stadt,
ende omtrent acht uren zynder eerst omtrent x ofte xi)
personen- gegaen op die Baseldonck ende hebben daer
oeck die poirte op gesrneet en. voorts geloepen int con«
vent. Doen waren daer sommige borgéren , sommen doen
seyde, die seyden, dat daer wyn lach in eenen kelder
ront om toegemest (2) wesende: die braken -zy oepen
ende droncken een deel vanden wyn, aten en. droncken
voorts dat zy vonden , en. to^en doen weder binnen
der stadt, sonder met hair te overco^ien, want die prior
was wech gereyst, zoe zy zeyden.
Tgeene voors. staet, alzoe geschiet wesende, soe syn
daer nae getoegen die Preckaers en. Cathuysers by vrouwe
Mai^ta, als goevernante des lants dier tyt wesende
want den keyser dier tyt was in Spaengien én.- lange
daer nae noch bleeff, en. claechden int hoff over die
borgers, als vanden overlast, diemen hen hadde aenge-
daen. Binnen dese voors. middelen tyden soe worden
die heeren vander stadt eens, twee ofte driemael te
(l) oft vliegende, uit A. ingcvocjjd. (3) Toegemest, (oegemetseld.
C. IS.
Digitized
by Google
— 226 —
hooir oiubodeo, om seeckere peuniDgheii te cousentereu^
die tboflf dier tyt eysscbende was, soe en wouden die
geraejne borgers die heeren uyet laten trecken dan op
liaer eyghen coat ende nyet te consenterai , dan dat zy
zelfis betaelen wouden.
Daer nae op Dynsdacb, den xxv^" luly int zelve iaets
soe quam beer Floris van Buren, stadthouder yaiideo
keyser, met myn beere den audiencier Moninorencie, met
meer anderen beere -vanden bove by hen bebbende, tot
YucKt leggen, «met een deel peerden en. voetyolck, ende
vrouw Margrita voors. ginck tot Huesdeii leggheu, ende
zy arresteerde (1) tot Vucbt allen die poirters goede-
ren, couiende van Antwerpen, en. allen anderen goede^
ren , den borgers toebeboirende , te bescry ven ende te
confisqueren. Dit horende die gemeynte binnen der stadt
zyu zeer ongestelt geweest ende hebben groote monopo-
lie gemaect by daegen en. nachten, dat zeer sorgelicken
was, want zy die poirten toehielden ende' namen die
sluetelen vander stadt, ende en vraechden nae die hee-
ren nyet, maer onboeden die heeren by henlieden alst
hen belieffden, dwingende een yegelickeu by haer te co-
men met geweer op baei- lyff, met egeen goet en mocht
yemant vuyter stadt: voorts zyn door beveel vaader
voors. vrouwe Margrita alle goederen gearresteert in Hol-
lant, Zeelant en. tot Andtwerpen, die borgei*s vanden
Bossche toebeboirende.
Nae die de voors. vrouwe Margrita, goevernante, tot
Huesdeo wesende, heeft den borgeren vanden Bossche
aengeseyt, dat zy lyfl en. goet verbuert hadden, want
haer heeren en. deeckens te bove onboeden en. bescreven
{\) AtreaU'cidf i A. accordeerde.
Digitized
by Google
-- 227 —
uvaifeo en. dat zyse ny«t eo wouden laten coemeo, ende
Bieer anderen delicten, die zy die sudt op lejrden: dus
zyii die heeren vander stadt tot .Vucht gereyst en. tot
Uuesden by vrouw Margrieta, om den peys te vercrygep.
Bonderdaeobs daer nae, omtrent elif uren inder nacht,
soe wert die clockc ten Bossche storm gelujt, zoe dat '
allen die. borger^ al op de been waerea,en. bleven op
die been tot des Sonoeodaegs smorgens toe.
Daer nae, en. binnen middelen tyde reysden die hee*
ren en. sommighe deeckenen weder oiume tot Yucht en.
Huesden, omme te overcomen met vrouw Margriet eo.
die grave van Buren; emmers int sluyten van accoordt,
soe wouden vrouw Bfargriet hebben, datmen haer zoude
geven twelflf boilers, die zy kiesen zoude, ende die
woude zy corrigeren met recht, ofte zy woude daër voor
hebben een groote somme van penninghen. £nd.e dier
tyt dat zy tot Yucht lagen, en deede zy die stadt ofte
borghers gheen misweyu (i), want sommighe borgers
gingen tot Yucht wandelen en. quamen weder om bin-
nen, sonder yet te cort gedaen te worden; dan die zelve
goederen, die de borgers toebehoerende waren, worden
en. waeren daer gearresteert, maer die borgers en wou-
den nyemaoden van hen inder stadt laten, voor en. al-
eer zy met haer overcomen en. veraccordeert wairen.
Ende veel vande heeren en. schepenen wairen vuyter
stadt gereyst van vreese vande borgers, en. en quamen
daer nyet weder om in, voor dat het al gecesseert was.
Des .sManendaegs smorgens daer nae, soe reysden die
heeren vauder .stadt weder omme tot Yucht en. seyden,
dat die borgers egeensins haer roede borgers op die
(I) Miswcyn, bij Vax Goob, Beschrijving van I*rcda , bladi 620,
leest men: misunj/tde, leed.
Digitized
by Google
— 228 —
'A'Ieesbaock leveren en wilden: soe over quamen zy^niet
tiie grave van Buren, in presentie vanden audienchier
en. den president van Mechelen, die welcke volcooien
macht hadde van vrouwe Margrieta, te weet en, als dat
die borsers vrouw Margriet in zouden halen met hondert
en. vyftich toortsen, ende daer.toe geven twalff duysent
Rynsgulden, soeraen seyde, niaer veel wouden seggen dat
hel meer was.
Ende des Vrydaegs daer nae, den vyffsten Aiigusti
sacbternoens, soc mosten allen die deeckens vanden am-
bachte en. d'oude deeckenen en. voorts diet te loote
vide, elck een toortse dragen al barrende, gecleet met
swarte tabbaerden, en. gingen alzoe lot bnyten die Vuch-
ter poort, milte heeren vanden raet, totten lesten boom
toe, alwacr vrouwe Margrita nietten tresorier, die grave
van Buren en. den audienchier met meer anderen heeren
gecomen 'zynde, vielen die heeren en, borgeren vandor
stadl op haer kuyen voor vrouw Jlargriet eb. bleven
daer leggen ter lyt en. wylen toe vrouw Margriet een
teecken deede, dat zy op zouden staen voor die misdaet
rander gemeynte, en. opgestaan wesende, leydeii zy al-
soe vrouwe Margriet in haere logys mitte voors. bar-
rende toortsen, ende van daer voorts die toortse bren-
gende in sint lans kerck voor dat H. Sacrament en. die
daer latende.
Des Saterdaegs daer nae moesten die borgers weder
öm geven die vier sluvers op elck ton biers, te weten,
van elck ton tot acchyns thien stuvers.
Item des Manendaegs daer nae, den xiiij*"* Augusti
int zelve iaer, reysde vrouwe Margriet weder vuyt der
•stadt vanden Bossche ende ten zelven daeghen moestmen
weder macigelt geven van rog en. terwcn.
Digitized
by Google
— 229 —
Ileiu des Dyiisdacfa, opten xxviij''' Augusti, wert dat
luaelgelt weder af^geset vanden rogge en. tenvcn.
Item des Maneiidach, den iiij'"' September daernae,
wert weder op geset, met consent vanden heeren, deec-
kenen en. geswoiren vanden ambachten, datmen van elcke
mud terwe tot maelgelt zoude geven thien stuvers, daer
méü ach^ stuvers af! plach te geven, en. datmen den
terwe soude ter moeien moeten brengen inne loey ge*
vcrwde sacken, omrae die alsoe te kennen.
(T« brengen op bladz. 96» regel lik)
In dit iaer [1526], den viij*"* Febraary, is geweest
zoe groote wynt en. tempeest inde locht, duerende den
gekceleu dach lanck, als opten Donderdach voor vastel-
avont, als oyt raaii gesien heeft oft gehoirl: welcke wynt
groote schaede heeft gedaen, als tot Eyndoven, daer den
tooren vander kercke om is gewayt op diie kercke ende
Leeft die kercke groote schaede gedaen tot Woensel en.
op meer andere plaetsen is oeck den toorn omgewayt
en. daer zyn oeck veel groote eycken boomen vuyt der
aerden gêwayt. Oeck veel scheepen en. veel volcxs ver»
dronckeu op zee, zoe d^t die wynt groote schaede heeft
gedaen (1).
Item opten xvilj"" Februario heeftmen binnen den
Bossche geviert, om het tractaet vanden peys tusschen
den keyser en. den coninck van Vranckryck; maer den
coninck van Vranckryck en onderhielt den peys nyet, hoe
wel hy zulcx ten heyligen gesworen hadde en. beyde
(1) Dit bfrigt vceJr korter bij A.
Digitized
by Google
— 230 —
zyn óudt^te zoen en Francis(^is, dolpbinus, eiK Uenricus
te gyjsel gegeven badde, om die in Spaengien byden key-
seir te voeren, dwelck al^oe geschieden.
(Te brengen op blada. és^ regel A9«)
•
In dit iaer [1526] zyn gecoren <iKe nyeHwe vier matn
nen en. twee repereer meesters «deser stadt, te weteo,
Dierck Scuercop, Dierck van Creylt, Hanrick van Bocx-
tel en, lan Pynappel, repereer oft bouwmeesters, Ambro-
sius vanden Hanenborch en. Herman Pelgroms Diericxss.
*
(Te brengen op bladz. 9f|» regel i4«)
. Er Miaat: xij sekere persoenen; lees: negen perso-
nen, uit W.
(Te brengen op bladz. iOi 9 regel A^
In dit voors. iaer [1528], op Pincxtdach, des mor-
gens, soe zyn die Gelderscfaeil gecoïnen vuyt ftemundtv
(Mntrent drie duysent soe voetknechten als huysluyden,
met gelaeden wagens, met haeckbussen en. veel andere
instrumenten en. zeelen, om te vangen en. te bynden en.
te laeden op wagens met geschut, eu. meynden die Peel
en< Keempe in diügtaele te brengen en. Eyndoven en.
Helmont inne te nemen, want zy dfiertoe veel ipstnv-
menten van scbuppen, saegen en. hameren 4 om al om
tucken te smyten, bereet hadden. Ende ,tot Eyndoven,
Helmont ep. Moll laegen omtrent tsamen drie hondert
Digitized
by Google
-^ 231 —
peerden en. hebben met ben genomen allen die knech-
ten, die inde Peel laegen, ende iiiet die clockslaeb allen
die boeren aldaer rontom versamelt en. hebben daer mede
allen die waegens vanden Geldersche ter neder gewor-
pen ende hebben daer wel neghei4 hondert geslagen van
Geldersche, zoe crychslieden als huyslieden, en. veel peert
rnyteren gevanghen ende inde vlucht zynde, veel peer-
d^ en. boeren verdroncken.
In dit zelve iaer, naer bet optrecken van Tfaiel, syn
sommighe Geldersche knechten gecomen omtrent der stadt
van Meghen, dewylen nu die knechten van Meghen vujt
waeren en. convoyeerden sommighe wynwagens, ende die
Gelderschen maeckten hairen aenslach te coemen tot Os
en. Nulant, maer die vanden Bosch sonden terstont der-
waerts hondert pcerden en. die ruyters vande Grave
quamen oeck by: dit vernemende die Geldersche^ verUe«
ten Meghen en. (rocken metter gevangen en. roeff naer
huys.
Item des Manendaegs, nae beloecke Paesschen int zelve
iaer, wesende den xx*"* April, heeftmen een blochuys
Tuyter stadt vanden Bossche gevoert te scheepe, om dat
tot^Lith te setten opten Ham, waer mede reden drie
hondert peerden, door Orthen, met Tier duysent voet-
kuechten.
In dit iaer [1529], 4pn vj** dach van Octobcr, is
gemaect den peys tusschen Brabant en. Gelderlant tot
Gorcom, welcke peysmakeis waren: die grave* van Buren,
die heere van Hoochstraten, den audencier, met sommige
scepenen vanden Bosch ter eenre, en. CJollaert cum suis
vande Gelderschen ter andere zyden, en. wert ten voors.
dage gepubliceert.
Digitized
by Google
— 232 —
Id dit iaer en was die Spaenscbe vloet nyet orerge-
comeo, alzoe dat een pout rosynen vj stuvers ea. een
pont vygen vier stuvers gouw.
In dit voors. iaer inde yasten zoe wert op allen die
huyssen staende binn^ der stadt vanden Bossche geor-
dineert te geven van al zoe veel guldens als t^j ter hue-
ren gouwen oft wel zoude gelden, van elcken gulden
eenen braspenninck , hal£f te betaelen die huerling en.
hal£f die thuys toehoorden, om zoe die stadt vuyt hae-
ren coinmer te helpen.
(Te breiigen op bladz. iOi , regel 9t«)
Achter totten kelder uit W. bij tê voegen: cnde
nieuwe paye (1).
(Te brengen op bladz. lOft , regel 4.)
In W. fV met eene andere hand bif geschreven : £n«
de int iaer 1584, stilo novo, is den voors. thoom met
die Kercke op sint lacob dach, omtrent xj uren inder
nacht, vanden blixem aengesteoken en. verbrant etc. (2).
(Te brengen op bladz. iOt, regel t8«]
Welcke ])ende voorts is getoegen naer Vilvoorden en.
voorts naeden hove in dienst vanden keyser, en. dat
door traclaet vanden peyse daer te vooren gemaect.
(I) Pai/e, de pui van het stadhuis. (3) Ueze zeUde aanteckeninft
keiut in A. m«t dezelfde band run dat handschrift \oort
Digitized
by Google
— 233 —
(Te brengen op bladi. tMt regel •••)
lo'dit iaer [1529], den xxiiij*" Angusti, op sinie Bar-
tolomeus dach, heeftmen processie generael gehouden en.
Godt gedanct vanden peys tusschen die keyserlycke ma'^
iesteyt en. den coninck van Yranckryck, ende des avonts
heeftmen gevuert naer ouder gewoenten.
In dit iaer en is gheenen nyeuwen wyu ten Bossche
geroepen ofte getapt in deser stadt voor des anderen
daegs naer sinte Pauvrels bekeeringhe, ende doen wert
geroepen nyeuwc Poetauw (1), die quart voor drie siu-
vers, want op den Ryn en. tot Coelen gheenen wyn en
was gewassen.
In dit iaer, op halff vasten, taetarê Ihenualem^ heeft-
men hier groote processie gegaen solempnelycken , ende
dat om Godt te dancken vander crooninghe ons heeren
des keysers.
(Te brengen op bbidz. l^Sf regel ••}
In dit iaer [1530], opten xv*" Decembri, zoe waert
ter paye aff gepubliceert met schoutet en. schepenen, dat-
men weder maelgelt zoude geven vanden rog, te weten:
van elck müd vier stuvers, alsmen plach te geven drie
iaren hinck geduerende.
Opten xxiij^ Decembri int voors. iaer wert ten Bosch
een vrouwe verwesen en. tot Vucht aende galghe ge-
hangen, genoemt Ycken, en. Aert Heym was hooch-
schoutet, en, zy wert corts aflgehaelt vander galge, van
(1) Bij A., ivyn Poijvtou,
Digitized
by Google
— 234 —
fcne gehcylcn iiule vvaiideliiigbc siister loost, een clerck,
zynde vau buytcn gcbooi^n, die welcke daer omine ge-
vangen wait en. lange gevangen sat, maer quam noch
aff Éiet gelde, soemeo seyde (1). •
In dit voors. iaer heeft inde Meert geweest alzoc groote
hetbe» als oyt man gesien heeft» ende inden April alzoe
ooudt en. felle, weder om als oyt man gesien heeft.
In dit voors. iaer is Goyaert Grootaert gecoren secre-
tarift inde plaetse van Marten die Greve.
(Te brengen op blads. i05t regel i9«]
Int iaer ons Heeren m ccccc en. xxxj'*''^, den lesten
dach luny, sterff ten Bossche een oude vrouwe persoen,
geheyten Lysbet Steewichts; zy was zoe oudt» dat zy
hadde eenen zoen, geuoemt Peter Steewichs, ende die
Peter had een dochter, genoemt Catharina, en. was Thiel-
man Ha'gens huysvrouwe, ende die Catharina hadde een
dochter, genoempt Geertruyt, die getrouwt hadde, lan
lan Eymerts, en. hy lan hadde byder voors, Geertruyt
twee kynderen, eer dese voorseyde Lysbet sterff (2).
In dit iaer, voor Bossche ommeganck des Donderdaegs,
gouw een mud roggen vj^ gl.'xiiij sts.
Ende inden ommeganck regendent alzoe zeer, datmen
eer^t sManendaegs die processie bielt
Item den rog gouw langen tyt ses gulden, daer nae
tyff gulden, en. dese duerte heeft geduert totten nycnwe
gewas toe.
Item [zgn] bydên keyserlycken maiesteyt verleent en .
(I) Dit berispt nii«t brj A. (2) üil is bij A. slechts luct eenige woor-
f\r.n ;jrmcW.
Digitized
by Google
— 235 —
gegeven previlegien die stadt vanden Bossche ende de
rocyerye van dyen, vanden goederen te erffven en^ te
vesten, en. vande notarissen etc, alles naerder hlyckende
bj'de zelve previiegie.
(Te brengen op bladz. 106» regel 14 en 19*)
Regel 14 staat: luyden; W. en \, hehbefê gilde.
Reyel 18 eiaat: op den kerckhoff; W. heeft op sint
lans kerckhofr.
(Tc brengen op bladi. ftOVf regel 14*)
Er etaat: in beginne van Idnio; W. en 1.: int eer-
ste vanden vasten.
(Te brengen op bladz. 109 1 regel t4«)
In dit iaer [1532], op sinte ttalbeus dach, heeftineil
pix)cessie generael gehouden met allen die reliquien en.
met onse lieve Trouwe heelde en. metten heyligen Sa*
crament, inder manieren als [met] sint lans (1) kermis
geschiet, en. hehben die deeckens vanden amhachten ende
die vier scfautteryed, de VrQUwen hroeders, gesworenen
en. schepenen mette dienaren, eick [met] .een bemendfe
kersse zeer solemnelycken gegaen: ende dat al om die
victorie, die de keyserlycke maiesteyt hadde gehadt te-
gens den Turcken, want daer waren wel xv" Turcken
gebleven en. verslagen in Hongheryen.
(1) Sint lanx', bij A., Bosschu,
Digitized
by Google
— 236 —
In dit iaer [1533], op vastel avondt, zoe Laddeh die
Beckerlinxs dat banespel gewonnen, soe staecken die
Coptydiocs vuyt haerder Lerberge een glavie oft specre
inet een heimet daer aen hangende, en. daer waren twee
Ooptydiucxs, te weten, Geveraet van Dueres zoon en.
Aert Cristiaen Coenen .zoon ; dese riepen twee Becker-
Uncxs yuyt den hoop met steecken; soe seyden die Bec-
kerlincxs, sy zouden twee alzoe eedele mannen brengen
a]s zy waren, tegens den eersten Sonneodach inde vas-
ten, en. daer teghens werl een ballye gemaect opden Wyn-
moelenberch, eiide elck zoude steecken drie steecken, en.
die de meeste glavien brack zoude den prys hebben; en.
zy quamen ter baelgien, eiide vande Backerlinxs partye
was Ryswyck ende dander lan die Bye van Hilverenbeeck,
ende den vyffsten steeck, zoe quam Dueren tegens Ian^«
de Bye ende Dueren stack lan die Bye onder zyn ooghen
door het heimet een gat int hooft, alzoe dat hy vanden
peerde viel en. steriT des Dynsdaegs daer nae tegens den
avont, en. zoe en stackmen nyet meer op die reyse. Dit
gebuerde den tweeden dach inden Meert.
Int iaer ons^Heeren m ccccc en. xxxiij *'***, sManen-
daechs nae Paesschen, soe waiien vergadert tusschen
Vucht en. Heerlaer een menichte van volcke, meer dan
twee hondeil, ende daer was een iongfae geselle van
zyne ambacht een droechscheerder, maer nyet vanden
Bossche geboren, die las nldaer int oipenbaer een evan-
gelie en. exponeerde dat den volcke. Dat vernomen
hebbende den hoochschoutet vanden Bossche, is gegaen '
met twee ofte drie personen van dien, die daer geweest
hadde, soemen seyde, en. gedaechde noch sommighe an-
dere personen, die daer geweest hadden, om te recht te
coemen; maer daer en wcrt nyet toe gedaen, door dyeu
Digitized
by Google
— 237 —
nirn doen seydc, dat ten Bosch zouden coemen commis-
sarisseu vuyt den hove van Bruessel, dweicke oeck al-
zoe geschieden.
Ende die voorscrcven commissarissen vuyten hove ge-
coemen >vesendc binnen den Bossche metten procureur
generael, hebbeu veel pei-soonen doen daeghen, om te
compareren en. hem ie verantworden , die befaemt wa-
ren vamde Lutersche seclen, ende wie nyet en compa-
reerden, worden gebannen vuyt Brabant op haer Ij^T
en. haer goet wort geconfisqneert. Oeck wordender dyer
tyt sommighe gevangen en. sommighe ginghen loepen en.
die worden gedaecht ter payen aff, den xvj*" May 4e
coemen binnen acht daegen zeliTs in persoen voor recht,
op den verbuerle van allen hen goet en. eewich geban- ,
nen te blyveu vuyt Brabant en. den landen van Over-
Maesse; maer nyemanl en quam. Die gebannen wt>rden,
waren: Gerit Gortsoen, hantschoenmaker, Hanric Lepper,
cooran cooper, Willem inden naem lesus, Aerl inden
gulden aensicht , Daniel Goessenssocn , stoelmaker , en.
meester Willem, glaesmaecker.
Item den xxiij*" luny int zelve iaer noch gedaecht ter
payen aff als voorstaet, om te coemen binnen ses dae-
gen, op de verbuerle als boven; maer zy en quamen
nyet. Dese waren genoempt: Reyner die Lepper tot
lleerlair, Claes inden spiegel, Peterken van Vuyden en.
Ileylken, tesmakersse.
In dit iaer zyn geordineert vanden hove negen vuyten
raetsheeren vanden Bossche, soe schepenen en. gesworen,
die mitte voors. commissarissen souden besongneren int
siuck vanden Lulrianen binnen deser stadt befaemt we-
sendc, te wctén: by Adriaen van Eynhoudts, Willem Pyn-
aj)pcl, schepenen, meester Dieick die Borchgreve, Wil-
Digitized
by Google
— 238 —
lem v«n Os, Matys Stootei's, Ghysbert Pels, geswoü'cu,
lan van £rp van Berze, Cioyart Symonssoen, Ilaurick
Dachverlies, Aert Ileym; hebben sommige verwesen te
vier en. zweerde, eu. noch veele, die penitencie hebben
gedaen met brandende toortsen te dragen en. geit te ge-
ven, zoe hier uae volcht.
Des J)ondei*daegs voor Bosche kermisse, den dorden
dac^ Iiily int zelve iaer, werter ten Bossche een ont«
hooft, om die vooi*s. secte wil, genoemt loost, Geritsz.,
die Leppersoen, spelmaker, die welcke seyde op dat
schavot: »Ghy borgers, ick heb wat gewispelt oSt ge-
twyffelt in dat H. Sacrament, maer nyet zoe vèel als-.
men myn overseyt heeft; dus begere ick van allen die
gheenen, die daer aen twyffelen, dat zy dat achterlaten,
want ick hout daer voor zoet tot desen dagen toe ge*
boudtn is. Voorts zoe is my overseyt, dat ick Maria,
die moeder Godts, veracht zoude hebben, seggende, dat
myn buysvrouwe zoe goet waer als zy, want zy veel
kyndereu gehadt heeft en. ]U[aria maer één; ick en heb
myn leefidagen noey t ' gesproken ;'^ en. met dye worden
zoe knielde hy en. worden thooft afl gehouden, en. ter-
«tont doen hy doot was, z6e worter een, genoemt Pe-
ter Hooi^, wever van Vucht, geworcbt aen eeneu staeck
.op die merct en. doen geheel verbrant ; maer die en
^yde nyet sonderlincxs , dan dat hy geeme sterven
wilde.
Item des Donderdacbs naer sinte Catharina int selve
iaier, werter binnen den Bosch opte roerct een onthoofi,
gienoemt Emont de snyder, en. een gebrant, maer eerst
geworcht, genoempt meester Willem die glaesmaker, om
die secte van Mart}Dus Luter; maer sy en seyden nyet
sq^derlincs.
Digitized
by Google
^ .239 —
Des Douderdacli iiae Vrouwe Lichtiuisse wertter len
Bossche een onthoeft op die merct, genoempt loost die
potbacker en. ivoendc tot Tucht, en. daer was een Preec"
ker by, die gern gehadt hadde oif hy yemant quade
exempelen gegeven hadde van quade gelove ofte dat Sa-
crament aengaende, dat hem dat leet waer, waer op hy
andtworde: »Ick en hebbe nergens mede omgegaen, dan
met het wort Ck>dt$f^ en. daer mede sterff hy, om die
secte van Luterc; cnde hy hadde gevangen geseeten ten
Bossche op die poorte, seedert Vrydaegs nae Paesschen,
meer dan drie vierdel iaers.
Ende binnen dese voors. tyden zoe worden daer om
die voors. secten veel lot verscbeyden penilenciê gewe*
sen, als: op een schavot te staen en. een cruys op haer
aensicht te branden, een toortse te dragen voor dat Sa-
crament van dat raethuys tot binnen 'sint lans kerck,
en. binnen dese stadt gebannen ses iaren, ende te gaeu
horen precken seeckeren tyt met i*oey roeyen inde handt,
andere een teken in haer cleederen te draghen, [zijnde]
een geel cruys een vierdel lanck, anderen tot geit te
i;heven, en noch moesten elck noch geit toe geven, deen
tachtentich gnlden, dander vyftich, twintich, tweUT en.
zoc voorts, elcs nae dat hy ryck was.
(Tc bren{^n op blads. f 90» re«pe! t6«)
In dit iaer [1534] is gepubliceert eenen grooten aff-
laet de papa Paulo tercio, om nyet anders dan datmen
ten heyligc Sacrament zonde gaen en. drie dagen te
vasten.
Digitized
by Google
— .240 — '
lu dil iner [1535], den zix** September, heeftnien
]MOcessie geocrael gehau\ven, gelyckinen op Sacraments
«lach doet: daer mede zyn gegaen die schutters met on-
sen liever Vrouwen bruers met veel borgeren, elcs met
bernende toortsen dragende, danckende Godt, den heer
vander victorie, die de keyserlycke maiesteyt hadde ge^
hadt tegeus de [benichten] Barbarossa, en. heeft Tbunis
en die Golette, Oen baven der stadt Tbunis zynde, in-
genomen.
(T« brengen op bladx. 1 1 1 1 regel S.)
Er staai: durende tot iiij huereu toe; by A. en W.:
duerende vier uren lanck.
[Te bren«^ op 4>lttds. III» regel ••)
In desen scepenstoel [1536] synder drie boeven voor
der- beeren huis haer ooghen vuytgesteecken.
In dit iaer, pplen xiiij** December, is den peys tus-
sohen den keyserlycken maiesteyt en. den Geldersche aflf-
gelesen binnen die stadt vanden Bossche.
(Te brengen op bladi. III» regel t5*}
Item opten vij*'' dach van Martii a". xv* en. xxxvj'****
voors [is] byden keyserlycken maiesteyt verleent die
vanden Bossche seeckere ordioantic op tstuk vande obli-
jjatie gemaect, naerder blyckende byde zelve.
Digitized
by Google
— 241 —
^Te brengen op l)1adt. Iftf rpg;el t«
Int iaer oos Hceren m ccccc en. xxxvij"*'^' in
Tveit die stadt vanden Bossche zeer geraolesteert vanden
keyserlycken maiesteyt, omnie een somme van pennin-
ghen op te brenghen, omme daer mede te oorlogen te-
gens die coninck van Vranckryck, Franciscus genoeinl,
dwelck binnen mueren meer beliep dan veert ich duysent
Caroli gulden. Onder veel reysens te hove, zoe wert
het daer geconsenteert , soe sochmen raet om op te bren-
ghen, waer aff eenighe begeerden, dat elck gheven zoude
naer zynen ryckdom, andere begeerden op seeckeren tol-
len en acchynsen te setten; onder alle wort geordineert,
dat elck can "wyns een oortken meer zoude geven van
acchyns, ende elcke ton vrecmt biers, dat bnyten der
stadt gevuert wort, dat plach te geven twee stuvers,
dat zoude geven drie stuvers: ende voorts daer nae soe
ordineerden den raet, datmen van elcke ton slechts bier
eene stuver meer zoude geven danmen plach te geven,
en. ,dat zou den brouwer betalen oft diet deede bi ou-
wen, om datter nyemant anders te bnydel en zoude gaen.
In dit laer, op kermis daoh van Os, 8oe is tot Osch
grooten brant geweest en zyn -daer omti*ent Iv huysen
verbrant van hacr selfls vier.
Int zelve iaer, sanderendaegs nae Bossche kermisse, is
eenen, genoemt Claes Aertsen, alias Belleken, coninck van-
den Cloveniers van doser stadt, inde Kerck straet geco-
men te thien uren inden avondt en. heeft daer eenen,
die hy nyet en kende, onnoeselyck vermoert; ende lan-
Den van Brecht, hoochschoutet vanden Bossche, deede,
tegen die previlegien vander stadt ende de blyde in-
C. 16.
Digitized
by Google
— 242 —
coemst ODS keyserlycke maiesteyt, die vensteren van Bel-
leken voors. opslaen en. zyne dienaren daer inclimmende
met gewelt, ende heeft den buysraet doen vuyt draghen,
meynende zoe die previlegien vander sladt te breeckcn ;
inaer die stadt heeft daer tegens geweest en. zyn te hove
gereyst, ic weten: Malys Stoolers inden Rinck en. Wil-
lem van Os, als scepenen; Herman van Deventer, Lam-
bert vanden Broeck, Adriaen van Eynhouts, Dierck van
Os, Ghysbert Pels, als raetsheeren; Goyaert Grootaerts
en. meester lan Reyners, als secretarissen; lan Staessen
en. Peter lacops, als deeckenen vander smeden en. bont-
werckers; Daniël van Vlierden, als boorsdrager; Rutger
Hermans, als boode; met eenen voorsprake; ende zoe
langhe tegens den hooch schoutet gedingt, dat daer een
appoinctement vuyt quani tot voordeele vaude borgheren.
Dit gedingde brocht groote twist onder die gcmcynte en.
oeck den raet. Ten lesten heeft die heere van Buren,
door tbeveel vanden hove, dit geschil op genomen en.
een vuyt sprake daer aiT gedaen ende den peys gemaect,
en. die sladt bleeff by haer oude previlegien (I).
(Te brengen op bladt. IlSf regel t5.)
Int iaer ons Heeren m ccccc en. xxxviij "''*', inde ma-
net Augusti, worden binnen den Bossche gevanghen on-
trent xvj of xviij mannen ende vrouwen, diemen seyde,
dat waren herdoopt; het waren al schamel lieden, als:
wevers, schoenlappers en. mesmakers, die van buyten
binnen der stadt en. omtrent der stadt waren comen
(1) Dit feit verhaalt CrrERi.M's ook, maar kier komen eenigo omstan-
din[hcden ^oor, door hem voorbij[;ezien of anders gemeld.
Digitized
by Google
— Z43 —
wonen, zoe dat zy geen innegeseetene borgers en waren;
en. daer was een man persoon onder van Druenen, ge-
noempt Pauwels, wesende een goudtsmit off silversmit,
die welcke men seyde, dat bisschop was van hen ailen;
ende desen P^wels, met nocfai drie anderen mans per*
soonen, worden tot Yucht opter heyde by dat Bossche
gericht, aUe vier op een schavot levendich geworcht en.
doen verbrant, en. die anderen drie personen waren: Mi*
chiel Stevens, potbacker van Oisteihout, boorsdreger; lan
Block, van Gent, lynewever, en. Adriaen van sCk^ven
haegben, lynewever, opten ix*" September daer nae int
zelve iaer op een Manendach, en. men hadde.elck een
zeel met een knoop inde mondt gebonden, op dat zy
nyet luyde en zoude roepen. Doenmense vuyt voerde
die voors. partyen, omrae te dooden, waren by ben ge-
stelt twee Precaeren en. twee Minnebrocders, die wclc-
ken haer veel seggen wouden en. thoonden haer elcs e^
houten cruysefics, maer zy en wouden dat nyet aensien
en. seyden: zy hadden Godt int harte, zy en wouden
hout noch steen aenbidden; oeck baden zy voor die ghee-
nen, die haer den doot aen deede, en. seggende: »Heer,
vergevet haer, die ons dit doen, want zy en weten nyet
wat zy doen;" en. oeck seyden zy: »0, Heere, laet oedc
ie nyet doen die groote grouwelycke afTgrysselichej/t, die
daer geschiet onder die sacrificie, diemen nu doet;'' oeck
seyde zy: )>Deó dach des Heeren moet eens comen, die
knecht en is nyet beeter dan zyn Heere f' en. indien
name stoi-ven zy willichlicken , maer zy en hoorden nae
der mounicken worden nyet. Ende dit deede al eenen'
commissaris vanden hove, genoempt meester Adriaen van-
den Grave, licentiaet in beyden rechten, die welcke hadde
een mans persoen by hem vander 'zelve sccten, die welcke
Digitized
by Google
~ 24.4 —
allen die voors. personen wist ie wysen waer zy won-
achtich waren, en. hier om wert hem zyn niisdaet ver-
geven, ende totte voors. commissaris worden geordineert
seven anderen schepenen, die de voors. personen vei-oor-
delden binnen den Bossche, te weten, diia vanden sche*
p^nen doen ter tyt zynde, als: meester Goessen vander
Stegen, Gbysbert Ueym en. Matys Stooters inden Ring,
en. die vier ander .scepenen waren: meester Hanrick Pel-
grom, anders Ketelaer, meester llanrick Kuysten, lan van-
der stegen, heylighe Geestraeester, en. Goyaert Symons-
zoen, kerckmeester.
Opten xj'" September, twee dagen daer nae, worden
tol Vucht by dat gericht geworcht drie vrouwen persoe-
nen en. een man, diemen oeck seyde, dat verdoopt wa-
ren, waer aflF deen was Pauwels, de bisschop voors., huys-
vrouwe, daer waren oeck monicken by, en. Pauwels huys-
vrouwe seyde: ))0 Heer, wilt doch die oogen verlichtöi
van die dit doen, op dat zy moegen sien wat zy doen;
ick dancke u, Godt, dat ghy my weerdich kent te lyden
om uwen naems wille,'" en. sterff alzoe. Die Precaer seyde
tot een ander vrouwe: »Ghy blyft by die heylige kercke,
en docdy nyet?" waer op zy andtworde: »Ick blyff by
Ghiistum, is dat nyet heylige kercke genouchT^ En.
die Precaer seyde tot lan van Capel, die voors. man per-
soen: »Bidt toch ofE ghy yemant eenige quade exempe*
len gegeven hebt, off in dolinghe geweest zyt, dat u die
Heer dat vergeven wil:" waer óp hy andtworde: »Ick en
heb nyet gedoelt, maer roetten wordden Godts om ge-
gaen, en. my is leet, dat ick zoe lange in duysternisse
geweest hebbe, ende ick bidde u, ghy borgers, wilt doch
dat evangelium lesen en. daer na leven; wilt u dronc-
ken diiiK^ken, boveiye, vloecken en. , kyven laten en^
Digitized
by Google
— 245 —
vreetsaam roet maelcanderen zyn ,'^ eo. storff aizoe. Die
dorde vroawe seyde: »Heere, Godt almachtich; wilt niy
nyet meer op leggen dan ick draghen mach,'' ende storff
alzoe. Die voors. Panwels en. zyn huysvrouwe hadden
een kynt omt||[Qt drie vierdel iaers oudt zynde en. was
noch ongedoopt; dat namen zy die moeder vuyt dat ge*
vandeenisse en. deedent doopen, en. heer Philips van
Doorn, deecken van sint lans [kerk], en. posteluyn (1),
meester lan vander Stegens huysvrouwe, inden H. Geest,
eo. Anna, meester Goessen vander Stegen huysvrouwe,
waren peteren en. peete van het kynt.
Ende des Yrydaegs daer nae, den xUj** September,
wert binnen den Bossche een ionge geselle oathooft op
die merct, smorgens omtrent ses uren, vander zelver-
secte (2).
(Te brengen op bladz. ilS, regel SO«)
In dit iaer [1538] is affgepubliceert het bestant van
thien maanden tusschen den keyserlycken maiesteyt en.
den coninck van Yranckryck, daer veel menschen blyde
om waren, en. men vuerden ten Bosch twee off* drie
daegen lanck, en. dat van diversche ambachten.
(Te brengen op bladz. 1 14, regel 19*)
jichter houdende: ende ten zelven tyde saten op die
gevangen poorte noch drie vrouwen en. een mans per-
soen vander voors. secte; die man was op die gevangen
(t) Bij A., postellen» (2) Bij CursBizics is deie marteling der Her>
dooperf fllccbts roet epn enkel woord vermeld.
Digitized
by Google
— 246 —
poorte gestorven die natuerlycke doot, eih. die drie vrou-»
wen worden yerbeeden en. gingen vry, en. die man
wert noch onthooA; op die merct.
(Tc brengen op bladz. f 15» regel ^•}
In dit Toors. iaer [1540], den xviij'" lanuarjr, voer-
der eene waghen met mans en. vrouwen personen vuy-
ten Bossche naer Andtwerpen, en, binnen den Bosch,
achter die Tolfarug, woende eenen man, genaempt Hans
Claessen van Cuelen, en. maeckten hooren cammen, die
volchde dese voors. wagen, hebbende een busch met
drie lopen; en. des anderen daegs, omtrent ses uren,
quam de wagen en. Hans voors. ontrent Segraeck [?],
en. die wagen quam in een quaet spoor, alzoe datter een
vanden wagben ginck, genaemt lan, lanteermaker van*
den Bosch, om die tegens te houden. Doen nam Hans
voors. zyn bussche en. schoot lan voors. van achteren
in zyn lyff, dat hy ter aerden viel; doen schoot hy noch
eens door die wagben en. schoot een vrouwe persoen,
die bevrucht was van kynde, inde borst, en. andere,
die (^ten wagen waren, gingen loepen, en. hy Hans
nam een vrouwe persoon vanden Bosch, die op de wa-
gen sat, omtrent dartich gulden in een bygordel synde,
en. nam dat bygordel en. liet die wagen -doen passeren
(ende die voots. twee gewonden personen storven dyen
zelven dach tot Hoochstraten) ende hy Hans ginck nae-
den Bosch: ende onder wegen comende worp hy die
bussche met den gereetschap en. by gordel aen een graft
ofte hegge needer, ende die bussche en. by goordel wert
gevonden van eenen schaepharder en. ten Bossche ge-
bracht vanden schoutet van Breda ; en. die meester, die
Digitized
by Google
— 247 —
de bussche gemaect hadde, woeode ten Bosch, en. zy
gingen met die bussche en. vraechden wien hy die ver-
cocht hadde, waer op hy andt worden den voors. Hans,
cammaker, wonende achter die Tolbrug, die welcke doen
secretelycken ,daer mede befaemt wert, ende hy dat ho-
rende, , zoe ginck hy Hans, meC sommighe zyne gebue*
ren tot den schontet, om hem te yerandworden, nyet
wetende vande bussche, ende daer comende, die bussche
hem gethoont wesende, begonst doen te Aanwen, alzoe
dat die schout hem doen gevangen stelden. Dit gebuer*
de den vierden dach inde Heert en. was den eeisteo
Donderdach inde vasten, ende den thieuden Meert wert
die voors. Hans vuytgevoirt op eenen wagen en. wert
tot Vucht by dat gericht op een schavot aen eenen staeck
levendich mitten viei*e verbrant. Aen den staeck staende
seyde by: )>Ick bid u allen te samen, dat nyemant myn
huysvrou en. kynden dit wilt verwyten die doot, die
ick hier sterven zal, want ick en heb noeyt myn leeff-
dagen man stuver ofte helder genomen dan nu dese
reyse, en. daer heeft my toe gedrongen die armoede,
want ick seeckeren personen schuldich was, die my wflde
overvallen, en. oeck dacht ickt weder te gheven als ickt
had cotmen overcomen;'^ est zoe sterft hy, hebbende
goede kennisse en.' berouw. Hy hadde wel xij ofte xiij
iaren ten Bossche gewoent en. hy was geacht onder syn
gebueren voor een goet, duechdelyck, vroom man. Die
vrouwe, die hy doot schoot, was van Mechelen, en
haere man was mede op die wagen, en. hy deede dit
werck alleen: hy had een huysvrouwe van Onelen en.
daer by een dochter (1).
[{) Dit Yerhaal is bij A. weg;gelaten.
Digitized by
Google
— 248 —
Iq (lil iaer zoe begonsten dte haiieii binueu den Bos-
sche te vechten nae oude gewoente, en. die partye van-
de Coptydioge die wonnent alle daege tot op vastel-
avontdach toe. Des Dynsdach en. was den eersten dach
Meert y omtrent middach, soe bit)chten die Coptydinge
eenen faaen int perck, om te vechten, welcken haen ter-
stont int perck comende op vlooch wel hooge, maer hy
wert terstont weder tegens den anderen haen geset, om
[te] vechten, en. vloech weder op; noch wert hy eens
needer geset, om [te] vechten, en. vloech weder desge-
lycke. Doen wouden hem die Coptydinge weder needer
setten, om [te] vechten, dwelck die Beckerlinghe nyet
en wilden toelaten, seggende, dat hem meer dan recht
gebuert was, en. dat hy, naer ouder gewoenten, nyet
meer en zoude moegen vechten; om welcke sake een
van des Coptydinge pluym greff, genaemt Aert Cuypers,
anders Die Bont, terstont vuyt den pei'ck liep byde
heeren claegende, datmen hairen haen ongelyck woude
doen: alzoe dat die hanen doen tegens een opgetoeghen
werden en. en vochten dien vastelavont nyet meer, noch
die coninck en reet met die kynderen nyet om, naer
ouder gewoenten ; maer die Coptydinge en. Beckerlingen
aten elck by maelcanderen den eersten Sonnendach in-
den vasten, naer ouder gewoenten, sonder eenighe spee-
luyden te hebben, dan die Coptydinghen brochten mees-
tendeel haer huysvrouwen met haer ter maeltyt inde
gulde Cop, maer die Backerlingen op die Gaffel; en. die
Coptydingen hadden noch drie hanen, met den haen daer
twist om quam, in te setten, om te vechten, ea. die
Beckerlingen maer twee (1).
(1) Dit hiiticnspcl komt bij .\. niet vour.
Digitized
by Google
— 249 —
(Te breogen op bladz. it9t rec;el tl*}
lu dit iaer [L542] en quamer egeen ojeuwe Rensche
moest binDen den Bossche overmits dat oorloghe van
Marten van Rossum, en. den wyn was oeck quallcken
gewassen y alsoe dat sommige wyn tappei*s . haei*en wyn
vercoflen voor vyff stuvers, en. doen setten die heeren
vander stadt die op drie stuvers, en. dat elck mocht
tappen, maer hy was zeer qualicken te crygen.
(To brengen op bladz. 119, re^l ft.)
Item noch moesten alle borgers, by straten gesortcert,
graven, vuyt elck fauys een persoen, eenen dach lanck
aen die graften vande Heeckel, vande oude Diese aen
totte Heeckel vanden Cruysbroederen, eenen grooten wyen
graft, en. die aerden bracht men aen die stadt vest. Dit
geduerde wat tyts;maer overmits dat die borghers traech-
lycken arbeyden, soe wert daer geordineert, dat die bor-
gers geit zouden geven, om arbeyts lieden te hueren,
twdcke zoe gebuerden: die rentiers en. rycke coopluy*
den eics twee stuvers, en. de gemeyne ambachtsman elck
eene stnver, schamel ambachts luyden eenen halve stu-
ver, off zy mochten graven. Dit duerde tot nae Bamis,
dat het water te groot worden, en. men vuerden die
aerde oeck met pleyten aen die muren.
(Te brengen op bladz. 118, regel t6«;
In dese voors. schepenstocl [1542] zyu geordineert
Digitized
by Google
— 250 —
vier raetsheeren tot aelmoesiniers , om alle Sonneodach
in sint lans kercke mette schaden te gaen voorden ar-
men buysarmen, te wetene: lacop Goelen» Adriaen van
Eynhouts, Gerit van Berckel, daer nae lan die Wolff,
en. dese vier personen gingen inde weecke eens rontsom
die stadt in elcke huys, twelck zy die schamel huysar-
men dejlden, die nyet oipenbaerlyck ter aelmoessen en
leeffden: dit gebuerden den xrj''' lanuary» en. oeck wor-
den doen geordineert zeeckeren personen, die welcken
oeck gingen bidden te Miimebroeders, te Precaers, opt
Bagynboff en. in sint lacops cappel. Dit duerde tot
Paesschen toe en. langher nyet (1).
(Te breni^ op bUdi. ttO^ regel f#*)
Dit zelve iaer [1543], vastelavont, en vochten die ha-
nen nyet, noch die coninck en reedt nyet om, off die
heeren en teerden nyet by een nae ouder gewoente.
Dese wynter gouw den torff elcke ton iijz stuver, dat
lanck duerde; het hondert vanden bleecken jz stuver; den
Toessen eene stuver; die eycken rys, tfaondert, gz gul-
den; die eelse rys xxvij stuvers. Het was een zeer lain-
ge, coude wynter, ende den iij"" dach van Meert qua-
men die pleyten met torff van Loon en. doen gaven zy
die ton weder om jz stuver en. oeck een eyt min.
(Te brengen op bladi. ff I, regel f.)
Op dê vraitg in noot 1 gedaan, antwoord ik: in
(I) Bi] CrrcAiiirft slechts het eerste gcdocUe.
Digitized
by Google
— 251 —
hêt oproer^ bij de inkomst van Philips den goeds in
F laanderen uitgebroken ^ weiden ds muiters ^ aan wier
hoofd zich de bastaard van Blankenstein beoond ^
makkers van de groene tente genoemd, WliXBMS, Bel*
gisch Museum, dl. IJl, bladz. 377.
(Te brengen op bladx. fff» re^el 4«)
In dit iaer [1543], op schoetele WoeDsdach (1), den
eersten April, worden tot Vucht twee vrouwen en. een
man op een schavot levendich verbrant, en. uoch een
man gericht en. een vrouwe levendich gedolven in eenen
kuyll gesteecken, en. dese vyff personen waren wonach-
tich geweest by Valecyn en, en consten. egeen Duytsche
sprake; men seyde doen dat zy van baer plaetse getoe-
gen waren, om te reysen nae Wesel int Jant van Clecff,
en. sy moeten sterven, om dat sy het Sacrament nyet
en woudc gcbruycken noch ontfangen gelycmen alhier
te lant is doende, maer zy wouden dat onderhouden en,
gebruycken, gelyck alsmen dat onderhiel in sommige
steden in Duytslant en. Oostant, maer en hadden anders
sonderlinge geen quade opinie, soemen sach, en. zy ga*
ven haer willichlicke ter doot met vruechden» en. deen
vrouw, die gebrant worden, hadden twee kynderen, een
meysken van acht iaren en. een knechten van ses iaren,
die worden gesonden inden heyligen Geest binnen den
Bosch, om daer te onder houden, maer zy en bleven
daer nyet lanck, want daer waren sommighe boi|;ers bin^
nen dor stadt, diese aenveerden,
(l) Schoeteie Woensdach, Woensdags in 4c treek vóór Paschen.
Digitized by
Google
— 252 —
(Te brengen op bladi. IStt regel 9 -ff.)
Id dit voors. iaer [1544], deu xiiij" Augusti, werl
ten Bosch een vrouwe persoen, die gewoent hadde op
die Wyntmolenbercb, genoemt Magdalena, diemen seyde
dat Yuyt Waterlant geboren was, en. hadde lange ten
Bosch gevangen geseeten, ea worden binnen middelen
tyde gevuert tot Utrecht, daer een gevangen sat, diemen
seyde dat was vander secte, Davidt loris, die zyn leven
beloeft was, dat hy sommighe personen van dier secte
beclnppen zoude en. wysen; ende dese voors. Magdalene
was zeer derlick gepynicht tot verscheyden reyse, maer
en hadde uyet beleden, soemen seyde; dan men seyde,
dat tot Utrecht sommige personen gedoot waren, die
daer op waren gestorven, dat die voors. Magdalena oeck
vander voors. secte was, en. zoe wert zy op den voors.
dach gevuert nae Yucht by dat gericht vanden Bossche
en. ^aer geworpen in een groot wyn vat vol waters en.
zoe verdroncken en. daer nae gestelt op een rat. Men
seyde dat zy daer op wilde sterven, dat zy der zaecke
^een schuit en hadde.
(Te brengen op bladz. f SSf regel S»)
In dit iaer [1545], in December, goud den rogge op
die mera vj gulden en. drie stuvei's, en. den xxviy**
lanuary daer nae gouw den rogge vz gulden en. die
pryse bleeff tot Paesschen (1).
(I) Dit keren-berigt konil bij Ciperl^is met verschillende prijicn \oor.
Digitized
by Google
-- 253 —
(Te brengen op bladx. itS* regel SS*)
In dit iaer [1546], op Bosse kermis, is gespiielt van-
den xvij lantsheeren, nac ouder gewoente.
In dit iaer, omtrent vastelavont, wert weder om ge-
consenteert (overmits dat die stadt vanden Bosscbe noch
veel ten achteren was), dat elck persoen binnen der
stad wonende, zoude geven van elcke Rynsgulden, die
hy verwoende, ofte zoe veel zyn huys ter huere goude,
eenen braspenninck, en-, dat zoude elck geheel betalen,
die dat huys bewoeuden, en. daertoe zoudemen noch ver-
coopcii ofte versetteu die Weertsche hoven, leggende op
den Ulenborcb, en. oick den Muntel, tusschen die Orthe
en. Hintamerpoort.
In dit iaer vochten die hanen weder vier dagen, naer
oude gewoenten; maer daer en vocbte van elcke partyc
daegs maer vier hanen, en. op vastelavont dacb soe
stonden ieyde leste hanen van elcke partye int perck
tegens een en. vochten tot savonts die clocke scs gesla-
gen hadde, en. doen ginck den haen vande Coptydinge
partye lopen, en. doen worden geaccordeert , dat den
coninck om zoude ryden den j*"* Sonnendach inde vas-
ten, en. dat geschieden alsoe.
Ende int eerst vanden vasten werde gespeelt vande
wynter en. somer, ende op Palm sonnendach op de merct
gespeelt die passie.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. xlvij"**', soe schocten
allen die schutteryen deser stadt vanden Bossche de pa«
pegaeye met oeck allen die straten, behalven die Tisch-
merct ende Weversplaets. Die schuiteryen en hadden
nyet geschoclen in vyff iaren daer te vooren, en. dat
Digitized
by Google
— 254 —
Avas (laer om by gecomen, om den schadelicken tocht,
die Marten van Rossum inde meyerye gedaen hadde, en.
andere voorgaende oorloghen.
In dit iaer moest den buyten man van elcke stuck
lynen laken, dat hy binnen der sladt vercocht, geven
eene sluver, en. worden oeck geordineert dat die bor-
gers insgelyck moesten geven eene sluver van alle lyne
laken, die zy selfis -van buyten brochlcn, om binnen
deser stadt te vercoopen off zelffs te doen bleycken.
In dit iaer, omtrent Bamis, Avasser een groote oproer
binnen der stadt vanden Bossche, om dat die stadt meer
dan Ixx*'"** duysent gulden ten achteren was, en. daer
viele groote twisten, want 'die heeren wouden allen na-
tien binnen der stadt belasten, dwelck die gemeynten
nyet en wilde consenteren. Ten lesten accordeerden die
heeren metten gemeynten te samen, als datmen die vyff
mannen off gedeputeerden , die der stadt geit ontfinghcn
en. vuytreyckten, dwelck waren: Ghysbert Heernincx, lan
van Elmpt, lan Pynappel, Dierck vanden Berge en. Wou-
ter van Middegael, oerloff zoude geven en. zoude allen
die stadt acchynsen verpachten en. stellen vier rentmees-
ters, om dat geit te ontfangen en. weder ^vuyt te reyc-
ken, en. datmen van elcke tonne biers eene stuver meer
van accbyns soude geven, en. dat die borgers, die zelffs
brouwen, van xiiij tonnen plachten te veracchynsen xij
tonnen, daer zoude hy van nu voirt aen van xiij ton-
nen xij tonnen veracchynsen, te weten, xiij stuvers; daer
toe noch van üllen die osschen, diemen binnen den Bos-
sche zoude slaen, van elcken Byusgulden, diemen voor-
den osch zoude geven, der sladt daer aff geven een oirt
stuvers, en. vereken en. schapen nae adveoant. Dese
Lelastinghe zoude duren vier iaer lanck.
Digitized
by Google
~ 255 —
(Te breogen op bladi. itü» regel IS.)
Iflt iaer ons Heeren m c^ccc en. xlviij''*** wasser groo-
ten twist tusschen die heeren vanden capittel en. die
Vrouwea bruers binnen der stadt en. dat ter cause van
meester Gerit, sangmeester, anders Hartcken, oirloff ge-
geven was, om dat zyn buysv rouwe die coralen nyet
wel en r^eerden aengaende die montcosten: en doeu
worden daer onboeden twee sangmeesters, te weteo, een
priester, genoemt meester Willem van 'Breda, en. noch
eenen gebouwden man van Dordrecbt; en. het capittel
en woude egeen gebouwde mans hebben tot een sang-
meester en. namen den voors. meester Willem aen, son-
der consent vanden Vrouwen bruers: en. die voors. mees-
ter Willem, comende binnen den Bossche in zynen dien*
ste, zoe en woude hem onse Vrouwe broederscap nyet
aen nemen off gagien geven; soe gebuerde den xxj"
luly, 'dat die heeren' van tcappittel die sangers oirloff
gaven en. behielden alleen den voors. sangmeester en.
coralen, ende als die sangers int choor quamen singen,
zoe quamen zy soiider choorcleet: en. dat stont alzoe
totten vj*'' dach Septembris, doen accordeerden zy beyde
te samen ende namen den voors. meester Willem, sang-
meester, en. allen die 'anderen sangers gelyckelyck weder
om aen.
In dit iaer, omtrent Bamis, alsmen' den acchyns de*
ser stadt gemeynelycken verpacht, zoe en mocht den
bier acchyns nauwelics X3(j"' gulden gelden, soe en wort
by alsdoen nyet verpacht, en. daer nae satmen doen
noch eens daer op en. en wert nosph nyet verpacht, en.
daer nae wert hy verpacht op Bamis avont en. hec
Digitized
by Google
~ 256 —
lioochsel ginck vuyt op Bamis dacb, des achternoeiis,
voor xxij" gulden en. vüj*' gulden, en. daer waren op
gcslaegen ij'' slaegen, *elcke slach tot iiijz Rynsgulden,
soe beliep die voors. soumie xxiij" en. iij*" Rynsguldeu:
Ilanrick van Deventer, een vande raetsheeren deser stadt,
hadde hem gepacht, en. hy wert dien zelven Bainis .we-
der scepen gestelt, maer om die ordinancie deser stadt
wille, heeft hy dit laer als schepen nyet rooien sitten,
soe hy suks tot Bruessel verworven hadde, en. in zyne
plaetse quam Herman van Deventer, zyuen broeder.
In dit iaer, hi November, soe wert geordineert bin-
nen der stadt, dat elck huys binnen der stadt geven
zoude van elcken Rynsgulden, die zy iaerlics tot huere
gaven, eene stuver, een oirt, en. sommige ijz stuver, en.
sommige wat meer, na dat die lieden ryck waren off
neeringe hadden, die dat huys bewoeuden; en. dat moes-
ten die inwoenders alleen betalen, en. deen helft wert
corts doen daer nae gehaelt en. dat byde blockmeesters,
elck in zynen block, en. die dat nyet en wilde geven,
daer ginck die schoutet en. schepenen mitte blockmees-
lers, en. decde alsulcke betalen.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. xlix*'*'', den xvij"*
May, wert gevanghen tot Nistelroy een man met zyn
Imysvrouwc, diemen inde wandellnge biet den quaden
engel, en. hadde veel quaels gedaen en. het volck ge-
transeneert en. groot overlast gedaen, en. doen hy ge-
vangen word, had hy een vrouw tx)t Nisteli-oy gewoent
en. -doen quam der vrouwen zoon en. creecb den qua-
den. engel onder die voet en. quetste hem zeer; daer
nae quam den quaden engels wyff en hiel der voors.
vrouwen zoon meteen bylc in zyn rugge daer hy op bai-
Digitized
by Google
— 257 — .
ren man kch, alzoe dat hy daer aff sterff: en. den an-
dereo daegs wert den quaden engel met zjm vrouwe
Binnen den Bossche gebrackt, ende den quaden engel
sterff dyen dach op de gerangen poort m die gyole (1)
yam zjme quetsuere en. ivert des anderen daegs begraven
int gasthuys en. zyn huysvrouwe bleeff gevangen sitten
totten xj*" dachOctober daer nae ende wert daer nae
op die gevangen poirte secretelyck gegeeselt en. gebannen
büyten der meyerye vanden Bossche en. ginck alsoe daer
mede los.
(Te brengen op bladx. it9» regel ii*)
Int iaer van m ccccc ende xlix voors.^ in September, is
Philippus, byder gratiën Godts, prince van Castilien etc.
en. zoen van Carolus, de vyffste keyser van dier namen,
geboren van myn vrouwe Isabella van Portugael, byde
staten des lants ontfangen en. gebult als hartoghe van
Brabant (naer dyen zynen heer vader hem die zelve lan*
den hadde getransporteert daer te vooren), wesende den
Ixvj*'' hartoge van Brabant; ende inde voors. manet zyn
binnen der stadt vanden Bossche gemonstert allen die
borgers yander stadt inne haer^ harnas en. geweer, groot
en. cleyn, boven haer xx*''^' iaren tot haer lx"'"*' (2) iaren
toe, elck met een velt teeken, te weten, roeye sleyers,
ende dat elck in zynen block, omme daer mede in te
halen den voors. Philippus; ende op Sonnendach, den
voors. xxij^'' September, hebben zy hem iogehaelt, en. die
borgers, die inde wapenen waren, waren omtrent int ge-
tall xxij hondert en. een hondert ruyters te peèrde, te
(1) OyoU, kerker. (9) Bij A., 40 iaren, do«b Terkeerdelijk.
C. 17.
Digitized
by Google
— 268 —
weten, eerst die ruiters, daer nae die borgers ende allen
•die borgers, die boven haer Ix"*"^ iaren waren, moesten
«lek een toortse in haer handen hebben, ende die van
Orthen en. die vanden Dunghe» van gelycke, ende ston- ,
den daer luede vande Yuchter })oorte aiT tot aen die huy-
:>inge van Hanrick van Deventer, daei* die voors. Philip-
pus gelogeert was; syn oeck daer mede geweest allen
die geestelycke heeren vanden capittel , die Precaers ,
Minnebroeders, Cruysbroederen^ Bomgaerdeo, Baseldonck
en. allen die Bafgynen in een groot getal met haer wilte
falicn; eude sMauendaechs daer nae wert hy oipenbaer
en. zeer triumphautelyck voor dat raetbuys gebult, ende
des anderen daeclis reysde by Daer Iluesden en. zoe
V(X)rts waer IloUant toe.
(Te brengen op bladi. IM, regel 8S.}
Int iaer ons Heeren m ccccc en. 1*'''' wert geordineert
en. gesloteii byde drie leeden der voors. stadt, dat een
yegelycke borger soude geven den xx*" penninck van
alle zyne goederen erffelyck en. gereet, vuytgenomen die
leengoederen , die buyten Brabant gelegen waren , die
zoude vry zyn , ende de lyffrenthen zoude balff geit ge-
ven, te weten, van een honderli gulden siaers, vyff gul-
den, en. zoe voorts nae advenant, en. daer toe noch
van elcke ton biers zoe veel als elcke borger gemeyn-
lick in een iaer binnen zynen huyse drinckt, en. die
raetsheeren, van elcke ton, twee stuvers, vier iaer lanck,
die soumen dan die twee iaren terstont gereet betalen,
en. soemen met dat geit den commer deser stadt nyet
en mocht betalen, zoe soudemen dander helft vanden
Digitized
by Google
— 259 —
biereo dan oeck geven; en. hier ivprden toe geordmeert
twee scepenen, twee raetsheeren en. vier deeckenen van
vcrscbeyden ambachten, om een yegelyck alleen te ont-
bieden en. elck nae zyneö staet te'setten in gelde eiï.
bier. Ende dese goede mannen saten op Royenborch ;en.
begonsten omtrent Alderheyligen en. het duerde tot int
lest van Iiinio daer nae. Dat waere: meester Pauwels
Raessen, Evert vande Water, scepenen; Mathys Stooters
inden Rinck en. Hanrick van Eyndthouts, raetsheeren ;
Gerit Hagens, deecken vande snyders, lan Noppen, deec-
ken vande loeyers oS schoenmakers, lan Lenaertssoen
van Geffen, deecken vande cremers, Aert Willemssoen-,
olislager, deecken vande molders; ende dese voors. acht
personen zoude elck voor hairen arbeyt hebben xKj*'*'*
Rynsgulden en. zoude die boecken overleveren die vier
^ntmeesters deser stadt, om dat geit te ontfanghen,
dwelck waren : Adriaen van Eyndhouts , Bartolomeus
Loefi raetsheeren, en. lan Coelen en. Lambert die Haa-
se (1); en. daer worden noch by geordineert, om dat
geit te helpen ontfangen, Andries Souwens en. lan van
Dungen, die soude insgelycs elck xlij*'"'* Rynsgulden heb-
ben voor hairen arbeyt.
(Te brengen op bladt. f Si 9 regel i«)
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ij*'''*', den xxiiij'"*
May, Sonnendachs nae Sincxseu, soe waren twee die-
naers, te weten, twee knapen, die diende int cloosler
van sinte Geertruyd, en. deen stack den anderen die
keele aff int vechten. Ende des Vrydaegs daer nae, cles;
(1) De namen der leden van die commissie zijn bij A. weggelaten.
Digitized by
Google
— 260 —
achternoens ontrent ses uren, soe donderdent zeer eo.
sloech ^pen grooten slacbi ende diea $lach deede groote
3cliaede int voois, clooster, alzoe dat den gëheelen thoor6
ondect wort van leyen en. zeer veel glas vujrte keroke
en. den haen vanden tboorn worden buyten der stadt
gevonden (1).
In dit iaer> opten iij'*'' Hartij, [is] by schout en. soe-
penen der voors. stadt verleent seeckere reformatie den
procuretfrs, aengaende die augmentatie van haere salaris.
In dit voors. iaer wert weder om aff geset den stuver
van elcke ton biers, datmen weder xiüj tonnen voor xjj
tonnen zonde veraccbynsen, en. die oirtkens vanden gul*
den vande ossen, vereken 'en. scapen, alst geordineert
was int laer van [1500] 47.
(Te brengen op bladi. 134, regel tS.) ,
Bij W. vindt men op het overlijden van McMrten
van Roeeum, in 1555 te Antwerpen voorgevallen^ hét
volgende rijm:
Marlen van Rossum, een crychknecht, die wel bekent wat.
Heeft in tusten by Sincxen syn leven gheönt ras. i
(Te brengen op blads. i4S, regel 9i«)
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixj**''^, in Augusto,
syn die retorisyns vuyte stadt vanden Bossche getogen
naer Andtwerpen op bet groot lantjeweel, alwairen tsa-
men xiüj cameren vergadert waren , met zeer groote
•
(1) Het tweede gedeelte komt ukelijk bij Cvfimiios foor.
Digiti
zedby Google
— 261 —
staet» en. ^ opten ig Angusti binnaa Andtwerpen ia
geoomcn met hondert en. xxv*'^ peerden, gecleet in
groene rocken, met gonde passement geboert, met een
roe^ hangent mon'vrken daer in; haer wambassen, oons-
een en. boeyen waren root met witte phiymagien en.
awarte leerskens, met eene geschilderde antyckse wagen
met personagien, tbien wagens orérdect met groen en.
roq^e laecken, op elck twee gilden broeders en. Tier
toortsen; den sot seggende: »Zalt zoe qm.'' Haere qiie&*.
tie vande speelen was: fFat den mennh aUmrtmèeêt
tot eansten verweekt? daer en. hebben die roors. rêto*
risyns den oppersten prys gewonnen, twelck waren se-
ven silvere schalen, wegende elck ses oneen; ende zyn
de zelve retorisyns mitte voors. pryse weder onmie inne
September daer nae binnen der stadt gecomen, ^en welo-
ken daeghen men tsavonts gespnelt heeft verscheyde bata-
ment spullen, met veel peck tonnen gebrant,'veel vier
ballen, die inde locht en« "onder de menschen sprongen,
met veel meer ^dere genoucbelieke exercitien.
(Te Ivencen op blad». IM» regel IS^
Ende opten xvj**^ November [1562] daer nae, soe wert
den cappellaen van doctor Sonnius voors. in sint lans
kercke ontfanghen, in di^ plaatse als eenen bisscop, en.
men sanck Feni eancte Spiritus repte tuorutn etc, en.
daer nae Te Deum laudatmse^ met^tgroot werck van
musyck daer op responderende.
Opten xvig** November daer nae was doctoir Sonnius
smorgens gecomen vande Cathuysera te wagen met den
prior en. quam jln tot die Cruysbroederen , daer was hy
Digitized
by Google
— 262 —
tot negeo ofte thien uren siuorgens toe. Doeo quamen
die geestelichen hem halen met generael processie: daer
volchde doeo Sonnios, den bisschop, nae, en. achter
hem twee comtjiissarissen vnyt den hove, te weten, heer
Oddaert en. meester Glaes vander St^en, daer nae die
schoutet, schepenen en. raetsheeren; maer .schutters iioch
Trouwen bruers, off nyemant vander gemeynten en gin-
ghen mede, nae dyen dat suics geschiede sonder consent
.van het dorde lith, daer toe egeen consent dragende.
Bode dier tyt ginck daer een gedichte Pater notUr
onder die gemeyne man, Inydende aldos:
O bbscop Sonniut, die ten Bostch lyt,
Uwe naeme it zeer benyt,
U ryok i» van geender weerden
In hemelryck noch op eerden:
Ghy eedt l^uyden ooe dtgelicxs brool,
Ons wyff» en. kynderen hebbent groot noot.
O Heer, ghy, die daer inden hemel syt*
Maeckt om doch desen biatcop met zyn inseltinge quyt ;
En laet ons in egeen becoringlie Tallen,
Maer verloat ons vande geschoren allen (1).
In dit voors. iaer zynder tot Yucht veel moertbran-
ders gebrant: die sommige levendich en. die sommighe
eerst geworcht en. daer nae gebrant.
Op het jcMT 1566 iê in het hamUehrift van W
een zeer bitter ^ gedrukt hoekeke afgeeehreveny getiteld:
Yerclaringhe vande menichfuldighe loose practjcken, zoe
van dinquisitie, dobservantie vande placcaten en. ander-
(1) Dit rijmpje komt uiet voor bij A.
Digitized
by Google
— 263 —
sins, byden cardioael Graodvel met zyne adherenlen ge-
in venteert, piu boven alle keyseren, coninghen, lantshee-
ren, heeren, eedelen en. alle weerlycke persoonen mei
gewelt te domineeren en. hen te doen aenbidden en. ado>*
reren. Grooi 18Vt bladz. klein sehri/i. Tfi Wat£R
(Verbond der Edelen, dl. I, bladz. 23, en dl. ÏV\ bladz.
393) haalt er eene HoogduiUifhe en Franêche uitgave
van aany doch êchijnt de Nederduiteehe niet gekend
ie hebben. Ah niet uitsluitend op de Stad en Mei*
jeHj betrekkelijk ^ hebben wij dit vlugechrijt niet la--
ten afdrukken.
Digitized
by Google
Digitized
by Google
VfiRZAMEUM
TAK
DE STAD SN lEUBRU
TAN
^s Hertogenbosch.
Uitgeig^Teo door het
PftOTI5CUilL eiHOOTSCBAr TAH KünOTtn Blf WBTlHSCRArTfiX
lü IfOO&O-BRAllHD.
Tweede Stok.
'SH£RTOG£T«BOSCH,
P. STOKTI9.
1847.
Digitized
by Google
f;^ In het derde ttnk der Versawiêimg vam Krmjfkm bêêrêkkêHjk de
Siad em Me^wij tfom ^ ANB^iMiofdk nl het vervolg der tn-
Itiêmg, heneveiii een cknmoiogim^ en dlpkdbsUÊek register van
Mken en personen in het gehede werk vervat, voorfcomen.
Dl. C. R. HSBIARS.
Digitized by
Google
TWEEMBE VKHWOMLê:
DIE GHRONICKE
VANDER VERMAERDER ENDB VROMER STADT VAN
Tsertogenbosch ,
AELBERTVS GVPERINDS.
18.
Digitized
byC^oogle
Digitized
by Google
TWEEDB YSRVOU
OP DR KROlfTK TAN
AmMéMBHTWm Cm^EMMNWim (1).
In dit voors. iaer van [1500] Ixvj *'*'*, den eersten
dach May, heeft eenen dienaer vanden bisscop van Luyck
'binnen den Bossche opte kerckdueren en. stadt poirten
opgeslagen ban brieven tegens bisschop Sonnius voors.
Als bisschop Sonnius sulcs vernomen hadde, syn syn die-
naers gegaen en. hebben die ban brieven door haelt en.
door toegen met messen, die op de voors. kerckdueren
en. poirten geslagen waren.
Int zelve iaer, opten eersten Sonnendach naer Bossche
kermisse, is dcerste sermoen en. prcdicatie gedaen vande
(1) Bït vervolg komt in het htniiBchrift van W. voc»r, van fol. 138
vso tot 168, en in dal vau A. van fol. 64 vso tol Tol. 78, cu loopt
over de merkwaardige jaren van 1560 tot 1570. Om het verband der
gebeurtenissen uiet te verlieicn , hebben wij er niets uit weggelaten dan
de opgave der schepenen.
Digitized
by Google
— 268 —
predicanlen buyten der stadt by Engelen in een vlack
relt off weyde onder sominighe boomen, aUvaer veel
inenschen viiyter stadt toe geloepen zyii, om [te] hooren.
Int voors. iaer, opten xxv"" luly, hebben die hecren
schoutet, schepciieii en. raeden der stadt voors., omtrent
xj uren voor middach, door handen van Peter Treillier,
ordinaris boode vande conincklycke maiesteyt, ontfangen
secckcre brieven, gecomen wesende van Margrita, harto-
ginne van Parma, als gouvernante, luydende zoe hier
nae volcht:
mMargrita, byde gracien Godts, hartoginne van Par-
ma en. van Plasante, regente en. gouvernant: lieve en.
Avel beminde! Alsoemen siet het aenstaende apparente-
lycke perykel van een generale bederffenisse, districtie
en. subventien van onse oude catholycke religie, dien
mitsgaders vande gemeyne staet van herwaerts over, in-
daer inne op alle oerten en. zyden mit alle gevueche-
lycken middelen nyet proraptelyck versien en worden;
en. want ghy, gemerct tperyckel grooter apparentie en,
meerder nakende is, om voor Godt, onsen Heer, den
couinck exu der werelt te verandtworden van alle goet
devoir,' getrouwicheden en. quytinghe van uwen eedl,
versuecken wy u dair omme wel ernstelyck, en. nyet te
min inden name en. van wegen zyne maiesteyt ordine-
ren en. beveelen zeer expresselycken, dat ghy terstont
wilt communiceren mitte principaelste en. treffelicxste
personagien, luyden van eeren, en. die tot onder houde-
nisse en. conservatie vander voors. oude en. catbolvcxse
religie lotten dienst en. onderdanicheyt zyne voors. ma-
iesteyt en. tot ruste en. wel varen vande landen en. al-
dermeest geaffectioneert en. genegen zyn^ om tsamelyck
Digitized
by Google
— 269 —
te ramen en. advyseren alle middelen en. remedieu, daer
mede men tvoors. peryckel soude moegen voorconien en-
verhoeden eude voor al de stadt van sUartogenbosscbe
wel verseeckeren tot bewaernisse van uwe eygene per-
soonen, huys vrouwe, kynderen en, goederen, teghens alle
seditie, oploop, beroeile, plonderiughe en. pillagie, zoe
wel van binnen als van buyten , stellende al omme goede
waecke by dage en. by nachten, en. deylende tvoick met
rotten en. wyckcn, gelyck gby in sorchelycke tyden tot
uwen behoet en. verseeckerheyt gewoenlyck zyt van doen
en. bevynden sult den noot en. importancie vander sake
te vereysscben, snlcs dat die gemeynte off religie in c^een
incont'eoient en valle, doende insgelycx alle vuyterlycke
devoir en. neersticheyt , om tvoick van alle ombehoor-
lycke preekinghe en. vergaderinghe te trecken en. wee-
ren, eensdeels met auctoriteyt en. vermanioghe, eensdeels
met goetheyt en. lieffde, en. eensdeels met gewelt, hem
verthoonende Iperyckel daer inne zy hem stellen, oeck
dat zy daer mede verthoornen onse voorn, heei^e den co-
ninck, huere natuerlycke prince, en. de weth en. overheyt
offenderen, mitsgaders die plaegen ende allendicheyt, die
Godt ordinaerslycke seynt duer veranderinge vande reli-
gie, en. oeck die bederffenisse en. subversie vander ge-
meynten ofte republycque daer nae volgende, verseecke-
rende, versterckende en. conforterende voorts meer tge-
meyne volck, ten lesten dat u doenlyck wort,.totter
aenstaende coempste toe van zyne maiesteyt, die beloeft
heeft corts over te cocmen, om in persoen op alles te
versien en. ordrè [te] stellen, en. die goede ondersaten
en. den lande voor te ètaen en. [te] beschermen. Ende
ten eynde dat gheene des voors. is, bat volcomen en-
geëffeclueert zoude moegen worden , sulcx gy Izelffde
Digitized
by Google
— 270 —
moecht communiceren mitten cancellier en. luyden van
onsen raede in Brabant, houdende dies halven met elcke
anderen goede correspondentie, inder vu^hen dat zyne
maiesteyt die auctoriteyt behoiide en. die sterckste bIj-
ven madi en. de voorn, stadt van sHartogenbossche wel
verseeckert zy, zoe voors. is; ende indyen ghy onse ofte
den voorn, vanden raede van Brabant hulpe, bystant
en. assistencie behoeft, sult ons ofte den zelven daer van
mogen verwittighen en. adverteren, mits verclerende van
tgeene dat van noode wesen sal, om u daer van te suc-
curreren en. by te staen, ofte die middelen, die ghy daer
inne geadviseert zult hebben te vorderen en. nae vol-
ghen; v^aer inne yry n gansselyck toe betrouwen, dat
om die getrouwicheyt, die ghy zyne maiesteyt en. tot
conservatie van desen landen schuldich zyt, ghy nyet
laten en snit te doene al tgheene d^ tot Godts dienst
en. van zyne voors. maiesteyt, en. tot behoudenisse en.
bewaernisse vander gemeynte en. van u zelven, eo. by-
sonder u van noode wesen zal. Lieve en. beminde,
onse Heere €!odt zy met u. Gescreven te Broessel, op-
ten g» dach luly a^ 1&66. {0$uIeriêkeni:) Margiuta.''
Item in dit zelve iaer, inde weecke voor sint lans
kermis en. kerckwydinghe, in Augusto, syn die beelden
inde kercken binnen den Bossche eerstmael onstucken '
gesmeeten en. aff geworpen, waer door groote trouble
en, beroerte binnen der stadt is gecomen (1).
In dit iaer D. Noppens en. N. vander Stegen als com-
missarissen vanden hove binnen den Bossche gecomen
wesende, hebben opten viij~ October, naeden raiddach
(t) Dit verhaal komt niet voor bij A.
Digitized
by Google
— 271 —
omtreat drie nreB, allen die procureurs Tander ttadi
onboedeo voor hem te coemen^ iiine presentie van mees-
ter Uanrick Bloyman, Uanrick van Eyndthouts, Bartolo-
meus Loeffy Loeekemans, pensionaris , Wouter Scbellens,
gritffiery Gerit Colen ea meester lacop IXmek, secreta-
rissen» ende lienlieden aldaer voor gehouden of sj by-
de catholyeque Roemsche religie hegeerden te bly ven oft .
njet, met nyeuwe restrictie en. articnien, dSe zy propo-
neerden eo. hen voorleyden; ivaer op die procureurs
dach versocfaten tot sandcren daegs daer nae, omrae
daer op te andtwfwrden en. seggen, dwelck hcB byde
commissarisaen geaccordeert worden.
Siide optea ix*" October syu gecdmpareert voor de
voorsw commiasacisseD, üme presentie ran filo^man, Eynd^
houts en. LoeflF voorseyt, die voorn, procureurs, te we-
ten, Matfays Kqren, Willem vanden Bossche, lacop de
Wie en. Wouter Leyten, en. hebben aldaer haer ver-
imdtworde in scriptii gedaen en. by haere handen on*
dertekent, gelyck zulcxs naerder blyct byde zelve ver*
mdtworde daer aff zynde; ende Gerit Fabri en. lannen
Millinck hebben geconsenteert inde voora. aengegeveB
propositie byde commissarissen gedaen; maer lan Oosters
heeft hem apaert gebiecht.
Naer dien die voors. hartoginne van Parma gehoort
badde, dat binnen den Bossche die beelden waren afifge-^
worpen, als voorstad, en. datter groote beroerte bfnoeii
der stadt was, heeft noch anderen brieven opten xx""*
Oetober int zelve iaer vuyt Bruessel gescreven aen die
schepenen, raet en. die vanden j'''',^ ij°° es. iij''" leden
der voora. stadt, de zelve brieven overseyndende met
heer lan Scheyve, ridder, heer van sint Aechten roede >
Digitized
by Google
— 272 —
cancellier vau Brabant, en. de heerc van Merode, welcLe
brieven aldus luyden:
» Lieve, besondere! Alzoe wy met grooter verdriet en.
hartsweer verstaen hebben die trouble en. beroerte bin-
nen der stadt van sHartogenbossche gebuert en. geschiet,
en. wy begeren daer inne te remedieren en. die stadt in
stilheyt en. huere gewoenlycke neeringhe weder omme
te brengen en. stellen, hebben daer toe gecommitteert
heer lan Schey£fve, ridder, heer van sint Achten roede,
cancellier van Brabant, en. den heere van Merode, die
door onse last tot dien eynde tegenwordelyck derwaerts
reysen, den welcken wy versuecken dat ghy volcom^n
gehoor en. gelove geeft en. u lieden gehoorsamelyc thocmt
en. bewyst int tgheene zylieden voor nemen en. doen
sullen tot dienst des conincxs, ons goiaedigben lants
heere, en. de welvaert, rust, vreede en. eenicheyt der
voors. stadt, borgeren [en] inwoenderen der zelver, hen
lieden daer toe alle moegelycke aenwysinghe, hulp en.
bystant doende en. doen doen. Lieve, bysondere, Godt
zy met u. Gescreven tot Bniessel, den xx*" dach Oclo-
her anno xv° Ixvj*'"^'. {Ondertekent:) Margrita.''
Die vanden Bossche verstaen hebbende, dat die grave
van Me^hen commissie hadde vander gouvernante voors.,
omme thien vendel voetknechten aen te nemen en. op*
'ten Litssen Ham daër mede comende, beduchtende voor
haere stadt, hebben zy binnen den Bossche oeck vier
vendel voetknechten aengenomeu, waer aff capiteynen
waren: lannen Maessen, Peter de Gruyter, Middelaer en.
Willem Cloot.
Waer nae int zelve iacr, inde mandt van February,
Digitized
by Google
— 273 —
is die Toors. grave van Meghen gecoinen tot Vuchl met
zyn aeDgenomen voetknechten en, heeft den Bossche be-
lden; en. dewjlen die voorseyde grave voorden Bossche
lach, zoe is binnen den Bossche. gecomen eenen, genaemt
Antonis Bombergen, die generael cappiteyn worden ge-
maect binnen der stadt.
Waer nae hebben hem sonmiighe borgeren goet vnl-
lichlyck gevuecht by maelcanderen, sonder eenighe gagie
te begeren vander stadt, en. hebben oeck een vendei
op gericht, waer a£F opperste voerder was Steven van
Caelen.
Naer dat die^ grave van Meghen xiiij daeghen voor-
den Bossche (als voor staet) gelegen hadde en. die pre»
dicanten en. Guessen vuyter stadt nyet en const gecry-
gen, nochte den voors. cancellier en. Merode, die inder
stadt gevangen saten, doen nyet en worden gerelaxeert,
soe synder twee canonicken gecomen van Utrecht, ^ ge-
naemt meester Wouter van Coddenoert en. Hanrick Pyll,
die de grave van Meghen met zyoe aengenomen knech-
ten vanden Bossche haelden en. die binnen Utrecht ge-
bracht; welcke twee canonicken dyer tyt gecomen zyn
binnen den Bossche en. zyn op getoegen ten huyse van
Maye inde Nachtegael, al waer sy snachts begeerden te
logeren: dan syn die zelve daer nae van Pauwels van-
den Grave, weert aldaer in huys, verspiet geworden,
dat het twee canonicken waren, en. zoe zy elcits twee
corle pistolette by haer hadden, heeft Pauwels die zelve
voor buet gehouden, sonder anders hen yet te doen;
ende zoe die voors. Pauwels inden April hier nae hem
oeck vuyter stadt begaflf en. liep met meer borgheren,
zoe hier naer breeder verclaert zal worden, soe begalF
hy hem binnen Yianeu onder des heere van Brederoede
Digitized
by Google
— 274 —
regimeot, en. daer acht off tbies dagen onder gelegen
hebbende, syn die van YiaDen inder nacht over den
Ryn gecomen, om op te slam die Utrechlse knechten,
die opte vaert lagen, alwaei hy, Pauwels^ worden ge-
vangen binnen Utrecht gebracht, en. die voors» caooiDG*
ken bem kennende, is by, Pauwels» daer nae inde hoele
Bilt. gehangen (1).
Int iaer ons Heeren m cccco en. bLTy''*"^, opten eer- '
sten dach van April, nae Paesschen, heeft die voorscre-
ven hartoginne van Panna, gouvernante, een placcaet
laten vuytghaen tegens die van sHartogenbossehe, by-
dende alzoe hiernaer volcht:
nBYDEl¥ COIWIWOK.
» Onsen schoutet van Andtwerpen en. marcgrave ons
lants van dien oft zynen stadtbouder^ saluyt. Alsoe oenen
geuaeint Anthonis van Boinbergen, geboren tot Andtwer-
pen, seggeude last Ie hebben, commissie en. gedeputeerde
des heeren van Brederode, hem onlancxs binnen onse
stadt van sHartogenbossche gevonden en. geintroduceert
heeft, hebbende die gemeynten aldaer, en. sonderlinghe
die scctarissen verweet, verleyt en. gesoUiciteert tegens
ons optestaen, en. groote uienichte van dien aengescie-
ven, hebbende oeck dartillerie, munitie en. geschut, mits-
gaders die sluetelen vanden poorten der zei ver stadt, in
zyn handen ge^iomen en. hem oeck gevordert aldaer te
gebieden en. bevoelen inden name en. van wegen den
voorn, heere van Brederpdc, zynen meester, alzoe hy
zeecht; wesende daer en boven die zelve Bombergen met
zyne aenhangei's zoe verre gheweecken van getrouwic-
(1) De twee^ helR van dit verlidal is bij A. wc(;g;eUlefi.
Digitized
by Google
— 275 —
heyl eo. onderdanicheyt, die zy ons als natuerlycke en.
geboren ondersaten schuldich zyn, sulcxs dat by hem
nyet ontsien en beeft te arresteren en. gevangen te hou*
den onder die wacht ofte guarde vanden ingesetenen der
Yoorni stadt daèr toe geordineert en* gestelt, onsen can-
oeUier van Brabant, hooft vander insticiè en. bewaerder-
van Qoisen zegel des zelffs ons lants, en. den baenre
heere van Merode Petersem, beyde van onsen twegen
gedepnteert , geconmiitteert en geschiect, om in die zelve
stadt die beruerten en. commptien daer te Tooren aldaer
gereesen, needer Xe leggen en. [te] pacificeren; jae dat
meer is, al eest zoe, dat die van onse voors. stadt van
sHartogenbossche van onser wegen scrieftelyck belast en.
gesommeert sjrn, dat zy nyet éUeenlyck die personen
van onae voors. cancellier en, heere van Herode met
huere dienaren en. goeden terstont en. binnen xxiiij luren
ontslaen en. tot volcomen vryheyt en. libertqrt stellen
zouden , maer oeck die zelve tracteren , respecteren en.
eeren naeden ey^ch van hueren staet en. qualiteyt, ende
in yerseeckerder plaetse doen stellen, ten eynde dat hen
egeen inoonvenient, overlast noch ongeryff aengedaen en
zoude worden, en hebben zy ons nochtans daer inne
nyet willen obedieren oft gehoorsaem wesen, maer ter
contrarien tot hueren aensien en. wetenschap lyden en.
gedoeghen, dat die yoors. van Bombergen en. zyn aen-
hangers, borgers en. inwoenders der zei ver stadt, den
voors. cancellier en. heer van Merode met oipenbaere
wacht en. gnarde aldaer houden, daer mede zy nyet al-
leenlydL den zelven gedeputeerden en. commissarissen,
maer by consequentie onse eygen personen doen groot
oogelydc en. injurie, en. sulcxs hen zyn dragende als
ongehoorsame, ongetrouwe en. wederspannighe ondersa-
Digitized
by Google
— 276 —
ten; .waer omme, soo ist, dat wy tzelve aengemerct en,
nyet mlleude sulcke overdadicb , moetwillich en. af&
grysselyck feyt en. misdaet lyden onder dissimulatie, en.
hier op gehad t dadvys van onsen raede in Brabant, heb-
ben by deliberatie en. advyse van onse zeer lieve, ge-
trouwe en. zeer beminde suster, die hartoginne van
Parma, als regente en. gouvernante van onsen landen
van herwaerts over, en. van onse zeer lieve, getrouwe,
die luyden van onsen raede van staten, neffens haer we-
sende, gewilt en. geordineert, willen en. ordineren wel
neerstclycken by desen, dat alle personen, poirters, bor-
gers , cooplieden eode innegesetenen [van] onse • voors.
stadt van sHartogenbossche, tot wat plaetse die- zelve
binnen onse voors. landen van herwaerts over bevonden
sullen worden, mitsgaders huere goederen roerende en.
onroerende, actieti en. schulden, terstont en. sonder ver-
treek onder onse handt gestelt, gehouden en. gearresteert
sullen worden, en. daer en boven hebben wy geschorst
en. gesuspendeert , schorssen en. suspenderen by desea
alle previlegien, vrydommen van tollen en. andere ex*
emptie van vryheyden, die zy in eenighe plaetsen van
onse voors. landen moeghen hebben, hoe danich die
zelve soude mogen wesen, ende insgelycxs alle gracien,
octroyen , vuytstellen oft atterminatie van betaelinghe
van huere, schulden en. tachterheyt; bevelende voorts
meer onse procureur generael van Brabant tegens den
voors. vanden Bossche te procederen, zoe wel int gene-
rael als particulier, en. namelyck tegens den gheenen,
die hen van onsen twegen betekent en. genoemt sullen
worden, zoe nae recht en. redenen behoren zal. En.
om dat van dese onse iegenwordighe ordinande nyemant
ignorancie en zoude moeghen pretenderen, soe onbieden
Digitized
by Google
— 277 —
en. beveelen wy u, ^at ghy die zelve terstont en. son-
der vertreck condicht, vuytroept en. publiceert, ofte
doet vuytroepen en. publiceren al omme binnen den be-
dryve en. lymiten van uwer officien, daermen gewoen-
lyck is vuytroepinge en. publicatie te doene, ende van
onsen tweghen gebieden en. ordineipn alle onsen ende
onsen vassalen en. smaelbeeren, rechteren, iusticieren, of-
ficieren en. oodersaten, dien dit aengaen sal, dat zy aen*
tasten, vangben en. arresteren allen die poirters, borgers,
cooplieden en. innegesetenen [van] onse voors. stadt van
sHartogenbosche, buere hnysvrouwen en. kynderen, en.
die landen, en^en en. goeden en. incoemen roerende en.
onroerende, actiën en. schulden den zelven toebehoi ren-
de, van wat natuer ofte hoe danich die moegmi wesen,
in onse handen stellende en. houdende, soe langhe en.
ter tyt toe, d&t onse commissarissen en. gedeputeerden,
boven genoemt, vuyte voors. gevanckenisse ende deten-
cie, daer inne zy legen woordelyck binnen onse voors.
stadt van sHartogenbossche zyn, gansselyck en. volco-
mdyck gelost, viy en. ontslagen en. in goede verseec**
kerde plactse gestelt sullen zyn, daermen vryelyck en.
ombecommert toe gaen, comen en. weder keei*en mach,
en. tot daer inne anders by ons geordineert zal wesen ; '
doende oeck al omme publiceren en. condigen die sus-
pencie en. schoorsinghe vander previlegien, exemptien,
atterminatien en. van allen anderen gracien, zoe voors.
is, en. tot onderhoudenisse en. observatie vande zelve
onse ordinantie be\'eel en. gebot, procedeert en. doet
pocederai sonder eenighe gunste, dissimulatie oft ver-
drach, op poene van tzelffde te verhalen op den ghee-
nen, die des in gebreecke bevonden sullen wesen, in
huere eighen naem, ende des voors. is te doene mits
Digitized by L3OOQ IC
A
— 278 —
diesser aen cleefi, geven wy u eD. den voorn, richters
en. officieren volcomen macht, auctorileyt en. sonderling
beveel, ontbieden en. beveelen insgelycx, dat zy u en.
hen zulcxs doea ernstelycke verstaen en. obedieren, want
ons alzoe gelieft. Gegeven in onse stadt van Bruessel,
onder onsen contri^ s^el hier op gedruct in placcate,
den xviij'" Meert int iaer xv** Ixvj *"*"." Endê onder
9 tont geêere»en: »Bn>EN coinifCK,"' m, anderiehetU:
»Dfi Facuwu.'' Dit placcaet ia opten j*" April nae
Paesscfaen a°. 1567 binnen Andtwerpen gepabUceert.
Als die vanden Bossche gehoort badden, dat de heere
van Beauvois en. lan die Greve, drossaert van foabant,
doer consent en. ontheyt (1) vander voors. hartogione de
Panna, gouvernante, sommighe knechten, die vergadert
waren en. lagen tot Oisterweel by Andtwerpen, van
weghen der Gnessen verslaegen en. verstroeyt waren,
en. dat het oeck met haer lieden binnen der stadt nyet
wel en wilde afflopen, soe zyn opten vij*'' April voor
noen anno [1500] Ixvij*'*'^ voors. naer Paesschen byde
drie leeden, den gedeputeerde vande schutteryen en. die
vande nyeuwe religie, inne notabile getalle vergadert
zynde, eendrachtelyck geordineert, geaccordeert, gesloe*
ten ende maelcanderen beloéft, datmen vuyten name
vande genieyn stadt, soe vander eenre als vander andere
religie soude suppliceren aende gouvernante voors., om
een generael perdon en. een eeuwighen peys en. vreede
te verwerven aen haere hoocheyt van allen tgheene wes
teghens [zijne] conincklycke maiesteyt oft haerc hooc-
heyt eenichsins zoude moeghen zyn gecommitteert» sulcxs
(I) Ouikeyt, aiictoriicit^ etxag.
Digitized
by Google
— 279 —
daC zy allet tgbcene wes deii bo»iigcren zoe van deeu
als daodere religie daer aff soude moeghen coemen ,
niaeicanderen eendracblelyde souden helpen dragheo en.
gfaeen bloet ofte goet te laten verliesen: dies zoude die
vander nyeuwe religie hen gehouden zyn te reguleren
in alle bdioorlycke sake^ gelyck als goede en. getrouwe
ondersaten van zyne maiesteyt schuldieb zyn te doen,
«nde inne gevalle yemant gebtreeckelycke waere int vol-
brenghen van tgbeene voors. is, dat die zelve met zyne
goederen vryelyeke tot allen lyden sal moegen yertrec-
ken, behoodelyck dés nyet te min vry en. ombehpdert
alle erffelydie en. (1) goederen^ om die te gelegcnder
tyt te moegeo slyten: soe ist, dat op datum voors. by-
dé voorn, drie leden « gedeputeerde vande vier schutte*
ryen en. die vander nyenwer rdigie eendracbtelyck is
gesloeten en. maelcanderen ter goeder trouwen hebben
geloeft, dat allen die innegesetenen deser stadt, soe wel
van deen als van dandere religiën, noch yemanden van
bairen tweghen ofte deur heure last en. toedoen yet ge-
dnerende de sollicitatie voors. sullen moeghen attempte-
ren directelycke oft indireetelyckes , int heymelyck off
int oipenbair, met worden o&e met weroken, dwelck
soude moeghen tenderen tot eenigbe seditie, commotie
ofte beroerten binnen deser stadt en. ingesetenen der zel-
ver, ende dat oeck nyemant van deene als dandere re-
ligie by htm zelven oft yemanden anders van beuren
tweghen eenich gamisoen, myteren ofte knechten en.
sal in brenghen oft laten inbrengen, sonder consent en.
wille, zoe wel van deen als van, dandere religie; ende
sullen hier aff die vaoder stadt twee acteii geëzpedieert
(1) Hier is in W. plaats voor een woord opengelaten. Bij A. staat
slechts: erfftlyche goederen.
Digitized by
Google
— 280 —
worden, waer aiF die vander stadt ea» die vander reli-
gie elcxs eeo sullen hebben behoerlyck gesubsigneert en.
geteeckent (kiderstont: »Ter ordinantie vanden drie le^
den voors.," en. was voorts met verscbeyde namen on-
derteeckent.
Alzoe op gisteren, den vig"" ipril a^ [1500] Ixyij»
byde drie leden der stadt van sHartogenbosscbe en.
eenige vande vier schutteryen en. die vandei* gerefor^
meerde religie der zelver stadt is gemaect seeckere con-
tract en. accordt, datmen a«ide hartoginne van Parma
soude impetreren een generael pardon en. een eeuwighen
vreede met haer boocheyt te tracteren van allen tgheene
wes byde voorn, stadt soude moegen zyn gecommitteert,
ende dat een yegelycke sonde moegen vertrecken, die het
accoordt en. intentie van haere boocheyt nyet en zoude
willen naegaen, blyckende tzelve al breeder byde acte
daer aff synde: soe eest, dat die voors. stadt van sHaiv»
togenbossche in haire drie leden eenighe vande vier
scbutteryen hebben geconsenteert en. consenteren mits
desen, dat een yegelyck, diet believen zal te vertreo»
ken, hangende de pacificatie van beyde partyen, sullen
binnen middelen tyden moegen vertrecken met alle hai-
ren goederen ombecroent (1) oft onbehyndert van yeman-
den, onder conditie inde voors. acte breeder begrepen.
Aldus geschiet opten ix""* April a". voors. Onderstont
gescreven aldus: »Ter ordinantie vande drie leden, by
my, H. Gois.WYif."
»Wy scepenen, geswooren, raetshceren, deeckenen van-
den ambachten en. eenighe vande vier schutteryen der
(1) Ombekroent, onbekreund , zonder lastig gevallen te %vorden.
Digitized
by Google
_ 281 —
stadt van sHartogeDbossche doen condt een yegelycken,
die dese brieve van certificatie sullen sicn oft hoeren
leeen, dat die vander gereformeerde religie binnen der
voors. stadt nyet en vertrecken vnyt der voors stadt oft
hed goet daer vuyt en vlo^hen (1), om eenigbe acten
van seditie oft ongehoorsaemheyt , ende dat zy binnen
der voors. stadt hebben gehandelt als getrouwe ondersa-
ten ons genaedigeo heere, des conincx van Spaengien
etc, als hartogbe van Brabaot, en. hen altyt hebbende
gesnbmilteert onder die vande voors. stadt en. oeck ge-
vuecht naeden beveele van der hoocheyt, vander harto-
ginne van Parma, gouvernante van dese Neederlanden,
in sulcker vnegfaen/dat zy nyet en hebben geattenteert
dan- gelycke trouwe ondersaten van zyne maiestóyt en
behoiren te doen, ende dn t daer om die voors. stadt be-
geert aen alle steden, heerlicbeden, vryheyden en. dor-
pen, daer door die vander voors. religie sullen mogen
passeren en. repasseren onbehyndeit aen lyl! en. goct,
gelyck ghy lieden sout moegen begceren, dal men uwe
mede borgeren in gelycke saecken alhier soude doen.
Des toirconde hebben wy tz^el ad legata opt spacium
van deser acte gedruct, opten ix'* dach van April a".
voors." Des salmen die vander religie elcs een acte op
henne name hier aff mogen expediëren, tot hen. ter-
suek, ter ordinantie vande voors. drie leden."
Ende opten xj**" April daer nae hebben die predican-
tcn en die vande gereformeerde religie binnen den Bos-
sche alspicke tydinghc gecreghen , dat die meestcndeel
van dien met henne gereede goederen vuyter stadt zyn
(l) Vloeyhcnt vlugten. ,
C. 19.
Digitized
by Google
— 282 -
vertoeghen naa: het lant van Cleve toe, mitte voor-
screven vier vendelen aengenomen knechten ^ en. » den
voors. cancellier en. Merode los en. vry gelaten.
In dese voors. maendt is mynen heere den prinche
van Orangien vnyt Andtwerpen verto^hen naer het lant
van Cleve en. zoe voorts naer Dillenburg toe (1).
Endeopten j"*" dach der mandt van Maye int selve
iaer, soe synder vier vendel Ouytscbe voetknechten bin-
nen den Bossche gecomen, elcke vendel iqz hondert man
sterck wesende, v^aer aff overste Mras Bernaert van Scham-
berch (2), wesende een Hoochduytsche. Daer nae soe is*
ser noch binnen den Bossche gecomen twee vendel voet-
knechten, stei-ck als voor.
Opten lesten dach der voors. maent van Maye, soe
heeft die voors. hartoginne van Parma, noch naer dat
die cancellier en. Merode voorgenoemt vuyten Bossche
Vi'aeren en. w^eder omme te hove gecomen, andere plac-
caten in sommighe steden vuyt laten gaen voor die van-
den Bossche, die luydende zoe hier vervolcht:
^BYDJBIV €OMIM€K.
»Den amptman vande Gr^ve en. synen stadthouder, sa-
luyt. Alzoe wy by andere onse brieven van placcaten
vanden xviij''" Martii lestleden, en. omme redenen daer
inne verhaelt, onder anderen gewilt en. geordineert heb-
ben gehadt, 4^1 alle personen, poirters, borgers, cooplny-
den en. innegesetenen onser voors. stadt van sHartogen-
bossche, tot wat plaetsen die zelve binnen onse landen
van herwaerts over bevonden zonde wordra, mitsgaders
(1) In marjpne van het handschrift W. is door eene latere hand de
gruweldaad en de straf van Balthasar Gerards hijgeschrevcrf. • (2) Scham-
berch, bij Van Hivbzi, dl. lï, bindz. 40, Schüuwberffh.
Digitized
by Google
_ 283 ^
haere goederen roerende en. onroerende, actiën en, schul-
den onder onse handt gestelt, op gehouden en. gearres*
teert zoude worden, soe langbe en. ter tjrt toe, dat onse
cancellier van Brabant en. den banre heere van Merode
Peterssem, beyde alsdoen van onsen wegen gedeputeert,
gecommitteert en. geschiect, om binnen der zelver stadt
die beroerte en. commotien daer te vooren aldaer geree-
sen, needer te leggen en. te pacificeren, vuyter gevanc-
kenisse en. detencie, daer inne zy ter zelver tyt binnen
onse voorn, stadt vast gehouden waren, ontslaeghen ende
tot dat zy ons andersins daer inne geordineert zoude we^
sen; ende want seedert die vander zelver stadt van sHar-
togenbossche onse voorseyde cancellier en. den baenre
heere van Merode vry gelaten en. daer inne sukken ge-
tal van onse chrysvolck ontfangben hebben, als wy daer
in inne besettinghe en. garnisoene hebben willen stellen:
mits welcke wy verstaen, dat onse voors. gebot, belan-
gende dophouden en« arrestacien vande personen en. goe-
den der voorn, van sHartogenbosche, voort aen cesseren
aff en. te nyet wesen, en. dat een yegelyck hem daer
nae vuegen en. reguleren sal; soe eest dat wy tzelve
aensiende, willende behoorlyck daer inne versien tot ver-
lichtinge vande voorn, van tsHartogenbossche, hebbende
by deliberatie van onse zeer lieve en. zeer beminde sus-
ter, die hartoginne van Parma en. van Plaisancc etc,
voor ons r^ente en. gouvernante in onse voors. landen
van herwaerts over, en. by advyse van onse zéér lieve
en. getrouwe, die luyden van onsen raede van state, nef-
fens haer wesende, gewik en. verclacrt, willen en. ver-
claren by desen, dat onse voorseyde voorgaende gebot,
belangende dophouden en. arrestament vande persoonen
en. goederen der voorgenoemde die, van sHartogenbos-
Digitized by
Google
— 284 —
scbe, voortaen cesseren aff en. te nyet wesen zal; en. te
dien effecte hebben wy onse handt daer van gelicht en.
die zelve personen en. goeden tot volcomen ontlastinghe
en. delivrantie gestdt, ordineren en. beveelen alle onsen
ende onse vassalen, officieren en. ondersaten, dient aen-
gaen zal, dat zy die persoonen van voorn, van tsBer-
togenbossehe en. huere goeden, merende en. onroerende,
aciien en. schulden, vuyt sake voors., nyet meer en sul-
len moegen becommeren oft arresteren, maer öntslaen die
zelve mits desen vry en. vranck.
ȣnde ten eynde dat van dese ome tegen wordighe or-
dinantie en. verclaringhe nyemandt ignorantie en zoude
nroeghen pretenderen, soe onbieden ende beveelen wy u
wel eernstelyck, dat gby de selve mits desen van ston-
den aen condicht, vuy troept en. pubhceert, ofte doen con»
digben, vuy troepen ende publiceren al omme binnen den
bedryve en. limiten van uwer officien, daennen gewoen-
lycken is vuytroepingbe en. publicatie te doen, en. de
zelve ordinantie doet onderhouden en. achtervolgen nae
haere form'e en. inhouden. Des te doen met diesser aen-
cleeft, geven wy u volcomen macht, auctoriteyt ende
sonderlinghe bèveele: ontbiedende en. bevelende voorts
een yegelyck, dat zy tzclve doende ernstelyck verstaen
en. obedieren, want ons alsoe gelieft. Gegeven in onse
stadt van Andtwerpen, onder onse conter zegel, hier op
gedruct in placcate, den lesten dach Maye anno 1567.
Ondertekent: Btden CONIICCK, en. geteeketU: De Boote."
Int voors. iaer, int eerst vande mandt van lunio, sQe
synder twee commissarissen vuyten hove binnen den Bos-
sche geeomen op tstuck vanden verleden troublen, omme
informatie van alle saken te nemen, ende opten iij*"
Digitized
by Google
— 286 — .
Inlio daer nae heeft die hartoghinne van Parma voors.
dese naevolgeiide brieven aende voorseyde coramissari»-
sen gedirigeert:
»Lieve en. beminde! Alzoe vry onlanczs metten heerc
van BilU ontfangheo hebben brieven van onsen heere deo
coninck, byden welcken zyne^ maiesteyt ons onbiet, dat
(nae dien de zelve nyet soe geringhe (1) herwaerts over
en beeft conoen gecomen, als hy verhoopt en. wel be-
geert hadde, om den noot en. tgebreck , . die alhier is
van zyne tegenwordicheyt, om op daffairen van her-
waerts over een 0]Hrecht, vast en. be(piaem remedie te
stellen) syne voors. maiesteyt nyet laten en zoude mitter
hulpe Godts binnen dese landen te coeraen, ten alder
eersten dat die zelve moq^elick zoude wesen, en. dat
noch voor deynde van dese somer, daer van wy ons
wel voorseecker moeghen houden. Ende want wy wel
weten en. dencken, dat dese groote en. goede tydinghe
en. nyeuwe mare alle goede, getrouwe ondersaten van
zyne maiesteyt groote blyseap en. genuegen geven zul-
len, soe en hebben wy nyet willen onderlaten u daer
van te verwittighen by desen, en« met eene wegen te
vermanen en. versuecken, dat gfay binnen der stadt van
sHartogenbossche particuliere en. generale oft gemeyne
bedmghen wilt doen doen, om die goede ende. voor-
spoedighe reyse van zyne maiesteyt, soe wanneer die
zelve veerdicb wesen zal aen te nemen en. te seyle te
gaen, om herwaerts over te comen, ten eynde dat zyne
voors. maiesteyt alhier wesende, op alles sulcke goede
ordinancie en. remedien stellen mach, al ter eeren Godts,
tot onderhoudenisse en. conservatie van onse oude ca-
(1) Geringhe, spoedig;, KiLun.
Digitized by
Google
— 286 —
tholycxschfi en. Christe gelove en. om den geheelen en.
uoiversalen staet yan dese voors. landen te hantbouden
behoiren zal, en. dat met alle goedertierentheyt en. ge-
naede, daer van zyne maiesteyt ons alle hoope gheeft
te \rillen gebrnycken, nae syne natnerlycke inclinatie en.
genegentbeyt, gelyck de zelve ons al reede tot verscbey-
den reysen en. stondeii sttkxs gescreven beeft, daer by
Tuegende, dat bem ongelyck geschieden zoude, indien men
ander opinie ofte vermoedenisse van bem badde, gemerct
dat zype maiestejrt nyet en compt, om zyne steden en*
ondersaten te verderven, maer om die te bewaren en.
[te] conserveren, dwelcke de zelve ons belast beeft scrtf*
telyck te kennen te geven en. [te] laten vreten daer en.
alsoet behoort, sonderlingbe ten eynde dat die ondersa-
ten hem weder omme stellen en. vnegen zoude, om hem
gewoenlycken ambachten, hantwerdLen, coopmanscappen
en. trafycqen te doen en. [te] contmneren, hem betrou-
wende op zyne maiesteyt goetbeyt en. genade, daer van
ghy oeck den wethouderen, poirters, bomers en. inne-
gesetenen der voors. stadt van sHartogenbosscbe berich-
ten ende adverteren sult, nemende sorobfuldigbe toesicfat
op den gheenen , die hem ran daer zonde willen vei^
trecken, de zelve voorhoudende, dat eoe verre men hem
op die gracie van zjrne voors. maiesteyt nyet betrouwen
en wilde, men suldis noteren zal, en. sullen die der zei-
ver gracien en. pardon gans onweerdich zyn. Op dat
daer nyemandt ignorancie en sonde moegen pretender^i,
bevelen u en. den voors. weihouderen tzelve alsoe te
doene en. notule te honden vanden gheenen, die ver-
trocken zyn ofte alnoch zoude vvillen vertrecken, sonder
des inne gebrecke te blyven oft wesen. Ende ten .eynde
dat die voors. maiesteyt des te meer genegen zoude we-
Digitized
by Google
— 287 —
sen» om zyne voors. geoade te gebmycken tegeos den
gheencn, die hen. ontgaen en. die ongehoorsaemheydeo ,
schandale ea. ooger^eltheden, die sèedert den iaere her-
waerts geschiet zyn, aeogestelt en. gecommit teert hebben,
daer door onse Ifeere Godt grootelycxs veiihoornt en. ge-
offendeert, alle goed^ Christene. mendchen, die tot zyn-
der eere effecte en. lieflfde dfaghen, gescbaadaleseert, en.
zyne voors. oonincklycke maiesteyt inet goede redenen
tot gramscap vervreet zyn geweest, soe hebben wy u
wel willen waerschouwen en. [ver]wittigen , dat van
noode en. billyck is, dat die verdoelden totten rechten
wech keeren en. hem eerst aen Godt yersoeoen, hem tot-
ter heylighc catbolycke kercke geven en. onderworpen,
en. de voors; conincklycke snaiesteyt, zyn oflkiereii en.
wethonderen alle g^ooraaemheyt bethoonen: oeck dat
die gevioleerde ende geschende kercken, gebroken alta«
ren en. heelden en. allé gewyde geconsacreerde dingen
by hem geprophaneert, gerepareert en. in huere eersten
en. bcboorlycken staet gestelt worden, dwelck zyn die
oprechte middelen , om die gramschap Godts en. den
conincklycke maiesteyt te payen en. des te lichtelicker
vander voorleden misbruycken en. misdaden gracie en.
pardon te vercrygeö en. verwerven. Lieve en. wel be-
nmde, onse Heere Godt zy met il Gescreven tAndt-
werpen, den iij*'' dach van lulio a^ voors. OnJertee*
kent: BLargrita en, Doverlopb."^ Opten rugge êtani
gfêCTêvn: »Oase lieve «n. beminde commissarissen ons
beeren des conincjLS, geordineert op stuck vander trou«
Men en. emotien der stadt van sHartogenbossdhe (l).""
(1) Deze brief komt mede voor bij Vau OoBEnBOVKn , 2^^ uitg., blz.
143 , gelijk mede ook die bU. 274 afgedrukt en wel bh. t40.
Digitized by
Google
— 288 —
In dese voors. mandt soe heeft die voorscreveii Beeriit
van Schamberch (1) den borgeren binnen den Bossche
eerst gebloet (2) en. benomen haeren wapenen en. ge-
weer.
Is oeck in dese voorseyde mandt ran lalio don Fer-
dinand Alvares van Tholedo, hartoghe van Alba, als
overste regent over dese Neederknden, met acht duy-
sent SpacBgiaerden, seven duysent Savoyers en. duysent
lichte peerden, door Lotringhen op Litzenborch (3) ge»
comen, op weldke plaetse graeff Aelbrecht van Ladroo
met drie duysent te voet en. drie hondert te peert is
aengecomen den voors. hartogen van Alba en. zyn alzoe
tsamen gecomen inde Neederlanden.
In dit voors. iaer van [1500] Ixvij ***''*, den xiiij'" dach
van Augusti, geschiede die eerste apprehensie binnen den
Bossche inder nacht, daer veel borgers van haer bedde
worden gehaelt, tnsschen den Woensdach en. Donder-
dach snachts. .
Int zelve iaer, den xzi*"** Augnsti daer nae, qnam Mi-
chiel Bombouts en. meer anderen eerstmael te recht voor-
de voors. commissarissen, door heer Beemt van Scham-
. berch voors. , als capiteyn van acht vendel Duytsche
knechten.
In dit iaer en zyn binnen den Bossche egeen nyeuwe
schepenen geset, maer allen die voorgaende schepenen
zyn gecontinueert. '
In dit iaer, den xxx'" November, op «iser Vrouviren
dach, quamen acht vendel Spaengiaerts binnen den Bos*
sche, waer aff overste was don van Bracwnont (4), en.
(1) Schamherch, bij Vaü Hevbn, Schouwhcrch, (2) Gebloet, ont-
bloot. (3) Liiscnhorch , Luxemburg. (4) Don van Bracumont , bij
Yam HKDftrf, dl. II, bit. 44, Don GonsaUs de Braccamonte,
Digitized
by Google
die Tocxrseyde Dnytsche vertrockeo daer afF vuyt die stadt.
Dit gardesoen heeft meester. Hanrick Bloyinan, tot Hel-
voirt wesende op syn Iiuys, vanden huyse gefaaelt, hém
binnen der stadt gebracht en. hem wel gepynicht, hem
op legende dat hy met den prinche van Orangien hey*
mdyck verstant faadde etc. (1).
' Item opten zxiig*'" dacb der mandt van Martii a^
[1500] Ixv^ YOOiTs., naer styl en. scryven van Brabant»
soe is binnen sHartogenbossche ter payen aff gelesen
tgheene hier nae volcht:
))Men condicht, beveelt en. ordineert wel eernstelyck
van wegen der conincklycke maiesteyt, als hartoge van
Brabant, eenen yegelycken, ende namelycke Cornelis de
Backer, rentmeester van der domeynen der conincklycke
maiesteyt, lacop Bacxs, rentmeester vande staten des
lants van Brabant int quartier van sHartogenbossche,
voorts een yegelycke particuliere personen, van wat
state ofte conditie zy zyn, eeoige pachten, hueringen,
chynsen ofte renthen, eenige personen, ter sake vander
emotien alhier geschiet, gevangen, ingeboeden, gedaecht
zynde te compareren in personen, iaerlicxs schüldich oft
eenichsins ten achteren is oft sy, ofte binnen twee ia-
ren herwaerts schüldich is ofte zyn geweest, die zejive
pachten, chynsen, renthen oft tachterheden binnen acht
daegen nade publicatie van desen, by goede specificatie
over brengen in handen vande commissarissen vander
conincklycke maiesteyt tot sHartogenbossche gesonden
en. gelogcert ten huyse van lacob' Bacx, rentmeester
voors,, wonende in die Verwerstraet , op die peene van
zoe veele van beuren eygene goeden aen zyne coninck*
(1) DU gardesoen enz. komt bij A. niet voor.
Digitized
by Google
— 290 —
lycke maiesteyt te rerbueren en. geboaden te worden
voor onderhouders en. facteurs der zelver personen en.
arbitrale correctie.
»Item bevelen <n. ordineren eenen yqelycken, die
gebmyct ofte besit, tsy in hneringfae, pachtingbe» erff-
innighe oft aodersins, eeoigbe goederen, eenige gevan-
gen, ingebooden ofte gedaechde personen, te compare-
ren in persone, ofte den zei ven binnen twee iaren toe*
behoort hebbende, dat hy overbrenghe die specificatie
en. weerde vande zelve goederen in handen Tanden
commissarissen voors. binnen acht dagen, insgelycxs nae
die publicatie van desen, op die peene van gestraft te
worden naer arbitrie en. exigentie vander saecken.
»Interdiceren en. verbieden die Toors. rentmeesters,
alle pachters, huerlingen, chytis ofte rentgelders, die
voors. gevangen, ingebooden ofi in persoone gedaechde
eenighe pachten, hueringhen, chynsen oft renthen te be-
talen aen nyemanden anders dan aen Comelis de Backer
voors., daer toe van zyne maiesteyt wegen gecommitteert
synde, op die peene van die zelve betalinge anderwerf!
te doen en. daer en boven arbitralyck gecorrigeert te
worden.
»BeveIende en. ordinerende voorts een yq;elyck, van
wat state ofte conditie dat hy sy, die onder hen oft
door yemanden anders heeft eeoigbe haeffelycke ofte an»
dere befoerlycke goederen, wcsende van eenige impor-
tantien oft weerden, toebehoireode ofte binnen twee iai-
ren herwaerts toebehoirt hebbende eenige gevanghen, in-
gebooden oft in persoon gedaechde persoenen, ter sake
vande emotien, dat hy die zelve goederen binnen acht
dagen nae die publicatie van desen, overbrengende in
handen vande commissarissen voors., op die peene van-
Digitized
by Google
— 291 —
de weerde van dien vander hueren te verbneren en. ai^
bitrale correctie,
»Itein bevelen en. ordineren alle grieffiers cAe secre-
tarissen eD. gesworen clercken , ' zoe deser stadt van
t&Hartogenbossche als andere bancken ende gerechten on-
der die meyerje van sHartogeDbossche geleghen, alle
ccmtracten en. verhandelingen oft bekstinghe van goe^
den, als eenighe gevangene, innegebooden ofte gedaech-
den persoonen, voor henlieden respeccive gedaen en. ge-
passeert seedert twee iaren herwaeits, die zelve over
brengen binnen acht dagen in handen vande conunissa-
rissen voofs., op peene van arbitrale correctie
»Item dat alle coUecteurs oft inhaelders van beeden
overbrenghen snllen in handen vande voora. comniissa«
rissen hnere beede rollen met name ea. toenamen vande
persoonen, die die goeden toebehoorden» daer aff zj die
beede heflfen en. ontfanghende syn, en. dat binnen acht^
dagen, op arbitrale correctie.^
Item opten voors. xxiiij*'^-Martii soe synder met von-
nisse Vande voorseyde commissarissen en. schepenen van-
den Bosch Iv*''^ borgeren en. poirters, om de religie en.
verleden trouUe wille 'vnyte landen van Brabant geban-
nen en. henne ^goederen geconfisqtieert tot behoeff van-
der conincklycke maiesteyt. Noch zynder ten zelven
daeghe over die veertich borgeren ingemaent, daer te-
gens deerste diffault is versocht, en. ten zelven daeghen
is Michiel Rombouts tot scherper ezame gewesen etc.
Den welcken, die gebannen en. innegemant worden, zyn
dese by namen en. toenamen, zoe hier naer volcht; mits-
gaders oeck den gheenen, dien doen ter tyt gevangen
saten, die naemaels geëxecuteert worden, ende haerdec
Digitized
by Google
— 292 —
Sommighe oeck los worden gelaeten, mits die compste
vander coiiinginne etc.
Anthonis HermanszoeQ, tesmaker.
Ghysbert Claeszoen, iade Wit voet.
loris lan Coenen.
Lambert Geritszoen, alias Scaep sonder wol.
Thomas Peters, loetgieter.
leronimus Gevers (1). .
Aert leronimus van Keelst.
hn, inde Huggendans, Colperstraet.
Floris lanszoen, inde Rol wagen.
lan die Backer Kynderen, inde Naem lesus.
Peter lanszoen, alias Synder bol.
Hanrick lanssoen, alias scboelmeester, snyder.
Gerit Pelgrum (2).
Herman Goyaertszoen.
Hans van Colen, alias de Lange, inde Kerckstract.
Dierck vande Gorreput.
lob van Achelen (3).
lan van Waelwyck.
Christoffel Rouvogeh
Matbys Keyen.
Reyner van Heyn tongeren , snyder (4).
Hanrick CoUaerts.
lan van Culenborch.
Peter die Hollander.
Hanrick de Middelaer.
loris van Eyndoven.
Peter Lenaerts.
Heester Hanrick Agileus:
(1) Deze naam komt bij A. niet voor. (2) Gerit, bij A. Peter,
(3) loö, bij A. lacob. (4) /Icyntonijcron, bij A. Tongeren, '
Digitized
by Google
— 293 —
Lodewyck lanssoeu, schilder (1).
lasper van Bel.
lan BeDthyD, sangmeester.
Groen op oft Groen weert.
Herman lanssoen, glaescrjrver.
lan loost Teyts, Moyses génaenit.
Gerit van Sli-yp.
lan Pelgrum.
loris vander Heyden.
Antonis Claeszoen, inde Wit voet.
loost van Someren.
Gielis Vos Andriessen.
Aert MÜchielszoen.
Aert Aertszoen, pellewever.
Andries Lenaerts.
Hanrick de Raet.
lan Francken, velblutter.
Willem CIool.
Willem vanden Bosch#
Dierck metten tabbaert.
Laureyns Thonyssen.
Aelbert loosten Teytssoen<
lacop, int Schaepshooft.
Laureyns, int Seven gesterre.
Micliiel Herman Rombouts.
Bartolomens lanssoon die Wolff.
Peter Pincxten.
Eymert Toelinck.
lan die Leenw.
Adriaen Gerit Haégens.
Andries de Backer.
(t) lansoen, schilder, bij A. ffatisen, sntfder.
Digitized
by Google
— 294 —
Bruyn, de smit, tchter des Broeren.
Hanrick Ghysselen.
Gornelis FiaDcen.
Gerit Peterssoen van Lier.
Claes de Leeuw.
Gerit van Aernhem.
lan van Achelen. *
Steven van Colen.
Meester Hans, de barbier*
Michiel Willemssoen, alias Schemel.
Willem Kemp.
Rutger van Gülenborch.
Andries van Diest, snyder.
Evert Hoose.
lacop de Witt.
Lambert vanden Heesacker.
Claes Claes Rovers.
Herman de Ruyter.
Willem Steynszoen, •• ^
lan Kuysten Geritszoen.
Willeni Wynen Cromhals.
Willem lan Gielissoen.
Dierck Coenen van Thiel, Cockmuessel genaemt.
Christiaen van Remunt, metser.
Goyaeit Rovers.
Coenraert, omgaende met melderye (1).
Meester loost, die schilder.
lan van Someren.
Anthonis, de leydécker.
lan, de smit, byde schutskoye.
lan Praet lanssoen, wever.
(t) Omgaende mei melderye, bij A., den mvelder.
Digitized
by Google
— 296 —
Marten van Venloen.
Frans, die Tallemaecker.
Hanrick vanden Hovel . ,
Peter Bnyssen.
Wouter Leyten.
Amelis Stevenszoen.
Adriaen Thielmans, alias Post.
Affgepubliceert by Enstaes Coppeye (1).
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixvijg, naer Paes*
schen, is die hartoginne van Parma (naer dat die voors.
bartoghe van Alba overgecomen -wasy als voorstaet), naer
dat zy baer gouvernement van dese landen den voorn,
bartoghe van Alba geresigneert badde, yuyt dese Nee-
derlanden verto^ben naer Parma toe opten x*" dacb
van April.
Ende opten xxx*° dacb van April daer nae, soe zyn
die voors. acht vendel Spaengiaerts weder omme vuyten
Bossche vertrocken naer -Yrieslant toe, alwaer graeff Lo-
dewyck van Nassauwen met graeff loost van Schouwen-
borch met ettelycke rujrteren en. voetknechten gecoemen
waren, en. alwaer die voors. Spaengiaerts worden ge^
slaegen. Ende dien zelven dacb quamen weder omme
binnen den Bossche vier v.endel Duytscbe knechten, die
tot Andtweipen gelegen badden.
Inde zelve mandt, naer tvertreck vander voorscreven
bartoginne van Parma, beeft den bartoghe van Alba
door een mandaet vnyt doen roepen, datmen die inqui-
sitie van Spaengien aen nemen zoude en. alzoe byde
catholycke Romsche religie blyven en. gehoorsaem syn.
(1) Be lijst bij A. en B. berat wel deielfde personen, maar in ver^
schillende orde gerangschikt.
Digitized by
Google
- 296 —
TerstoDt daer nae rechten den liartoghe van Alba op
eenen nyeuwen raet van twelfi personen , diemen ooemp-
den den bloetraet, die volcomen macht hebben gehadt
over dat leven der menschen het oordel der doot vuyt
te sprecken, ende in veel steden stelden hy doen die
magisU-aten aff en. stelde nyeuw in zyne plaetse.
Naer dien den hartoghe van Alba gehoort hadde, dat
sommighe van syne Spaengiaerden waren geslaegen in
Vrieslant, als voor staet, soe heeft hy opten vyffsten
luny int zelve iaer de graven van Egmont ende die
grave van 'Hoorne doen onthoeffden.
Ende daer nae, op onser Trouwen avondt v66r Bosse
kcrmisse oft ommeganck is duck dAlba binnen den Bos-
sche gecomen met groote staet, alwaer hy drie ofte vier
dagen bleeff, en. verlrock voorts nae graeff Lodewyck
voors. toe, die omtrent by Groninghe in Yrieslant met
zyn yolck lach.
Opten xvj*" luly anno voors. syn binnen den Bossche
gehangen vier borgeren, genaemt: Scaepken sonder wol,
scrynwercker, Anthonis Hermanszoen, tesmaker, ecne ge-
noemt doude Hoer, wesende eenen sackdragher, en. Lau-
reyns, int Sevengesterre, herbergier.
Opten XX*" luly daer nae synder noch voor het stadt
huys gebracht en. gehangen. loris Coenen, wever, en.
Michiel Rombouts vander gevangen poirte coemende,
omme géëxecuteert te worden, soe zyn die iongens ende
borgere geloepen naer het stadthuys, om duen (1) ende nae
by het schavot te zyn , meynende dat Michiel zoude
onthooft worden. Die Duytsche knechten dat siende,
dal die borgers en. iongens soe liepen, hebbense gestoe-
ten en. geslaegen en. met steenen onder die bbrgers ge-
(1) Duen, thans in de meijerij doon, dig(.
Digitized
by Google
— 297 —
worpen, akoe datter veel gequest worden, ende Aert
Anthoniszoen , Terwer, worden int rumoer doot gedron-
gen. Dao* nae hebben zy Michie] geleyt naede galghe,
die op de merct stont , en. hem daer nae gehangen, die
volstandich bleeff by zyn gelove: daer nae zyn lan Maes-
sen ende Peter de Gruyter op het schavot onthooft «nde
die lichamen elck zyne bnysvrouwe thuys gesonden en.
die hoefTden buyten gebracht en. op staken gestelt. Naer
dat dese executie binnen der stadt gedaen was, zoe isser
een groot onweder van wynt, hagel, donder en. blixem
opgestaen, dat noeyt dyer gelycken meer gesien en was.
Die buyten der stadt waren en wisten nyet bet off die
stadt en stont en branden in roode coelen, sulcke serie-
kelycken vier en. weder sachmen over die stadt. Naer
dat het quaet weder gecesseert was, soe hebben die
vrienden van lan Macssen en. Peter de Gruyter voors:
henne lichamen eerlicken begraven; maer die hooffden
heeft die roey roeye Spelleken buyten doen dragen en.
doen stellen en. sctten voor die Galge stratc op staken,
aen elcke syde vander strate één.
Noch opten xiiij" Augusti daer nae soe synder noch
twee borgeren binnen der stadt gehangen, te weten,
Ghysbert Claeszoen, inde Wit voet, en. die knecht van-
de viscoopers.
Noch opten xix''" Augusti daer nae soe synder twéé
crychsknechten, die de Gnessen gedient hadden, gehan-
ghen binnen der stadt, die de Spaengiaerts vuyt Vries-
lant gebracht hadden.
Daer nae opten xxvig*" Augusti int voors. iaer, smor-
gens vroech omtrent scs uren, is Aeibert Teyts (I), [en]
(I) Aelberi Teyts, bij A., fan locsi Teyts,
C. 20.
Digitized
by Google
— 298 —
Adriaen Govers (1) gehangen en. Goeyaert van Rullen
onthooft en. hem daer nae onder syn armeo opgescort
en. gehangen binnen den Bossche.
Ten voors. daeghe is binnen den Bossche ter payen
affgelesen, zoe hier nae volcht:
»Men dachvaert van wegen zyne excellentie vanden
hartoge van Alba, marckgrave van Coria, gouverneur
en. capiteyn vande landen van herwaerts over etc, tot-
ter kennisse vander troublen, wederspannigen en. onge-
hoorsaeniheden met datter aencleeft, die in dese Neder-
landen geschiet en. gebuert zyn, die personen hier on-
der gescreven, fagityff en. absent wesende, ter oirsaecke
van akulcke troublen en. emotien en. het aenhefien van
dien, omme te compareren voorden voors. hartoghe ofte
den geenen, die zyne excellentie daer toe zal oommitte-
ren, om hen aldaer te comen purgeren en. verandtwor*
den en. outschuldigen van henne verloop ofte absentie,
op peene dat, den tyt van drie weecken overstrecken
zynde, en. by gebrecke van haer comparitie, men tegens
henlieden zal procederen, soe in sulcke saecken bevon-
den zal worden te behoiren, wel verstaende, indien die
voors. gedaechden compareren en. hen purgeren vanden
lasten, diemen henlieden sal willen op seggen ofte op-
geseecht sal hebbei>, sal in sulcken gevalle hantlichtin-
ghe van 'alle henne goederen, die geadmitteert en. toe-
geslagen sullen wesen, henlieden costeloes verleent wor-
den, gelycken in sulcke sake bevynden zal naer recht
te behoren.
Adriaen, timmeiman, inden Hamer.
Anna Marcelis.
(l) Covers, bij A., Gommcrs.
Digitized
by Google
— 299 —
Abraham Peter Lentertszoeo.
Asdries Francken, spdmaker.
Anthonis Fraocken tot Ortben.
Aothonis Neyts.
Aert Thyaaoen tot fiktben.
Anthonis van Zeelst, wever.
Alexander, tesmaber.
Aert vnnder Steen.
Buyser, weert inde Croon.
Blom van Erp.
Barbara Buysen.
Baltasar, de schoenlapper.
Comelis Geldens, spelmaker.
Cristiaen, beeltsnyder, inde Peaselstraet. -
Comelis, het schoenkpperken (1).
Cornelis van Thoom.
Coraelis ComdlissoeD van Beeok.
Den valen Adriaen, wever.
Heester Denys, sdiermmeester.
Dierck den Bult
Daniel, de metaelair (1).
Dierck Qngael, een voorsJieger.
Dierck Diercxssoen, velblutter.
Dierck van Nim wegen.
Daniel, de sackdrager.
Dierck, den ouden Sf>aengiaert.
Dierck^ de leydedier.
Eygrom Micbidssoen.
Fians Florissoen.
Frans, de córdewaghen^cruyer.
(1) Deze naam niet bij A., doch bij Van OrsE^MiovEN komt dezelve
op bljdi. 148 voor.
Digitized
by Google
— 300 —
Gielis Hanricxssoen van Parwis, snydcr.
Goyaert, de cueldermaker.
Goeyaert, de leydecker.
Gielis Cangieter, loyer.
Gerit, genaemt Lapperken sonder leer.
Gerit Hoymaker.
Goyaert, de snyder, inde gulde Salin.
Gerit Cloot, de zoen, int Haeswyniken.
Goeyaert van Spoerdonck.
Ghysbert van Nimwegen.
Goyaert Strick.
Ghysbert den Dapper.
Gerit van Tulden.
Ghysbert die Bere (1).
Goyaert, de schoenmaker.
Hansken van Bneren.
Hanrick, de snyder, inde Hintamcrstraet.
Hanrick van Tulden.
Hanrick, de soen, inde Oiymolen.
Hanrick Schoel^inckel , sackdrager.
Hans van Heren taels, wever.
Huybert, den schoenlapper.
Hanrick van Ryn, snyder.
Hanrick Mannekens.
Hausken van Uelvoirt.
Hanrick Gabriel, vleschouwer.
Hanrick Lambertssoen van Berlicnm.
Hanrick Loeckemans.
lacop Cloot loachimszoen.
lan, die soen, int Yierstael.
lan Strick.
(l) fiere, bij A., Bcyne; bij Vas Oddenhotem, Boye.
Digitized
by Google
— 301 —
lan, die coldermaker.
lan Hoet.
lan Soumans.
lan Fredericxs, cuyper.
lan Geerlincxs, lynewever.
lan yan Goch, cremer.
lan van Heel, cordewageu-cruyder.
loost, diemen noemt quade Lys.
lan Massen, spelmaker.
lenneken Buyssen.
Meester lan, de hoeflfsmit.
loorden, int Schaepshoot.
lan, de schoenmaker.
lan die Cort.
lan Cloot, spelmaker.
lacop Colen, inde Pantoflèleo.
lan Reynen, spelmaker.
lan, die leydecker.
loost, de lintwercker.
lan van Achten.
lan de Richterhoorne.
lan vnn Wamel Huybertssoen.
lacop de Post, sackdrager.
lacop de Keetelaer.
lacop van Mynen.
lan van Os, alias Blocxken.
Lambert, de smit, achter de Tolbrug.
Laureyns van sint Truyen.
Laure3rns lanssoen.
Lambert Reyens.
Marten, die scrynwerker, inde Fosselstraet.
Digitized
by Google
— 302 —
Marten de Kuecke, ionghe geweest hebbende nae-
der bant te Preckers, timmermati (1).
Matys, slotmaker, int gulde Slot.
Fauwels lanssoen.
Peter Matyssoen.
Peter IKericxssoen.
Peter Ceeris, cnypcr.
Peter Pincxteo.
Pauwels van Cleeff, sackdrager.
Peter Geerlincxs (2).
Peter, op dOrthen eyndt.
Sebert lansseo, alias Muynen.
Sil verschoon.
Thomas Boes (3).
Thys Peterssoen, metser.
Thomas Mout
Willem Remmen, schilder.
Wouter Buelink.
Willem Tsvogel.
Willem die Leyter, alias de groote Meester.
Qcyn Wouterken, lynewcver.
Wouter, de l^decker.
Willem den Doenger.
Willem, de zeeldraeyer.
Willem Peterssoen, alias Musken.
Willem Ploecxken.
Willem, de haerwasser, met syn broeder.
Den langen loost, timmerman.
De lange Marten, metser (2).
Rut meester Diericxs etc.''
(1) Niet bij A.; timmerman, bij Yah Oudsithovbr, schrytiwcrkcr,
(2) Wiet bij A., doch wel bij Vis Oudekbovbh. (3) Wiet bij A.
Digitized
by Google
— 303 —
lot zelve iaer> opten x**" Martü, is büinen den Bos-
sche eenen potbacker van Orthen gehangen, en. eene
vrouwe, genaempt Neel Symons, wonende op dOrthen
eynde, is ten zelven daeghen oipenbaer gegeselt, om
dat zy geseyt hadde, dat zy soe goet was als die har-
toginne van Panna.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixix*"**, den xxvj*"
April, werden binnen den Bossche eenen Mennenist ge-
gebrant tot pulver, eerst een gloyende priem door zyn
tonghe gesteecken, op dat by nyet en sonde sprecken.
Hen seyde doen, dat lacop van Brecht, schoutet, van
desen man ontfanghen hadde dnysent daelder, dat by
hem daer voor beloeft hadde los te laten; wat daer aff
is, moegen zy weten, die daer meerder kennisse afi
hebben.
In dit iaer zyn binnen den Bossche noch drie paro-
chie kercken geordioeert vanden bisschop , te weeten ,
te Cruysbroederen, S\ lacops kerck en. S^ Peters kercke.
In dit iaer zyn die voors. scepenen en. rentmeesters
vander stadt tsamen gecontinueert.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixx^'""^, isser eenen
boi|[er vanden Bosch» genaempt Hoy Hoyken, vande
roey roede Spelle gehangen buyten der stadt tusschen
Helvoirt en. Yucht.
In dit iaer heeft den hartoghe van Alba, inden name
vander conincklycke maiesteyt, opten xxvij" lulio, bin-
nen Andtwerpen een pardon laten vuyt gaen, welcke
perdon binnen den Bossche ter payen aff is gepubliceert
opten x'" Augusti daer nae, inne presencie [van] Goes-
(l) Men seyde do^n enz. niet bij A.
Digitized by
Google
— 304 —
sen Pynappd, stadthouder , meester Goyaert Loeflf co.
lan van Heedel, scepenen der zei ver stadt, twelck al*
dus luyt:
»Die gracie en. pardon ons heeren des conincxs, ge-,
publiceert geweest den xvj" deser iegenwordige mandt
lulio binnen der stadt van Andtwerpen. Zyne excellen-
tie ordineert, dat die saecken en. proclamatien geinten-
teert en. gedaen, oft noch te doen respective tegens die
absenten, latitanten ofte fugityffven, belast met het stnck
vander verleede trouble ofte met saecken daer aff de-
penderende, begrepen onder het voors. pardon en. nyet
Yuytgesteecken totten xvj*" van November lestleden, da-
tum van tzelve pardon, sullen worden op gehouden en.
gesuspendeert , en. sullen mogen, die belast zyn, weder
omme comen eenen yegelycken in zyn gewoenlycke resi-
dentie en. woenstede, en. gebrnycken ofte genyeten tvoors.
pardon, voldoende tgheene dat by onsen heyligen vader,
den paus, by zyne gracie, voor de reconciliatie is be*
voelen geweest, binnen den tyde van lx'''*' daghen (1),
te reeckenen vanden voors. xvj" dach van lulio, en.
zoe verre zy binnen den voors. tyden nyet en voldoen,
zoe salmen voorts procederen totte Voors. proclamatie en.
andersins zoe nae recht en. iusticie zal bevonden wor-
den, byden procureur generael van zyne maiesteyt met-
ten secretaris onderteeckent , omme in tyden te doen ge-
dencken inden rade, beneffens zyne excellentie, en. ge-
procedeert (2) te worden als boven, en. daer aff* brieven
sullen gescreven worden aen allen die provinciaèlen rae-
den, hen overseyndende copye van dese iegenwordighe
(1) lx daghen, bij A , 40 daghen. (2) Bij W., gcjn-rcht ; bij A.,
geprecredecrt.
Digitized
by Google
— 305 —
acte, om dié te publiceren iode gewoeolycke plaetse.
Gedaen tot Andtwerpen, den xxvij*" lulio a". xv° en.
hx*'*'' voors. Geieeiunt: Di£ hartoohe tam Alvb, m.
onder siant: By ordinantie van zyn excellentie, ander»
tekent: Praet.''
In dit voors. iaer heeft den voors. hartoghe doen pu-
bliceren en. by placcaten vuyt doen roepen oeck binnen
der stadt vanden Bossche, dat nyemant zyn kynderen in
Duytslant, Yranckryck, Engelant, Schotlant en. in som-
mighe steden van Italien ter scholen en zoude seynden,
op de verbuerte van confiscatie van zyne goederen.
Opten V*" Augusti int voors. iaer is duck dAlve we-
der onune binnen den Bossche gecomen met alle zynen
staet, omtrent vyff uren nae middach, en. vertoeghe naer
Nimwegen, om die princesse Anna, dochter van keyser
Maximiliaen en. coninginne van coqinck Fhilippus voors.,
te haelen.
Tusschen den vij'" en. xij'" Augusti anno voors. zyn-
der binnen den Bossche vander gevangen poirte afigela-
ten veel borgeren, die lange tyt gevanghen hadden ge-
seeten, te Vlieten, Willem Michielszoen, leronimus Ge-
vers (1), Thomas, loet gieter, lacop int Schaepshooft,
Thomas Goeyaertssoen en. meer andere.
Opten xix" Augusti anno voors., omtrent vyff tiren
naede middach, is die voors. princesse en. coninginne
binnen den Bossche gecomen met twee cleyne ioncxskens
en. een cleyn meysken, tweicke waren der coninginne
broederen en. sustere, die met haer over toegen naer
Spaengien, en. die geestelicheyt haelden haer inne met
processie en. die magistraten met barrende toortsen zeer
(l) leronimus Gevers, uict bij A.
Digitized
by Google
— 306 —
triumphantelycken eo. brachteose alzoe ia sint laos kerck
eerst, daer zy voor tsacraaient een voetval deede, mit-
ten voors. doek dAive en. meer anderen heeren, en.
daer nae is zj gebracht inde hnysingbe yan Wouter
Bouwens.
Ende opten xl^ Augusti, smorgens omtrent seven
uren 9 hoorde die voors. coninginne misse in sint loris
cappel, alwaer die heeren vander stadt hem by vuech-
den en. schoncken haer een coflferken met drie ofte vier
stucken fyn lynwaet, en. daer nae vertoch zy vuyter
stadt 9 al zoe dat zy tsavonts noch was tot Breda.
Opten xxüg*" Augusti, op sinte Bartolomeus avondt,
quam binnen den Bossche den overstoi heer en. mees*
ter vander Duytscher oorde vuyt Prnysen, met omtrent
hondert wel gemonteerde peerden, die al meest goude
keetenen over haer schouderen en. onder haer armen
hadden hangende, en. daegs daer nae vertooch hy we-
der vuyter stadt naerde coninginne toe.
Dit voors. iaer zyn de voorgaende schepenen en. rent*
meesteren weder om gecontinueert.
In dit iaer, op sinte Miclaes avondt, bcstont te -vries-
Sfen en. duerde tot Vrouwe Lichtmissen dach toe, behou-
delycken dat binnen dyen tyde maer twee wacke dae-
gen waeren, en. op nyeujaers avont vielder alsulcken
grooten snuee binnen den Bossche alst in xv** iaren
daer te vooren gedaen hadde, ende van welcke voors.
sneeu en. vorste alsulcken groeten water opten xj*" en.
xij** February daer nae binnen den Bossche quam, dat-
men met schuyten over die straten voere, dat noeyt des
gelycke gesien en was.
Ende opten vüj" en. ix*" December anno voors. wor-
den het huys van Loevesteyn ingenomen met omtrent
Digitized by
Google
~ S07 —
dartich borgers vanden Bossche, die eeriyts vuyter stadt
geweeeken waren, om de yoors. trouble, waer aff over-
ste capiteyn was Herman de Rnyter van sHartegenbo»»
sclw voon. Bnde opten xix**^ December (1) daer nae
worJcul weder omme innegenomen vande Spaengiaerden,
die vuyten Bossche gecoemen waren met groff geschut
en. andere munitie van oorloghe. Den voors. capiteyn
Ruyter heeft hem zelven njet levendich inde Spaen-
giaers handen willen geven, maer heeft hem zelven ge-
weert soe lange hy staen conste; en. hy vander Spaen-
giaerts doot geslaegen wesende, hebben hem die Spaen-
giaers daer nae het hooft afgehouden en. dat selve ge-
bracht met seventhien gevangen borgers binnen den Bos-
sche en. 2yn hooft gestelt op die galghe binnen den
Bossche staende, alwaert langhen tyt gestaen heeft: ende
thien die twelff daeghen daer nae zyn die voors. gevanr
gen peisonen, die zeer armelyck sagben door het busch
pulver, dat gestroeyt was geweest opt voors. huys, naer
Andtwerpen gevoert, alwaer die zelve omgebracht wor*
den, te weten, Michiel Schamel, levendich geraeybraeckt;
Hanrick Ghyssden, Truyffelken, Lyn tVogel wyfis soen
etc. tsamen gehangen.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixxj*'''^ heeft die har-
toghe van Alve zeer neerstich vervolch gedaen, om te
willen hebben den thienden penninck vande coopman*
sc^ppen en. den xx*" penninck van alle erffelycke goe-
deren, soe dat hy alle coopmanscappen daer mede stille
heeft doen staen.
In dit voors. iaer, inde somer, isser eenen borgher,
geheyten Gerit (anders inde wandelinghe Lapperken son-
{t) lix December, bij A., 28 December,
Digitized
'dby Google
- 308 —
der leer), vanden Bossche comen rydende geweest met
eene clepper, en. gecleet wesende op syn oisters, binnen
der stadt, en. op die merci wesende, heeft hy geroepen:
»f^ive Ie guesl^ daer nae vande peert getreedeo, in een
harberge opgetrocken en. aldaer goet schiere gemaect:
daer nae weder omme op geseeten, naer sint lans poort
gereeden en. aldaer stil staende midden peerde» heeft
hy oipenbaerlicken inde Spaensche wacht geschooten en,
tpeert voorts spooren gevende, is hy alzoe vuyter stadt
gereeden: en. omtrent een boeghe schutte veere vnyter
stadt wesende, is tpeert stil blyven staen, sonder dat
het een voet vorder wilde. Die Spaengterts sulcxs sien-
de, syn mit geweer en. spissen naegeloepen en. hebben
hem vande peert gestoeten en. hem binnen der stadt ge-
vanghen gebracht, en. zoe hy mede een vande vuytge-
weecken borgeren was, soe is hy sles (1) daer nae ge-
excuteert.
In dit iaer nae Trouw Lichtmis dach is ons den wyn-
ter eerst aengecomen en. duerde continnelyck met vries-
sen, datmen den x*"" dach van Meert noch reet en. ginck
met wagenen en. peerden over die Maesse, Waele, Linge
en. den Ryn.
Int iaer ons Heeren m ccccc Ixxij, inde mandt van
lulio, lach monsuer Hanerees volck tot Roesmalen en.
Hintam, die daer zeer veel qiuiets deede met branden
en. pionderen den huysman. Desgelycken laegen oeck
doen tot Vucht elff duysent Switssers, waer aff overste
was capiteyn Vitello. Sommigbe vande Switssers had-
den in haer vendele een cruysevicxs; sommigbe ons lieS
(1) Sles, terstond. Bladz. 296, regel l, hebben wij uit A. ierstoni
gexet, alwaar in W. wik.' sles stond.
Digitized
by Google
— 309 —
Trouwe, éie moeder Godts; scHnmighe sinte Peter, sint
lan en. meer andere santen en. santinnen* Dese Swits-
sers yertoegben voor Bommel, dat die Spaeogiaerts aen
deen zyde hadden beleghen, maer sy en richten daer
nyet vayt en. yertoeghen daer nae sles (1) weder omme
naer Italien, en. int weder omme trecken sterffer veel,
alzoe dat deen helft nyet weder om thuys en quam,
daer zy van daen waren.
In dit Yoors. taer, inde Oeexstmandt den iiij*" dacfa,
is den prina van Orangien weder omme met een groote
heermacht in het lant gecomen, die stadt van Remnndt
ingenomen met meer andere steden inne Brabant, en.
van daer- nae Berghen in Henegouwen getoghen, om
^aeff Lodewyck» zynen broeder, te ontsetten, die doen
daer binnen was; dan mits die moort van Parys, die
dier tyt geschiede, bracht dat alsulcke veranderinghe
hier int lant, dat den prins weder om door Mechelen
passeerde en. zyne heercracht weder omme bracht aen-
den Ryn. Die zelve affgedanct hebbende, is hy met
zeer luttel volck vertoeglien naer HoUant toe, daer hy
omboeden worden.
In dit voors. iaer worden allen die schepenen en. rent*
meesteren gecontinueert.
In dit iaer, opten xv*" September, is die harloghe
van Holst met xv"" peerden om den Bosch comen leg-
gen en. hy daer binnen, met wel anderbalff hondert
wagens by haer hebbende, die zeer veel quaets deede
met roven, steelen en. pionderen op den hnysmau; sy
en lieten nyet leggen dan tgheene daer zy nyet aen en
mochten. Sy wonnen eerst Huesden en. pionderden dat
oeck geheel vuyt.
(1) Sies, terstond.
Digitized by
Google
— 810 —
Opten iij*'' October dter nae iiadden ontreot ms boa-
dat peerden vanden grave van Holst voick met eltelicke
schutten en. Walen, die binnen den Bossche kegeD, voor
Bommel geweest, meynende dat te overvallen , naer en
hebben daer voor nyet vuytgericbt , dan die capiteyn van-
de Walen met x oft xi) soldaten worden daer voor 9e-
scfaoeten , en. soe toeghen zy vreder omme van daer.
Ende opten vij**^ dach van October daer nae, soe syn
Zf wel met duysent peerdea en. ses hondert scotten voor
Bommel gecomen, maer en hebben daer mede nyet vuyt-
gericht.
Opten ix*" November is die voors. hartoghe van Holst
met zyn volck wederomme vanden Bossche vertrocken,
naer dyen hyt al omme wel thien mylen int lOot vter>
dorven, geplonderc en. faeroeft hadde.
Opten XD^*" laniiary a^ voors, is binnen den Bossche
alsuicken hoeghe water geweest, datmen met schuyten
over alle straten voer, vuytgescheyden die nllerct en.
Bint lans kerck, met een deel vande Hintamerstraet, co-
gelyck hoeger dan het iaer daer te vooreii.
Int iaer ons Heeren m occcc en. Ixxiij waren ten Bos-
sche die voorn, sccpenen en. rentmecsteren gecootinuecrt.
Ende opten vij*^ dach van Novembri a*. voors. quam
diick dAlve weder binnen den Bossche en. sanderen
daegs ontrent seven in^n vertrock hy weder omme daer
vuyt naer Bruessel.
Opten xiiij*" November daer nae, soe is don Lowyz
de Requisens, groot <;ommandeur van CastilÜen etc, voor
gouverneur gesonden inde Neederlanden , eo. den xxij*"
November daer nae gecomen binnen Bruessel. Nu des
hartoghe van Alba meyninge faelgeerde, (synen soon.
Digitized
by Google
— 311 —
don IVedericOy was met sdianden van Alckmaer getroc-
ken: den grave van Bossu had den slach verlooren op
de zee) het rumoer quam in Spaengien, dat die causse
den harioghe heel contrarie liep, naer dyen hy de lan*
den met groote yreetheyt en. tirannye geregeert hadde
en. oeck gebracht hadde in groote armoeden en. ver*
woestinghen: soe is den zelven hartoghe van Alba op-
ten ij**" December anno voors. vnyt Bmessel gereyst
naer Spaengien toe, alwaer hy anno 1581 is gestorven.
Int iaer m ccccc en. Ixxiiij*^''^, inde mandt van April,
is binnen den Bossche gepubliceert van wegen der co«
nincklycke maiesteyt absolnte gracie eo. generael pardon,
soe wel den staten, landen, steden, communiteyten en.
gemeynten, als alle particnliere personen; mitsgaders oeck
die gheenen, die vnyt de Neederlanden gebannen zyn,
en. andere, die vnyt saecke vanden voorleden en. tegen»
wordighen tronble, oproer en. commotien inde zelve lan-
den geschiet, misbrnyct en. geoffenseert hebben; van
welcke pardon die prindpael articulen hier nae volgen:
»Doen te wecten, dat wy (om tvoors. pardcm des te
beeter teffectueeren en. seeckeren regel te geven, hoe
dat die gheene, die de zelve gracien snllen willen ge-
nyeten, hen sullen moeten vuegen en. conduyseren, elck
int zyne) hebben by advyse van onse zeer lieve en. ge-
trouwe, die hooffden en. luyden van onsen raeden van
staten en. secreten, ende ter deliberatie van onsen voor-
genoempde neve en. groot commandeur van Castillien,
geseyt en. verclaert, seggen en. verclaren'by desen, dat
die gheenen, die voor vluchtich oft gebannen zyo, en.
vuyt crachte van tvoors. pardon in dese landen weder
Digitized
by Google
-- 312 —
keercn sullen, gehouden worden binnen twee dagen nacr
hcpne weder comptste ben te presenteren en. verthooncn
aenden officier vander plaetse van faenre leste woenstede
ofte domicilie, die zy in onse voors. landen hadden, ten
tyden als zy van daer vertrocken zyn, en. hen te ver-
claren, dat zy coemen, om vander voors. gracie ie ge*
genieten en. gebruycken, dwelck die vooi-s. officier in
een register op teeckenen zal, latende de zelve rustelyck
en. vreedelyck genieten en. gebniycken van tvoors. par*
don, naer inhouden van dien.
» Allen den gheenen, die coemen sullen van steden
alnoch rebel en. weder spannich weseude, en sullen an*
ders nyet moeghen doen dan hen te verthoonen ende
hen representeren ter plaetsen daer den provincialen ract
vertrocken is, oft emmers inde naeste steden van onser
onderdanichcyt, vander plaetse daer van zy vertrocken
sullen wesen, zoe voors. is.
»Ende op dat een yegelicken gewaerschouwt zy van
tgheene des hy tzynder wedercompste sal moegen doen,
willen wy, dat, ingcvalle eenighe van dien int geloeve
gedwaelt ofte yet gedaen heeft, daer om zyhen aender
heylige kercken moeten versoenen en. reconsiHeren,op dat
zy tzelve te geringer (1) souden moegen doen en. stel-
len tot ruste van conscientien, sullen hen moeten vyn-
den byden bisscop diocesain, om daer van absolutie te
versuecken , ende indien aldaer eenighe saecke is , die
den Boomsche stoel gereser veert soude moegen zyn, sul-
len die voors. bisscoppen de zelve seynden aciide gees-
telycke ministers, by synder pausselycke heylicheyt daer
toe geautoriseert , latende de zelve middeler tyt in ruste
en. vreede, wel verstaende dat zy hen vueghen en. rc-
(l) Te gcriiujcr , te gerecdor.
Digitized
by Google
— 813 —
gttleren nae fiorme ende vujrtwysen van oaise voors. par-
doene.
}»I!Dde. üulien de gheeiie, die alsoe weder gekeert sol-
len tythf mllen eysschen tgebrayck van haere goed»,
ak GatholyckelycLen geleeft hebbende, sullen zy daer
omme aen oos oft ome voorn, neve, den groote com-
mandenr van GaslillieD, requeste moeten presenteren en.
doelde daer van Uyckeo, sullen hem de zelve goeden
gerestitneert worden, in conformitgrt van onse voors.
oepene' brieven van gracie en. pardonne; welcke resti-
tutie van goeden te verstaen is van onroerende en. an-
dere goeden, die in onse macht ende gebruyck sullen
wesea
» Willende en. ordinerende oeck, dat alle de gheenen,
die begeeren sullen te gebruycken vander gracie ende
beneficie Toors.', gehouden worden in dese landen te
coemen ende weder keeren binnen drie maenden naerde
publicatie yan onse voors. gracie en. generael pardon,
ènde dat voor alle delayen (1) en. vuytstel, op peene
van 'daer van geëxeludeert te blyven.
. »Snde voorts willen en. ordineren wy, dat die punc-
ten en. articulen voors., tsamentlycken met onse voors.
gratie en. pardon generael, gepubliceert sullen worden,
op dat nyemant daer van ignorantie en pretendere, en.
dat een yegelyck hem daer nae vuegen en. reguleren
mach etc."
Int iaer ons Heeren m ccccc en. facxv^'"^ heeft den
keyser aff gesonden die grave van Swartseborch, om
een middelaer te zyn en. te tracteren binnen die stadt
van Breda den peys tusschen den coninck van Spaen*
(l) Dtfni,Miisie\.
* C. 31.
Digitized
by Google
— 314 —
gien en. den prins van Orangien met die aUten van
Hollant en. Seelant; maer soe die van Hollant en. See»
lant persisterende wairen by haere rel^ie, en heeft die
taameB spreckinge en. vergaidbriughe c^een pronHyt ge-
daen.
Ib dit iaer syn die voors. «ch^eien geeootimieert
Ia dit voors. ifler, in December, ié binnea den Boa-
sobe ter payen aflf gepublicecrt, als dat het iaer, dat Ce
vooren Paeschdach plach aan te gaen» na nyeawê iacrs
dach aén gaen sonde ^ iwelck nock geobservaert wordt
Int iaer ons Heeren m ccocc en. Ixxvj *'"''', paevolgende
den nyeuwen styl van scryven, soe is binnen den Bos-
sche geboert, dat eene Nicolaes» zoen Peters van Em-
pel| syoen vader met een byle beeft doot gesli^en;
daer nae zoe heeft hy oeck zyn slieffïnoeder, die swaer
van kynde giock» doot geslacgen op bet bedde» en. syn
moqre (1) is gestorven van rouvre.
Int voors. iaer, opten v*" dacb Meert, is dfop. com*
mandeur vande peste tot Braessel gesteven» en* tgoe«
vemement vande landen wert byden coninck w^der. ge-
stelt in handen vanden raet van staten.
Inde majodt van May, int zelve iaer, is ;binnen den
Bossche ter payen aff gepnbliceert tplaccaet en. ordi-
nantie «vander blyde incoempst van Brabant, en. ten
zelven daege zyn allen die procureurs gedestitueart» ten
cynde zy certificatie aende wethouderen moesten bren-
gen, en. alzoe bethoonen dat zy van wèttigbe bedde
waren, en. alle, die behoorlycke en. volcomen certifi-
catie brochten daer nae, die wórden weder oin aenge-
Bomen.
(1) F.y moeye} A. en W., meye.
Digitized
by Google
— 315 —
Eode want ten zelyen daegen drie procureurs bevoii*-
•den wordeu, te weeten, N. Bammelroy, Goyaert de Louw
en. meester bn van Dieten, die egeen befaoorlycken ofte
Toiconen certïfieatie en thooDden, soe bleven die zelve
gedestitneert.
In dit iaer is tweemael over het geit opgeset: eersten,
den ottdea .dobbele stuver op ijz stuver, den enckelen
stuver op een braspenninck , den halven op eenen hal-
ven bnispenmnck, de seven stuvers penningben op vijz
stnver, den halve op iij stuvers iij oirt, en. ald^ bande
daelders en. goude penninghen nae advenant; daer nae
die dobbele stuvers op fg stuvers, die enckele op iz
stnver, die halve op een Manck, die seven stuvers pen-
ninghen, heel en. halfi, nae advenant; des gelycken
oeck alle anderen silvere penninghen, daelders en. goude
penningen nae advenant, allet naerder blyckende byde
placcaten daer aff zynde (1).
In October int zelve iaer synder verscheyden soldaten
en. bèveelhebberen binnen den Bossche gecoemen inne
boeren cleederen, mitsgaders capiteyn Ooenen, drossaert
van BoochflAraten zoon, die welcke met haere adfaeren*
ten, die zy, zoe binnen der stadt als daer buyten noch
verwachtende waren, meynende die stadt te incorpore-
ren en. overvallen, en.' allen die garnysoenen, die daer
inne laegen , meynden zy om te brengen en. prys - te
maken, allet nae vermelde seeckere concept- daer aff ge-
maect, waer aff ick eertyts die copie gesien hebbe (2) ;
maar deo aenslach is haer gemist, want die gardesoenen
daer binnen legghende, daer aff kennisse cregen ende
vonghen alsoe opten xv*' October binnen der stadt ach-
(l) Dete geld- CTaluatie niet bij A. (2) De woorden: waer aff' em-
niet bij A.
Digitized
by Google
— 316 —
tien soldaten, die alsoe met boeren cleederen iogecomen
waren: en. capiteyn Goenen, binnen wesende, wert ver-
steecken ende ont<{uam. Ende opten xvi^*" October daer
nae, soe synder op die merct vander voors. gevangheQ
soldaten drie gehangen en. cene levendich gequartierty
die van Bael was van geboorten, en. die viec quartierea
elck verscheyden buyten der stadt porten gehangen aen
vier potenten (1) oft cnicken.
Daer nae, opten xxiiij*" October, synder noch drie' van*
de voors. gevangens binnen den Bossche op die merct ge-
hangen en. noch drie onthooft onder die galghe.
Ende opten ij'^'* November daer nae synder binnen der
stadt onder die galghe op die merct noch seven onthooft
vande voors. gevangenen soldaten. Alle dese voors. per-
sonen worden doen zeer beclaecht, 'mits dyen zy egeen
kennisse vander saken en hadden, zoe zy bekenden en.
beleden in haer vnyterste.
In dit iaer syn allen die voors. schepenen en. rent-
meesteren gecontinueert.
In dit iaer, inde voors. mandt van November , is het
tractaet vanden peys gemaect en. gesloten tusschen die
staten vande Neederlaaden, veigaedert wesende binnen
der stadt van Bruessel, en. mynen heere den prinche van
Orangien, staten van Hollant en. Seelant met heure ge-
associeerde, mitsgaders aggreatie en. confirmatie ons hee*
ren des conincxs daer op en. nae gevolcht.
De wylen dat die staten vanden landen oorloghe voer-
den t^ens die Spaeniaerden , die Aelst, Andtwerpen en.
andere steden geincorporeert, geplondert, geroeft en. ge-
brant hadden, heeft den coninck van Hispangien. als har-
(l) Potenten, niet bij A., potencCj galj.
Digitized
by Google
— 317 —
toghe van Brabant, binnen middelen tyde iune dese Nee-
derlanden gesonden, als gouverneur, don lohan van Ois-
tenryck, die welcke eencn tyt lanck blyvende inde lan-
den van Luxemborch en. eer dat hy in Brabant quaro,
den peys van Gendt bevestigende, wert daer op binnen
Marche in Fainine een accoordt gemaect tusscben don lo-
han en. den staten voors., ende dat al opten xij**' Fe-
broary anno m ccccc Ixivïj, weicke accoordt wort in
forme van éen eewich edict (1) ten laetsten binnen Brues-
sel gepnbliceert opten xvij*" en. binnen Andtwerpen op-
ten xxvij** Febmary, alles naerder blyckende byden zel-
ven accoorde daer aff synde.
Op vrelcken voors. peys van don lohan heefi; die
prinche van Orangien met die staten van Hollant en.
Zeelant, ontfangen hebbende copie van het voors. ac-
coordt en. eewich edict, 'geprotesteert in scriplis, vei^
moegens seeckeren poincten daer afi, wesende van dato
den xix** February anno voors , waer op die staten we-
der omme haer verandtworde hebben gedaen opten eer-
sten Martii daer nae: allet naerder blyckende 1^ het
zelve protest en. verandtworde daer aff zynde.
hem opten vj*" Febmary syn die Spaengiaerts voor
den Bossche gecomen en. hebben met eenen commissaris
en. trompetter sachternoens die stadt vanden Bossche op
geëyscht, en. zyn dien avondt ghysselaers gestelt, omme
met maelcanderen te perlimenteren. Ende zoe dien zel-
ven dach die heere van Meroden en. Hans de Greve,
drossaert van Brabant, binnen der stadt waren inne com-
missie, soe syn die Spaengiaerden daegs daer nae weder
omme voor die stadt gecomen , maer en hebben nyet
vuytgericht. Ende zoe doen binnen der stadt onder die
(I) Edict, bij W,, gcbotli.
Digitized by
Google
— 318 —
Duytsche knechten een grooten twist was en. wiideu geli
hebben, soe zyn die borgers mitte voors. knechten eeti-
drachtelyck veraccordeert, te wetene, dat die kneehtcn
aender stadt haere betaelinghe souden yynden, van diie
maenden tot drie maenden, en. dat zy binnen twelff
maenden haer volle betalinghe zouden hebbén, waér
mede zy doen te vreeden waren. Ende wcfrden doeti
eendrachtelyck byde drie leeden geconseateert , dat eeb
yegelyck zyn silverwerck byde heeren opt atadt hnys
moeste brengen, om daer aff gek te laten alaen^ ooi
die voors. knechten daer mede te betaleni Oeck wordep
doen byde drie leeden geaccordeert den x*', xx** en.
hondertsten penninck te geven: alle het wekke doen al
goetwillichlyck worden geconsenteert; ende sonder sulexs
nyet te willen doen, waere hei anders geschaepen ge-
weest, dat die Duytsche kneehten die stadt den Spaen-
giaerden zouden hebben gelevert.
Ende opten xij*" February daer nae zyn die voors.
Spaengiaers v^der omme voor die stadt gecomen en.
brachten brieven aenden luytenant vande knechten, mey-
nende hen te corrumperen; maer alsoe den eelven hiyte-
nant vrom was, soe en heeft hy hem nyet laten verley-
den door schoone worden vande Spaengiaerts, soe dat
zy oeck wederom zyn getoegen sonder yet wt teriokten,
dat hacr genouch verdroot. Dese voors. luytenant sterft
binnen der stadt en. leyt in sint lans kerck begraven,
en. boven zyn sepultuer hangt een schoone memorie taef-
fel. Desc luytenant heeft die stadt eenen schoonen dienst
gedaen, anders waer die stadt over lange al geplondert«
geweest vande Spaengiaerden.
Ende op May dach daer nae, int zelve iaer, soe is
don lohan binnen Bruessel ingecomen, alwaer hy met
Digitized
byGóogle
— ai9 —
groote GO^telicheyt, triumphe eo. blyschop ootfangbea
wort, aoe vnel rande heeren ah van liet ^emeyu volck,
en. het fouverneineot vajode landen aenveert oplen üy''"
daish dar jelF^ mafidt^ den eedt' doende, want doen
hf vuyt.llechelen trock» inne. legenwordtch^t van veel
hneren^ die.lMm als gcmyernettr eere aen deeden, tooch
Baar NanMit cd. heeft, aii4er tdesd vander iacht te ry-
den, vumtsahe.liryae int v.oorby gaen tcastcel tot Namen
iogeDomen. «ptea xxüg'*'' Iiily int voors. iaer.
kem. opico. Jtxj*" AuguBti daer n^ie, alsoe die staten
vanden hoiden aeec. bedttohtende waren voor die Ouyt-
sche knechten, die binnen den Bossche laegra, is die
cofonel isflelaicya vande grate van Uohenlohe eerst voor-
dr «stadt vttadea Bossche gecoei|fBn met een regiment
voelLoechlen vaft twelff vendel, waer by hen vuechden
ved viqrtgeweockenen vanden Bossche, cnde daer nae
tpam daer oeck voor de voors. grave van Hohealoe
aelfi met. veel. vxi]czs> alsoe datse tsamen int getal wa-
ren omtrent dosdslff duyaent,. spe te voet als te peerde.
.Ende doem nu die JDuytscbe knechten binnen der stadt
vernomen hadden^; dat. die voors. grave met veel volckx
biiyien en; em der stadt was geoomen, soe bolwerckten
tf die poorten van binnen, toe; en. doen zy toe gebol-
werckt waren, deeden die van buyten, omtrent elff uren
iader nusht, eenen loessen allerm slaen, waer tegens die
Duytacbe knechten elden nacht over eyndt waren.
Opten zzix"* Aii^sti daer nae hadden die van bnyteii
met soBMnighe bo^gers van binnen een verbont met een
gemaad. Beoht op de middach, de clockslach van tweUT
uren» dan «ouden die vanden Tnchterendyck en. op tHin-
tamereyode hbn opgemaect hebben, cm een poirte op te
crjgen, daer die van buyten op lagen en; wachten; maer
Digitized
by Google
— 320 —
zoe die Dnyteohe knechteD den aenslach Xt vooren wis*
ten, soe deeden tf binnen der etadt Cisschen eiff en;
twelff turen, door die eudt inde acraten Tcel sfecrcke tqih
den en. qoamen maelcandeien t^gene ekke earacl weder
t^gens» alzoe dat die gheene, die binnen der stadt opten
Vuditeren dyck wasen, njet myt en eontten fericblen;
en. die van tffintamereynde opde voon. ebcUack vvjt*
cixnende met baer geweer , en. siende dat die fingnsohe
knechten zoe sterek gewapent tegens hen quamen^ vp^
der 'doen vier borgers doot geiiaegen vande Dnytsdhe
knechten en. reel gequeat, wdcke nacaie vaonde geUe*
ven dooden my onbekent tjfn.
Die bevedhehberen en* Doytscbe aoldaln binnen der
stadt leggende, consi^psrende» dat die grav« vaa"H&-
henk)e metten synen haer gheern Tvytcr stadt hadden
gdiadt sonder geit te geven, ende sy bednchtende aear
voor den borgeren van binnen, dat sy den voeia gtave
daer toe mochten assisteren, hebben zy een van haeren
vendragers en. soryvers inder nacht afl^esondtn int-hejM
melick naer don Mian toe tot Namen, .hem pvesente»
rende haeren dienst en. hem van het belcch TandeB
Bosch geoipenbaert: wdcken don lohan de» voorsL ven»
drager en. scryver goet contentement gaff, belovende
hen te betalen en. te ontsetten zeer oortelick«n«
Sles hier naer hebben die voors. soldaten binneD der
stadt gaen graven rontsomme die merd op met graAen
omtrent thien voet wyt en. dat zy <^ en. vvytgBoeven,
hebben daer aff binnen die merct gemaect een beiat
weeringhe van omtrent vyff voeten hoeghe en. zoe dscke,
en. allen die keyen vanden straten daer bnyten>ingeiet
en. gemeest, en. die zelve borst weringhe beleyt ea be*
set vol haeckbusschen vande collegieD , ambachten eo.
Digitized
by Google
— 321 —
ghilden^ net wioken (1) wel gebeden wesende, latende
o^rer all' aen beyden syden vande straten maer zoe Teel
spaden^ dat daer twee menschen juyst beneren een
moeliltn gaan , twelck vjr oeck in alle principale straten
oeeden*
Bie Toors* brngCMD en. iMnegooetepen vander stadt
siiIqxs siende, mtaiam wel» dat die soldaten met hen
nyet goets Toor Jiaaden enr hadden, en. aoe den veen.
aeaslach gemiat was, en wam nyet wel te viedeo. Sn«
die Toors. soldaten sieode daiter gbeen goet himiea der
stadt en cpmn, kehben opten zxx^ Augnsti daer nae
binnen der stadt alle den terwe en. rogghes gacn soee»
ken es. gehaek, soa eerst tetten Usscop, daer nae in-
den. H. Geest en. Tooita o^er al in die borgets buyaen
ea. allen fact arire gedisiribueert tot henne btboere;
dan door* dit versuecb van cooren was meer te presu*
meroii on die boq(ers fanjraen te verspieden daa om
toooren.
Na dieborgers en. ionegesetenen , die de soldaten
bionee der atadt njet en waien toegedaan, waren inne
gsoote Tieese ea. Taere (2), ny^ wetende boet met haer
noch aff sonde loepen, soe den voors* aeaslach gemist
WM en. dat die borgers met een nyet eendrachtelyók en
waren. IKe voors. soldaten . Innnen der stadt. siende. be*
qoamen tyt, hebben bet Stnergewalt (S) te^nde de
mtfct, omtrent die gevangen poorte, ter Hintamerstraet
waert ingeset, wel gelaeden wesende met stocken van
koetenen en. andere ysserwerck.
(1) .tij F., wükên, evwten; b^ A. en W., mieken. (2) FaerÊ, ver-
vaardheid, ichrik. (3) Eene beflchriJTiDg Tan dit groote ijxeren kanon
komt voor in de Bijdragen over Xoord-Braband , dl. I, bladi. 373 en
vprv., en dl. Il, bladz. 97 en \erv.
Digitized by
Google
— 322 —
Ende opten ix*" September daer nae, smorgens om-
treot vier uren» hebben die soldaten allen te samen op
en. in baer geweer geweest» haera.eappiteynen en« prin-
cipale beveelhebberen nemende en. hen seltende gevan-
gen op die marckt, met goede wachte by baer» die
nerckt met. geschut en. soldaten wel beaet» oeck deiBge-
Ijcken aen «lle poirten eo. priacipade. straten en. hoeak-
leqrsen met wachten, die baer- geweer tersUmt veelde (1)
als eeoen borgfaer vuyt zyaen hujrae wiUe gaen« en. haer
alsoQ binnen der doeien hieldai* Snde haerder omtrent
twee hondert tsamen Tersamelende, met gdaden roers,
brandende losten, blaacke swaerden, met een wagen met
stroo en. brandende toortsen, syn tsaemen eerst gestrec-
ken vande merot aff tot die rentmeester Bacxs huysinge
inde Possektraet, die doore oft poirte randea hnyse met
gewek opgeloepen en. daer tgeweer vuyt den. buysse ge*
haelt met noch meer anderen dingen genomen, die sy
noch weder om te brengen hebben: en. doen zyn zy-al-
soe Voorts gegaen in alle hnysen en. straten, daer zy
suspioie op hadden, die baer nyet en waren toegedaen,
zoe wel rycke als armen (maer nyet inde geestelycke
hnyssen, noch tot den geeneir, die haer toe gedaen wa-
ren) doende aldaer groote Ibrtse en., gewelt, stoetende,
slaende en. metten borgers levende off syse terstont om-
den hals hadden willen brengen; comende inde oude
Scntters boomgaert oft Doelen, die boogben, pylcoeckers
en. pylen boyteb shuys op stmte om stucken werpende
en. slaende, die vendelen daer viiyt nemende en. die op
die vesten gestelt ter stadwaerts vuyt, om dat die bny-
ten lagen, zulcxs mochten sien en. mereken wat teecken
dat was. Inne weicke fortse en. gewelt doot zyn geslae-
(l) Veelde, velden, legden aan.
Digitized
by Google
— 323 —
gen dWe borgers en. wel over de drie hondert gequest,
en. die van buyten en hebben bümen dien dach Unoen
deF.stadt egeen roeck op aien gaen, meynende dat: allen
die borger»') die' baer loegedaen waren, al om hak en.
vermoort waren.
OpteÉ X** September hebben die soldaten bJoneo der
stadt brieven gecregen van don lohao, inde wdckeistont,
dat hyse cMtsloech Tanden eedt en. dat zy die staten
Tande» landen soaden obedierai. Dan dese brieven wa*
ren ' geiabriceert en. gemaeèt byden grave van Hoehatt*-
loe met eynen reet, aoemen doen 'seyde: waJit does die
briet<en binnen dec stadt geoipent worden , wareB..4Mr
somioi^be, die goet ront vuyt seyden, dat hetdonio»
hans bant nyet en was; maer soe die van een.Bbytsohe
soldaet daer binnen waren gebracht , gaven die soldaten
hen geloeff.'
Noch hdl>ben die soldaten binnen der stadt andere
brieven geeregen ten zelven dagen vanden generaele stap-
ten, die weleke nthielden, dat zy raitten ' staten zonde
handelen aengaende haer betalinge.
Opten xj~ September hadden die soldaten binnen der
stadt, door inblasers van twistmakers, noch een meerder
en. qnader actie voor banden gehadt, meende weder
omme inde borgers hnysen te comen, haer terstont op
syn Andtwerpens «ff te vorderen haer geit, silverwerok, •
foudt en. deyniddien, en. soe zy die nyet terstont en
wilde overgeven» die zonde zy tleven benomen hebben,
en. alzoe met den roeff op eene nacht vnyt der- stadt
te trecken; dan snlcxs worden belet van sommighe per-
sonen, soemen ons doen binnen der stadt wys maeok*
ten.
Opten xij*"" September synder commissarissen binnen
Digitized by
Google
— 324 —
der sudt geordineert, omme met Scampaiigne (1), die
buyten bjde grave van Hohenloe was gecomen, te par-
lementereoy en. doen zy goocdioeert waren, en wonden
die soldaten snlcxs binnen der stadt ayet hebben.
Ende opten xig*"* September zyn die voorscreven ge-
oidiiieerde commissariasen vtijtgegaen, te weten, lan van-
der Stegen, Willem Monnicis en. Loeckemans, penaio*
naris, met twee Dnytsche beveeib^bers, omme te trac*
teren;. en. xy bnyten coemeode, cn^en yoor andtwocMrde,
dat qr met baer nyet te doen exk luidden, dan alleen
mette knechten en. soldaten, die daer binnen lagen, syn
sy.met alsulcke andtworde weder omme naede stadt ge-
keert, en. binnen comende, die overste vander gardesoe-
nen, sukis aengeseecht, en. zy sqIcxb verstaen hebbende,
zyn ten selven daegen vuyler stadt gecomen capite}^
Engelbert met noch vyff andere beveelhebberen, en. daer
zynder weder tan wag^ Scampangie en. die voorscre-
ven gsave van Hohenloe binnen der stadt gecomen se-
ven oAe acht ghysselaers, waer aff den voors. cappiteyn
Coenen oeck een was.
Opten XV** September ^der weder omme ghysselaers
tegens een vuyt en. in geooemeo, en. die zelve nyet
soheydende off zy en hadden accoordt tsamen gemaect
en. baer etsselycke dnysenden gèaocordeert , die baer
bojrten der stadt gegeven zoude worden, daer voor haer
sufficiënte gysselaers yroTd€xi gestek,* dien zy mede na«
men, ende zyn zy alsiw opteri xzj** Septemfari daer nae
met alle henne geweer en. bagagie, naer dyen zy den
hcHigeren haer geweer daer te vooren eerst weder omme
moesten restitueren, vnyter stadt vertoeghen ; en. die
voors. soldaten vuyter stadt zynde, is die grave van
(1] ScampagnCj bij Vax HEruN^ Il dl., blads. 104, Champagnie.
Digitized
by Google
— 325 —
Hofaenloe met scanmige heeres en. cappiteynen binnen
der stadt gecomen, dan den borgers en wouden daer
gheen vreempde. soldaten binnen hebben.
Item waren scepenen binnen den Bosdi geset dit voors.
iaer: meeftter Zeger Adnaenasoen, meesier Goyart Loeff,
leroimnus Wynanls, lansen Tan Heede!, ioost van Axkh
wen, Marthen Gerilsaoen, hy sterff: in zyn plaetae/meeap'
ter lacop vander Caminen, Willem Monicxs, lan vander
Sc^ea lan^Boen» Aert van Breugd; ende dese seepen*
stoel is geordiseert vande oude voorgaende scepenen,
mits dyen datse die vanden bove binnen die octave van
Bamis nyet geset en badde, volgende tprevilegium.
JDie. staten vanden landen roepen tot bender aasisteiH
cie v&ynen beero dm prinche van Qraiigien, die in Hol«»
lant YfaSf en. bidden ben, dat by by baerlieden wilde
comen, gelyck by gedaca beeft, om des vadarknts wiSe,
en. teil laetst^i nae zyn lange absentie in Brabant we»
derkerende, soe is hy binnen Andtwerpen gecömcn op*
ten xviij*" September met groote Uyseap van alle» den
volcken, ende opten ix*** September daer nae wert hy
gouverneur van Brabant gecoien binnen Bruessei.
Opten x*** November daer nae int voors. iaer is ver«
schenen een groote eomeet inde Neederhmden met een
langbe strale^ opgaende omtrent ses uren tsavonts» en.
scheen tot tbi^ uren toe» ende heeft geduert tot inde
Keish^lige daeghen toe.
IMe prmcipaelste heeren en. staten vande Neederlan-
den» siende dat don loban baere viant geworden was
en. t^ens baer wilde oorloghe aennenen, noeh verfao*
pen beM)ende opten eoninck van Spaengien, o£f zy hem
noch eens mochten vermurwen met yemant van zynen
bloede te onbieden, omme die gouvernenr generael te
Digitized
by Google
— 326 —
maken inne den Neerlanden, hebben zy alsoe die faeere
van Malstede gesonden aen den doorlochtighen aertsher-
toghe Mathias van Oisteoryck, een soene van keyser
Maximiliaen, hem biddende, dat hy sonde ivillen her-
waerts over coemen; maer soe den zelven aertshartoghe
mercte, dat den keyser Rodolphns, zynen broeder, vree-
sende den coniock ran Spaengien te mishagen, daer inne
nyet consenteren en zoude, soe is hy heymeljcke van
daer gescheyden, nyemant by hem hebbende dan tja
opperste camerlinck , en. is binnen Andtwerpen gecomen
opten z§*^ November anno voors.
Opten vij'" December daer nae is don lohan met alle
zyne aenhangers vianden vanden coninck en. van cyne
landen' verolaert en sulcocs myt geroepen in alle -steden,
gtlyek snlcits blyct byde placdaten noch daer aff zynde.
Opten x^ December daer nae hebben die generale
staten, binnen Bmessel wesende, een unie en. vérbont
met maelcamleren gemaect, allet naerder blyckende by-
db zelve unie daer aff wesende.
Daer mte opten xvij*^ December hebben die prelaten
van sinte Geertruyt en. Marolies, de hartoghe van Aer-
schot en. de baroen van Fresin byde staten gedepirteert
gecomen, presoitcvende den doorinchtigen aertsbarloghe
Mathias tgottvemement vande landen op seeokeren con*
dilien en. artknlen, die hy aen veerden ea ondeHeeckent
heeft, ende opten xviij*^ lanuary arino m ccocoen. Ixxviij
synen intreye binnen Bruessel gedaen, waer aff hy op-
ten XX** lanuary daer nae b^oorlycken eedt solemne-
lycken heeft gedaen, met groote magnificentie gouver^
neur vande Neederknden gestelt wordt, ende dfie prin-
ofae van OraMgien werdt gecoren tot zynen stadthoudere,
die weloke oeck doen mede cedt deede.
Digitized
by Google
— 327 —
Opten iviij''' laauary a*" [1500] Ixxvig soe -zyn die
schutters vanden óaddn voetboege Tiiyter stadt getoe-
ghen met een halfi vendel eo. zyn getogen voor het
hnys tot Heel, dat belejrt mette compangnie van sinte
Michiels giUe^ die int voorloeden iaer hionen der stadt
vrMren aengencnneD, die daer eerst voor laeghen: van
vrekke oude sohutten dier tyt honderste man was Lie.
ven lanszoen, en. zj ayn weder omme van daer verttoo*
ken sBianendaohs tsavonls.
Opten v** Fehruary daer nae syn een partye vanden
schutters vanden handtbooghe» een partye vanden voors.
oude schutters, met een partye van sinie Michiek gilde
voors., op het hnys tot Heedel gecoemen mitte heere
van Cloetingen en. heer lacop van Brecht, scboutet van-
dctt Bossche, weldie twee personen nae voor suspect
wcMrden gehouden, en. haer en worden tvoors. fauys nyet
todaèlrouwt ^
Int eerst vanden vasten int aelve iaer hebben die van*
den Bossche tusscfaen die Heeckd vanden Gfuyabroede-
ren en. die Papenhuk twee blochuysen oft rondelen van
eerde doen maken en. met groote graften om doen gra«
ven.
Inde mandt May ini selve iaer hebben allen die gees*
triycke persmien binnen den Bossche eedt gedaan, omme
met deu borgeren te vechten, te leven en. te sterven,
eiL maelcanderen gebouw en. getrouw te zyn.
Opten viij*' dach der mandt van,Ianius int selve iaer
is de grave van Bossu binnen den Bosacdie gecomen, als
veitheer vande staten (1).
Ende opten xv*" lonius daer nae is die grave van
Swartsenborch binnen den Bossche gecomen, met een
(t) Dit komt niet voor bij A. Vergelijk Van HcrKü, dl. TT, bh. t08.
Digitized
by Google
— 328 —
groote staet van peerden, en. twee daegen daer nae heeft
die selve grave een groote menichte van peerden en.
voetknechten inde meyei^e vanden Bossche gebracht.
Opten xvj*" lunins quam monsieor Haevree (1) binnen
der stadt vanden Bossche.
Opten xxvij** lonio (2) is binnen der atadt ter payen
aff gepubliceert die ordioantie vande vi^ebten, gemaeot
byde stadt,* in haere drie leden, en. die vyfUen cappi-
teynen eendrachtelyck gesloeten en. geresolveert tot ver-
seeckemisse vande innegeseetenen der selver stadt.
Inde mandt van lulio daer nae is hartoch Casimiras
met veel peerden en. voetvolck inde meyerye vanden
Bossche gecomen.
Opten xxix"'' Augusti hebben die generaele staten een
aca)ordt gemaect metten bartoghe van'Anjouw, den e(v-
niock van Yranckrycxs broeder, en. is met hem aldus
gehandelt, dat den hartogbe van Adjouw hem verbynt
op te brengen thien dnyseot voetknechten en. tvree duy*
sent peerden, betaeit en. gegageert tot zynen oosten, voor
den tvt van drie maeoden, eo. die zelve drie maenden
ten eynde zynde, indyen dan doorloge noch nyet ten
eynde en waer, dat hy zyn bystant zoude vervolgen
met tgetal van drie duyseot voetknechten en. vyftien
hondeit peerden, ende dat hy hem zal viant verclaren
van don lohan en. zyne aenhangers, veaer vooren dat
die staten hem den tytel geven van beschermheer van*
den vader lande, eq. beloven hem daer en boven, dat
zy hem sullen voor alle andere prefererra, soe verre als
zy zoude bedwongen wesen te veranderen van prinche
en. heeren, hem voorts gevende het hartochdom van
(1] Monsienf Ilocvrei; bij A., mtiaicr Oaurcch; bij F., monsieur Hauré.
(2) xxvij Jttnin; bij A., xvij /v/ao.
Digitized
by Google
— 829 —
Ditsenborch en« het graei&chap van Boargongien, en.
voor vertreck Tan zyn volck en. verseeckerheyt die ste-
den YBJk Landrecy, Bayays en. meer andere articulen int
aecoordt begrepen en. ynytgeroepen binnen Andtwerpen
en. binnen den Bossche opten voors. xxix^ Augnsti.
Opten vij*" September int zelve iaer» nae dat die van-
de gerdbrmeerde religie langhe ^t binnen der stadt inne
hoysen gepredict hadden, hebben zy met cloecheyt sinte
Peters cappelle op het Orthen ejnde inne genoemen ende
aldaer geprect met meer andere dienste gedaen.
Snde opten vig^ September* daer nae hebben die van*
de gereformeerde rdigie sint lacops kercken op geslae-
gen, inne gencBnen en. daer inne oeck geprect
Opten xj*" September worden by sommighe vander
.Toors. gereformeerde en. sommighe van sinte MSchiels
gilde der stadt poorte met gewelt op geslagen, mey-
nende sommighe soldaten vuyt Hollant inde stadt té
brengen ende die stadt alzoe te incorporeren; maer die
borgers -waren daer zeer tegens, en. met name een^n ge-
naemt Barman Coelen (die naemaels cappiteyn vander
0ladt vrordè gemaect ran een rendelen voetknechten) ,
alsoe dat door den selven Herman Golen ende noch som-
mighen katdycken borgers met hem, soe dat den voers.
Herman Golen dye voers. sunt lans poorte met ghevelt
heeft toe geslagen (1), alzoe datter sommighe van die
vande gereformeerde doot bleven en. een deel gequest
Vf orden: welcke opslaen vander poorte een zeer quade
consequentie maeckten binnen der stadt onder de bor^
geren, ende voers. Herman Golen een grote eere gehaelt
[heeft] onder de katelycke, van dat hy de poort we-
(1) Van êen vendelen — ha geslagen* Deze woorden, niet bij W. ,
sija uit A. ingevuld.
C. 22.
Digitized by
Google
derom toe smeedt opten 11 September anno 1578 (1)
voers. (2).
In dit iaer heeft het akulcken grooten drochte ge-
weest, datmen over al binnen der stadt droech voets
door de Diese ginck.
In dit iaer zjn tot policiemeesters gestelt bioBen der
stadt: meester Gerit ran DeYenter, loost die Bfe, lan
Willemszoen» coorencoeper, en. Erasmns van HonweKn-
gbe, gondtsmit (3).
Opten üg'" Octobris anno voors. hebben die oude schut-
ters vanden Bossche > inne presentie van doctdr Longo-
lius (4), met noch eenen commissaris vnyten hove en.
die heere van Bocxtel, als gonvemeiir yander stadt, eedt
gedaen volgens seeckere articulen haer voorgehouden, ge-
noempt den Religions vreede, en. dat inde huysinghe
van Wouter Bouwens, staende byaint loiis cappel, ende
is inde zelve Heligions vreede die vande gerdbrmeerde
religie toegelaten, omme vry te moegen precken, doo-
pen, nachtmalen vuyt deylen, trouwen énde begravenisse
te doen inde voors. ingenomen twee kercken, mitsgaders
in sint Cornelis en. sinte Anna cappellen, die hen mede
zyn toegelaeten, en. alle voorgaende geschiedenisse en.
Godmotie, oeck van topslaen vander poorte, zyn hen
vergeven.
(l) 1678, in het handschrift staat verkeerdelijk: 1576. (2) Endo
voer9. fferman Colen -* atmo 1578 voers. Deze woorden, welke niet
by W. voorkomen, xijn uit A. iagevuld. (9) Beie Krasmns van Sou-
welingen, later naar Holland geweken, is bekend als schrijver van een
belangrijk penningwerk, geliteld: Penningh-bocck van Dierik den VIU
iot Kartoch Philipê van Bourgtmdicn. Rotterdam, 1597 en 1027; 4o.
Zijn naam en meetterteeken komt nog voor op de koperen platen van
het goud- en lilTersmids-gilde, berustende ten archievc der stad ^sHer-
togenbosch. (4) LongoUus, bij Var Hnaiv, Il dl., bladz. H?: /^Z/^érf
Leoninus.
Digitized by
Google
— 331 —
Opten j*" dach van Octobei; is don lohan indeu leger
voor Namen vande peste gestorven en. in zyne plaetse
is gecomen Alexander, die prtnce van Parma.
Opten if*** dach November voor noen syn allen die
procureurs gedestitueert en. naede noen weder omme ge*
admitteert op drie nae
In die iaer Izyn byde voorn, policiemeesters noch by
gevnecht: lan Thiehnans, Chtes Kuysten» Goeyaert van
Tlierden en. fiuerden inde Waghe; ende Lambert die
Wolff is coUecteerder geweest vande ses stuvers te ont-
fanghen op dcke ton biers, tot fortfficatie vander stadt.
Int iaer ons Heeren m ccccc en. Ixxix, den xxül^ Ia*
nuary, is by die van Hollant, Zeelant, Utrecht, Gelder*
lanty Yrieslant en. andere provinciën, siende dat den
voors. hartoge van 'Parma inet zyne adherenlen sochten
die provinciën te demembreren en. van maelcanderen te
icheyden, hebben zy een naerder unie binnen Utrecht
gesloeten, gelyck sulcxs naerder blyct byde zelve unie
daer aff in druck wesende.
Ende op de vastelavont int zelve iaer, soe zyn allen
die ruyters van hartocb Gasimirus en. een deel vande
ruyters vande grave van Swartsenborch en. eedel Haj»^
riek (t) ruyters tsamen vuyten lande vertoegen, vnytge*
nomen omtrent vier duysent, die int lant bleven, en. die
zelve vertoegen wesende, heeft de bartoghe van Parma
mette Spaengiaerden gaen beleggen die stadt van Maes-
tricht
Ende de wylen nn die stadt van Haestricht beleghen
(1) Ik geloof, dat dese ffanriek detelfde persoon is, dia bladt. S88,
regel 4, Toorkomt. fiij A. aldaar aangehaald, kan men Toor Jlaureeh
even soo goed Banrech leien.
Digitized
by Google
— 332 —
bleefi en. cleynen troost was van te ontselten, soe syn
soimnighe magistraten büiDen den Bossche, en. een deel
vande borgeren met die geestelicheyt zeer twistich ge-
worden tegens die vander gereformeerde religie, soe wel
in haere sermoenen als «ndersins inne schelden en. injn^
rieren, maelcanderen nyet met alle toebetroowendey allet
contrarie henne beloefte en. gesworen eedt, die »f mael*
canderen, als voorstaet, gedaen hadden:. alzoe (1), datier
onder andere hj die vande catholycque religie optea iij**
April int zelve iaer seeckere fameuse en. oproericfa brieiF-
ken lanczs der straete ofte daer op worde gevonden, dat
die vander gereformeerde in handen hadden gecreghen,
luydende aldus:
O gby edele borgert, al tsamen int gemeyne,
Siet toe wel op u hoede tallen termeyne.
Want die Gnessen met haeren superintendent
Sullen u lieden brenghen in een groot torment.
Want by en heeil noch gheeifén eedt gedaen,
Daer om is by te stouter, om tfeit te worden voldaen.
Gelyck Agyleus en. ^Aert inden Roch hem hebben vermeten ,
Met loncheer Veldoncker, lan Timmers en. meer
Andere van dyer innegesetene, en. Leyten, sieur Bacis,
▼laderacken en. hen valsche propbelen mede:
Sy sullen tsamen met heele consistorie-
Vergaderen op een stede
Ende iaeghen u lieden vuyt ende brenghen
Het gamisoen binnen der stadt,
Gelyck den superintendent met syn aenhang heeft gehadt
Eenen valschen iraet buyten de poorte van desen ,
Daer zy opten lesten Meert, ofte daer omtrent,
Eenen corff vol brieven hebben gelesen ,
(1) De ToliifeDde woorden mei bet kreupsbljin bij A. en F. weggvlsten.
Digitized
by Google
Eade heeft bei hnj$ al oanne met syneQ aenhangen beMl,
Op dat ly nyet en zoade hebbeo eenich belet.
Dat daer waren gecomen tot Orthen eenighe beeren.
Met den castelleyn Bacxs, die daer mede wil verkeeren;
Ten huyse met Mugghe, daer zy die brieyen vonden,
£nde hebben tsamen hen valscbeyt daer verbonden,
Mits dat den heer daer een dach en. nacht hadde geseten
Verborghen, om dat heel zonde blyveoi (verkeert,
Int secreet soe heeft Loecre genomen een padt door Hintam
Op dat die borgers daer door nyet en sonde worden geleert
Van haer valscheyt (pialyck bekeert,
Hoe dat zy het voick hier inder stadt souden brengen
Ende met n lieden al te saemen om springhen,
Ende iagen die geestelycken en. weerlycken daer buyten,
Bnde dan voor n lieden die poorten toesluyten.
Doen sy met gewalt die poirten hebben op doen siaen,
Gelyck zy den i^^ September lestleden hadden bestaen.
Tot dat zy u lieden goet en. bloet hebben gestoelen
Ende hondent voor prys^ dat hen is bevoelen
Vanden superintendent, op a lieden zeer verbeeten,
Want met groote valscheyt zy u zyo verstecken,
Het welck corts zal worden geblecken,
Ten sy dat ghylieden wilt wesen op u wacht.
Want zy Guessen sullen coemen op eender nacht,
Als ghylieden alderminst daer op acht:
De brouwers van desen syn Deventer, Dierck Aertss, president,
Dit is een valsche, helsche regent,
Die de staten vande landen veel quaets in blaest,
Gelyek eenen sot en. dulkert voorde suten raest,
Rokende: •Crueifye^ cruelfye^ ick heb die commissie alleen,
Ende nyenant anders dan ick int gemeen.'^
Detcn 3 Aprxln 79.
Rapfim Andtwbrptae.
Digitized
by Google
— 334 —
Ende soe sommighe catholyoque geestelyoke heerep,
staende opten preekstoel, nyet op en hielden met schel-
den en. injurieren (1) tegens die vande gereformeerde re-
ligie; en. sommighe vande magistraten inde stadt, met
den gouverneur, hebben zy eenen geestelycken catholyo-
que predicant vande Cruysbroederen parochie, genoempt
heer Gerit Brueckelaer, voor hen onboeden, ivaer voor
den zelven heer Gerit heeft bekent en beleeden, zoe
hier nae volcht:
»0p huyden, den iiij*' April a*. [1500] Ixxix**'** voors.,
geroepen zynde voor mynen heere den gouverneur en.
schepenen ondei'gescreven , heer Gerit Brueckelaery paa-
toir vande parochie vande GruysbroedereDy geboren va&
Aernem, heeft oipenbaerlycke bekent , dat hy op onae
lieve Trouwen dach lestleden oipenbaerlycke geprect en.
geleert heeft, dat allen die gheene, die gaen ende lopen
tot die nyeuwe predicanten en. haer duvelarye hoiren,
ten eeuwighen daeghen verdoemt zyn, en/allen die ghee*
nen, die daer inne consenteren, het zy hoocheyt oft leeo-
heyt, qualycke vaeren sullen; persisterende tzelve gepre-
dict oipenbaerlick opten predictstoel, seggende, dat zy
den craech een gans iaer ten besten hadden gehadt; tril-
lende zyn bleet storten, dat het alsoe is, ende dat hy
Godt bidden soude, dat hy een cuyp vol bloela mocht
storten , om te versaden den gheenen , die dorsten en.
hongeren nae der Papen bloet; s^gende voorts meer,
dat hyten zelven tyde oeck verclaert heeft, dat hem
zulcxs en. dyer gelycke verhoeden waere opten preek-
stoel te seggen, maer en zoude tzelve nyet laten te sq;-
gen en. wilde; ulcxs seggen, overmits dat hy nyet en
10 A'y'*' oy f/J h te f den mvt .uhrfdcH en injurieren; bij A., met prêffen.
Digitized
by Google
— 335 —
is, die daer «prect, maer deo Geest des Heereo. Actuiu
lU supra. lAoe presentie des heeFen goaverneur, iono
lieer ba Moniczs, eo. meester Re3niier Everswyo, scepe-
nen deser stadt van sHartogenbossche.'' Onderteeekmt :
»GniiT B&UXCKI1.AU, Ianvkk MoHids, R. Etkbswtk;'
Eade volgende dese voors. coDfessiei soe heeft die heere
vaa Loecre» gouverneur, met consent vande voors. sce-
penen, den voorn, heer Gerit, omtrent acht uren smor-
gensy met zyn helhaerdiers vuyter stadt doen leyden. Ia-
cop van Brecht, schoutet vander stadt, ende Herman Oo-
ien (1), met die vande catholycque religie, sulcxs verne-
mende, hebben den zelven heer Gerit weder omme roet
l^velt binnen der stadt gebracht, ende hy binnen co-
mende, wast verscheert (2), datter een oploop tusschen
die boigers gecomen 2H>ude hebben, dan sulcxs worden
voorcomeq door goede vrienden.
Opten xij*" dach May (8) daer nae syn die magistraten
en. heeren vandei' stadt (»ngegaen binnen der stadt, om-
me gek te halen vande borgeren, daermen Maestricht
roede asofude <mtsetten, dwelck die borgers goetwillich-
lyck gaven , een yegelycke volgens zynen staet ; maer
twas al te vergheeffs, want daer nyet aff en quam.
Ende <^»ten j*° dach der mandt van luly a®. voors.,
smorgens omtrent seven uren, hebben die vanden Bos-
sche seeckere tydinghe gecregen, als dat die stadt van
Maestricht vande Spaengiaerden innegenoemen was, waer
mede haerder sommighe binnen den Bossche nyet wel
te vreeden en waeren; syn die drie leeden vande stadt
tsamen veiigadert met die vande gereformeerde religie,
(I) Ende Herman Colcn, niet bij W. (2) Wast vcrscheeri, stond
het fjcschapcn. (3) xij'" dack Vuy; Wj A., 7 dach Ma ff.
Digitized
by Google
— 336 —
alwaer deerste reyse geresolveert en. besloeten W4)rde,
dat die compangien van sinte Michiels gilde vuyter stadt
soude trecken met henne wapenen, omme tot Halle (1),
Heerlaer en. andere plaetsen die bruggen aff te -werpen,
ten eynde* die Spaengiaerden daer nyet over en zoude
coemen. Metier baest syn alsoe die van sinte BCchiels
gilde eerst in henne wapenen gecoemen; en. inne wape-
nen wesende, en heeft die vande voors, gereformeerde re-
ligie nyet goet gedocht, dat die van sinte Michiels gilde
vuyter stadt zoude trecken, maer is daemae byde voors.
drie leeden en. die vander gereformeerde wederomme ge*
sloeten, als datmen 'die voors. unie, gemaect tot Utrecht,
zoude aennemen en. besweren, gelyck die vau Andtwer-
pen gedaen hadden en. sulcxs oeck op haer waren be-
gerende; en. hoe wel hiét zeer veel toe ginck, eer zy
die aen wilde nemen, en., siende dat het volck <^ die
merct hoe langer hoe meerder by een quam, gelyck
sulcxs omtrent twee uren naede middach is geaccordeert.
Ende eer dat nu die voors. unie gepubliceert worden ter
payen aff, soe isser onder die borgers een commotie op
die merct gecoraen, door dyen dat het een yegelyck naer
zynen sin wilden ' hebben , dan de zelve commosie wor»
' den gecesseert sonder bloietstortinghe, ^de omtrent drie
uren is die voors. unie ter payen aff gepubliceert*
Die van sinte Michiels gilde, staende eensdeels voor
den Regenboeghe en. eensdeels daer inne wesende, nyeo-
waerts om denckende, ende Herman Goelen, met zyne
adherenten staende op den hoeck vande gulde Lavoir,
naer dat die voors. unie aff geleesen was, heeft gespro*
ken tot zyne adherenten: »Compt, laet ons tsamen gaen
(1) Éalhy «»eii {;elnirlit \an Vtrcht, waaronder thans de Halsche bar-
rièrp.
Digitized by
Google
— 337 —
op het raetbuys byde hèeren, en. seggben, dat wy een
noohte gheen vande affgelesen poincten der unie en mh-
ka houden.'' En. mits dyen is hj Herman Coelen met
zyne adherenten naer traethuys gegaen, hem veynssende,
off hy byde faeeren wilde gaen, ende legens tvleschhoys
over wesende gecomen, oversiende die van sinte Hiohiels
gilde, die voorden Regcnboege stonden, is doen terstont
van zyn volck, soemen seyde, een roer los geschoeten
op die van sinte Michiels gilde, ende zyn alzoe hansge»
meyn geworden en. tegens een ingevallen , ten dickse ge-
schoeten en. geslaegen, jae alsoe fhrieuselyck off die een
partye Tnrcken waren geweest en. dandere Christenen,
en mochten t^ens maelcanderen zoo fel nyet geweest
tpk als zy waren, hme dese fnrie vras den vader tegens
dat kynt, den eenen broeder tegens den anderen, oomen.
Heffen en. geswaghers tegens een, dat zeer scrickelyck
om [te] sien was, en. duerde meerder dese furie dan een
groote halve ure. Ende naer datter veel dooden en. ge-
^petste waren gebleven aen b^den zyden, worden door
goede vrienden en. den gouverneur Loeckere tselve geap*
payseert; maer zoe des duvek saet noch nyet voloocxst
en was, en. quade tonghen noch nyet op en hielden,
toe is, omtrent seven uren inden avondt, ioncheer Nico*
laes van Yladeracken van thuys tot Heel den Boom poirte
logecomen met omtrent x ofte xg soldaten, en. zy op
die meiekt komende en. siende dat die voors. partyen
noch nyet gescheyden en waren, heeft hem daer den
twist andermael verheven en. zyn weder omme jegens
een gecomen, jae alzoe, dat het by bet voorgaende nyet
te gelycken en was, dwelcke duerde meer dan een ure
lanck, waer door die onschuldighe gemeynten zeer versla-
gen worden, sloeten henne dueren toe en. baeden Godt
Digitized by LjOOQIC
— 338 —
almachtig, dat by syne godtlycke vreede tusscben beyde
de partyen wilde vu^hen, dat vader, kynt, gebroeders,
oomen, neffen, swagers en. naebuerèn maelcanderen wilde
verstaen en. ophouden van maelcanderen doot te slaen,
twelck noch in geeoe steden vande Nederlanden gedue-
rende dese trouble en is geschiet; emmers ten lesten ver-
dunct my, dat Godt almachtich die ompartydighe gebet
meerder verhoort heeft dan beyde de partyen gerechtic-
heyt: syn alsoe door Godts toedoeninghe en. goede vrien-
dai (naer datter veel doot gebleven en. gecpiest waren)
beyde de voorn, pattyen veraccordeert en. gepayseert (1).
Na die voors. twist geappayseert wesende, enl die ge-
meynte siende, dat die voors. partyen inne tyde van noot
maelcanderen nyet veel toe en zonde betrouwen; dat oeck
mynen heere den prins van Orangien mette staten vande
landen aen die vanden Bossche gedirigeert hadden, dat
sy gardesóen in soude nemen tot verseeckerheyt van haer-
der stadt, en. dat die vande catholycke sulcis nyet en
wilde toelaten , aenmerckende oeck die ompartydighe ^
meynten, het cleyn en. sober middel van provande en*
nmnilie van oorloghe, dat binnen der stadt was, zoe
verre den viandt daer voor qnamen, egheen middel met
allen siende, omme die te moegen resisteren, begerende
alzoe nyet langher inne peryckel van henne lyven, huys*
vrouwen, kynderen en. goederen te sitten; hebben ten
lasten geraetslaeoht en. met maelcanderen eendrachtelyek
veraccordeert seeckere acte van vertreck, die welcke al»
zoe luyden, gelyck hier nae völcht:
(1) Van dii merkwaardig gevecht heeft Van Heüm eene uitvoerige
koperen plaat medegedeeld, naar eene gelijklijdige schilderij , welke thans
t\p, bibliotheek-kamer van het Hoórd-Brabandsch Genootschap versiert.
Digitized
by Google
— 339 -
»A]soe seeckeren altoratieii ea. misverstanden op ge-
sUen en. gereseo waren tusschen die borgeren en. inge-
setenen der stadt yan sHartogenbosache, ter saecke van
dontfaDghen en. innemen van aeeckeren gamisoen binnen
der zelver stadt: sustinerende die vander rel^ie^ dat tee*
nemael van noode waer, sonder e^ich dilay ofte vertreck,
die vo(nrs. stadt van (1) gardnisoen te besetten, eu. dan*
dere borgers ter oontrarie sustinerende, dat den noot
siiicxs noob ter tyt nyet en ejsschten, maer datmen tgar»
nisoai aUner omtrent die stadt tot haeren befaoeff ende
verseeekerheyt terstont onbieden, l^gen en. houden ssou«
de, om die passagie oipen te benden, ende inden gewis-
sen noot, als den viandt yet soude willen atlenteren <^
«fte tq^hens der zelver stadt, ontfiingen te worden, ter
ordinantie en. met ccmsent vaade drie leden eo. de ge-
meyne borgeren: en. dat die vander religie in hen pre-
tense voornemen persisterende, nyet tq^enslaende alle in«
dnctien ende onderriehtinghe en. beeden aen ben gedaen,
vcrsochten instantelyck vande drie leeden der vows. stadt,
mits der weygeringhe van het voors. gamisoen prompte-
lyeke te ontfangen, dat hen geaccordeert en. geoirloft
soude worden vuyter voors. stadt mit haere goederen en.
familien te moegen vertreeken; soe eest, dat opten vg^
en. vig** dacb der mandt van lulio anno voors., die
voors. stadt van sHartogenbossche , in haere drie leden
vergadert wesende, heeft op tgheene des voors. is gere-
solveert en. gesloeten, datmen een yegelyck, wie hy zy,
zoude vermanen tot goede vrientsoappe, eendracht en.
lieffde onder maelcanderen te houden, versueckende en.
begerende zeer vriendelyck een yegelycke, diet bdieft ,
beni binnen der stadt te houden en. blyven woneu,
(I) Het gedrukte boekje (zie de noot op blads. 340) beter: met.
Digitized
by Google
— 340 —
doende maelcandereD ter eenre en. ter andere zyde goede
geloefte, onmie den gemeynen viaodt ten vuyterste toe
te wederBtaen; hdbende alnoch die voorscreven drie Ie*
den eendraehtdycke gesloeten en. geaocordeert, dat imie
dyen daer eenighe ware, tsy geestelycke ofte weerlycke,
die vnyt deser stadt met haere familien en. goet zoude
bqfeeren te vertredien, dat die zdve ztdcis, sonder ge*
üvapenderhanty alst liem belieffde, rty en. odbebyndert
sollen moegen doen, en. dat zy altyt, alst hen believen
zal, yry en. vranck weder om binnen der roors. stadt
sollen moegen coemen, mits levende in alder stillidieyt
en. eendrachticheyt onder den gemeynen borgeren, ende
cip conditie, dat den ghéenen, die sollen willen vertrets*
ken, den anderen borgeren en. innegesetenen » boerende
binnen der stadt te blyven, nyet en svUen moeghen be-
bynderen, beswaren ofte beschaedighen aen lyff en. goet,
in wat manieren ofte tot wat plaetsen dat bet zoude moe*
ghen wesen: wel verstaande, dat die gbeenen, die hoer
goet alhier vuyt deser stadt begeeren te vlucfaten en. te
voeren, dat die oeck zelver in persoen neffens haer goe-
deren sullen mede vuyt trecken. Ende op dat een yege*
lycke van deSe resolutie en. sloet goede kennisse zoude
moegen hebben , is byde voors. drie leeden gesloeten ,
dat die zelve zoude worden gepubliceert, gelyck die pu-
blicatie daer aff oeck ter payen aff, binnen deser stadt
van sHartogenbossche, opten voors. viij*^ luly^ gedaen is
geweest by en. inne presentie vanden stadthoudere, van
mynen heere den schoutet, leronimus Wynants, lan van-
der Steghen, ioncheer Willem van Lier en. Gerit van
Deventer, respective scepenen der zelver stadt, en. my
aldaer present, secretaris, I. Donck (1).'"
(1) Deze publicatie is in 1570 grdrukt, en kort daorop in lloHind
Digitized
by Google
— 341 —
Aehteryolgende die zelve acte van vertreck es. mits
redmien voor verbaeit, soe synder optCD rvj*^y ix*" en.
x^ IqIj meenieb duyseDt meDache yuyter stadt TaDden
Boasche Yertoeghen meC henne mobile goedereo, soe wel
vaa deene religie als vao dandere; oeck zoe synder dyer.
tyt drie -vande magistraten vuyter atadt gegaen en. de
vierde waa binnen twee maendea geatorTeni alaoe dat
die magistrateB maelcanderen acheyden. In. die princi«
paebte yande catbolycque bieren binnen der stadt met
baeren aenbange.
Ende doen nu die vande catboiyoqoe religie aaegben,
ÓBü die yande gereformeerde en. andere onpartydigbe soe
sterck yi^er stadt waren yertogen en. noeb daegelicxs
waren vertreckende met sommigbe vande magistraten,
soe bebben somnngbe yande drie leeden vande stadt ^
die daer nocb geUeven waeren, andere concept en. acte
onder benlieden gemaect en. tzelvQ daer nae ter payen
ai^^ubliceert opten xv^ Inly, dwdck aldus Inydet: '
»A]zoe byde publicatie opten viij"'' dacb deser jegen-
woordighe mandt van lulio, van w^en die ^ drie leeden
deser stadt van sHartogenbosscbe gedaen, onder anderen
alle en een yegelyck, diet belieft, vande borgeren en.
innegesetene der zelver stadt, geoirloft en. geconsenteert
op nieuw uitge^TeD, met den Tolgenden 'weidschen titel: £en warach»
Hghê deeimracie Pan die gêachüdênüsê van Têêrtogheniog , He nu cu-
iomckê iê ghesiêdi onder den lorgkerieg welck ia ghésussert mei een pu-
hliacye, die daer ie yheboden ende wt gheroepeu, om alle queetie ie styl-
len, te paysseren, om den vyani ie tceder stacn met louiergetceeli en als
gky breeder kier in leeen euli, (In het midden Ttn het blad drio fifpi-
r«i, krullen ▼oorsiettcod^ iVMrond^:} £eret ghedrueki binnen Tskêv-
toghenbosck, 1670. Het boekske beslaat slechts 4 ongepag. blads. in 4p.
en 'ia hoogst zeldxaam. Het door mij gebezigde exemplaar berust in de
boekerij ^an den heer Pr. Coypers te Ginneken.
Digitized
by Google
— 342 —
is geweest, met henne goedea vuyt deser stadt te moe-
gen veitrecken en. weder omme inne ooemen alst hem
belieft, onder noefatans meer andere expresse condttien,
dat die gheeoeov, dte vuyt deser stadt benre goeden be*
geeren te vlnchten en. te Tuesen, dat die oeok aeLver
in persoen negens bfuere goederen sonde mede vuyt treo
keb; en« datmen bevynt, dat yede inne alsoloken schyn
vertrodLen zjmde, alsnu ter stont alleeolyek. üme henne
persoon weder hen vervorderen in te coemen, achterla-
tende hen gevlucht en. vuyt gcvuerde goederen, ende
dit al onder deczel, dat byde voors. publbaüe gecon-
senteert zoude wesen, dat sj akyt, alst hen believen
zoude, vry en. vianck weder omme binnen der voors.
stadt soude moegen ooemen: allet met groote nt»verstant
daer vuyt spruytende en« onder den goeden borgeren cen-
serende groote roimnetatie^ dïffidentie en. onrusten, alsoe-
men daegcliexs bevynt, dat die voors. vuytfewdiaie per^
8<men hen nyet en dragen in alder stilheyt en. eendrach-
ticheyt volgende die voors. publicatie, maer ter contrarie
gaen dreygende, seyende en. stroeyende opruye, twiste
en. tweedracht [onder] die voors. borgeren; soe eest, dat
die voors. drie leden hier op rypelyck geleth hebbende,
mits dese verderen henne intencie en. meyninghe geweest
te zyn en. noch tegenwordelicken te wesen, dat zy nyet
en verstaen, dat die voors. vuytgeweeckenen persoonen al-
soe slechtlyck (1) naer haere geheven soude weder omme
binnen der stadt mo^en comen en. ontfanghen worden,
dan mits oeck weder omme innebi^engende henne goede-
ren, daer mede zy vertrocken zyn geweest; wel ver-
steende nochtans, datmen regardt nemen sal en. disore-
(1) Slechtlyck, eenvoudiglijk , dat is: alleen, zonder hunne goederen
mede terug t« brengen.
Digitized
by Google
— 343 —
tie gebniycken over deo ghemen, die vap vreedtsami-
ger cooditien asyn ea in alle eendracbticheyt en. stilheyt
hem begeeren te draghen, om die HoneQ der voors.
sudt ontfangen te urorden; maer dat die moetwillighe
en. aucteors yande opgeresene troable sollen noch ter
tjt vnyter stadt moeten rertrecken en. blyven, om alle
syeuwe en. meerder moonyenienten en. disordenen, die
apparentel^cke geschaepen waeren onder den borgeren
op te staen, te yooroomen en. te yooihueden; ordine^
rende yoorts, dat allen die gheenen, die binnen der
stad begeren weder te coemeo, schuldich sollen wesen
aende ^vachten yander poorten henne name en. toen»*
men te laeten opteeckenen, met verclaernisse yanden lo*
gyse, daer zy sullen willen optrecken, en. des avonts
henne name oyerbrengen op den stadthuyse» en. daer
inne continoeren ter tyt toe anders daer inne zal wesen
geordineert en. yersien, en. dit op ordinarisen peen yan
ses gtdden, te verbueren telcke reyse byden gheenen hier
inne gdreckelyck weseode; ordineren en. beyelen voorts
die vande wachten aende poirten deser stadt, dat zy geen
soldatenen anderen, elders in dienste ofte garnisoen we-
sende, en sullen laten coemen oft ontfangen binnen der
stadt, dan met expresse wille, consent en. beveel vande
capiteynen, de wachte der zei ver tyt hebbende, op dié
peene van drie Caroli gulden, te yerbueren byden b^
yedhebberen en. corporalen, die de voors. wacht alsdan
aende voors. poorten sullen hebben. Aldus gepubliceert
ter payen aff binnen der stadt van sHartogenbossche, inne
presentie van mynen heere den schoutet en. schepenen
hier onder gescreven, opten xvj** luly a*. xv* Ixxix****.
ISROKIHUS WtVANTS, GoYAXRT LoMBEBTS, liN VAKDSR StK-
«IK, ioncheer Ian Hbtm en ioncheer Ian Momcxs.''
Digitized
by Google
• — 344 —
Naer date ?an desen hebben die voors. heeren en. re*
geerde», die binnen der stadt waren blyven sitten, a]le
neersticheyt gedaen, omme den Cuelschen pejs te accep-
teren en. aen te veerden, naer dyen zy egeen gardesoe-
nen vande prinche ofte vande staten inde stadt en wilde-
hebben: weicken peys (1) van Caelen haer meest aen
gedient is door heere lan yandcr Lynden, abt van sinte
Geertruyt tot Lueven, alst blyct by $301 eyghen missi*^
ven, opten xvj*" en. xxiiij*" luly vuyt Cuelen gescreven
en. gesonden aen die heeren vanden Bosch; welcke in-
I^oude vande voors. missiven bier naer volcht van wor-
den tot worden:
»Eedelen, voorsienighe, zeer wyse heeren en. vrien-
den! Naedemael wy voornomen hebben en. noch daege*
licx vernemen die gelegentheyt van ons b^aude vaders
lant, siende in wat verwerringhe die saecke hoe langer
hoe meer verloepen zynde, merckende oeck dat veel
vreemt gemoede lantsaten tgeene zy geerne doen wilden,
overmits den heymelycken en. opelycken list en« practyc-
ken vande quaetwiiUgen , nyet ten, e£fecte brengen con-
nen, en. voornemelick gehoort hebbende die gelegentheyt
vander stadt van sHartogenbossche , welcke naede com-
motie, die onlancxs daer geresen was, verscheyde peryc-
kelen van allen syden rontsomme siende, nyet seecker-
lick hoe oft wat doen, met wien vueghelick resolveren
en can, voor datmen van hier en vememe wat vande
vrede, daer wy tot noch toe om vergadert zyn geweest,
te verwachten staet: soe eest, dat wy door die sonder-
linghe gunste, die wy touwaerts draghen, en. die na-
(l) Hier breekt \, met een hei setera (sic) af, Oiii op het jaar 1620
met eenige woorden te besluiten.
Digitized
by Google
— 345 —
tuerlycke meymogbe tot ods gemeyne %'aders lant, iiyet
en hebben connen onderlaten u met desen te adverteren
yan alles daer die vroomhartighe borgers nae verlangen
moegen en. tgeene ons beraden bedunct, op dat ghy u.
daer nae vryder reguleren en. allen inconvenienten yoov"
oomen moecht Bernerende ten eersten die tegenwordige
vreedfaandd, die ons alle aengaet, sullen u lieden we«
ten 9 dat die keyserlycke commissarissen lange en. breet
beyde partyen gehoort hebben beure vuytsprake van
tgheene sy biliich en. reddick bevynden, scriftelick ge-
concipieert hebbende, waer van wy u eerw. copie hier
by gevuecbt over seynden, op dat gby n daer op seeo
kerliek verlaten moecht. Aengaende nu die gel^entheyt
vander stadt van sHartogenbosscfae, soe zyn wy vande-
gesanten vander conincklycke maiesteyt, den hartoge van
Terra Nova, vaslelycke en« genoochsaem verseeckert, dat
die zelve van des conincklyken maiesteyts crycfasvolGk
egheenen overlast voor nemen en sal» alzoe vry breeder
met onse voor^aende missive uwe eerw. onboeden heb-
ben, by zoe verre die sladt van sHartogenbossche haer
ennichsins verclaert, die conincklycke maiesteyt achtei^
volgende , den peys toe gedaen te zyn ; bednnct ons
daer omme nyet OBgeraeden, datmen van daer eenighe
schicke [en] sonder vertreck hier seynde, om van alles te
beeter verseeckert te syn. Daer zyn noch ander landen
en. steden, soe in Brabant ak in Gelderlant, waer van
men eerst daegs goede tydinge en. ordinantie vernemen
zal; want dese conditien, gepresenteert vande prinche
des keyaers, zyn aeer redelycken, dat wy die (ons eere
en. het welvaren van ons v.iderlant aensiende) nyet en
vynden om a£f te slaen, als oeck gevnelen snllen alle
vromen, oprechte eii. nyet gepassioneerde, die de zelve
C. 23.
Digitized
by Google
— 346 — •
sien oft hooreii lesen sullea; ioe, dbt die kqpserlycke
natesteyt sel0s alsulcke conditieDv eer dttse by zyne ma*
iesteyts commissaiissen {^emïtigart waeteo, voor bQUok
aengesien heeft. Wy scryyen uwe ecnr. dit vuyt eeo
recht yrer eo. wel mejminge tot ona gemqm Taderlant,
nadonad wy sien en. vamempD, nyet alleen Tan des
Goniucxs gesanten, den hartoge van Terra Nofr« met sy*
nen raet, maer oecL randen knerrorste eD. andere prtn*
che, die hier van wegen der keyserlycke maiesteyt ver*
gadert sfn» dattnen aonder bedfoch^ aroh ofte listie ons
te vreden honden wil^ om allen het geene, dat ons be*
loeft wort, daer «véischéyden potentaten (indien des noot
zj) voor geloeven stdleo: ten waer dtc wy snloxs mero
kdycke aaegen , oft waert dat . wy aen die versdLeroia
iwyffelden, wy en zoiiden ons zae nyet declarersn. Sal
daer on uw eerw. bdaeven ons metten alderen eersten
andiwort ofte eeoigeii eoiimnaarissen over te seyndcK,
die zelffs van alles broeder vernemen sullen, op dat wy
<tt5e sake daer nae vnegèen nioegen. Wy en verhopen
nyet. dat ghy in dese verandMoghe, tot bescfaermenisse
van uwe stadt, eenich garnesoen behoeven sult; maer
nochtans, ione dyen en. »ls uwe eerw^ bedunct, dat den
noot sulcxs vordert, soe suH ghy aelfis resolveren, hoe
en. in wat manieren, dat tiehre geëffectueert asal mo^en
worden, nyet van vreempden ohe vuytlantschen, meer
van 2oe danighe ak vwe eerw. wtiSs tot rusten [verkil
sen sal], nochtans zoe by eyne inaiesteyt . goet dandien ,
ep. believen sal. Op alles syn- wy nwe eiarw. resolutie
van gantscher harte verwachtende. Edele, voorsienighe,
zeer gonstighe heeren en. vriendeo,'onse lieve Heere Godt
sy met uwe eerw. en. met die vnieme stadt van diarto-
genbossche^ die zyn godtlycke goedertierentheyt in dese
Digitized
by Google
— M7 —
vamtaerlycke tyt wil behoeden voor ODgeluck. Gescreven
rnyt Caelen, opten xviij** luly a*. 1579.*' Ofuhr gt-
serevetit »U üeder goetgonstighe vriendt» UiT tandir
Lthdbii.'" Endê toa» gêmperêcribeert: »Eedele, voorsie-
nighe, seer wyse beeten sckoutet, scepeneo eo. raet der
stadt Tan s&fftogeobossche, oose seer gunsdghe heeren
eo. vrteDden/"
Den anderen brieff ofte missive:
v>M7neD heeren! Ülzoe wy geeomen syn ten eynde ran
onse negotiatte des peys, daer wy last ende commissie
aff hebben'^ g^hadt in dese stadt, in TU^hen, dat die
princhen , daer toe geccminitteert , ons hebben geëihi-
beert darticnlen des peys, alzoe geredresseert ak haer
redelycken heeft rerdocht, en hebben nyet willen laten
uw. E. de «elire over te seynden, insgelyexs die brie*
ven, die wy bier op coDegialick gescreven hebben aen
die staten generae), vei^adert tot Andtwerpen, ten eynde
11W. eerw. s(Mlde moegen intyts geadverteert zyn, bedach-
tende eenicb retardement oft negligentie der voors. ge^
nerale state», dwelck n lieden sonde moegen in snlcke
gewiebtigbe sake prejndiciabel wesen, considererende den
l^enwoordighen staet der affairen en. oeck mede die
qnaliteyt der gedeputeerde, t^enwordelicken represente-
rende die staten generael inde voors. stadt van Andt-
werpen; te mee^, want ons verdunct, datmén mach twyf-
iekn , om verscheyde ▼eranderingiie onlancxs op veele
plaetsen gesien , die zelve gedeputeerde nyet geqnalifi*
ceert te zyne oft ten minsten negligent. Wat datter aff
is, al wel geaffectioneért totten landen, ende en hebbe
nyet wiHen laten nwer eerw. int particufier het zelve
te presenteren, allet tgbeene, dat ons verdunct voor dit
Digitized
by Google
— 348 —
}>asvan iioode en. bequaem te lyn, u E. adviserende,
dat, nae behoorlycke en. diligente examinatie der articu-
len voors.» hebben in effect bevonden, dat zyne maies-
teit ons toelaet allen tgeene» d^^t wy in voorgaende ty-
den hebben gepretendeert en. b^eert, te veten, impu*
niteyt der secrete heresyen, duer die suspencie vau alle
rigoureuse placcaten, ter tyt dat anders vande generale
staten sal geordineert worden, dwelck in effect is een
liberteyt van conscientie, hier voormaels zoe grootelicx
begeert; ten tweeden, renvoye van alle Spaeniaerden en.
andere vreempde soldaten, eenen gouverneur generael
vanden rechten bloeden der conincklycke maiesteyt, die
gouverneurs vande provinciën en. raed« des lants vande
naturele: daer en boven agreatie vand^ pacificatie van
Gendt, edict daer nae gevolcht, in allen haire poincten
en. articulen, en. finale expresse liniitatie van die aucto-
riteyt des conincxs, volgende die pacificatie van Gendt
en. die previlegie des lants, welcke die principale poinc»
ten zyn; die wapenen aen te nemen tegeos allen den
geenen, die tlant in subjectie stellen willen. Nu eest
waer, dft die voors. articulen in alles nyet en zyn con-
form tot het gheene, dat die staten hebben gepi*eten«
deert en. by instructie versocht, maer het diflerent en
is zoe groot nyet, ten waer wel appoinctabel, behalven
het poinct der exercitie vande gereforme^de religie buy*
ten die provinciën van HoUant en. Zeelant, dwelck zyne
maiesteyt gheensins en beeft willen toelaeten, allegerende
die belastinghe zynder conscientie, als wesende. directe-
iyck contrarie zynen eedt den landen gedaen; ende ver-
dund die voors. prinche commissarissen, dat zyne maies-
teyt inne dese saecke zeer wel gefundeert is, vreemt vyn-
dende, dat tpoinct vande religie egeen oorsake gegeven
Digitized
by Google
— 349 —
en heeft, om die wapeoen aen te Demen, niaer alleen oc-
casie en. incident zynde, [tgeen] sonde gewichtiger wesen
dan tprincipael, gemerct dandere provinciën ter contrarie
hebben verclaert en. geprotesteert te willen blyven aen
die oude Roomsche catholycque religie en. die zelve te
mainteneren 9 nyet tegenstaende datter eeuigbe van dien
hen zelven vei^eeten hebben, verclaereiide daer en bo*
ven de zelve prinche commissarissen, dat die maiesteyt int
poinct vande religie meer toebiet dan syn selven en. meei*
provinciën van Duytslant oeck door den Religions vreede
haerlieder ondersaten heeft gepermitteert, ende infereren
nyet redeUck te zyn, zyne maiesteyt vorder te pressee-
ren ofte meer te subjecteren dan den minste prinche in
Duytslant Ende nu bet zoe gelegen is, soude wesen een
lamentable saecke, dat dit eenlyck poinct, boven dat
byde pacificatie van Gendt is oipentlick gestipuleert , en.
tegens dintencie van dyen, men soude die calamiteuse
oirloghe continueren, waer van dependeert ons gronde-
lycke ruyne, sonder hope van rust, ter lyt wy sullen
verwonnen hebben met fortse van wapenen een soe mach-
tigen viandt, als den coninck van Spaengien wesen zal,
ofte dat wy door groote en. langhe miserien en. confti-
sien gematteert synde, gedwongen worden tappoincteren
met meerder achterdeele en. lesie tonser eeren dan ons
t^enwordelick door den prinche commissarissen wort ge-
presenteert, een sake sonder faulte van zoe groote con-
sideratie, dat oeck die gheene, die vander nyeuwer re-
ligie syn, occasie hébben te regreteren en. te dagen, die
oogen der liefide werpende op henne effen naesten Ca-
tholycke, die in meerder getallen ongelyck zyn dan zy,
hen behoiren te contenteren sonder exercitie, met die ge-
presajteerde vryheyt der conscientie, ofte haer elders ie
Digitized
by Google
— 350 —
IransportereD, geljck zj vryelyck moeg^n doea met heiire
goederen, dan doer dier occasie die geheele Neederlan-
den, die tot noch toe soe florisanl syn geweest» siea te
Yergaen en. ruyneren. Alle welcke dinghen inder waer*
heyt geconsidereert» het remedie» dal eenighe geesten
schynen voort te brengen» dner tmiddel vanden ducq
dAlanson» en zal die landen nyet preserveDen» maer lot
groote achterdeel wesen, want. wel te mereken u, dat
de maiesteyt hen vyndende zoe te overvallen» meer oir-
sake zal hebben» zyn vuyterste fortse, die hem Godt ge-
geven heeft» te gebruyckeo» en. zal al die werelt door
meer favoirs vynden dan hy oeyt gedaen heeft» wesende
een sake zeer odieus te priveren een natuerlycken prin«>
che van syn patrimoniale goeden en. (1) landen» alle ge-
bueren verweckende tot commiseratie en. verbitterthey t »
gelyck hy exempel tzelve is bevonden geweest vandoi
prinche van Orangien» vnyt zyne goederen gestooten we-
sende, heeft dassistencie (eenen yegelick notoir) van groote
potentaten verworven; daer en boven ons die tragyoq[ue
historie leeien wat commotien ende alteratien doort arge-
inent der prinche gemeynlick in die landen comen; en
connen oeck nyet geloven» dat die provinciën» daer aen
gescreven is, om advys .hier op te geven» sullen aocoi>
deeren in een opinie; maer beduchten» dat die diversiteyt
der opinien óirsake geven zal van eender dangereuse s^
paratie» en. sullen eer delibereren en. sullen resolveren te
accepteren die voorseyde aengencMuen articulen» om tex-
cuseeren alsulcke dangereuse resolutie, ende soude moe-
ghen geschieden , dat tgeheel corpus vande geoeraliteyt
duer zoe danighe oirsaecke gedemembreert, soude tot al*
sulcke dibiliteyt comen, dat zy egheen weer nn zoude Ie-
(l) Goeden tn*, uit F. ingetuld.
Digitized
by Google
_ 351 —
gbeDs aUulcke inacht cooneD gedoeo. AlwaerC oeck zoe,
dat die querelen soode nioegeu recbtveerdich weseo, want
okk int aeQsieD der fcxlelyoker presentatien sal doer die
géheele werek gjwüe disputatie weseo, ten ware die
gheene» die vervangeQ syo vande voors. religie» luttel zal
wese&i.die anders zuUeo gevaelen dan deo keyser zelver
met andere princho) en. potentaten sullen redelick be«
vyadeo» toe int poinct vande religie als int poioct Tan*
de auttcfiteyt vaode conincklycke maiesteyt; welcke auc-
toriteyt ten minste» aeloau wesen moet, dat ay machttch
zyn te maintoieeren^ dat hier sal geaccordeert en. geap-
poindeert Trordeo» Jfa daer anders gheen middel en is,
om te asawereo» w<lde»taen en. tegens te comen die groote
licentie vande gemeyote, en. vuyt respecte van dien die
overicheyt en. ancteriteyt geheel van noode is, is son-
der weder sagghen meer gefandeert, die zelve den na-
tuerlycke prinche Ie Misibueren, meer dan een vreemde-
linge» wie dat oeck zy. Om dan eens te termioeeren
en. ten eynde te brenghen dese grootelycke, onsprecke>
lycke calarmiteyten en. miserien , behoort men hem te
contenteren met tgheene dat redelyck is, om nyet tac-
cnmmuleren miserie op miserie en deen ruyne op dan-
dere» temedierende deen quaet met een meerdere, en. dat
den eenen blynde (gelyck schynt datmen tot noch toe
gcsien hééft) den andere int graft nyet te leyden, pro-
cederende met een furie en. sonder fundament, min oft
meer off onse salicheyt gelegen hadde geweest in eene
gcduerighe oorloghe, om welcke te sustineren die expe-
riencie genouch leert, dat wy Iselve ter langer tyt nyet
en sullen machtig zyn te yerdueren. Ende daer omme,
eerw, heeren, verdunct ons, om vryelyck onse opinie te
verclaeren, datmen duer alle middelen eu. wegen iiioe-
Digitized
by Google
— 362 —
geUck wesende, deu peys zoe billick behoort te accepte-
ren sonder eenich vertreck, eo. dat net oose catuerlyc-
ken heere en. prinche, om te exeoserea alle iaconyeDieo*
ten boven verhaelty ende zal een warachtich en. éenich
remedie wesen van alle miserien ende calamkeyt. Hier
om, eerw. voorsienighe heeren, hebbende wel over we-
gen tgeene voors. is, tot ontlastinghe van mynder con-
scientie en. wel geaffectioneerde tot ons vaderlant, heb-
ben nyet willen laten ons opinie u E» mede te deylen,
ons nyet te min refererende tot uwer discretie en. ver-
varentheyt, biddende den almoegenden Heere uwe eer.
in te storten syne godtlycke gracie, om wel te jiigeren
ende verkiesen een goede en« heylighe fesohilie. Tuyt
Coelen, den xxiiij*" luly a*, 1579" Onder gêêcreven:
»Ian VAJTDjn LvüfDBir/' en, getupirêcribeen: »£edele»
wyse en, zeer voorsinnighe heeren schoutet, schepenen
en. raedt der stadt van sHartogenbossche."^
Ende soe nu dese voors. brieven aennopende zyn van-
de Coelense pacificatie en. peys, die den voors. heer lan
vander Lynden, abt, doen ter tyt die van sHartogen-
bossche heeft mede overgesonden , ende die welcke zy
hebben geaccepteert en. aengenomen, naer het vuyt tree-
ken vande borgeren voorscreven. (Ende wie die zelve
pacificatie en. peys van Coelen begeert te sien, sal die
over al wel gevonden worden, zoe zy in druck is.) En.
onder den voorseyden peys syn sy noch blyven sitten.
Hier mede besluitende het vorder gescbiedenisse der voors.
stadt van sHartogenbossche : soe die oorloghe met haer
noch nyet op en hout , machmén daer aff vorder scry-
vcn byden gheenen daer afi* kennisse hebbende (1).
(1) AUoo eindigt het handschrin W.: dal van F. beeft dexeUde tloU
Digitized
by Google
— 353 —
lot iaer duyseot ses honden negentwyntych heeft deti
prynse van Oranger den Boos belegert den eersten dach
Hei ende heeft hem daer voer byster begraven ende doen
daer byster op geschoten, ende het scrystelyck was doen
sy inde stadt woerpen met bommen, dat daer kercke en.
klost ers ende borgers huyse hel met ontstecken spronckt,
datmen sonde hebbe geseyt, dat onmogelyck waer ge*
weest: en. den 12 September daer nae de stadt belopen
aen de Yachterpoert, des smorgens v/oech, en. doen heb*
ben sy gepellemtert. Ende den govemoer van Sertogen*
boos was men heer van Grobben donck ende den prese-
dent vande heere was Handryck Franssen. Ende die stadt
waert aen die state van HoUant over gegeven den 17
September, dat des oonynckx volck daer wt toch ende
dat state volck daer in. Ende sy en sonde de stadt noch
niet hebben gecregen» en bedde daer geen ghebreeckt ge-
weest van bns poerder. Godt betert! (1)
woorden, doch daarin komen nog eentge tocToegscb voor, die straks
fum volgen.
(1) Xet dit kreupel gestelde berigt vrordt het handschrift A. gesloten.
Digitized
by Google
BlirOIGSKLS
OP PB TOOnaAANDK KRONTEBlf DBft STAD BZf HBlJiaU VAN
'9 MeÈ*iogeni^09eh (!}•
(Te bnotyni op Mads. 4S» n^el ÈÈ*)
Int iaer [1342] zyn tviwe geconsacracrde IiQtiien» im
tegen wordich rustende jnder kercke van Stiphout , mint-
culeus en. wonderlyck vuyt den brant der roirs. kercke
gehaelt, soo die zelve kercke int iaer als boven affbran-
den door tvier van blixem, donder en. ongetempcrt we-
der. Tis geschiet, dat doen die kercke was onsteecken
metten brant, datter heeft gaen tenlen synen acker on-
trent de kercke voirs. eenen huysman, genaempt lan
Ballois, lopende van zynen acker nae den brant van-
der kercke, heeft zeer geroepen om den pastoir, datmen
het H. sacrament daer vuyt zoude haelen, op dat nyet
verbranden en zoude. Ende als den pastoir was geco-
men totter kercke, heeft hem den huysman toegesprooc-
ken, seggende: »Heer pastoir, hadde ick de macht, die
(l) üexê bijvoegsels staan in de TcrTotgde kronyk tan Crm»fJS van
F., w-elke er door verseliillende handen zijn bij§eschr«Ten.
Digitized
by Google
— 555 —
ghy hebt, ick eii zoude het H. sacrameut daer in nyet
laten verbranden/' Den pastoir verscrict wesende van-
den swaren brant, heeft totten huysman geseeght: »Alie
myn macht ende cracht» die ick hebbe in desen brant,
die geve ick u.^ Eode nae dese woorden is desen huys-
man gegaen nae der kercke dnéren, om door den brant
te gaen en. dat heylich sacrament daer vuyt te haelm:
ende ingaendci zoe hebben alle die omstaenders^ die daer
waren» ende oock den pastoir» gesien, dat hem den brant
scheyden in tweën ende den huysman voirs. plaets ge-
maect» daer hy in ende 'vuyt is gegaen ongequetst en.
ongebranty soe dat noeh ayn lichaem noch cleederen er-
gens gebrant en waren geweest» heeft alsoe het H. sa<!
crament metter ciborie gelevert aenden pastoir, soe dat
Godt wonderlyck is in ayne wevcken ea. miraculen, na»-
demael dat is boven veel andere een wonder groot mi-
rakel Snde oyek mirakel ia^ dat dese twee geconsa-
creerde hostien noch tegenwordich perfect en. volcomen
syn, hebbende nochtans aldaer bewaert geweest over de
Iweehoodert en. vyff en veertich iaeren. Ende tot naer*
der zeeckerheyt van desen^ brant en. mirakel isser gestelt
geweest inde voors. kercke eenen sim pelen tabernakel ,
slecht (1) gemaect van hout, hetwekk gestelt was aen
die vuBte; op weick tabernakel was affgeschildert den
brant en. oyck hoe hem den brant scheyden int in en.
vuytgaen vanden huysman ende hoe hy het H. sacra-
ment overgaff in handen des pastoirs» met oeck den naem
vandeo huysman» met den datum: A^ 1842 ut supra,
En. desen tabernakel hebben geden vele menschen en. is
terst onlancx gebrant metter kercke int iaer 1587, den
9" luly» vande vyanden, dieraen noemt Geiiseu.
(1) Steehr, eenvoudiglijk.
Digitized
by Google
— 356 —
Het alderierst dat dit H. sacrameDt miraculeus is ver-
socht geweest uaeden brant, synder geweest binnen Süp-
hout twee gesusteren ongehouwt. De outste worden yer-
socfat van Godt metter peste, ende siende datter ghee-
nen troost en was dan alleen Godt, is gegaen nae der
kercke van Stipbout, al waer als doen stont inden voers.
tabernakel bet boocbweerdicb sacrament, ende beeft baer
tot ^bidden begeren eenen tyt, ende corts daer nae is zy
verlost vander peste. Is daemae de iongcxte suster, die
welcke langen tyt badde gegaen mitter kortse, desgelycx
gegaen ende beeft daer oock bertelyck gebeden, ende die
cortse beeft baer oyck verlaten. Ende soe dan bet gans
dorp van Stipbout besmet was van een sware pestilen-
tie, syn sy cranck gegaen voor het H. sacrament ende
zyn al te samen verlost geworden vander pestilentie. En-
de om van dese twee susteren sekerbeyt te hebban, heb-
ben overgegeven tot een waeracbtige getuycbenisse d^eer-
samen Laureyns, die coster, Henrick Gbielens, Andries
Godtscbalcx, al inwoenders des dorps van Stipbout en.
gesworen bewaerders der crancke, zoe dat zy verbalyck
van hunne ouders en. andere oude persoenen geboirt badr
den dese drye persoeuen, dat zy b^ne ouders en. an-
dere hardt byde tnegenttcb iaeren, ende hebben tboven
gescreven verclaert in presentie van heer lan van Roy,
pastoir tot Stipbout (1).
Noch hebben verclaert de voirs. drye personen, dat
zy benne ouders en. andere oude mannen hebben faoo-
ren seggen, datter een vrouwe was gecömen vuyt Hol-
lant tot Stiphout, genaemt Mary van HoUant, mettoi
vyant beseten, die inder boeten worden gelaten eenen
tyt van negen daegen, ende daernae verlost vanden boo-
(l) üezc zin is merkelijk bedorven.
Digitized
by Google
— 357 —
sen vyfeint. Die voirs. Mary vao Uoliant is met grooie
bijseap nae huys gereyst ende dat mirakel, dat Godt
soo wonderiyck in haer hadde gewerct, is alle plaetsen,
soo in Hollant als Zeelant, grootelycx te kennen gege^
ven, alsoe dat voorts verclaren die voora. personen, dat
daernae soo vuyt Ilollant, Zeelant en. andere plaetsen
wel zyn gecomen crancken aenden cant van vierhondert
en. meer, waeraff oöck een is geweest Mary voirs., die
selver mede heeft belpen bewaren, waer in dat Godt
doort H. sacrament miraculeuselyck geopereert Ifeeh. Lau-
reyns, die coster, en. Henrick Gbielens hebben verclaert
inder tegen wordicheyt des pastoirs voirs., dat het princi-
pad ^oet, dat zy besaten, hadden gewonnen by crano-
ken, die daer quamen liggen in boeten, ende hebben daer
l>y gelegen; hebben noch verclaert die voirs. Laureyns,
coster, Henrick Gielens ende Andries Godtschalck, datter
in hennen tyde, ter wylen zy gesworen bcwaerders syn
geweest over die beseten menschen tot Stiphout gebracht,
dattet getal tussen de drye en. vier hondert is geweest,
veel en. meestendeel verlost en. gesont nae htiys g^aen,
ende oock eensdeels verlost ende daernae gestorven, maer
^een gestorven, zy en syn ierst verlost geweest
Daer is gebrocht gecomen vuyt een plaetse genaemt Sa-
veling (1} by Dort, gebonden en. geketingt aen handen
en. voeten gelyck een beest, ende is te water coraen ten
Bossche aende craen ende hebben hem met de craen op
gewonden ende alsoo geleeght op eenen waegen ende
voorts gebrocht tot Stiphout ende aldaer in die boeten
geleeght ende worden verlost in die ierste boeten seer
schoondelyck ende gevolght het H. sacrament met een
bernende kersse.
(I) ncnkelljk is dit vroord door den arschrijver Terkeerd smiezen.
Digitized
by Google
— 358 —
Noch isser gecomeo texk ionge dochter vuyt Amster-
dam, beseten met den boosen vyant, met een kettiDg
vast gemaect van bovefi aen die armen ende voeten ,
waerop dat zy spronck als eenen bont, ende is wonder*
lyck verlost. Nocb isser gecomen een vrouwe vnyt Rot-
terdam, hebbende by haer haeren s(me, die twdff iaem
stom ende dooff hadde geweest , ende comtnde inde
kercke van Sliphont heeft haer gebet gedaen voor bet
hoochweerdich sacrament ende daemae beeft haerai sooe
gesproocken ende gehoort; die vrouwe met haeren soon
hebben hen gebiecht ende het heylich sacrament ontfan-
gen, ende bïy wesende nae hiiys gegaen. Noch een io^
ftouw, ongehouwt, gecomen vuyt HoUant tot Stiphout,
bcseten met den boosen vyant, ende in die boeten ne«r
gcleet tot drye diverse boeten, ende in die leste boeten
schoondelyck verlost en. blydelyck nae huys. gereyst, en-
de in teecken der danckbaerheyt gaff zy der kercke een
witte damaste casuyffel. Alnoch een man vvyt HoUant,
beseten met diverse duy velen, is tot Stiphout gelèet lot
vyif boeten toe, <]aermen boven maten groot leet mede
had, nochtans verkst wesende, by goeder kennisse daer-
nae gestorven . en. aldaer b^raven. Noch is aldaer ge*
brocht een apteeckers dochter van Zutphen, ongehouwt,
die oyck zeeker boeten heeft gelegen ende in gesontheyt
thuys worden gehaelt. Noch twee ionghe nannen, on-
gehouwt, een van Gerwen ende een van Nunen, beyde
verlost. Noch een van Lieshout ende een van Geldrop,
oydi beyde verlost. Noch een gheestelyeke persoon al-
hier gecomen, deerlyck gequelt met den boosen vyant,
die hy gbeme vuyt die boeten sonde hd>ben genomen,
maer eo constent nyet gedoen, ende daemae gevueK op
Digitized by L3OOQ IC
— 369 —
deii toren ende daeraff geworpeo, oocIitMis Djret gequetst,
maer dacroae verlost eo. gestorven.
Noch een gheesteljke persoon ^^qt den Bossche ge-
éommen randen Bagynfaofiy ende hadden seer ielyckea
met den H. sacrament geleefk, als syt óntfangen hadde
ende wedenom vnyt haren inont genomen ende den vy*
ant in hner feeomen is, ende inde: boeten geleet ende
met groot verdriet ed. hféen nochtans verlost , ende het
wai een zeer iMtsnyver ghecst. Noch isser gecomen viqrt
de stadt Grave een priester, die den boosen vyant in
zyn haer hédde sittett, soo hy seyde» en. nodi. twee di-
rerse bergers vande Graven beyde beseten > den eenen
ivas bevonden aen eenen pnt, om hem te verdrincken ^
en. alk drye verlost.
Noch een iooge dochter, gecomen int iaer 1584 ende
beseteo met seven duy velen , crenpel en. dooff eenen tyt
van xt^ maenden, sprekende, alderhande spraken, en«
eenen duy vel was rustende in haeren rechteren teen, ge^
naempt Echor, zoe $j seyde. Dese oomende aenden. kerc-
beff der kercke'van Stiphout, is daer neer geleeght als
^en beest; haer moeder was hy haer; ende die moeder
roepende om htdp, datdiense zoude moegen brengen tn«
der kercbe, is die dienstmaeobt des pafetoirs met meer
andere vrouwen tot hulpe gecoemen ende alsoe de doch-
ter gesleypt voor het hoochweerdich saorament ende daer
oyck neder geleeght als een beest, ositreat den tyt van
een ure, ende die moeder biddende in bitterheyt kners
herten viK>r haer dochter, heeft daeenae tot haer doch*
ter gesproken: »CSampt, dochter, ick sal u hlepen, dat
wy vuyt gaen;** ende die dochter opsiende, seyde: i>Netn,
moeder, ick sal nu wel selver opstaen;** en. met dese
woorden is zy opgesprongen als een hert: sy is gesont
Digitized
by Google
— 360 —
geworden in haeren lichaem en. haer gehoor ontfangen.
Tis een persoen geweest over den Peel, crenpel ende
lam in alle zyn leden ^ int iaer 1687, en. heeft gecropen
langen tyt op zynen buyck als een serpent, soe hy sel-
ver verclaert heeft , en. heeft by hem gedacht en. gesejrt:
»Och mocht ick eens tot Stiphout comen voor het hooch
weerdich H. sacrament van miracule, ick sonde wel ge-
scmt worden;^ ende in dese woorden is hy vedicht en.
op zyn heenen gestaen en. daernaë gereden met crhcken
ende heeft alsoe opde crncken zyn bevaert geloeft. ^
Anno 1591 isser gebrocht een sterck ionckman, bese-
ten met den duyvel, vuyt die stadt van Breda, alwaer
hy hadde gelegen in een cot rontsomme toegemaect, naect
als een heeste, den tyt van vier iaeren lanck, ende daet*
nae gespannen met clnysteren en. wonder instrumenten,
gelyckmen noch sien mach inder kercke van Stiphout,
en. is aldaer in die boeten gel^eght en. inder ierste boe-
ten verlost.
Anno 1599 synder 2 diverse ionge mannen in die boe-
ten geleet, een van Gemert en. een van Boekei, en. beyde
verlost Anno voers., op den octave des & sacraments
dach, soe syn Sgeeraert Willem Goosseus en. Heesken, zyn
huysvrouwe, borger der stadt van Delmont, met haren
fioon, genaempt lacop, out ontrent 14 iaeren, die welcke
was blynt geweest den tyt van 3 iaeren, ai. nae dat
zy met haeren soou hen offerhande ei), gebet hadden ge-
daen voor het H. sacrament inde kercke van Stiphout
en. waren wederom gaende nae huys, heeft haeren soon
opgesien, en. opsiende heeft hy gesproken: »Moeder, ick
sye vogelen vliegen;*^ ende tis van zynen ooghen gevi^l-
len als scubben, en. op de Stiphoutse aerde is hy siende
geworden.
Digitized
by Google
— 361 —
(T« brengen op bladz. SS» regel IS/
[1418] Item byden voorn, hertoghe lan [is] gegeven
de chaerte van dat die poirters [van] onse getrouwe stadt
vanden Bossche loll vry varen sullen beyde te water en.
te lant in HoUant en. Zeelant. Gegeven tot Woudrichem ,
vyff dagen in Februario, en. dat om dat die borgers me-
nichwerve onrecht ver tolt syn in Hollant by tyden van
syne voorsaten en. van hem, aensiende den menichvul-
dighen trouwen dienst, die sy onsen voorvaderen en. ons
te menigher stont grootelick, geeme en. willichlick bewe-
sen hebben.
Alius M.S. 1418. Opten Mey avont is komen op een
Saterdagh, doen brande den Bosch, en. opden middagh
daer na soo brandet weder en. dede meer schade als te
vooren. V. anno seq.
(Te lirengen op bladi. B9» regel f 9*)
Duerte [1437]. Een madde rogghe xxj gulden ig
plecken.
(Te brengen op blads. S9y regel iS«)
tn desen iaer [1450] is gemaect een verdrach tussen
de stadt vanden Bossche ter eenre en. de stadt van Tiel
ter andere zyde, en. syn daer van acten geëxpedieert, als
hier nae volgende:
»Wy schepenen en. raet der stadt sHertogenbosch be-
kennen met desen opene brieven : alsoe ' seeckere twee^
C. 24.
Digitized
by Google
~ 862 —
dracht eo. ourust opgeslaegen is geweest van eenen, Egbeo
deo Poerter geheeten, met zyne medehulperen, soe syn
daeraff die stadt vanden Bossche ende die stadt van Thiel
ende hoer poerter en. borger in arastamenten en. in on-
rust gecomen, welck wy nu van nu voerlaen verhueden
solden, dat dess oft desgelycx niet meer en geschiede;
soe zyn wy overdragen en. gesloten, dat oft yemaut ge-
seten inden lande van Gelre hem aldusdaniger kommer
ende onraste met arrestamenten oft mit nemende pynde
te doen, dat dan de statt vanden Bossche dat kundighe
zal der stat van Tiel, die dan alsoe veel daertoe doen
sal met horen vrienden, dien tonderwysen, dat hy daer
in afflaet, alsoe verre als sy kon, en. oft sy dess nyet
gedoen en konden, noch in haren macht niet en weer,
ende die stat vanden Bossche van dyen raede worde, dat
sy daerom solde doen arresteren ennige Gelresche, dat
dan die borgeren van Tiel ende hoer goede een maent
nae opschriveu der stadt veylich sollen wesen ende bly-
ven, ende al sonder argelist met deser voerwaerden toe-
gedaen, soe wanneer dat alsdan dese ristamente vanden
ghenen daer dit opscriven oft heeikennen will volcome»
lyclich aff gedaen weer en. gesleten, dat alsdan dese
selven brieff weder om vast wesen sal en. bliven nae
allen voerwaerden boven geschreven tussen de statt van-
den Bossche en. Tyel voorn., sonder argelist. En. des
t'orconden soe hebben wy schepenen en. raet der stadt
vanden Bossche voirgen. onsser stadt segel vanden Bos-
sche aen desen openen brieven gehangen. Gegeven in-
den iaere ons Heeren 1450, des Woensdach nae Aller
sielen dach."^
»Wy borgemeesteren, schepenen en. raet der stadt van
Digitized
by Google
— 363 —
Thiel bekennen met dese opene brieven van onsser stal
v^egea en. onsser borger wegen van Tiel vors., dat wy
overdragen syn metter goeder stadt vanden Bossche, als
dat wy in geenre wys aennemen en zullen enigen borger
tot Tiel Ie maken off voor onsse borger te verantwoer-
den off te halden die roeven, schadigen, off rasteren, off
nemen , off anders ennighe bede maken off halden opter
gueder stadt van sHertogenbossche en. haren porteren,
ende oock, die dat doen, nyet hnyssen noch houen en
sullen by onsse wil ende welen , en. oft yemant. hier te-
gen dede van onsse borgeren, terstont als wy dat ver-
nomen, onborgeren sullen ende vuyt onser stadt setten,
sonder argelist ; vuytgescheyden als dat een yegelyck
vande porteren en. borgei-s vanden Bossche en. Thyel
voorgen. van wettelycken schuit malcanderen met recht
aenspreken moegen die stede daer hem des noot gebo-
ren. Ende des tWconde soe hebben wy borgemeesteren
en. schepenen en. raet der stadt van Tiel onser stadt se-
gel aen dese opene brieven gehangen. Gegeven inden
iaere ons Heeren duysent vierhondert en. vyftich, op Al-
re sielen dach.'^
(Te hreagfBa op bUds. S9» regel iV«)
7 Mart. [1461] geeft Philips, hertogh, tot Brussel
aen den schouthet alhier consent, om een stalhouder te
moghen stellen in syn absentie, op synen koste, die hy
den eedt afnemen nioet soo dickvrils als hy vertreckt.
Nomen praetoris Yewaen sive Tewen de Moll. Wt
hel placaet.
Digitized by
Google
364
(Te brengen op bUdz. B9f regel t4«}
5 Februarii [1453] adinitütur dominus Joannes de
Wesalia pater sororum de Orthen ad capitulum et cu-
ram animarum dictarum sororum et debet comparere in
tribus processionibus , 6 Maii, veoerabih's sacrameoti et
dedicationis.
(Te brengen op bl«ds. ••» r^el M.)
In Auguslo [1462] wort de groote kloeke, geheeten
Grymme, hergooten en. geheetcn lan. Sy is swaer 10650
ponden, den clepel weeght 212 ponden. Meester Cïobet
had van eick hondert 10 witte stuvers vocmt syn arbeyt,
maer de kercke dede al het stoff en. gereetschappe.
(Te brengen op bladz. 0#9 regel St.)
»Phih*ps, byder gracie Godts, hertoge van Bonrgoen-
die, van Lothryck, van Brabant, van Lymborch, greve
van Vlaenderen, van Artoys, Bourgoengien, palatyn van
Henegouwen, van Hollandt, van Zeelant en. van Nae-
men, mercgreve des heylichs rycx, heere van Vrieslant,
van Salins en. van Mechelen, doen condt allen luyden,
dat wy ontfangen hebben die oitmoedighe bede van ón-
sen schoutet, schepenen en. raede van onsser stadt van
sHertogenbussche. inder name en. van wegen allen den
inwoenderen der zelver; inhoudende hoe dat onlancx ge-
Digitized
by Google
— 365 —
ledeu vele cloostereo, goidtshuyssea, vergaderinghe van
maanea en. wyven in onser voirs. stadt eode meyerye
derselver gefundeert, gemaect ende opgeset zjn, daeraii
die regeerders eode die gouverneuren der zelve daege-
lycz by coope, transporte, ghifte van testamenten ende
anderssints vercrygliea vele chynssen , i*enten , pachten
en. andere erffgoederen, ende die, als syse verci*eghen
hebben, soe pynen zy hem die te handen voir gheeste*
lycke goeden ende exempt ende verscheyde vande weer-
lickheden ende werlicke gueden, sonder ons daeraff te
doen off te willen doen ennighe dyenste, het zy in con-
tribatie van onsen beeden off andere chyns, off oeck
staen tot gebuerlicke rechten, als zy schuldich syn te
doen, in groten achterdeele, schade en. interest van ons
eode van onsen onderaaten van ousse voirs. stadt en.
meyerye der zelver, die alsoe sonder huipe en. contri-
batie te hebben vande selve gueden byde voirs. gbees*
telycke luyden vercregen, alleen betaelen ende die lasten
ende diensten doen moeten opde costen van hen en. van
hennen goeden, contrarie den auden rechten ende privi-
legiën by onsen voirderen (I) hertoghen en. hertoginnen
van Brabant, onse lande daerop verleent, ende oock den
anden costomen daeraff in vele plaetsen vande voirs. lan-
de onderbonden, ons oitmoedelycke biddende, dat wy
hem hierop versien willen van onse gratie: soe eest, dat ^
wy, gemerct dat voirs. is, willen daer inne versien, in
alsoe verre alst metten rechten behoirt, ende hierop ge-
hadt advise ende deliberatie ierst met onsen lieven en.
getrouwen cancellier en. raedtsluyden by ons geordine^rt
iu onse voirs. lande van Brabant, ende daernae metten
Inydeu van onse groote rade, hebben geordineert, gesla-
(l) Voirderctij bij Vaji Ofdekhovb!!, voiroudtren.
Digitized by
Google
— 366 —
tueeri ende onser voirs. stadt van sUertogenbossche ver-
leeut ende geoctroyeert, ende metten desen tegenwordi*
ghe Güsen brieve ordineren , statueren , verleenen en.
octrojeren voir ons, onse oir en. naecomelinghen , her-
togen en. hertoginnen van Brabant, dat van nu voort-
aen tot eeuwighen daege die voirs. cloesteren, godtshuy-
sen (1), vergaderioghe van mannen en. wyven en. alle
andere gheestelycke personen, noch nyemant van beu-
ren twegen, noch tot hoiren behoeff» egheen chynsen,
enten, pachten off erfigueden, by maniere van ooope,
transporte, ghifte, by testament off* anderssints, en sol-
Ijcn moegen vercryghen binnen der voirs. stat ofi* meye-
rye gelegen, ten zy by openbaren oirlofi* en. consent van
ons en. ons oir, ierst geadverteeft zynde van onsen in-
teresten ende dattet blycke by onsen openbaren brieven,
behauden des, dat die goede luyden wael suUen mogen
laten oft hem belieft ende besetten in hoiren testament
ofi* anderssints, den voirs. cloesteren en. godtshuyssen
cleyne parcelen van chynsen, renten, pachten en. etfi-
goeden, totter somme van hondert stuyvers elcx iaers,
voor beur (2) iaergetyden en. anniversarie, die welcke
chynsen, pachten, renten en. erffgueden totter summe
voirs., die den voirs. gheestelicke luyden by testamenten
off* anderssints gelaten oö* beset sullen werden, sollen we-
seii ende blyven staen tot alsulcken last, contributien en-
de gebuerlycke rechten, soe zy stonden daer te voren
ende eer zy den selven gheestelycke luyden beseet off ge-
geven waren, sonder argelist. Ende oft alsoe geboerde,
dat die voirs. cloesteren ende godtshuysen (1), vergadc-
(1) Bij Van OuoKfiRovEii staat achter godtshuyssen nog gasikuysen.
(2) Uit Var Oi^denbotkü ingevuld: erfgoeden totter somme van hondert
stuyvers elcjr iaers, voor hevr.
Digitized
by Google
n —
rioghe van oiaDuen endc van wyven &ï. andere ghfie&te*
licke personen by consenten en. orlofve van ons als voirs.
is off anderssints vercrygen ennige chynsen, renten, pach*
ten off erfigueden, soe willen wy oick nochtans en. con*
senteren, dat die oireo en. erffgenaemen off die maege
en. vriende der gheeore, die die voers. chynsen, renthen,
pachten en. erffgneden verqoft sullen hebben, die sollen
moegen lossen en. qnyten tot eeuwigen dagen den pen*
ningh om xyj, ende datmen die erffgueden, renten van
coren en. graenen, die, alsoe als voirs. is, byden voirs.
gheestelicke persoenen vercregen sollen werden, oick sal
moïgen lossen en. quyten nae advenant en. gemeynre ta-
xatie vanden lande. Yoert soe willen wy consenteren
noch en. verclaren, dat egheen geestelike personen in
die voirs. stadt en. meyerye, nae dyen dat zy professie
gedaen suUen hebben in cloosteren off religie, enige ren-
ten, chyosen, pachten off erffgueden van hoeren ande-
ren ofte enige andere persoenen aen versterven noch by
eenige successie aencomen en sullen mogen, mer sullen
die selve guede, die den selven personen aen soude mo-
gen comen, versterven en. succederen op hoere naeste
oiren, erffgenamen en. naecomeliogen inde weerlycken le-
ven blyvende ende in weerlike staet en. habyt wesende,
ende dat die maghe en. vrienden der voirs. gheestelike
}>ersonen die gueden, die hem toebehoerden, toecomen
efjde verstorven waren eer zy professie deden: nae doo-
den (1) der voirs. gheestelycke personen, ende nyet eer,
sidlen mogen lossen en. quyten den penniugh om xvj
geiycke penninghen, alsoe voirs. is vande gueden byden
voirs. gheestelike personen vercregen. Gebiedende hierom
en. bevelen onsen cancellier en. luyden van ou.sen raede,
(I) Dooden, bij Var OnDEïiHo\E?f, orde.
Digitized
by Google
— 368 —
droflfiereu, meyereo, schootettea eo. voirt alleo auderen
onsen officieren, justicieren ende richteren ods voirs. lants
van Brabant, beuren stedehouderen ende een yegelyck
bjsonder tegenwordelyck off [die] bier namaeb wesen
sullen, dat zy onser voirs. stadt van sHertogenbusscbe
van onser voirs. gratie en. bevelinge en. van allen dien
puncten hierboven verclaert, doen en. laten genyeten en.
gebmycken rustelyck en. vredelyck tot eeuwigen daegen,
sonder hen daer in te doen off laeten geschieden conip
mer, hynder, letsel off moeyenisse in eeniger manieren,
want ons alsoe belieft en. willen dat gedaen zy. In ken-
nisse der waerheyden wy hebben onsen segel hier aen
doen hangen. Gegeven in onser stadt van Brugge, den
anderen dach van lanuario int iaer ons Heeren 1463.^'
Onder ttont: »By mynen heere den hertoge in zynen groe-
ten rade, daer by bisschop van Oornicke ende die hee-
ren van Coux, heere Henrick Magnus, Simon van Har-
bais, meester Claes Cluppel en. Geldolff vander Noet
waren ,^^ mde toas anderteeckent : »Ds u Keeexst (1)."
Finitur [1464] nova aquila per Gosuinum Tolinck et
coDstitit canonicis 26 libris grossis Flandriae.
(Te brengen op bladx. 04 » regel t.)
oonA I1IDIJI.T1 PBiiiciPis wmrnmikTwmmn
CARTH1J9IERISI0 eRDIlilA.
»Karolus Dei gratia dux Burgundiae, Lothariogiae,
(t) Mede afgedrukt in Van OuDEüBOVEif , Beschryvinge van de Stadt
van *s Ifertogcnbossche , 1670, bladx. 127, waaruit wij de woorden ettde
tca* imderteeckpnt • dDe li Këkrist^' biJgeToegd hebben.
Digitized by
Google
— 369 —
Brabantiae, Limburgiae, Lucemburgiae, coiues Flaodriae,
Artfaesiae, Burgundiae, palatinas Hanoniae, Uollandiae,
Zelandiae et Namntci, sacrique imperii marchio ac do-
minus Frisiae, Salioanim et MecUiDiae: ad perpetuam
rei memoriam, quoniam ubi est freqiientia cnltus divini,
ibi sunt amor et timor Dei, in quibus totias sipientiae
initia salatisque primordia consistunt. Desiderantes itaque
fidem ortbodozam habnndare ministris ad freqnentes et
deTOtas nobis porrectas preces illastris principis et con*
sangainet nostri charissimi Amoldi dacis Geldriae, totius«
que ordinis Gartnsiensis pro nobis successoribnsque nos-
tris ducibns Brabantiae favorabiliter annuentes, liberali-
ter oonoessimus et coocedimus per presentes, qnod in
loco dicto die EycJtendoneq opien Dungen, aut si ille
locos propter freqnentes nt accepimus inundationes aqua*
mm, et inaccessibilitatem ejusdem tempore biemali ad
hoc minus aptus reperiatur, in alio loco magis propitio
et convenieuti per medium miliare aut circiter ab opido
nostro Buscoducensi distanti: in honorem et laudem Sal-
vatoris Christi ejusque intactae matris virginis Mariae,
omniumque sanctorum et sanctarnm, subque vocabnlo et
patrocinio S. Sophiae civitatis Constantinopolitanae, no-
vum oonstruatur et erigatur coenobimn seu monasterium,
cnm cellnlis, domibus, ac aedificiis congruis et necessa-
riis pro inhabitatione unius prioris et duodecim fratrum
cum familia competenti ordinis Gartusiensis praedicti, en-
jus nos principalem fimdatorem constituimus , quodqne
coenobium seu monasterium cellulas, domos, et aedificia
hujusmodi praedicti fratres eorumque socces«ores una cum
aliis redditibus et bonis jam ad ipsorum usus acquisitis
et imposterum quomodolibet acquirendis, quae tarnen feu*
dalia non sunt, pacifice et quiete possidere possiiit et
Digitized
by Google
— 370 —
valeant, usque ad valorem annuum mille fioi-enoruui Re*
nensium, tam in agricnUura, pratis, nemoribus, stagois»
vivariis, quam etiam quomodolibet alias» dom tarnen ut
praeferttir reditus et bona praedicta feudalia non ezis*
taot, et quae bona et reditus acquisiti et acquirendi tri*
butis subsidiisque nostris subjacebunt, sicut a praedeces-
soribus eorum fuerint possessa, sisi praedictis fratfibos a
nobis successoribusque nostris ampliorem gratiam desuper
contigerit in futurum impetrare; fiindum tarnen monaste-
rii cellulamm et domorum religiosorum praedictorum a
tributis et snbsidüs praedictis eadmimus, et de grada
speciali avellimus et liberamus per praesentes; recipi-
mus etiam de gratia nostra speciali ipsum coenobium seu
monasterium, et bona ejnsdem cnm fratribus et eomm
familia in nostra protectione, salvagardia et tuitione spe-
ciali: ea propter mandamus praesidenti, consiliariis, sene-
scallo Brabantiae, sculteto Buscoducensi , caeterisque nos-
tris officiariis et justitiam nostram exercentibus, ac aliis
nobis quomodolibet subjectis quibuscumque ut prarfatos
religiosos et familiam eorundum, ipsoruroque successores
praesenti nostro indulto, concessione, pati*onatu, et sal-
vagardia praemissis paciiice et quiete frui faciant et per-
mittant, quoniam ita nobis placet, non obstantibus qui-
buscumque indultis, gratiis, conoessionibus , privilegüs,
consuetudinibus, juribus municipalibns a nobis praede-
cessoribusque nostris praedicto opido nostro Buscoducensi
vel aliis quibuscumque in contrarium 'praemissorum con-
cessis vel promissis, quibus omnibus quoad praemissa per
praesentes derogamus, juribus tamen nostris et privilegio,
in contrarium praemissorum opido nostro Buscoducensi ut
asseritur concesso, in aliis salvis et in suo robore et vir-
tute permansuris. Datum iu opido nostro Abbatisvilla ,
Digitized by
Google
— 371 —
anno ab incarnatione Domini mUIesimo quadrigentesimo
septuagesimo primo in mense Sq>tembri. Per dominum
ducem, C. Hautain (1).*^
VRITULECillJH DOHIMl AmSimMJBl »IJ€IS «BUIIiUB CtC,
Die hertoghe Aert van Egmont, heere van Gelre voirs.,
heeft dese nyeuwen clooster valide Carthuyssers, hier by
sHertogenbussche gelegen, een groot onderstant en. huipe
geweest inder promotie van desen nycnwen clooster voirs.
te cryghen, te funderen ende te doteren etc, ende heeft
selver begeert ende metten werckA volbracht den ier-
sten steen te leggen van dese Carthuyssers clooster voirs.,
geschiet wesende op die Eyckendoncq voirs. in die fon*
datie en. previlegie begrepen; dwelck privilc^inm off in-
duhum voirs. de Carthuyssers voirs. verworven hebben
aenden hertoge Carolus a Burgnndia, van Brabant etc,
ter bede ende inden name van hertoghe Aert van Gelre
voirs. Ende die selve hertoghe Aert voirs. heeft den
selven Carthuyssers verleent een previlegie, te weten, dat
zy moegen hebben inden lande van Gelre alle iaer tot
V* Rhyns gulden erffguede, inder mate en. maniere van
voirs. privilegie.
(Te bren(jen op bladx. 6S» regel !••)
[1476] Bleef hertoge Carolus voor Nancy, ende in
dit iaer was ten Bossche grooten oploop en. veel van-
der raetsheeren gevangen.
(L) Mede afgedrukt in Hiraeüs, Op. dipl., t. UI, fo]. 800; Forkm,
f/ist Ep. Silv,, fol. 278; Oudk, en, Gest. van 's Bosch, bladz. 573, en
Le Roy, JVot. Marchionatus S. R, Imp,, fol. 46, waaruit de woorden
Per dominum ducem, C. Hautaiü genomen liju.
Digitized
edby Google
372 —
(T« breogen op bUdi. CS» regel t.)
[1477] Eligitur in decanum H. Ghisbertus de Bye
et eadem die admittitur ad praebendam doinini Joannis
de Platea per resigoatiooem et causa permutationis.
(Te brengen op bladx. ttf » regel !••)
Hoc [1482] et seqoentibus decem annis (ut libri MS.
aediliuiQ refernut) multa pia legata, turn E Yirgiui mi-
raculosae turn B. Joanni evangelistae a civibüs testamen*
to oblata sant, annuli, armillae, numismatay vestes, ro-
saria, aliaque omamenta et monilia. Hinc pietas saecuU
eximia discitur ac civium devotio.
(Te brengen op bladz. 98 y r«gel S*)
H.S. Ipso die Damasi papae [1483] accidit miserabi*
lis couflictus inter pedestres miiites seu ruteros, qui pro
destructione patriae laborabant, seu movebantur, et com-
munem populum villicatus [meyerye) de Buscoducis in
villa seu pago de Leent, ubi major pars de Buel et Ma*
ris, Soerendonck, Hees, Leent, Geldorp, Endoven, Weert,
Waalre, Aelst, Asten, Someren, ac de aliis villagiis con-
gregata, exiret, expeclantes adventum ruterorum, qui de
Buel venerunt el interfecerunt ultra 250 viros de com-
muni populo.
Digitized by
Google
— 373 —
(Te brens;en op bladz. Bf^p regel ••;
Hoc [1484] et sequenti anno sive sequentibus paratur
monstrantia: ideam fecit M. Alardns, opus Heoricus Borch-
grevius aurifex coloniae.
Int iaer voirs. [1485] syn overcomen die kerckmees-
ters eD. die proisten van onsen L. vrouwen broederschap.
Item alzoe die proesten van onsen L. Vrouwen broe-
derschap met consent vande gemeyne stadt een nyéuw
choor hadden bestaen te maecken, dairaffdat zy gedaecht
waren vanden procureur fiscael royns heere van Luydick
op hoire excessen; want zy sonder consent myns heeren
voirs. die oude kerck gebroken hadden, ende dat zy de
doode ligchaemen opgegraven en. anderswaer geleyt had-
den, hetweick die voirs. proesten hielden, dat zy daer*
aen nyet misdaen en hadden, want zyt met consent van-
de gemeyne stadt gedaen hadden, ende oock mitsdyen
dat zy hoepten dat de fabryckmeesters daer goet bescheydt
aff hadden, dat zy dat alsoo wael souden moghen doen,
ende hebben die voirs. proesten ons kerckmeesters aen-
geroepen, ende van ons begeert onsen oorlof! te willen
suecken, dat wy alsoe gedaen hebben, mer nyet gevon-
den en hebben, ende syn alsoe met malcanderen over-
comen, dat wy onse behoeften te saemen opten cost van^
der fabrycken ende opten cost vander broederschap voirs.
gelyck worven en. vercrygen zouden, hetweick yry alsoe
gedaen hebben ende hebben den zegel ende hrieff vanden
zeghele van Luydick, dyen wy kerckmeesters in onsen han-
den hebben tot behoeff der kercke voirs. ende der broe-
derschappen voirs.; welcken hrieff gegeven heeft lan van
Hoerne elect, geconfirmeert anno 1485, den 28 April.
Digitized
by Google
-^ 374 —
Item gegeven voor die remissie van dat wy en. die
broederschap ons misdraegen mochten hebhen int gheen
dat boven gescreven is voor eenen brieff van consent te
mogen timmeren, breken graven ende die doode ligchae-
meh te verleggen, metten costen van wagen huer ende
teringhe daerop gedaen voor ons kerck ende broederschap
voers., te samen lx Rhyns gulden; maeckt voor die kerck
de helft xxz Rhyns gulden.
Item ick Simon van Gheel ben noch gevaren tot Lo-
ven met meester lan van Helmont, proest, ende Aelbert
van Beerze, die daer oock te doen hadden vander broe«
derschappen wegen, ende heb aldaer my besprooken van-
de penningen den capittel aengaende, die zy de fabrycke
geloeft hebben, om een rescript van Rome te hebben,
ende heb doen gewillich mynheer de abt vao Perck daer
ickt (1) myn rescript op heb doen expediëren , ende opten
abt van sinte Gertruiden ende den proest van Namen Q/üe
eenighen van hem, ende heb doen verteert in xj daghen
met mynen knecht en. wagenhuer xiiij Rhyns gulden.
(Te brengen op blads. 08» regel tS«)
[1488] Syn de steden van Brabant tegen een geweest,
te weten, Brussel en. Loven tegen de stadt van Antwer*
pen en. Mechelen, en. hebben malcanderen seer bedorven.
Aerschot wert gebrant en. oeck veel dorpen; Thiene wert
gewonnen en. gespoelieert. Maer de stadt vanden Bos-
sche sat stille ende haer meyerye, en. onderwonden haer
geene.
(!) Miftschieii scbuili in dit >Toord de fout, waardoor dt sin lijdt.
Digitized
by Google
— 376 —
(Te brengen op bladt. 68 • regel 19.)
Ipso die Severini a^ [1400] xcg heeft meester Aert,
geelgieter van Maestricht, gelevert de nieuwe vonte, die
de kerckmeesters aen hem hadden verdinght te gieten en.
te maken in lanuario lestleden: welcke vunte weeght 1594
poDt, het hondert voor 13 gouwen gulden, 12 vuerysers
voorden gulden: de somme, die de kerckmeesters hem
betaelt hebben voorde vunte met eenen grooten yser ,
gaende door dat dexsel, wegende ontrent 80 pont, en.
het becken, staende inde vunte, van tenne en. loot, we*
gende ontrent 144 pont, beloopt ontrent 437 gulden 7
sts., 10 vuerysers voorden gulden (1).
Festo S. Georgii [1494] wort gewydt onse nieuwe ca-
pelle vande broederschap (agit de B. V. superioris sa-
cello).
In Decembri [1494] syn geset by de commissarissen
vanden Roomschen coninck en. hertoge Philippus tot
sHertogenbossche twee borgemeesteren, te weten, heer
lan Back en. Goesen van Brecht, d'welcke syn oock
ter selver tyt geset raetsluyden vande ambachten, die te
rade sullen comen en. haren raedt houden sonder die
ambachten te vergaderen, en. dat de dekens nyet meer
te radenen sullen comen.
(Te brengen op bladz. ••» regel 9»)
Ontrent dit iaer [1495] off wat te vooren (90, 91,
(1) Dese doopTont, in de grooie St. Jans-kerk, trekt heden nog ieders
oplettendheid.
Digitized
by Google
— 376 —
92 etc. ex libb. M.S. aedituorem). »Wy (kerckmeesters)
hebben ontfaDgeo van Gobeleo aen die kloeken, die hy
ons gegoten heeft: eerst Anna, 5058 pont; Maria, 7231
pont; Lambertus, 3739 pont; summa 16027 (1). Syn
loon van desen, elck hondert tot 38 sts., 300-9-0.^
[1496] Instituta sunt, apud Leodium duo monasteria,
UDum quod est fratrum Observantium (quod Hierasalem
dicitur) alterum Adelphorum qui se fratres D. Hierony-
rai nominant, qui contubernio litterario adulescentes exci-
piunt exceptosque multo disciplinarum genere instructos
parentibus remittunt etc. Quorum felix adventus a Bus-
coducis huc (Trajectum an Leodium? credo Leodium)
prospectus est anno salutis 1496, meose lulio. (Joan-
nes Placentius Trudonensis, Dominicanus Trajecti in ca-
tal. antistitum Leodiensium.)
(Te brengen op blad». VOf regel ifi.)
Anno 1498 syn de borgemeesteren wederomme af ge-
set in Septembri, ende is weder geordineert, dat die de-
kenen vanden ambachten met sekcre condicien van ge-
tal ten rade soude comen.
(Te brengen op bladz. VO» regel tS.)
17 November [1501] waren die susteren van Orthen
sterck 290, pro quibus ratione jurium ecclesiae tenentur
solvere pro quolibet centenario 4 Wilhelmus schilt et
(1) 164)27, lees: 10026.
Digitized
by Google
— 377 —
pro 50 twee Wilhelmus schilt et sic decrescendo ad nu-
merum 13.
(Te brengen op bladx. VS» regel iV»)
[1504] Gonflictus inter Geldros, HoUandos et Braban-
tos. Geldri occupaDt castrum Poroyen et fortificant, ita
ut nullus per Mosam posset navigare, et ita magna dam-
oa in HoUandia agebant.
(Te brengen op bladx. VS» regel tV.)
[1507] Gomes ab Egmont, gubernator HoUandiae, ob-
sidet Poroyen, sed param proficit solvitque obsidionem.
Den zxvij Aprilis [1508], Donderdaechs snachts naer
Paesschen, soe heeft die vrome grae£f van Aenholt (de
Germania missus a rege Romanoram) ten versuecke ende
ten vervolge ende oock Yen coste der stadt sHertogen-
bossche, syn belech gemaect voor Poederoeyen, ende nam
dat inne den 3 luny (in vigilia translationis Martini)
daernae, ende deder een deel hanghen ; . icasteel [werd]
verdestrueert; den capiteyn Sneewint met syn adherenten
wert op raderen geleyt.
(Te brengen op bladx. V4» regel S9«)
Op onser L. Vrouwen Lichtmisse avont [1510] wor-
den de borgers vanden Bosch tot Kossem neder gewor-
pen en. gevangen tot Bommel gebrocht vande Gelder-
schen.
• C. 28.
Digitized
édby Google
378
(Te brengen op bladz. VS» regel SO«]
[1511] Geldorp wort gehrant vaode Gelderschen met
de kerck; veel mcnschen verslaghen.
(Te brengen op bladx. 96» regel SS.)
[1512] Werden die van sHertogenbosch ter neder ge-
togen (caeduntur et capiuntur) vande Gelderscbe voor
die stede van Bommel. [Ook] quamen die Gelderschen
inde meyerye en. branden 3 daghen lanck veel schoone
dorpen ontrent Geldorp en. de Peel; [ook] wert Qrthen
vande Gelderscbai affgebrant. Geldri obsident Hokelom
non capiunt.
(Te brengen op bladi. 81 » regel SS»)
In dit iaer [1517], den 19*" Martii, is ten Bosch in-
de kercke van sint lan, ende voorts in alle kercken bin-
nen deser stadt, geleedt cessie, en. dat ter cansse dat de
heeren vander stadt en, den meesten boop vandie deekens
vande ambachten en. de ses mannen met violencie heb-
ben genomen een wagen wyns, den heeren van t'cappil-
tel toebehoorende, staende opt Hinthaii^er eynde, ende
metter groender royen hebben doen voeren aender merct
inden kelder van Agnes Drossen, inden swarten Reyer,
om daer van haren aocyns te willen hebben, daeromme
die heeren vanden cappittel haer dachten hebben gedaen
aenden bisschop van Ludiek: is alsoe dat cesse gestelt
in deser stadt, diierende vanden dach voers. totten wit-
Digitized
by Google
— 379 —
ten Donderdach avont toe, maer men en commuiiiceerdeD
niet voor Paschen avondt. Pro prima vice.
(Te brengen op bladx. 85» regel ••)
[1520] Is begonnen te timmeren die capel van sinte
Anna by de Gevangen poort, en. was soo couwen Meie
als yemant heeft geleeft van hagel en. sneeuwe.
(Te brengen op bladt. 88» regel !••}
In April [1522] hebben de Geldersche verbrant Or-
then by den Bosch ende den oorloge duerden tot den
4*" dach luny.
Int selve iaer wert tot Heusden bestant van een iaer
lanck gemaeckt.
(Te brengen op bladx. 89» regel tS.)
[1524] De Geldersche branden inde meyerye vanden
Bosch en. naemen eenen grooten rooff, verdinghen [veel
dorpen] en. [namen er] veel gevangen. Gorts daer na
quamen die vanden Bossche met grooter macht inden
Bommelsche waert en. deden diergelycke van roven en.
branden.
(Te brengen op blads. 919 regel tV.)
A^ 1525. Den 19*^ luny syn by een vergadert mde
Predicaer beempt allen die ainbacbten met hare knech*
Digitized
by Google
— 380 —
tcD ende liebbeu bed^^ongen alle borgeren ende ledegan-
gers by haei* te coiuen, ende hebben by haer ontboden
de heeren vande stadt en. allen de cloosteren van man-
nen ende vrouwen, de oversten daer af, ende daer de
gemejTite moeten geloven, met haerluyden te contribue-
ren gelyck weerlycke personen. Soo was den prior van-
de Cathuysers en. Baseldonck, Predikaren en. Kauwater,
de welcke ractter gemeynle by een gesloten en. geloven-
de malcan deren eendrachtelyck , dat sy op de .merckt
soude vergaderen in haer harnas ende elck met syn ge-
weer, treckende de clocke opt raethuys ende haelden de
vaen uyt sinte Claes, makende soo eenen rinck aende
put opte merckt, comendc alsoo inde nacht, tusschen 12
en. 1 uren, met haer geweere, ende hebben met groote
fortse op geslagen de Prekaer poorte, met eender meu-
len karre, inde strael stacnde, met grooter macht voor
het clooster, opgelopen allet convent, sonder de kercke,
ende hebben daer veel fortse ende violenlie bedreven.
Ende smorgens ontrent 4 ueren syn sy totten Cathu-
seren gecomen, roaer daer en hebben sy geen quaet ge-
daen , want sy« hen al tot haren wille waren , en. syn
met mionen met heurlieden veraccordeert. Ende ontrent
8 ueren syn ontrent x oft xij° naeckte boeven, quade
bloode boeren, gegaen opde Baseldonck ende hebben de
poorte opgeslagen ende de wyn kelderen; voorts bedre-
ven sy groote fortse ende violentie.
(Te brengen op blads. 9ét regel lO.]
In lulio [1525] is gelegen heer Floryn van Ysselsleyn,
gravc van Bueren, stadthouder vanden keyser, lot Vucht
Digitized
by Google
— 381 —
met luyn heer den audiencier met meer ander heeren
vandea bove, met hem hebbende peerde volck ende voet
\olck, inden naem des keysers eo, vrouw Margriet, om
te arresteren alle poirters goeden, comende van Antwer-
pen, en. andere goedens, de borgers toebehoorende, te
beschryven ende te confisqueren. Dus syn de gemeynte
seer ontstelt geweest ende hebben grooten monipolien ge-
maeckt by dage ende hy nachte, dat seer sorgelyck was,
want sy de poorten toe hielden , nemende de sleutels
vander stadt, noch en vraechden naec die heeren niet,
maer geboden die heeren by beur te comen alst haer ge-
liefden, dwingende eenen yegelycken by haer te comen
met haer geweer, op haer lyf en. goet, noch daer en
mocht niemant uyt de stadt ; maer syn al haer goeden
gearresteert in Zeelant, Ilollandt en. in ander landen,
die vanden Bosch toecomende, ende oock tot Antwer-
pen, AIsoo is vrouw Mai-griet tot Heusden comen lig-
gen, ende dat om sekere excessen, die de ambachten
gedaen hadden: want hare dekens te hove beschreven
waren, die sy niet en wouden laten trecken oft comen,
ende meer ander delicten, die sy der stadt op leyde. Dus
syn de heeren vande stadt lot Vucht gereyst, met som-
mige dekenen [en] secretarissen, en. oeck lot Heusden in
verscheyden tyde, om aldaer den peys te maken lusscheu
myn genadige vrouwe ende de gemeynte, d'vvelck eenen
grooten penninck gecosl* heeft, ende met ootmoedt, met
barnende tortsen vergifTenisse biddende myn vrouwe, in-
den naem des keysers, onsen hecre.
In desen iaere doen branden die Geldersche tot Hint-
ham die molens vanden Bossche.
Digitized by V3OOQ IC
— 382 —
(Te brengen op bUds. tINIy regel e.)
Hic annus [1531] fuit uberrimus fructuumy quia etsi
ex terra orientali huc non vehebatur frumentum propter
bella istius partis, tarnen ex parte occidentali et meridi-
onali satis apportabatur.
(Te brengen op bladi. SSO» regel t#«)
In dit iaer [1533] staken die Beckelingen ende die
Goptjdingen tegen een opten Wintmeulen bercb , den
eersten Sondacb inde vasten, daer een doodt bleef van-
den Beckelingen, lan de Bye genaempt.
(Te brengen op blads. fit» regel SO.)
In dit selve iaer [1537] op Cathedra Petri soe brack
den dyck tot Almkercke in d'lant van Altena, en. dat
lant leet groote schade.
(Te brengen op blads. iiSy regel 9«)
Oock [moest men afkappen al de] ejcken, eisen en.
bosschen rondsomme de stadt en. dat men tot geene ty-
de soo verre soude mogen pooten; oock alle de buysen
staende rondomme de mueren aen de stadt mostmen af-
breken binnen 8 daghen en. blyven 16 hamer voeten
vande stadt mueren, op pene [van] 300 gulden, omdat
de coninck van Vranckryck syn nieuwe alliancie hadde
Digkized by L3OOQ IC
— 383 —
gcmaeckt met [den] herlogh van Cleve en. Karel van
Geldre, en. hadden vergadert een groote menichte van
peert en. te voet, en. sonden 3 capiteynen, Merten van
Rossum, den heer van Wel en. een Frans heer, en. wae-
ren tot £rp en. branden sint Oedenroy, 20 luly 1542.
en. trocken soo voort na Oorschot en, brachten Ooster-
v^ryck en. alle de dorpen in ranson, en. quamen tot Hoeg-
straeten opt slot met gewelde, en. quamen voorts om-
trent Antwerpen. Lubbert trock metten ruyteren te peer-
de; den benden en. vaentkens van voetknechten waren
tsamen van Marten van Rossem neergeworpen, geslaghen
CD. gevanghen alsoo sy wt Breda komen waren, dus ghinch
Marten met zyn leger voor Antwerpen en. brande de mo»
lens en. dorpen; doen na Duffel, Loven en. eyschte de
stadt op, en. int tracteren schoten de klerckcn met de
borgers in de Geldersche soo seere, dat sy vertrocken
tot dat sy (piamen in Vranckryck.
(Te brengen op bladi. tSty regel 98.)
In dit iaer [1542], voir sintc Marie Magdalenen dach,
branden Marten van Rossem S'. Oyenrhode aff inde meye-
rye van sHertogenbossche (1).
In dit iaer [1543] wert Endoven gewonnen van Mar-
ten van Rossem en. geplondert nae vuytwysen des cro-
nycx:
VImGItUr bIndoVIa tIMIdTs ConfIsa CoLonIs
gbLdbr habet PRAEDA8 VIxClTlJa bIkooYJa (2).
(l) Dit berigt is in het handscbrifl Terkeerdelijk op het jaar 1544
en de plundering van Eindhoven op 1548 gebrajjl. (2) Eindovia, er
staat beide de reizen: Kndovin.
Digitized
by Google
— 384
(Te brengen op bladi. fSty regel tV.)
Op sinte Pontiaens avoDt [1552] was die groote over-
vloei io Hellant, Zeelant en. in Beverlant, by Bergen-op-
Zoom en. dat lant van Altena, viraer van groote schaede
aff gescliiede. Chronicum is dese:
aLst Watu Wa« oVbkYLobdIGb
DOBif Was tYoLGh oYbb aL ootMobdICi.
Submersio terrae Altenae in vigilia Pontiani his verbis
designatur:
bCCb doMInb fbCCata rostba CIto dbLb.
Item:
Laet on» van dach voor sinte Pontiaen becIagheD
Vanden grooten wint, water, blixeni en. donderslaegen.
(Te brengen op bladi. 184, regel S8«)
In dit iaer [1554] wast zoo herden winter, datmen
te voet ginck over zee van Hedenblick tot Staveren in
Vrieslant.
In dit iaer brande Eyndhoven aff met het choor van-
de kercke en. daer branden meer over 150 huyssen.
In dit iaer branden oock de stadt van Rurmond met
den Cathuyssers clooster.
Dit selve iaer >vas een nat iaer.
Digitized
by Google
— 385 —
(Te brengen op bladz. tSG, regel tS*)
Op halff vasten [1556 kostte] een mudde rogghe xiiij
gulden V st.
(Te brengen op bladi. f 48» regel V.)
Op sint Longinus avont [1559] was een groot tem-
peest ontrent Gorcum en. Dort en. Worcum opde Maes
en. Wael, soo dat benaets alle de dycken door braec-
ken en. waren in peryckel van te verdrincken.
In dit iaer regneerde zeer tot Weert de Lutherye, om
2 Luthersche predicanten, die zy daer hadden, te we-
ten, heer Lenaert van Othern, pastoir zynde, en. heer
Frans Pelsers, cappellaen.
(Te brengen op bladx. 9VO» regel SO«)
[1566] Cum per Belgium passim iconoclastae in vene-
randas S.S. imagines desaevirent, Busciducis accidit quos-
dam D. Antonii imaginem gladüs ascia et bipennibus in
frusta concidere, ut incendio via publica abolerent. Ve-
rum quid accidit? Non impune tuentur impii: e vesti*
gio uterque illa peste (quam D. Antonii jam olim appel-
lamus, quandoquidem depellendae ejus, apud Deum pii
experti sint saepe pationum (1)), concipiuntur, totoque
utriusque corpore instar granorum piperis ille ignis ebul-
lit. Domum sese recipiunt infelices, quorum plaga socii
(1) In het handschrifl staat: ([uam quod UU depellendae sint.
Digitized
by Google
- 386 —
deterriti rogum dcseruot trepidi. Tam atroci atque voraci
coDSumebautur miseri per totum corpus incendio, ut pos-
tridie impiam efflariut animani et funcsta reliquerint ca-
davera variorum colorum stigmatibus, caeruleis, prasinis,
atris insigoita. Istud tum in tota vicinia ootum, ut plu-
rimos hujus rei non solum audivimus concorditer histo-
riam ad vivum depingentes, additis etiam tam sacrilego-
rum quam familiarium nominibus, sed publice etiam vi-
derimus notarii fide non indigni nee obscuri testimonium.
Ex Bredenb. L 3. c. 29 (1).
(Te brengen op bladx. SSO» 'egd iS.)
[1578] Silvae-Ducis Brabantiac contigit (sicuti a viro
admodum fide digno, qui id temporis Silvae-Ducis fuit,
accepimus) ut quidam novorum dogmatum praeco in ec-
clesia paroeciali D. Petri apostob' coucionaretur , qui cum
inter caetera elevationem S.S. encharistiae miris cacbin-
nis et contumeliis exagitaret, aliasque catholicae eccle-
siae caerimonias effrens verborum pelulantia proscinderet,
mox in ipso suggestu inter ipsa profanae sermocinationis
ludibria divinitus morbo corripitur animamque non multo
post exbalat et clam a suis sepelitur.
Ex Bredenb. 1. 8. c. 61.
(Te brengen op bladz. SSO9 regel S«)
Vant opsniyten der poorte van Vucht door lan Bax,
(1) Denkelijk een cdttreksel uit TiLHA^m BBCDiifBACin! CollaUones sa-
crae, mij uit Foppens, Bibliotfieca L'elgica, en Wichiahs, Brahaptia
Af ariana, pag. 362, slechts bekend.
Digitized
by Google
— •387 —
casteleyn van Heusden. Rejecü ab Henrico Coolen, centu-
rione et civibus. Hostes carris et tormeotis se munierant.
(Te brengen op bladz. SS5» regel i6«]
Pastor N. [Breuckelaer] probus, antiqua fidei vir, ob
reprehensos Calvinistas exulatum mittitur. Mox revoca-
tur a 3 inembris.
(Te brengen op bladz. 838» regel ff.)
1 July [1579] ingens periculum, et ejecti beretici:
De CoDsistorianlen , een Toick sonder genade ^
En. Schermers met roers geladen, loepen in vollen rade,
£o. roepen met feilen moet: »Ghy hloethonL van quaden sade,
Heden smoort gy in tk bloet."
üt cogerent ad promulgandam unionem ültrajecten-
sem. Fidi re intellecta in curiam properant, liegant per*
missuros etsi suspendium immiDeret. Quibus quidam hae-
reticos: cogemiDi, inquit, antequam sciatis. Alius in re-
gem coDtumeliosus: Tollamus Papistas ut eorum opibus
fruamur. Hodie sacrificulorum auribus pilea uostra or-
naKïmus. Auditur sclopus, iocertum uude. Couclaroa-
tur ad arma. Galviniani quasdam domos invadunt. Muiti
caeduntur ex populo. Datur pax Galvinistis petentibus
sed dolose; centurio van Hedel (an Yladeracken ? ) cum
suis nonnnllis secundum proelium redintegrat. Eum su-
perat Joannes vanden Donck paratum veniam poscenti.
Factiosi dicuntur fuisse Theodericus Arnoldi praeses, Hoorn
Digitized
by Google
388 —
man (quis hic?), Prouninx, [in] den Rog, (1)
den goudtsmit, Piet Luyten, lan Timmers, Leyten, Cleer-
haghen. Fugiunt, deserunt occupata templa.
(Te brengen op bladx. SSSy regel SO.)
14 Aug. [1579] is een instructie ter ordonnantie der
3 leden wtgegaen (ondertekent: Collens), waer na de
gegagieerde schutten, hier aen genomen, hen souden moe-
ten reguleeren. Est apud Moysis. Summa est quod in
omnibus subfuit senatui et urbi (2).
Jte^oftdie vande drie leedefi^ der sladt van
s* Hertogenbossche op die aengebadeti vrede
tot Coelen gesloten, overgesonden aen die
gedeputeerde vande generaele staten tol Ant-
werpen.
»Opten XXV " dach der maent van Augusto a°. xv*"
Ixxix, de heeren schepenen, gesworen en. raetsmanuen,
representerende die twee eerste leden der stadt van s'Her-
togenbossche, vergadert synde omme te opineren en. ad-
viseren op die middelen en. articule vanden peys tus-
schen syne Catholycke maiesleyt ende de lande van her-
waerts over, geraemt en. geconcipieert tot edele [?] by-
de commissarissen vande keyserlycke raaiesteyt. Alsoo die
selfde articule by de hoocheyt vande aertshertoghe Mat-
(1) Hier is de ▼oornaam weggelaten , denkelijk Eraamus ds goudsmit
of van Bouwelingen, waarvan lie bladx. 330. (2) In een register ten
archicve der stad {^Proposiiien vande Staten, fol. 070) komt eenc publi-
catie Tttii de stedelijke regering Toor, d.d. 30 Octobcr 1579, wegens de
vier schutterijen.
Digitized
by Google
— 389 —
thias by behoorlycke brieven gecoiamuiiiceert syn geweest
de generale staten vergadert tot Antwerpen, oin daer op
hun advys ende intentie te hebben, soo het selve alle
en. eenen eygelycke int generael en. particulier in son-
de*heyt was rakende, versoeckende daeromme de voors.
syne hoocheyt wel ernstelycke, dat die voors. gedepu-
teerde vande voors. staten te alder geringste en. metten
eersten dat oiogelyck waer, op alles wel wilde letten en.
adviseeren en. die voors. syne hoocheyt hare resolutie
overschicken sonder eenich delay oft uytstel, gemerct daer
af waer dependeerende het eeuwich welvaren, rust en.
tranquiliteyt van al de landen, gelyck als het selve naer-
der is blyckende byde voors. brieven van synder hooc-
heyt geschreven t' Antwerpen den xj"" dach deser inaent.
»Ende dat daer naer de voors. gedeputeerde vande
generale staten die copye vande brieven van syn hooc-
heyt met de copye vande articulen vanden peys, brie-
ven en. andere stucken daer by gevoecht, gecomen we*
sende vande gedeputeerde van Goelen, om te tracteeren
de peys tusschen den coninck ende dese landen met de
hertoge van Terra . Nova , doer intercessie van ceurvorste
en. andere gedeputeerde vande keyserlycke raaiesteyt, ge-
sonden hadde aende drye staten des lants en. hertoch-
doms van Brabant, omme deselve brieven met de voors
stucken te oversien en. rypelyck te examineeren ende de
voors. gedeputeerde vande generale staten op alles over-
senden hun advys, raede ende goedt-duncken , op dat een
soo gewichtigen sake, die eenen yegelycken raeckt, met
eendrachtige resolutie getermineert mochte worden, ge-
lyckmen tot die eere Godts, profyt, welvaren ende pros-
perileyt van dese landen bevinde soude meest te behoo-
ren, versueckende daeromme ende seer hertelyck begee-
Digitized
by Google
— 390 —
reude dat de voors. staten van Brabant believe de voors.
gedeputeerde vande generale staten in alder neerstichejt
hun advys en. goetduncken over te seynden, op dat liet
geene dat die conservatie vande lande, onse goeden, buys*
vrouwen en. kinderen aencleeft, by gebreck van dien niet
vercort en blyve, naerder blyckende by henne missive
insgelyckx van dato voors. den xj*'' deser maent
ȣnde dat voorts de voors. brieven met alle de voors.
stucken by copye vandie vande voors. staten van Bra-
bant tot Antwerpen vergadert, gesonden syn geweest aen
schepenen ende raedt deser stadt yan sHertogenbossche,
omme by de selve in een sake van soo grooten gewicht
geadviseert en. gedaen te worden, volgende die voors.
brieven van synder hoocheyt en. staten generael soo be-
horen soude, blyckende oock by de missive in dato den
xiiij*" der selver maent.
»Daer-en-boven alsoo onlanx van te vooren die voors.
heeren commissarisaen vande keyserlycke maiesteyt by
hunne brieven, gedateert den v^*" deeser, uyt Coelen (daer
beneffens ende mede oock gecomen synde sekere brieven
vanden hertoge van Terra Nova vanden xiij*" der sel-
ver, genoch van gelyck effect) dien vande voors. stadt
van s^Hertogenbossche ernstelyck vermaent hadde (gelyck
men verstaet dat sy aen andere particuliere provintien
en. sleden insgelyx gedaen hebbeu) onmie met suicken
sorge en. diligentie als een sake van soo groote gewichie
en. die salicbeyt vande vaderlande vereyscht, dese han*
delinge ende negotiatie te overwegen ende eensamelycke
te bedencken, dat het tegenwoordige oorloge, 't sy dat
het selve langer vertrockcn worde ofte naer corte gewelt
geëynt, te leste dese provincie in snicken noodt lichte-
lycke soude connen gebrengen, dat die selve tot vcele
Digitized
by Google
-- 391 —
swaerdcre peys, ak nu gepreseoteert wordt, bedwongen
sonde worden, ende dat wy luyden soo veele te meer
by de gedeputeerde tande staten, lot Antwerpen verga-
dert, met alle behoorlycke dexteriteyt dese sake wilde
beneerstigen en. voorderen, op dat metten eersten opte
middelen bun overgesonden totten peys, salicheyt ende
roste van onsse yaderlant behoorlyck antwoort, ende onse
gesanten aldaer tot Coelen wesende, volcomen last ende
commissie overgesonden worde, op dat alsoo door de hul-
pe des almogenden Godts, de peys ons ende onsse vader-
lande wederomme gegeven ende den dóOtlycke ende el-
lendige oorlocfas brant uyt geblust mocbte worden, nocH
dat wy van dier propoost door opinie van eenige wan-
trouwen (soo verre daer eenige by sommige onse salic-
heyt ende welvaren luttel favoriseerende, ons wys ge-
maeckt worden) ons niet en souden laten afbrengen, soo
sy den Catholycken coninx sin ende meninge niet alleen-
lyck tot de peys te maken, maer oock te houden ende
continueeren, soo geheelycke geaffectiooneert kennen, dat
sy niet en twyffelen , bysondere de kcyserlycke authori-
teyt daer inne intercedeerende, oft de selve soude soo
connen bevesticht worden, dattei' namaels geen peryckel
met alle, ons int gemeyn en. een yegelyck int bysonder,
tot egeene tyde te vreesen ofte te verwachten en soude
wesen.
))Soo ist, dat die voors. heeren vande twee eerste lee-
den, voldoeode de beveelen van syne hoocheyt ende de
versoecke van die voors. staten en. exhortatie en. ver-
maningen vande voors. heeren de keyserlycke commissa-
rissen, ende mede rypelycke geledt hebben op de vaste
geloften ende toeseggen by de' voors. hertoge van Terra
Nova, in conformiteyt van het schryven der voors. key-
Digitized
by Google
— 392 —
serlycke commissarissen, by syne voors. brieven van we-
gen syne conincklycke maiesteyt gedaen (achtervolgende
t'bevel en. vermogen hun daer toe expresselycke by syne
voors. maiesteyt verleent), dat alle t'geene wat no ter
tyt in dese vrede handel ons sal worden belooft, verac*
cordeert ende besworen, voort aen ten eeuwigen dagen
gantsch onve*brekelyck in alle syne poyncten, egeen uyt-
gesondert,.sal worden gehouden ende achtervolcht, pre-
senteerende het selve van wegen syne maieste}^ te ver-
sekeren, niet alleenlyck aen die generaliteyt der gemeyne
landen, maer odbk eene yegelyck int particulier, soo verre
die sullen begeeren haer te vereenigen met syne maiesteyt,
henne gesworen ende nataerlycken prince ende dese vrede
handel sullen bereet wesen aen te nemen.
»Ende bevindende die voors. heeren, dat by de tegen-
woordige pacificatie geoctroyeert, vergunne en. to^ela«
ten wordt allent gene daeromme dat het oorloge van
wegen dese gemeyne landen aengegrepen ende gevoert is
geweest.
»Ende dat de selve peys het middel wesen mach, om
verlost te mogen worden uyt de lanckdurige beswaer^
nisse, concessie, uytteringe, schade, bederffenisse, allen-
dicheden ende verloopinge van alle saken , de welcke
by de oorloge hoe langer hoe meer veroorsaeckt wor^
den, en.' bysonder inden lande van Brabant.
»)£nde aenmerckende dat alle de overcomene afflictie,
schattinge, contributie, extorsie en. verarm\nge der voors.
landen genoech in suicken staet geredigeert ende gebrocht
hebben, dattet onmogelyck wai*e soo groote geweldige
oorloge ie uyterste toe te continueren by de arme gede-
soleerde ingesetenen des voors. lants van Brabant.
))Hebbe alsoo de selve heeren vande twee eerste leedc
Digitized
by Google
— 393 —
verclaert ende verclare voor hunne opinie, advys en.
goetduncLen de aengeboden peys te syn goddelyck, re«
delyck ende wel bilHche, ende streckende tot de eere
Godts, schuldige dienst vanden coninck, profyt, v^el-
vaert ende prosperiteyt van dese landen, ende datmen
de selve bier ende (onder correctie) over al met behoor-
lycke danckbaerheyt sal hebben te accepteeren ende ont-
fangen, onder stercke, vaste ende genoechsame assuran-
tie en. versekertheyt, van dal by in alle syne poyncten
absolutelycke sal worden gehouden ende acbtervolcht,
volgende de leste articule vande poincte der voors. pa-
cificatien,
»)Opten xiiix*'' dach der maent August i int iaer xv"*
Ixxix, die deeckens vanden ambachte der stadt van s'Her-
togen-bossche, representeerende het derde lidt der sel-
ver stadt, hebbe hen metten opinie ende advys vande
voors. twee eerste leeden int geene des voors. is, een-
drachtelyck geconformeert/' Ende tooê anderUeekefU :
»l Dohgk;'
(Tc brengen op bladt. i40, regel S.]
3 July [1582]. Dominus Helmont fuerat in Ylymen,
ut caederet haereticos. Teniunt haeretici ad portam S.
Joamiis ut intercipiant. Spargitur Helmontium ivisse ut
introduceret praesidium Hautepennii. Omnia irrita.
(Te brengen op blads. f 416» regel iO*)
Dit iaer is den schadelycken biant geschiet op sint
lacops dach savonts van elf. uren tot twee uren toe, we-
C. 26.
Digitized
by Google
-^ 394 —
sende inidderDacbt tusschen den 26*' ende 26*' luly a**.
1584, ende is in soo corten tyt seer afgrysselycken door
een groot onweder tas blixem ende donder afgebrant de
kercke van sint lans totten steen «wercke toe, met oock
beyde die omgangen off ulaenen rande Toors. kercke,
ende dè cappe vanden clocken toren, met allen het hout*
werck, datter in getimmert was, ende daer inne versmol-
ten thien, soo groote en. cleyne, schocme clocken, die-
men luyden, ende een groote, schoon clock, daermen
mede clepten ende de heel ure op sloege, ende alnock
19 cleyn clocken, daer den voor-slach vandé heel ende
half ure op speelden, ende het schoon uer* werck was
satnea bedorven ende gecroockt uyter een gevallen. Oock
isser noch mede vorbrant een schoon, heerlycR, verheven
orgelen, staende achter inde kercke aenden clock «toom
gemaeckt. Oock synder mede afgebrant sommige schoone
antaren» staende aende pilaemen voor den hoogen choor,
niet oock het schoon oxael saemen te stucken gebrant,
met een cleyn, schoon orgelen daer op staende, ende een
schoon, verheven cmcifix daer op staende, hangende bo-
ven aen den boge oft wulfsel. Ende is desen helschen
brant eerstmael aengegaen aenden grooten toren, die dier
tyt stont op de vier pilemen voorden hoogen choor, die
seer . magnificq van boute opgetimmert was. Ende daer
en was niet meer blyven staen yande gantsche, geheele
voors. kercke dan vyff choirkens achter den hoogen choir
off autaer ende de sacristye off gerrucamer.
(Te brensen op blads. i4tt» regel %t.)
19 January [1585] Hohenlone door de Lange Straet
Digitized
by Google
— 395 —
neemt in 2 wachtlinysen. Joannes Gemert lignarius per
speciem lignandi saepe egressos, proditionis auctor. Du*
cit Gloot ad custodem cancellorum , aitque esse militem
Hautepennii. Angli, Scoti» Galli, Germani 2000 ingressi,
qnin (1). Quidam centurio ad portam crucis clamatyOmnes
mnctandos, nulli parcant etc. Duo vexilla ad portam
S. Joannis ierant, 13 ad prata crucigerorum. Clootius cum
suis ad praedam descendit, visis praedantibus. Een lieu-
tenant van S. Grbtophels gilde praeit, eique poeta post
Deum tribuit omnia. Adest Hautepennius etsi^aeger. Su-
bito dominus Hebnont languens equo vebitur. Ex civibus
circiter 50 cadunt, ex boste duabus horis 300. . Trucb-
ses (1). Tuba excubitor victoriam canit. Quidam insti-
tor Gertrudo-Bergensis sequutus ad emendam praedam sus«
penditur in foro. Wertbout (1). De Bosscbe messeben
snyden al te wel.
Annonae caritas in Decembri.
(t) Hier schqnt de aanteekenaar nog iets te hebben willen bijroegen.
Digitized by
Google
Digitized
by Google
HI8T0RIA RIRDM S1LV4EIIDGI8
A BIS IV nms 0CT0BU8 auri hmlxxvu usque ad duh
xxvn psm Airni mmjkxzi gestakur.
Aocroftt
MaClstr* ■ETMANlie TSICHT
/. D. Lieentiaêo ac venerabilis Curiae ecclesiastkae
BuseoducmsU Advocato fiscali.
Digitized
by Google
M ■;-....
Digitized
by Google
HlSmii MHDI SIIVABDIICIS
GESTARUM.
CAPUT p&unm.
Anno a nativitate Domini millesimo quuDgentesimo sep-
tuagesimo septimo, mensis Octobris die qnarta, post re-
cessum scilicet praesidii militaris regii, factum vigesima
prima praecedoitis mensis Septembris, primum omnium
vigilias celebrare coepit scbola digladiatoria, vulgo nnn-
cupata: JuveniU Peetuê: teatonice: die Sehermêehoel:
vel: dié jtmgh0 Baret: ceu: die jongha Boret vande
Sehermsehoelf sen potins, SckelnuehtmL Quae siquidem
novella schda ereiit novum quoddam vexillum, vexa-
tionem scilicet terrorenique Papistarum, cujus oeaturio
sive dox seu capitanins, ut vocant, fnit quidam nomir
natus Sjrmon Bacx in poptna penarioque satis terribilis,
cnnas olens, homo imberbis et plane imbellis, egregius
popino, teutonice: Cuereken ruyter. De vezillifero pos*
tea dicam. Sob hoc centurione et vexillo militanint ut
pfauimnm juvenes, fere imberbes, unde et nomen scu no-
Digitized
by Google
— 400 —
meDclaturam Iraxerunt et usnrparont Juvenile pecius ^
eadem ferocitate cum centurione suo terribiles; etiam pro-
bissimi: omnes fere sclopetarii seu Bombardarii. Yeriim
ob pessimas -raacbinatioDes impiorum paullatim deficien-
tibus bonis et Gatholicis fucum olfacieDtibus. Remansit
tandem non nisi improba faex colluviesque hominum ca-
pitalium olim proscriptonun, vigore antem pacificatioDis
reversorum, uti inferius suo tempore et loco siogula de-
clarabimus. Illud autem nomen sive nomenclatnram: Ju-
venile Pectus: sibi usurpabat et vindicabat a Gueseis
militantibus sub impio illo Abimelech, de quo postea
dicemus, qui vulgo appellabantur : Peetaralütae: teu-
tonice: de Borst. In dicto vexillo tumultuario, quod
erat insolitae novitatis, depicta erant yaria schemata et
notae versicolores. Arcbitectus vexilli bujus fuit impios
ilie Abimelecb, vulpes astuta, quae vulpes sibi numquam
foveam propriam faciens, catholic<^um seu Papistarum
foveam seu nidum dolose studet occupare.
Die vero decima quarta ejusdem mensis Septembris
denuo erectum ftiit in excubiis antiquum vexillum, de
quo mox diximus, mutatum tarnen novis schematibns,
novellis formis ac figuris, mutatum, inquam, noTis fac-
tionibus et adintentionibuB. Nam in medio Texilio de-
pictum fuit signum fidelitatis, per modum btnae manus,
invicem complectentis , teutonice: een trau. In initio
dve exordio iüter crucem Bnrgundiae juxta palum seu
stipitem fuit depicta imago sancti Michaelis archaogeli
armati, habentis in manu dextera strictum gladium, in
sinistra clypeum, et sub pedibus diabolum. £cce! res
raysterio non caret. Inferius vero in stigmate albo di-
recto exarata seu depicta fuerunt sequeutia baec verba.
Digitized
by Google
majusculis literis deaaratis: Pro arts ei foeiê. ïixposi-
üooein lanti mysterii modo retineo; nisi qnod per sanc-
tuin Michaelem denotabaDt, ipsum Abimelech, impium
apostatam, bipedem nequissiinum, omDibas notam. Est
namque Divos ipsè Micbael civitatis Braxellensis patro-
Bos, ubi AbimelecH ii|te in patrooum receptus fuit, Ruar-
dum êi Gubemaioruni Pairiae. Per diabolum vero
significabant militem regium, praesertim Hispaaum, qnem
8ibi persoadebant per Divum Michaelem stratam iri.
Postea in initio mensis Novembris dejectum fnit per
aliquos ex schola digladiatoria semipendnlos, in ipsa vi-
gilta patibulom, signom jusdtiae, timor metnsque erro>
nvm, in planitie fori puUici jampridem erectum.
Die vero decima sexta apparuit et visns fuit cometa:
cnjns apparitio aspectnsqne fuit borribilift atque terribilis,
praesagiens flagellnm Dei: fuit autem stella haec, multis
temporibns vespertinis continuo apparens, caudata, radios
emiltens densos atque prolixos instar rami seu scopae,
qua pavimentnm Territur. De hoc cometa multa moiti
sagiarii conjiciebant. Mea autem opinio erat, illum esse
Dunemm plagaer calamitatisque futurae, esse, inquam, prae*
aagium cruenti belli, insolitae siocitatis, pestilentiae mor-
taiitatisqne immensae, futurae famis annonaeque caritatis,
et denique variae haeresis et schismatis imminentis. Nam
sicut cometa iste candam habebat longam lateque dis-
persam ncm quidera subito sed paulatim evanescentem
disparentemque: quemadmodum etiam cometa lucem nul-
lam sive claritatem in se habebat, sed in ortu occasu-
que suo obscurus erat ac tenebrosus: ita et haeresis sive
haeretici undique diffusi longe lateque in hac Belgica
Digitized
by Google
— 402- —
noeira dispersï, pauUtim iüstar caudae praedicUe eva-
Descent disparebiimque.
Yigesmia aeita NovemlMris multi ex dicta ichola di-
gladiatoria» booos ac CathoUcos ezcipio, miram fai$tio-
samque et scdidosam tragoediam excitarunl omnibns sa-
tk notam quam silentio hïc praeiereaodam censeo. Qiiae-
cmnque autem tune temporis et postmodam facta im-
probe fueniDt, omnia funesto consili^ trium vel qnatuor
impioram Architofel et Aman gesta fuenint: nempe The-
oderici Amoldi juDioris, magistri Henrici inden Horen,
alias ingelei, Everardi Hoez, Nicolai de Leenw et non-
nnUoniDt alionim complicium infia nominandonun, qoi
angnstiam pressuramqne et ruinam dvitatis quaerebaot
affectabantque, toti, iostar appendicis, ex consilio frao-
dolento et nutu ipsius Ahimelecb pendeiites.
A2U0 autem a nativitate Domini millesimo quingente-
simo septnagesimo octavo mensis Martii die prima fuit
perpetratum per quosdam de schola digladiatoria, ex in-
stigatione tarnen ipsorum Architofel et Aman» quoddam
borrendum temerarium et abominabile facinus, quippe
qni incendio vastarunt mooasterium Cartbusianomm» in
pago Yuchtensi fimdauun et situatum, falso tames ru-
more prodromo seu praecursore adrentus hostQis aliquan-
tisper per eos praemisso ac divulgfito, vit aaltem vel ali*
quam excusationem iacendü fiiluri praetexerent, necDon
amplins universum clerum civitfite Buscodncensi expeUfr-
rent, dummodo juiameiitum prins a clero saepius exae-
turn et recusatnm praestare nollet» pront denuo tune a
dicto clero per eos exactum fuit.
Digitized
by Google
— 403 —
Nona die Muüi venit in civilateiu Buaooducensem
ipse oomies tlollac (sacci replendi gralia) homo plane ex*
trtoeHs» siccns ac avidusy petens et soUicitaos, ezhibitis
eliam fabo folMrkatia litteris, necnoa modis onmilmiy ac
TeUs eqw«)iiie, nt aiimt, «i^ns importmie, premensqoo
oivitatem ad itcipieDdnm militem praesidiarinm, sponsmn
Penelopes nudum ac totmn deplumatum. Qai ilieo el
multoa haboit fiintores pracsertim dictns Architofellistas
et AmanMBtas, Theodericam Anoldi jmüorem, Henricimi
iodeD Hot«D, alias Angeleum, Nicolanm de Leeuw et
miütoe ex dicta schok digladiatoria solliciUoites clanciH
laman introiiam dicti pfaesidii. Yemin Gatholici cives
toto peetore restiterttut, nno ore clamaTenmt respondcti*
tes: se noUe utta ratione militem aliqnem cztennmi ad»
mittere; seqne paratos ette solos vita et sangmne, Deo
auxiliante, civitatem rq^iae majestati, suo natmvli prin-
cipi sQpremo, cnstodire; qao audito respooso recessit Hol-
lae ipse die doodecima ejnsdem mensis. fano ut semel
emoia dicaaa ; capita isla factionnm non cessant, dieque
aocteqne' mmi tempore soüioitare introductioiiem militap
rif praeudii, fMm tarnen regii ideoqne snspedi, quo jure
qnaqiie iojtonria; sed tria membra ciyilatis non desimmt
vicissün HMo peetore et. conamine hnpüs eomm conati*
bos Gootraife, omnibuMiiie viribns obviam ire.
Tristiealamo, iacrymante atramento, commemorare haod
desmam mnkam triste spectacnlmn et flebile necnon fla*
gitrasum faeiMB, vemaccde proprie: em boevmêtuky pes*
skni exempli» perpetratnm die qtnnta Aptilis, a qnibttf-
dam faeinorosis trifturciferis snb Texillo scholae digladaa-
toriae militantibus, qnos inter unos erat sceleratns nomi-
natns Goswinus Sartor, proditor maKgnus, quemdam mi-
Digitized by
Google
^ 404 —
litem Ubittm Gerioanuni, nomine Joannem alias Hafu^ qui
antea fberat ipsi Engelberto praefecto militum a cabicu-
lisy atrociter ac crndeliter coDtra fidem datam e medio
toUentibns. Miles iste ultra decem septimanas fnerat cap-
tivus detentm in porta captiyorum, qui tandem in ipsa
bona die Yeneris, ante Pascha a capdvitate sua. per se-
aatum et tres ordines, sive membra tria' ci?itatis Silvae-
ducensis, relaxatus erat libere, a quibus certas tulit iti-
neris literas, qnibus adhuc in civitate ad minm mensem
manendi facultatem acceperat. Qui miles e vestigio recta
properavit ad aedes domicellae Henricae viduae relictae
qu<Midam magistri Martini doctoris medicinae, ex cujus
corpore prolem generando suscitaverat, ad quam prius ye-
nerat ut eam duceret uxorem et per matrimoDiam subse-
quens cobonestaret, prolemque legitimaret. Sed dicti nef»-
rii eadem die qidnta yenientes fnribnndo spiritu ad aedes
dictae domicellae in platea, yulgo dis Paeper^traei nun-
cupata, seryatas, eundem militem iosontem prius per prae-
dictum Goswinum Sartorem alterum impium Judam, pro-
ditum, violenta manu ex aedibus praedictis extraxeninl
et ad forum recta magno impetu duzenmt, ubi yeniam
a Simone Bacx praefecto scholae digladiatoriae postula-
yit» publica protestatione declarans, se proditionis ei^
non yenisse ad ciyitatem Silyaeducensem, sed ut prolem
suam per subsequens matrimonium legitimaret Qui Sy*
mon Bacx, Herodianus subridens, cubito suo eum a se
iudignanter repulit, quo facto recessit cum prole et ma-
tre ejus» quam prolem suis gestabat in ukus. Recessit
inquam una cum latronibus istis, qui antea in necem ejus
conspirationem ac conjurationem feoerant. Qui tamen ei^
dem fidem dederant ac sancte promiserant mali nibil ei
a se illatum iri, praecesserant autem nonnulli ex dictis
Digitized
by Google
— 405 —
latrouibus ad pagum Yughtensem, latitaotes ibidem in
qnodam sacello, ac adventum. ejus praestolantes , hilari
facie aljiiy qui eumdem ea domo extraxerant, ex compo-
sito sequefaantur, ne se in via subdaceret, «neve ibi la-
qneo suo fallereotm*. Eo jam veniente ad praememora-
turn sacellum ilico more latronum ex loco, insidiis sta-
tato imienmty adorti ftierunt septem vel octo innocen-
tem proditionis ac conspirationis Hispanae, cui bene un-
decim aut duodecim gravissima vulnera inflixerunt, et
per arenam traxerant instar bestiae. Quos ita afiatus fuit
dicttts Goswinns sartor, qni et homicidinm antea commi-
serat, sceleratus Barabbas, Ecóe nune irado eiem vohis:
teatonice: Siet iek Uvere u nu den man, Quid multa
referam; orabat miles ille bumillime genibns flexis, com-»
plicatis manibus, nudoque capite, montes, ut aiunt, au-
reos promittens, at vitae suae parceretur, atque itermn
captivns reduceretnr ad locum captivitatis, unde relaxa-
tas fnerat. Sed surdo, proh dolor, canitur fabula. In-
stabat enim quidam impius tenebrio, agnominatus sancta
Maria, qui et timpanistrem aliquandiu sub schola digla-
diatoria egerat, innocentem sanguinem supra modum si*
tiens, qni eum ferro trucidasset,Disi per praedictam domi-
cellam Henricam impeditus fuisset, quae ei prolem suam
obtendens» intercessione sua media ictus intermpity quae
tarnen acceptis gravibus vulneribus ejus furori cedere co-
acta fuit, aut alioqui de vita sua actum quoque fuisset.
Tandem traxerant seu poüus protruserunt miserum inno-
centem» letbalibus vulneribus ac plagis affectum^ad quam-
dam fossam, ibidem data opera praeparatam, existimantes
eum jam mortuum esse. Qui putans eos abiisse, protende-
bat paululum caput suum; quod cernentes isti carnifices
altis vocibus clamavenint, proditoi^em adhuc vivere. Ilico
Digitized
by Google
— 406 —
accessil unus ex dictis lictoribüs, filins, In den Appèl ^
sub intersignio poHii in foro habttans, qui oerebnim ejns
pugione violenta manu transfodit. Et sic innocens ille
expiravit: cujus corpus dicta domicella Henrica clancn*
larie de noote humari fecit in coemeterio ecclesiae paro*
chialis sancti Petri Yughtensia. Baec autem onniia pro»
ditorum gesta fberant contra fidem datam, contra tntas
niagistratns literas ei traditas. Sed quid yerUs multis
opus est? Quilibet bonus catholicus ac regius audiens
crudelissimum martjrrinm illiua innocentis militisy prom*
pit ilico in lacrymas. Erat autem oriundus ex Germania
inferiori timens Deum, bonae ac incnlpatae ?itae. Qui-
dem dolendum est tam atrox facinus impuuitum manere
et justitiam suum <Mrdinem non servare.
Stlentio autem nullatenus praetermittendam existimavt
historiam exilii mei; graves, inquam, et enormes injurias
mihi illatas die nona/ quae erat dies Yeneris, mensis Haji
anno praedicto septuagesimo octavo, ab impio milite pra6-
sidiario, stipendia faciente sub Joanne Bacx centurione sive
duce praetenso praefecto. Arcis Huesdanae sen castella*
no, ut Tocant, intraso in oppido Huesdano sub scelerato
Abimelech militante. Quo tempore tota oollnries et faex
nnpia nebulonum«ex dicta schola digladiatoria ftiscodu*
censi, binc in dictum oppidum Huetdanum gregaüm coo-
fluxerat, tamquam commune receptaculum praedonum sire
depraedatorum mtfnifestorum, qnos mlgt» laFerniones vo-
cat vel Argivos fures ceu liberos praedooes, teutooice:
vryhuéiers ende kfienelaers; ista Itbertate praedandi do-
natos ab ipso impio Abimelech, patre praedomun forte
solum vertente sive ob grande aes alienum in civitate Bns-
coducensi contractum sive ob èxiiium. Ex ^jucMrum nu-
Digitized
by Google
— 407 —
mero ac grege fuit udqs temerarias et arrogajis, nomioa-
tns Jaspar Tibicen, teotonice Jaspar den Speelman^ ho-
midda et mcaestoosns, qni tamquam Judas scderoaiis pro*
ditor, dox et antesignanus venit eadem die noa cum com^
plicibna» una nempe cohorte Debnlonmu dccem aut nnde*-
cim niimeio, ad diversorium, sub intersignio civitatis Bos»
codaceosts: obi curarh me, igDarom plane proditionis oeo*
non laquei absccmsi, itioere lassatum et fores ante stan«-
tem» circa horam tertiam pomeridknam per quemdam de*
canum stve decurionem', teutonice carparoêly apprehendi.
Qoa siquidem iropia caterra me ex improviso dngente
et circomstante, ne forte ad dictum diversorinm refuginm
baberem; me, inqnam, inennem brachio arrepto talibna
dictns decnrio affatnr dictis. E restigio venito nobis*
cum; ocius sequere; et ita catervatim omnes duxemnt
ad portam Herpensem. In Tia autem ipse decurio sei»-
citabatur ex me; cujas essem? an inoola Huesdensis an
Tero extraneus ? vocaos me interim saepius proditorem :
totnm enim fidbat consilio et suggestitme dicti Judae an-
tesignani, ex ci\jus oflBcina iUud deprcxmptnm enit, ro-
gans ex me, nunc venerim ad prodendum oppidum. Bgo
▼ero respondi; me liaud proditorem esse, sed cirem et
incolam oppidi praedicti et patriotam: protestans nihilo*
minus de injuriis et Tiolentia illata. Quid multa: agres-
sor iste Judas turn prosiliens more latronum dixit, me
esse officialem episcopi JBoscoducensis et simikm magis-
tto meo, in proditione. Quo dicto tlico omnes uno gm-
tnre exclamayerunt dicentes: si omnes coronae sive ton-
surae clericales, ipsos sacerdotes seu papas denotando,
fuissent ultra septem annos suspensae in patibulum, rec-
tius nobiscum actum fuisset: non cessantes interim me
iteratis ricibus proditorem tam episcopi Buscodocensis
Digitized
by Google
— 408 —
quani domini Joannis Austriaci ac furein Hispanicum,
teutODÏce eenen Spaetisehen e/tV^.appellai'e. Ego antem
quautum potuiy coepi injurias humeris depellere et tem*
pestatem iDcumbeotis impr(^>erii excutere, necnoD amaru-
lentae blasphemiae atque maledictioois procdlas propul*
sare. Diffiteos me esse officialem et judicem episcopi
Buscodttcensis. Quo audito, objeeerunt me praetorem sive
promotorem et fiscalem esse dicti episcopi. Quid verfab
opus est? lüstitit acriter fadas iste scelerosus repetens
a me iogeotem summam pecuoiariam. Quam sibi vi a
proditdribus episcopi extortam assereba t et praetendebal,
id quod falsissimum est et a veritaie quam alieoissi*
mum. Nam Judas iste impius poenitentia ductus, im-
plorans prius sufii*agium et intercessionem omnium G0g<>
natorum et amicoriun, ullro coram judice compamit, pe-
tens sibi poeniteDtiam salutarem pro crimine incoestus,
per eum cum privigoa siia commisso, injungi et absoln-
tionem impartiri; prout et absolutus fuit et gratiosa oi-
mis poenitentia pro qualitate tanti delicü imposita abs-
que uUa muktae pecuniariae injuoctione et ezactiooe; id
quod tam ex registris curiae episcopalis quam per ip*
sum judicem ac ipsius Judae propinquos ac sanguine
junctos, luce clarius meridiana doceri poterit. Imo nee
ipsemet proditor ullatenus de contrarie poterit umquam
in rei veritate remonstrare. Praedictam nihilominus sum-
mam a me exegit vel partes corporis mei, teutonice: ojf
étucken van myn lyff. Ergo obtuli innocentiam meam
pede meo pedi ejus alligato purgare. Sed, surdo proh
dolor, fdbula canitur. Immerito me ille variis menda-
ciis aflBcit» gravat ignominüs, contumeliis et improperiis
obruit. Injuriam injuriae accumulat, falsis insontero accu*
sationibus pulsat, maledictis mentem transverherat. Post
Digitized
by Google
— 409 —
haec, appropinqnantibus illis una mecum portae Herpensi»
iDtent^mi mihi, quorsam rae inermem ducere et quid
de me fieri vellent? Respondenmt omnes uno ore. IK-
cemtis tibi sentiesque cnm fueris eitra portam. Quo au*
dito animoque mihi in pedes cadente mortemque praesa-
gtente, praesertim ob atrocissimnm latrocininm cujusdam
Germani militis regii, tanta atrocitate tantaqne cnideli-
tate et plnsquam bellaina ferocitate atque immanitate, a
qaibusdam 'de schola digladiatdria in pago Yugthensi, prae*
ter fidem ipsi militi per dictnm Symonem Bacz fidei-fra*-
gnm sive ducem ejusdem acbolae digladiatoriae datam ^
perpetratnm die qniota meosis Aprilis anno septnagesi*
mo octavo praedicto, quod lunc mibi tamqnam mortia
praesagiom in mentem subibat; el praesertim attento
quod ne Hercules quidem inermis contra plures armatos
pugnare feliciter possit » abjecto pallio conjeci mdpsum
in pedes, pedibus inermis salutem quaerere studens. In-
sequuntur isti strictis gladiis, tamquam leones rugientes»
ahis invalescentibusque vocibus atrociter clamantes: Tru^*
eidate proditorem, transfodite proditorem. Dici profecto
vix potest, quo tonitru, quo fulmine in me insui^ebant.
Ego vero in fuga sentiens genua labascere et plicare
prae fonnidine mortis instantis, confugi post puteum ibi*
dem exstructum tamqnam locum refugii ; ubi canes isti
bipedes, cruentae bestiaé me cingentes circumstantesque
evaginatis ensibus supra hnmanum modum hostiliter in-
vadunt, punctira ac caesim ferientes sciscitantesque tre-
mulis vocibus cansam higae. Respondi attonitus et quasi
exanimus; Quia, inquam, nescio quorsum insontem me
ac innooentem planeque inermem ducere veliiis, nisi ad
mortem. Besponderunt omnes tremenda voce tamquam
rabidi canes. Reus es mortis: seu, dignus es morte et
C. tl.
Digitized
by Google
— 410 —
mille ictibus post moptou , teutouioe : U<mdtri Ueeek
noê u dooi. Did , me Hercule, non poiest vethis nee
ctlamo scribi in cptaoto pavore mortis secnon Titae di&-
criDiioe protiinc versttus fuerim, vita videlicet ex pilo
pendeate, aliud nihil praeter roortem exspeelabam« NU
oisi Terfca mortis trucidationisqoie audiuntor: Obstapui
mertto; quid multa. Tandem in me ila attonitum ani-
moqiie peiculsum, spe tamen firma in Deum futurae li«
berationis et patientia munitum, impetum unanimiter fa-
cientes, more leonum raptis catulis, ducunt» tamquam
ovem occisionis, seu potius ejiciunt extra oppidam. Gon-
sistendbus jam illis una mecum extra portam Herpen-
sera, affiitur me decurio asperis dictis, in haec verba
prorampens: Nnnc tibi paadam apprehensioois et gecti-
onis causam. Quo audito, magis ma^isque mortem ex-
pectans , spem inter et metum fluctuans timiii : ttmoris
eansam dantibns clamoribus signisqu» et gestibos circnm*
stantium ac in modom coronae dngentium. Tandem de-
' enrio iste, processu sic fulminato coptra omnem formam
juris aequitatis atqae justitiae, profert sententiam perpe^
tui exilii sub bac verborum forma: Eligito tu, de dno»
bus alterutnim: ut scilicet te statim hinc subducas sive
rectpias vel per portam aquariam per Mosam versus He-
mert: vel per pagum de Herpt, absque uUa spe futuri
reditus ad oppidum Uuesdense aut loca circum vicina
sub poena capitis.
Ego quantum potui aequi bonique cpnsului sententiam
fraudulosae proscripticmis in patientia , electione altene
trius per me facta. In signum pacis et amicitiae por-
rexi dicto Jaspari Tibicini manum dexteram a me prius
deosculatam dicendo: Ecce Jaspar . amice ; ex animo ti-
bi condonatam scito a me ofiensam faanc, id est, scanda*
Digitized
by Google
— 411 —
Inm et enonDem injuriam mihi aoctore te illatam. Bt
sttb fide viri boni et regiae majestati fidelissimi tibi prö»
mitto et protestor, a me namquam ista ad animnm et
memoriam revocatunl iri in jndicio contradictorio. Simi*
Ka Terba locntus ftu similemque protestationem feci cafr>
teris circumstantibus. Sed incircmncisi homines isti et
iodurati corde nihil mea verba cnrarunt, sed manu mea
repulsa, propterea forte qnod eam ori meo potius admo*
veram juxta antiqnnm catboliconim christianorumque ri-
turn fratemaeque charitatis symboliim, quam pectori con-
tra novellom morem nonnullorum pectoralistarum site
con^storialium infideliom, teutonice: die Borêt^ me sub*
sannamnt egr^ie. Postea ex intercessione miins ex cit-
cumstantibQS ^permissnm mibi foit abire per locum vul-
"go dictnm: jichier die Cinge^raft^ versus portam Aut*
Huesdanam extra tarnen mtiros otIhs Huesdanae. AUqui*
bus interim clamantibns: nullatenus eat per islam viam;
qnia illac recta itur ad domnm matris ejus, qnae scili-
cet est vidna provectae aetatis fere septuagenaria, in an-
tiqua iUa ac catholica sfanplicitate, religione fideque ao
doctrina patmm usqne radicata, arbor fmgifera, ad an«
tiqunm nidum papisticnm atqne proditorum, nbi omnis
proditio cuditnr. Qiiod ipsmn audiens decurio praedio*
tns prornpit in haec verba: abeat proditor per istam
viam, probibens nibilominus sub poena mortis et truci-
^tionis ne ibidem moiam aliquam committerem: faciam,
inqnit, vesperi inquisitionem sive visitationem in domo
matema, et te forte inventum ibidem transfodiam tam-
quam canem. Abiens autem inveni paulo post dictam
fonestam catervam lavernionum stantem ad portam Aut-
Huesdanam adventum meum exspectantem , dicto decu-
rione in haec verba prorumpente: Ahito ocius absque
Digitized
by Google
— 412 —
GUBCtatione sub poeuis praediclis. Islud eral auctariam
calamitatis meae: ego autem valedicens niatri recessi iiico
dando locum irac; et haec de exilio. lueo bactenus dicta
safficiant. Illud tarnen praetermitti baud oportet; nempe
quod dicta sententia exilii perpetui jam prolata» dixerit
uubi idem decurio: evasisti modo manus nostias: sed vi*
de, ut similiter effugias maous, io via adventum tuum
exspectautium ; hoc ideo diceus, tamquam probe callens
furcifer iste, aliquot nebulones praecurrisse, qui me in iti-
nere in merica Cuyckensi exciperént vitaque spoliarant:
sed dispooente domino aliam viam magis secretam ma*"
gisque tutam elegi; relictis interim latronibus istis adven<>
tum meum exspectantibus. Haec est lector pie, historia
exilii mei, quod pro nomine Christi proque justitia et
fide antiqua religioneque Catholica lubens perpessus fut/
paratum me ipsum offerens, multo majora pati.
Postea, die vigesima nona Maji, ipso scilicei celeberri*
mo festo venerabilis sacramenti, dicta schola digladiato-
ria seu digladiatores novelli in foro excubias agentes, can-
taverunt publice et uno gntture psalmos Guesicos teuto-
nicos» blasphemiis scatentes, a principio scilicet genera*
lis supplicationis tune per ambitum civitatis factae us*
que ad finem ejusdem; idque non absque dolore, gravi
moerore atque scandalo Catbolicorum sive Fapistarom.
Quae siquidem schola proposuerat dictam generalem sup-
plicationem turbare, ciboriam aliaque ornamenta preti«
osa ecclesiae ibidem praesentia necnon templa omnia spo*
liare, et ulterius clerum universum ' expellere mirasqne
factiones et tragoedias moliri , ioaudita machinari ; sed
quidam ex Gatholicis civibus illud impedierunt, domino
Deo disponentc. Imo multi ex dicta schola, omnem ooc-
Digitized by
Google
— 413 —
teqne dieque moyeront lapidem et tott ia hoc fuerunt,
m ansam quaerereot eipellendi clenini. In boe autem
motu ut plurimam fuit dictus Theodoricus Aertss junior»
hostis et cleri papistarnmque et civitatis cum sua ap*
pendice, quos penes consilium satanae residet.
Postmodum ultima Maji quidam ex schola digladiato-
ria fr^eruDt ligoeam crucem, stve crucifixum in coemi^
terio Minoritarum, peodentem retro chorum templi, re*
lictis ibidem ligneis duobus Judaeis iutactis et integris.
Quo impio facto satis declarant > se esse bostes cmcis
Christiy Judaeonrai autem sceleratorum fautores et ami-
cos: imo dicta scbola digladiatoria iostauter urgebat et
improbe instabat sollicitabatque, ut in conventu Minorita-
rum posset vigilias agere, ut sub hoc praetextu ralerel
commodissime opera tenebrarum exercere; nempe imagi-
nes et altaria devastare manusque sacrilegas in omamen^
ta conventus injicere, ue dicam, ipsos Minoritas more
lupioo jugulare atque deglubere. Dici vix potest, quanto
furore, coecitate quanta mentis, necnon amentia pleraqne
pars dictae scholae agitata et percnssa fnerit. £cce fruo-
tus arboris malae.
CAPüT SECimora. *
Die vero duodecima Junii, comiti de Swertsenburch et
scholae digladiatoriae, praesertim Symoni Bacx, centurioni
sive capitaneOy necoon magistro Henrico Angeleo in in-
tersignio cornu, argentea templorum exigentibus et ulte-
rins postulantibus introductionem niilitis extetni: la^ê fnit
Digitized
by Google
— 414 —
ttuaiiiiniter a dvibus datum reapwaan: utmpt ae vMe
idk ratkme mililfiBBi ezterniim «dmittare meQ ^pera ar-
gentea extra civitatam asporlarl si va anfarri; imo ae pa-
ratos esae, ad nltittam uaque saogwuia guttam reaislore
Postea, die decima qoarta ejosdem mensis» ablata fue-
ruDt opera argentea, feentaoice: hei Sylverwerek^ per
acholam digladiatoriam ex ccmrentu CUrissamm, ex goq-
venta sororom Qrtliensiiim » Praedicatoram ac deniiim ex
oathedrali ecclesia saaoti Joannia apoatoU et eraagdistae»
patrooi ac divi tntelaris ctvitatis, exceptis hierotkecay
cpam ciboriam yvRsast, argentea et argentea imagine
efosdem patroni Gum nooDnllis aliis infra specifiGaiidis,
Hoc tempore coepit sclida digladiafeorift panlatim de-
ercaoere instar limae mvtabilis» idqne propter defectnin
booornin» qni eam desentemnty olfitcientea laqneoa absoon-
808 venantimn I fiaudesqne dolo6({«e Gneseonun, pedcai
lefiercntea, quasi taeti ab angiie catboUoiscpie ciyibua om-
aiBo adbaerentes.
Foat baec pnma die mensis JvJiti veoit elato aniiDO
positoque in coeliim ore Symon Bacx, centurio sive dos
scholae digladiatoriae, irnpins heliodorista» mia com suis
satellitibus, complicibus et appendice in ecclesiam catbe-
dralem sancti Joannis evangelistae, imperiose satis ac sn-
perciliose postnlans adeoqae anferena secumqne aspoi^tans
sacril^is manibns yasa argentea» Deo semel dicata et a
patrlbos migoribnsque aoatris meosia cemmimioaiitiiim Ie*
gala et relicu.
Sikntio autem nequiqnam praeteveD^diw eaistimivi»
sobolam digladiateviain} eiam appendice sua» praeseriim
praecipaia capjtibiis^ aucloriboMfWi» totios faclkBis, supe»
Digitized
by Google
— 41S —
rkis nooMMCiSy potissimum vmm fiusse quatuor joediis,
ad iDtrodscciidiiiD affectaci» doli» eHeriivni pvaesidiiMa
mililaFCi PrimuiD nedtma foere pvopiignacuby teuMiice:
Mwereken^ per dtctam scholam et capita factiooaiBi iai-
ta et, redamanle civitate,.ex3tnacta ac fabricata, eo vide-
licet fine, eaque inteotioiie, cansa et ratione, at illis jam
exstructia qpeant ciYitatem tasto commddins iadncece ad
pracsidü miiitaris adaussiooeni, eo quod propugmcula,
uti aasertbant» neccasaorio expostiileDt copia» militis, piae-
sertki esiterni; prepterea quod miles iotemiis baud saS*
fidena per se essel» onnia üla tam vasta ac ampk pro-
pBpiacuhi praesidio mililtafi raunre; rel in e^veotum re-
cosatioDia et contradicliioDis valeant auctores isti opfOÊ^
toaa tttapore. exttnmm mililem Gnesacum defiiris pe» hoh
JHsmodt propngnaciila prope et extra mnsoa civitatia esH
tracta tatsodaoeve. Sed ineassnm labocatum> fust, irritus
Mber iste fait
Qaoeivta aiactorea isti et capita ftctmmm ocraentei,
se ntUi via kac pvoficere iotentumqoe soom ad effectmn
dsdiBcere non ralere, alia insaper ingpediendam via pa«
tcBoiit» qnacreotes aUad: nempe secondoia mcdinti ac
rcmediiim, ^od fiiit meadaeiam et faka persoasi^. qai"
bos* amdebanty Samqnam qoadam tempestate, commanilia-
lem, qa§e est beUoa «ndtonua capkom, asaidoa plilsare,
agitare el proscindere, necnoa ad «fiacovdiam dissensio-
Hemqoe eo tandem prodocere coaimovcrt et coooitare, ut
praesidiam exteraom admïttere deberet.
Tertiom adhaec mediom adhibent: quippe fakas vau-
nasque praedicationes atque doctrinas pseodopraeoooom' ;
sperantea bac aakem via succedere et se posae hac ra»
xi&üe oensiliare sibi ac conglomerare quam pkrimes ad^
jiinctos famtores et complices in tanta copia et uomero,
Digitized
by Google
— 416 —
ut vi (atifieiu ac vioIeDtia vakant militem ezttniiim cd-
tromittere, sioque demum voto civitateque potiri, <pio jure
quaque injuria. Adeo quod decinia tertia die hnjos ma*
sis Joliiy sicnt et aotea saepins, factae fuerint pseado-
praedicationes clandestiiiae per Dovellos istos pseodoprae-
dicantesy iiltro et clancularie ac fmtife, more fiirtun et
latroDum, venientes seseqne ingereDtes et intnidentes, pas-
sim scilicet in locis aedibosqae priratis ; in qnas pro«
miscue tota sentina impii gregis aliquo tempore iufine*
bat ^et eiRuebat Quas siquidem novellas et insolitas prae»
dieationes civitas nuUa ratione admisit; imo tria memf*
bra civitatis semper restiterunt saepittsque infaibuera&t
enm ea protestatione, quod nollent se argui a regia ma*
jestate perjurii; eo quod jurassent, se veile pacificationem
Gandensem observare et antiquam reltgionem defeodeie.
Ptettdopiaecones autem istt vesani prurientes anribus onir
nino praedicabant latam viam et spatiosam» quae ducit
ad interitum; omissa prorsus via arcta sea angusta, quae
ducit ad vitam aeternam. Praedicabant, inquam, place»-
tia et suavia plausibiiiaque : libertatem vivendi, indondb*
tam feramque bestiam» vitulum nempe Galvinisticumy ie>
formatam seu potius defonnatam religionem; verum oi»>
nium communionem, blasphemias meras contra utramqne
majestatem, tam divinam quam humanam, omnemque piae-
laturam sive superioritatem ecclesiasticam et humanam:
contra denique tremeodum sacrificium missae, quod pal*
lio mendici assimilabant, tamquam ex yariis partibus con*
fectum compositumque seu potius consarcinatum : ideo-
qne illud dissuebant, teutonice, aniarren^ et sacramenta
Deique sanctos. Insuper praedicabant ejecti<xiem mooa*
cborum adeoque totius cleri expukionem; excidium sa-
cerdotiiy et multa alia abominanda praedicabant ex dia-
Digitized
by Google
— 417 —
metro sacrae scriptarae tam veteris qaam novi testamen-
ti, DecD(m cathdiicae tum ecclesiae tum fidei et religioai
repugnantia stve contraria.
Qoartmn medium, ex tertio scilicet medio ortum et
cauaatom, est vis ac violentia^ ad quod tamquam ad ex*
tremmn asylmn, ad portmn et refngium, necnon sacram
anchoramy qnod ajunt, uoanimiter confagiant.
Omnes autem falsae ac vesaiiae praedicationes istorum
pseudo-evangelistarum tendebant principaliter ad excidima
sacerdotiiy nocteqoe dieqne anditores suos exhoitaotimn
iDstigantiumque ad exstirpandos ejiciendosque omnes Pa«
pistaSy tam religioeos quam saeculares, affSerentinm publiee
«X saggestu: pedicnlos onacum lendibns, fore exstirpao-
doa, Qt sic eorom geoeratio propagoque sistatur tollatnr*
qne: qoamobrem et Guesei capita ipsa, nempe episoopos,
qai ordinatione et coosecratione sacerdotes perpetnant,
persecntiooey incarceratioiiey falsis et confictis mendaciis,
ivjnriosis accusatioDi^iis hjc et nbique lantopere per se*
citti fiienmt et perseqmintnr lupomm more, ut vel sic
episcoponmi et sacerdotmn successiooem penitas e medio,
m olim Iriani, toUant; assimulantimnque ipsos Papi»»
tas a&tiquis braccis sen caligis scateotibas pediculis: ro*
ligioBoa qiiidem Papistas pedicolis, lendibus vero saeco^
lares; geoerationem autem propagioemque eorum num-
qnmi cessare, nisi pediculis una cum leodibus funditus
exstirpatis. Quamobrem et mertto summaqne ratione ap-
pellari possunt leudicipes sen leudicidae, teutonice: Luy^
senDengherê.
Phira bic de perversa illa et effiraeuata fortesceote-
que temeritate istorum pseudologorum audaculomm re-
ceusere libet: quippe qui in suis falsis praedicationibusj,
Digitized
by Google
— 418 —
Uasphemüs et coDvicik jperseveraruftt illasque ▼igesmt
quiata die JuUi contiiiuaruiit;' bod obetante iali&Htioiie
etiam poenali eis pridie a ciTilate fitota. Sed
isd errcnies Ireti auctontate atque subsidio ipsins
toffis Abinoudeeh eorum capitis et protectoris, flocd üm»-
runt staittta"^ et ordinationes caLholioonim«
Altera die AA^iisti inCirodactiis fiiit, Dooduni tauea
reeeptusy dooNttiis tenporalis de Bcuuel, praeleBsiis go-
beni^or ciritatis Buscodueensis. Hooorifice quidem rc^
eepto9 pet s^ohm digladMttortam Uliusque capit»; leela*
mtiite interim et conlradieeDte eivitate, qoae aliara gn*
beroatorem elegetal calholkiiu, neiape ipeixiii domiaiiBi
temporalem de EflMnerseeL Sed baee deoti» nwltum di»*
pUciut dictae scbolae digkdiatoriae, praeserlkD i^s ca-
pkibusy Tbeodorioo Aerts janiou, magistro Henrieo inde»
Horeoy augiatro^ Remero Eversawya advocato et aUïs
eJQsdem farinae hoaifadbus; qni hi^i» literó per quemn
dam pseadograpbttfli satis cogskiiiii, magistniia Henri«-
cnm Buekenlap nominatom» fabckatia et ad ipsan Abi-
melecb eranan patroama deatiaatis. impetrarttiit coaiemah
tionem: noa obatantibus cantrariis literis per ctrttatcra
'miflais^ Adeo quod ioiqaiiaar praevaluerit: capite yero
sapremo jam caaamuto, pesainae machiaationcs fiant:
feaadulenlae ccmspwationes et constlia occulta concipiaa^
lar. Capiit aeteoa bac aketalcan^ parteai; statkn el^,
adjuBgena ae- schok» ditgiadkleriae fiictiosae il&nqae ca* ,
pitibos totius factionis auctoribas modo praedidis.
In ma}oreiBi rerüaatieneBii atipie jttstificatkxaem prae-
dktopaaü facit prodileeiam faclum audore ips» Abtme-
lech, ex improba tante» iafaustaque solltcttalioae soele-
Digitized by
Google
— 419 —
romnim capttum dicUe sohoke digladiatoriae, ipsa de-
ciiaa die Augosti perpetratmn. Qua tempore io q$ Dt-
$m finvii appulenmt quiocpie navea onastae Cioeseb sur
dis ndbttkuiihus (rapiario undique Golkcto» iaece hoodh*
nvaa improha) huc laissis a dicto Abimelecb ex Antyer»
pia» aUegaiüibas se ease ex nmiiero scholae digladiato*
xiae Aatyerpianae et adyehere stipendium^ ad solyendmn
mtlilibQs in ripa seu ora Mosae taac odlocatis» peteoti»
host propterea ïotroiUm in Givitatem. Sub qiio scilket
velameDlOk et praetextu putahant dicti oeboloiies et pro-
ditores iUa nocte dictam ciyitatem intrare et occnpare.
Sed facta eiykati aliuode intimatione frustrati faenmt
spe soa. Adeo qiiod dyit^s node ista strietissimas ege-
rit yigiUaa propter prodkiooem imminentem. NoUa a«-
lem fuit y^rboram ciHistantia in dictia psenddogis reper^
ta« Nam modo allf^abaal se pecuoias hal)ere, mod»
pannos pro solmioae, sed meatiu fuit iniquitas. sibL In
tantiun laborativr piq occupatiooe caiboUcae ciyitatis Bm^
eodaeensis» ut inde fortissimum propi^aculimiy teutesi-
ce: aefs horsêwêering ^ tam ^elandiae quan HoUandiae
&ccre poflsent et ^pielnncam bitronum neenon conyenti-
oiilnm baereticonwoL Sciendnm autem est^ quod dictae
naves extstimabant appellece die nona, nempe saU>ati>
anAe aeqnentem dominicaB!» sed impeditae fuere maxima
Tcntoram rabie et tempestaie, praeter eommnnem eursum
et modam» insoUta et inyisa tanta yideÜoet qood peritn-
ms mundus yid^tur. Adeo quod ciyitas fuerit kac yke
sununo oairacalo divino medioqne quodam improyisOy la-
berata et cooservata a scelesta fnnestaqne proditioiie.
Sciendnm «jkerins est, <piod die undeotma se^pmte ei*
vitas ineril mnhum perielitata; nam rea parum abfiiit a
Digitized
by Google
— 420 —
cruenta pugna, ob pessimas machiualioDes piaiecipuarum
capitum omnis factionis, pridem proscriptorum et exu*
kun reipublicae, gubernacula atque principatum tune ge*
rentiuin; voleDtium improbam collayiem istam nebuloDum
aavigio advenientium, (jqo jure qiuupxe iojuria introiDitti,
catholicis civibus toto pectore reluctantibus et resistenti*
boa. Res ad arma Dondnin devenit: parum tameo afibit;
externa autem bta colluvies bomiDum cernens se frustra-
tam sua spfe, recessit re infecta demissis auriculis, ut ini-
quae sortis aseUiis, ipso Domino Deo miraculose civita-
tem coDservante.
Restat nunc ut et pauca dicamus de ipsis vesaais psea-
dopraeconibus praesertim de quodam archibaeretico, mul-
tia sacrilegiis atque papaecidiis famoso, nominato Jaoobo
.Horstio, alias Cuppen^ bellua multae maledictionis atque
blasphemiae» ex pago de Horst patriae Geldrensis oriuo*
do. Iste Jacobus Horstius fuit omuiom pseudopraeoonum
ftmosissimus apostata et Galviuista impiissimus. Hic fiiit
bomo seditioso stupidoque ingeuio, corpore obaso, capite
praegrandiy carebro tameD, ut ajunt, vacuo; buccis in-
flatis yerba spumautia trutinans suumque errorem atque
baerestm buccis concrepaotibus utrimque ventilanst oie
largo, nimiis procellis blasphemiamm forte rupto, ad me-
ras contumelias distorto, luscus, scopae dissolutae, li-
cet corde excoecato, ac totus insulsus et crudus: cujos
praedicatioues potissimum tendebant ad seditiones, cru-
delitates, tyranuidem, sanguinis cbristiani ac catholid
eSiisiones; caedes, tumultus, factiones novas et iosoHtas»
blaspbemias, furta, rapiaas, sacrilegia, dissensiooes, dis-
cordias, rancores, rixas, detestandam Tiveodilibertatem,
ut quodlibet lioeat; ut sua quemque trabat voluptas,
ad peccandi irapunitafem et quod pejus est, ad anarcbi-
Digitized
by Google
- 421 —
aiD, ut quisqne scilicet pro sua libidiue reiii gerat. Ten-
debatit, inquam, ad ruioam patriae, ad vastitatem et
contritionem desolationemque , ad rebellioneiii contra su*
preinum ac natiiralem principero seu regem, ad supplan-
tationem eujusvis superioritatis catholicae, cum quilibet
Gneseus seu haereticos, id ex natura habeat, ut velit
ips^met esse superior et major, qua in re optime as*-
simulari poterit tripudio bufonum» tentonice: den Pad^
den danzj in quo quilibet eorum studet esse superior
et major, et denique ad latrocinium tam animae quam
corporis, et id genus flagitia pessima. Hie bomo insig-
niter malus petulantissima lingua insectabatur catbolicoa
omnes, atro dente quosvis petens. Habebat autem semi*
pendulus iste uxorem nominatam Mechtildem multum
deformem, ipsumque Thersitem deforraitate linguaeque
protervitate vinceutem, cascam sive vetulam, remedium
amoris, pessimam Jesabel, simiarum, ut ajunt, pulcerri*
mam; et ut in summa dicam cum divo Hieronymo ad
Ghromatium: IKgnum pateUa operculum, cum Yarrone,
cascus cascam duxit, et cum Aristotele, fur furem cog»
nosci( et lupum lupus, et denique euro Martiali, uxor
pessima, pessimus maritus. Hujuscemodi monstra ignobi»
lia et turpia nitnntur tam nobilem regere ciyitatem.
Se isto igitur Jacobo mero puroque Anticbristi pro*>
dromo seu praecursore, impostore atque homine triobolari
nunc porro agemus, cujus arboris fructus vel ad unguem
describcmus. Hic existens Papa seu sacerdos, teutonice:
een Paep^ bomo plane discolns et irrecorrigibilis» mul-
tis anois curam animarum iiabutt in pago, vulgo nuncu*
pato Ter Heyden in Geldria, ubi catbolice semper prae-
dicavit« Postea , tempore hoc turbulento Gueseanismi ,
factus apostata praedioavit, in quodam pago nuncupato
Digitized
by Google
^ 422 —
NtderwormptêHy prope Sancten in Glivia, vesanam con^
fessiooetn Angustanam. Sed inde publico edicto dncis
Glevensis proscriptns et ejectns fuit. Inde recessit Cu-
knburgmn, iü>i simul praedioavit Lutherum et Calvinum,
id est confessianem Hartinisticam et Calvinisticam, seo
tas scilicet discordantes repugnantesqne; inde recepit se
in Hollandiam, nbi mnltis annis similiter haeretice prae>
dicans, primo adhaesit sectae Lntheri, cnjns confessio-
nem, aeu potins confdsionem, publice pröfessus ftut. A
qfOLUf ab asino ad bovem, scilicet deficiens, adhaesit dnm-
taxat sectae Galvini, quam multo tempore in Hollandia
publice dogmatizavit et praedicavit. Quam sicpiidem seo-
tam et confessionem Calvinisticam in civitate Buscodu-
censi böc anno Domini millesimo quingentesimo septua-
gesimo octavo publfee continuavit et praedicavit infeli*
cibus, quod ajunt, avibus. Praesertim in eccle»a paro*
cbiali divi Jacobi apostoli, in qua erroris falsique dog-
matis sui faeculenta magmata suis auditoribus depromp-
sit. Ubi similiter auditorio suo Coeoam Noctumam, teu«
tonice: kei Nachimaelj uti suo more novello nomen-
dat, utpote in qua muha nox est/gratiae vero divinae
lumen nuUum refulget, administravit hoc scilicet modo:
accepit in sacrilegas manus suas panem album, ex quo
cuilibet aequalem bucellam porrexit dicens: lianducate
et bibite et credite; hoc est memoria mei: credite et sal-
vi eritis, teutonice: Eedi ende drincki ende glulooft^
dai iê myn memories ghelooft ende ghy eult ealfgh
toeeen. Sumpto autem a quolibet bolo Judaico, oblatus
fuit et cuilibet scypbus, onde quilibet tantum vini hau-
sit, quantum libuit NuUa autem in hac Coena Noctur-
na U8US fuit cousecratione seu benedictione, nullis cere*
moniis, sicut Christus usus fuit in ullima sua Coena, sed
Digitized
by Google
— 423 —
taatiini soBiitur bolus in inemoriam Christi. Antequam
antem offa ista canina comedatar, fiaat ab eis qaaedam
praeparamenta, praeparaatibiis se ad comestioDem.
SyinoB Bacx ceotnrio sive capitaneas scbolae digladi-
atoriae xanltos Catbolicos seu Papistas sub eo militanfees
boe tempore exauctoravit: moltique ultro ab eo defece-
niDt, qui omnes jasserum se ascribi catalogo Catholi-
corom centarionum , eodem boe tempore unanimiter pari
Toce, yoto et 8a£Fragio per oivitatem eleetoram, quorum
eleetionem dicta scbola digladiatoria tam aegre tulit, quod
major pars absentaverit se in excubiis. Longe namqne li«
bentius li^abuisset eontinuationem antiqui centurionis, nem*
pe Ibeodorici Aeriss junioris.
CAPÜT TERTIUH.
Notandum autem est, quod Guesei sive scbola digladi-
atoria coeperint sibi usurpare baoe nomenclaturam: con-
sistoriales, et synagoga seu coogregatio eonun appellata
fuerit: consistorium. Adeo quod synonyma sint baec:
Guesei seu baeretici, consistoriales , scbola digladiatoria:
item sysagoga, consistorium Gueseorum, qnae omnia sub
diversis vocibus idem significant. Haec ideo scribo, ne
facile quis hallucinetur circa proprietatem verborum. Sed
licet vocetur modo: consistorium a consistendo: videat ne
mox cadat sibique nomen contrabat: casorium a caden-
do, sed baec obiter.
Guesei igitur seconda Septembris [1678] petienmt a
civitate Buscodacensi, tria teropla ad praedicandam, sed
Digitized
by Google
- 424 —
civitas, nempe quindeciiu caituriones sive capitanei una*
nimiter coDclttsernot et pro response dedenmt, se Dulla
ratioDe, nuUoque modo illud adinittere, sed paratos esse
toto peotore resistere et impedtre, usqoe ad extreiDain san*
gttiots gattam.
Yerum Cuesei, frugiperdarum coetus, postea die sep-
tima ejüsdem meosis; oimiram pridie Dativitatis beatae
Mariae virginis, summo mane ecclesiam parochialem divi
Petri apostoli in tico Orthensi situatam, effractis violentia
valvis occupaverunt ; in qna tnnc et post meridiem more
haeretico sive Galvinistico praedicatnm fait et psalni
blaspbematorii utcanque decantati faere et crocitati. Il«
Ind autem addendum puto, qnod tempore qno imagines
sanctorum ad aedes aedituornm portarentur, non defoe-
rint quidam ex consistorio ridendo et subsannando dicen«
tes; ecoe sanctus Petros commigrat: ubinam modo babi"
tabit? Iterura quo fertis routa ista daemonia? et simi*
les blaspbemias proferentes effutientesque. Hoccine est pa*
cificationem observare: boccine est communem tranquilili-
tatem turbare? Sed baec omnia fiunt ipso impio Abi-
melecb auctore.
Consequenter, die octava seqtiente, dicti Gnesei consis-
toriales violenta et sacrilega manu, nempe malleis gran*
dioribus effregerunt valvas ecclesiae parochialis divi Ja*
cobi apostoli, in qua tune mane et post meridiem more
similiter Guesico praedicarunt et calvinizarunt , et ampli-
us aedituum qnemdam virnm catholicum insigniter pul-
sarnnt. O ter quaterque triste spectaculum! Postea ico-
noclastae isti imagines et statuas undique vastarunt, al-
taria subverferunt, totanique ecclesiae faciem deformarunt.
Digitized by
Google
— 426 —
deturparontque, idque vigore novellae deformatae suae
religionis. Quid? SicciDe, quaeso, observatnr pacifica-
tie per eos jurata? Ipso facto se perjuros esse decla-
rant: jurarunt namque se observataros pacificationem ip-
sam Gandensem et antiqaam reUgionem defensuros; erex*
'erunt quoque io vexillo suo symbolum fidelitatis» sub
typo binae coDJaoctae confoederataeque manuSy additis
verbis istis deauratis: Pro arts et faeiê: Ecce: Hic nuoc
aras destruuot: quis umquam audivit talem falsitatem?
Qqis vidit buic similem? Yiolentia autem haec et efirac-
lio templorum facta fuerunt per eosdem fere Gueseos, qui
pridem io prioiitivo Goeseanismo proscripti foerunt et
exnles facti; sed sperandum est, quod ha^ violentae ef-
fractiooes sint futurae epilogus atque exodus ejusdeip
Gueseanismi; ut qualis ortus fuerit, talis et futurus sit
ioteritus sive occasus, ut fiuis ab origine pendeat Porro
pseudopraedicantes isti publice praedicarunt et animamnt
auditmum suum, tuto jam depooendas esse larvas: teu*
tonice: Men mach nu f mommen aensieht wel vryliok
afdoen. Quas tarnen postea coacli fuerunt inviti reas-
sumere.
Die vero nona Septenibris civitas Buscoducensis misit
sex viros. d^ntatos ad ipsos pseudopraedicantes eorum*
que praecipuos fautores, necnon factioois inchoatae auc-
tores, ad interrogandumy utrum vellent ab incoepto de-
sistere, nempe a praedicationibus inchoatis et violentiis,
et desuper responsum darent. Yerum dictt rebelles, non
obstantibus comminationibus civitatis, falsam praedicatio-
nem suam continuarnnt postera die, praesertim in tem-
plo divi Petri apostoli; ubi unus ex noyellis istis dog-
inatistis publice praedicavit, consistoriales ipsos, praeser-
C. . 28.
Digitized
by Google
- - 426 —
üni exAraneos, qui boM facoltalesque 5uas alibi relique-
rant, posse libere rapere, maniuque suas yiolestas iiiji-
oere in bona ecclesiastica. Adeo quo4 boe tempore cle-
rus fterit in maximis angustiis, in a^gula momenta ex-
apectans spoliationem et expulsiooem. Quid multa? Pseu*
d<^rophetae isti pasaim et publice appdlabant ipsunf
capilulum Buscoduceose hoc ridiculo aguomiAe: stabu-
lum verrum, id est porcorum oon castratorum^ teutoni-
ce, de Beerenkoojff quod jactabant se veile disturbare,
leutovice, Ferstubben. Mioeritas vero vocabant, baju*
lo6, leutomce, êockdragkeri^ eo quod more mendiconim
saccos bajulent; pastorem ecclesiae parodualis divae Ga-
Ibarinaay nempe» doninum Gerardum Broeckelaer, Tirum
eximiae cimi pietatis tum doctrinae, Dominabant crude-
len} et sanguinarinm » teutonice, hloein^j/per. Domiaom
aBtem ac magistmm Ghisbertujn Maaiam a Boemelia, sa-
crte ibedogiae licentiatum» ▼icma excellenteia vitae sano-
timonia et erudiliooe, plebanum ecclesiae cathedralis Sus-
coducenais» nominabant Ie vipedes isti et theomachi nee-
non pseudologi» criminatorem , teutooice, hlameerder^
quibus omnibus impetuose minitabantur mortem atroci»-
simam.
Aggrediar nunc lamentabilem atque cmentam bisto-
riam scelestissimae factionis, per dictam acbolam digla-
diatoriam» seu consistorium pestilentissimum , capitibos
praecipuisi supra nominatis, nempe Henrico inden Ho<
reOy alias Angeleo, tanquam totius proditionis et factio-
nis sequeotis auctore, actore, dnoe et antesignaoo, una
cum suis complicibua, videlicet, Sjmone Bacx, centuri-
one sive duce scholae dïgladiatoriae , Joanne Cuysten,
quodam sartore nominato sicco Egidio^ teutopice: den
Digitized
by Google
— 427 —
drukken GielUy Gerardo iade Leerz et similibos facti.
osis hominibos, qui ornnes telas iraneaé, id est, Prioci*
pis Auriacae seu potius araneae, temeruDt Qui, inqnaiUy
mnltos aote dies scelesüssimam proditionem, oecDon fu^
nestisfflmam conspirationem, oonoèpèraat et coBcluserant,
tantumque effeceraut, ut id| quod diu aote fotum fue-
rat, taudem in crttentissimnai moiistrosissimuiD(]ue fao
tum erupuerit, modo quo sequitur.
Propositum autem et C9ilceptns eorum erat, ut, dicta
die decima de nocte,. Bune hora qoarta, externum mi»
litem Gueseum, per eos vocdtum, nempêy Joannem Bacx,
fratrem dicti Symoois Bacx, centnrionem rive ducem vex*
iUi Huesdtnais, civitatem, i|d portam saocti Joannis et
Fughtensem, tuoc obsidentem, contra patriam scilicet ci-
vitatemque paternam pitxlilorie anna gereotem, trausi*
tomque per civitatem dolose petentem, una cum aliis
septem vexilIiS) undique coU^ctis atque corrasis, fretura
subsidie interoo dictae scholae digladiatoriae cum appen<-
diee, pe? pbas atque oephas iotromitterenf civesque arr
mis suis spoliarest Dici vis potest, quantopere consis-
toriales isti, praesertim totitts oonspirationis et factionis
auctoi'es, illa die cristaa eretieriDt» instar Paraphili Te-
reotiaoi atoes arrexerint» laboraverintque graviter, sup-
sum atque deorsum, hucque illucque, susque deque, ante
et retro, quisque sedulo cursitaverit ; praemissis interim
borribilibas.jactantiisy verbisque spumantibus, atque com«
minaliouibus , pr^econibus scilicet crudelibus : nempe ,
qood ahera s^ secunda nocte omnes Papistas seu eccle-
siastioos, tam saeculares quam reb'giosos, trucidarent, ba-
bentes nomina trucidandorum catalego inscripta, consis-
torialibns in vita' reUctia. Eadem autem bac die muiti
ex ntUtibtis exlerois civitatem intraveraot in babitu rus-
Digitized
by Google
— 428 —
ticali, nenipe, vestibus lineis seu snbligaribus , teutooice,
lyn§n keUn: qui ea nocte, una cum nniverso coDsisto*
rio adjuDcto, externe milite valla civitatis scandente, non
defuissent interim officio suo, in trocidandis, sciUcet a
tergo, vigiliis, nisi divina Proridentia -aliter disposuissel ,
contra quam non est pmdentia nee consilium.
Porro unum fuit. necessarium , nempe, silentiom, quo
praesertim Guesei sive proditores, stulti, niulieres et
gallinae solent cavere, qui in hoc articulo pari passu
ambulant. Hinc fit, quod Guesei recte gallinis assimi-
lari valeant, quippe quae in ponendis ovis valde sunt
secretae, illis autem positis, ita gracillant et clamant, ut
cuilibet res mox innotescat. Ita faciunt et Gnesei con-
sistoriales, qui secrete et furtive satis conceptas conclu-
sasque proditiones et conspirationes , diu celare non pos-
sunty sed eas certis verbis signisque exterioribus, prae>
sertim lingua, minace praecone, propalare ac prodere
non desistunt. Idcirco contigit et ipsum collegium anti*
quorum jacniatorum, sive balistariorum , teutonice, kêi
oude Sckuiê^ praecipue ipsos centuriones sive duces,
quos capitaneos vulgo appellamus, hujusmodi conceptam
ac confotnm proditionem dfacere ac resistere; qui ob id
volentes in majori periculo cautins ambulare, uti phas
est, posnerunt vigilias strictissimas et copiosissimas, in
omni parte platearum, vicorum et angulorum stationes
sive stationarios milites, teutonice, sehiUwaehtêni ponen-
tes seu coUocantes. Quod ipsum impii Guesei cernenres
necnon satis intelligentes, ipsis centurionibns Catholieis,
fucum anguemque in herba latentem et laqueos absoon-
SOS subolevisse, probeque perspectos esse, seseque quo-
dammodo spe sua frustratos esse, et ad intentum votum-
que suum baud posse pervenire, nee posse, quod fotum
Digitized
by Google
— 429 —
erat, tmo erumpere» coeperuDt prae Dimio farore et ex
loera malitk iDsanire et rabire; iinproperantes ipsis vigi-
liis Gatholicisy quod sUm hand fiderent, sed suspectos
habereoL Interim tarnen non potuemnt flagitiosi isti con*
ceptam proditaoaeiQ efiectuare,
Quid multa? Postera die sumino mane, quae erat diet
Jovisy et undeeima hujus, eoeperunt tumultuare, commo-
tianemque facere, durantem usque ad mertdiem. Postea
curaverunt, circa octavam horam raane, per tympanistas
scholae digladiatoriae proclamari, ut omnes et singuU fau*
tores excellentiae (tpsum Abimdech, Piincipem Auriacae
seu potius araneae, denotantes) sese protinus in forum
reciperent. Es adverso vero ceoturiones seu capitanei
Catholici, una cum collegio antiquorum jaculatoruoi, cu-
raront sonitu tympani divnlgari, ut omnes rustici exirent
dvitaleni, utque omnes cum armis in plateis reperti, re-
ciperent se iotra parietes laresque priratos, sub poena
corporalis punitionis. Quid accidit? Repen te confluxit
faex hominum perditorum, instar Guesellarum, colluvies
imptcMiim se prodidit, subita erupit formicarum in ma-
dum scabiosa cohors, in forum commolionem terrificam
facienSy cnjiis dux fuit ipse Symon Bacx, quae quidem
commotto duravit ad meridian non sine summo discri-
mine. Posthaec Gn^ei videntes se non posse voto po*
tiri» neque ad intentum suum commode pervenire, eoe-
perunt eorum superiores» necis. artifices, ad colloquium
cum civibus, instar leonum, impavido pectore animoque
infracto, armatis in foro stantibus venire; proponentes
consntentasque, haud esse sanguinem fundendum, sed de
concordia tractandum (insidias interim et machinationes
struentes molientesque) alias multas similes subdolas et
Digitized
by Google
— 430 —
irtudaleDtaft suspectanpie proposidones. tune facioUcs, hoc-
que praetexlu et colore quaesito, moram quacrentes noa^
tentesqne, ut interea temporis miles eiteroua Gueseiis ei*
vitati appropioquaret. Paulo poet, GomuuicitHie jam ma*
gis magisque recrndescente et iDvalescentey retraxit se ma*
xima pars Gueseorum ia meridie ex planitie fori, gestan*
tium in ore spherulas lormentarias^ versus portam Yogb-
tensem, nonnullis in colloqnio cum civibus fallaciter neo-
noD proditorie ex insidtis remaneotibus: speraotium Biili«
tem externom, tria tuoc temporis vexilla erigeotem, jam
ad venisse. Ubi soelerati isti impetum fiicientes, ckma*
remnt: Trucidate, trucidate: teutoaice, Slaêi doodt j Hoêt
doodt: ilico scfaoia digladiatoiia, quae vicisBim excubias
ibidem agebat, adjonxit se Gueseis istis» eKeeptis qaatuor
vel quinque, qui a mapipulo sive cotttubemio suo dc&
cientes, pede volante, accesserunt ipaoa. ctvBS, adhuo in
foro Btantes armatos, eventum rei exapectantes ; quibos
atrox facinus ordine narraront et patefeoenmt Erant au*
tem et vici sive vicani seu tnmcii ut voeant, tentonioe,
de Hoeken oft wyehen^ tune temporis excubautes, per
istos Gueseos intemos oorrupti, quippe qui collusionem
feceraoty ex faka persuasione Gueseorum assereotium fiür
soque - persuadentium^ ipsos Papistas ooDspinitionem fe^
cisse de trucidandis pseudopraedioantibus, una cum uui-
verso auditorio et coosistorio; ideoque opus esae provi»
sione, idque vel per praeventionb vel alium defeosionis
modum. CoUusione jam facta, ilico ooeperuot malleia fi^
brilibus grandioribus portam Yugtbensem praedictam vio-
lentis proditoriisque manibus efiriogere, seria aliisqoe bsc-
ramentis summa vi avulsis, in raagna copia, t^nta vide-
licet» quod sporta magna fuerit ad summum repleta, nee-
non ulterius grandiora twmeota beiltca, non onerata ta-
Digitized
by Google
— 431 —
raeo, ex {iropugnacttUs impelmse reroluta versus civiUH
tem siye fonni ante portam iateitorem statuere; certis
ibidem mQüidooUNis ante portam praedictam» tam ia di«
reda platea ante tntersigniam Irium pavoamn» quam
utrimque in vallis ac moenibue, ex platistris et bigis aliis-
qae instramentis, tumultuarie factis. Qiio üacto, porta
ioterim spatio bene trium quartamm partium horae staate
aperta ac patente, cmnes Gvesei tam domestioi sivt !&•
teiiii quam externiy- op Framsken Hof Hat partim exia»
tentes, incoepernnt bacchantimiL lo modiam, aliis voci*
bas olamaie, Ticïna quaeqoe loca personare: Yictoriam:
YiGtionaa: salva res est: civitas niinc nostra est: venite
ocms: celerios praperate: teutonice: Ftetorjfy victofye
fit m^ g^hedaem: 4^u nm elaer tatcky die tiadi «# tm
99tT tmt; haeêi «, eoempif eoempi 4Êin.
Verum Gneseï jexterni, sic per internos vocati» tam
looge adbvc a ciritate aberani, nempe op DetUeronp
qnod intercB temporis cives veneriat, in magna oopia pro-
silieales» coniiieBiesqvie instar leooum rugieotium catulia
raptis ad diolam portam Yugthensem, undique tam ex
pfaitea direota quam ex moenibus magno impetu inruen
tes in istos (Soeseos layemiooes et scekrosos proditcveSy
q«08 partim tune trucidaverant, partim vdnetfayenint.
Guesei vickaics èoipetum cirium furibundorum, co^>e-
runt mnlti Mercorinm in pedibns habere, fuga salu-
tem quaerentes; alïqui geniboa flexis maoibusque pli*
ealis veniaiti rogare: <{uos omnes, bene sexaginta nurne*
ro ét amplittS, unaoum praecipuis «apilibus auctoribus-
que lotius proditionis et factionis acdestissimae, utpote
nagiatro fieniico inden Horen , Gerardo inde Leerz» quo*
dam oognominato Zeepkên H noonuUis aliis, summo cum
diedecore et igoomtoia propnlsarnnl exp«)eruntque porta
Digitized by
Google
— 432 —
ciTttalis, per eo6 prins prodilorie effracta. Adeo quoJ
penes Gatholicos cives tune yictoria remanserit, hoste
herbam porrigente: qnae qoidem vicloria ipsi Domiao
Deo ascribenda venit: id quod vel ipsi CSatholici cives ex«
presse fatentur, omni semota jactantia. Nam dicta ca-
ter^a Gueseoram ioterooram tempus ipsura andcipaverat,
mamre nimis properanlium ad portam, ante tempus pa*
rientinm id, quod confotum et conceptum erat, externis
yero Gueseis tarde nimis ac sero, ob nimiuu caoctatio»
nem iDternorum venientibus.
Sciendum antem est, sceleratos isto» sicarios; Gueseos,
praedictos puto, catalogum fecisse, iu quo nomina totiiis
cleri y necnon Papistarum seu Catbolicoram dvinm descrip»
ta habebant. Cleri majorem partem aicia, ad hoc prae^
paratis, trucidassent, bonis eomm direptis, alios arrepcis
brachiis civitate ezpulissent, bonis eorum similitcr spoli*
atis. NcmnuUos autem canes videiicet, sibi concolores,
nepotes et scortatores in vita reliquissent, eodem scilioet
secum lotio perfiisos. Major quoque pars Papistarum seu
Catbolicoram civium per eos interfecta fiiisset, bonis eo-
rumdem confiscatis. Magna vero pars, brachio arrepto,
gecta fuisset, eorum parifbrmiter bcmis annotatis. Am*
plius adbaec legem justitiae mutassent, eliis in locum
ejus surrogatis. Officia divisissent: unds fuisset constitu*
tus receptor civitatis: alter fuisset magister mensae sancti
Spiritus: alius fuisset praetor sive praefectn^ civitatis: bic
fuisset senator, ille consiliarius. Quilibet habuisset par*
tem et tnnicam. Irus subito factus ftiisset Croesus. Cer-
dones atque scrutarii reipublicae gubernacula gessissenL
Ita sicci et avidi isti adipem intrassent ad condylos u»-
que. En, ohsecro, in quantum frugiperdarum cnetus iste
quaerat et sangninem et bona Catholicorum.
Digitized
by Google
- 433 —
Tideamus dqiic loco ooroDidis» qnidnam acium sit de
impto milite externo, qni incredibili aviditate, ex omui
parte, prodierat, cum iogenti copia plaustrorum et biga-
mm, ad avehendum spolia civitatis: scieadam igitur est»
tres fratres iinberbes, nempe Symonem Bacx ducem die*
tae scliolae digladiatoriae, Joannein Bacx praeteftsum cas*
teUanum aive praefectum arcis Haesdanae, et Faulum,
una cum vexilliSy tune temporis in confinio vulgariter
nnocupato op Dueiêreny non longe a civitate existentes»
magDa aflTectione exspectare introitmn civitatis, primo per
portam divi Joannis, sed, porta eadem maoente clansa,
eeroentes se opinione speque sua fmstratos, inde rece-
dere rersus portam Yughtensem, frustra licet. Sciendmn
qnoque est» infatuatos istos homines capitales, nimiram»
Gueseos stipendarios Huesdanos » antequam spe amplae
praedae consequendae oppidum Hnesdannm exirent, pro»
misisse et certo certius addixisse suis respective uxoribusi
seu potius meretricibus et focariis allaturos se, quemli-
bet scilicet mon si?e meretrici suae quatuor tunicas ta-
lares Paparum seu sacerdotum, teuKonice, vier Papen
iahbarie^ et totidem cucullas monachorum, aliaque multa
pretiosa. Dnabus autem vicibus diversis, iidem lavemio*
nes, sive Argivi fures Huesdenses vocati fuerunt per vere-
darios, ut adventum accelerarent, sed neutra vice, male
cadeate alea, res babuit successnm. Post festum enim ve-
nire, ut communi verbo dicitur, miserum est.
Postera igitur die, nempe duodecima Septembris, circa
vesperam, omnes isti Guesei externi, turpiter summaque
cum ignominia recedere debuerunt, tamquam in patrios
cineres, quod ajunt, minxisse videantur. Et sic scoria
improba evannit: spuma vilis dispai*uit tamquam a pro-
Digitized
byGoQgle
— 434 —
cella dispersa atque difima, non urnen sine foetore re-
lictOy instar diaboli. Nam id reeessu clamavit impia ca-
terva nebolonum aha voce ad moenta: Hac nocte babe»
bimns ova ant puUos, quo jare quaque injariai teutooioe:
Desen nacht sullen toy eyer ofi jonghen hebben^ t^sy
nut Ufff off met leedt, Ad qood civcs ex moenibn»
talia retponsa dederaat: CurabimtiSy quod babebitia orm
niDiil cum polUs, teutonioe: ff^y sullen eehicken^ dot
gky dié eyeren hebben eult mette Jonghen^ snbaaïinan*
do eos subsaiifiatioDe graadi. Clamavit insiiper impnd»
faex ista bomiDum: SaDgubem affectamos Papisticmi et
bona civium, teutonice: Der Papen bloedt ende der
borghere goei^ er abnodantia scUicet cordis os loqaitiir.
FoBtremo dbg illud sfleDtio omittendiim puuvi; nemp^
ea nocte, quae atroci latrooinio perpetraodo, per dictog
GueseoB, destinaia erat, apparuisse supra civitatem Boa*
codaceosem visioiiem terribilem; divo Joanoe apostolo et»
vitatifl patroDo ac tutelari divo videlicet apparente, ge*
ntbus flexis» orante in snperficie ntd>i^; deinde visam
ftiisse, eadem die nndecima, mane bora.nona, ingentem
claritatem, adeo quod procul dubio, omnis victoria ipai
Domino Deo ascribenda veniat, cujus miracuio civitas ip*
sa conserrata fuit.
Eadem hac die duodecima, pseodopraedicationes fuere
nihilominns per ipsos pseudopraecones coniinuatae in ec-
clesia divi Jacobi dimtaxat, ubi mane pseodopraedica»
turn fuit.
Digitized by
Google
— 4U
CAPÜT QUARTUH.
Netttiquam aütem omittendnm existimcc^i borreDdiint
qnoddam factum meihoria dignnm, qaod die decima
quarta hujas mensis contigit. Nam vesanus quidam
psendopraedicans in templo divi Petri, ioter alias hlsa*^
phcmias enormes, per eum abunde eflfnsas, coepit qno-
qne Waspbemare ipsum venerabile sacramentum altaris,
inaiiibns suis sacrilegis in snggestn bostiam quamdam
elevans et ostentans bisce additis verbis: Ecce, bic est
Deus Papistarum, dieeos bujusmodi elevatiónem ïiapisti-
cam esse quemdam Indum jocniatorium. Qno dfcto, fait
ilico tbeomacbns iste facinerosus, snbitanea morte a Do-
mino Deo pércnssus, concidens in snggestu exaoimis. Cn-
jns cadaver protinus arreptum per quosdam ex audito-
rïo, caeteris omnibus interim templo efBuéntibns, valvas^
que occludentibns, fhit occultatum, necnon clancnlarie
ac de nocte (qno tempore ftires el latrones bumo con-
tegi solent laqneo praeciso) sepultuin; tanto miracnlo in-
terim secrete per eos retento, per quosdam tarnen ex
atiditoribus, bujus miraculi ergo conversos, satis propa-
lato divnlgatoque.
Consequenter, die decima quinta, fuit cifitaa eongr^
gata, et unanimiter cimdusnm per qnatuor ooUegia jik
colatorum sive sagttCariomm, teutonice, vier êokuiteryen^
et qnmdecim duces militnm sive oapitaneos, quod acbda
digladiatoria ad excubias amplios non admitteretur. Af*
tarnen nocte ilk vigilias egit de mandato domini tempo-
ralis de Boxtel, lamquam gnbernatoris civitatis pro dic-
ta schoia tune temporis intercedentis , et totius prodttio-
Digitized
by Google
— 436 —
nis factae, ex assertiooe omnium, conscii, seu potius per
eum procuratae et fabricatae apud ipsum Abimelech. Pa*
tet hoc: nam eadem die Jovis, qua praedicta proditto
successum non habuit, fuit ille prope civitatero, rei sive
proditionis ezspectans eventum et mutationem legis sive
jusütiae. Sed successu nou secuto, venit circa vesperam
in civitatem , quasi omnium ignarus. Imitaos in hoc
ezemphua domini ac magistri sui, nempe ipsius Abime-
lech, qui alias tempore primitivi Gueseanismi, fractis dis-
turbatisque imaginibus in oppido Bredensi» fertur aliquot
diebus ante fractionem disturbiumque , ejus mandato et
ordinatione factum, extra dictum oppidum se recepisse
et retraxisse, et postea reversum, querelas a magistratu
et aedituis super £M:t0' disturbationis in absentia sua (ao*
tae, audivisse summa cum admiratione, nee sine stoma*
cho, tamquam rei impie gestae, omnisque factionis sce-
lestae ignarum: sciscitantemque et diligenter inquirentem,
de factiosis et audaculis nebulonibus istis, qui tam enor-
me facinus perpetrare fuissent ausi in absentia sua, cui
tune viri illi boni ac Catholici responsum tale dederunt:
nempe ignobile vulgus hoc fecisse, homines nullius frugt
extraneos modo fugitivos. Ad quod vafer ille: appre-
hendatur, inquit, vel aliquis istorum furciferorum. Juro
ad pectus nobile meum, quod e vestigio nebulones istos
expediam et comgam in exeinplum aliorum, probe caU
lens eos fiigisse. Si, ait, praesens fuissem, numquam^
dictum disturbium factum fuisset Dicti autem magistra-
tus et aeditui caeterique Catholici, multum conqueren-
tes, debuerunt interim patientiam habere, una cum ima-
ginibns confractis, Simile habemus exemplum in crude*
lissimo latrocinio, nuperrime ejus scitu et mandato pier-
petrato, in eivitate Riuremondensi, ubi clerus tam atro-
Digitized
by Google
■ - 437 -
citer immanilerque tmcidatos fuit: cujas sanguis ioDozius,
etiamnmn hodieriio tempore, vindictam elamat Ecce^
qnam simnlate cuncta gerantur a simulatis et hypociïtis;
qnos Dominus Deus dominari seu potins grassari permit*
lit, propter peccata populi.
Eadem hac die veoeniDt alii prodïtores Guesei ad os
Dizae fluTii, eadem scilicet intentione et proposito, quo
priores venerant. Adeo quod, sicut diabolus mmiquam
dormiat, sicut malitia numquam fatigetur, ita nee ejus
filii et angeli quoque numquam dormiant: quippe qui,
more leooum rugientium, circumeunt civitatem, ut di«
glutiant eam, habicatoresque ejus.
Hoc tempore pseudopraedicaotes publice praedicave»
runt, praesertim dictus Jacobus impius lavernio, in lem-
plo divi Jacobi, rapinas et furta sacrilegiaque esse licita
ac permissa, et omnia communia, dicentes: Cbristum et
apostolos ejus fhisse fures, hoc quaesito colore execrabi-
lem funestumque errorem snum fucantes, quod asserant
ipsum Cbristum usurpasse et abduci procurasse asinam
alterins, una cum pullo, ad equitandum, absque resti-
tutione facta, de qua saltem expresse non constat. Ita,
ajmit, et nos quoque opus habemus. Et per consequens:
b'citnm est usnrpare res alienas, et, rapinae suntpermis-
sae. Omnia enim sunt communia, eo quod omnia Chris-
tus communia fecerit. O horrendam blaspbemiam in ma-
jestatem divinam. O nefandas injurias rogo ac Vuloano
dignas!
Circa finem mensis hujus, dicti Guesei consistoriales,
moliti Aierunt novas proditiones conspirationesque novas
fecerunt, ad introducendum miUtem extemum in civita-
tem Buscoducensem.
Digitized by
Google
— 438 —
Praesefiim auteiu die vigeaima ootava ejusdem meosis
fuit, ultm, citroque, sursum deorsmn, quoqiie versuiti,
per dictos Gueseos cursitatuni ad gubernatorelii civitatis,
Bempe ipsum dominum t^nporalem Boxtelleosem , v(de»-
tes praesidium militare admitti et iotroduci per phas ne-
phasque* JLdeo quod salus civitatis hoc maximo tempore
de pilo pependit; summa soilicet rerum io summum de*
ducta discrimen; supramodum va*o periclitatus fuit cle-
rus. Givitas ioterim non defuit officio suo sed toto cck
namine rcstitit eoitmi impiis conatibus.
CAPDT QUINTUH.
Septima die meusis Ootoèris oovus magistratus prae-
stilit jttrameotum, de cujus numero imprimis fiteruiH: Tbe«*
odericus Arodidi junior > tamcpiam praeses scabinonuQ,
homo perjunis, prodttor et adulter; magister Reynen»
firerswyuy homo apostata, archihaerelicus et perjurus, ca«>
pitalïs hosiis Papistarum» magister Gerardus a Deventer»
homo similiter apostata, sive haereticus et perjurus, et
domicellus Joanues Mooineat in Vught, homo toCus in-
tos et in cute consistorialis. Qui magistratus praedictus
modis omnibus placuit ipsi consistorio Gueseornm» exoep-
tis ex dicto magistratu quatuor viris praeclarisshnis op-
thodoxis atque Catholicis, nimirum Hieronymo Wynants,
JoÉDoe filio Joaania van der Steghen jnniorey magistro
Godefrido Lombaerts et domicello Joanne Heym, qui im-
piomm semper impiis conatibus restiterunt et ad fioem
usque fiducialiter egerunt in fidelitate ao obedientia re-
Digitized
by Google
— 439 —
gia, uaa sine gravi discrimine viue. Gatholicis vero suiu-
mopere dbplicuit: omoia dutem haec proveniunt ex or-
dinaUone et coDsilio ipsius figuralis RoboaiUy iinitantis
exemplum veri Roboam, de quo habetur III BsG. cap.
211. Fari modo facit et iste Koboam figaralis, de quo
iBÜra latius dicetur» qvjppe qui vitulos, id est» baere*
ses, praesertim sectam GalvüusticaiaetLtitheraiiaininvex;-
it et iDtttlit aliunde in terram faaoc populumque Catho*
licum ac Chrislianufn, ooa cum libertate viveodi, quam
paucis ante diebus eidem scholae digladiatoriae una cum
appendice permisit. Se qua re et plura liberet scribere,
si liber esset scribendi stylos. Relicto similiter consilio
senioram Catbolicormn adhibet coosilium juvenis cujus-
damt, taliter qualiter invecti et intrusi gubernatoris to*
titts patriae; ut per illum tamquano^ inslrumentum et ma«
turn idolum ipse adinventiones pessimnsque machinatio*
nes sua$, ad finem et effectum execuitive perducere va-
leret. Adbibet autem et ordinat Roboam iste» ubiqoe
locorum senatum novum similem sibi ejusdem iarinae bo*
mines, qui consistorialibus non displiceant
Goosequentery nona die Novembris, domioiis tempora-
lis de Boxtel, praetensus gubernator dvitatis Buscodu-
ceosis» visitavit praedicationem pseudopraeconis» in tem*-
plo divi Jaoobi apostoli, tune conciooanlis, una cum fa-
milia sua et certo comitatu, utrimque siccae aridaeque
nobilitatis; nempe Symouis Bacx centurionis seu capita-
nei scbolae digladiatoriae, uoa cum fratribus, aliisque
multia; videlicety Theoderico Arnoldi juniore, praeside
acabinorum, magistro Reynero Everswyn scabino, domi-
cello Gerardo a Derentber scabino, magistro Henrico in-
den Horen alias Angeleo et alib multis. Ex quo facto
Digitized
by Google
— 440 —
pcssimoque exemplo omn^ consistoriales gavisi fnere gaa-
dio magDo spemcpe ingentem cepere futuri snccessus. Imo
notabilia signa effusae laetitiae io symposiis per eos eX"-
hibita fuernnt quasi re bene gesta.
Eadem die dominus temporab*s de Lokerea, filius jiu
nior dicti domini temporalis de Boxtel» praetensi guber-
natoris civitatis Buscodocensis, venit in pagum de Yiight
stipatus tribus vexillis militis Guesei, putans intrare dio-
tam civitatem. Sed cives haluta iosinuatione, egerant
nocte illa duplices sêu dnplicatas vigilias. Hinc facile
coUigere est intentum et mentem dicti gubematoris. Scien-
dum aatem est, quod dictus gubemator fecerat se adjono-
tum parti adversae, nempe scholae digladiatoriae et eon-
sistorio; omnibus modis studens medium invenire iotro-
ducendi militem extemum, necnon centuriones sea capi-
taneos Gatholicos mutandi exauctorandique. Tandem sua
improba importunitate tantum effecit, ut in locnm prae-
dicti Theoderici Arnoldi junioris, centurionis sive capi-
tanei collegii antiquorum jacuiatorum, contra eorum vo-
luntatem et civitatis privilegium, et absqne beneplacito
trium membrorum civitatis, statuta die conTOcatorum ,
alium centurionem sive capitaneum nominatiim Joannem
vander Wiel, sibi dictoque consistorio peroptime placeo-
tem, surrogaverit: non exspectans diem statutam, sed
subdole et surreptitie et obreptitie, necnon ex insidiis
doloque malo, omnia gerens motu proprio, idque directe
contra jusjurandum praestitum.
Postea, vigesima tertia Novembris, quae erat dies do-
minica, praedictus dominus temporalis de Boxtel, prae-
tensus gubemator^ accessit mane eques templum divi Ja-
cobi, una cum statu et familia sua ad Coenam Noctui^
Digitized
by Google
— 441 —
nam, aeiape ad iniinwliMn fitoeslamque bolum inde tune
ten^poris ündcm coosistoriallbos adauoistratum. Accessit,
inquam, slipatos undique haUabardariis sois et quibut-
Asan aliis, ntrimque notis, ejusdem, nt ajiiiit, tenoris.
Eadem bac die, circa undecimain boram noctis, oo
coepit bolos iste infelix, per dictos consistoriales snmp-
tiis, <^erari; qnoram stomacbnm fecit eructare. Nam
scbola digladiatoria eodem tempore torbavit, adeoque
viüoeravit ipsos statiooarios milites in foro stantes, quos
interficere conabatnr. Sed coU^nm antiqnornm jacula-
tontm, tune temporis ngilias babens, ilico impiomm co^
natus impios et macbinationes pessimas repressit, fr^t*
que, usque adeo» quod muiti binc inde laesi fnerint
graTiter. Poetera autem die, collegium antiquorum jacu-
ktorom aocessit ipsum gubematorem dyitatis, postulans
justitiae exercitium in iatos violentos turbatores et gras-
satores exerceri, tamquam capitis reos. Ille autem, ut
est homo vafer, fac^'noris probe conscius, juravit ad pee-
tus auum nobile (illnd nunc novum est aucupium norel*
lusque modus jurandi apud consistoriales) se turbatores
fi^tiososque istos e vestigio puaiturum via justitiae, in
exemplum aliorum. Sed, prob dolor! nibil penitus sub-
secutum. latt: Terba non fuere factis correspondentia. Et
sic facinus btud ter quaterque capitale remansit impu*
nitum.
Anittere nolui sepulturam ci\jusdam centurionis nobi-
lissimi, Germaniae superioris pro ipso Abimelecb ejusque
iqipendice tune militantb, factam secunda die men^is De-
oembris, in insigni ecclesia catbedrali Buscoducensi. Qui
desperata infirmitate cor^tus ex oppido Helmondensi
Buscumdueis rectus fuit, spe sanitatis pristinae recupe-
€. 99.
Digitized
by Google
— 442 —
randae ope medicortun. Hic paucis post diehus morbo
mag» magisque inyalesciente in extrem» interrogatus: ubi»
nam eligeret sepulturam saam; an in templo CalvinisUh
rum? prorupit ilico m baec verba: GhêynHiu^ ieh «ft
wilter métier sehelmtn niw the schaffen haeffm; ich
wilter in der Dom cherchen begr^ieffen wuens pront
in praedicta cathedrali ecclesia paulo post sepuUos fuit
more Catholico, ante summum cborum. Bx qua sepul-
tnra Guesei Calvinistae contrazerunt sibi loogos naaos.
Omittere qüoque nolui indulgentias genevales boe anno
a suramo pontifice pro pace et concordia principum coo-
cesflas: in civitate Buscoducensi ob metum conaistoria-
limn baud publicatas fnisse, sed püs Catboliots duntaxat
insiikiiatas, receptas nibilomintts a multis^ dectma qnarta
die bi^us menos I non tarnen sine periculo. Nam con*
sistoriales jactitabant, se observaturos onmes et singulos
communioanteSy indulgentiasque psaedictas rectpiaites sive
promerentes. Qnos scilicet suspectos babebaht^ tamquam
inteliigeBtiam, sive correspondentiam babentes, teutonioe,
als verêUuU tnde eorréspondenUe ,hehhenie oom boste,
nempe Jpiapa, 'sen siunmo pontifice, quem pro boste una
cum adbaerentibus, teutonice, mOten amhoÊêek^ repi»*
tabant. :
Hoc tempore, praesertim 28% 29% 30* et 31* Decem-
bris, fuit maxima turbatio ia otvitkle Buscoducensi. Nam
gubemator una cum sua appendice voluit excnbias ma*
tare, novasque ordinationes facere, nempe viginti duces
militum seu capitaneos, ^uatuor praefectos vigilom seu
coronetosy ut vocant, teutonice, eolondlen^ et primarium
ducem seu praepositum generalem, tamquam babentem
Digitized by
Gaogle
~ 443 —
curam omnium, coostituere; civibus ab excubiis quintae
diei relaxatis, sed dnntaxat ad excubias decimae cujus-
qne diei, obstrictis. Et baec omnia captiose nimis et do-
lose practicabaiitiir;ut isto medio modoque posset commo-
diiis vexiUa aliqvot vagabundi militis externi introducere.
Et qiiia non potuit ad intentum suum pervenire, simur
hyit abitnm. De qua re coQsistorium multum dofaiit.
Nou defuerunt interim nobiles quidam , sicci utrimque et
aridi, cum quibusdam ex scbola digladiatoria adjuncti»,
qui falsam ilico supplicationem cudenmt fabricajrtintque
ad aulam dii-ectam, in qua scripserunt: civitatem ipsam
Buscoducensem petiisse ac petere, ut dominus guberuator
posset facere solus et insolidum novas ordinationes, so>
lusque ordinare duces militum, praefectos Tigtlum creare
et primarium ducem constituere. Sed dominus tempora-
lis de Helvoert, Bloyman, tamquam commissarius civi«
tatis Buscoducensis, optiinus patriota, olfaciens fucum,
mendacium et firaudem, indicayit hoc ipsum aulae, a qu|
postulavit literas destinari ad civitatem Buscoducensem,
ad inqnirendum diligenter de rei veritate, an supplicatio
veritate nitatur» quod e vestigio factum fuit. CSvitas
autem extemplo rescripsit, se omnium scriptorum igna-
ram. Et sic fucus omnis emersit, mendacium resplen*
duit in lucemi et confusi denique sunt omues isti pseu-
dograpbi confusione magna.
Digitized by
Google
— 444 —
CAPUT SEXTUM.
Consequenter autem anno a nativitate Domioi millesimo
quingentesimo septuagesimo, novo stylo Romano, in ipsis
festis natalitiis circumcisionis et Epiphania Domini« eadem
civitas fiiit in summo discrisnine constituta, idque partim
propter conspirationes et conjurationes» partim propter con«
venticula consistorialinniy de refonnata religione, ati hoc
tempore nomenclabantnr, recenter adinvento ▼ocabnio, ezi»»
tentimn, qoi toti in hoc erant, ut civitatem, tamquam
clavem Brabantiae, HoUandiae, Zelandiae et Gelriae, ad
Hollandiam reducerent eique iUam unirent et incorpora-
rent: ut videlicet fortissimum esset propugnaculum sive
fortilitium HoUandiae, ut, inquam, esset commnne reoep-
tacolum ac conventiculum haereticorum , spelunca omnis
latrocinii, esset publica carnificina, in qua Papistas sive
Catholicos insontes excamificarent excruciarentque , esset
denique sedes rapinae et scabellum scelerosorum. Imo
dicti cdnsistoriales jactitaverant, se aliquo istorum dierum
futuros dominos ac magistros civitatis; Catholicos siye P^
pistas, ipsa nocte natalis Christi, templum visitare volen-
tes, vi armataque manu coegerunt domum redire, res no-
vas molientes.
Omnium autem maxime fiiit civitas periclitata die oc-
tava Januariiy de nocte, quo tempore schola digladialo*
ria habuit et glaciem sihi multum propitiam. Dici vix
potest, quantum isto tempore fuerit ab istis factiosis ho<^
minibus tumultuatum, ultro citroque cursitatum. Lingua
fari non valet crudeles minas atque blasphemias, quae
tune fuere sine numero modoque: sed civitas olfecit Ia-
Digitized
by Google
— 445 —
queos abscoososy suboleverunt ei insidiae strnctae; per dn-
ces oamque militnm $i¥e oapkaiicos et decanos $ive de-
Goriones ftiere singnli Papistae ostiatim capitatim^ie eer-
tiores Skü pericnli iostaotb cam injimctiQBe tafi: ut qnn
libet vigiliifi inter parietes priratos agens, ad arma pro»
thiQB prosfliret, nunore andito. Sed Dominus Deus ea
noete eostodivit chrUatem.
Sdemio anten 'praeteremidttm baud puto factum enorme,
per eosdem oonsistoriales faeinofosos perpetratnm die prae>
oedente, nempe septima die Jannarii. Qno tempore, prae*
dicli ocmsistoriales citari fecerunt in domnrn eiTicam do*
minnm.ao magistram Giabertnm Mazinm, plebannm ecde*
siae catbedraUa et domiamn Gerardnm Broeckdaer, pas»
tocem ecclesiae paroohialis divae Cathartoae io praedio-
tam diem odaTam» qnibns die seryiente libellnm aoon*
satorium mtdtumipie mendacem ac mendosnm nimisqne
famosnm exhibaemnt, illegitime sctlicet contra formam
jnris et slykim cnriae procedentes flloscpie perjnrii accu-
santes, quasi contra jnramentnm et reformatam religio»
nem fecissent in praedicationibus suis, appeUando scilicet
pinecooes ipsos norellos oonsistorii siTe reformatae reli«
gionis psendoprophetas , illommque praedicationes asse^
rendo esse falsas atqne diabolicas. Et id circo eosdem
past<^es esse perturbatores tranquillttatis communis, et ut
tales pnniendos fore: aliaque multa absnrda et fKvola
impertinentiaqne in dicto libello plane impertinent! con-
tinebantur. Sed qnid, quaeso, boe aliud est, qnam lin-
guas radere pastomm Teridicomm. Videant, obsecro, ipsi
trabem io oculis suis, cum sint ipsimet perjuri et per-
turbatores tranquillitatis reipnblicae. Proprium namqtie
est eorum deformatae reKgiont pertnrbare omnia, ifiquiere
Digitized
by Google
— 446 —
vivei^, tumiihtiare, resqne novitg moKri et seditioiies eon-
citare. Quid, qnaeso, coDsistoriales alind sunt, quam vioh-
tütes pacificationts GandoisisT Pbtef koe, proprioque ove
et fiicto ccmdemDantnr. Numqnid entm dicta achola digk-
dialoria publice gestat in yexillo ano insolitae noviratis
symboluin pacis et fidelitatis sub fbrma blnae maniis ni
signum fidelitatis invicem ooDJmctiie ae oonftederaiae
cum snbscriptione hac: Plro aris et focis. Sed hisoe noD
oktantibiis, numqnid eadëm schola dighdittoria naa cum
appendice ausa fiiit, qua iieséio diaboUoa teneritate, por-
tas dvitatis Bmooducensis Catholicae ndeota annataque
et i^bne hostili mami proditürie cffinngere} criiBeB per*
dneUicmis committerey necnon aras, id est» aharia Dei
et statnas imagioesqiie sanctonim in eoclesia patoebiali
diVormn I^tri et Jacobi apostolomm et «Iterias in sa*
eeUo divae Annae respective evertere, vastare et dbtor-
bare abominationesque nefandas mxiltiplicare. Qois nm-
quam aadirit faotun proditorinm tale, et quts vMit hwc
simile? Haec adeo vera snnt, publica, notoria et mani*
festa, Qt nuila teigiversatione celari valeant. bso simSia
Iscta et crimina indies adbnc molinntiir êt madunaBtor
facere ac perpetrare, nisiqnod Dominus Deos miracnlose
eorton impios conatns reprimat, pessmas madiinatioiies
cdiibeat refrenetque. In aliornm probe facta acate oer-
nnnt: propria autem nefanda crtmitia, enonnia scdera' at«
qne flagitia haud videm.
Canseqnenter die 12*» 18* et 14' hnjm mensis piae-
dicti consistoriales instanter instantius et instaBtisstBie iii-
stitenint ac laboravierunt mutare excobias et ordinare no-
Tos dnces militum Gueseos, ezanctoratis antiquis Gatho»
Ucis: et per consequens introducere miKtem exeenmm,
Digitized
by Google
— 447 —
fenm acUaoet bestitm tprQBMjae sylvefttrem» qui postel
Tmeam domiai toulitep vastft», necnoD simplican hami*
lemqiie el nummieiaBi p<^pakm 'proisus effiarara fit ad
illiiis effectam facta fiat, ex snggesüfxae gu})et&atoriai€i«-
▼itatis cmn suis complidbusy resignatio officiorum a qui-
losdam oapitaoei», oooBiatorii fioiCaribas, ad mamis gi^
iMnatoris pcaodkti; sperantibtt et exspectantÜMis^ siaii*
km fittnraia iMgnatkneai ab ipsis dacib» Galholids:
m hac via esoiifaiamm atque* centnrioimm eive ci^iuuie^
oniBi oidiaalio in* splidum ad ipamii fqberimtorcm de»
«rolrecetiv, alcqüe dnntazat peiies ülma residerelr Qaid
vedbis opos aal? CSubernator praedietiia oeraensv ^4 mm^
pdsse votapociri^ «Kanotma vit beadem, diiq decima-^cpar*
ta reliqiM» aapftaneoft Catholiooa, ia fidelilate constanteB.
faio ootaodum «t^dictos. ooDsistoriales perdii^ersqs Ubel^
loa soppliGes sea requestas^ ut yocant» liisce diebos ish
Blanterel importime ae iaipetiioie postiilasse eadtam «en
poliiis exÜHim omDiiutL et aingttlonvn Faparum sea sa-
Qerdotniiir eKtraDeoriBa in civitate Bascodocensi non ordi-
natoroaok»
.Sadem bac die decpma qiiarta dictos LobereD, filins
gidbeRiiatoriSy noBiiiie cjnsdeoiy tuao aegrotantisycompa*
jens cüram m^gistoatu et tribus asembris seu tribus or«
diaibiis civitatis^ teutonce: dié drie leden 9ji eirdemn
demetmUj exonsare^coepit eaiadem gobernatorem palrem
•uum in scriptis, mmimn exbibidone credolae respon»
«ionis (debeliat eaim gubemator ipse cotps propositis siTe
pvopositi«mbQ8 oiiritatis respondere) pnotestans, dicltim go*
bmviatorem aalam habaisse inf(»mationeDi aquibusdam;
et eam ainpltns non intendere sese immiBoere facto sive
ordiaailiani oentnrioniun site capitaneormn et excubiarum.
Sed oaWa, id est, friveia et cassa erat excusatio hujns-
Digitized
by Google
— 441 —
vamik, famgiiam dokne et fiMndnleiilcr fiMta, d».td| qwd
«liqai n Catholicia centurionibiis nokhani & dioto gii»
bernatore exauctorari atu dimiiu, niai priiia canm lqgi*>
tifliae dnnissionis per eom in scripCis fihihkk
QiuHKioqiiideiii anlcm cooMteriaks soa CSoesei fiate
prae fortbns cenientes nlliaamn suom exienMiiiam et mp
Inm imminere, idciroo hoc tempore, pneNrlin die de»
eimd qntnta et decuaa aesta hi^u» meoija, fame in oon»
tinno mota, opere ac labore, ad prodeDdom civitotaa
BufloodoBenseB imprious OatholiGaau Odgenator Tere
peaedictas non oeBaavit mterim noUri mutaüoiieai ca»*
toiionum aBtiquorum Gatholioorum et dotos ad beaepk-
citam sttom ordinare, uaqne adeo, qmd eadem die.di&*
oama qninla voherit per tnncoi acn Tiooa sive poliaa
vicarios ezcnbentes elifi novoa centnriinica een capil»>
BOOS in locuBi eormo, ipii nltro cffioia Ma renwtaasMit
ad OMOua soa», idqoe ea spe», ut aeliqBia ocntviondma
Galholiois aimikaiL fcnrte renontiatioMni ftnentiboa vel
destitutis, ad se hujusmodi ordinatio oenturioaiim in soh
Udam deTolyeretnr. Ubi nnnc, quaeso, manot oKcosatio
oalva svperins memorata? Tandem aatem per eom ömr
clasom fnit cum oonaenau ctvitatis, ut qntiibet tninoua,
seu YicQs eligeret sex yiros, ut^be fubeinator optiooeoi
habeiet eligendi ex quin^ viris ilUs, nna com. aeodo
oentniione maaente» uanm qaem réleL Slectio aniem
huiusmodi fait per dictos lespectiTe tranooa sive vioos
iacta eadem die decima sexta, necnon qainqoe «iri electi.
Qoid malta? Gubernator praetensas cognoacens, eosdem
qainqae viros respective electes esse Gatbalioea et ngum,
aibiqae minime addiotos» movit ilioo coniroveniam et
quaestionem, aoieas esse contentus electione dictoram ^
Digitized
by Google
— 449 ^
alm étm «bi |ilMeirtes snUtk flligens, qnikis
fraudukftter ac ftlsa cnraTtt vota seu voces ac suffragia
dari pee vbm ümtmM et complioes.
NoUuius antam Jcsabdlisu sccfbeQs vota «ngntoffwii,
eadem mutavit per falsonun nominum supppsilioDem ,
fiiko et tMtrario modo.aoflicet ea duelnia teoebrioiiibiia
leu Gueiais adscrttendOf dtQiimstaiitibas interini coosialo*
ffialiboa as paeudegrapbo isto aerio ae sedolo quaoenti-
hos boe modo: Qoalia toU habeat iiostri, teutonice; fFiU
êHmmm iMmAet om? Qaod ipsum aaimadyertentes
onm «MuniHillar in baec verba pfompenMit, idiooiate
vanuumlo coocepta: Nu sien muh mêrelun toy it$l wai
4$n gauvêmêur nmet: amder^ nget dan diê êtadt mtt
ftrêemfi gummêzêin. te iedervon. Hg salt êoo veel
maeckem^ dai wg hêm mH zyntn amUumek tor êiadi
ftuyt ndkn dryvên.
Qmittere ik^ fonestam abominandamqne praedicatio-
nam per dictmn JTacobiim archihaereticaiD boe tempore
fiibctam^ praedicaiilem acUioet rem pessfani exempli sub
hac aiiBilitudine: nolita, inipiity flpatres in Cbristo, promp-
tiens tarnen in ciela» pneris asnmnlari» sed fortes estole
atqne oonstantes, sicut viroa decet* Est, ait, pater fitn
milias qnispiam, qoi vaaieBs domnm drcamspieit perlna*
tiatqoe avpellectilem snam; forte fortnna videns testam
aliqnam laeiam vel oonfraetam, sciscitatw ex pndibus
sen pueris de aiiclore frcti. Paeri singnli negant eon-
atanter factnm. Tos autem, inqnit, nolite sic iacere;
sdÜte pneris assunnlari: intelleri enim, ait, qoosdam d
vobis esse, qni dolent de Papaecidio, id est, caede et
ktrodnio lot Paparum sive sacerdotooi per eos coaunisso,
teutcMuee: Dmi sy soo vê$l Paptn mdê moimichm aér-
moord k$iben, Embescentes publice hqjusmodi latroci*
Digitized
by Google
— 460 —
nfe are Papaecidui, reoognotoere; imo diffitcntes ÜMMm
«ommisram, more puerorum: erabesoeates scilicet de re
pie gesta* Audacter^ inqnit, ocMifileimtei poUiGe ÜBustwa
^ lattdabii^ gestum. Hkm DonuDo Deo obsaqiinim praea-
tat, qai Papaecidia cóttimittit, id est, Papa» seu sao«»>
dotes occidit Qmlias cradelibos Tetbia impiua aposlata
iste et se ipsum quoqne pari poena condeniDavit Nam
et ipse quoqne Papa seu aacerdos est, teufionioe: êêm
Poep f habens characterem niddebilem.
Cajtts siq[iiidem abomiiiabilis praedicatioois quidam aoe-
lerosos nekdo ac tenebrio ex coüsistorialibtia nominete-
nm mihi et oognomiaeteniis cognitus, Toleas non tantum
anditor esse sed et factor. Ex mera jactantia nanaYit
in oppido Huesdano in pleno diversorio et sodalitio, se
nimirum una oom suis consortibos alias in HoUandia in-
terfecisse qnemdam Papam seu sacerdotem eantantem et
bibentem, teutonioe: JDai hy eenen Ptaep ^fermaardi
had, al 9inghendê emdê êrinckéndêt idque hoc modo:
nam, inquit, enm, in quadam scilteet fossa ad bmneros
usque per nós constitatum seu collocatom, quando to-
luimus bibere, pooolo oerevisiae porrecto, misere fostiga-
tnm fnstibi» ad humeros et capnt pnlsatum, bibere coe-'
' gimns. Ticissim Tero volentes canere enmden, similiter
fnstibos acriter caesum obrutmnqne ac fktigatmn oompii>
liitras cantare; quod* siquidem atrox et eradele factum
toties per istos tenebriones et Papaecidas iteratnm gemi-
natamqne fuit, d(Hi^ miser ille tsto cradeli fustuario,
ld est, snpplicio fustium, animum exbalayerit, deoque
•optimo ter maximo vitalia tradiderit^ martyrio afiectns.
Haec jactanter J&cinoroisQS iste retulit, eristimans Domino
Deo per praedicta obsequium pvaestitam. Imo Papaecida
iste et blaspbemns impttts, poste» in civiUtte Antverpiana
Digitized by
Google
— 451 —
IA piü)Uca pUtea dcwnbolsiis, pessime percnssuB: ntmpe
iSphtatvüiBL tormeDUria invisibiliter et ex improviso trajeo
tos, ex icta litijiismodi saevfim YuhnB aocipienda maxi-
ffiUAiqQe tormeDtam patiendO) mifierabffi obitii Tita fino-
tiB est, ad orcnm velegando airimam snm «hienisipie
caitterittm aecipiendo.
CAPrT SEPTimUII.
In ioitio mensis Februari! tantum fuit per improbos
consistoriales improbo eorum labore efiectum^ ut, anti-'
quis eisdemc[ne Catholicis ducibus militum dimissis, con-
stituti fuerint novi duces ex consistorio, nempe Jacobus
van Gasteren in intersignio quercus et cpiidam alii simi<*
lis farinaë homines, eodem lotio erroris, malitiae et ne-
quitiae, impietatis perversitatisque perfusos atque imbutos.
Adeo quod dicti consistoriales certas quasdam literas sur-
reptitias clausas, ab eis taliter qualiter impetratas, decima
die bujus mensis , tribus membris civitatis porrexerint,
continentes pernitiosam petitionem de recipiendo milite^
externo, nempe comité de Hollac una cum tribus vexil-
lis, tune temporis in libertate de Oirscbot collocatis. Te-
rum, tria membra praedicta, rejecta petitione improba,
totis viribus sese suspectis bujusmodi literis opposuerunt.
Hinc satis coUiguntur pessimae macbinationes consistoria-
linm, necnon civitatis Catbolicae constantia atque fideli-
tas afiatim innotescunt.
Consequenter die nndechna mensis praesentis' quidam
nobilis patricius vir bonus et justus timens Deum, qui
Digitized
by Google
— 452 —
nentiquam cimseoserat coDsiUa «t actibus oonsislorisHiDii,
iMNnme domiedlns GttilKelaras de Borehgrave, domimi»
temporalis de Oerle etc, pridem praeses scabinornai Biu-
codücensiiim eandem oiritatem reli({nit, idqne ob memm
pericuK iastantisy nempe ejeètioitis et ezilü per coosi^to-
riales comminati: statutom enim et ordinatmn erat a tri-
bus ordiDibas sive membris civitatis de oonsensn guber-
natoris, ne ulla ratione portae* civitatis de nocte pande»
rentnr aperirentnrque. Omtigit autem, quod dictrn ga-
bemator volebat nocte quadam veredariam extra ctTita-
tem, qnasi sciUcet de dte non habnisset opportnnitatem
mittendi» nisi (jaod monstri aliqaid alebatar aoguisque
•in herba ktebat, mittere. Tenerunt itaque nonnnUi ex
scbola digladiatoria, tune temporis vigilias necnon cus-
todiam nnius clavium civitatis babente, ministri gusdem
gnbernatoris praetensi, davem portae ab eodem domicello
Borcbgree£f, cujus qnidem claris ipse tamquam consilia«
rius secundi membri civitatis, eo tempore custos erat,
petentes quo jure quaque injuria ; qui eam recusavtt tra-
dere, all^ans ordinationem civitatis volensque rem prius
patefieri tribus ipsis membris praedictis, praesertim tertio
membroy quod tertiae clavis custodiam habebat, aliisque
deputatis et commissarHs addens baec verba tentonica:
lek en êal uluyden den êluetel niet gheven^ noch om
uluyden wille ^ noch om den gouvemeure wille, Qnae
verba consistoriales praedicti sinistre interpretantes, adeo
a^re tulerunt, ut eum propterea citari fecerint, accusan*
tes eumdem de multis comminantesque ejectionem et exi-
h'um. In tantum quod vir ille nobilis debuerit tam motn
proprio, quam oonsilio amicorum, ultro furori improbi
gregis cedere, civitalemque rdhiquere.
Digitized
by Google
— 46» —
Altera die, quae fuit duodectma incredibiks fqere dis-
cursiones et incnrsiones in singolas domos fiictae per Cfm-
sistoriales,^ qnaerentes» uti asserebant, perqprioos sive ex-
teroa homiDeSy iiiibi fhrie hospitatos. Sed sub i]lo prae-
textn et medio qnaesilo arma quaerebaot; in aedibos de*
ijcomm inveDta autem asnoiabaDt. Verum, ut ingenoe
fiitear irenmicpe dicami nibil aliud tenebriones isti quam
assam quaerebaot, oomposito enim fisictiim erat, tentonice»
het tooê êm ghênwêei dingh, ezpilandi ac spoliandi de*
mm, qni tonc temporis expilationem in singnla momenta
exspectabat timebatque: osque adeo, qüod eo tempore
fuerit jactatum coDunune verbom istud per Gatbolicos seu
Ptopistas ÜBgaa Yemaoula: Sjf êoehien den blauwen blaee*
hatkt opdat #y oen tgrahheUn souden eomen; vel po*
tiBs: laqueos qaaerebant, quibna suspeodi vakant. Hisee
et similibus nsi tune fiiere factiooibns, adinventionibus et
stndiis; sed actmn egerunt •
Eadem die mirmn incredibilemqQe in modnm fnit sol-
lidtatum grandesque tempestates raotae fnere per coosis*
toriales ad intromittendmn militem e&temum. Nam die-
tos LokereD cnm suis complidbus acriter institit impro-
beqne laboravit apnd dvitatem, nempe tna membra, ut
exterons miles Gueseos admitteietnr. Imo cerneos se non
posse voto potiri, petiit, ut vd sdtem miles extemus ad-
milteretur , coUocandus extra et propre portas dvitatis ,
sdlfcet in pago de Vugbt, Ortten et Hyntham, intromit-
tendns autem tempore necessitatis, pressus ab hoste. Sed
tertium membrum» nempe oommuoitas, boe ipsum recusa-
vit facere, rejecta ejus petitione tamquam suspecta. La«
boratum autem fuit tota ista die stremie sine intermissione
importune satis, sed incassum. Adeo ut iipud dves tonc
vulgo jactatum fuit proverbium vernacula lingua concep
Digitized
by Google
— 45* —
tuaii Mgn kHT Vfsn Lotman 90ui$ dU êiadt ghêim
êlmyien 4n êynm ooherm.
Posten vignima' prima scilieet die hnjus memis prae-*
di(^u3 dcoiiaiia temporalis de Boxtdii praetensos guber-
Dator oivitatis Boscoducensisy accepta lioentia abeoDdt a
tribm membrbi' tam pro se ipso quam dicto Lokerea filio
8U0 Taledixit civitati, quam tmic reliqnit; remanente nihil«
ominiis eodem Lokerea fiOUo sno absqiie ^ommisaioDe l^tf^
tima* De qoo tune £una erat, qpod tandem a coquo soo
expdUeretur ob defectnm scilioei Gereris et Bacdii.
Tigesima autem quiiita die venerunt aliqnot vexiUa Ao^
glorum et Scotomm, sponsi Peoekypes» io patiiam Hne»-
daoam et patriam de Akeda, et tria vexiUa in pagnm
de £aghelem et Alem ea spe, ut intromitterentiir per coa-
«istoriales in civitatem. Lokeren autem cum sua appcnr
dioe eodem tempore exhibmt certas quasdam literas» a
quoy nescio, paeudogriq>ho scriptasy continentes admissio-
nem miUtis eztemi,neooon onionem civitatis Buscoducenr
sis ciun HoUandta. Givitas veio olfisicieDs proditionem et
instans periculum, condusit et ordinaFit, ad revocatioDem
tiium membronun, ut ipsi «cholae digladiatoriae et Yicb
sive tnmcis tempore excubiarum fieret adjunctio sive ap*
positio yigiliarum subsidiariaram, teutonioe, tytcoettos,
ex quolibet scilicet collegio sagittariorom sive jaculatonm»
nnius manipuli. Ut videlioet quaelibet vigiliae sire excti-
biae augcreniur quatnor manipulis, teutonice, omt rol-
Un: quolibet manipttk» ascendente ad numenim undecam
personanun, el vioisnm cuilibet ex dictk quatuor coUe-
güs jaoulatóiüm, tentonke, Ptêgt die vier êchuiteryen^
adjungerentur ex dicta schola et quolibet vico seu truoco,
Digitized
by Google
— 466 —
mms manqpulus. Par quant oidiiuilicaeia oModllae gn»-
dem scbolae digUdiatoriae sive' oansiatorialium insigiHto^
diamo et freoo constdctae faerunl. Sed dicür oonsiato-
riaks aeditioai oeodnm paeati Lao or^batioiie ^ oonolii;*
sMoe ^yitatis, non destii^nuit ulterin». improbe laharaye
et molirU necnon pioditoae at «x insidiia. btrodwtionflni
miUtia eUfrni madiiaarK
CAPOT OCTAVm.
Hb volni adjnngere qtiod&m (actnm' memoria dignum,
ipaod comigft teftia die Martii fai'ipsiè scillcet festis Bat>-
ehanalinm. Qao tetnpore snspensus fdit ante fores' Jacobt
paendopraeconis vitnlus morticintis eicoriatm et a chdh
bos semiesus , qni multis diebus jacuerat in cimiterio ec^
desiae catbedralis. Hoc antem faetam fait eo fine, ut
impnrus CMrinista iste de impuro morUdno yitulo bac*
charetur, id est, baccbanalia celebraret geninmque cura*'
tet Hine colligi : poiest 'quanto in bonore et faTore ba<«
bttns a- Gatbolic» civibus fuerit pseürdo|)ropbeta iste GéV-
▼inisttevrs , qni pérbeUe callébat Gorios ^iinulaiie et Bac-
cbanalia were.
Slleotio baud praetereundam existimavi kmentabilem
praedicationenij ob instantem Ingain perdiotum Jacobnm
apostauun, die d'aodecima Martii faetam, in sacello divaa
matris Annae. Incredibües tune tbrani sive lamentalioDea
a eoDsistorialibus.facUe inepe, eopiae corou laciymamm
ab auditorio affatin efiuanm, pauei ei^aiit, qni tenerant la*
Digitized
by Google
— 456 —
crymas. Amaro autem animo snspiruis et gnlans, ad-
doxit nugalor iste vesairas sine capile fabnlaniy allegans
ex yeteri testamento varia exempla, ^bus auditorimn ad
patientiam exliortatiis fnit in psendoconcionibna a se fiM>
tis. Dioens verbum Dei una cum prophelis perpessun
fiiisse multas persecutiooes, et a mukis prophetatmn esse
anntSy ipsum verbum Dei gnsque praeoones sen praedi-
cantes pati debere tres persecutiones in hisce patriis in-
ferioribtts. Declarans se perpessum fnisse binam persecu-
tionem et tertiam mstare» sed post trinam illam persecu-
tionem aliam^ nullam fore, semine scilicet puri ac meri
verbi divini tune deinceps florescente. Inter alia autem
suos auditores seu consistoriales^ bortabatur praesertim di-
tiores ac opulentioresy ut se sequerentur et . neutiqnam in
ciyitate inter Papistas remaoerent. Quid mulüs moror?
Ploratum fuit binc inde» lamentatum ultro citrocpie, modo
incredibili. Tam difficulter scilicet solvitur maUtia, dinr-
nitate temporis cooglutinata et ioduratal Hoc autem pseu-
dologio valedixit auditorio venia postulata. Vermn noodum
stattm bosüs iste^ domesticus recessU, hoc eoim fieri opor-
tet, non nisi foetore relicto, more diabolico, uti inferius
patebit. Est autem dictus Jacobus propheta verus quoad
hoc quod 'dicit , persecutione cessante, verbiim Dei floies*
cere Et profixsto sperandum, quod pseudoprophetis istis
tbeomachis exulantibus, verbum Dei florebit, una cum ec-
clesia Catholica.
Posthaec die quarta Aprilis dictus Lokeren, intmsas gu-
bemator civitatis, jussit ad se accessiri praememoratiim
dominum Gerardum Broeckelaer, pastorem ecclesiae paro*
chialis divae Catharinae virginis, per Unos satellites suos,
qui eum secum adduxeninr. Cui tune propositi fuerunt
Digitized
by Google
_ 467 —
diversi articali inepti per aliquot judices, quos scabinos
YocaDt, civitatis: niminim magistrum Reynenim Ererd-
wpi, magistniDti Gerardum a Deventher, domicellum Jo-
acnem Moninch cyclopem et alios consortes. Primus ar*
tienltts fiiit: An ne verum esset, quod in suggesttt pu-
blice praedicasset, omnes auditores praedicationis haere-
ticorum sire pseudopraedicantium condemnatuin iri. Quem
articulum confessus fuit et non negavit, dummodo scili-
cet in hujusmodi praedicatione erronea perseverantes per-
manerent absque conversione et resipiscentia. Secundus
fliit: Utrumne similiter praedicasset, praedicationem baere-
ticorum [nibil] esse nis'i meram seduetionem populi, necnon
dolum et commentum diabolicum, teutonice: duevtleryé;
quem ipse similiter confessus fiiit. Tertins articulus fuit:
Anne praedicasset, ipsos Gueseos seu haereticos sitire san-
gninem suum, seque optasse, quod casu quo contingeret
se occidi ab eis, posse time emittere cupam sanguine ple-
nam, quo omnes crudeles ac cruenti isti sitientes satn*
rari sive erpieti valeant, adeo quod illa die multae ac di-
versae propodtiones objectiones et confutationes binc inde
factae fuerint.
Fostea die sezta, quae merito summaque ratione venit
ipsi domino pastori praedicto» tam creta quam carbone
signanda, mane bora octava accersitus fuit idan pastor
ad aedes dicti Lokeren, ubi mandatum accepit a^eundi
statim civitatem absque mora; cui ilico adjuncti fuere
quatuor satellites ipsius Lokeren, qui eum furtive tam-
quam pacis religionis refractarium» extra civitatem duxe-
runt usque ad pagum de Toghty quem a longe tune idem
ipse Lokeren secutus fuit. Quae siquidem proscriptio ac
ejectio fuit adeo secreta et occulta, quod collegium cbi-
C* 30.
Digitized
by Google
— 458 —
roboinbardarionira, teutonice: die Cluev&nierSf tune ex-
cubantes ad portam YughtenseiD hujusmodi proscriptio-
nem non adverterint. Verum exorta mox fama defereate
clamosa denuntianteque rumore, secuti fuere e vestigio
pastoreia multi Catholici civeS) tamquaui feroci^ leones
catulis raptis, iiiter quos primus idemqne praecipons fuit
domicel^us Joannes Gampen ex piaeclaro genore nobilique
stemmate oriundus, qui eondem manu violenta reduxe-
ruot. Yeoientes autem ad portam exteriorem, videriint
ibidem ipsum Lokeren, rei eTentum exspectaotem, supra
pontcm stantem et ioterrogantem: Qua fronte quave auda-
cia et temeiïtate anderent istum reducere? necoon ulterkis
in baec verba ideomate yernaculo prorampeDtem: D*i sal
noch haUen eoêten. Cui reapondit dictus Gampen: Nos
sanguinis et pecnniae afiatim habemus: teutonioe: fFy
hehh&n bloediê endê ghelds ghenoehi Alüs nomiulliSy
piBesertim uno va*o patriota, nomiaato Joanne van Blaei-
jel, dicentibuft ipsi Lokeren et addentibss: Ta viridis
nimis adhuc es ad talia perpetrandum. Adhuc taa mes-
sis in herba est. Neque imperator neque rex seu «osar-
cha aliquis talia umquam ausus fuit perpetrare: teatonice:
Ghy êydt veel te voel om uwen heek: ghy êydt noeh
té gruen aUule» té bedryven. Noch keyzer^ noch co-
ninek off monarch en hebben noyt aleule» oen der*
ven richten. Gresoente interim numero civium q^parit
fere iste Lokeren prae nimio terrore, metn atque pavore;
de statu braccae bic retineo. Qui tandem in baec verba
proruit: Numquid ego sum supra vos: teutonice: En ben
ick nyet boven uluy? Responderaat cives: Ita £Kile pos-
ses esse infra nos: teutonice: las^ ghy mocht ligtelyck
beneden one eyn, Multi enim habebant in animo eun-
dem praecipitem dare ex pbnte in aquas, sic enim infra
Digitized
by Google
— 459 —
eos fuisset. Pastor autem ductos fuit ia civitatem, cui
obviam statim veneninl ia aggere Yughleasi nobilis do-
micellas Jacobus Brecht, eques auratus, suauaus praetor
seu praefectus Catholicae civitatis Bascoduceosb, uaa cum
Paulo Wynants duce milituniy time temporis ezcubias ha«
ben te 9 com vexillo suo, qui taoquam fortissimus dux, et
primaria causa movens alios incitavit» aoimavit coaforta*
vitque ad reducendum pastorem: ea scilicet in re, sicut
in caeteris mnltis, fiducialiter admodum viriliterque agen-
do: necnon magistrata aive senatu, nempe, magistro Go-
de&ido Lombarts, J. U. licenciato, provisore mensae sancti
Spiritus Sylvaednceosis , Hieronymo Wynants, ac multis
ex consiliariis , utpote, magistro Z^ero, J. U. licentiato,
viro inprimis virtutis floribus omato, et solidissimae fidei
splendore decorato, aliis(fae quam plurimis, tam ex ma-
gistratu quam ex corpore civitatis viris praedarissimis re^
giaeque majestati fidelissimis vasallis, viris, ioquam, im-
primis orthodoxis atque Catbolids. A quo nobili stipatus
comitalu, pastor duotus fuit ad domum civicam, ubi coa-
clusum ilico fuit et ordinatmn, ut duceretur ad aedes
p^enominati domini praetoris, ubi multis mensibus per-
mansit, civitate interim pro exspensis seu sumptibus, tam
litis quam victualibns et violentiis fnturis spondente ac
fide jubente. Parum autem abfiiit, quin eo tempore dic-
tU8 Lokeren fuerit expulsus civkate. Quid multa? Erant
tempore proscriptionis praedictae quinque nebulones et te-
nebriones furciferi in capella de Yught ex insidiis laten-
tes, adventumque exspectantes ejusdem domini pastoris:
qui eundem, capite prius securi diffisso, in partes sectum
in ibssa praeparata recondissent, sicque crudelissimo mor-
tis genere affecissent. Sed Domiims Deus eorum impios
cooatus fregit, servumque sumn neqnaquam deseruit prae-
Digitized
by Google
— 460 —
conem veritatis. Unus aulem ex dictis quioque latrcMii-
bus videns se frustratum spe saa, aciem gladii sni a se
fractam prae nimio furore mentis atque amentia in aera
projecit.
Eadem hac die, ejectus similitcr fuisset domious ac ma-
gister Ghisbertus Masius plebanus ecclesiae cathedralis.
Satellites enim .dicti Lokeren venerant ad plateam usqne
putealem, versus aedes ejusdem plebani, sed inteUigentes
olfacientesque redituin dicti pastoris divae Gatharinae ilico
pede Mercuriali reversi fuere, dimissis attriculis, instar
iniquae sortis aselli. Eadem quoque die exptilsus fuisset
religiosus döminus guardianiis conventns Minoritarum. Hos
autem tres excellentissimos verbi divini praecones expu-
lisseiit propter justitiam et veritatem, quas strenue impa-
vidoque pectore praedicabaut absque intermissione, cxhor-
tantes populum ad constautiam in fide Catholica et fb-
gam erromm, Quid? AmpHus infra triduüm ejedsseot
omues Papistas sive Gatbolicos. Sed Dominus Deus ah'ter
disposuit, qui suos omni tempore, ut pupillam ocaU, ons*
todit.
Consequenter die octava maximae fuere tempestates mo-
tae per praedictos consistoriales, et ingens pavor invasit
^ mul tos. Nam scelerati isti jactitabant se veile extrema,
ferro vique amiata, tentare, necnon Acharontem movere:
teutonicc: Dat êer met getoalt door rmyien souden, Quo
tempore ingens erat numerus Gueseorum in pago de Hd-
vort, cpios fama erat muros civitatis a duobus lateribus
scandere veile, eadem schola digladiatoria ea nocte excu-
bias agente. Quid plura referam? Ampullae tune tempo-
ris et sesquipedalia fastuosaque nei^non spumantia verba
teutonice: irotHghe woorden^ sen potius nefandae Mas-
Digitized
by Google
- 461 —
phemiae, per eofidem consistoriales iocircumsisos, jactata
et 'trtttioata fueroat diceotes: Aut cucubirtae florem aut
cueubirtam; aut nuxrtem, aut vitam; aut ei vitale potie-
mur» aut Deus non erit Deus: teutonice: J9^y sullen
onsen wil vande siadt hébben^ of God en sal egheeti
God êyn; wy êulhnder nu doorslaen; xoy willen nu
Hrondt ofi eofèinek weêen^ ridder ofi mersman. Sed
alternativorum akerum fuit verum. Deus namque man-
sit Deus et tenebriones isti stercorati manserunt in ster-
cx>re. Cives autem Catholici tota nocte illa strenue vi-
gilabant, tam inter privatos parietes, quam in publicis
vigiliis, Domino Deo interim custodiente civitatem.
Libet hic recensere, quod in libello accusatprio contra
dictum dominum pastorem exhibito per ejus adversarios,
nimirum consistorialesy praesertim aliquot judices seu sca-
binos et signanter per magistrum Reynerum Sverswyn,
magistrum Gerardum a Deventher cum consortibus, con-
clusum erat mere criminaliter ad decapitationem et cou-
fiscationem bononun.
Die vero decima quarta Aprilis consilio malignantium
congregatOy dictis .sdlicet judicibus seu scabinis una cum
ipso I«okeren et aliis multis ex consistorio, in domo cl«
vica in camera vulgariter dicta often G(\ffely et cuticula
bene per eos curata vinoque cerebro incalescente.jusse-
runt ad se coram tribunali accersiri ac sisti* eundem do-
minum pastorem sub horam noctis nonam, postquaiu sci-
licet tam teomlenti potuque obruti essent, ut eorum lu*
dibriis calumniis et scommatibus responderet. Quaenam
est ista, obsecro, via justitiae et modus procedendi, ut
reus insons de nocte sistatur cogaturque respondere co-
ram tribunali, sedentibus judicibus sontibus tfciodianis
Digitized
by Google
— 462 —
partialibus atque capitaiibus hostibus sois? Ad iribunal
interim insoos , iniquum temulentuinqtie tempore noctis
praeter consuetadinem fori moremqne judicioram rapitnr
a sonte. Tenerunt autem bene quinquaginta nmnero in-
8tar canum rabidorum ex schola digladiatoria, eo tem-
pore vigilias agente, ad aedes domini praetoris, postn-
lantes ipsum dominum pastorem captivmn ad tribcmal
scabinonim sisti sive vivnm sive mortunm. Yeram ipse
dominns praetor tnrbae Judaeorum tale responsum dedit:
non est, inquiens, modo tempus pro tribunali sedendi.
lUis autem ita sermonibus invicem conserentibus , super-
venenint cives in magna copia instar imbris repente ruen-
tis, qui dictam turbam et colluviem nebulonmn dissipa-
Terant. Quid plura? Gonclusio dicti concilii erat talis:
quod eundem dominum pastorem innocentem insigniter
illusum ludibriisque indignissimis conviciis et opprobriis
necnon dicteriis scommatibus et apophthegmatibns escep-
tmn et fatigatum remisissent ad aedes praetoris et in Tia
ex insidiis per dictam catervam latronum vita privassent.
Sed consilia sua pessima excogitata non potuerunt sta-
bilire.
Sciendum autem est, quod eadem die decima quarta
ipse magister Reynerus scabinus seu judex surgens ex sede
seu cathedra, in qua pro tribunali sedebat, fecerit se
partem, sustinens scilicet partes accusatoris, eumdem pas-
torem de multis accusando. Qui interrogatus a civibus
adstantibus, cujus nomine et auctoritate se partem face-
ret, nempe accusatorem? Respondit se hoc facere ex
parte et nomine civitatis. 'Illis autem petentibns videre
procuratorium et commissionem civitatis, respondit se non
babere procuratorium aut commissionem, sed se id facere
nomine uxoris et prolium. Quod sane responsum fuit ad-
Digitized
by Google
„ 463 —
modiun ridiculum et ironice factum. Imo idem ille ma«
gister Reynenis, senex infatuatus et ^nveteratus dierum
malorum enormes tune temporis blasphemias efiudit in
venerabile sacramentum eucharistiae sub hac verborum
forma y vemacnlo sermone concepta: Het is eenen meel'
god ende den paetoir ie eenen tneelgod^eter; hy ie eenen
ziellen moorder. Et alias similes blasphemias ex im*
puro stomacbo evomuit.
Antequam autem ad ulteriora via regia procedamus
praemittere libet horribile quoddam ac detestandum ne-
faodumque respoosum consistorialimn sive Gueseorum ,
quando eis aut alicui eorum a Catholicis pia fit mozutio
et commemoratio vel mortis vel extremi judicii aut poe-
uarmu ioferoalinm ceu justitiae diyioae. Qui statim in
verba ista impia satis proterve proruunt: Aurigae curam
omnem committimus, teutonice: Vy laeten den voirman
eorghen^ flocci scilicet &cieDtes pias ac salutiferas ad-
moDitiones, plane immemoret, quod auriga snbinde solet
cumim snbvertere.
GAPÜT IfORüH.
Consequenter die quarta Maii Theodoricus Arnoldi ju-
nior praeses iosignium jndicnm sen scabinorum superius
memoratomm yenit eques in ciyitatem Buscoducensem spi»
rans mendaciorum, minantm et caedis in Catholicos seu
Papistas, secum adferens ingentem sarcioam litterarmn et
placetorum fako fabricatonmi contra tractatam pacis in-
stantis, qiiam modis omnibus c<Hiabatur cum suis com-
Digitized
by Google
— 464 —
plicibus sistere ac impedire. Petiit autem tune temporis
et quinta die sequente unionem civitatis cum HollaDdia,
Zelandia et Gelria, provinciis unitis et confoederatisy neo-
non sub liga, ut vocant, eustentibus , contra tractatum
instantis pacis. Petiit nlterius multas esactioues aliaque
quam plurima in grave praejudicium civitatis et pacis.
Verum litterae praedictae fuere per civitatem Catholicam
rejectae tamquam suspectae falsoque fabricatae, ima cum
unione proposita, tamquam civitati et paci praejudiciales.
Terissünum enim est quod vulgo dici oonsuevit» unionem
scilicet et pacem Religionis» teutonice: <len Religiom
vrede j esse armeota Gueseorum sive baereticorum, teuto-
nice: dartelery der Guezen.
• Hoc tempore quidam Jodocus de Bie unus ex coosis-
torialibus extruxit de consensu duntaxat dictorum sca-
binorum seu potius, scabiosorum, magistri Reyneri Evers*
vryn, magistri Gerardi a Deventher et aliorum consisto-
rialium similis farinae et scabiei hominum pontem lig-
neum levis materiae prope portam Hynthamarensem, fa-
cieus ulterius foramen magnum in muro civitatis causa
vehendi carras seu bigas, uti asserebatur, per illud ip-
sum foramen ad usum munitionum ac fortificationum ci-
vitatis. Givitas autem olfaciens fucum ac fraudem , des»
truxit subvertitque ilico pontem, recenter positum, oc*
tava die Maii et foramen violenta armataque manu ob-
struxit. Quod siquidem foramen seu potius cicatrix fo-
raminis vocatur in hodiernum usque diem: Foramen apia-
rium» teutonice: BieSn gadt, Adeo quod utriusque et
pontis et foraminis finis ab origine pependerit. Sub illo
namque praetextu et velamento existimabant consistoria-
les isti militem externum in civitatem intromittere. lUa
namque eorüm et mens «rat et propösitum. Miles vero
Digitized
by Google
— 465 —
intromitteodus ea de causa venerat. et coUocatus erat in
patria H^esdana et in Looga Platea, nempe in Wael-
wyck et Draenen, trecenti scilicet equites cum aliquot
peditibus. infimae faecis, capitalibns homioibus. Qui c^-
nentes se spe sua frustratos et delusos recesserunt proti*
nns, foetore relicto more diabolico. Patet hoc, nam plus
qiiam belluina ferodtate laverniones isti facinorosi , ter
qnaterque patibulo suspendioque digni in miseros rusti-
coB desevierunty terribilem immanitatem et crudelitatem
in eos exercentes, quos nefandis tormentis affecerant.
Mulierem namque qnamdam collo laqueo constricto per
aqnas traxeront ejusque prolem a longe sequentem muU
tmnque plangentem pugione alyo dissecto, trucidanmt,
intestinis in terram effnsis. INcti autem Nerones spera-
bant civitatem Gatholicam intrare tanta cmdelitate armati.
Die vero undecima Ifaii babitnm fuit consilium per
dictoa consistoriaies in yico dicto Op Dueteren prope et
extra portam diyi Joannis evangelistae in domo ibidem
collapsa Henrici Michaelis. Venit autem nocte illa dnx
quidam militum cognominatus Bontman, impius Antio-
chista in pagum de Engelen una cum trecentis peditibus,
impia hominum collu?ie. Quo tempore et totidem simi-
liter pedites yenerunt in pagum de Berlecom, qui altera
die propius accesserunt, nimirum in dictum vicum Op
Dueteren, et in pagum nuncupatum Opte Dunghem, spe-
ranles sibique pro certo persuadentes, jactilantes et ascri-
bentes intromissionem in civitatem, canentes scilicet trinm-
phum ante victoriam. Quibus duobus diebus praedictis
inita fuere consilia funesta per dictos consistoriaies prae-
sertim in aula episcopali, ubi multiformes insidias et la*
queos absconsos struxerunt et posuerunt, multUarias pro-
Digitized
by Google
— 466 —
ditiones concoepeiaiDt. . Usqiie adeo, quod si umquam an-
tea nuDc maxime in coDtinuo motu et labore ftierunt, Pa-
ptatis seu Catholicis necem civitatiqoe perniciem machi-
nantes. Civitas autem eadem die duodecima voce tympa-
nistae proclamari fecit circa undecimam horam, ut omnes
exterDi milites ciyitatem exirent et extra eandem sese mox
reciperent ante doodecimam horam sub poena corporalis
pnnitionis: directis snnul literis ad dictum Boutman, ut
cum suo milite e Testi^ recederet, alioqui oiyitas sciret,
qoidnam de eo a^e habevet, qui postera die mane re-
cesait.
Postea, die decima quinta et decima septima» exhibitae
fuerunt civitati diversae respecUvae literae, per dictum
l4okeren et consistoriaks sive diabolistas, a quo nescio
Abimelech totius mali artifice ac architecto directae, con-
tineotes exactionem centesimi denarii et admissionem prae-
sidü militaris externi saltem tempore nc)cessitatiS| vel in-
praesentiaram in pauco admodum numero, nimirum quin-
quageoario.
CAPUT ÜBGOIVH.
Postmoduin secunda die Junii de nocte, qua vigiliae
habttae fuerunt per sckotam digkdi«toriam appropinqua-
verunt Guesei sire milites externi, aeilioet Joannes Bacx
assertus gubernator Huesdanus seu potten praefectns arcis
Huesdanae, quam vulgo vocant casteUanum, una cum
suis consonibus, et eonifplicfbus, proditor civitatis paler-
nae vocatua per coflsistoriüm Bnscoduceuse extslimansque
Digitized
by Google
— 467 —
ea Docte jeendem civitatem intrare, el occnpare cum rao
fhigiperdartim coettt« Terum tota illa nocte strictissiinae
vigiliae per cives habitae faenmt; catervatim ac mani-
polatim plateas omnes civitatis, fnoenia stmul et portas
eircQtneuntes.
Postera autem die, quae erat tertia hnjns, tanta fiiit
conif&otio et tnrbatio in ciritate, qnalis hactenns num-
quam visa furt dimilis. Cives omnioo ▼oluerant portas
civitatis ckttdt, e contrario schola digtediatoria voluit eas
manere apertas, quae promiscue intromittebat qnoscnm*
qne sine discrimine et absqne delectn Gueseos extemosy
homines scilicet ter quaterque capitales in pago De Don-
ghen et Yngcht existentes. Tandem cives violenta arma-
taque manu (nrnic serio res agitur) clausenmt primo poi^
tam divi Joannis idque ante prandinm. Postea a meridie
Tughtensem, invitis dentibus ejusdem scholae. Toto tem*
pore illo pomeridiano et altera die usque ad laudes di-
vae virginis Mariae clausa mansit ecclesia cathedralis al»*
que pulsu ullo campanarum et officio divino; coosistoria-
les autem praedicti eadem die prima, secunda et tertia
Junii tanquam rabidi canes cursitaverunt per plateas as*
pectu truci quemlibet obvium Papistam torve asptcieutes,
quasi eum vivum cum pelle et came diglutire voluissent
et dentibus discerpere. Dicta qnidem die prima de noete
existimabant se fore dominos ac magistros civitatis. Hora
namque secunda noctis intemi Gneser sive oonsistoriales
conabantur futurae iatromiasionis sive introitus fodicram
sive signum dare extemis Gueseis: sed misere fmstrati
ftiere opinione soa ob strictas custodias civium, quibus rei
gerendae occasio eis praecisa erat: extemis vieissm Gne-
seis signum foris facientibns ignitum, teotonice: êm mer
Digitized
by Google
— 468 —
iê0cken, per ioceDdium cujusdani ttigurii conuniuiiter dud-
ciipati: Spyckêr4 hut ie: ipsa ineridie, prand^tibuBque
ovibiis factum. Die vero tertia praedicta nocte veaientes
coDsistoriales ab excubiis intraverunt recta aulam episco-
palem, ubi in prato et horto manseruot tota iUa nocte
us({ue ad quintam horam pomeridianam sequentis diei,
strictissimas eicubias agentes ob metum et futurum «s-
sultum civLum. Dicta autem hora quinta coacti fuerunt
recedere potu metuque obruti atque sepulti. Usque adeo
quod ebrietatis certnm specimen et testimonium dederint
exhibuerintque tam in prato praedicto et planitie quam
publica platea, ubi respective omnia ante et retro turpi
Yomitu defoedarunt.
Nunc ad externos Gueseos sermonem dirigamus. Qui
obsidentes ciyitatem professi publioe fuerunt sese vocatos
esse a consistorio Buscoducensi, bene tribus diversis suc-
cessive vicibus, sed se qualibet vice semper fnistratos esse
spe sua et opinione. Consistoriales igitur sive sjnagogis-
tae intelligentes se baud posse voto potiri, invenerunt
moz aliud medium proponentes et petentes a civitate, ut
papae seu sacerdotes, qui non babitassent integro anno
in civitate, eandem exirent. Sed e vestigio rejecta fuit
improba eorum petitio. Tune postularunt juramentum ab
illis praestari fidelitatis armis depositis, deinc^ baud
assuipendis, nisi cum consensu et beneplacito centurionum
' seu capitaneorum. Hinc satis superque intelligi potest se-
ditiosuft spiritus «onsistorialium. Notandum autem est quod
symbolum sive signum istorum Gueseorum erat: Bonus
oomitatus fixus, Gallice: ban convoy Jise. Sed male ce*
cidit alea, teutonice: D&n bot vxu vergalt. Postremo
scieadum est ad petitipnem et instantiam consistorii Bus-
coducensis factas fuisse preces sive oratipnes in oppido
Digitized by
Google
— 469 —
Graviensi, idque pro felici successu conatus incoeptique
irapii. Adeo qnod ad effectnm illitia instituti fuerint tres
dies festi per pseudopraedicantem Graviensem, quibus fe-
riare et orare deberent. Qoid mvlta? CoDtigit quod mu-
iier quaedam Graviensis istis diebus deprebensa a consis-
torialibus in opere manuali, colo assidens , filaque ducens
et interrogata : Quare non feriaret? Quaesivit illacausam?
Respondent isti: Ob dies festos. Ulterins qnaesiyitilla:
Quisnam hosce festos dies institnisset? Responderunt isti,
dicta festa institata esse per praedicantem sunm. Amplins
nralier rogarit: Quidnatn ecmim praedicans esset? An
bestia an bomo? Responderunt isti non sine stomacbo,
bominem esse. Si, inquit illa, bomo sit et festa institue-
rit: ergo snnt institutiones bnmanae: sunt dogmata et man-
dafSB bominnm. Yos autem non irultis observare dies
festos ab ecclesia CSatbdlica institutos eo, quod sint, uti
asseritis, institutiones humanae. Idcirco nee ego vicissim
Yolo feriare seu vestra festa a praedicante vestro bomine
instituta observare. Oportet enim me manibus victum
qnaerere prolibns meis parvuHs. Virilis, me Hercle, ap-
taque responsio mulieris.
Retinere baud volui ea quae contigerunt die quarta
Junii. Qtto tempore dictus JLokeren fuit supra modum
pudore sufiusns per ipsos Catholicos cives et praesertim
Hermannum Golen, qui ei dixit ad barbam (saltem puto
enm barbatum esse) in domo civica baec verba: Tu, in*
quit, gubemator cum esse velis, qualeni te ipsum jacti-
tas, si scires quisnam fecisset gladium tuum, quem ad
latus portas, merito puderet te eundem gestare. Quia, in-
quit, bomo stupidtts eum fabricavit. Quaerit ille causam.
Quia, ait, gladius tuus ab altera parte stupidus est et
Digitized
by Google
— 470 —
ab altera scindit. Ab altera quidem scindit: quia adjuD-
gis te alten parti, nempe oonsistorio, parti siquidem mi-
aori et turpioii. Altera vero parte stupidus est: quia op-
pcmis te reloctarisqae parti majori, eique saniori: scilicet
tiïbas ordinibiis sive membris et quatuor coUegiis sagit-
tariorum sive jaculatorum civitatia. Et alias multas god*
fusiones time pm^MSSus fuit Sed perfrictae frontis ille
parvi feoit r^rehensiooem.
Adhaec die oooa Jimü consistoriales ieoerunt sodo sive
clangore tabae et praecoois vooe publicari sub poena cor-
poralis puuitioDis» ut omoes et siaguli papae seu sacer»
dotes extecni, qui iutegri anai 8]Mitio civitatem Buscodih
ceosem boq inhabitessent, deberent oomparore ad aedes
gttberoatoris LokereB^ ad juFafidum paoem reUgioois» len-
üenice: <nn dtn JReU^ions vrede U tweeren. Ne scilicet
reUgioDem coDsistorialem ullatenus turbareni nee verbis
nee factis.
. Insuper omittere oolui rem jugiter memorabilem, quae
contigit die vigesinia prima mensis praesentis. Qua die
quidam ex schola digladiatoria sepultos fuit more Catho-
lico in coemiterio ecclesiae cathedralis, Dommatus Antho-
nius filius Petri van Doyenbraecken, alias Nalgat, juvenis
lobustiis» parum claudicans in alteram parlem. Qui longo
tempore fuerat auditor falsae praedicationis Galvinisticae.
Hic in eziremis constitutus fuit conversus, et palinodiam
erroris aui infausti canens jussit ad se accersiri sacerdo*
tem, nempe dorainum Petrum Peelmaos, cui errata nee-
non peceata soa sacramentaliter confessns fuit, sumpto
corpore ChristL Dici vix potest,,quot contritionis signa
ab eo exhibita foerint, inter caetera in baec verba corde
Digitized
by Google
— 471 —
eoDtrito, muitis suspiriis ex imo pectore dedaclis» proriun-
pente: Proh dolor] Quis cacadaemanum me ad hanc sce-
lestam scholam digladiatoriam perduiit? teutonice: fFltai
kêhche donder heeft my tot de$e schelmschoel gebracht?
addente nkerius hanc publicam professionem: Bonnm est
et > suave in bac novella fide, seu potius errore, vivere,
sed malam atque amarum est in ea mori» teutonice: Het
iê goet ende suet in dit nhieuw ghehof te leoen^ moer
het is$er quaet ende bitter in te eterven, promittente
insuper se fatuniin exemplar ac specnlmn aliorum, nee-
non nonnam vivendi, si contiagereC eum pristtnae sani-
tati restitui, in eadem soilioet revocatione et professione
nsque ad extremiuii vitae spiritum peneverante. Consino-
riales antem eC qui erant de schola digladiatoria recnsa-
bant cum amicis prodire in Ainus eo qnod Catbolice hk»»
tnus esset et sepulturam elegisset in coemiterio GatbeU»
conim.
Postmodom yigesima octava Jnmi manc dbiit magister
Reynenis Eyerswyn scabinus, qm tempore vitae snae f uit
bostis eapitalis ecclesiae Romanae, summi pootificis totins-
que cleri. Mortuus antem et sepultus more baeretico, cni
in extremis assidue adfiiit pseudopraeco Jacobus papa seu
sacerdos , licet apostata impius Calvinista ; adeo quod
coecns coeco ducatum praestiterit. Hujus Rejneri filius
nomine David artium magister ac J. U. baccalaureus ado-
lescens multnm generosus, bonis se ubique socians, sem-
per constans permansit in fide Gatbolica atque ortbodoxa
obedientiaque regia^ band volens paternas cautiones ca-
vere eeu patecoi crimiliis exempk imitari.
Die vigesima a(ma hi^ns raensis habitns ftiit deleaiis
Digitized
by Google
— 472 —
iniliüs scholae digladiatoriae , idque ea inteotione et fine
ut coosistoriales essent parati in annis tempore exhibiti-
onis quaruDdam litterarum, ad eos a consistorio Antver-
piaoo ab ipsis coryfeis scilicet sive praefectis militiaey
qoos vulgo coronettos, teutooice: colonellen^ Crraeci vero
chiliarchos, Romaoi autem tribunos militum vocant, di-
rectarum, exspectantes propterea, metu causante, üicilio-
rem expeditiouem et executionem earumdem. Literae autem
praedictae continebaut unionem fiendam cum Hollandia et
. alias multas frivolas et exorbitantes petitiooes male fun-
datas. Continebaut praeterea celerem expeditiouem et obe-
dientiam, ut scilicet consistorium urgeret effectum petiti-
onum, remis vdisque, quod ajunt, instaret, ut se illis ei-
vit as conformare vellet: hocque facto, ilico civitas dirige>
ret literas versus Coloniam ad impediendum retardandum-
que' conclusionem pacis instautem.
Postera die scilicet ultima Junii consistoriales praedicti
denuo importune et impetuose satis urgebant easdera pe-
titiones, mare coelo miscentes, eo quod die praecedente
nibil actum fuisset ob rejectionem, repulsam refutatio-
nemque petitionum.
CAPÜT imDECIHUM.
Calendis autem ipsis Julii, nempe pridie visitati<mis
beatae et intemeratae Mariae virginis iuere per eos peti«
tiones iteratae, non quidem simpliciter, sed armis vique
armata. Sciendum autem est die hac certum allatum fuisse
nuntium de violenta expugoatione trajecti Mosae et con-
Digitized
by Google
' „ 473 —
clusione pacis facta. Qoae res, quodque nuntium incredi-
bilem eoram insaniae et crudelitatis causam dedit, maxi-
mum furoris incitamentum praebnit. Ob qnod oportebat
eos et armis extrema teotare et Acherontem movere, nee-
non paci totis viribns resistere. Dicti igitnr consistoria-
les impii, audito hoc nuntio pacis, magis irritati, magis-
que iodnrantes cervices suas, ante et post meridiem hu-
jus diei magistratum ipsum ad receptionem unionis Tra-
jectensis praedictae coegerunt. Ultra admissionem vero
eundem magistratum oomipulerunt ad publicationem ejus-
dem. Publicatione autem facta, necdum satiati, Toluerunt
ampiius Gatholicos ipsos constringere ad confirmandum
unionem hujusce modi , mediante jurisjurandi religione.
Qnod ipsum Catholici facere modis omnibus renüerunt.
GoDsistoriales itaque, conscii proditionis, conspirationis,
adeoque scelestae conjurationis per eos triduo ante factae
et concoeptae, plateis juxta forum praesidio mih'tari, nem«
pe chirobombardariis per eos prius munitis ac formatis,
coeperunt proditorie et ex insidiis ipsos Gatholicos prae-
renire et primi bombardaa suas in Gatholicos ipsos explo*
dere, idque hora quinta pomeridiana. Gatholici rero vi-
dentes se proditos traditionique proximos necnon cuncta
ferro agi proditorie et ex insidiis, acriter cum hoste con-
gressi fiiere, testa, ut ajunt, collisa testa, domumque ci-^
yicam adeoque fori planitiem armata manu occupavere,
consistorialibus vi inde expulsis, multisque interim ex utra-
que parte partim stratis partim vulneratis: sciendum au-
tem est quod inter Gatholicos primus resistens sclopum-
que exonerans fuerit domicellus Joannes Gampen, de quo
superitts mentio facta est. Gonsistoriales igitur in fugam
versi, receperunt ilico sese in aedes quasdam. privatas sus-
G. 51.
Digitized
by Google
— 474 —
pcctasque, triduo ante per eos koo refngii ac asyU ad-
hoc destinatas et electias» nempe m aedtt Petri Faess, «d
aedes nuncupatas in de GuUe Poort ^ ia aedes vulgo dic-
tas: in den Reghenboghe^ qnas tune lahabUaiNit gencr
Jacobi van Gasteren, sub intersiguao Quercns vexUlite:
easdem aedes tuDC pede volante seu MercuriaU, int ajuut,
occupantes: ex quibns super e labulatis et fenestris, noe-
non ex penariis, denuo coeperunt prodttorie jaculari tor-
meutaque aerea in Catholicos exonerare; Pars autem ex
planitie, sive coemiterio conventus Minoritamm, simile ex
insidiis faciebat, qua pianitie loco stadii utebantur, in qao
bombardas onerabmt. Catholici vero, praesertim collegium
jnniorum jaculatorum tune temporis Jn domo civica et ad
portas civitatis ezcubias agens, una cum mnltis ex coUe-
gio antiquorum balistariorum , teutonice: d^oude SehuU ^
undique affluentibus: videlicet, Joanne filio Joannis van-
der Steifben junioref magistro Zegero superius nominatis,
magistro Leonardo Yoss, Petro Sommans, filio Francisci
Sommans adolescente ingenuo pro fide Catholica proque
majestatfe regia et patria sua propugnatore strenuo» in vi*
gilifsi^ excubiisque civitatis existente ubique primo et no-
vissimoy Waltero Gelkens^ Godefrido de Louwe Pbrygione
sive acupictore, teutonice: borduerwercher^ Georgio van*
der Meer, Lamberto Stueters ejusque filio, Reynero de
'Uaes, Gerardo vanden Kerckhoff, Adriano van Bugden,
Henrico van En^eljen, tribus prolibus Joannis «n den Ry-
der et aUis pluribus» quorum adventus sic fuit ipsb con-
sistorialibus, bostibus capitalibns conjuratisque, maxime
terrori, tam strenue adeoque viriliter et violenter sese op*
posuerunt et conflictati fueruut, ut ne unus quidem ex
schola digladiatoria sivje consistorie evasisset, si super e
fenestris et domibua» ootnon ex peaariis, prodïtorie jacu-
Digitized
by Google
— 475 —
lati Doo Msseal. Qoid multt» morör? Tandcsi ipse Lo-
keren tbti» proditioois et sedkionis scelestae artifez et
auctor, oertioK scilicet factus a nunigestario suo viotoriae
instmtis Mqm- inoiioaiitia ad ipsos Papistas, proailiit pede
Iferciirialt ififtiistoqne midoqtie capite, necBon ore hiante
pleoisqne, quod «jvmt) buccts clamans: Pax! paxi o stre*
iiiii cives, paxI teatonice: O vrome horghtrê^ P^9*' P^^^
ex eodem scilicet ore simul calidiun et frigidum» id est»
belliim et paoem efflaas, qui prius beHiiin moverat, dooc
pacem clamat. Qoi prins iioatilia exereuerat cnin suis
oompliciliiity modo se ipsmn iaddiatorem praebet Gatho^
liei antem' ekiBdem Lokeren ita clamantem pteemque etch
pantem menm in fiigam verteniDt: eondem. inseqnentes
ad finem iisque plateae vuige nunoupatae die Cotfêr*
êiroêêy pfovolveiitem se ad genua expoaCulautemque pa-
cem et mutunm colloquiuiïi, id ipsum et caeteris quoque
oonairtdrialibas. petentüms necnon reeeptni oanentibus, et
laBdeia subdnoeDtém se in- domum quaudam privalaii.
Adeo quod pugna dirempta ventum sit ad colloquitttt
mmunm. Et haec* de prióre conflietu diota sint.
Alter autem oonflictiis faotos fuit paulo post, circa yes-
penam hora sciliaet sepiimay onjus auctor, occasio et causa
fuif qmdam nomiiiattia doauceUna Nioolaus Tladeracken,
praefaetus arob Heellensis, qui, orta jam seditione et oive
in oivem corrueaie, yemena ex dicta aroe una oum sex
▼el aeptem consortibus suis coosialoriaiibas, renovavit ptig*
nam semel aopitam sopitosque susoitat ignes» cujus in
adventu magna est rerum coramutatio facta. Guesei eoim
cohsistoriales existimantes eiundem Yladeracken una cam
idgenti copia militis extemi portam civitatis intrasse ex-
cttbiasque ibidem trucidalas ease, rursus instave et proe-
liuüi rédintegrare caepOTunt: 'éwm^ viddioet olaoiaBtea:
Digitized
by Google
— 476 —
Ad arma! ad anna! £n babemitt recentefli polhiin Mar-
tiiim in planitie sive acie, ipsmn Yiaderackeo denotMi-
tes, teuionice: Têa! Ua! aVarm! aVarmi siet^ toy
hebben eenen voreeen koen int perek: pugna üileriin
magis magisque recradescente. Persuasum etcnim aüii ha*
bebant vires suas affatim per accessnm ejns auctas. Sed-
intelligemes se spe frigida tanaqne fnistratos, necnon Ca*
tholicos ipsos expiodere torraenta bellica grandiora^ in
foro constituta, snbito, data herba, iteram leceptni ce-
cineruDt, parte una tei^a Tcrtente, altera pacem clamantef
capite nndato, genibns flexis et manibns plicatis. hter
qnos et primns fuit ipse Yladeracken, qni ad genna pro-
voimus pedes ante cujusdam ingenui adoksoentis mul«
tnmqne animosi nomine Joanois vander Donck, veniam
praeeatns fuft et misericordiara, necnon mortem deprae»
catus, paoemque manibus conjunctis imploravit. Qni in
gratiam fidemqne receptns una cum reliquis oonsiatortt*
libus summopere pudefactus instar canis cauda intra cmra
reflexa recessit.
Et haec hacteons de sectmdo conflictu, in quo multo
plures hinctnde partim strati partim vulnerati fuerunt
qttam in priore. Licet tarnen longe major fuerit nume-
rus caesorum sive stratorum et sauciatorum ex parte con«
sistorialium ; qui merito fructus adinventionum suamm
comedenint, qutque omnes pro&tratos suos in pugna pe-
dibns arreptos projecenmt in penaria vicina, quorum ctt-
davera adbnc vestita clanculuro per suos vespillones noc-
fumo tempore sepelierunt seu potius in fossam quamdam
amplam ante altare divae Annae in ecclesia parocfaiali
sancti Jacobi apostoli praeparatam praecipitarunt, ne scili*
eet numerus caesorum innotesceret. Hinc infiillibiliter eog*
noscitur quam réipuMicae Chriatianae pemiciosa sit schoia
Digitized
by Google
— 477 —
ista digladiatoria ordinaU» quam alio vocabolo nomeD-
claniBt« pectQs jnveoile, et haereticornm istud couoilia-
bnlum seu consistorium » torbaDS ubique et inquietaDs
Qorda seu pectora seuiorum. Idcirco stulto haud pennit*
teDdns digitos nee pnero gladius juxta comiDUoe adagimn.
Et haec hacteDns de utraque luctnosa palaestra. Scien-
dam autem est concept^m et concIusioDem oonsistoria*
lium io dicto cooflictu foisse hnjnsinodi, ut scilicet primo
strmto eollegio jaculatonim sive sagittariorum janiorom vel
eo in iiigam acto, trucidassent deioeeps omnes Papistas
seu Catholicos cives una cum ooiverso dero, et turn de-
mum civitate spoliata spoUoque in Holtandian], la vernam
illam foraicantem, avecto, militem iidem lavemione^et
Argivi fui<«8 extenmm intromisissent.
Postremo operae pretium esse duxi pauca scribere de
sphaerulis tomeDtarüs iosolitae prorsus formae, quibus
oonsistoriaies isti trusees nsi fueraot in cradeli facto isto
proditorio. Jaculabantur namque glandibus sive globnlis
partim rotundis more bellico, partim plumbo plano, ten-
tonice: plat: pirtim plumbo in modum grandinis mi-
nntOy teutouice: haghel gheschut; partim plumbo qua*
drato seu quadrangulari , teutouice: viercantigh, partim
octangttlari, teutonice: me$ acht catUen oft achtcantigh,
partim sphaerulis chalybe infuso, ut rectius armaturam
penetrarenty partim vero jaculabantur more prorsus inso-
lilo, sed more latrouum, sphaerulis scilicet biuis aeoeo
fib in modum eatenulae torto et revoluto, hincinde con*
nexis combinatiscpie* Quae ardore pulveris tormentarii
candescentes expandebant explicabantque se io lougitu*
dinem semiuluae, ut scilicet uno ictu trajicereotur lae-
derenturque simul plures €atholict. Bt ut in summa di-
cam: fioere omnes. sphaerulae istae veneuo infecUe, tcuto^
Digitized
by Google
— 478 —
nice: gheveUt, seu potiQS aliuuiie et alb acsfuihonc
spatio prins elixiitae. Qoisy obsecro, audivit «mqusat ttk
latrocinium et quis vidit hmc sitnile? Barbari dod tu
aaeviuBt» dod sic Torcae ferociant io Chrtsttanos» sicnt
fecit impia Gohors ista Calvimstioa in Fapistas: idqne noo
aperte Marte tnoreque béHico, sed more «todoque tnso-
litOy arte diabolica. Sed nihil eis adinTentionea snae pro-
foerunty quamn fructus ntique comedemnt contra ati-
mulnin calcitrantes. Imo deficiënte eis pulvere tormenta-
rio, coacti fnere turpiter desistere et receptni canere. Qui
qnidem defectus/si Gatholicis innotuisset cogaitosque prabe
fuisset, ne unus piocul dubio vivus evaaisset Numerus
antem opponentium sive resistentium ex cdUegio jacola*
tonim juniorum, exceptis aliia superius nominatis» fuit
sezagenarius' vel circiter. Numerus. v«ro consistoriaiium
conjuratorum fuit quadringentenarius aut ettoiter» eKoepta
latente appendice, et haec bactenus de iitroque oonfibtu
obiter dicta suffictant.
Figura fili aenei in modum catenae ooatraoti est taJUa:
Figura vero fili explicati, globulis utriinque pendenti-
bus est ejusmodi:
Non taedet autem bic obiter recensere catalogum Ga-
tholicorum vulneratorum tam in priore quam aeciindo ooo-
flictu; de quorum numero fuere Hermannus Ooien, Gode-
fridus de Louve acupictor, Theodoricus van Lieshout ^i«x-
illifer, Joannes vander Donck, domibellus Joannes Cam<-
pen, Joannes vanden KeroholBr, Theodoricus Joanois kni*
fex, Remboldus Tuellingb, Hubertus Joppen, iifgidiiis fi-
lius Henrici Wouterss., alias Jonehir Salm, msgèter Leo-
Digitized
by Google
- 419 —
nardns Yoss, MurtiDUS Poelmaiis et multi alii, quornm ao-
mina hic brevttatis causa omkto. De numero occisorum
tam in priore quam secundo conflictu fnere: magister Wal-
terus Zoomers» magister fetrvs van Beeck rector scholae,
magister Guilhelmus yander Schout, Joannes Bvetkens»
Godefridus van Stryp» unns cognominatus Pruieêêken et
alii multi, quorom nomina nimiae prolixitaiis vitaadae
ergo studio practereo.
GoBsequenter die secunda Julii o(xisi8toriales praedioti
denuo ac iterato proposuerant civitati unionem. Quae
eivitas petiit sïIm ediiberi dictam unionem per aiticulos
in scriptis, ut dosuper meKus valeret et deliberare el
respoftdere. INlatmi antem negodum fuit in sequentem
usque diem, sciiicet tertiam JulK. Sffectus autem prae-
cipuus dictae pemiciosae execrabilisque unionis fuisset ,
expulsio cleri et retnrdatio rejectioque pacis abeque uUa
aooeptatione futura.
Szprimi verbis et calamo scribi vix potest concursus
consistorialium factus die prima , secunda et tertia bujus
mensis ad migrandum resque suas componendum vehen-
dumque ad navigia. Sufficiens copia navigiorum) plaus-
trorum^ bigamm et monotrochiorum, c^erariorum et nau-
tarum baberi non potuit, ad avebendum res coropositas,
cistas et sarcinaS) quae passim et festinanter admodum
necnon cursorie in navigia praecipHabantur. Muliei'es,
Digitized
by Google
— 480 —
indutae multiplicatis vestim^ntis melioribos, oertaiim ac
pugDanter ad dicta navigia volitaverunt una cum grege
prolium more hirundinum, Eodem modo tune tumultu*
atum fait et cursitatum, quo tempore primitivi Guesea-
oismi ultra tredecim annos. Namcpie a condita civitate
non Aiit angustia tanta in eadem» quanta fuit dictis
diebus et quarta etiam die sequente.
Dici etiam non potest verbis ueo lingua fart , quot
moDstrosa genera proditionum, conspirationum, doli atque
fraudis, necnon machinarum pessimarum atque adinTeo-
tioDum fuerint eo tempore excogitata per dictos semipen-
dulos consistoriales idque eo fine, ut externus miles ap-
tius admitti potuisset, nunc volentes unionis publicatio-
nem fieri, modo falsas litteras exhibentes per pseudove-
redarios subornatos tune temporis promiscue, more gracu-
lorum, gregatim undique advolantes et avolantes. Nunc
mille rumores falsos spargentes, sine numero modoque
et forma monstrosos nimis portentososque, absque capite
et cauda, scilicet fabulas Guesicas, teutonice: Guêsenclap.
Eloqui non potest lingua nee calamus scribere, in quan*
turn potestas tenebrarum hoc tempore tumultuata fueric,
in quantum portae inferi una cum ipsis Tuicis infernali-
bus insanierunt, sacra miscentes prophanis et ima sum«
mis. Machinamenta, adinventiones, impios conatus et
mille artes fraudesque, quis mortalium excogitare similes
posset?
Deinde die quarta iterum petita fuit per ipsos consis-
toriales admissio militis extemi, nempe duorum v^illo*
rum, natione Hollandorum, id ipsum importune satis pe-
ten tes et urgentes, instanter, instantius et instantissime ab
omnibus (K)llegiis jaculatorum et truncis, seu vicis, teu*
Digitized by
Google
— 481 —
tonice: blocken ofte wychên^ sea potias vicanis. Qaae
collegia una cum vicis sive tnincis vocata ooram suis
respective dacibus sive capitaods ad respoodendnm pro-
positioni eommdem coDsistorialium quoad admissionem mi«
Ihis externi per dictom Lokeren et consistoriales ex op-
pido de Briel vocati. Dederaat nnanimiter responsmn
oegativiim , sed se gandere veile libertate sna et iniinii-
mtate. Siraüiter responsmn fait die quinta et sexta die.
Consequenter die septima ipsa tria membra civitatis
coegernnt dictum Lokeren , ut statim procuraret reces»
sum dicti miUtis externi» tune temporis appropinquantis
ciyitati , una cum Joanne Bacx asserto praefecto arcis
Huesdanae, prout hoc ipsum per eum tune procuratum
fuit. Quid, quaeso, aliud quaerunt consistoriales isti Gue*
sei et Hollandi, quam perditionem civitatis? Ut eam fa-
ciant scabellum pedum suorum et communem camifici-
nam: ut inde» inquam, faciant speluncam latronum et
columbarium, necnon conventiculum haereticorum et de*
nique eandem darènt in direptionem et in pcaedam.
Yeniamus nnnc demceps ad ea, quae gesta fuere die
octava, quae dies merito creta vel alba linea notanda
venit. Fuit autem dies Mercurii. Hunc Mercurium tune
temporis dicti consistoriales seu schola digladiatoria in
pedibus, qnod ajunt, habuerunt» id est, fugae se man-
darunt» calcaneos osten tantes, honeste quodammodo solum
vertentes, partim ob decoctam creditoribus pecuniam, par-
tim ob enormia laesae scibcet majestatis tam divinae quam
buraanae, necnon perduellionis crimina, una cum tribus
vesanis psendopraeconibus Galvinistis, scilicet, Jacobo,
Joanne et Gaspare Mercurialistis , hominibus effeminatis
Digitized
by Google
482 —
et woratis, multaque prole dotMs. Tioor namqiis et
tiemor eo» inrêaiL Hae die laquens «oncriius fiiit et Pa-
pistae siTe •Gatiholtci liberatt faevunt
Snbita, aie Herde, fait haec miHalio dexterae exoebi»
<{«t BiïraciiloM populum suam UèeniTk, idqoe per £er-
veotes preces et jejuoïa bcoioruiD. Ulad enim oertom est»
quod non nisi omtioae et jejunio «jectum fuerit in digilo
Dei geons iUud daeoMniorum. Pridie qnidem dicta soe*
lesta schola digladiatoria susque deque tumoltuaverat, coe-
kun et terram neonon sacra praphanis insoenda. Imo
et eadem Itac ipsa odava die praadioatum adhic fnerat
per dictoa psendopraeoones in saodlo dirae Annae, andi*
toriomqne miraDdnm in modum tune animatnm. Ibqne
adeo qnod post finem psendopraecationis fnerint p«Ui«
catae oono tympani integrae Tigiliae, ea nocte per inte-
grnm acilioet veKiUnm scfaolae gnsden iuübendae. Modo
antem aese in ftigam ultro convertunt.
CÜvitas coDgregata eadem hac die viduit imprimis et
'ante omnia cassari et anDuUari nnionein, per magistra-
tum mane propositam a snboraato ac üAao dnce .militnm
sen pseudocapitaneo, fingente se venire ex parte civita-
tb Trajectensis, deinde voluit oassati et lacerari vexil-
kon schobte digladiatcriae , tertio voluit ut ecoinctoratis
neotericb seu novellis ducÜKis militansi aen capitaneis in-
trusis, restituerentur in pristinum s^tum et locttoi) an-
tiqni dnces prius legitime eleeti et ordinati. Qoae tria
ciyitas praedicta fieri vokut pede stante, at ajnnt et e
ycstigb ainqne ulk nora, pront mox eadem ad effectnm
dednota faeraot Qno teBq>ore «t unas ex judicibos sea
scabinis, nimimm, magister Gerardns a Deventhert ab
inennabilis haereticus ooactus fint, metoa cmoiatu praa-
sus, se tpsum ex domo ctvica siibihicere et «iviutem an«
Digitized
by Google
— «M —
pltus mliMpwre» to qnod a CiMholiois «i improjicrMCtur»
quod esaet arobitectnsy JNictor, artifex, tknc et imtesi^ia*
BUS lotiuB proditioiiis, flmnis factionis et aeditwois, 'Oee*
BMi craddis Ibtrocïaii ac stragis, octara abUnc die fko-
tae w plaoitie fori. Hunc dncein factionis suaka alias
quidam soaUotu seoatns foit, aves <nim coocoloves Jibco»
ter Toknt una, «mnis venabidoque in dooou» civiGa D^f>-
tis; secnti f«ere hos moK oouiea oansiatoriales, licet mm
siDguli, fugam arripieDtes utrinsqut sexus aenwrim cmn
jnaiionbus, partin aemata, partini ioermes, quae ipidein
Aiga dnraTit «sqae ad ooclusionem portarmn oiritatia
INci Iiaud patest, qnaotus fuerit uodique concnrsus et eti*
oumis ioicar aqvae efftisae. Dici, inquam, noH poèest,
qvaatns plofatvs fiierit nbique et nlidatiis tam a senio*
ribus qnam jimioribiis. Omnes antem metu premeotie ifii*
gkbant, non obstante nee eoa remorante edicto piiUieo,
mane pro rostris promulgato de libero tatoqne reoessa
et reditu etiam cum bonis sïve fovtunis, oflomi aemota
eompiilsione ac rL Satis, me bercle, mirart nequeo i^
tam tam snbitam mntationem. Ipsa siqnidem prima die
Julij moliebantHr civitatem debellare et expugnare mamis>
que snas in sanguine Papistaram lavare, nnnc yeio ia
ipsa Ootaya, tentooice: in d*Ocia$ff^ fogimit lavemiones
isti levipedes nemine persequente. Consistoriales autem
«en scbola dsgladiatoria twic tcnporis secmn aspoctavit
veoLiUnm sunm palo, seu pertica» relictOy tentonice:' étn
stanghy qnem Gatbolici tune in mille partes fregerunt.
Hoc eodem tempore dictns Lokeren lecito aegntodiais
decnlwity canssatae principaliter sire origiRem trabentb
ex ipsa fnria et pngaa superius mendonata, et secwidalio
eontvantae ^ex nimio .dolore atqae moerore animi, eo quod
non poterat moto soo potiri.
Digitized
by Google
— 484 —
Badan hac die recte ante ooelusionem portarum dvi-
Utis allatae fuenint fklsae litterae a Theodorica Araoldi
juniore, praeside scabinonim fabricatae et ad neotericos.
seu novellos ceDtnriones sive capitaneos destittaiae, qiii«
bos eosdem mirum in modmn animarit et confortaFit.
Catholici enim ipsi tabellario respoDsum dederaot: Quod
r^num ipsius Tbeodorici Arnoldi esset hodie ab eo abla»
tnm et penitus oassatum: quodqne amodo nteretar hujos*
modi literis loco avitergii.
Illttd reticere nolni, nirainim quod dictoa Jacobns
pseudopraeco vesanus in exitu suo mannin porrigens ipsi
locum tenenti Pynappel, eidemque valedioens, dixerit haec
verba: Tale domine locum tenens, coatodito nunc bene
oivitatcfm. Et in comburendis haereticis servato modum,
tentonice: Jdieu^ heer stadthalder^ iewaert dU itad$
nu ^eel endê ziedt ende hra/edt mei maten, Nee illud,
tamquam notatu dignum, quoque ailentio praetereundum
nee tergirorsatione ulk celandum arbitratus fui, et alias
nimirum litteras missas fuisse a praedicto Theodorico Ai^
noldi ad ipsum praetensum gubernatorem Lokeren et con«
sistorium. Quas ipsi excubitores ad portam intercipere
volebant, tabellario easdem tradere recusante, tamquam
eas volente ipsi gubernatori et quindecim ducibus mili*
tum seu capitaneis (erat enim plane igoarus rei gestae
in civitate) exhibere. Quid multa? Excubitores dissimu-
lantes rei gestae Ustoriam finxerunt sese veile eum du-
cere ad dictum gubernatorem et quindecim centuriones,
eundem interim ducentes ad aedes cujusdam antiqui ca-
pitanei Catholici, qui easdem litter^ accq>it. Tabellarü
ilioo aperiuntur oculi, videntis se illusum. Ad contenta
litterarum nunc veniamus, in quibus ipse Theodoricus
Amoldi agit imprimis gratias dictis centurjontbus et
Digitized
by Google
— 485 —
verao QdDSBtorio de laudabili facto adnussionis et recep-
tiofiis praesidü railitaris exteroi, asserens se pro ilUus rei
effectu, nempe rniÜtis externi introdactioney bene octo»
decim loeDsibus strenue laboraase; lüterius promitteDS se
brevi ventarum et confortaturam ipsam civitatem prae-
sidïo militari quatuor Tezillorum, quae secum adduceret.
Per praemifisa allegans scilicet propriam turpitudiDem et
proditionem suam» eo qiiod a tempore exitas praesidü
militaris regii, nempe Germani militis, in contiono la-
bore et opere fumt, ad iotrodace&dum aliud praesidiun
Guesicum ipsius scilicet Abimelech , idque i&vita regia
inajestate et ciyitate; boe improbo modo et conatu stu*
éeaas civitatem ipsam ad pristioam servitutem reducere
perpetQoque servitutis jugo premere. Quid multa refe-
ram? Dtcta civitas eidem Theodorico Arnoldi statim re*
scripsit per litteras satis invectivas beneque deotatas, in
qvibas gralias egit ei baud gratas; eundem certiorem fa«
ciens de ablato tam ei quam coasistorialibiis regno.
CAPUT DECinUH TERTIDH.
Yigesima die mensis Deoembris, quae fuit dies Oomi-
nica^ Aiit pro rostris facta puUicatio pacis, in civitate
Coloniensi tractatae et condusae, din antea per civitatem
^Ivae Ducensem Catbolicorom tamquam obedientiae re*
giae filiam plenis, quod ajnnt, nlnis acceptatae et am*
plezae. Qoae quidem publicatio multmn fnit celdiris ac
setemnis, incboata bora dectma dnrans nsqne ad tind^
Digitized
by Google
— 486 —
cimMix kornin, deoArat» multotum proeenmid ttobilimi
praesentia, quomin nonina et eognomiiia snot talia: da*
rissimus dominus doctor Plülippas YeoBets, senatus Brar
bantiae coDstliaritB-, commiBaarias ex parte regiae majea»
tatis depntatos et missua ab ipsa excellentia iUustrissiiiii
domini jklesaadri prioeipis de Farma) Iocubo tenentis gi*«
bernatori» et * praeiiecü niititiae seu capitaoei' generalis
praedknae majestatis necDon regiomiin mferioriim , Clan-
di«s de BerlaïmoiiC) deminuB de Hanltepeniie, Engyv,
Kermpt, gubernator de Charlemont etc, Clerardiis de
HoTD, baro. de Boxtel, deninos de Bassingiia etc, do*
BMmis Jacobus a ft:«cht eqnes anratus, dominos de Haeok*
goort, summus praetor sive praefectos civitatis Boscedu-
eeoBis, et territorit ejus, aoabioi sive judiees, jurati, cob«
siliariiy et decani opificionun , repraeaentantes tria fnem-
bra civitatis pniedictae, dominos Henriciis Zibertos a Dvin-
gben sacrae tfaeologiae doctor, eanoniens ecclesiae Am»
verpiensis primarina apostolieiis.
Finita publicatione juramentoque a primatibus civita-
tis ad manus ejusdein commissarii, digitis erectis, praes-
tito, recta iter captum fnit ad ecclesiam cathedralem,
ubi omnes multnm celebrem missam de Spiritu saocto
decantatam audiveiunt. Qua finha omnes secuti fuere
apprime solemnem supplicationem , publice per ambitum
civitatis factam ac celebratam, populo utriusque sexus in
multitudine mnumerabili et devotione masima oomitante.
Sapplicatïone facta, tsoepere tormenta bellica aenea gr&Or
dkva circomqQaque ei^lodi nve exoneniri in signum Uo-
titiae atque triumphi. Cunota profiïcto fuere laudAbiUter
ac trinmpbanter abaqoe turbatione uUa peracta. Seqoen-
tibus vero aliquol. diebus per qoatuor oallogia jaoiüato-
ntm uiia oum vieii sive vieania aeu troooia simile 'fn^
Digitized
by Google
— ♦»? —
iaraodum ad maous dicti commiaBarü ei praetoris» digi-
ti$ scUiceC ereciis, praestitum fok.
Notandum est maltas ac di versas proditiones, conspiffa-
tiones et machinationes pessimas post publicaiioDeni pa*
ds factas fuisse a diclis coasistorialibus fugitivis et eosusa
appendice, in diversis lods, ad expugnandam civitateoi
BnscoduGeDsemy quas recensere siiigidas loQgum nimis es*
set et taediosom. Ex oiiiltis tarnen unam recensebo re-
latu dignam, quae fafifia fuit vigesima qmnta die meDsis
Decembria, qua die de noctei oeinpe ipsa nocte natalis
Qiristi, septemdecsim vexilla Gueseorumy quolibet vexillo
GontineDte numenun ceDteDarium, renernnt. in territorinm
Boemelense in pagmo de Driel, Hedel et loca circumvi-
oÏDa. GoUuvies nebulonum et tenebrioDuni , larva malo-
ruBL undique coofluxit instar imbris repente cadentis^ pais
tim ex oppido de Yenloo, partim ex Graria, partim nrbe
Huesdana, partim ex civitate Neomageosi, ex oppido Bre-
densi, partim ex moDte sanctae Gertrudis, et partim de-
nique ex locis vicinis: undique collecta sentina lavernio-
Dum accrevity miles scilicet gregarius tumultuarie undi-
que collectus. Ea autem uuteutione et proposito vene-
ruot, ut ea nocte bora quiuta matutiuali, civitatem Bus-
coduoensem oppugoareut idque boe modo: Interni nam-
que Guesei scelestae proditionis symbolique bellici probe
cooscii, portam Ortbeusem armata manu aperuissent, se*
ris yi avulsis» necnon civitate a quatuor ejus partibus
seu angulis incensa. Populo autem ad inccBdium ukro
€itroque curreatey fuiaset interim effraotio ista portae
facta. Loco vero sjfmboli bellici , teutonice: de luêz^
adbibuisaeot antependttla mnliebria alba. Cüvitate jam
ocoupata, inprimis üruoidasaent onncs excubitorGB ad por-
Digitized
by Google
— 488 —
tas; dein oomes Papistas in templis et plateis i-eperloa
in medio sustulissent una ctim omnibus symbolo, hujus-
modi carentibus. Yerum illis ita proponentibus impie ac
proditorie ipse Dominus Deus aliter disposuit, qui eis
misit in via spiritum vertiginis atque dissensionis. Pars
namqoe coepit de Victoria diffidere ob nimiam scilioet
iB(dem instrument! dentati, tentonice: dê H teckel y tune
ante portam ab intus dimissi nee ita facile in altum tol*
lendi: pars vero nimiam claritatem lunae, quae tune per*
nox erat, culpabat. Adeo quod omnes coeperint nectere
moram negolinmque proditorium in diem sanctorum In*
nocentium, de nocte tune proxime venturum, differre. Et
sic improbus ^ex noctuarum tandem avolavit baud ferre
valens solem justitiae, qui claritate sua eorum impios co-
natus fregit, qui est benedictus in saecula saeculorum.
Amen. Multi autem praedictae proditionis conscii in dicta
civitate apprebensi fuerunt.
GAPUT DSCIHDX QUARTÜX.
Merito liberet bic nunc recensere atrox istud cruen-
tumque latrocinium per ipsos sceleratissimoa Gueseos ipsa
octava die Aprilis anno octuagesimo perpetratum in ciri-
tate metropob'tica'Mecbliniensi: quam eo tempore prodito-
rie occuparunt, non quidem more bellico et via regia, sed
ex insidib more latronum. Dici baud potest,quotPapaeci»
dia, bomicidia Papistarum, quot ibidem per iruces istas
feras Calvinisticas perpetrata fuermt, quot virgtnes sacrae
etiam publice in plateis pecudum more stupratae. Qnid
Digitized
by Google
— 489 —
multa? Offloia praedae et caedi patebant. Tradita Dam-
que erat civitas in direptionan et in praedam. Infandae
abominationes factae et iniquitates multiplicatae. Latius
hanc historiam explicare liberet: sed quia notoria satis
est et manifesta, idciroo desisto. Illud addens, quod la-
trones isti crudeles utiqne comederint fructus proditionis
suae. Nam maxima pars eomm una cum tribus millibua
Gueseorum strata fait a malecontentis in Flandria idque
in mense Maii subsequente» spolio ciyitatis praedictae am«-
plissimo eis ablato. Quae quidem strages admodum fuit
utilis et necessaria. Nam lavèrniones et latrones isti cru-
deles amplius decreverant civitatem Bnscoducensem, alias*
que civitates Gathdioas similiter proditorie et ex insidiis,
successLYe occupare et Papistas omnes vita spoliare.
De borribili terrae motu, in hisce regionibus inferiori*-
bus, in multis civitatibus ac oppidis et pagis, sexta Apri«
lis novissime praeterito facto, aliisque signis horrendis vi-
sis, necnon monstrosis ac portentosis partubus in diversis
Hollandiae partibus factis; ac deuique de occapatione op»
pidi Diestensis mere proditoria per eosdem Gueseos, ipsa
octava die Junii facta, necnon spoliatione subsecuta, litc
plane reticeo.
Yideamus nunc quisnam cacadaemon infernalis istius
plautationis infaiistae auctor sit? Quisnam totius maU,
omnis proditionis, scelestae faotionis, conspirationis et se-
ditionis artifex sit? Sequitur hominem apostatam, nempe
Guilhelmum a Nassau, principem Auriacae, totius mali
artificem esse et causam pestemque et pemiciem reipu-
blicae. Hic ille idem est, de cujus fide ac fidelitate du-
bitare incipiens quidam praelatus, cognominatus Yander
Lynden, abbas abbatii Parcensis (1) prope Lovanium, ro-
(1) Ampla ad eum a Hichaelc Bajo scripta epistola servatur in la-
C. 52.
Digitized
by Google
— 490 —
gabat, tempore pactficationis Gandensis, post reoessum mi-
litis Hispani ex doctore Erberto Leolioo, alias Longolio
Gognominato» qui et huic homiiDcioni et prora et puppis
erat juxta commuiie proverbiimi} utnua tittum ooDsaltum-
que esset principi Auriaco remm énmmaniy patriaeque sa-
lutem oommittere absque diffideatia nlla. Ad quod dictns
LoDgolins respoodendo: vir est» inquit, absque omni fiico
doloque; felle caret, miro stopendoqne pollens aDimt can-
dore, ac talis qui suasu meo solius vel cucullam iodue-
ret Minoritarum. Tere sub veste ovina lapmn egit: prae-
teztu simulatae sanctitatis dnplicein exctcoit iniqnitatem.
Qood ipsiuD eernens dictos abbaa peden ab hoc pestife*
ro bomine retraxit et poenitentia dnctos prae nimio moe-
rore ac synteresi paulo post exspiravit Hic est ïlle ipse
qnem alius quidam praelatns, abbas abbatiae divae Ger-
trndk Lovanieosis, Yander Lyndcn (1) cognominatiis, fra-
ter praaiominati abbatis, eodem tenpore salntaoda dixit:
Salve pater patrtae; reolius autem dixiaset: vae tibi pes»
tis patriae detestanda.
Idcirca operae pretiam esse duxi, looo corotlarii, et ia
modum venficatiofiis, bic ia nndium proferre declaratio-
nem quandam hospitalitatis ac proscriptionem, sive in
exilivm missionem, quam bannitionem vocant, de man*
dato regke majestalis, adversus enndem principem Ami-
aenm, ejnsque appendieem, hoc aimo octuagesimo» fac-
tam et publicatam, passim ia Artesta et Hannonia: ui ci-
vitate Namurcensi, Trajecti Mosae, el die nndecima mcn-
sis Septembris anno pvacacr^o, m eivitate Boscodooensi
bellario civi talis SiWaduceaiis , qua Lovaniensis professor ei dissoadet nï-
miam reipublicae curam, in detrimentuBi vitae monasticae et abbatiae.
(1) De hoc abbate Van der Lynden cfr. prof. Visscheri v. c. mono-
(rraphiam in Berigtat van kei ffisiorisch Gesefêchapt pag. 18.
Digitized
by Google
- 491 —
Gatholica, ac aliis oppidts ét ciTitatibus quam plurimi».
Iq qua (piidem proscripüoDe ac banmtione muko impius,
iste Abimelecb^ pluribnsque titulis aptis et noneDclatiiris
congrnis, sese dignis, per regiam majestatem insigniliuPy
sd^qtie colorilmsy vel ad imgueni pra merilo ita depin-
gitiif, ut qiuKbet sanae mentis ac cerebri illaeu, fadld
cognoscere valeat ex plumis, qualis avis sit: et cognita^
omnibus modis qneat vhari Tenor autem dictae pto^
scriptionis et declarationis de r&ho ad verbum seqfuitur
et est talis (1).
&PIL06IIS.
Restat nunc ut epilogi, ac recapitulationis loco^ ackno-
neatur pius lector, praesertim incolae aliaram civitatum
et (M'ovinciarum^ ut revertantur ad naturalem supreDUun-
que piincipem seu monarcbam, id est^ regem sunm, no«
bilemque ac Catholicam ci?itatem Buscodocensem imi-
tentur«
Haec autem scribo propter eztemum lectorem adbuc
an^hibüim, id est, dubiam, ambigwun ancipitemque ,
utrinque claudieantem, neeooii parti utrique placere sta*
(1) In autograplio haec famosa Guilielmi Araosiaci proscripiio deside-
ratur, qoae iDi]^retta in opens el. lor {rfêêtfL Oêrlogketij 1. XV, pa^*
206 (198) y etiaid SUfaadocia apttd Joannem Sckoefferuid eodeor, cpio data
est «nno , prodibat. Schoefférui inYitiia hoc rec;is diploma impressisae vi-
deiur, cum in libri ütulo scribat: Gedruckt door ordonnantie ende eS"
•pree hetnl dtr Coninckl, M^.y id quod nancpiaftt addÜ i» suia diplona-
tum editaonibi», quam plwuniSk Gaeteram proMaiptioneoi SiWaeducia
populo publice lectam foisse patei etiam ei hac Sttbscriptione : Aldus
ghepubliceeri binnen Tshcrioghen bostche aimo M,D.LXXX. desen elf sten
Septemhna.
Digitized
by Google
— 492 —
deDtem. Ita isti amphibii, et versipel)es, teutonice: tee-
pelaers, ab una parte volunt esse seu potius videri Pa-
pistae et regii, ab altera parte vero sunt Guesei sea Ro-
boamDÏstae.
De hoc genere amphibio neutiquam est Dobilis illa Ca-
tholica civitas Buscoduceosis, qiiae prae caeteris constans
et immaculata permansit. Ab hac praeclara cpnstantiae
virtute isprimis etiam summaqne cum ratione senatus
ipse Boscodacensis commendandus venit, tma cam qna»
tuordecim modemis ducibus militum, quatuor scilioet col-
legiorum jaculatorum : truncorum sive vicorum seu vica-
noriini, et duorum postremorum novoruni vexillorain: quo-
rum nomina et cognomina bic obiter recensere libet, quae
sunt, magister Jacobus vander Cam, dux sive capitaneos
collegii antiquorum balistariorum, teutonice: vanden ouden
voethoech of d ouden SchutSy Joannes filius magistri Gos-
wini Yerstegben, capitaneus collegii juniorum balistario-
rum; Goswinus Pynappel, locum tenens domini praetoris,
dux collegii sagittariorum, teutonice: vanden hanthoghe';
Hieronymus Wynants, dux seu capitaneus collegii cbiro-
bombardariorum, germanice: vande Cleveniere; Georgius
vander Meer, capitaneus magni fori; Godefridus van Tlier-
den, capitaneus platearum vulgariter nuncupatarum die
Verweretraet ende Kereketraet; magister Leonardus Yoss,
capitaneus planitiei, teutonice: vande Plaeteche (1); Lam-
bertus Stueters, capitaneus plateae Hinthamarensis ; Joan*
nes van Weerdt, capitaneus vici Hinthamarensis, teutonice:
van fllinthamereyftd; Paulus Leenput, capitaneus pla-
teae Yughtensis; Walrarous van Heez, capitaneus fori
piscarii; Reynenis Poltey, capitaneus vici Orthensis, Ger^
manice: van d^Ortieneynd; Paulus Wynants, capitaneus
(l) Plaetschê, i. c. Wevenplaats,
Digitized
by Google
~ 493 —
vezilli noviter per civitatem ordinati, et Hermannus Co-
len, capitaneus similiter vexilli recenter per civitatem or-
dioati; viri omnes ortbodoxi atque Catholici, constantes
et fidelesy omnes optimates civitatis, pro aris et focis se-
dulo pugnantes, lumiaaria civitatis, qui disciplina bellica
boaoque ducatu praestantes, boDum quoque faciant comi-
tatom militis sui. Nomina vero judicum modernorum,
quos vulgo sQabinos vocant, sunt haec: magister Henricus
Bloeyman, praeses scabinorum, magister Godefridus Lom-
barts, Joannes Heym» Everardus Berwouts, Paulus Wy-
nantSy magister Theodoricus van Vecbel, Arnoldus van
Brecbt et Godefiidus van Ylierden.
Haec snnt pie lector, quae brevitatis causa dicere volui.
IXrUGIT TBA0TATV8 UBBR tlCQllVlIS.
[Sequitur in autographo approhaüo.]
)>In his duobus tracUtibus, qnod sanctae Gatholicae Ronuuiae
nScclesiae fidei contrarium est, nihil continetur: quod otiliter
wiegt et imprimi posset, censeo. Datum Biuciduda anno 1^(80 die
*>26 Jnliit
»8. T. secT., gau. autvxkp., lu. cbüwr.
Digitized by
Google
APPENDIL
Quandoquidem Guesei, capitales et in Gatholioae eivi*
tatis ^ItaedneeDsis perniciem conjuratisstmi hostes, indies
magis magisque machinatioDe» pessimaa moliantur, idcirco
baud supervacaneum esse duxi, loco appendicis bic non*
nuila notatu calamoque» necnon sununa admiratione dig-
na, adjicere.
CAPUT nuavM apjpemmcis.
Die doetnia qninta Bensis ham^ anno a partu yirgineo
sesquimillesimo, ootuagesimo primo expugnalnm fait, per
eosdem Gueseos, castrum in libertate Tilborcbensi situatnm.
Postera vero die, tota caterva, universusque frngiper-
darum praevaricatorumque coetus, totus, inquam, globns,
loliam velut se agglomerans, teutonice; den gkehéelUn
wBêêer als oncruyt over een loopende^ circiter bis mille
semipendulorum , venit in Longam Plateam, noii procul
ab oppido QuesdaDO.
Digitized by
Google
— 495 —
Die decioia nona, quae fuit dies luoae, mane venenuit
aliquot cohortes equitum ifi pagum Ylimeosem, itinere
unius horae a civitate Sylvaduceosi distantem, ad expug-
naDdum muiiitioiiem militis regii, ibidem per illqstrissi-
muiii dominma de HaultepeDne extructam, ad ejusdem
cintatis defeosionem; illius ergo quatuor tormenta bellica
graodiora secum adrehente» ex oppido Huesdano: sed
incassum laborauim fuit, nm quod in oonflictn duceni
militum, in eadem muoiticMie coUocatonun , viram cum
prunis audacem» strenuum ac bellicosiun, captivum paulo
post secum ad dictum oppidum adduxerint: mulus inte-
rim ex eia partim tuac t^poris ibidem stratis, partim
vuberibus confeelis. IIUs ita inter sese ultro citroque
spbaerulis tormentariis concertantibus, audivit forte for-
tuaa miles statiooiirius Gueseus buccinam bostis, nempe,
trium turmarum equitum, in subsidium militis regii, in
munitione praedicta, ac alibi collocati, propenmtium, clan*-
gentem; ac paulo post cernens a longe equites, strenuos
bellatoresy accelerantes, ilico accurrit furcifer iste vacil-
lantibus tremore cruribus, oordeque in pectore saliente,
annuntians Gueseis adventuur hoatis, Quo audito, e ves*
tigio fugax grex Gueseonun, qui prius videbatur coelom
tenritare armis, avolavit quilibet iatra pristina latibula.
Metuebat enim quilibet nimis, ne extrema sibi die ista
fala impenderenty boraque fatalis adesset. Adduxerunt
interim aecum quatuor illa praedicta tormenta bellica,
quae summa cum festinatione coUocaverunt prope c^pi-
dum Huesdanum, fuga salutem quaerentes.
De proposito, fructu et fine eorumdem Gueseorum nunc
pauca dicamus. Propositum et iotestio istorum Amani*
tarnm erat, ut expugnatis prius circumquaque munitio-
nibus militis fCgii, tam in pago Vlimensi, qnain pago de
Digitized
by Google
— 496 —
Engelen, cingerent obsidione, sicque coangustarent , ac
tandem expngnarent cmtatem Sylvaeducensem , ope di-
vina alioqnin inexpngnabilem , eaque potirentur. Imo ,
plenis biiccis promolgayerant et jactitaverant, se veile ad
carmosiDas[?] Sylvaeducenses venire, necnon anniversarinm
celebrare confliclns stragisque pridem in fori planitie fac-
tae, de qna superins, in secundo lib. cap. II scripsimns
latins. In HoUandia ter maxime stolida, Phrysia inbtiH
ata, Flandria dementata, Zelandia insensata provinciis :
adbaec Bomeliae, Bredae, Brnxellae, Mechliniae, aliisque
civitatibns, pagis ac villis fama per Gueseos divulgata
fuit, rumoresque sparsi, civitatem Sylvaeducensem per eos
occupatam, militeque praesidiario Guesioo bene firmatam
esse, nempe, viginti vexillis peditmn. Ubiqne, me Her-
cle, cantus triumphus fuit ante victoriam. Ubique fere
locorum praesertim in oppido Bredensi, in signum laeti-
tiae, generaliter per eos epulatnm fuit, convivia frateraa,
ut vocant, celebrata, comessationes ultro citroque factae;
ea spe vana lactantes invicem, quod civitas Sylraeducen-
sis Papistica deberet vel invita symbolum liberaliter sol-
vere. Sed aliter sors cecidit; imo, ut ingenue fatear se-
decim numero honerarias, seu onerarias, teutonice: Auib-
A«n, paratas habebant consistoriales isti pwpe Gorco-
miimi, quibus decreverant spolia, ex nobilt civitate Bus*
coducensi, avehere. Verum aliter longe evenit ac puta-
rant. Nam pro spoliis mecdacia avexerunt, marsnpiaque
inania. Joannes Bacx autem praefectus arcis Huesdanae,
exlex, intrusus, trium literarum homo, ex dienere san-
guine natus, viso milite Guesico, ilico prae gaudio, in-
star ovis defoedatae, exuttans, prorupit in haec vei4>a:
spero, inquiens, negotium nuno semel ad effeotum pro-
ductum iri* spero nos tandem semel nido isto Papistico
Digitized
by Google
— 497 —
Sylvaeducensi potituros. Alii vero jactanint se maDus.
suas loturos io sanguiDe Papistanim: imo se veile adhuc
lambere saDguinem Papisticum, more canum, et, horresco
refereos, ne infanti quidem vitam relinquere.
NuDC porro dicamns nonnnlla de fruclu, quem impiits
iste grex Gueseonim iedt, quippe, qui nndiqne evola«
rerat, ex omni Dido defoedato erepserat, ex Antverpia,
ex Bruxella, ex JNestensi, Lierensi, Herentallensi , Are>
densiy ÜDOte sanctae Gertrudis, ex Huesdano oppidis: ex
HoUandia, ex Phiysia, ex Flandria provinciis, et aliis
locis latibulisque ac speloncis, turpis haeresis stercore de-
foedatis: fhictus autem eorum ftiere, lempla Dei violare,
sacra prophanare ac spdüare, altaria ubique loGoruin de^
moliiï, statnas imaginesque sanctonim diruere; inter pha«
nmn ac prophannm, inter fas ac nefas nihil pensi ha-
bere: ausn temerario adversns Catholicorum imperatoram
diplrnnata, locorum sacroriun transcendere septa, pacem
pollaere, ruinis cuBcta deformare: messe instante mise-
rum agricolam necnon militem reginm, adeoque civitatem
Buscodncensem , si commode potuissent, defrandare: ad«
baec stnpra, adulteria promiscue, sine discrimine status
committere, Tirgines opprimere atque stuprare viduasque
violare, conjugatas personas contemerare; cnm una eadem-
qne persooa sexus foeminei indomita libidine gregatim
more pecudam, catervatim snccessire coire: anllum fla-
gitii genus itttactum relinquere.
Digitized
by Google
— 408 —
Auctorem, iactorem et archilectam istios tam pernitiosae
unpressionis, vel ipsum pnncipeia Auriacum, patrem hae-
retioorum seu Gueseorum fontem totius mali fuisse» De>
mini dubium esse debet
Pater est princeps iste Auriacus, ignem succendens, id
est, consilium causamque mali dans, fomitem delinqaen-
di suppeditans, subministrans auctoritatem. [Ut] militem
gregarium, tumultuarie undique, in magna copia, coUi-
geret, illumque spe yana promissae immonitatis exactio»
num tributommque lactaret, fallacibns ac blandis pel-
Üceret iUecebris» more aucupis, donec hanc ia snoa cas-
aes pertraberet volucrem, ctvitatem acilicet Sylvaeducen-
sem: coepit Bacchnm, id est, vina et cerevisias in civi-
late Antverpiana, ac alibi» novis insolitisqne exactionibiis
gravare, populum Hollandicmn, terque quaterqoe infittoa-
tum, novellis tributis premere, levans sive accipiens ilr
lius ergo ingentem eiq^editamque summam pecimiariam,
ex manibus quorasdam ex diti(»jbii8 monopclis, idque ea
conditione, eaque lege, ut, si ipse cum milite suo posset
ciyitatem Sylvaeducensem in suam deducere nassam, ea-
que sive aperto Marte, sive proditorie, ceu alia qoavis
arteque doloque, potiri, fier^ restitutio ejusdem summae
«oceptae, ex spoliis civitatis praedictae; sin minus, tune
exactiones supradictae, tantis perdurarent continuarentur-
que, donec ipai nummos suos capitales recepisseat,
Postremo omittere nolui, qub de fine exituque iatios
tam execrabilis funestaeque expeditionis paucis tractaiem,
deque occasu dictorum Amalachitanun et Amanitaram
pauca dissererem, qui omnes sese reoeperunt ex Ltmga
Platea ad libertatem Tumbautanm&i, metuentes nimis, ex-
trema sibi tune impeodere fatit, fatalemqne adesse ho-
ram, ubi se ipsos in planitie pagi, vallis munitionibuaqiie
Digitized
by Google
— 499 —
ÜBtctis esL arboribus, undiqiie exxiskj trans vemmque in
pbceis uodique deDWiime coUocatis, ioterjeolw et coa-
cervatis, cinxeruDt, non sioe magna j«ctura tolitts «ihq-
munitatis, Quos paulo post iilustrissiinus dominm de Haul-
tepenne persecutus fuit ingenti copia, longe tarnen im-
.pari nonero, tam equitum, quam peditmn, ad pagum
usque Turnhantaniun. Ubi eos umqnara timidos degene-
resque canes et latrones, provocavit ad pügiiam, stans
cum milite suo bellicoso exercitateqae in acie, spatio fere
duarum horarum, iofraeto animo exspectans in merica,
exitum eormn ex castris latebrisqne suis. Sed, dieu, ef-
foeminati eviratiqae isti, continnere sese intra valla mn-
nitionesque soas. Quomodo autem ex castris latibnlisque
praedictisy prae nimi<v pavore, post expugnatum TiolenCa
armataque manu oppidum Bredanum, disparuerinty pudore
suffusi, postea dicetur.
Adhaee vigesima quarta mensis hujus, ad piam peti-
tionenr inustrissimi domini de Haultepenne, ceiébrata fuit
multum celebris supplicatio, per ambitum civitatis Silvae-
ducensis, cum venerabili sacramento eucharistiae, idque
eo fine, ut numen divinum piis precibus Gatholiconimy
unanimiter congregatonun flecteretur, dignareturque ipsi
Ulustrissimo domino de Haultepenne, fortissimo duci exer-
citus regii victoriam, contra bostes suos dvitatisquc Sil-
vaeducensis conjuratos, tribnere.
Hac eadem die illustrissimus dominus de Haultepenne,
una cum toto exercitu suo veoit in pagum seu liberta»
tem Hylvarenbecanam, ubi castra sua fixit, more arietum
relroeedens pauUUumt ut tanto vehenumtius ac impetuo-
üm fmai bottem, vt tSiDto fertius acüicet tmpingat tn
oppidum Sredanum, prout sequens btstoria declarabit.
Digitized
by Google
— 500 —
Et illa sane simt stratagemata rei mililaris, quibus foi^
tissimi eiercitatissimique dnces subiDde uti ooDSueTerant,
prout diversae historiae docent.
Neminem latere volo mysterium cujusdam loali funes*
tique ominiSy quod accidit vigesima sexta die, praesentis
mensis Judü. Qua die infausti Guesei mandatum acce-
perunt a Rodolpho van Staeckenbroeck, tune temporis
gubernatore Bredensi, perlustrandi singulas ctvium aedes,
quaerendique ubique locorum, personas extraneas, male-
contentos scilicet, hostes Gueseorum. Invenerunt autem
forte fortuna, in Baguinagio bubonem quemdam praegran-
dem y avem feralem> in domuncula Mariae filiae Petri Ba-
guinae, templo contigua, superius scilicet in testudine
templi latitantem. Yisitatione jam, tota illa die, utcon-
que, non absque petulantia atque protervia ingenti, facta,
accesserunt ganeones gubematorem, de aucupio non pa-
rum laetantes, cui, non sine stomacho, roganti, num ex-
traneus quispiam repertus esset? responderunt aucupes au-
daculi: unum duntaxat inventum esse, ofierentes ei bu-
bonem insignem, dirum mortalibus Gueseis ipsis, mox
morituris, omen. Param sciverunt, se ipsosmet, triduo
post, partim jugulatum, partim summo cum dedecore fu-
gatum expulsumque, partim infelicis instar bubonis cap-
tum iri.
CAPVT TEKTIUH.
iggredior modo rem jugi memoria dignam, nulla lem-
porum injuria aut hominum oblivione, aut desnetudine
abolendam. Audax plane et memorabile facinus non sine
Digitized
by Google
^ 501 --
summo vitae discrimine commissiUD, factum, ioquam, proi^
sus leoninnm et gesliim plusquam Romaoam praedicti il-
lustrissimi domini de HaultepenDe.
Qai vigesimo octavo die mensis hujus, nempe ipso die
sancti Leonis, papae, in profesto scilicet divorum Petri et
Pauli apostolorum, violenta manu oppidum BTedanum, no«
vem propugnaculis fortissimis deforis munitum, necnoo am-
plius castro fere inexpugnabili firmatmn, occupavit, qoa-
tuor yexillis peditom^et pauds numero equiübus; liberan-
do captivos Buscoducenses ex captivitate Herodiana, et ab
onmi expectatione plebis Gueseorum. Miram stupendam-
que rem narro, inauditam hactenus atque invisam. Ho-
ram circiter secundam-noctis dictus illustrissimus dominus
de Hanltepenne primus, praemisso prodromo rustico, ex
arce Bredana fugitivo, viam aditumque sive ingressum
monstrante, pei foramen quoddam, per quod ipse prius
clancularie ad hostem, nempe, militem ejusdem Haulte-
penne effugerat, una cum generossissimo uobilissimoque
ac fortissimo viro domino Martino Schenck jugulotenus
transiens intrepidus fossas castri Bredani, primo omnium
traosiliit, scalis bellicis, propugnaculum , juxta castrum
positum. Dein per id ipsum foramen, presso seu tacito
gressu, subintravit, miraculose, potius ope divina, quam
bumano modo, non absque summo vitae discrimine; ubi
militi stationario gutture praeciso, milHeque dicti illustris-
simi domini de Haultepenne reptante, scalasque per gra-
mina trahente, in quali quali copia admisso, recta idem
castrum seu arcem intravit, arteque praedicta occupavit:
ibique, principali vigilia partim soporaole, partim arma
abjiciente, in gratiam fidemque recepta: coepit paulo post
oppidum per tubicinem ter in deditionem potesratemque
Digitized
by Google
— 502 —
ac obedientiam, aecnon mtntu regias exposoere, sive pos-
tulare ac postremo aliquot ex equitibos suis deferis, per
pontan arcis posteriorem , vitdenta manii demissuiiiy id-
tromittere. Guesei autem haud ignari rei gestae, inter
qnos erat vexillum digiadiatoriam, qnod jmrenile pectus
vocaot, pro responso dederünt, se sat glandiiim sive gl»-
borum, et pul veris tonnentarii pro ipso Hanltepenne faa-
bere, nolentes uUo pacto, armis positis, ad fidem regiam
confugere. SuborDati enim prins erant, et jhbis persua-
sionibas indmcti, per praeciposr capita coDsistorii, ntpote,
Rodolphum van Staeckenbroeck, gHbematorei», magistnim
Henriciiin Buecketop, Tfaomam den heddemaeeker^ Amol*
dam in den Rock et alios noDinilk» complices totins
conjurationis et coDspirationis aoctores, duees H antesig*
nanos furctferos, yulcaoo terqne quater^ digno», tit pl»>
nitie castri plateisqoe in foro ^ssis, eisque, saccis lana
repletis, quadrigis atqvie bigis aliisqae rdb^, oppletis:
sese toto pectore bosti viriliter opponet^ait , forti animo
omnes rebeUarent^ rdnctarenturqve, manusque aliquantis>
per coofevrent, donec ex vrcini^ casiris Turnbautanis re*
dirent, maousque auxiliatrices , ac snj^tiaa ferrent, in-
gemi tffln eqnestri, quam pedestri subsidio müitari. Qua
snbomatione subdola sic lacta, misellisqne Gneseolis vana
ita spe lactfftiS) degeaeres timidiqne isti ac seelerosi, me-
tuentes fatalem adesse horam, vidtom aninromque metu
demittentes, sese imerim fraudnlenter sobdaxerunt, more
latrnncnloram, per portam quandam, vulgo nnncupatam:
die Heteekdyeke poerif vi per eos eftractam.
Avolamnt isti quïdem improbi, more gregis corvormn,
una eum gubenmtore sao. De mitrendis copiis autem seu
militari subsidio , suppetiisque bellicis ferendis, ne semel
in mentem subiit cogitatio, nisi quod inter ex-
Digitized by
Google
— 503 ---
eoDdiun, seu potius fugieodom, memores facti captivorum
Sylvaeducensium, clamaverunt eosdem prius jugulaDdos
fore. Sed formido mortis instantis illonim impiam pr»-
vamque voluntatem repressit» qni scdestissimi hac ratione
periculuiEi evaserunt Porta jam patefacta, iotratrit mox
reliqaa pars equitum illustrissimi domini de HauItepeDney
qui e vesUgio moenia oppidi partim ciDgentes, et ab in*
ctirsu Gneseorum tnentes liberantesqne, partim plateas
ubique a tergo occnpaiitesy iKmnulli sdlicet ex equis de-
silientes ac pedibus proeliaDtesv inque hostem imieDtes,
multmnque diuque Marte incerto dimicantes, tandem, re
in augusto, ob vehementem ancipitemque pngnam, posita»
singnlis plateis, vi expngnatis victisque, hostem prostra-
vemnty tantumque mann armata effecernnt, quod Bellona
coepit ipsi illnstrissimo dommo de Haultepenne arridere,
yictoriaqu^hactenns ancepa occoepit se versus militem
r^um fortissinram^ bellicosissimumque inclinare; adea
qnod integram fere vexiUmn digladiatorium, quod juve-
mie pectus vocant, fiierit caesum, una cum trecentis na«
mero, aut circiter, civibus repngaantibus, secmon sede-
cim ex miUtibus stipendiariis, seu soldat^, ut vocant
Qoam plurimi au tem, tam Gueseorwn quam civium antea
sese praecipttes fugae per moenia mandarant, multi aquis
submersi fverunt Numerus autem stratorum ex parte mi-
litb regii fint vicenarius, vel circiter, quae sane exigva
{uit jactura milids. Yulnerati autem phires fuere numero.
Usque adeo, quod in tanta rernm iniquitate, fortunae
quoque, quae multum in re militati potest, eventos varii
secnti fiierint. Pugnalum autem ac^rime ftiit octo aut
novem continub horis.
Ulustrissimus dominus de Uaultepenne, bis rebus ita
gestis, victoque jam oppido, illud ilico direptum, teuto-
Digitized
by Google
— 504 —
iiice; gheplonderty ingeqti praesidio firmavit, statum or-
dinenique militarem fecit. Lingua fari non potest, quanta
fuere ibidem spolia reperta, quot millia modiorum fru*
menti inventa. Infinita, me üercle, copia Cereris et Bac-
chi reperta, undique a corvino grege Gueseorum rapaci
invecta et illata, sine numero modoque. Victualibus sca*
tebat oppidum , frumento , bulyro caseoque abundabat.
Larido templum quoddam erat oppletum. Omni genere
commeatus plena erant omoia. Adbaec naves plurimae
stabant in litore, onustae omnis generis commeatu. Rei fru-
mentariae copiae cornu. Et, ut in summa dicam, conci«
lium cruentum, sive sanguinarium, teutonice: den bloedt^
r€tedty ex Antverpia ibidem praeseos erat Officina totius
malitiae, in qua omnis proditio coiguratioque facta erat,
in qua conspiratio universa adversus' civitatem Sjlvaedu-
censem cusa erat, ibi fervebat. Insuper nerni| belli, ut-
pote, vasa aliquot auri et argenti parata ibi erant, ad
usum stipendiorum destioata, pro solutione scilicet exer^
citus Gueseorum, in pago seu libertate Turnhautana, col-
locati. Frumento undique illato et invecto plena erant
cuncta granaria, idque in usum militis Guesici. Gastrum
aulaque principis Auriaci, patriarchae ^ereticorum, modo
occupata est ab hoste. Nidus Guesicus interceptus. Te-
lam araneae uunc hostis impetuosus transvolavit. Tbeca
frumentaria, teutonice: die brootcatt, inimicus nunc po-
titur. Promptuarium abunde instructum, armata manu
effractum, bolus tantus faucibus, proh dolor! ereptus,
unde infelix, eheu, Guesellus, multo tempore, genialiter
vivere potuisset. Annona nunc fefellit. Quid amplios?
Thesaurarium aerariumque publicum hostis invasit, sectio
oppidi venditur sub hasta. Codex praeterea consistoria-
lis, quem vulgo nuncupant: den Comtory boeck, modo
Digitized
by Google
— 606 —
reperttts est» eontuiens pessimas machinatioDes» conspira-
tioDesqne, tam contra divinam quam regiam majestateni»
necnon civitatemi Sylvaedacensem. Postremo ingeos copia
librornm snspectonim, Ynlcano publice tradita est.
Non potest hoc fari dictis, <{iiaiitopere impius grex Giie*
seomm Bredanomm gavisus fberit» quantaque laedtia a£-
fectns ex captivitate vel unins manipuli sive coatnbernii
militiim Sylvaedncensram. Dici profecto vix potest, quan-
tus per eo0 ftctns triamplma fnerit, in oppido Bredano,
ratione rei» per eoa ioiprobe» et non stunmo absque de-
decore, tnrpiter gestae; dum ia pago seu libertate Qisteiv
wicana, pancis abliiiic diebns» Dempen vigesima septiny
die Maii, iogens mnltitiido eqiiitum Gueseomm furiBiuida^
. captivos abdnzit pancjssimos numero» turn equites, turn
pedites Bnscoduoenses, proditorie oppressos» strenue ad*
modnm rebelkntes. Jactabant, tune temporis se veile
ipsi iUnstrissimo domino de Haiütepenne» ac militi reg^o
comeatom undiqne intercipere, viamqae ita praeclndere»
necnon egestate Papistas Buscoducenses nsqne adeo praé*
mere» nt lUe» nna com milite suo, Cereris et Bacchi
defectn, tnrpiter desislere deberet: ht vero fame fracti
sese voluntarios dedere cogerentur*
Lubet bic pancis refene vaticininm, quo qnidam ex
consistorie Gueseorum vaticinatns erat» quoddam oppidum
nuigni momenti, brevi occupatmn iri» de cnjus occnpa*
tione mniti gandio trinmpbarent, mnlti vero tristitia af-
ficerentnr. Qui pseadovates,. qoalis modi in consistorie
multi erant» serio intenrogatns de nomine oppidi illius,
indicavit saltem, primam litteram esse, B. Guesei, boe
. andito, assemerunt ^se Buscomduds» eot qao4;*a littera»
B., exordium sumeret. Sx qua, re in speed eonsolatio-
nemque meliorem erecti, coeperunt 4ies r<igatiOQuia et
C. 33.
Digitized
by Google
-- 506 —
abmaeatiae, pro Mtei sum)6Mii, coastilüertt, utpote dieni^
Imaêfèi HLuik «t Jom, quibtte diebvé èb esu eiiniittai
a^miMTUor, Mit^iè vero dkims, prAesertim Veneri» er
sabathi üai^iibiis vedeetfies, <xrdiiie fioilicet serrtto, prfte-*
pmtero siv« inverso. Yenmy impii isti spe misere soa
Anstrati Aierupt: li»te interim cadeate saper Bredam, a
Kuwi Bi, 'Similiter initinm eapientem:
Tigesima 'aeptima die Jalii nolvUiasiiiyas domicellus Adol^
phus Ooitebaoh, dommus temporaha ^pidi Helmontani,
viv ^vis et praeatans, cndidi Domlm» et ftniaey anti-
<pNi sismviaite clarus^ mi miKlarifr peritissiiniiSy irenit equea
10 cMmbbi Sjjflfaeducensemi sub vesperam, slatim post
ukKiuii seitae berae,- slipat«a mkfpïo equitatu, taiB pro*
prio qaam Sylvaedncensi, qui die ultima ejusdem menais
fiilt 'imoDioiiter a tribae ordiDibtu «ive iMBfaria chritatia,
raeeptufc et delectns in eentorioDem aive capitaneuniy ut
vocmM) ™i>^ ooboctia equitnm onünartae, in civitate ea«
deni| de canaensu panter et asaensii rq^e majcatatts,
nïmc primo, erectae, teuknice: diversie ordinarU hênd
Htm Sckirtogmtboêoh^ necnon tr^onm, eeutonice: e#/o-
nelf daonim vexillormn pedttnm, de quibns superras im
aecundo libro mexrtionem fiociouttr
' Cnm in re proporita discorsom facere, noit sit subinde
intitÜe, idcirèo statui bic sobrie admodttro, adjtcere ea,
quae tigesima nona ék Densia praeaentis, set improbe
Digitized
by Google
— 507 —
perpetrata ftiere, por flagitioBiisilanai coBSMtoriora Antrcr-
pMOiiinl^ in Gtvitafe Antyerpiana; lilii per cohsistonak»
defomatae rdigionia eiempliim aémodutn ddfbraiaiinD ex**
hibitum fbit Maa post pnkum najeris caropanaë (dae>'
tera campanis undique avectis) nuate hora deoima £ic^
tnm, coeperunt, denuo Guesei coDsistortidca ultro chroqiie
tnmtthiiati, novas, iDanditasque hacteous tragoedias oiere}*
loca sacra spoliare, polluere €t propiianare passim in onp
Diba» xededochiisy' nosocamiis» alfiaqne locis piisv paupe^
res etiam leeto aegritndiiib decfmdientes, extrwlere; om*
sia demolïrr, quae hactenus in teinplis piisqae löois, ik
kesa perDbansetam , nraltos CathoIIcos acr clemm ciritate
gicei^, Tiam pttblicam transversnm per medinm ecclesiae
cathedraKs fecererilUus ergo muros ecclesiae magiia ex
parte dimere) opera aenea^ ex templis alib^ue hcis piis/
magno coDamine ac ti eiuere, et ad domapi seoatoriam
avdierey causa conficiendi inde machinas aeneas grandicH
res, et «t semel onmia dicam, coepenmt scdestissimi ist»
et desperatis^iy PÜkgetontis flncttbus acti, eitremis, ut
ajnnt, fatis "agitari, teatonioe: #7 hegangien ie daobrmêó»
hm. Yemm hisce malta nondum satiati amplins hoB»*
nem qoerodam capitalera, plane ridienlttaii , saimis exci*
pieodimiy bipednm scilicct neqnissimum, objeèemnt Ca^
tbolieormn ac Papistamaa oppressorem carnificemque, qném
rnbram virgapa nomenclarunt , teatoniee: dê roU' rceiii
eni ceneum nebolooea furciferos, otpote, naütaa, anrigaa,
▼acunistas^ lavemioiies, liguriones^ palantes sire vdga^
hondes, teztorea, kniones, tenebrionea, pelUones, bajidos»
monobocbiarios, ahenarios, colc^diarioa, scnitaribs, cor^
biones, Tietoresy ligmaeaas, ceteTtaanaa» kctanot , valera-
mentarios, id est^ aappaelore» rctsmii cakeoramy. res»-
nos^ delirosy ins^idos, iasnkos, iraemriBtaSy bardoa^ ei^-
Digitized
by Google
~ 608 —
rones, hand tellure admitteodos, legirupiones, fatiferos,
homines plane improbos, planos, et Mercnrio irato na-
tos, qnibus ad restim res rediit, mnltis faitis, sacril^isy
adnlteiïis, homicidiis, ac Fapaecidiis famosos, sicarios, ga-
neones, teutonice: hourdeelbloeken ^ palpones, ^tem
apostatricem , remiginm Ulyssis , teutonice : êenmi hoop
dueehnieten^ non habentes vel unam venam antiqnae re*
ligioni et regiae majestati, natnrali supremoqne principi
suo, addictam, qni modo summas renun tenent, reipn-
blicae gubernacula gerant, publicae administrationis gn-
beroacnlo manus nefarias admovent; bonis proh dolor,
imperant, magistratni Gatbolico obstrepnnt, tribanali re*
sistunt: communem reipnblicae tranquillitatein cane et an-
gue pejus odenmt, imo summam rerumpoblicamm snae
volimtatis arbitrio qnasi veUtatione qnadam traosTersa
agunt tn scopulos: adjnnxerunt, in terrorem vindictam*
que boDorum, qnos moeror quotidianns lacerat et confi-
cit Hic tenebrio cnm suis complicibns aedes Gatbolico-
rum, bonos observat, et non nist quod arridet, rapit prae-
daturque, promptuaria atque poenaria intrat uncis ttngai->
bus, hic vivorum acutnm se praebat censorem. Gallet
enim egregie discernere, cujus vini fumus graviores ne-
bulas cerebro infundat Sub velamincf proditionis aedulia
aliena avide vorat, et dolio exsiccat. Gnncta profonda
inghivies perlustrat hirquis oculis, anreas argenteasque
imagines potius qoaerens, quam vivas armatas. Quid res*
tat? Nisi ut civitas Antyerpiana, quae magna gloria flo*
ruit, misera senectute senescat. Necdum resipiscit ob cer-
vicis düritiem, mentisque caecitatem. Yere de ea dici
potest, quod habetnr apud Davidem propbetam regitmi,
PsjkLiL CXXXVI et apud Hibru. XXXI cap.: Filia Ba-
hylonts misera tuguequo deliciis, êéctiê €Uque erroribus
Digitized
by Google
— 509 —
éUêolverU filia vaga? ReTertere ad civitatem SylTae*
daceDsem autiquam, quae monstrabit tibi viam, qua sit
eimdum. Eodein procul dubio poculo civitas Antverpi»-
na, nisi resipiscat, bibitnra est, qao olim Tidimus ipsum
Moosteriolum, tentonice: Munster^ bibisse, quod inebria-
tum vino prostitutionis meretricis Babjlooicae, quod, in-
quam» seditionibus gravibua attenualamy quassatum mo-
tibns intestiiiisy fooditas interiit, qnando alias anno tri*
eesimo qaarto objecit hominem qoemdam, ioter natos mu-
lienim neqnissimum scnrram, nomine Joannem Leydanum ,
intcar filios Adae scelestissimmn, omnium quos terra susti*
net, ant qoos sol videt, pessimmn, qui se ipsmn regem
SyoD fécit» quo noD fait sus immundioFy non vulpes frau-
dulentior. Qui ita libtdini incumbebat, quasi non de li-
bidine, sed de gloria fuisset certam^; qui scilicet hin-
nire occoepit mulierem cemens» tanto scilicet aestu libi-
dinisy plusquam taurino» in sexum muliebrem ferebatur.
Hic sponsus Penelopes gaudebat pluralitate mulierum»
quas, suo more, quamplurimas cumulate, in conjuges seu
contubemales acceperat. Libidinem leno iste impurissi-
mus, supra modum, lenociniumque olebat Hujus men-
dacissimi hominis triobolaris pseudologio infatus populus
tantam fidem adhibuit, quasi sibyllae folium fuisset aut
immutabile fatum. Malitiae autem et nequitiae fenestram
aperiebat, libertatem vivendi scelerumque licentiam ma«
lesuadam dabat et ad vitia laxas habenas praebebat. Qui-
bus rebus et toti communitati perditionem parabat, et sibi
ipsi exitium fataqne praeparabat conciliabatque, dum cap-
tivus in cavea ferrea snspendebatur in summitate turris
volatilibus coeli in praedam relictns«
Nequaquam autem in admirationem rapere quemquam
debet, quod superius tot.titulis ac nomenclaturis desig-
Digitized
by Google
~ 610 —
narenm eos, fui modo rapublicae gttUmcnU gcnmi,
qui I)u^c domiflantuTy (en poUu» gmaMotnr» uoperinni-
qu^ per fas ac aefiift uaurpatum «Kavcent in bono» et in*
noKios. ld enim feci ad deaouxialraiidum naturam effectm.
Nam saepe nomenclatnra designaC naturam efiSsctiis. St
ooDveniunt rebus nomina saepe sUis. Sicut in crimine
stelUaDatus. Deinde ad Teducendum ter maxime infiitnar
•turn exeaeoatumque populiuiiy ad saniortm jseotem, eoque
perdnoendttm, ut deiooeps omnibiis modis dctrectet ian-
perium, humerisque exoutiat jugum istud dunun, tam
ignobilis degenerisque sortis hominum vilisaimorumy uil
alivd qnan» extremam pcrmciem feipnhlieae n^tcqne di»-
que quaerentium, ut, inquam, vecuset porro snb coeds
istif dttcibus militare, aoerbasqne uras manducare, ex qui-
btts deotet gu# taniopcn obatupescunt.
Digitized by
Google
TRAGTATÜS
BIPABT1TU9, ID EST, DITISUS UT OUAS PARTBS 8SÜ UBR05: QVO*
RUM ALTER TRACTAT OE FRUCTIBUS ARBORIS BONAE, QUIBITS
CTUNTUR YERB CHRISTIANI, ORTHODOXE ATQUE CATHOUCI;
ALTER YBRO BNARRAT HI8T0RIAM ARBORIS MALAB, BJUB-
QUB FBrcrUE PESaiMOS, QCIBUS 8ECTARU ET C0N8ISTO-
RULES replentur: HEMPE IMPIA GESTA, NECNON SEDI-
TiosAS factionbs, conspirationbs et cohjurationes
FACTAS ET PERPETRATAS, PER YAESANUM, FLAGinO-
8UII9 FUNESTOVQDB CONSISTORIUM CALYIHISTARUM,
SBD POnuS STNAGOGAM SATABAS, BUPERRIME
GRASSANTIUH ET TDMULTUANTIÜH IN CIYITATE
STLTAEDDCENSI INTICTISSIHA , AG PRAB
CAETERIS CATHOLIGA.
ACGTOBI
■■gtotM ■KIHABIBi^ ¥«ICKr mh Aat-HaMdca,
/. r. Licentiato, ac venerahilis Curüu EccknasHcM Buscoduceruü
Aéwtcat» fiseaK,
lUtH. VIL
Arbor bona, fVuctüs bonos facit, mala autem arbor fructus maibs fiiciC.
Rov. GA». '
A fractibus eorum co^oscetis eos.
Paul. I TihoTh. TI.
Propbanas Tocum novitates deviU.
PaoTni. VI.
Reus detestatur eum, qui ducordias seminat inter fratret.
HuBsai. VL
State super tias, et videte, et interrogate de semitia anticfiiifl, qnae
eat Tia bona, et ambulate in ea, et inTenietis refrigerium
animabus Testris.
Dectsr. XXXII.
Interroga patrem tuum, et annuntiabit tibi, niajores tuos et dicent tibi.
DSOTU. II.
PobHca gradiemur tia: non declinabimns neque ad deitenm,
neqne ad sinistram.
Nciu. XXV.
ToUe cunctos principes populi, et suspende eos contra solem in
patibnlis, ut aTertatur furor meus ab Israël.
PaovsBB. XII.
In semita justitiae vita: iter autem deTium ducit ad niorteni.
Bredac.
KBCÜDBBAT
Anno 1581.
Digitized
by Google
KOmTUl AD tECTORU.
lo praefiitioBO eipottU est ratio, quure tltulns, epistok dedioatoria
et pnefatioy quae magiftter VoictT ab Aut-Heuadan toti operi pnemi-
serat, adiostar supplamentt hic integre exarata aequantiir.
Digitized
by Google
luuflnJKiHO BiGuxniTunMOQVi 9QIUI0 D. GiAUMO db BARLAHOUT, no*
■no 9B HAVtmuna, «Mn, kudt, auBnviioBi i» ghaiuhout, racmoii
oma f kWOÊ TonofQUB ritUAs BBiBuns sic; oDMnTAToif, n oobmis-
aOIIB BMUB KUBtTATU, AVLISSUI&B IBTICnanMABQUB AG KUB^UnMAB d-
TITATU nLVABMJCBlStt, BOMIBO fVO BBBIGBUaUlO OBATIOSiaSIBOQVB: BBGBOll
BINK a^lTATl, AUKHtOB CATBOUCO AC TBBB GflBICTIABO| VWlIJlICTIttlBOQOB
AG PBODBBHaSXXO fBRATVIi QUATDOBBBCIK BUCIBÜ8 UXtTOK SBLBCnSSIHIS AtQUB
lOBTianns, naos mbmbbxs utb obdibovs, ag toti ooHVunRAn gititatii
PEABDICTAB, SPBCTATlflBnUS CUH 6ALDTB PBUBTVAV rBUGITATBK rBBCATDB,
AC rABATiaSUA 8ÜA OfffBBT OBSBQVIA, BT 6B QUAX HUKIUMB COHVBBSAT
BT TBAMT HETMAIfRIJS VOICHT ab avt-bvbssbr.
SPII|T01A DEDIGATORIi.
NqUiSi me Hercle, verbis ant scriptis coDRqni poMum, ilInMrb*
ttme excelleotissimeqne donune, ornatisBimi praeclariBBimique viri^
qnanta mihi laedtia gaTiBiiB, ac dTitali Syhaedaceiisi ex animo
gratalatns luerim, quaido nnper testis oculaUu vidi ^ctoriam mi-
raeuloee, Turtute seilicet dexterae exeeisi opeqae dWina, <»Yitatt
praedictae attribntam et adeptam, ex volnntaria ac nltronea fuga
ooDBiètorialram'^ qaos ioter aedebamus tamqoam inter malleum et
iDeddem, ot est in proTerÜMO, capitalium hostium; omnium €a-
tholiconim sea Papistanim^ necnon bonae religienis atqne politiae,
quae sunt iotius patriae^ omnisque rópublicae Christianae bene
institvtae cohmmae dnae atqne bases, subrersoram, qnibns ride-
licet tota respnblica nititur atqne sustentatnr, qnibns snblatis, ne»
cesse est, iüam qnoque eorruere, cnm sublato fundamento cor-
rnat et totnm aedifieinm. Qaomodo autem haec inga spontanea
&cta fiierit, qnam mirabiliter, imo nüraeulose, parore a nnmine
divine incusso contigerit, in prosecntione tractatns mei, Ubro se-
cttndo, fnsins agam. Qoando etiam vtdi illüftrissimum dominum
Digitized
by Google
— 514 —
meom, virum scilieet, turn generis nobUiUte, lum Yirlutum he-
roicarum splendoreT cumulaUtsime orDatum ac praefolgenteni , ex
commtssioDe regüie majeataUa oeoeMario datum et ordinatom ve-
lut conaerfitoreBi et protectorem dcfeoaorenque Catbdiefte ctii-
tatia Sylfacdaoanaia, qno dignloren fidelflorenqii« ex omni mor*
talivm numero aeque suffiragüa dekigere, neque votia optare dii-
tas potttiatet: cum tu excelleotiMkM dommey aooedeutibaa omni-
bus fortunae, eorporis animique bonis ac dotibos, toins in hoc
ais dieqne nocteque, ut cmtatem praedietam ab incnran bostinm,
undique circumstautium , tueri valeas. Cigus rei gratia in di?er-
sis pagis, nempe, Oistervicano, Vlymensi, finglensi, Emplensi,
Kessellensi et Herlairensi, postremo in oppido EyndbovieDM et
arce Megbensi, per te, una cum oppido, devicta» mnltum insig>
nes inezpugoabilesque muDitiones, teutonice: schansten , jgne et
aqua magis necessarias, magnis aumptibus laborÜMisque , fecisti:
quas summa cum laude et admiratione haclenus illaesas oonser-
vasti. Quid de hostibus per excellentiam vestram, partim iuga-
tis, partim ferro Irucidatisi partim captis dicam? Quid scribam de
rebus, eruptiooibus, excursionibusqne in hostem iactis? De strage
ab hoste, tua virtute, aeoepta? Pe violenta vktoria seu ezpng>
natione Bredanii sive Bredae, fere invincibilis inexpugoabilisqne,
non sine Numinis ope, per te facta? qua profecto in re Numini
qoaa» homioi proprior esie videria, et at seauda^a tam andax
praedarumque et hactenna inauditum DMinut» suprai modum ad-
miFabile, alquc) omnium laude ^ praedicatione» literiS| monumen-
tisqua deooranduiHj agreswa ea^ animo plane infiniotQ, ab«{ae
formidina Goesaorum» in \ioinia castins Tumboutania Goilocato^
nioi* Qnotoa enim iatnd quiaque fecaaaet^ da ^oa post fiAamae-
Ottqdi bbri latius traoUtnr? Gx quo gosto plusquam Eomano,
ex quo» inquam» faainore nagno ai memorabilia non siaa pari-
cnlo oorpona tui lactOs iromortale tibi nomen oomyaratti, aeler-
■aaai famam ooneiliasü? Cnjoa daniqiie immortalia fiiaU nemoria
apud posteros, aempar futura eriu Poitremoy qfaid refieian de
inolytia lUia tius TOtntUwia plnaquan beMicia^ quibua praeditna
ea? Qoia qnaaso la sapientiai prudantia, oouMilio» peritia balli,
anHBoailate aHue aadaoia praMtanUor exotUaoUorciiM.? Ta nohl-
liawio cUriaaimoquo slMnmaie natiia, ikiim i«l felioia recoada-
lionïa Qomitam da Barlaimont^ aurei ▼aUana eqoitcm, patrem
tuum« quem ««n pacw tnm balü daoora aic nohilitareaty ut cui-
Digitized
by Google
— 515 —
▼i» fft^voi b^rouip poaiHi nop «olm» cpafeiri, ffirum etiam
liQRgo aoüferri, l<mge «optr^re bntAQ^ nrXutibmê, qnïbu» cho-
ruscjui, QiMm fid<iW i«rvitiuoi olim paltr Ulo tmi«> lanquam fi-
deliMunot TMallnf, tam aie«»ri«ie qiuun r«gwie loi^qfUti, olim
b«itt logaeqno pracwtitertt lippU «tqn^ loii»«rit>uf BOlutunum eal.
.Ci|uP9l;^k tu« qoi»«Un* fidelita», ill«#UriMiiQO doinio#, ^^acuntnu^
•ifotanturquo in die* virlutet Miae nobilo» atquo. beroicae magit
mugiaqve : ot> quas rogiii «MJeaUf te mu\ü$ praedaris tttulia de-
ooravit, pau^ia diebva poal Bredaoiom, per t^, armata inwii«
Tictum.
JU^et autea» diveraa genera mt nobiUuUa; qmie receoaere ain-
gula^ loqgum Dimia efset, et fortaaaia Uediofuiny illam denique
Y^nipi nobiliMiteai diceodam eaae, neiiio aa^i oerebri dubiU(j quae
perta hhQTp yepit, qvae w virtate reotiaque £uslia naacitur, £k
Qt «Hipiimüio. dicaipai vere eiun nobilem «üei quern aobilitak a«a
Tirtiia. Qvatia «t iUe oobiUlas 4»^ qnee e% forlitudiDo. aingaduri
oaaciiur, e» preeidana acijücei ij^atia beWcia; utpojte patriam o»-
vimietq^f ab ioisur^ibiia botUliboa (vMuri ae liberarei pro arit et
Ipela forlMer ppgoare; aotiquain religipnev» in lo^ia memoraUf;
40 alibi, ia ppi«Mi»aiD ^tatmn ac vigorew restiiuerO) cultam d^vir
^am resuuraro, eluria repararo, (joofriicUi oonaotidare, lapaa mb-
le^ve, gregem CaM)olic«m arwia ooQferY«[re, qmi io re, aiciOi
el io alüa multi^^ «aoa fuiaii opera et a^oo oooailio revere^clie-
aimi domiai id Cbriato patria a^ domim yioatriy D. Wilbelmi
JUndaoi, episcopi ftureaaoDdeoaiai aaorae theologiae docioria, ¥iri
.«om primif apoatolidt wi, ioqqam, oom dootrina monua iate-
grilate, ao ainguiari modefUa atqoe bospiuBlate» tum viUe aaao-
limonia spfM^tabüia, qni in conïgendia bomimun moribusr tptum
ae VredAQÜ oqeiipatnm reddidit, qni in «rroribiia »x«niiaqae, in
.a»qdio urMoit per mimicom hominem, id eatj diabolum fjutqae
mini^irof, dormienübiia bominibna, id eal, rectoriboa patriae» #«•
p^fMmmatif, ei^tirpandif, eradicfmdieqne, lapaia reparaodia, oeo-
Qon devUe regendia) omoem inaompait operam* OlMpie memora-
bilta facta, ▼irtutnmqae inaigni^, üluatriaaime domino, tiun pro
te, quam pro heeredibui tuif joro nobilitatia perpetuo gaMdere
debea* Qm poUbtatia jure olim ioaignitoa fuiaae legimua i« «e-
crae acripturae pagina, ipaum Joaae et Jndam Macchabettm,
aliosque fortiaaimoa ducea, pro aria fociaque, toto pectore olim
eertantea.
Digitized by
Google
— 516 —
Luberei quiileiii bic recensere, illattrissime domine, terieoi in-
aignium firUitum luoruoi fratrum, iDprimU revereadisiimi domim
D (1) episcopi Gameraceosk, ¥in KberalU^ hoapitalis, be-
nigni, cum Titae Mnctimonta, tam doctriiia mullnni exoeJIeotis.
Deinde dariwiaii viri domini Lanceloli comitig Megensicy d^imini
de Hombereonrt, Oyen^ Diëten elc., tertio reyerendi domini •••
(1) domini pnepociti insignit eoclenae caibedralis Leo-
diensisy et demque pnieclaristimi virl domini (1), aiaa
temporis angostia obttacolum praeberet, et dicendi copia dees-
•et, idcirco ad alia progrearas fiet«
liJud tarnen addo, ooronidb loco, per ora hominum jaetatnm
vnigare dietnm : nobilem dommn de Barlalmont, aemper coBstaft-
tem ac fideiem permannaae ipai regiae nujestaü, abiqne ' varia-
tione diwimnlatióneqiie nik, aut decUnatione! recto naqne tra-
mite, alMqne devüt ambulaMe, nee a dexteria, nee a ainittris
clandicaMe. Infinitaa, me Herele, iUuatriMiffle domine, makdio-
tiones, innomerabilea comminationea a parte adteraa paaaos fimti,
ab obtrectatoribus et malefolia, raaügnis apiritibua, hominibns
plane ^triobolartbns, nee calidis nee fiïgidia, qui in taom eiitiam
perrigilea exoubant, qonantea te ialaia dektionibua augUktioai-
bnaqae tradncere^ cnm tarnen aia ezpers omnk noike» necoon
regne nagettati vataUas fidelisumua. Qoippe, qui non aolam ci-
^ritatem ipsam Bnacodacenaem, fjnaqoe terrilorinm, veram et nni-
Teraam Pekndum, Tazandrkm, ne dicam, totam Brabantkm is-
feriorem ab incurtn impreaaioneqae hoatili, utque praeaervastit
amima cnm kude, in?itk dentibus maxilKaqne adTeraartoram«
Qèiy inqaam, duram tibi aregk mi^eatate dele^aUun f»üTinekm»
fideliter adminiatraati. Proh, aamme Deua, quot tibi exlenaae
fbere ab hoate inaidiarum tendicoke, macfainante noctea atqoe
dies, te militemqiie tunm regiam manitionibtta ubique exnere.
Yemm arrogantk eorom decepit eos, qaos Domtnus Deus co»-
triTit sicnt vaa inutile. Quid obaecro eis impü conatus et maebi-
nationes, contra persooam tuam, et civitatem SylTaedocensem pro.
fnerant? Sed de bisce hactenns.
Proximum nnnc est, ut pammper ac aliqaatenus de egregik
kttdibus Gatbotieae, necnon amplisaimae invictissimaeqne civitat»
(1) Nomina propria in autographo non sant addik, juito aupplciidi
spatio relicto.
Digitized
by Google
— 617 —
S^aednceiMÏe dieamos. Omiwis aulem ▼ulgaribas laucbbot m
praeconiis, qnibns cumulari, et ia coelum offorri posset, Dempe»
a situ et Datcura loei, qna munitisaima eal, detuBftptis, ab prae*
claiïa aedifioiis, ab inaigDi atniotiira aedificioqae exceUentissiino
ac artifieioaiMtrao femoMésimae eodeaiae oathedralia, a mercata-
ria, a popaloaitate, ac popali fere natara angelica, a bellicosUate,
ab eleémoayiiaraiii elargitionibua, utpote qoae non teaax est in
largitioDein ) non leota in eleémosynam , a pietate, eum erga Deum,
tam erga panperea, a diTersttate domorom religioaamm atqne pi»-
ram, ab boapilalibuSy xenodochüa, noaocomiis diYenia, et hoa-
pitalitate, et dentqne a Ludo Uterario fiifflosiMimo celebratiwimo-
qoe, oujua ortbodozi praeoeplorea ac f|;abemaiorea gymnasii davo
non aecoa assident, qnam diJigena prodenaqne nancleras navis
soae aasidet clave, qai artia snae tenax nihil eonun praeterntittit,
qnae officio sno incombnnt. Sed ipse in remotiori ac editiori na-
Tia parte, Tefait in specuJa oempresanm eontortomque . mann ga-
bemacnlmn, vel astringena propins, vel longins prolendens, pront
iêrtaasiltentinmandiqnefiuctnnm ac proeelJaram impulsna, pront»
inquam, Irementium ventorum rabies ac implacabiÜa Neptnni fu-
ror postniat, concla diligenter loeis snis disponit atqne aptat. Ila
Indi higus literarii ptaeceptores ac gubernatores , officio sagacia
nanclerir fnngenteSy Umquam lioni gymnasiarcbae , omnia sagaci*
ter suis loos disponere atqne aplare, necnon providere satagunt,
officio sno minime desunt, Inturos oasns provident^ ac in sui gym-
nasii navtm semel admissos disdpulos, non siounl sua ^ponte ezi*
lire, neqne ullis malerolomm vel praeOigüa addaci> vel impao-
bitatibns extmdi, sed Dei semper gratia fireti aasüieotinm liaere-
tioomm tel fcaudem, vel violentiam'reprimnnt, capita sna adver-
sus higus aetatis exoetras pestesqne nusqnam aese non vel. clan-
cnhim Inbrioae angaiHae instar involventes , vel aperte Marte edi-
tis celbttisque signis, «ibilis vinlleatis, foedatis atque conspnrea-
tia libromm membrannli» fidelinm auribus, animisque prndentis-
aimanim more liarpyamm inaistentes atque aspirantes, olgectare
non formidanty discipulos admissos in Dei ümore, in omni virtn*
tia genere ac moribns bonis, necnon doctriois sanis institnunt,
qnales olim orlhodoxi ludi literarii gymnastes professi fnernnt,
qnae siquidem adyersus insilientinm haereticornm vel latentes in-
atdias, vel apertam rabiem fidissima seopper alque cerCissim^ fuere
praesidia. Adhaec rector gymnasii hujus celeberrimi, omnibus
Digitized
by Google
— 518 —
iHöclts fideKs Ulfêsii ?ice« «tibic, <{ui, ne ^ninaslM» iMfiail*
sttbv^rtatuf^ Sireittftn yoctéy et Gireer póettlü noMMfM^ in tiiani
cymbaiik reeeptOfUtn aurês p\\» énepé motiitlofiibat obstmit, ne
in fhnidéin Bireatbtltf htis marfOM pétlictttiltti*, malocfue flnai pvo*-
posïfi eot alligat, «e dl^ag^nttif turptterqae i4vao€, olMnnqoe et
operaoi perdant, fi6i« Cirees pocala stulti, cvpidliqaé bibentes^
sub dömina Giree tnereirice/ turpé» «t ezcofdea vtvMtt, et inglo^
rit oioriantarr. De boe gyranasia qnid amplia* dieaiD, «al am-
bam, plane netcio^ nisi quod, juiLta nt%o jaolatutt «kro dlfo-
qtte proverbium, tota Europa non habeat aibt aiaiile, in quo div-
etplinae scholasticae rigor magia tigeat*
Poatremo a devotione, et bh aimrlibus, id ineditini proferiai
nonnullaa sihgularea, inclytas et heroïcaa tirtiltes^ quttMM pMw
eaeteris civitatibu», oppidia et loeki, popoInM|ae praedita eat , pol»
}et atque eboruacat, a quibua meriloj auniAMtque rattone oom*
mendari ao praedicari debet , èC ad eoeluin us^foe maffliorail*
bus [?] kvdibtfa eitolff! quae tubt, M^gtö, obedieoiifly idelr-
taa, fortttudo animi et corporia , eoilstantia et partentk. De f«-
ügione imprinfa eonatat. Nan qiio magie rtiagiaque anfiqiM reÜ^
gio, per notellos istoa dogma lialas Calviniatas, pr^mebatar aglla*
baturque, eo raagts fortiusque, inalar palmae, tigebat^ florebat,
viresqae et augmentum aaaumebat, t^o majorea üta peraecutk»*
nes patiebalur, eo fervebat inrter Gatboltoos, t^erosqae Gb^da-
noa magtêy tam et praeaerltm puMice in tentpHa, qnam tater
lares priratos, non abaque grandi miraculo, usqae adeo, qiMd
re Tera , boni cïvea atnt Terae Gatholieae Romënae religionis aMa*
tores senratoreaque. Obedientiam, qaae est fcilieitfflli tnaler, neo*
tiqnam etiathno, süentio praelereandam» Semper éninv regiac
majestati^ suo prineipr naturaH, debilam obedieAliMa praeslilit
et reverentiam absque rebellionit not«. Qaod fideKtalan antb
•operque patet, quam ia obaerYatione mandatevnm regioe maje»*
taiis neenoa paeificaUonia Gandensis et modemae pacb Geloaimi^
sis aoeeplatione, plenia, ut ajünt, ulnia, Ibcta demonstravil^ De
fbrtitudine aolem- qoid dicam? Nisi qnod Gatboliei eives, ptè
aeqaitate, aria et focis, communiqué utilitatêP sempeir propogna»-
tes, sese mos fortes, ae beilicosos, et victAres trittmpfaatoreaqae
praesttterint, tam adversaa consistoriales , ïntemoa soos faostts
capitales, quippe, qfoi in necem eormn toties eoojtiravenuit , qoam
aitos ttternos, sanguinem Gathoüeorum ei^um, mnni momento
Digitized by
Google
— 519 —
tMopovMy êitienle*» luporum more npickmtn. Conatanlia adbftée
qoo^e ciYinm CatboUcoroai Mtis nota «•!• Qoae enim ciYitM in
Tera ac sana fide Calboliea et (Hrthodoxai mMfoam fait faao civi-
tato Siyliweduoattai contUtitior, ao ejuadem propngnatior, aoiïor,
▼eheaietttiarque? Patientia insuper ejus tat noleria est, atque
OMDilefta oflMnbna, et Kppiai ut ajut^ et toMoril^its, qaam ae-
qmiMDiiter haboit in oaiDibua tot tantiaqoe tempeatatibiM , id eat,
tribulationibua et penecatioMbQs : usque adeo, qaod patientiae
virtus, Dobilis fnerit caoia viotoriae, ejnadem civitatis, jnxta dia-
ticboa vnlgore:
Mobile Tiaofpdi fenns est palienlia: Tincii
Qoi patitur: li ^U Tinoere ditee pati.
Haee virtua est (teêle di?o Cypriano^ sermo. S dê bono patien-
ÜÊê) quae noa Deo et coffloiendat et senrat* Ipaa est, qaae pa-
eem eostodït, quae fecH io adverns fortes, ipsa est, quae fidei
■oatrae fnndameiita finntter iniiDit4 Haee ille. Et ut semel om-
nia dioam: Baee eivitaa B^scoducenais, prae oaeteris Cathoiica
et Cbristiana, eat ezenaplum et apeculuro TirtatiiiB, est qaoqtie
eiemplar aHarom civitatum , ae fbna et origo conser?fiüoiiia atque
aalulia totïus palriae. Nempe harum ifliferioroas protinciaram , na-
qua adeo ut snmnao jure aumniaqae ratione appellari queat, civi*
taa finitinaa metropolis. Eat deniqne lacerna anper caodelabrunB ^
eat eivitaa snpra raoDtem poaita. Eat, inqaam, pretioanm diadeoM
feaplendena in eapile coronaqne regia* Qoid oiulta? Hac uoien
eivitate Gatbolicay boe aolo cKademate, ai impiaa i>le Abimelech,
eeraalea ille fleziioaua, in via salutis mordena, de^ qno tn dedne^
lionetraetatna, pkva acribam fnsioa, pro voto Kbtloqne, cum aoia
eoMialorialibaa poliri, illamqoe baaretioo ano praeaidio militari,
iBBmnndo alerqniliaio, ad beneplaeitum munire, opplere et oecv-
pare potniatet, procnl dubio aetom fnisaet de pace, de evange-
lica veritate, de iide Catbofica, et religione aniiqaa, et deniqne
omnia pessnm ivisaent, noTuni idemqne eraenliasiaiBrm et faaetenva
inauditum bellam denuo eiorlum fuiaaet, eademque haee cifitaa
Catbolica facU fniaset spelunca, necnon commune receptacolum
et columbarium latronnm et baeireticorum : quae nunc eat aanc-
tnartum Dei 9 aeminariom wlntnm. Haee eat aalrum, prae cae-
teris dfitatibus ac oppidia radians seu fulgena fide et pietate.
Digitized
by Google
— 520 —
AiuiMo atttem Numineque difioo piioNuriey deiode teeniidsrie fi-
delibas cuttodiis atque excubüt Catholicomm dvhiiD patriotamm,
fuit civitat praedicU, ntque protecU et conseryatai quibus «en-
per illud QDicam Ibit studium atque votum, civitatem «uam ser-
vare, ac reüuere liberam, tutam, aecunm et immunem a milite
externe, aedularum instar apium^ quae ignavum fncoa pecoa, a
praeaepibus arcent, quae bombyUoa nozioa, et crabones, pecnt io-
otUe et edax, •caraK>eo8 Toraces depopulantesque, lougeab alvea-
riia, summo cooatu extremitque viribua, ac pari fratemaque manu,
depellunt: ne mei collectum, ne alienes labores devorent, nidoe-
qne alienoe improK>e, instar vulpu foedae turpisque defbedent.
Et sic de illis adimplebitur, quod scriptnm est, per sapientem,
PaoYsaB. XVIII cap«: Frater qui tubuvaiur a firatre^ quasi eioüat
firma et judicla gwul veetes urbhan. Deinde quod scriptum est,
apnd IsAiAX propbetam, cap. I, ubi Dominus Deus loquitnr in
baec verba: Canvertam maman meam ad te, et exeoguam ad jm»
rum teoriam tuam: et au/erom owute starmum. Et restituam judh
ces tuo* , ut Juerunt ffrtus: et consUiarias tuot sieut antigmitusm Poti
kaee vocaberis etvUasjusil^ urbs fideU$, Gum videlicet inoolumitas
praesidenlium , salus sit subditorum.
Plura de insignibus encomüs civitatis bujus dioerem, el pro*
lize encomiasten agerem, iko integrum justumque volumen ia-
dle inde conficerem. Sed vino vendibili suspensa bedera baud
est opus, juxta commune adagium. Yera virtus non egei alie*
nis praeconiis* Res enim praedarae per se patent et placent , ne*
que desiderant ezoticam commendationem. Idcirco desbtam , boe
unicum pro coronide et corollario addens, quod nimirum ipto
miyore laude, quae proprie virtus est, non aliunde proveniens,
sed suis nixa radidbus, gloria et commendatione Gatbolioae dvi*
tatis Buscoducensis et in m^orem declarationem et ampliaüonem
justificationis, per civitatem nuper emissae, contra foeda et im-
pudentia mendada atque improperia falsa consistorialium, tracta*
tum bunc prado commiserim, et in luoem enuserim ediderimqne,
uti inferius dicetur. Sylvae-Duds, cal* Decerab. anno 81 post
mille qningentos.
Digitized by
Google
AB PlDl lEC^OREI GBEISTIAINIII.
Habes, candide lector, brevi manu tractatum de fruGÜbua utrhia-
qac arboris, bonae et malae: priocipaliter factum acriptumque,
propter improba fjesta per consistorium CalvinisticmD , Decnon tu-
multuantem scholam digladiatoriam, teutonice: die schermsekoie,
seu pothis, sckelmschole^ certo tempore, in civitate Buacoducenai^
imple grassantem tuoinltuantenique : quippe, quae Tidebatur yel
coelum terrttare, codum digito, juxta comimiDe adagium, attio-
gere, jugulare mortuos, et gigantum arrogantia, Jovem ooelo ex-
pellere, caetertira inutilis, et aliud nihi],quam homo bombyliaa,
ut 10 proverbio est, in quo praeter vanam verborum jactantiam,
•trepftumque vantim aliud nihil reperias. Quem quidem Iracta-
'lum^ pro fngenioli m«i tenuitate cviguitateque, motu proprio, in- •
primis^ rudi quidem Minerva celerique calamo confute ooncep-
tum, in usnm tantum meum, meorumque propinquorDm, pro
defensione orlhodoxae atqoe Catbo]icae fidei ac yeritatis, confo-
ceram et annolaveram, aed postea, pietale ac yero feryenteqné
xelo, erga eandem civitatem ductus^ tanqaam non yalena ferre
impudentia illa ac splendida mendacia necnon graviMimas injoriat
inimicorum ejufi, quorumdam bonorum eliam amioorum, necnon
patriotaruni suasu, consilio atque eAlagitatione accedente; illud
quod abditum latebat, et informe erat, in gratiam, laudem.,
gloriam et favorem Catholicae ciyitatis (jusdem, ejusque pro
majore jusllficalione ac justissimae cauaae defensione, contra ea-
dem illa impudentia ibedaque ac absurda mendacia necnon falai-
tates execrabiles, injuriasque enormes et iniolerabiles , quibua
illa immerito ac falso oneraiur obruiturque a consistorialibus yo-
luntariis fugitiyia, et exulantibus ultraneis, hostibua acilicet ac
osoribus ejuadem, in Incem edidi, et in formam certam redegi,
quae dat ease rei. Licet autem quibusdam emunctae, ne dicam
obeaae aut laeaae, naris hominibus, qni utilia statim, propter
paryos forte naevos rejiciunt, videatur opera mea minus a fronte,
quam in recessu babere: quibus potius placet cayillari, allercari,
conviciari, cacologiae studere, et carpere ac improbarc sudoreoi
Digitized
by Google
— &22 —
atque operaro alteriut, qatm eam probare ae laudare, more an-
neae, quae ex optimis floaculis, non quidpm mei colligit ioalar
apis, sed venenum elicit lethifertim* Hujasmodi Zoilos atqae ma-
levolos, nequaquam habentes sinceram x^W, iniqoos jadico la-
boris mei censores, pravo semper naso hepaleque, ac ore foe-
tente vivenles ambulanteaque, ampbibios et versipellet, oaoret
verilalis. Etenim non me dam est, me maltoram odia et re-
prehensiones incurrere, qai ab eonim pulmonibus veterea aviaa
repellere coner. Et quamvis nonnalli cacologi forte cavillando
objicienl, me falcem meam miUere in messem alienam, meqae
conari ultra crepidam judicare de iis, quae sunt a profeasione
mea aliena: nempe, de ezplicalione arboris apiritualis; veros
tarnen Chriatianos spero, et optime confido banc meam opellam
aequi bonique consulturos: quippe, quibus non ita delicatum so-
let es&e palalum, sed Tulgari ac rudi, nee ila exquisilo cibo con-
tent! sunt, quale habent noyeüi isti noslri temporis dogmatiatae,
caelerique omnes, qoi sunt de consistorie Calvinislico, nunc de-
i^uo ex orco revocato, quibus bic meus scribendi simplex stylus,
non tam ornatum verborum, quam rei verilalem respicieos, ut-
cumque dispiicebit, quorum scilicet palato baud sapient agresles
lactucae, juxta commune proverbium. Et sane, omnino exislimo,
juris sludiosum; jurisprudentiae , quae est divinarum atque hn-
manarum rerum scienlia, studio, rebusve lorensibus, non ita
fixae, instar conchae inbaerentis, testae suae inseparabiliter ia-
sistere debere, ut non aliquoties ad studium theologicum se con-
vertaty animaeque bona, quae sunt aelerna terrenisque potiora,
sicque inprimis quaerenda, curet, nee illos labore contemneodos
rejiciendo&que putarem, per quos animi sive corda quorumdam
hominum, in fide Catholica, navis instar, huc illucque flucluan-
tium, Taleant, instar anchorae, stabiliri, atque corroborari, soli-
daque solidiora fieri. Si igitur amice lector, bunc laborem meum ,
tibi et ecclesiae ulilem, acceptum et gratum esse agnovero, brevi,
Deo propitio, curabo quoddam opusculum majus, tractans de
Gueseanismo in genere, in usum tuum edere, a primo, quod
ajunt, ovo, suprème verlice, primaque a radice, deducto et
enucleato. Bene vale et salve leclor Chrisliane, et me tuis pre-
cibus, apud Deum Opt. ter Max. commendo. Ex civilale Sylvae-
ducensi, Gal. Decemb, anno 1S$81.
Digitized
by Google
JMTIFIGATIE
VOOR
DM liOiDiN BORülRlli
DER STAiyr VAN
Tshertogenbossche.
•go
Thriiio. m.
Dm Heeren ontfennherticheyt ist, dat -wy niet te niet en fyn, want
sijne ontfennhertichceden en hebben niet ghebroocken.
PsALX a XXIU.
Ghebenedijt sij die Heere, dat hy ons niet tot eenen roof in
baer tanden ghegeren en hcefl.
Psalm C.XVH.
Vanden Heere is dit {^escbiet, en. t'is wonder Toor onsen ooghen.
Clhepreat blaaea Tsihertoshealiosisielie»
m OaMHAHTlK lil. HKT A9TU8 TAlfDBS SaU LBBSÜ E1I9K CAPPITBIJHBV Ut
ZKLTBB STAVT, BT HT lAR SCHEFFER.
Anno 1679.
Digitized
by Google
Deie /usHficatü is afgedrukt naar een teldiaam geworden werkje
in 4»., groot 10 ongepag. blads., berustende in de boekerij
▼an het Ifoord-Bnibandsch Genootschap.
Digitized
by Google
VAK TBnVTodtNiKMMnM, ipriiKActfTtétttf iTfArntkBBkRk
tllDB TOIBSTARVEU BIK KbST^ BRlIB WBrrAUlf 01^
ZBLTBB STAVr/ OP BRi)B TBfiBRS AUIÜECXIII' FKRUISBir
TOOBT8TBI. BII0B TBIITBU7CXB ^ AB!IBICl^«Ill/ iJS Al-
;>ABB ÉY BBRIBBB OPBOBBIGB' QBB8TBN, FBBTIJBBBTBUltB
TAR BB TOOBSZ. BÜ8TB BHBB WltLYABBR^ TOT VbB-
SGBBTBBH TTBBR ABHGHBHBTBR BRtB TB WBBCËL GEB»
I^TBLT STB GBWBBSTy fiBDISCOOBBBlT BRBB RAB BBB
WABBBBTT- TBEHABLT, ZOO BIBB RAB TOLCBT.
Alsoo die' Vöórsz/ goede liórglierèn* niet eb twijfieleDy
men sal sèer'Vrëémdie' eiide wonderlgcke spraken enl fa-
men laten yerlujden ende wtgaen, ter saken vandé alté*
ratien ende beroerten, die'dese voorleden tyden ende da-
^en, ende besiindere den iérstéh dêser maèndl van lulid
int iaer xv.*''neghen én. fseventicH binnen d& voorssC
stadt van TshertogUenbossche baer opgébevra en'. ye]>-
tboont hebben, soo eest dat' de'aèlve goet en, nöddicli
ghevondéh beblien, die Waerachtigbe redenen ende gbe»
l^enth'eyt' vandé zaken eenen yeghelycken by desen tè
ontdecken en. int' licht' te brenghen, op dat niemaüdt
gheabuseert' en worde door slincke ende onwaerachtiglië
rapporten vanden" ghénen, die de goede ende' ghetroüWé
borgeren der voorsz. stad^ souden mllen calumniéren, be-
Digitized
by Google
— 526 —
schuldighen ende odieus maken by den genen, niet fae-
hoerlyck ende waerachtelyck gheinfonneert en. onderricht
Tfesende vanden oorspronk der voorsz/ altèratien.
Want niet tegenstaende de voorsz. goede borgeren hen
altijts ghethoont ende gheëmployeert hebben in alle ron-
dicheyt, vromicheyt ende ghetroawicheyt nopende t'gene
dat de ghemeyne ruste, vrede ende welvaren der voorsz.
stadt, nae gelegen theyt ende eysch vanden tyden, heeft
moghen concerneren ende bevoird^sren.
Soo eest nochtans, dat ter contrarien verscheyden vreemde
gheesten ende perturbateurs vande eendracht^ ruste ende
welvaren voorschreven, anders niet ghestudeert en heb-
ben dan deene innovatie over dandere in te brenghen,
ende te verdrucken ende extermineeren die ghene, die met
hen die handt daer aen niet en wilden houden en. aen-
spannen, de selve met onverdrachelycke calumnien, vei-
acien, fortsen ende daden tracterende ende vervolghende,
om henne tyrannie te stabilieren over gheestelycke ende
werlycke, van hunnen humeuren niet wesende.
Ende alzoo de openbare oefifeninghe vander nieuwe re-
ligie, alhier feytelijcken t^ens die pacificatie van Gendt,
generale unie daerop ghevolcht, declaratie ende assen-
rantie der selver, ierst gheintroduceert ende daer nae by
den Religions vrede, ten versuecke van zgne hoocheyt,
door zyne commissarissen herwaerts ghesonden, by provi-
sie, gheoorloft ende toeghelaten wesende, behoorden wel
ghenoch gheweest te zijne, om vorts in alder stillicheyt
ende ruste onderlinghe te leven. Dien nochtans niet te-
genstaende hebben sommige, wel wetende ende betho-
nende, dattet hen alleen om de religie, niet gedaen en
was, niet ghecesseert noch opghehouden, teghen gheloof-
ten, cere ende ccdt, al voerders te pretenderen.
Digitized
by Google
— 627 —
Ende aboo zy de middelen by hun selveti daer toe
niet eo haddeo, hebben ghestudeert ende ghearbeyt, om
met bulpe ende onderstant van garnisoene, fzelve te ez-
ploicteren ende wt te richten, hebbende over langen tijt,
en. al eer eenighe apparentie vande belegeringhe der stadt
van Maestricht gemaeckt was, allen practycken ende mid«
delen gbesocht ende ghebruyckt, om t*zelve garnisoen bin-
nen deser stadt te brengen, ende daer mede over de voorsz.
goede borgeren en. ingesetenen te t}Tanniseren.
Maer zyn tot noch toe, door de huipe en. gratie Gods,
alle hunne aenslaghen desen aengaende, zoe te water als
te lande tot versche}'den reysen ghemaeckt, wonderlycken
by de vigilantie ende neersticheyt der voorsz. goede bor-
geren gbefailgeert ende verhuedt.
Welcke voorsz. aenslaghen zy hebben begonst te prac-
tizeeren, nae dien dat zy met ghenoech ende consent van-
den ghemeynen boi^eren het garnisoen binnen der voorsz.
stadt niet en consten in ghefarengen, tot welcken effect
sy verscheyden brieven, vermaningen, presentatien ende
inductien dicwils hadden, zoo by ondercrnypinge, ghe-
impetreert, als andersins practijckelijcken gheëmployeert
ende te werck gestelt, ende^oock verscheyden gesubor-
neerde tijdingen vanden aenstaenden noot vanden vyant
onder de geme3mte gesprcyt en. laten verlnyden. . Maer
die voorsz. borgeren, om niet bedrogen te worden, en
wilden noyt te veele of te lichtelijcken ghelooven, heb-
bende oock in dier vnegen onder andere afgeslaghen alle
die specieuse persuasien en. grote instantien des graven
van Hohenloe, aengevende en. pretenderende binnen der
voorsz. stadt, tot verseeckerheyt der selver, twee vende-
. len knechten wt HoUant, met hondert peerden vanden
regimente des voorsz. grave, te leggen.
Digitized
by Google
— 528 —
Waer nae beo i^^en ia*st€ii niet ghe9(UCoed^(aft.eD,Iif!eft
huB ghepractizeert middel van seeckere schepen n|if(t yolck,
afghevaren en. comende van Antwerpen, onder t^dexel,
800 men onwaerachtel^ck.liet verluyden, van zeeckere pen*
ningen te convoyeren, tot betaelinge vanden crijschvplck
vanden hertoge Casimiro, doen. ter tyt in d^ quartiere
van Shertogenbossche wesende, om. met listen en« behea?
dicheyt binnen der voorst, stadt te genaken, ende aldaer
nae hunnen appetgt te dominereut.
Ghelijck oock niet en heeft willen succederen hunnen ^
valschen en. afgrysschelycken aenslacb.opten^el&ten Sep*
tembris int iaer xv.** achv ende Tzeventichi principalyci^en
by eenen ghenoempt meester Henrick inden Booren, i^Uaa
Agileus, met zijnen adherenten ende gheconspir^den, te*
gen der voorsz. stadt voorts ghe;^eyndt. ende ghieat|^
teert Den welcken nochtans zoo nae te wegbe ende tol
efiea ghebrocht was, datter drie vendelen knecbten ende
voldb van wapenen, secretelyck ende onve^ienlyck, son-
der pgp oft tromme te meren, van Hoesden of di^ wech.
ghecomen waren, naer byder stadt, onder de condv^e
ende gbeleydmge vandep casteleyn van Hnesden voorsz.
teghens zijne vaderlycke. stadt, de w4d^^ ter openinghe
vander stadt poorten smorghens, met eenen . snellen toe-
loop ende met vliegende vendelen, meynden ende pooch-
dei), mette correspondentie, d;ie zy hadden, van binnen
ende met sommige vander Schermers, gu^de, dqm ter tgt.
de wacht hebbende, de selve stadt te invaderen .epde inne
te ghecrijgen, maer worden in grooter haest, ,met neer^
stige en. cloecke assistentie van eenighe vaQde s^Juitte-
rgen en. naeghebueren , die poosTtCv daermen het p^rigcr
kei ghewaer worden, wederomme t<ie,ge^)ot^Pui,tot con-
fusie vande voorschceveo knechten, hen oqd^r en^ voor
Digitized
by Google
— S29 —
ft
der yoorsz. stadt pocM^oii vijndende, ende op eenen hal-
Ten schuel "vveechs nae, htm feijt volbracht hebbende,
ende alsoo ghefruatreert zgnde> van t^grae zy luyden hun
wel beroempt haddeo, als dat sy den borgheren ende
inghesetenen vander stadt hen geit souden helpen tellen^
bebalven andere enorme stucken, die zy inde gheestelycke
ende- andere gheleeckende huysen zonden hebben voorts
ghekeert, om die te fouleren, pionderen ende saccageren,
soo sy he& tot verscheyden tigden daer af ghevanteert en.
ghebaecht [?] hadden.
• Kil alsoo des niet te min die voorsz. seditiénse gees-
ten-ter selver tgt alnoch megnden tot hunne intentie te.
geraken 9 soo gongen sy onder die ghemeynte, de welcke-
door die TOorse« alteratien al meestendeel in v^apeneo gei^
comeo was» stroyen veele verscheyden valscfae wijsmakin-
gen, ende ondtr andere, datmen inden raet vander stadt
ee^drachtelgck gedooten sonde hebh^, die vander nicuvre
religie, ghenoempt gherdformeerde, ter stadt wt te iagen
ende ook den hals te brengen, om alsoo deselre ghemeynte
tot alle oproericheyt ende boosheyt te verwecken ende te
ontsteken,, roepende ooc voor der stadt huys ende op
vdder (1) merckt die voorsz. M. Uenrick Ijgileus, dat hy
brieven van zyne excel***. in zynen sack by hem hadde,
daer mede hem belast was, die vander wet metten hals
te nemen, ende dat hy selver eens wilde vonnissea wy-
sea, en; sonde eer avoot yan alles zynen wille hebben.
Ende tot dien eynde worden daer ghehaelt wt ter muij-
tea (2) zeeokere verborghen vreemde soldaten, tot ooh
trent veertich toe in ghetaUe, wel ghewapent ende is
ocdie wesende, met de welcke die voorsz. seditiénse en.
geconspiieerde hen begaven yander merckt nae eene van-
(1) KvMb-, volle. (2) Mutju, sobmihoek.
Digitized by
Google
— 5S0 —
f
der stadt principale poorten , gheooeiopt die Tnchter*
poorte, de weicke zy met groot gewelt eo. ftnrtse ?aa
sware smedehamers opensloegen , maeckende aldaer in-
'V^aerts nae der stadt toe zeeckere schansse oft wagen-
perck tot hunne verseeckerheyt ende bevrijdinghe ter tgt
toe, dat die voorschreven knechten , wesende vander stadt
een weynich ^ertrocken , wederom aenghecomen souden
hebben gheweest ende inder stadt ghebrocht, om daer^
mede hun quaet ende leelijck voornemen voorders te rf-
fectueren.
Maer midts de vervolginghe, oppositie ende verwerin-
ghe van dien vanden schutterijen, de weicke hun der-
waerts met groote couragie en. cloeckheyt vuechden, zyn
die voorsz. attentateurs vanden voorsz. aenslach, met bon-
nen aenhanck, wederomme miraculeuselycken wt ter voorsz.
schansse, poorte ende stadt, niet sonder bloetstortinghe
ten beyden zijden, verdreven eode geslaghen gheweest,
ende die poorte wederom toegemaeckt ende wel beset
Weicke attentaten al buyten kennisse en. wille van
zijne hoocheyt, excellentie ende generale staten zyn aen-
ghericht gheweest, zoe de selve respective dien vander
stadt by hen brieven hebben te kennen ghegheven ende
gheattesteert.
Ende hoe wel tWve alsdoen worden t^eenemael als
misverstandt vergeven ende vergeten sonde blyven, vol-
gende de publicatie, die daer aff gedaen was, hebben
nochtans daer nae al meer andere verscheyden entreprin^*
sen ende aenslaghen opte voorsz* stadt toegheleeght ende
ghemaeckt ghehadt, in sulcker vuegen, dat zijne hooc-
heyt selve somtijden de voorsz. stadt vanden Bossche
van ettelijcke aenslaeghen ende dreyghementen by sgne
brieven heeft gewaerschout gehadt, ende ghecMtlineert
Digitized
by Google
— 591 —
ende belast, scherpe toesicht ende neerstighe ifachte te
houden, ten ejnde dat door d^incompste van eenich volck
van Mrapenen, ^eene disordren gheattenteert oft aenghe-
richt en mochten worden.
Soo dat die voorsz. goede borgheren ende inghesetenen
menighen tijt lanck, met goede ghefundeerde diffidentie,
in grooten anxt ende benautheyt op hare hoede conti*
nuelijck hebben moeten wesen, niet hebbende des nachts
op hunne bedden dorren slapen, maer hebben hen met
hunne wapenen voor allen heymelijcke, loose practijcken
ende occurentien verdich ende op de been ghehouden, be*
sundere als die vander Schermen gulde, den gealtereeden
voor t^meestendeel grootelijck toe ghedaen wesende, de
wachte waren hebbende.
Dwelck den voirsz. goeden borgheren des te meer he*
swaerlijck ende lastich gevallen is, door dien dat sg niet
vrijmoedelijck in henne voirsz. goede ende notelijcke toe-
sichten ende hoede en hebben moghen procederen, alsoo
ennighe binnen der voirsz. stadt in authoriteyt wesende,
ende de welcke hen behoorden daer toe billicx te ver-
wecken ende fexfaorteren , ter ccmtrarie schcenen hen
genoch partydich te maecken, om de selve borgheren
daer af te vei vreemden en. sulcx te beletten, midts reji-
cierende alderhande waerschouwingen, en. daer en boven
alle extraordinarisse nootelijcke debvoiren van waken voor
d'meestendeel berispende, calomnierende, achterhalende en-
de beschuldighende.
In sukker vueghen, dat die voorsz. stadt, door die
bermhertige handt Gods, principalijcken gheholpen ende
behouden is geweest, soo oock wonderlijcken heeft ghe-
bleecken, nu onlanx geleden, doen den leger trocke ende
passeerde beneffens en. voorfay de selve stadt, om te gaen
Digitized
by Google
— 5*2 — ;
cmtseUeD die belegfaerde stadt van Maestncht, soo meti
seyde: tot welcker tijt seeckere veDdelen knechteD etÈd»
pecdevolc, onder het beleydt vanden castelejn van Enm-
den voorsz. als doen daer hj sgnde, de selve subytel^ck
ende onversiealijck souden hebben verrast, gbeinyadéert
ende gheincorporeert', dVelck ontwyffdijck met gtx>oté
plbndering^e, moorden ende wterste rtigne en. bederfie-'
nisse vanden goeden bot^heren ende ingesetenen der vooni^
stadt gbemenghtt soude behben gheweest, gbel^ck ver*
seksen, soo oapiteynen', soldaten als andere persoonal
ende huysluyden., naederhandt wel' hebben lüten verlny-
den ende int Ucht ghebracfat; maer die vooilsz. góed^
borgeren hebben heti snbitelycken in grooten ghetalle,
door ingevinghe van Godt den Heere, bes(shermet< van
alle reehtverdighe ende deuchdelljcke menschen', in wa-
penen begeven ende venhpoÈt, sonfïfo^ té rtepecteren die
tergiversatien off spijtige berispingen df ennige oppositien,
die hen '-mochten- ontmoeten van henne overieheden doen
ter t]}t wesende» ende hebben aUoe dië pooirtën vandér
stadt toegecr^en» tegens den dunck der ^roöi^z: ScUei^
mers ende beuren adberentèn , dfe al^aer ter' selver tijt
die waebt hadden.
Waerdeure. tVoorsz. volfck van oorloghe hennen acn-
loop ende aenrenninge, daer sj geheel verdléh op ston-
de» ende daeraff zg hennen correspondenten vati binnen
der stadt nirerckelijcke teeckenaci, soo by brantstichtinghe
als andersins, ghedaen hadden, hebben moetai ondèrla*
te», de wekske nodKans daer nae by atfder^' l^ten en.
middelen even welhemie pretenisien alnoch gheëfiècta»
eert souden hebben- ghehadt, t6n ware geweest- dat die
voorsz; goede borgere» d^cb ende- nacht hen aen' allen
camen^ende oorten ' nerstel^k^ ghevondëö, gh^mploy-
Digitized
by Google
— 533 —
eert eode ^ekrajckt hadden gebadt, om sitkx te verbue*
d«D ende te beletten, sijnde die perplezitegt der voorsz.
lnQirgereD des te meerdere gheweest, dat die voorsz. Scher*
iiE^5 vaader wachte trec^ende, hen niet schegden noch
wt die wapenen geven en wilden dan nae dien dat sij
emest ganss^en nacht ende dach in henne herberghe ge-
muyt hebbende, met groeten toevloer en. aenhanck van
aodei^en hens ghesinden vrt allen anderen schnttergen eode
wecken, alnoch ten lesten met groote moegten hen lieten
ges^gen ende inpe dien hebbes [?], dat sij die vooras*
wnpenen soaden verlaten ende nae hujs vertrecken, ende
dat eensdeels, soo te vermoeden is, wt respect vande te*
ghenhoede van dien vande schntterijen, die welcke ghe*
delibeneert waren, hen te maecken partge tegens allen
<mbéhoorliïcke aenrichtingen, ende eensdeels om datmen
hen verschegden pretense versnecken ende pnnoteo wat
Hebbende niet alleenl^ck dusdanigbe verradelijcke prac-
t^cken van invasien, als voorhaek sgn, de goede borge-
reo der voorsz. stadt grootelgcken gheturbeert ende ghe*
pericliteert ghehadt» maer oock menichvnldighe andere
moetwillioheden, oproericheden ende aenrichtingen, waer*
mede, aoot schgnt, datmen al willens heeft ghedissimvH
leert» alaoo ^eene stucken off misdaden vanden voorsB.
maetwiUigen ogt gheremedieert noch ghestraft en sijn ghe-
weest by den genen, die des wel vermochten ende ampta
halven behoorden te straffen.
Oaermeo nochtans Ier contrarien soo wreedelgcken ende
straffelgokeB altgts heeft willen procederen teg«is and»*
ren, soo geestelgcke als werlgcke persoenen, ende dat al»
leenlgek op enn%e valsche vermoedinghen en. vroorden»
qualgcken ver&laen off siniaterl]|okeB ende odieuselijcken
Digitized
by Google
— 534 —
gheiDterpreteert, met verscheyden andere saecken ende
debvoiren int verd^eijt ghenoinen wesende» de welcke
nochtans 9 door den tyt, nü al bevonden worden wei est-
de te recht ingesien, betracht ende gevwdert geweest te
sijn.
Want t'is te schandelijck alhier te verhaelen ende int
licht te brenghen met wat onwerdicheden , insolentien ,
valscheden en. ghewekdaeden , datmen den raet yander
Toorsz. stadt ordinaerlijcken heeft geculpeert, gecalomni-
eerty gedreijcht, gefortseert en. overvallen.
Ende besnndere opten iersten dach der maent van bh
lio, alsoo den voorsz. raedt vergadert vras ende dat den
selven goet ghevonden ende gheconsenteert hadde, door
aendieninge vanden capitegnen ende anderen, datmen met
ettelijcke haeckgescfautten soude wter stadt trecken, om
buyten der selver op sommige plaetsen die waterlaten af
te werpen ende die wateren te loosen, omme de sdve
tot versterckinghe der stadt te doen overioopen» soo eest ^
ghebeurt, dat de selve y:hatten, voor het meestendeel
partialijcken wtgesocht, opte been ^ehaelt ende gheco*
men synde, die voorsz. afwerpinghe ende des dien aen*
cleefden, gebleven is onder wegen ende onghedaen, ende ^
dat sy luydens hen al met andere saecken van nieuwic-
heden ende van quad^n behaghen ende consequentien heb-
ben gaen becommeren ende fejrtel^cken moeijen ende on-
derwegnden.
Ende naementelljck mette miie van Utrecht, fortifica-
tien vander stadt, afbrekinghen ende afbrandinghen ende
dierghelgcken, ghevende nochtans groote ende merckdycke
snspitien, datmen onder t^pretext . vande vorderinge van
dien, anders niet en sochte dan te voleynden inde ver-
drackinghe,*wtleydinghe ende moghelyck orgere tracta-
Digitized
by Google
... 5S5 —
meDte randen genen, die hen binnen der voonz. stadt
sonder redenen inden Y/ege ende haete waren, ghelijck
sommigbe hen des niet en vermijden te beroemen, en ver-
scheyden circonstantien voor ende nae apparentelyck ge*
noch wtwesen.
Gbelyck onder meer andere gebeurt is, dat ennige van*
de voorsz. Schermers, seeckere daghen van te voorens,
henne quade intentie dien aengaende wt den monde wel
gedeciareert hadden, als, in presentie ende ten aenhoo-
ren van mijnen faeere den gouverneur en. mijn heer van
Oirschot, met meer anderen, sittende ende comende in
een schuyte te samen van Beekhoven, s^gende seer ver-
metelyck, dat sy Papen ende monicken sonder lange di-
laij wt iaegen wilden, met meer andere onbiUgcke ende
enorme propoosten.
Ghelijck oock ten voorsz. daege vande commotie som-
mige soo verre gecomen waren, dat sy hen niet en ver^
mijden te seggfaen, henie handen noch corts te willen
wasschen int bloet van sommigbe heeren vander stadt,
die welcke tot diversche tijden henne aenslaegen hadden
helpen beletten.
Gbemerckt, datmen liep ghewapenderhandt inden raedt
' der voorsz. stadt roepen, dreggen, tieren, gebeeren (1),
ende hen soo aenstellende, dat die vanden voors. raedt
ghepraempt ende ghenootsaeckt worden , hen van allen
canten, achter ende voor, confuselyck te versteecken en-
de te salveren.
Onder welcke perturbateurs ende oproerders ennighe
van henoen notabelen hoofden, als onder andere die
voorsz. M. Henrick Agileus ende Aert leronimus van
Keelst, inden vollen raedt der voorsz. stadt, ten by we-
(l) Geheereif, lich oproerig MiitteUen.
Digitized
by Google
~ 596 —
9611 ende io presentie van mijnen beere den gouverneiir
voorse., hen ^el irtsteeckelyck gelmjckten , ketende
openbaerlijcken luyden, dat deü dadi te sijn, daer tf
ÏMBght Bae ghewacht hadden, ende dat sy noch ten sér
ven daege, voor avont, hennen -mlle van alles hébben
sond^, oS bet 50ude hen den craghe costen, ende dat-
ter noch Paep, moninck, Papiste, noch diei^elijcken broet-
sel inder «tadt blyven en sonde: injurierende ende schel-
lende den magistract voor schelmen, bloetsuypcrs , verra-
ders ende Papistigfae honden, met meer andere menidi-
vuldigfae oproerighe, schandaleuse ende abominable woON
dens ende propoosten.
Allet welcke veele goede borgeren verstaende, ende
merckeKjcken siende, dat het getal vanden gealtereerden
opter merckt seer was vermenichvuldigende ende aenwas-
sende, syn ingelijcx genoodicht ende ghedrofigen gheweest,
hen opter voorsz. merckt in wapenen te laeten vanden,
om op heure hoede te syn ende allen commotien, perico-
len ende overvallingen voor der handt wesende, te ver-
hueden ende teweren.
Te meer, ghemerckt, dat zqne hoochejrt onlancx by
zynen brieven den gouverneur ende dien vanden ract
der voorsz. stadt hadde geadverteert ende vermaent, dat
«y alle goede debvoiren doen souden, ten eynde dat bin-
nen der zelver stadt egheene nyeuwicheyt ofk alteratie
en mochte geschieden, maèr dat een yegelyck hen hou-
den ende mainteneren soude in alle stillicheyt, ruste ende
goede correspondentie vanden eenen metten anderen, sijnde
dier tijt sijne voorsz. hoochejrt gemoveert geweest, om
sulcx te schrijven, duer de attentaten en. gheschiedenissen
binnen der stadt van Antwerpen soo misverstandelycken
op gheresen ende gheschiet.
Digitized by
Google
— 68? —
Waertoe, eiide tol noch al meerdere^ ende m<^helijck
erghere consequentien ende perijckelen, wel merckelyck
tendeerden het allarm slaen, dat in sominighe orten ende
wijdien van dese voorsz. stadt by eenighen vande voorsz.
ghealtereerden worden vbrts gekeert, omme alsoo hen
volck in wapenen en. opte beei> te gecrijgen.
Soo coits daer nae ople voorsz: merckt vander stadt
wel genoch gebleken heeft, hebbende ben aldaer sommige
altricatien en. twisten onderlioghe opgeheven ende opge-
wornen, principalicken nopende de publicatie ende beswe^
riB);he vander voorsz. unie van Vuytrccht, de welcke de
v\<irsz. gealtereerde sonder vertreck (1), ende niet willende
to^JateUy dat de dekenen vanden ambachten, represente-
Tf^iie het derde lith vande voorsz. stadt, daerop met hun*
. nen ghesworens, sijnde hueren achter raedt, naer ouder
gewoonte, souden deliberei'en, fortselycken gedaen wilden
hebben, wien het oock lieff oft leét ware, met dreyge-
menten van den onwillighen den beek aff te spelen, ende
voorts, datmen, behalven de voorsz. unie, noch binnen
vierenlwintich uren wel meer sonde moeten sien ende ghe-
dooghen, roepende eenighe van hunluyden: »Laetter ons,^
onder reverentie gesproken, »duer bruyen, ick en heb
maer éënen craegh te verliesen, ende dan de grauwe mo-
nicken ierst vuyt," ende soo voorts; waer over is door
daenrichtinge vanden voorsz. perturbatenrs ende gealte-
reerde een seer subyte, groote ende ftiriense scarmoutsse
(2) ende invallinghe van den eenen teghen den anderen
gevolcht ende geschiet.
Welcke ierste iammerlycke ende bloedighe furie ghe-
passeert en. geappaisseert sijnde, en. staende de saken in
bestande, om sprake ende communicatie met malcanderen
(1) Vertreck, Tcrwijl, uitstel. (8) Scarmouls.se, schermutseling.
C. 3J5.
Digitized
by Google
— 538 —
te honden, soo is daer by eenen vandor syden der vodtsz.
gealtereerden een seer leelyck« verradelyck eode morda-
dich feyt gbeperpetreert gbeweest inden persoon van eenen
goeden iongen geselle vaoder schutterijen vanden iongen
Yoetboghe, comende van zyne -wachte aende poorte, om
eens iiae huys te gaen .ende nae de gheschiedenisse te
vernemen, daermede bethonende die groote, onmensche-
lijcke fengnicheyt, daer sij mede ontst^ecken waren, al-
soo de voorsz. ionge geselle met oorlof voor by gbepas-
seert zijnde, naer minnelycke groetenisse ende goeden dach
biediogbe over ende weder, van achteren met drie ofte
Vier diversche loyen, roet één en schuete, duerschoten en-
de iammcrlijcken om den bals gebracht is geweest, crij-
gende daerover alnoch eenen anderen schuete, niet tegen-
staende dat by met ghe vouwen handen alleenlyc soo vele
respijts was biddende, als dat by zynen vader voor syn
doot noch eens hadde mogen spreken.
Waernae de cappitcyn van het slot van Hedel ende
seker getal van zijne soldaten ter selver tijt binnen der
voorsz. stadt gecomen sijnde, hebben hen^ gaen vuegen
byde partye vande voorsz. gealtereerden ende vande selve
seer hoochelyck ontfanghcn en. ghecaresseert sijnde, heb-
ben terslont daernac, sonder woorden oft werderwoorden,
metten anderen verscheyden schueten inde voorsz. goede
borgeren geschoten en. de allarme wederomme aengehecht,
waer teghens de selve goede borgeren, alsoo wederomme
aengevochten wesecde, huere natucrlycke defensie cloec-
kelyck ende dapperlyck te werck gestelt ende ghebruyekt
hebben: in welcke furie de voorsz. cappiteyn ter eerden
liggende ende genade sijns lijffs roepende, is byden ghee-
nen, die op hem gedruckt soude hebben, in genade ont-
fanghcn ende gesal veert.
Digitized by
Google
— 53» —
Hebbende de yoorsz. goede borgereu hun alsoo- mann
nelyck gheweert, dat sij luijdeD, met Gods assistentie enr
de bulpe, in 300 soberen getalle ak sy opter merckt M^a**
ren, bet booft nocb' boven gebonden hebben tegens dk»
groole menicbte vanden voorsz. gealtereerden, niettegen-
staende de straten ende contreije vander stadt :aIzoo by-
den selveü gbealtereèrden beset waren, datniemant 'van^
den anderen goeden borgeren passeren en mocUte, om;
bun secours ende onderstant te .doene< ofte die saken it^
belpen oiiddelen, en. dat sy hén niet alleeulijck te wach-
ten ea hadden van hunnen vyanden ter platter eerden
oft opter straten, maer oock vanden genen, die wdcke
waren schietende, in grooten ghetalle en. seer furieuseljck
van boven vuyt • ver scheyden huysen vander merckt^ die
sij al voordacblelyck tot bunnen schoonstcn-(l) ingenoy
men hadden.
Ghelyck oock daerenboveo Godt de Heer grootéiyck
staet te bedBDcken,.dat.gedne]rende de voors. furieegéene
brandtdfiohtïnge byden voorsz, gealtereerden voortganck
geliadt en heeft,, waerniede sy zeer vcrmetelijck de yoor&
stadt gedreijchi hadden.
Ende den voorsz. ongeluckigen ^n. beclaecbelycken dach
gepasseert sijnde, is des anderen daeofas daer nae swaric-
heyt ende questie ghemaeckt ende voortsgekecrt van d'in-
ueminghe van garnisoene binnen .der voorszi' stadt, dVelck
principalycken die vander nieuwer religie alsoo waren drij-
vende en. daer inne soo ob8tinatel}'%ken pèrsistefende-; om
sonder dilaij en. vertrëck ontfanghen ie. worden, datmen
met egeenen redenen ter werelt hen daer aff en conste
gebrengen, verdareode oock wel opentlijckén , ddt sy ^'sd-
ve niet alleenlyck in en begheerden, om te dienen teghen
(l) Schodfiitm , voorderf.' Verg. HoEtim , ii9/W. Tatihlfji^h , h\i. 5Èf7.
Digitized by
Google
— 540 —
den vyandt, maer oock dat sij hun daermede wilden be-
helpen, om binnen der voorss. stadt goede ordre te stel-
len, de iustitie te doen floreren eo den magistraet res-
pecteren, welcke vinicbten men nochtans selden ran al-
sulcke boomen des voors. garnisoens is pluckende.
Waerop ter andere sijden de gemeyse ende meeste re*
solutie vanden raedt ende voirts der borgherije deser stadt
gedroech, ghelgck ógck bij affvraginge onder elcke com-
paignije, soe vanden schutterijen als vanden blocken oft
wijeken int besundere gebleken is, datmen tvoorsz. gar-
nisoen alsoo subytelgck niet inne en soude behooren te
nemen, maer wel ontrent der voorsz. stadt doen comen
ende houden, tot behoeff ende versekerheyt vander stadt
inden ghewissen noot, alsmen sien soude, dat den vyant
yet op de selve met eenighe belegheringhe sonde willen
comen attenteren ofte aengrijpen.
Waer mede die vande voorsz. reb'gie bun gheenssins
willende vuegen, hebben vuyterlijcken geinsisteert, by ge-
breke van inneminge des garnisoens voorsz. te willen ter-
stonts vertfecken met henne goedens ende familien, drey-
ghende oock ten lesten, datmense soude laten passeren
óft sy wilden anderssins met gewelt den wech open ma-
ken ende erghers aenrichten, ghelijck by treffelijcke hoof-
den en. persoonen vander zijden der voorsz. religie, soo
inden raet vande voorsz. sradt als daer buyten, den voorsz.
goeden borgeren sulcx voorgheworpen is gheweest.
Waerop byden raet vander stadt geleth zijnde, heeft
eendracbtelgcken gheresolveert ende daer naer ter puyen
aff ghepubliceert opt stuck vanden voorsz. versochten ver-
trecke, ghelijck by gheprente acte daer aff is blijckende
van date den achsten Inltj anno xv^ negen ende iseven-
ticb, in effect begrijpende, dat de drye leden vander
Digitized
by Google
— 541 —
stadt, volghende het efosldlyck yenntek vao dieo vaidc
ayeuwe religie , daer itme sj yuyteriijobeii persisteerden %
niet tegenstaende alle inductien^ ODderrichtinghen ende
beden aen ben ghedaen, om niet te Vertrecken, maér kèn
te vueghen in goeder liefde ende eendracht metten an^
deren goeden borgeren, accordeerden allen ende ectaett
ycghelijcken met zgne familie iesde goet vry ende onbe*
hgndert te mogben vértrecken ende oock, alst hen be*
lieren sonde , weder omme binnen der voorsz; stadt Ie
mogben comeB, mits levende in alder stilliche^ft ende een*^
drachticbeyt onder benne medeborgberen, veT yerstaendè»
dat die gheene, begherende hunne goet vuyter stadt te
Tluchten ende te voeren ^ oock selver in persoon nèffens
hoere goederen souden wt trecken.
Sijnde ten selven daghé ibsghelijcx byden voorsz. raedt
gberesolveert, om alle voordere ende meerdere verabd»-
rifighen, inconvenieiiten ende penjckelen të vooroomen,
4at die oompaignye vande Schermers galde hare waebte
soude .finspendeten voor dien avont, ende dat alsnlcke
€«|>ite]rnca soadsn borden verandert, die sonder bébéor-
Igck consent vanden drye leden vander stadt, in hun
ampt en. officie ghedronghen ende ghesftelt waren ^e-
weesty ende dlat die oude capiteynen, die sonder wettich
fundament eft redenen affj^estelt waren ghéwëest, we-
detomme in htamen ouden staet ende capiteynscfaappe
BDodeii worden gberestitueert, om de goede diensten ende
gH)ote ghetroowicbeyt, die sy der voorsta stadt te voo^
rcits gelóom ebde bewesen hadden.
Snde m 29a niet ^nder ^roole redenen de voorsa.
goede borgeren van het innemen des voirz. ^arni^oens
aoö grootelgckeB bevreest gbeiTeest, niet alleenl^ck «na
die groote, onverdrachelydke cdde a^i^selgoke ^nlisfaan^
Digitized
by Google
— 642 —
delinglieiiv oppressi^B eo. tiraooie, by huD den tijt vao
oQtreDtitliieQ eoolinüek voirgaende iaren, van alieo na-
tioenen 4an voicke, behalven Enghelschên en. Schotten,
gfaéleden; maer oiok besundere, om de groote verbittert-
bieytv tvaiitroanen ende partyschappé ,' diemen in desen
teghenwoirdigben tijt binben der voirsz. stadt heeft gfae-
den en. besocht, gh^och voir seker houdende, datmen
egheene ghdooften noch accoorden , diemen aengaende
-dTiüneosen' eode d^ntfanghen vanden voirsz. garoisoene
sonde moghen ramen «nde maken, eti sonde onderhou-
<kn- oftacKtemoighen.
Mit^dijen men heeft bevonden hoe sinisterl^ck ende ver-
ladelijcki, dat onder tVlexsel van: twee vendelen soldaten
vuyteu Briele, by toedoen van sommighe hoofden, capi-
teyoen ende anderen beveelhebbende binnen der voirsz.
stiadt ontboden zijnde, om alleenlijc binnen der selver te
comen, votr handen was groote menichte van andere ghe-
voedert [?] volcL van wapeten omtrent der voirsz. stadt
veiBamelt ende geraept inne der selver stadt te brengen,
behalven- het crijchsvolck, dat ter noch ai souden hebben
mogen naer volgen en. eensdeels op wëch was, om insge-
lycken daer binnen te comen.
fin. dat daerenboven Dierck Aertssen, voorschepen der
voorsz. stadt, wel opentiijcken is scrijvei|de tn sijnen no-
tabelen brieff, onlancx gescreren vuyt Astwerpen, in date
den YJj*^^ Inllj negen en. t'zeventich, addresserende ende
gcsuperscribeert: Aen mijnen héeren Geraert Prouninck,
gh enoerapt Van Deventer, ende M. Henrick Agileus, doc-
tor, om vorts te remonstreren den capiceynen der stadt
vanden Bossche, achtien maenden lanck aen zyne excd-
ientie gesoUiciteert te hebben, om tVoorsz. gamfisoen bin-
nei^i-der vorsz. itadt te' brenghén. ■ ' .
Digitized by
Google
— 643 —
Tot weloken effecte wel te presumeren slaet, dat die
brieven in cyffre tusschen hem ende ssyne corresponden-
ten dickwijls ghescreven ende overgesonden, al mede ghe-
dient hebben, directelijcke teghens zijnen eedt ende ghe-
'looften, ende teghens zgn opentlijck verclaren, noch ob-
ianx iDden vollen raedt vander stadt gedaen, met renun-
tiatie op sgn eeuwige salicheyt, so verre hij oijt gedacht
hadde oft al noch dachte, om eenich iubraighen oft be-
lastinghe van gaernisoen binnen der stadt te procnreren.
Sijnde oock t'zelve naectdyck tegen den Religions vre-
de, binneo der voorsz. stadt geintroduceert en opgericht,
ende ter eenre en. andei'e sijden belooft ende beswooren
te onderhouden, wel expresselyk medebrengende, dat noch
derae noch dandere partije niet en soude mogen yet prac-
tizeeren oft aengrijpen, om binnen de voorsz. stadt eenich
garnisoen in te brengen, oft te gedooghen daer inne ge-
bracht te wordene, dan met expres consent randen raet
der selver stadt.
Ende naedemael dat inden tijdt van achthien maenden
den noot vanden vyandt de voorsz. stadt niet en heeft
gepresseert, en. hebben ontwyfielycken de continuele sol*
licitatien des voorsz. Dierck Aertsen met sïjnen compli-
cien, anders nergens toe gedient, dan om met garnisoene
andere pretensien ende nieuwicheden binnen de zelve stadt
te exploicteren*
Betho(mt 6oc gfaenoch van wat humeuren en. intentien
by met den zijnen is geweest, by dien hy inden selven
brief insgelijcx is scrijvende, dat het garnisoen nieman-
den, notanter, niet m&riiêrende te cort doen en soude,
welck wo(wdt meriierendê sonder twigfel tot al te seer
groeve imerpretatien van oppressien ende 'overdaden on-
Digitized
by Google
— 544 —
éb: den tooibz. goeden borgheren, als dan loüde mogen
by henlujdeo wordeii geëxtendeert.
Staet oock boven desen alhier grootelyck té conside*
reren ende wel gaede behoort geslagen te worden tot
wat eynde zekere overichejt met hunne knechten , de
weloke, zoo Toorae. is» hadden gemeijnt inder stadt te
GoneD, ende daemae noch sekere daghen daerontre&t hA^
ben blijven liggen, onder hun een groot getal van goede
borgeren op gescreven ea. opgeteeckent hebben gebadt»
latende hun die voersz^ goede boi;geren duackeuy dat de
selvé onder t*getal vande voorsz. meriterendë gerekent
souden hebben ghewee^t, over de welcke zy hunnen moet-
wil groffelgck gethoont en. geëxerceert souden hebben,
Tolgende verscheyden enorme dreggheoienten » die men
verstaet, dat zy hadden laten wtgaeo.
Soo daUnen vuyten voorsz. waracbtighen discours claer-
lycken voor oogen mach sien, dat die goede bot^erea
grootelyck geoirsaeckt zijn, den almogenden Godt Ie dano-
keA, die hun vuyt soo veele merekdgcke per^ckele» beeft
gelibereert, ende voor den toecomenden *tgt zijne goetheyt
wel moghen bidden, oni van gelijcken j^ery^keleo gepre-
serveert te vrardeu, aUpo hun niet te iniputafiBn en staea
eenige gepasseerde saecken van disordren en. akeiuüen bin-
nen dec voorss. stadt opgeresen, mits dies» zy tot gheen-
der tijt oyt eenighe ofieosive middelen gebruydit oft ae»*
gericht en hebben, dan aUeenlyck op< bmere defeasiTen ge-
pasty soo Godt ende de natuere t'zdve is tochüeiidey oia
hun Igff, goet, rust en. welvaren^ en. alle re^titerdigbe
saken te bescbudden en. te niaiBtaiere& tegeni alle benjjr
ders, lageleggêrs ende vyanden van> dien,, daèraff neaiende
de voorA. goede botgeren. God,. den a^mogpndep fleece,
tot gctuyge.
Digitized
by Google
— W5 —
lUe wekke voorst, kpmt met meoiohfuldigbe andere»
kier om corthejts wille achtergelateo, de drije leden det
T019Z. stadt presenteren wettelyoken ende den reohte ghe»
noch 2911de te doen blieken, tot weicken eynde sy oick
gheschreves ende versocht hebben aen zyne boochheyt,
om commissarissen te hebben wteii rade van Brabant, als
ben ordinarissen e&de provinciael richteren, Om byden
selven behoorlycke informatie ghenomen te worden van
Tghene dat binnen de voirsz. stadl onlaAcx ghescbiet is
^beweest, mitsgaders vaQd|p gbeheelen staet der selter,
soö aengaende de policye ende stuck vander iustitie als
andlerssiDs, ende zijne hoócheyt volcomenlijcken rappott
ghedaen zijnde^ voirts byder selver geordonneert te wor-
den, soo tot meeste ruste ende welvaert der selver stadt
sonde behoiren.
Yerclarende voirts de voirsz. goede ende ghetrouwe bor-
geren ende inghesetenen der voirsz. stadt, dat sy even-
wel egheenssins van meyningbe en zijn gheweest, ghelijck
sy oock tegenwoirdelijck alnoch niet en zyn, hun van-
der generaliteyt te willen separeren, maer bun metter sel-
ver te houden gheunieert, nae behoiren ende getrouwe-
Igck draghen en. ghebruycken, soo sy tot noch toe ghe-
daen hebben, om hen te mainteneren, na hunuen wter-
sten vermoghen, teghens alle onbehoirlijcken oppressien
ende overvallingen, daermen in veele plaetsen vreemde
exempelen aff is siende ende verhoorende.
Wesende die voirsz. goede borgheren van goede ende
oprechte meyningbe, metter hulpe van Godt, den Heere,
die voorsz. heure vadert^cke stadt by hen selven te be-
waren, volghende de gelooften, die sy eertijts hebben
moeten doen ten tyde vander ontlastinghe ende wt tree-
ken vande vier veqdelen crgchsvolcx des r^iments van-
Digitized
by Google
— 546 —
den graeve van Oversteyn, a«nden heeren commissarissen
byden generale staten, dyer tijt vergadert binnen der
stadt van Brnessele, ghesonden voor der voorsz. stadt
vanden Bossche, om yerst met den voorsz. gamisoene te
tracteren ende overcomen, ende daer na met die vande
voorsz. stadt, den selven voor houdende ende doende
onderteeckenen die generale unie, onder de voorsz. ghe-
looftenisse van hun stadt by hun selven wel ende ghe-
trouwelijck te bewaeren.
Yersueckende en. biddend% eenen yegelycken, hun al-
len faveur en. assistentie te willen toedragen ende be-
thonen, presenterende van ghelycken te doene allen hen-
nen mede gheunieerden ende gheconfedereerden, wesende
vander voorsz. generaliteyt.
Men houdt geen lusiificatie voor goei^ dan die gedruckt
syn by lan Schoeffer,
PsAL. xxxm.
Veel drucz hebben die rechUeerdighe, maer die Heere uIm
▼uyt allen dijen Terlossen.
Digitized
by Google
fiBNYOUDifiHE ENDE
WARAdHTlGE VERANTWOORDINGE
DBE
WTGirWËKËNE 60RGËREN
SBR 8TADT
Shertogenboschcy
TBfiBirS
DE OIVGHEfOIVDEERDE lüSTWlCATlE,
imiH HAU DUL UfGEUEYEWiN OHLAUCKS YrTQBSGEViai
MIDMADBR8 TBCHBN
DIE ACTE BTDE DRIJE LEDEN DERZELYEE STADT DEN ACHTSTEN
lUUr UESTIEDEN GEPUBilGEERT;
11IBOO])E!(DE EES
HISTOBUBL DISCOURS VAN ALLE DB GHESGHIEDENISSE;
TBGBKS DB
AlilifiGAVIEM BER HEYMC&ER SCHHlPVlimB ,
VOOH BNDB AGHTKB DB YOORSCHBBTBN lüffTmCATIB OBBSTBLT.
Paalin 80» venm 16.
Moer iotten godloosen spreekt^ Godt: waarom vercondichi ghy mijn
rechimt tnde neemt mijn verhondt in uwen mondt, &c.
•«i^B^B^B^^
Digitized
by Google
Q;:^ Deze Verantwoordinge is afgedrukt naar een hoogst léLdiMm ge-
worden boekske in kl. &>., groot 66 ongepag. blads., bems-
teude in de boekeri) van bet Koord-Brabandsch Genootschap.
Op het titelblad wordt melding gemaakt Tan twee werkjes ,
welke in deze Vnrsameling van Kronyken zijn afgedrukt: de
Acte hy d$ dry e leden namelijk op Madi. 830, 340. Bij de al-
daar voorkomende aanteekening kan ik nog voegen, dat een
exemplaar van den oorspronkelijken druk dezer publicatie fea
arèbievt der stad bewaard wordt. Hel twètdB böil^e, /«t*f-
ficaiie enz., vindt men bladz. IföS — 546.
Digitized
by Google
VERANTWOORDINGE der üdtghewkrkiis borgsaen du
8TADT Sbkrtogbhboschb tegeus de Icstificatib, inDER
RAVE DEE IIIGEBLEVEllEn OflLAKCX VDTGBEGEVEn j IIDS-
0ADBB8 TBGBEnS DIB ACTE BYDB DRIJB LEDER DEB SELTEB
8TADT DEII ACBSTEIf IQLIJ GBPUBLICBEBT.
HoB wel dc ingheblevene borgeren der stadt Sherto-
genboesche metter daet genoech ie kenoeo geven, dat sy
teghen allen nabueren de partije der mal-contenten, iae
oock der Spangiarden dencken te volgen, ende mede som-
mighe van de nabueren benerstigen aen haere sijde te
trecken, also dat sy de hooge protestatien ende mede het
meestendeel hnnder onlancx vuytgegevene iustificatie selve
onwarachtich maken, hebben nochtans de wtgewekene
goet en. noodich bevonden, de 'onwarachticheyt der seK
ver instificatie wijders te ontdecken, op dat de oover^
standighe onder den nabueren van de waerheyt onder-
richt moghen worden, protesterende dit teghenwoordich
schrift niet tot meerder verbitteringhe, maer alleenlick
tot de nodige beschermenisse beurder eeren teghens de
onwarachtigfae ende lasterighe iustificatie voorghenomen
te hebben. Ende op dat de gront des quaets bekent
mocht wesen, salmen sommighe saken wat hoogher ver-
halen ende daer nae de voomeemste geschiedenissen trou*
welicken voordragen, de welohe aisukke bevonden sul-
Digitized
by Google
— 550 —
len worden, datse wt alsulcken gront ofte wortel heb.
ben moeten volgen ofte groyen, ende wt beyde, so gront
so geschiedenissen, salmen lichtelic speuren , dat wt de
selve anders gheen vruchten te voorschijn hebben con-
nen comen, als diemen tegenwoordelicken siet.
Men heeft over vele iaren, soo al de werelt kenh'ck
is, in dese landen seer ernsteliken daer nae getracht, dat
in alle provinciën, steden ende plaelsen alsuicke inde
overicheyt gestell souden worden, de welke men wel wist,
ofte emmers vermoede, de tyrannische regeringhe toeghe-
daen te wesen.
Welck voornemen oft inde stadt Shertogenbosche vol-
bracht is, en kan die niet twijfelen, die over lange ge-
sien heeft hoe veerdich en. willicb de magistraet der sel-
ver stadt altijts gheweest is tot de tyrannische bevelen
ende execulien , ende besondere in dese lesle twintich ia-
r(Qn, in de welke die vanden magistraet ten eersten in
alle nieuwicheden de tyrannische regeringe eenichsins op-
bouwende, den hove belieft hebben, ende daer nae de
vüyterste tirannye voor handen wesende, hen alsoo be-
reedt hebben laten vind&, dat zy den grave van Megen,
eenen grooten pionder ende moort op de stadt voorge-
nomen hebbende, ingelaten souden hebben, eta waert tselve
niet wonderlick door de moghende bant Godts verhoedt
geweest, ende volgens de tyran over «1 meester weseodè,
hebben sy des gemoets geweest, dat so wanneer hij selvc
de stadt van garnisoen verlichten woude, sy tzelve met
alle neerslicheyt verhinderden, ende sijn ten lesten soo
verre gecomen, dat sy hen niet vermyt en hebben, open-
baerlick te seggen; »De stadt en dient rander gami-
seen niet'' eodc: t>Sö tgamieoen d^eene poartt wttreckt.
Digitized
by Google
— 651 —
wille wy <Fander poarie vuyttrecken;^ op welcken voet
sy nae de pacificatie van Gefit, als vele landen en. ste*
den haer in haere vr\)clieyt stelden, meer als een half
iaer buyten den i/ville der staten, die sommige middelen
dreven, om de stadt te verlossen, het garnisoen inde
stadt gehouden hebben, ende om inden selven staet te
moghen blyven, ende van andere saken tot Mechelen be-
sonder met don lohan ghehandelt.
Voor welcke diensten ende ghen^entheyt tot de tyran*
sye zy ghenoten hebben, dat sij byden geestelijcken door
de tiran nye sonderling onderhouden wordende, steets ge-
laech-vrij gheslempt ende gedempt hebben, also dat sy
des halven inde v^andelinghe Sop-eCers genoenit worden,
dat sy met geenen garnisoen belast zyn geweest, dat sy
wt de servici-gelden haer profijten getogen hebben. Maer
dese belovinghen en s^n niet vermanens werdich by dese
te weten, dat zy door tmiddele vanden garnisoene de
meester ghemaect hebben ende alles ghedaen wat beo ge-
lieft heeft, als, met eewige rentmeesteren te maken, die
nae de previlegien der stadt alle iaer vernieuwt behoor-
den, te worden, om door den selven de bandelinghe van
der stadt geit te hebben, ende «als met alsulke dekenen
tegens den wille der gemeyne borgeren te stellen, die
alles nae hunnen wille doen souden en. in ghene saken
haer voornemen verhinderen: door welke twee middelen
besondere sij dese leste iaren tot dese vermetentheyt ghe-
comen zijn, dat sy hen ghedraghen hebben, niet als voor
eenen sekeren tijt heeren wesende, nae de maniere der
rongistraten deser landen, maer als grontheeren en. die
haer leen aen de sonne halen, het welcke sij ooc ten
lesten vele borgeren also te verstaen ghegeven hebben,
dat die hooger geacht hebben de besluytiugen der drie
Digitized
by Google
-^ 562 —
leden der stadt dan de bevelea dor liboger overheyt.
Eode hier en hov&x hebben sy onder heu verdeylt aU«
profijtelike bedieningen ofte officien der stadt , in welo*
ker administratien sy met malcanderen beerlidceD weteo
oogluyckinge te doen«
Om welc rijc te behouden hen seer grooten dienst ge»
daen heeft Cbampagni, ivanneer door den edelen en wét-
geboren grave Philips, grave tot Hohenloe etc, Iteate»
nant van syne Y. G. de prinoe viin Orangien, het gar-
nisoen gedwongen wesende wt te te trecken, de selre
Ghampagni daechs te vooren het wttrecken, door sijnen
secristaris en. den pensionaris der stadt, welcke hy den
grave wijs gemaect had, om ander saken in te schicken,
de collegien en. de ambachten der stadt de unie heeft
doen onderteeckenen, met dreigemente, so sy tselve weg^
gerden te doen, dat sy vanden garnisoene niet verlost
en souden worden.
Welcke onderteeckeninghe, hoe wel dat door den grave
nae tvertreck des garnisoens inde stadt gecomen wesende,
genoech crachteloos gemaect is, emmers soo verre ge-
bracht, datse geen effect ea heeft connen hebben, ak
Ghampagni daer van verwacht hadde, te weten, dat de
stadt stracx nae tvertreck des garnisoens in alsulken staet
wesen soude, als daer de mal-contenten haren oorspronck
principalick vuyt die unie hebben, daer nae hare toeghe-
daene steden ingebrocht hebben, so beeft gelykewel de
selvé onderteekeninge so veel ghedaen, datse die vanden
magistraet, als tot de aennemioge der unie willich we-
sende, niet alleen in haren staet gehouden beeft, maer
oock een groote menichte van borgheren, welck sy der
mishandelinge halven aen hen en. tgeheele corpus der
stadt bewesen, nawelic aen en souden hebben derren sien,
Digitized
by Google
— 563 —
doen Terachten eD. versmaden, ab de vrelke inde unie
mishagen hadden en. de selve mispresen, de welcke noch*
tans de generale staten, so sy sejden, goet bevonden en.
aengenomen hadden.
Om "welcker saecke gheleghentheyt te weten, eest do-
dich, dat daer van wat hopger verhaelt wordt. Naede-
mael dan inden derden artikel der pacificatie van Gent
hesloten was, datmen nae tvertreck der Spangiarden, als
alle saecken in ruste en. versekerheyt souden sijn, inde
vergaderinge der generale staten ordene stellen soude op
tfeyt en. exercitie vande reb'gie, en. sommige geesten sien«
'de, dat haer onwarachtige interpretatie opten selven aiv
tikele also gheen plaetse soude grgpen, of men soude tot
disputatie moeten comen, hebben de selve ghesmeet ende
te voorschijn ghebrocht de voorschreven unie, ten eynde
by de selve alle provinciën met eede verplicht mochten
worden, ten eewigen dagen de Roomsche religie te on-
derhouden ende by de selve te blyven.
Waer door sij de disputatie, welcke zy haten als de
duyvel het cmys, soomen ple^h te seggen, als die haer
saecken niet begeren aen den dach gebrocht te hebben
ende die het licht schouwen , ghenoechsam voorcomen
hebben ende de selve te niete gedaen, want die aent
eene met eede verbonden is, en heeft niet te disputee-
ren of hy dandere voor goet houden ofte aennemen sal,
Maer hebben die van HoUant en. Zeelant met hunne
bontgenoten teghens de selve unie, als merckelick den
derden artikele der pacificatie contrarierende, also ghe-
protesteert ende daer so veel teghens gedaen, dat de ge-
neraliteyt daer nae meer op haer ampt en. voornemen,
welcke is het gemeen welvaren te voorderen, gesien heeft
dan op de unie. «
C. 36.
Digitized
by Google
— 564 —
Qan de selve geesten hdbbeii des niet te min htre
saecken alsoo ghfidrereD» datse niet alleea groote me-
nichte yan meDschen» maer oock steden en. proriiicieD
ten lesten van de generalitejt afghesondert hebben, ende
hébben alsdoen door de hoor van Champagne daer van
een beginne aende stftdt Sbertogenbosce gepoocht te too-
nen, ende hier van voor dese mad genoech.
fin. syn die vanden magistraet in henr rgek op Ba-
misse daer nae noch meer gestift , wanneer van thof in
tigts gheenen nieuwen sch^nstoel gestelt sijnde, sy selve,
nae vermogen der sladts privilegiën, tot schepenen ge-
stelt hebben die vanden hunnen, ofte van hunnen hu*
meuren ofte voornemen waren.
Wanneer sy oock so trotóch geworden zjn, dat sij in
Nbrembri seiiefe oomissarisen van sijne T. 6. de prince
ran Orangen, doen mede gouverneur van Brabant yft-
sende, der stadts fortificatie halven aen hen gesoaden,
ongehoort wederom gesonden souden hebben, hadde den
pensionaris de bootschappe willen doen; en. daer na ve^
staen hebbende, dat de commissarisen de oncosten der
fortificatie op de drancken begeerden te vinden, hebben
sy terstonts tot dien eynde elcke tonne biers, die byden
tappers ghesleten souden worden, beswaert over de twelf
stuvers, en. die byden anderen borgeren gedronken sonde
worden, over de ses stuvers, en. een arae wgns, twee
gulden thien stuvers, en. andere drancken na haer weerde.
Welcke penningen gewisselic geen cleyne somme ma*
kende, hoewel sy aen de negen maenden opgebuert heb-
ben, so en salmen nochtans niet bevinden, dat yet daer
van tot de fortificatie vitgegeven is; waer zy daer mede,
en. met ontallike andere stats penningen gebleven sijn,
sal den tijt noch ontdecken.
Digitized
by Google
— 555 —
Eode men kan niet swijgen, dat so de conmissarisen
wederom trecken soaden, sy agoe Y. O. door de selve
van syne sorchvuldicheyt voor de stadt deden dancken
ende mede aenseggen, dat de fortificatie binnen drie ofte
vier dagen ten lanoxten begost soude worden, aengesien
tselve niet dan wt spot en. schamp geschiet en can we-
scn, 80 de fortificatie noch in twee maenden daer nae
niet b^oet en is geweest, en. dat tegens haren wille,
alwaer die vande Schermers gnlde, als in veel andere
loffelike saken, te loven en. te prijsen syn, de welke, op
dat de fortifioatie eenniael in treyn gebrocht ofte int werc
gestelt mocht worden, die ten lesten, nae veel wtstellin-
gen des magistraets, noch tegen den avont begost heb*
ben, also dat sy over een ure niet en mochten arbeyden.
Ontrent welcken fijt, te weten in Febmario des iaers
achtentseventich, als aldaer nae den exempele van ander
steden, sommige goede borgeren tot polici meester gestelt
geweest syn, en. de selve, als mannen van eeren ende
liefhebberen des vaderlants, vele goede middelen dage*
licks voorgaven, by de welke de slat verbetert, verciert,
gasterct en. versekert hadde moghen worden, is den sel-
ven door de voorschreven heerlike heeren alsulcke weder-
werdieheyt geschiet, alsnlcke opsprake gemaect ende al-
sulck belet ghedaen, dat zy, siende dat srj met allen
geen vruchten souden connen doen, hun selven binnen
de twee maenden afghedanct hebben en. haer officie ende
last verlaten.
Ende so de heerlike heeren daer zeer nae verlangt had-
den, hebben sy sonder vertreck andere alsulcke ingestelt,
die sy wisten van baerder meyninge te wesen, ende die
niet voorwenden en souden, dan met hunnen voorweten
en. dat hen gelieven soude.
Digitized
by Google
— 556 —
Het welke vele goede borgeren verdrietende, en. siende
dat tselve tot gewisse verderfenisse der stadt strecte, Iid>-
ben die aen sijne Y. G. den prince van Orangien, als goo*
verueur van Brabant , so lange aengehouden, dat dese
nieuwe gedestitneert en. de oude wederom in officie g^e-
stelt syn, met behoorlicke authorizatie.
Duer en. welke handelinge toegedragen is, dat diveer-
sche cooplnyden wt genegentheyt tot bet welvaren deser
landen, van selfs aengeboden bebben de stadt te versor-
gen van buspoeder en. andere crgcbslike nootdnift, op
obligatien, lijfrenten ofte erf los renten, en. dat bet vierde
deel beter coop, dan tselve daer nae te becomen geweest
is; maer is tselve van de heeren al afgheslagen, wanneer
oock de principaelste onder bunnen raedt gbesejt beeft,
dat de stadt van buspol ver genoecb versien waer, daer
waers wel tot vierduysent pont.
Is alsdoen oock toeghedragben , dat so ter selrer tgt
door bevel van syne Y. G. sommighe bolwercken begost
waren, zy alle middelen voorgewent bebben, om die te
verhinderen, en hebben wel ombeschaemtelick tot ont-
legge onder de gemeente doen stroyen, dat sy gbeen block-
buys wesen en wouden voor die van HoUant en. Zeelant.
Van welke moetwillige ongescbictbeyt syne V. G. on-
derricht sgnde, willende verhoeden het quaet, dat onder
de selve blijckelick scbuylde, beeft de selve geschreven
aenden voorscbreven grave van Hohenloe, dat hy met
die vander stadt handelen soude, om teghen alle onghe*
luck een weynich garnisoens in te nemen, de weicke van
Venlo tot daer gecomen wesende, ende voorgherendc,
datmen de twee vendelen van capiteyn 'Berwouts ende
capiteyn Coenen, de weicke beyde so vele als borgeren
ende den borgeren wel bekent waren, innemen soude.
Digitized
by Google
— 557 —
eD. syn eygen Tane ruyteren op zyn eere en. geloof toe-
seggende, dat hy die wt HoUant soude doen betalen en.
alsulke r^iment daer onder houden, dat hen niemant
met recht sonde mogen beclagen, gelijckewel niet wtge-
richt en heeft, al so odieus hadden de goede heeren on*
der de borgeren het garnisoen weten te maken.
Alwaer de borgheren van onverstant gestraft mochten
worden, gelgck zy oock ter selder tijt van velen gestraft
syn. Want daer een groot onderscheet ghemaect behoort
te worden tussen het garnisoen, dat van tyrannen, ende
tgarnisoen, dat van goethertighe heeren her comt. Ty-
rannische garnisoeneü strekken tot eewige slavemije en.
bederfenis; goeder heeren garnisoenen dueren maer voor
den tijt des noods en. strecken tot welvaren: waer van
al noch versche exempelen sijn van de Orangische gar-
nisoenen in HoUant ende 22eelant, van de Spaensche gar*
nisoenen in alle andere die landen. Het is gewisselic een
groot onverstant, datmen den prince van Orangien, die
goet, bloet ende alle syn^ vrientscbap voor dese landen
opgeset ende de selve vuyt den noot der eeuwiger sla-
vemije gebrocht heeft, also dat hy verdient heeft een
vader des vaderlants ten eeuwigen dagen genoemt te wor^
den, hier inne geen gehoor gegeven , noch volcoinelic
vertrout en heeft, ende daer en boven een groote on-
dancbaerheyt, datmen de duechdelike presentatie des gra-
ve van Hohenloe, den welcke de stadt Shertogenbosche,
gelgck veel andere steden, hare verlossinge vanden gar-
nisoene oock schuldich is, so afgeslagen ende verworpen
heeft; ende wat name salmen dit moghen geven, datmen
voor alsulcke heeren gehoor gegeven heeft den g^nigen,
die, so hier voor verclaert staet, met alle neersticheyt
gesocht hebben inde stadt een eeuwich garnisoen te hou-
Digitized
by Google
— 568 —
den, en. dat soo barbarisch en. onmenscbelgck tyran-
nisch?
Ende men heeft hier opsien te nemen op de onbe-
schaemtheyt des autheurs der voorschreven Instificatie,
die hem niet en vermijt de goede borgeren , so hy die
noemt, van dit heerlick feyt hoochlick te prgseo^ esk. om
dat tselve meei* aensiens mocht hebben, versiert hj dese
aenbiedinghe des garnisoens by die vander religie, nae
de oprechtinge des Religions- vrede gepractiseert te we*
sen, daer den Religions -vrede bynae een half iaer daer
nae eerst opghericht is; maer het geit den selven mees-
ter ofte autheor gelijck wat hy doet, schrijft oft seyt,
als hy slechts des geniges broot eet, wiens woordt hy
spreect, het welke, hoewel hy niet en behoeft, so heeft
hy gelikewel van de stadt Shertogenbosce na ettelike ia«
ren, boven eere en. eedt, groot geit genoten, voor d welke
wat profijt hy de goede stadt gedaen heeft, men met
grontelike verderffenisse der selver, soot de almogende
Godt niet en verhoedt, noch seer corts gewaer wordeo
sal.
Maer so de begoste bolwercken gel^ckewel opgetnaect
worden, hoewel slappelik, so hebben ten lesten de hee-
ren« om te verhoeden, datter geen meer begonnen sou-
den worden, den armen abt van S. Gerlrnyden daer toe
ghebrocht, dat hy aen de stadt in hare drie leden schrij-
vende, verclaert heeft de bolwercken den steden schade-
Igc te wesen, so de selve eewige garnisoenen veroorsaeo»
ken, siet dese wijsheyt, en. dat hy verstaen en. geroerd
hadde, dat door sekere sluysen de stadt altijt in water
geset sonde connen worden, also datmen geen bolwerc-
ken en behoefde. Maer, heer abt, U. E. is de nature
des watei's door eten fiosche vloyende niet so onbekent.
Digitized
by Google
— 589 -
of gy en weet» dat bet sére diomael ntdroocht: hoe %Bh
meo da& schutten, datter niet en is?
Corts hier na zijn de schepen met volck van de itelcke
de lustificatie voorts vermeit, opwaerts inde Mase gheco-
men, tot welcken eynde daer en hebben die van Adl-
irerpen gheen reden van 4e gheven; maer ghenomen dat
die Tan Antwerpen alle dese voorgaende ongeschictbeyt,
ende datier groote correspondentie en. handelinge van
sommige inde stadt met de Spangiarden was, verstaen
hebbende, hnn vao die de stadt doenf hadden willen
versekeren, ghelijck sy him na de nederlaghe voor Genn
blonrs van Mechelen en. Liere door hare borgeren ver-»
sekert hadden, wie sonde dat connen misprgsen, en. wal
leet ofte schade sonde den b(»rgheren der stadt Shttlo-
ghenbossche door den borgheren van Antwerpen ghesebieC
hebben ?
Volgens vermeit de lustificatie nvan êenen teUsehen
ende afgrijsêlijekên oênêlaehy die cpten elfêien 3ép^
temhrU d$g iaers acht ende tseveniich tégenê ofte op
de stadt voor handen gmceeet soude hebben y wannéér
wmorgem ter openinghe der etadt poorten ^^ dit ^ de
woorden der lustificatie, yydrije vendelen knechten^ met
eenen snellen toeloop^ meynden ende pooehden de etadt
te invaderen ende in te erifghen^ Maer het is open-
baer, dat de poorte maer van hnnde» twee, met de sleu^
telen van tstadtfanys ghesonden zijnde, wederom gheslo-
ten is gheworden, waer door onwarachtich wort, dat dief
lustificatie vermeit van correspondentie van biAnen end^
bisondere met die vander Schermers gnlde, die ten sel-
ven dagbe de wachte hadden, de welcke emmers teghens
den wille van tweën de poorte hadden mogben open
honden ende de voorschreven vendelen inne laten. Ende
Digitized
by Google
— 560 —
dese koechten en zijd over tvree hondert niet sterck ghe-
weesty also dat sy teghens alsalcke stadt niet qnaets aen
en badden connen richten ; ende of sy schoon dnsenden
sterck gheweêst waren , en souden sy ghelgckewel de
stadt niet quaets bewesen hebben , so sy onder de be-
stellinge van zijne Y. G. des prince van Qrangien waren.
Maer aldus eest met de sake ghelegen, dat so menich-
.werven Orangische knechten ontrent de stadt verschenen
hebben y hoe weyuich dat de selve oock int ghètal wa-
ren, de heeren met haren aenhanck , om te thoonen hare
goede affectie tot zijne Y. G., de stadt in groote beroer-
ten gestelt hebben, anders niet dan of de vyanden voor
handen geweest waren, daer sy ter contrarien de Span*
giarden met groote menichten somwijlen omtrent de stadt
gheweest synde, noyt eenen voet daerom en hebben v^-
set.
Also eest tot dier tijt mede ghevaren, en. also derhal-
ven de beroerten tot groote perikelen ghecomen zijn, sou-
den sy geerne de oorsake anderen ten hals legghen, daer
sy nochtans selve sullen moeten bekennen, dat so sy
smorghens goede lieden aen de knechten ghesonden had-
den, om hun nae hare begheerten te vraghen, welcke
was, om door ofte beneven de stadt na Deventer te treo-
ken, waer van sy den selven daghe noch commissie thoon-.
den, ende datmen hen in deene of dandere gerieft had*
de, een mensche niet behoeft soude hebben, hem der sel-
ver knechten halven op de beenen te gheven, daer en
teghens uu de gheheele stadt in wapenen gheweest is.
-Dat sy de casteleyn van Huesden op legghen, dat Ajf
dii vokk gheleyt soude hebben^ ende dat teghens ofte
ten achterdeele van zyne vader licke stadt , daer heeft
hy te vrome ouders ende vrienden toe, ende so hy also
Digitized
by Google
_ 561 —
bekent is, dat hy na alle zijn vermogheD het ghemeene
beste ende bet welvaren deser landen geeme voorderen
soude, daer by ooc openbare commissie toe beeft, hoe
eest dan eenicbsins te vermoeden, dat by t^egbens zijne
vaderlijcke stadt yet aengrijpen soude?
Dat Agyleus oock yet tegbens zijne vaderlidie stadt
aengrijpen soude, daer beeft by eermaels tot bewaernisse
ende daer nae tot verlossingbe der selver te veel moy-
ten, costQU en. perikelen om aengegaen, ende soo de
goede beere den selven Agyleum dien aenslacb aengbaende
scbandelijcken aen zijne boocbeyt, aen zijne Y. G. den
prince van Orangien ende aen de generale staten bedra-
gben (1) badden, en zijn bem gbelijcke wel ter selver
tijt tot Antwerpen wesende, vanden scboutet, eewigben
commissaris Bloyman, pensionaris ofte secretaris van den
Bosscbe, oock tot Antwerpen wesende, dies aengaende
gbeen moyten aengbedaen, maer beeft dit toegbedragben,
dat Agyleus by sommighe beeren van zgne maiesteyts state
op die sake ondervraecbt z^nde, de selve met alsulcke
redenen ontdeckt ende Verclaert beeft, dat sy bem voor
waracbticb ende den gbebeelen lieven boop der beeren
voor onwaracbticb bielen, waer door by oock gheloove
gbebadt beeft, om ter selver t^t te solliciteren, om eenen
nieuwen magistraet, in dwelcke by niet weynicb gedaen
en beeft, niet tegenstaende dat de scboutet met zijn voor-
noemde medegbesellen tegbens bem solliciteerden ende
slincke practijcken met valscbeyt vermengt daer inne gbe*
bruycten.
Ende dit isser vanden lieven aenslacb, daer de goede
liedep soo veel wesens ofte gberncbts af gbemaeckt beb-
ben: maer ééne vander stadt principale poorte wert open
(1) Bcdrayhen, beschuldigd.
Digitized
by Google
_ 562 —
gheslageo; daer tegeas heeft meo te deoGkeD, dat de sol*
daten de catten sladiteD, te weten , datse niet besloten
moghen wesen, ende dat de soldaten tot dier tgt inde
stadt zgnde, daer toe te meer veroonaect waeren> om
datter smorghens met der trommen omme gheslaglien was,
dat de soldaten in haer loggsen blijyen souden, oft men
soodese prijs maken.
Maer ghenomen, dat de mejrninghe is gheweest, die
drie vendelen tot dier tijt in de stadt te brenghen» soq«
demen daeromme de hoogbe overicheyt ofte yemaaden
anders connen onrecht gheven, datse haer ran alsnlcke
stadt hadde willen rersekeren tegbens den ghenen, welc*
ken men met recht vermoeden mochte ende nae gheble^
ken is, den vjant gansselijc toegedaen te wesen?
Dat zy van saccageren ende pionderen segghen, is soo-
der exempele, ende daer inne beschuldighen sy anderen
met haer eyghen manieren: want hoe sy dese voorleden
iaren metter goeder luyden goederen , ende dicwerven oock
met haren bloede omghesprongen bebbeo, is niet dan te
veel bekent
Ten selven dage, ontrent den avcmt, is inde stadt ge-
comcb de edele welgbeboren heere, heere lohan van Iforn,
banerheer (1) van Boztele etc, met c(»nmissie van zyiH
der hoocheyt totten gonvernena^nte der stadt, ende hoe
wel hem door de sdve »voloomen maohif aucthoritêyi
endê mnderling beoêl ghêgheoen totu^ 9m op allen dm
affairtn. endê voorvallende êoecken der voorsogder etede
ende meyerye, met dee daer oen clee/ty êo wel den
otyehe''handel als der polieie aengaende^ te veretam ^
ende aUulehe goede orden te etellen^ ale hy tot vor-
deringhe ende ueloaren vander eelver stede, mef/erye^
(1) Banerheer, drukfout Toor Banerheer ^ bModcrhoer, baron.
Digitized
b^ Google
— 563 —
mei allen den inwoonderen van dien, eoude beoinden
te behooreny^ dit zijn alle wcxx'den der voorschreven com.
missie^ dit nochtans niet teghenstaende, mede niet teghen-
staende» dat op Bamisse daer na in den nieuwen sche*
pen-stoel, in negen personen bestaende, de president ofte
voorschepen, met vier andere, begheerende de hooghe
overicheyt ende volghens den goiiverneur in alles ghe»
hoorsaem te wesen, en heeft nochtans de voorschreven
heere van Boxtele sonderlinghe niet conoen wtrichten,
dat tot vorderinghe ende versekerthejt der selver stadt
diende, so veel wesens, wederweerdicheyts ende bdelsc*
len vfisten die vander ouder wet, met het meeste deel
der dekenen vanden ambachten, doorgaens of door gas-
tergen (1), of door giften en gaven hare ghecochte sla*
voenen (2), altoos voor te wenden.
De welcke in dese hare boose vermeten thejrt opghe*
steurt (3) ende ghestljft gheworden zijn door meester Ben-
riek Bloyman, de welcke als commissaris der stadt conti-
nueÜcken met den staten vergaderende, onder den selven
de quade partije ghevolcht heeft, ende dese voorschreven
goede lieden niet alleen aen zijn handt, maer oock tot
zgnen ghebiede hebbende, van gheleghentheyt tot ghe*
leghentheyt inghebeelt, wat sy doen souden ofte laten,
ende waer toe zijne partije streckte, daer toe somwijlen
misbruyckende de goedertierenheyt des eertshertoghe, door
zijne ionckheyt noch onvervaren.
Tan dwelcke de ghedeputeerde des Religions-vrede vol-
comelick onderricht wesende, hebben, om te voorcomen
het tegen woordich quaet, dat sy sagen, dat daer Wt hef
comeo moeste, verscheyden supplicatien vande magistraet
(l) Gasterijen, kwistige niaaliijden. (3) Slavoenen, slaven. (3) Of
^hesteurt, aiingeinoedigd.
Digitized
by Google
— 564 —
Tersochty dat fay thuys ontboden soude worden; ende so
tselve te vei^heefs gheschiede, hebben de selve gedepu-
teerden ten lesten tegens hem een schrift overghegeven,
int welcke sy so hardt op zijn eere spraken, datter vele
opinien vielen, dat hy thuys behoorde te comen, om
voet by steek te setten; maer overwonnen alnoch de con-
trarie opinien door de menichte.
Ende ginck den Bloyman dit zijn voornemen, daer hy,
eylacen, nu toe gecomen is, also ter herten, dat hy die
scheldinge ontfangen hebbende, daer anders niet om en
dede, dan dat hy het principael schrift byde gedeputeer-
de onderteeckent, versochte, midts dreygende, dat hy ab
dan weten soude, hoe hi den galants, dit is zijn woort,
tselve verleeren soude, recht oft copie autentijcke hem
daer toe niet ghenoech en hadde connen dienen, ende so
is tzelve daer by ghebleven.
Maer ter goeder trouwen, Bloyman, hebben de Span-
giarden dat op u verdient, wanneer sy u inden iare acht
en. t3estich ten wtersten adem toe ghepijnicht hebben,
waer van ghy ghescheurt geworden bent ende alnoch ver-
dorven dicke beenen hebt (1), dat ghij hen aen alsulcke
stadt, als Shertoghenbosche is, helpen soudt? Heeft oock
de goede stadt Shertogenbosch op u verdient, als sy u,
teghen haer eygen privilegiën, continuelijcken ter dach-
vaerden gehouden, als zy u in haer vuyterste benautheyt
van ghelde, voor uwe vacatie groote sommen ghesonden,
als zy u voor een reyse tot Antwerpen over de vgftich
gulden ghegeven heeft, dat ghy haer soo schandelijcken
aen soo tyrannischen ende barbarischen vyant verraden
sout? Voorwaer, of gg moet uwer sinnen berooft ofte
betoovert sijn, of ghy moet groote geloften ontfaaghen
(1) Dit wordt Terhaald bluds. 288 hierToor.
Digitized
by Google
— 565 —
hebben, ofte emmers ghy bebt dit uwen lieven swaga*,
dien van Mierlo (1) te geval ghedaen, de welcke als mae-
scbap (2) aenden hertoch van Parma rekenende, metten
zelven over lang, nae luydt der fame, goede correspon-
dentie gebonden beeft, op bope sonder twijfel ran groote
dingbeo door bem te vercrijgben. Macr wat u bier toe
gbebrocbt beeft, Bloyman, gbj en sult de scbandtvlec
van yerrader^e nimmermeer wtwissen; schrijft soo veel
ittstificatien alst u belieft, ende dese selve, die gby in«
den name vanden goeden borgeren, so gby die noemt,
gbescbreven bebt, sal Bevonden worden te strecken tot
uwe en. der selver borgeren eeuwigbe schande en. niet
tot eewigbe verscbooninghe.
In deser voege de beere van Boxtele verhindert wor«
dende, yet vordeb'ckx in zynen gouvememente vuyt te
richten, heeft het zelve alsoo ter herten gbenomen, dat
hy daerom een groote quale geset heeft, also dat hy ge-
schapen was in doots noot te comen, so by met die
moetwillige gesellen langer te doen bad moeten hebben;
syn afscheet dan van zyne boocbeyt becomen hebbende,
is hy in Febrnario deses loopende iaers vertrocken, la«
tende in sijn plaetse synen soon beere Maximih'aen, beere
▼an Lokren, van syne boocbeyt daer toe geauctoriseert
synde.
De beere van Boxtele hadde tot versekeringe der stat
raedsaem ende noodich bevonden, dat hy vande thien
vendelen der blocken ofte wijeken soude maecken twin-
tich vendelen, ende, nae d'exempele van ander steden,
daer over stellen vier ofte vijf coronellen, ende op dat
(1) J^gu heer Tan Hierlo was dcDkeliJk Raso tbh GreTenbroeck , die
in 1656 met dexe heerlijkheid verleid werd. (2) MasMhap, denkelijk
maêghsehap.
Digitized
by Google
— 566 —
by capiteynen soude hebben, daer hy op soude mogen
stocken (1), heeft hy voor d^eerst de capiteynen vande
thien vendelen samen afgedanckt, op dat nyemant van
hen sich te beclagen soude hebben, ende heeft ander
thien in haer plaetse gestelt, ende wijders en heeft hy
niet connen comen.
Om dese saeke is alsukke vinerringe (2) gemaect, dat
men die in een gemeenen boec niet en soude connen ver^
vatten. Dit hebben sommige muytmakers tot een oorsake
genomen, om by requeste vande generale staten te ver-
soecken commissarissen, die informatie nemen souden op
saken biden ReUgioos vrede neder geleit; om -welckes te
weghe te brenghen een groote conspiratie ghemaect is, de
welcke haer so selsaera (3) en. verroetelick int schrijven,
spreken op alderhande staten ofte conditien van menschen
ghedragen beeft, dateer ten lesten twee van de selve by
de overicheyt aengetast aijo, d^eene tot Bruessel en. d^ao*
der tot Antwerpen, wt der wekkeren brieven en. belg-
denissen buyten torture ghedaen, wonder te vernemen is:
daer en wort noch hooghe noch leeghe overicheyt aen
gesien, daer wordt d^een leugen aen d'ander gdiecht, daer
vintmen alsulcke vermetenhey t , dat so sy tot haer mey*
ningen niet en comen, dreyghen de morghensterre (5) ofte
knodse te voorschijn te willen brengen.
Haddemen, als dat quaet eerst int licht qnam, der
complicen namachtich (5) gemaect zijnde, secrete schrift
ten subitelick ondersocht, men soude oorsake gehad t heb-
ben, om met sommige hoofden der selver conspiratie also
(l) Stocken, steunen, betrouwen. (2) Werringe, beroerte (3) SeU
gaem =ê6ldsaem, oTermoedi^. (4) Morghensterre, een wapentuig, van
voren met pinnen, als eenc star, in het ronde bezet. (6) NamucktUh
=^ naemachiich , bekend.
Digitized
by Google
— 667 —
te handelen, dat het quaet, dat wt de selve namaels ver-
schenen b, veurcomen en. te niete gedaen gevfeesi soude
hebben, maer dat is iammerlicken versnymt.
Ghelgck oock omtrent den selven tijt yersaymt is, dat
een Fr^ciscaner monic, de welcke dnydelick verdaert
hadde, dat *o de SpangianUn voor de stadt quamen^
ey ghenoech borgheren oen de kant hadden, om de
eelve daerinne te laten, ende dat hy daer toe aleuleke
een lantehnechte cleet hadde^ aUmen oen lijf draghen
fnoehte, met dierghelijehe meer propoosten, als die on-
trent het eynde Febmarg, wanneer de vyant met alle
zijn heyrcracht niet verre van de stadt en was, vanden
znagistraet van Amsterdam aen den magistraet van Sher-
togenbossche, by maniere van certificatie, overgheschre-
iren zijn, terstont na tontfanghen der brieven niet geap-
prehendeert en is ende ter scherper examen gebrocht,
het welcke, so gheschiet waer, ontvnjvelicken soude daer
oorsake geweest hebben, om de stadt volcomelick te ver-
sekeren; maer daer is also in gehandelt, dat het schande
waer te veAalen.
En. niet te min worter in de Instificatie gheclaecht,
datmen altijte te urredelieken ende te straffelicken met^
ten ^heestelieken heeft icillen procederen, Daer zgn wel
vele dachten, en. dat wt goede redenen, tegens velen
gheestelicken gedaen, maer van straffe en canmen niet
veel segghen; dan wanneer de gouverneur den pastoor
van S. Gatharijnen kerck, dickwerven seer seditieuselijck .
ghepredict hebbende, ende daer van vermacnt, dat hy
tselve niet laten en wilde, obstinatelick verclarende, dede
om allen onghemacken ende beroerten te verhoeden, wt
de stadt leyden, heeft sich op de beenen ghemaeckt de
schoutet, met sommighe vanden schepenen ende vele van-
Digitized
by Google
— 568 —
den raetsheereo, de welcke met een ghedniys den pas-
toor wederom binnen halende, by na oorsake gh^heven
hebben van eenen allarm ofte oploop door de gheheele
stadt, wanneer oock de gouverneur om hals ghecomen
soude hebben, en hadde de schoutet dat niet onderlo-
pen (1), so hi hem corts daer na dat beroemt heeft.
Te weten, als een vande Schermers gulde op de merct
met hem woorden crijgende ende den voet presenterende,
dat hy hem overcondtschappen soude, dat hy als coron-
nel ofte capiteyn aen de acht hondert mannen in de stadt
onder hem hadde, volgens also op hem ontsteken wert,
dat hy hem met een hellebaerde doorstoot^n 'soude heb-
ben, het welck als de gouverneur belet hadde ende de
schoutet hem daer van dancken wilde, seyde hy: r>WeU
aen, heer gouverneur , dit is het eene tegen ttandere:
leetmael heb iek u het, leven behoet, nu hebt ghy tny
van ghelijeke ghedaen!''*
Van welck verwijt, te weten, dat de schoutet, coron-
nel ofte capiteyn wesen soude over soo veel volcx, vele
tot dier tijt hen seer verwondert hebben; maer dat tselve
sóo veel als waer bevonden is, is meer te verwonderen,
ghemerckt hy alsulcke een is, dat het wonder boven won-
der is, dat eenich borgher met hem ghemeynschap can
hebben.
Tan beginne aen, dat hy het ampt bedient heeft,
heeft hi de privilegiën der stadt, ende besondere dat de
vryheyt der huysen aengaet, alsoo met voeten ghetredcn
door ghewalt, roverijen ende straetschenderijen , de pas-
sagien onveylich ofte onvry makende, heeft hy de stadt
ende den ghemeenen borgeren alsulcken achterdeel ende
schade ghedaen, met alsulcke calomnieuse ende valscbe
(l) Onderlopen, verhinderd.
Digitized
by Google
— 569 —
dachten heeft hi de ^rgheren ende iogheseteDen te hove
bedraghen, dat de stadt in bare drie ledeo over de ses-
thien iaren ghenootsaeckt is gheweest processe teghen^
hem aen te nemen, in welcke tegheos hem meer stucken
ofte feiten, den hals aengaende, beleyt zgo, dan hy ter
selver tijt iaren hadde, ende soude doen de stadt geeme
een ton gouts ghegheven hebben, datse van hem ont*
skgben hadde moghen wesen.
En. heeft hy dit bedreven wanneer de tyrannie noch
ghetoomt (1) gheweest is, in wat boecken soudemen be-
schrijven zgne schelmstucken na de ontoominghe (1) der
tyrannie bedreven? van de welcke ons goet ghedocht
heeft twee stucken te verhalen, als wt de welcke 'men
van de andere ofte de reste sal connen oordeelen.
Inden iare n^en en. tsestich hadde hy den muntmees-
Ier van Nimmeghen ghe vanghen ghenomen, ter oorsake,
dat hy met verboden munte omghegaen ofte op de selve
gehanteert soude hebben; de vrienden vanden welcken,
soeckende hem in alsulcke perikelose tijden wt de gevanc-
kenisse te hebben, zgn metten schoutet overcomen, dat
sy duysent njcxdaelderen geven souden en. dat hy den
ghevangen los ende vry soude laten. De schoutet het
ghelt te vollf ontfanghen hebbende, eu heeft den gevan-
gen alleenlijc niet los gelaten, maer heeft den selven le-
vendich op een schavot verbrant, zijn tonge eerst met
eenen gloeyende prieme doorsteken en. sgnen mont met
dweelen toegevreyelt hebbende, op dat hy het ghewalt
en« onrecht, dat hem aenghedaen worde, niet openbaer
inaken en soude; maer om dat dit zijn moordadich studc
eenighe verwe hebben soude, betichte hy den ghevan-
(1) Onloomitigê = tmitoomtHff, ontbreldelifij;, iii tegenstdKng Tan f hé"
toomt.
C, 37.
Digitized
by Google
— MO —
ghen, na den ödtfanek des g^ts, metteii wederdoc^,
mettett \relckefi by te vorens gtievreten liadde, dat de ge-
vanghen befiiemt was.
Hee meeée stock is, dat hy eefien borgber van Weerdt
met behendicbejt in zijo bujs gbecreghen bebbeade. in
een secrete plaetse door z^ne stockelknecbten heeft doen
bewaren, also dat niemant van i^n kennisse bj hem heeft
moghen comen, ia datmen niet gbeweten en beeft waer
by gfaeweest is. Dan beeft de scboutet tot diversche tij-
den hem alleen vooi^hedraghw, dat by met de rerbo*
den muitte om ginek, bet weick als by langbe wgl gbe*
stentelijck (1) gbeloocbent hadde, beeft de schontec van
bem namaebticb gemaect willen hebben, die by wiste,
dat tot Weerdt ofte elders op de munte hanteerden; vaa
dwdcke als hy hem excuseerde, s^gende» dat hy sgne
Bdken waeif nam, en. op tghene, dat een ander dede,
tiet en lette, heeft bem den scboutet gfaedreycht met
veel Igdenè aen te doen, so hy niet en beieet setve met
den munte Om te gaen, oft namaebticb en maecte, die
hy wiste daer mede om te gaen. Sn. de goede man al*
dus sommige weken gbetormenteert gheweest zgade, sonde
liy vanden scboutet connen geraken, beeft hy bem bon-
dert ponden Ylaems moeten gheven ende daer en bovea
zgn verteerde costen wel dier betalen ende den stodiet
knechten voor haer versnymenissen te vrede stellen.
En ware onder de ^rrannische legeringbe desen seho»>
tet de confiscatie niet benomen gheworden, gbelgck ghe^
meynlick de abnogende CSod den boosen de middelen van
baer opset beneemt, sonde wel een iaerich kindeken hoo->
sen (2) ofte schoen hebben moghen behouden? In. dese
stucken maken fondaments ghenoech, om een vemet dm
(1) GhêHenteKJek , bestendig. (Z) Boosw, kousen.
Digitized by
Google
~ Ö71 —
viiderlAats daer op te bouwen, van ^welcka hy cijn voor-
nemen otttvent den tijt, dat hem van het coroitnelfichap
▼erweten wert, legheoe eene vermogende vtoime genoech
ODtdect beeft: »/cA hêti 4e^ vommemm»^ segghende^
DéiMb he^ U ooék ner^eht^rt (1)» dat iök in dete êtaéi
zijne mtgeêttyt mUuleken diemt dom #a/ tdê etnieh
gWV€nuMr of mider$ M nwighe ploêUê oyt ghêdoÊM
imftr
Der atadtf aaeken dan in iJ$iildu» slaet wesende» en
bmft de goiode heere van io siqnm goremenienle met vor-
delicx eeonen Tnytfiditai, ende «Qn de raoetwiUighe sod^
jésAing gbetfijft ghewarden door aommighe commiasarissen
by de generale staten nae Cnelen totten vredehandel af-
geverdight., de ivelok^ door JSkerCogberibowhe d^waerts
treckeode, eUieke hooüieil der «oetwiffigen h^ben weten
au te beelden wal sy doen ofte laten soiuleD, ende besoflr
4Êift^ dat sy ben voeghen eonden, om den vkrede, den
vrdcken ay htn voor ghewis toeaeyden, aen te veerden.
In ghel^ekforondbeyl vanden wdke den abt van S. Geiv
trnydeo ever thko dagen niet te Gndien gfaeweest s^nde,
éen de sladt in haren drie leden gheachreven- heeft, dat
-eÓTÊM ffiewi00elitk dm vrtie gHrafflm saude w&rden^
^éan 00 sommige désr U^hm,» eoniremifnm i(dtt was xjn
ivoort, de fum van Uferecht daer sMde meynende) voor-
umidgn oottdintt dai jgr iw^ daer poor souden wêien te
waékun$ waendeor <de moelwiUige nldiilcken moet ghe-
creghen hébben, dat sommige van hmi by dranek wesen-
4e» aknlcke woorden bohhoi laten vlieghen; ^fFel am^
M^hende, r>d^n wmdê «# lOBerkoinden^ mtur daer «yn-
détr dio dêiMBlmn niét mm Hum /m 0(Uy métten vsth*
km Wff weten koê wg epiUm Mkbm te kmndetm.'^
(1) ff et ü venehêett, het stui ^eflcliapen.
Digitized
by Google
— 67i —
Maer w«t is dit voor een wonder? Daechs daer nae,
dat de commissarissen nae Cuelen vertrocken waren, is de
schoutet nae Oosterwijdcy twee mylen Tande stadt Üggen*
de, ghetogen, ende heeft hem aldaer, soo tscheen, Tattèe
Spaogiarden kten vangen; maer soo hy onlaackx daer
nae byden hertoch van Parma ghebrocht is geworden eade
▼anden selven aen den duc de Nova Terra gesonden, «Ue
hem corts wederom thuys heeft laten trecken, kanmen
liehtdick dencken wat dat voor een ghetranckenisse ge-
weest is, besondere so hy thnys comende, ghestelt was,
niet als die vnyt de ghevanckenisse comen, maer ak <fie
te.hove ofte andersms tot haeren Inste vnytgheweest heb*
ben.
Hier en tusschen verbitterden inde stadt hoe laogher
hoe meer de partijen, dan de heerlicke heeren, wanneer
daer yet nodichs versocht wert, wisten hen te gheiaten
of sy tseWe doen wouden, maer gebruyckten achter rog*
ghe verscheyde middelen, om tselve te beletten. Also
omtrent den Mey heftich versocht ^de, dat de stadt
van buspolver versien sonde worden, hebben sy om bos-
polver ende salpeter des stadts bnsmeester nae Goelen a&
gheveerdicht, den selven belovende, dat zj eenen sd^e*
ren coopman nae schicken sonden, die tgelt schieten sou»
de, daer zy daer nae niet eens om en dachten, also dat
de busmeester omtrent een maent vnytgheweest zgnde,
niet sonder groote clachten óver de heeren wederom thiqrs
ghecomen is.
Waer vuyt als sy raoyenissen ofte beroerten vermoy-
den, hebben sy terstonts aenden president ofte vooracbe-
pen tot Antwerpen zijnde, ghesonden, dat hy de stadt
van bnspolver sonde versorgen, den wekken sy schande-
licken inden last gheiaten hebben, hem zijne commissie
Digitized
by Google
~ 678 —
c^Mg^iende, naedemad hy voor ettelicke dusenden bus-
cruyt geooft hadde.
Also ooGk de Schenners gulde toeghesecht hebbende,
dat soo bald (1) die van Antwerpen hun iode nnk van
Utrecht bleven souden hebben, sy hnn daer oock toe
roegen zondfen, hebben sy tselve ghedaen, als corts hier
nae verstaan sal worden.
Dese Schermers gulde is straokz opghericht nae dat
het garnisoen vnyt de stadt getrocken was, inde welcke
haer meest be^ven heUben ionge gesellen, ende vele,
die dnerende de tyrannije buyten slandts gheweest ende
onder den pince van Orangion voor soldaten ghedient
hadden: daer door 'is by de selve gulde deurgaeos alsnl*
ke voorsichtieheyt en. couragte gheweest, dat so de over-
ste der selver haer werck daer van hadden willen ofte
eonnen maken, de stadt door de selve van beghinne aen
versekert sonde hebben geweest ende vele onnutte costen
hadde mogen schouwen (2).
De heerlicke heeren daer tegens nae tghene trachtende,
daer sg, Ciodt betert, nu toecommen zyn, hebben byden
moetwilligen eenen onvuytsprekelicken haet tegens de selve
gulde weten te verwecken ende hebbent ten lesten daer toe
gebroeht, dat so wanneer de Schermers gulde de wachte
hadde, de moetwiUige by wachten gehouden hebben, ende
dat opt lest met alsulck ghelaet ende trotsicheyt, dat die
van de Schermers «gulde niet en wisten wat te dencken.
Bet -welck hun verdrietende, hebben zy hun ten les-
ten nae de wachte, met haere wapenen, nae haer her-
berge begeven, alwaer zg den nacht in alle stilheyt over-
luracht hebbende, sanderdaechs versocht hebben, dat sg
haer wachten naemaels vrij ende sonder bywachten sou-
(1) Soo bald, toedra. {t) Sèkouwm, schuwen, YermijdeD.
Digitized by
Google
— 674 —
dcD mogeo boudeii» «ode 000 doeu da fiuMc im tèl Aat-
"werpeü de unie van Utrecht gepubliceert té weteB, Mb»
ben sj knede venocht, dét de êAvt unié aldaér oook ^le-
publiceert sonde worden» watrop sg de voor^rcven toe*
segghinghe gheercghen hebben, ende mede op het ver*
soeek van dfe bywaehte taiiMUcken vermkieahc (i) agade,
syn zij elck nae hnys getrocken.
Dat de iostificatie van dese sakè^ handelende, ymmél
vanden oaalelleyn vao Hneadeü» vaü vendeLni knediteB,
dia de ^dt gheinvwieert ende gfeiilcorpot^rt samim hetn
ban, vnn bratidtteeokènen» die doen gesien senden wesen^
en, van andere diei|;elijdBe ^wedhiedeniiaen; so dat alie»
dta anlhenr^ èoo hy dat beschrglt^ niet ghedroonl cb
heeft, 00 beeft hyt veltohdiok ende scbriitieiiek erdacbt
en versiert
Als nu der beerlieker hecNü dtadt aller vJnnMleB des
Ueve vaderlants PaesdMn «aeekende Was, Ie weten, dat
de vrome stadt Maestricht vaU de . SpaiggatdeB erovetC
en. ingenomen sonde worden, vraaaneer het tyt sonde we-
seo, dat hét voorghenonMB sohelnistuck lot SherïDgéiÜMaee
int weick gdle^ sondfe mogai worden^ syn tgtelgflk el-
dacr varscfaeneo twee principale hoéldeDi sondes de #do*
kc de feeste niet wel bestken en sonde hebbeOi te. weten,
de sehoiitet, Vanden d«c de Terra Nova verache CQmcBde«
en. Bloyman van Antwerpen, Biet endcrs dan ef sg vae
het onghelnck van Maesteicht voorweten ^diedt bedden.
Het was ivender, ém sicli lieè de schonteth van sIMh
daa aen versocht weert, anders seker «liet den <A eea
h^lich fhèwectft weer; maer sO hy eek» beylieh is, ele
Mer voorenl^ s$n nfbedUioghe voor een deal vnytWfü
(l) t^'ermuecht, lees: vernueckt, vergenoegd, tevreden. Zoo staat er
ook bhdz. S7S, rogel S7.
Digitized
by Google
- W6 —
4o. fcy'selv« 4eg«ftWMr4^1«Gfc xroor4«r openliaer maeoU»
««gboi jieo alle 4e gheM, iKie sy oqck /^yn^ wel ficha-
Het waer te iranoheii, det 4^ .boi^ge oyj^hegt Jbiec
4WI fhotArorkeitl «godei ende meck geMw» 4at sy ^
admitet vaq rstonden aeo 10 bQve Y^viclicyve» spade^ «m
m|q)ori rte doen yan tghene hem byden vywt wedervar
m was^ daer op hadde meighm le^tep «9de tgd»£ nm
vt cmmq; iiiaer dat is ie laat
Aeie mkomu e»de Bloyman wami w waderaip «ropM
gevrienden eode hiele veele conunmtioirticii «MMfen aodiM-
«D, «daer ay oodktaBa dootelgke TyMden t^epi dea aa-
dereB orer kng igenraest waren: alsao wamiaar CbüifKis
MB te dasten es. te nbhandeka waa^ amden wedepoip
gevTieadeo Eerüè» lea. fiUatus. .
Jie &M Taiider JBneaMDge 4er atadt UmvMn hiseft
•bet begbne dar wmaaz. ileaale aoAdagebreabt, «ode idtt
op den «OBteo dacb Inlg., nfaoBeer Voor iden oniddacb
de moetwillighe des loopens «nde aenteoa Keen ayoda
gemaaabt cb hebben, ende 'Opden aechlen mddaeh den
nedt der stadt vDloomelick nf^adeot aij|ade, Ae caff'
teynen op Cetadt-hnya ontboden beeft, met aeoaeggingh^
hna op baew Yetaoeokeo i;oet icwteMemeat aonda
hebben, dan dat ay aoo wiqFnioh vanden bevelhab-
4Mren mede J>raQgben souden , mh mogeliok wave.
Qp dimkhe een Fennojwnitfe vw wat qnaets (1) dan
capitqmen 'merghedmghen synde, ;zyB sg gbei^kewel 'm
•cbyMn ghetale ^wgaen; maar so op de neackt v<eiCf^
-derde het volck, dat, om sommige bmggen jen. alnyana
af ae weipan, ibnyten tiad^en somde, (Godt weet of ^er
goeder traawen 4ie eommkaie gheghevea mnB, .gbelöok
(1) Vtrm&tfmtsêt «am wat quaeii, YeniKMNleB van een% kwMd, oubeil.
Digitized
by Google
— 676 —
oock getwyfell wordt van dat sommige, dtemen vemojr.
de, dat inden noot menichte van voick aende handt ei^
gen souden, ter selver tgt als tot bewarenisse eender pas-
sagte tegens de Schotten vnytghescbiGkt syn), is derhal-
ren een groote menichte opde merckt hydra anderen ge-
comen, ende sjm oock tosschen de twintich en. dertich
vande Schermers gulde voor des vendrichs hnys aent
stadt-hnys staende, vergadert ; alsoo dat het een mesae
het ander inde scheyde ghehouden heeft, soomeo gemeya-
Uck seght, soo de qnaetwilligen alsdoen wat qoaets voor
handen ghehadt hebben.
Daer groote vermoydenisse van geeft de nagevdchde
geschiedenisse, ende mede, dat soo de capiteyneo opt
stadt*hays ghecomen waren , de heeren hem terstont geen
besluytinge voorgedragen ofte contentement ghegeven hdn
ben, maer is dien van de Schermers gnlde vermaningfae
gedaen, dat si) sommige pnncten in sdirift vervatten soor
nden, van tghene, dat sy noodich bevinden sonden, van
stonden aen ghedaen te worden.
Daer waren omtrent veertien dagen te vooren somni-
ghe artikelen den capitêynen ter handt gestelt, de welcke
so z^ hadden doen eflfectueren ende int werck jstdlen,
sonde de stadt voor alle ongelnck verhoedt gheweest héh
ben. Die vande Schermers gnlde dit wetende en. mey-
nende, emmers een wejnich op de zelve ghelet te we-
sen, hebbent doen met die pnncten cort ghemaeckt, maer
hebben besonder gedreven het punct vander unie van
Utrecht, dat die van stonden aen behoorden ghepnbli-
ceert te worden, om inden noodt vande naebueren hg-
stant te mogen hebben, te meer so hun over sommige
dagen toegeseght was, dat tselve ghedaen soude worden,
soo haest als blijken soude tzelve tot Antwerpen geschiet
Digitized
by Google
— 677 —
te wesen, ende dat taelve on bleeck hg bet sohrgven der
^orooneUeD van Afilwerpea aen de stadt ende aeo de oa«-
piteynen gheschickt.
JBfebbeD op dese pnncteD noclitans de heereD Of baer
maniere seer lange ghedelibereerty ende zyn daer en tns*
«ohen de gbedepvteerde vander religie, daer Agyleos een
yam was» by die vander gfaemeynte gemoyt (1), dat sy
-bem opt stadt-bnys byde eapiteynen voegen sonden, om
te aenhooren de resolatie en. antwoort der beeren, de
wricke ten leMen voortcomende, soo sy Terclaerden de
voorschreven puncten nae te willen comen ende te doen
^eflfectnereo.^ behalveo dat zy bet punct vander nnie in de»
UbcBatie biden tot sanderdaechs, beeft Agilens, nae lange
awggen der eapiteynen voorgedragen dé b^eerie der ^
mêj/nie» te weeen^ dal daer gkeen vertreek in ghen/e^
«Mft etmde worden, aemffeeien^ dat^ nae vermellen dsr
fieme, de nyant voor handen weeende, eanderdaeehe wat
aeedere te doen mocht vallen, ende dat de heeren, nae
haer belofte de Sehertnere gulde ghedaen, daer over
Imng op hadden behoort te delibereren^ beeondere eo
zij tot vereehejfden tijden byde hooge overhejft, ende
enlanex by de eoronellen van Antwerpen daer toe vér^
eoekt waren.
Welcke reienen de eapiteynen alsoo hebben doen aan-
bonden, dat die beeren daer inne geconaenteert hebben.
Maer wat laser ghevolcbt? Daer syn sommighe heeven
op de pnyen voor de gbemeynte verschenen, ende em
vander stadt dienaren beeft gheproclameert in effect dese
woorden; »Men vereondieht, dat de etadt in koere drije
leden bewillieht ende arnmeemt de naerder unie tot
Utrecht ghepuhliceert *den negenentwintieheten lanuor
(1) Gemttyt, anngezocTit.
Digitized
by Google
— S78 —
rif émm $tgktm wmoriighê iaerm^ êmb mm wil leM »
gï^lfek vermmmi kêU$i^ dai hg kmm éamr -ns» U tm^
guleeren hebben eal,'"
JDit de ^emejttte votr een spolMniije nemende» lieeft
op de gfaedepnleeD^ dei RdigioDs^Tarede legeert, deft wj
versodben londeD, dat dek capkejn wfik fiok onder ti«i^
del ▼ergadeeoi tmide en. aideer deen TOorkMO de «ne
ven artikel tot artikel, nndagadert de iirieven «ande heege
anrerheyt de unie aengaende^ en. «oe^ de twee Ixiefen
dbr wmpmnMm ran intwerpen» 'Op dat een yegelgok ai^
taa fODclile wat de unie waer.
Die ^ledepnieerde daa dit rooiygcwqt Iwhbende» ii»>
er gheeeyt irerdty daêmem mei de mnie alte mei em è^
AoopJen te imeeten^ ooermdéie vele heenen aangfaatrfew,
elmi eg vamden ênkeeidt der eeher meie eunderUmge
meet em wieien^ i» ^gyleoi door «jtt ffemoet gadiroagan
Ie «eggen, dmi die niei weerdiek ^en mtmen én aUukie
vergoétrimge te vereekgnsn^ die edemlehM verelmerdem,
Snde aoo doen d'een woordt «njt int nader gevees en.
van gamisoen memie glnmaacbt «fetdt, fceeft jlgdeos int
npenbaer giiebrodit, dat ky tot .die «jc toe terena Imi-
Ten heyinclyk «gkebonien faadde, aeggiiende tot de be»>
geren aldaer rergadisrti dat zg hun vande keerem lieten
nkneeren ende leeriegden: dat mmtmeeer tkien efte iwin-
êieJk MoUanteehe éfte Frimeêhê eMatm amtreeU Jh
eêadt vereehmm, ^ hem met ket weardehtn gen'niseei^
Ofde heenen Heten èrenffen: dat eU heenen het Dwgteek
gmmieoen teghen den wil der staten enmer ede €em kekf
imer ianok ikide >etait gtehanden kmddm^ en. da$ Mf
mieulke gamieoen ml maak wel igden eeuden fnegen;
wdoke piopnosltn aUe man henlgck igbonropden as waer
te wesen; maer dat Agileus^ geseyt soude hebben, dat de
Digitized
by Google
— »79 -
Iwtifitttie >r«niiek, i$ n^cne v«n kem, fade is d» lotti»
ficatie Meier lo nmenraiittch idse botco jb^ daene veh-
melt deli Agilenm opten dfiten Septa&brJs ^eseyt te keb^
beo, dat hy selfa mnê vamnië&en wifé0^ wméê^ daer
hg aiet tM bèlwt en is, ofte oock niet licbt»K}ck yemant
toe bdkut kan urewn.
Macr ion die goede Uedeo lost htbbeo ymden Agilee
9t veel te aohrgreiiy weerom en echrgTen 9j iriet mede,
det hy bon over kiige inden voUen reet, daer alderbande
üeden lègenv^iordtth tfneiMy Toorgheworpen heefty te iii<^
t«, dbr 10 AtMtfio OiPenraMi «<ro gengmrt haMm mtè
9jf rêgmrdmy éè iffffêijfekê siadi Mêrtogmhotekê ghem
éhrp ghêw0réêin smtde kehimy emiê woo zy m hoen
rêgheringe volherden ênde vocrt^vatmi wauéhmy dat ay
muêckgn snuhnj éa$ de ê^lve êUdt gheen dêrp wMon
üt êomiê [?]. Hoe nae sgn die goede lieden bedncbt,
dat soo dat aenden dach qnam ofte openbaer worde, Igi*
Ibtob^ den welcken sg met allen geen eer en gunnen, voor
en pinpheet g<dionden modit wcMrden?
9an de voer». propooMn de capitynen endervarende
(1), bebben van de beeren Teicregen, dat de nnie aMft de
foem. briefen ter püyen af gepvUkeert seade würden,
bet weick oock van stonden aen ghedaen is., behalven
dat de beeren die briéiren nocb othterwaerts igebonden
hebben, ^ dat de gemeynte vande vivektCB ende ejmie
der anie niet ondemcht en sonde worden.
De gémeynie neditans voor dien tijt tamdiok venme^
s$n4t, keeft btelaen de opt sijoe te vertrecken, en. sa
die vandfe Sohetaew gmlde voor des yendikbs Irays nook
wat verteefden, de capiteyn. met ettelicke beveBmbbenn
binnen gbegaen sgnde, om eenen dronck te doen, siet
(1} Ondfirarendê , Vervarende, ▼erraard, berreeid makende.
Digitized
by Google
— 580 —
80O werdter sooder eeoich teekeD Tan Tyunscliap ^w*
daeD te wesen, alsoo iDden hoop geachoteD» datter éxg
of vier vande Schermets gulde lageo, eer sy wel tot te-
gfaenweer te doen aijn kuniien comeD.
Deo autheor der lustifioatie mach hem hier keeren en
wenden so hy wil, hg mach d'eene verwe over d'andere
te wege brenghen, hy en sal nochtans met luyden vao
eeren nimmermeer bewartghen (1), dat die vander Scber-
mersgulde ofte yemant anders vanden genen, die h^ ge-
altereerde nocfflut, de schermntsmghe begost heUben ofke
oock daertoe eenige ghewichtige ooraaecke ghegheven, ea-
de dat noch tot de eerste noch tot de tweede, wanneer
de capiteyn van Hedel sich bij die vander Schermers
gulde gevoecht hadde.
Maer soude der moet williger alsdoen aen voerder, na
capiteyn, daer van de waerheyt konnen seg^en, die noch
Gorts eenen vromen borgher, die hem altijts stil ghedra*
ghen heeft, om tleven heeft willen brenghen, alleen vnyt
vermoyen, dat hij vuyt sekére dreyghementen van hem
gfaehoort, die vander Schermers gulde ghewaerschout son*
ée h^ben, dat zy op haer hoede wesen souden, gel^
hy oock sommige andere beticht heeft, dat sij haereo
aenslach aenden dach gd>rocht hadden.
Dan wat salmen hier vele woorden om verslijten: de
voorbreytselen ende het beleg der sehermutsingen oonnen
ghenoech betnyghen, wie de selve begonnen hebben ende
wat haer meyninghe gheweest zij. De moetwillige en heb-
ben niet geschoten dan met geveerde ende ghevelst^ (2)
cogelen ofte loyen, alsoo datter weynich, door hun ghe-
quetst sgnde, te Igve (3) ghebleven zgn; hun is busp<J^
(1) Bewarighen, bewijzen, staven. (2] Gheveei^ ende ghevcbte,
toebereide en tergifligde. (3) Te Hjre, in het leven.
Digitized
by Google
— 681 —
▼er met heopen toegbedraghen; sg hebbeo vele Tersekerde
plaetsen gehadi, om van te sebieten; beur gesehiey was:
nMal'-eoniêni/ Mal^eonieni Z"*^ tot sommigbe plaetsen
wert geroepen: »Opê€ Porijtl Opêe Parijêl^ (1) op een
ander nep een raedtaheer» in andere saecken stom zynde:
ï^Fieiariel nietoriê/ Imetier ons voarU een egnde van
moêcken.^
Snde geven selye de moetwillige baeren moordadigben
aenslacb ghenoecb te kennen, daer sg voorts inde Insth
fioatie bedaren y dal êjf verhindert gheweeet zgn hif^
den anderen te comen; ende en sonde beure coronnet,
de scboutet, die andersins niet stont op de wapenen is,
niet onderlaten bebben byden lieven hoop te wesen, so
by met ghewalt niet ghed wongen gheweest en waer, in
synen bnyse te Ugven.
Die hebben den almogenden Godt te dancken, die sn»
bitelgck ende onverhoets aengegrepen synde, de handen
ende moetwil bunder vyanden noch ontcomen; maer dat
die tselve doen willen, die bnnne medeborgheren, iae
medebroederen, vocwgenomen en. ghqKXxsbl hebben ie
moorden, en can anders iiiet verstaen worden, dan off
ag metten almoghendea Godt baeren spot dieven; wae^-
omme de anthenr der Instificatie, so hy eenighe vseese
des Heeren hadde, snlckx wel onder weghen hadde mo-
gen laeten, en. besondere de verkeerde allegatien der hey-
liger sohriftnse, voor ende achter de Instificatie ghestelt;
ende heeft hy eenen sin vnn vgfve, so kan by wel mero-
ken, dat deser saken ende der andere schelmerge halven,
de handt des Heeren hem ende allen den anderen goede
borgheren, soo hy die noemt » op den hals. bestael te
comen.
(1) Opiê Panjê! doelende op de PBriJache Uoedbniiloft, Si. BtHho-
lomeufmohl, 1572.
Digitized
by Google
— 182 —
les tweeden dtfge n«e de fchermutttn^, jjsmi» ge*
noaeh rmdümtf dat de publieatie der uiiie Tts geender
weetde gliehoadflD worde, als afgedwoDgeA wesende, heb*
btB vele treffelgeke borgeren^ die onpartgdieli wondeo
sehijtieD te MPesen, versocbt approbatie en. ratifieatie der
gewhiede pd>licatiey en. hebben nae lange aenhouden de
selve vercreghen, met dese exceptie: to de êehê uHfe
miei en preiudieeerée dê patifitaêie têt Ouden geroêmt
^fU gemaeei teerdendêj het «rdck ao veel was als ricr
mat waler in éënen pot; maer en hebben de goede hat^
gheren daer oip niet connen letten, oyermidtB de ti}dingia
▼an eenen trompet, met brieven vanden vyant aen de
atadt ghecooien wesanda
Dbor desen trompetter de geheele stadt in beroerte ge-
brocht sijnde, ende soomen anders niet en wist of de
vyanden waren voor handen, heeft de gouverneur door
eanen sefepen, in tc^genwoordichejt Tan twee andere, aen
de earonneb vande Schotten, met hunnen volcke over
drie mglen niet vande stadt wesende, geschreven, dat sj
vgf ofte ses Tendekn van stonden aen nae de stadt soi»>
den willen aehickcn; maer m 'de brieven niet straex vujt*
fcadiickt en wierden, hebben de qnaetwiUigen eeo w^
meh haeMii adem verhaeh, en. sommighe onder de ge»
mejmte, die xy aen haere handra hadden, opghesteuckt
hdibende, dat daer nae weteo Ie beletten; ende zgn op
de aelven ttjt eenen lientenant van een veodeien knech*
lan wt den Briele t'Skeiaogenboselie gbeoomen sgnde, om
hnlpe acD ie bieden, byden gouvemenr ooek brieven
mede gbegeven, om twee rendelen inden Briel liggende
«onder vertreck derw^erts te brengen.
Maer so sanderdaechs tegen den av<mt de ghehaeie Ie*
gher der Scholten, Bngeltchen ende Franaojrsen omtrent
Digitized
by Google
— M» —
ie sudt ghecomeD was, oai voortd na Brucasd Ie treo*
kea, is daechs dter nae inde stadt ghecomen de oomnis*
taris Aiseliers, de welcke, sie&de Iiel perikel daer de stadt
io was, deo capiteynen heeft doen aeosegghen, dat ao sjr
wilden 9 hy ben soude doen hebben vijf ofte aes vender
len Schotten y voor de welcke dat hy borge soude woe*
den, iae metten lijre, dat sy soo inde stadt handelen sou»
den, dat niemandt mei recht over ben te clagen sonde
hebben; maer sgn doen de capiteynen, iae oook de Trome,
alsoo Tanden Schotten afgekeert geweest, dat een ynm fann
hem niet en ontsach te seggen, ilat soo daer SehoiUn
inde H0dt comen saudênj hy dan toeh eaude vêrtrmsh
hertf dan h§ yerclaetde, dat hy de twee vendelen, die
vnyten Briel comende waeren, binnen helpen soude; maer
dit viel te laet, gelijck hem dat oock voorseyt worde.
Want soo des anderen daechs inden raedt voorgedn^
f hen werdt, datmen van stonden aen garnisoen inne be-
hoorden te nemen, of die vertrecken wonden, tadve toe
te laten, heeft tselre onder den gemeenen man comende,
-vde tot het yertreoken gebrocht, en. dat niet sonderslindce
practijken der quaetwilligen, de welcke sommige hebben
weten ie persnaderen, dat sy de vlnchte mede bq;innen
ofte helpen maeken souden en. daer nae wederom in «►
men.
De vlochte b^ost synde, ghelgck ghemcyiiclick gebeurt,
en cost men niemandt op gebonden, alsoo dat de vende-
len vuyt den Ibriel aengeeomen asgnde, niet inghebrocht
kosten worden, overmidts de qnaetwiUige doen verre de
overkant hadden.
Maer en hebben die vander religie van garnisoen in te
nemen, ofte diet geliefde, te laten vertrecken, niet voor-
ghedragen, gemerckt de gedeputeerde des ReIigions*vrede,
Digitized
by Google
— 584 —
mekker ampt was de vooroomeode nootdroftighe saeken
inden name. van die vander religie, daert behoorde» aea
te dienen, daer by, aen, ofte over gheweest en hebben;
maer hebben dat versocht vele vanden capiteynen, van
weghen der ghemeyner borgerschap, den weicken toesten-
dich (1) waren sommige vanden wethouderen ende raede,
alsoo dat onwaerachtich is de acte, den achsten lulij by
de drie leden der stadt dien aengaende ghepubliceert ende
daer nae in prente (2) vuytghegheven , welcker la^ne
oorsake de verstandighe lichteligck mereken connen.
Dit is tot noch toe dus lange gheworden, om den on-
verstandighen van de onwaerachticheyt der lustificatie te
onderrichten, waer toe den verstandighen niet dan te ved
en is, dat.daghelijckx van die goede borgeren, soo zy
ghenoemt willen wesen, nae dien sij tot haeren vollen
vrille ghecomen zijn, wgt ende breet vernomen is en. al
DOch wordt. Sg beroemen hun iode lustificatie, iUu sy
die vonder Sehermere gulde de toacht verboden hadden,
Haer en was doen daer noch niet den gouverneur? en.
en was de selve gulde by de hooge overheyt niet inge-
stdt? Voorts beroemen sy hun, dat sy de capiteynen
hyden heere van Boxtele ghe*telty afgheeet^ ende de
cude capiteynen in hunnen ouden eiaei ghereetitueert
hebben j stellende voor ooreaecke» dat de heere van Bc»-
tele dat ronder behoorlyck consent vande drie leden
vander etadt ghedaen eoude hebben. Maer en hadde de
heere van Boxtele niet volcomen commissie, om alles by
hem zei ven te doen , wat by tot. bewaernisse ende wel-
varen der stadt raedsaem ende noodich bevinden zoude?
Dat brenght emmers mede het inhoudt der selver oom-
(1) Tocstendich, toegenegen ^ met den weicken toestemden sommi^
enz. (ft) Prente, drut.
Digitized by
Google
— 585 —
missie ende het pnnci vnyt de adve hief voorans inghet-
toghen; maer hebben hier willen bethocüteD de goede
heeren» dat sy grontheeren syn en. haer leen aen de sonne
halen, Taü d'wdeke hier boven breeds veiiiMlt is, al^
soo dat sy geen hooger overheyt en hebben te bekennen,
noch der aelver ordonnantie ende bevelen te gehoonameD.
So bald die vertrooken weeren, die sy vreesen jaookr
ten, hebben «g velen om het leven gbeaocht te brengen,
vele hebben sy alle sebamperheyt ghedaen, besoBdeie den
predicanten en. eenen vapden snhepenen» dea wdkers
raedt nochtans, cm det sy in vde saecken, en. voomfr
melick in dese leste handelinge, niet ghevokht en helv
ben, sy hoe langer hoe meer hedagnt snllsn; eenep ca»
pitejm van Utrecht» v«i de heeren de bontgenoten daev
gesonden wesende, om van heuren twegen raedt en. hnlpe
a&k te bieden, hebben sy gedreycht pver de vesten* te
werpen; nae de dooden hebben sy inde graven gesteken;
predicstoelen, gestoelten ende baneken hébben sy in stoc^
ken gheslagen en. vernielt: ande daunen aeggen sonde
vrillen, dit van partionlicve persooncB aengerioht te we-
sen, so en sondemen gelgd^ewd niet seggen couen, dat-
ter yeniant om ghestraft is ghew^den.
Maer wat verwe is bier toe, datmen de gesanten der
bontgenoten nergens in heeft willen verstaan, noch haeie
goede raden hooren, deagdijken eoc de gesanten van syne
afteze excellentie ende der generale staten? hier is deget
heeie stadt plichtich in. Desen aengaende neaien sy ia^
de lustificade dese wtvlndit, dat êij gê^chrnen heUim
oen êijne kaoeheyt^ êm eommiêêorisên te kMeu mft
den rade «en Brahanê^ mh hun ordinmuunHn emb pret
vineioêl richieren. Maer anlcke nu daer geoomen wet
sende, wat gehoor geven sy hun in haere commissie, of-
G. 58^
Digitized
by Google
— 686 —
te wat sullen de adve commissarisen daer meer vtiyt ridn
ten als de andere?
Sy hooren liever eenen onstantachtigben (i) abt, die
hun terstonts van dit heerlijck feyt vnyt Coden scig*
vende, beeft weten te prgsen ende tot stantacbticbeyt
▼erm^neny scbnjvendey dotter ooek on Jerê ' landen ende
eteden^ zoo in Brabant ale Gelder lant waerenf dit syn
aijn woorden, waer van men' eerst daeehe goede tifdinge
ende ordonnantie vernemen eoude^ te weten, dat de selve
landen ende steden bet exempel van die van Sbertogen-
boBoe souden naevolgen ende geigke fqrt bedreven; hy
vertroost bun oock metten vrede, ale doen iy dee keg-
eerltjeke majeete^te eommieearieeen eehrifteliek gke^
eoneijnert v)eeende^ bun raedende, dat ey dien eender
vertreek ammemen eoudenj ende ten lesten vermaent by
bun, dat ey eenighe eommieearieeen nae Cuelen eehie-
hen eenden y cm van allee broeder te vernemen ende
van het garnieoen^ eo dat nodieh viel in te nemend
van te voorene te handelen ende te heraedtelagen.
Maer, beer abt, en is U. E. met de andere beeren com-
missartssen niet nae Cudcn gescbickt, (xnme aldaer in-
den vrede rbandel de partge der generale staten tegeas
de commissarissen der conincLlycke maiesteyt te sustine»
ren ende anders niet te doen dan nae vermogben uwer
commissie? Waer coemt dan dat ber, dat gy deur Sber-
togeoboscbe nae Guelen rqrsende, daer sommigbe bebt
weten in te diucken, als bier boven nocb eens verbaelt
staet, dat bet gbewisselgck vrede worden sonde, eer gy
weten oost, of de generale stalen, uwe meesteren, de
oonditien approbeeen ofte aennemen souden; dat gby aen
de selve ten sdven tgde van gewisse vrede gbescbreven
(1) OnsfantachiiyXên , oiifUiidtastig«n.
Digitized
by Google
^ 587 —
kebty wanneer gbg met u metgesellen collegialiter aen
de staten schreeft, datter van den Trede cleyne hope was,
en hoe coemt ghy nu hier toe, dat ghy die van Sherto-
genbosche prijst in tghene, dat niet alleen de staten, uwe
meesteren, maer oock de gheheele werelt misprijst; dat
gfay van te voorens weet te schreven, dat door de prai>
tiken der tegenpartige geschieden soode^ te weten, dat
noch ander landen en. steden^: so in Brabant ab in Gér
derlant, het exempel der. [stad] van Shertogenbosohe noch
oo^ts volgen souden? Dit is een gewis teken ^ dat gy met
de tegenpartge een hejrmelgc verstant gehadt hebt, en.
so ghi tn Gelderlant Doetecom en« Zntphen mede gemeynt
bd»t, so is u die schipie heerlijc onttet. En. wat is dit,
dat ghj die van Shertogenbosce raedt, dat sy sommige
nae Guelen schicken souden, om met de eommissarisen
der coninoklycke maiesteyt te handelen? En maectghy
u hier in niet van eenen commissaris dor generale staten
eeaen agent ofke facteur van de comissarisen der coninck*.
lycke maiesteyt, noch vyanden wesende?
Bése dingen, heer abt, en overcomen niet metten beer*
Igcken lof, welcken U. E. door de pacificatie van Gent
becomen heeft, noch metten groeten arbeyt en. neerstic*
heyt, welcke U. E. menigen tijt daer na tot het iwelva*
ren des gemeene vaderlants ghedaen heeft, noch met de
groote sorchvuldicheit, welcke U. E., om de steden van*
den gamisoenen te verlossen, gehadt heeft, en. besander
voor de stadt Shertogenbosche, alwaar ghy u hnys aen
de stadt moeren vnytcomeade, tot eenen aenslach ghe*
presenteert hebt, noch ten lesten metten ijver en. mey-
ninge, welcken U. E. totten Rdigions- vrede, gethoont
heeft, om den welcken tot Braesiel in treyn te brenghen,
U. E. van Antwerpen tot aldaer getrocken is, ende heeft
Digitized
by Google
— 588 —
sokere aumUksü hacne kiereke tot èt predicatie doen ray-
men.
Uier aitt ghi nu, heer abt, uweD sabereo slaet, waot
so de vjand« omes lieven vaderlanlB tot faaer meyDiiiee
oomeDy dat God rerhoede, ao en snilen sy dese en. an-
dere uwe heerliken daden den vaderlande beweseos ak
tegen bus gedaen ignde, ongestrfift niet laten: en. so sy
tel hacre meymngbe niet en comen, auUen dese nwe heer-
Uke daden door de voorscjupeven leste ako yerdnysterl
werden, dat$e meer tot opspraeck en. achande, dan tot
eere snUen diOMD. En wat danck, beer abt, anUen die
Tan Skertogenboadie, inden vnytersten noot ende verdere
fiBniase door uwen raet gecomen wesende, u oonnen we-
ten? Dan de boofilen der aelver hebben bet nest ey ge*
aocbt, en. aeo faehoorcn zgt oock wel te rioden,
0ier heeft een yegelgc te bedeneken, dat hi de hoof-
den van eenige regeringe niet bchtdgc sonder onderscheet
en beapreke ofte ksteve, aengesien de goede door de qva-
den in haer goet voornemen verhindert worden. Ea. en
ia niet te verwonderen van desen wtganc der regeeringe
der generale staten, nadeouiel desen abt een vande ver-
neemste wesende, alsulcke een bevonden is, en. och» cl
bijt alleen waeri
Die van Shertogenbosche dan door desen abl in heer
booaheit gestifft aijnde, aijn met haer begoste voort ge-
varen, en. op dat sy bare annderlinge genegentbeyt tot
den gemeyaen vyaat taonen en. h^er aelven wat bevnj-
den of sterck maken souden, heU)en zy ghepractiseert,
om bet hvys tot Hedel en. de steden Huesden en. Boe-
Bsel aen hare sgde te brengen, maar so het huys tot He-
del noeh in tgta versekert wert, is hun dien geheekn
aenslach gbefeelt, eo. sijn die oornetten myteren, van
Digitized
by Google
— 58fi —
bon daer toe wt des Tjatits leger ontboden eé. ie» na
by de stédt geeomte Wesende, wedarom ie fug^ gbe-
togben.
Ben stuc iran gewisse conrespondentie ttseeben btto e*,
den vjant en mach niet verswegen blgreil. Hel beeft
toegbedragen kk debe vdorlede' dagen de beer Yéndei^ Aa,
gOQTernenr van Goreom, tnel eenen boc^ soldaten bin-
neiif Boemd ^omet en. nM de selte weder wtgetoj^
was, dat dio Taü SbeiDogenboscbe daer vïïh qMl^cr tü-
denicbt sgnde^ Mracx voor oen blijde bootschap aéndei
hertèeb van Panna gbesebreven bebben^ dat die van Boe^
mel^ ettelioke Bfolhnisebe soldalen onverboeni dé sladt
ingeootnen hebiMfde ^ Wedefoni wtgeslagen badoètf en.
haer opeiitli)«k aen hal« s^ b^ven; bet welck (Mè
[beftoch} Vstt Paitta gheioovende, door brrêveÉ die teil
Boetnel bedanct ende alles bun van sijne naieateyts W^
gen t0sgeseyl beeft, niedte te hcsanen gèvetid^, hoc^ é^
hnn voortaen souden hebben te draghen; mier i§ êk
brieven dese eere gbeaebiei^ datso vooi^ alleitfttn aénde
gaig^ ghoMobt rijfAé
Hier en bvyten befcoen zy eene&f ingbenosie etf.* fjébUxya^
kert m allee tijnen raet, Ae wdehtf ve»sdi m stiaeac tftam
vanJkMl éhc de TeftiÉ Nova , en» soiidé wonder weeètf ,
dai by vanden selven geen coamissie bebbétt soiidé van^
den gotivënïMente,' de Welcke w»t over ee& iaet' t«t
Irtmsele Inét détt [heèi^} vafl Cbampëgid aengberièbt
eottdé bebbeti, Aotft de olacht^ de#' [mitT\ tan Bmeth
^e élle man keÉljfck lil; be&bétt^ oöö ieaeti tooi» eapi-
teyn ap geworpe)i, dier, atd tAn ÉMftttëren flioordadicb W^
sende, somndge treflMMte borgeiM diewèfteA by neckt
en. ont^t lageti gheleyt h^ft, oA ter doot te brengar,
en. de welcke in allen z^nen handel étftde wandel eer eët
Digitized
by Google
— 690 -^
onredelijcke creatuere dan eea mensche ghelijct; eo. soo
dese sgns .gelyken schiet aen de handeo te hebben, urort
akulcx dach bi dach inde stadt «bedreven, dat een groa-
wel ende schric voor Inyden van eeren sijn moei, inde
stadt te wesen.
Alle dese hare mishandelen niet tegenstaende, willen
sy nochtans' goede, getroawe borgeren geacht wesen, ea.
schrgvende aende hoge overheyt, nabuer steden en. lan-
den, pl*otestêren sy, niet te wiUen scheyden vande ge-
neraliteyt, in welcke protestatie sy nochtans warachtich
wesen, so sy int eynde der lüstificatie de generaliteyt
dnydelic hechten ofte binden aende unie, niet lange na
de pacificatie van Gent opgericht, de welcke sy generad
noemen, recht of de generale staten, na de selve tmie,
niet bondichs ende dat van weerde wesen soude, en had-
den oonnen voor weoden en. s^jayten; in wdcke opinie
sy tot metghesellen hd>faen de mal-contenten en. de oodh
missarbsen des cónincx.
Maer so sy alleen iaveur en. assistentie versoecken van-
den genen, die vande selve generaliteyt v^ésen, hebben
sy te bedencken, dat die hun te verre geseten sijn, en.
so zy daer mede de Spali^arden ooc meynen, die hun
lichtelic assistentie ccmnen doen, hebben sy te bedenc-
ken v^t perikel en. verderffenis daer in gelegen is; maer
staende op de toes^ginge des voorss. abts, hebben sy
gemeynt, dat de selve generaliteyt sich tot allen placc-
sen weder om (^heffien soude, maer en is de abt daerin
so warachtich niet gevallen, als hy hier in is, dat hy
onder ander wt Cuelen gheschreven heeft, dai hy van
de itadt Shertogênboêee een aeylufn ofte teeolucki ma-
hen eaude voor alle CathoUfckenf te weten, Papen, mo*
nicken en. diergelijcken.
Digitized
by Google
— S91 —
Dan de voonz. opinie a^gaende» ak.dal de generale
staten na de voona unie geen macht oft auihoritejrt g^
hadt souden hdiben, yet te doen of te bewilligen met
de selve nnie nkt geheelick confofm wesende» staet te
Tragen, of de stierluyden. of andere schi^ren alsnlcke
wetten oft manieren opt varen miogen hebbedi die sy na
de gelegentheyt der tempeesten» stormen of wateren niet
en sonden mogen veranderen: van gelijcken van de po*
litgcke regeerderen^ Seker» so haerder bqrden dodteken
ofte eyttde is coBservatie, deser der steden, provinciën &x*
landen, der anderer der schepen en. tgene datter inne is,
is han georlooft na gelegentheyt der saken aUes te ver»
anderen, wat tegen de conservatie eenichsins wesen sonde
mogen. Maer de staten hebben inde voorse. unie op ha-
ren eedt belooft vande Boomsche religie niet te vrjjcken.
Wie is onder hun daer van geweken? Maer ay hebben
vele toegelaten met de selve religie strgdende* Daer heeft
hun de noot toe gedrongen, Maer om de waerheyt te
seggen, de staten zgn door subtgle geesten tot dien eedt
en. de gdiede miie, met veel schuylende fenijns doortroc*
ken wesende, by manier van ondercruypinge gebrocht,
geigc sommige van hen voor zgne V. 6. den prince van
Orangien tot Geertmydenberge daer na bekent hebben,
de meyninghe der unie tot dien dach toe niet geweten
te hebben; en. genomen, dat sj alle gelijc de meyninge
ynü geweten hadden, so hebben sy gheljjckewel meer te
sien ghehadt op het eynde haers ampts, welc is de be-
waemisse en. welvaren des vaderlants, dan op tgrae dat
sy onbedachtelicken gedaen hadden, soot onbehoorlick is
eenigen eedt te doen, die tot eenighe tgden tot achter-
deel des gemeene welvarens strecken soude mogen: en.
men siet nu, eylacen, wat profijte die den gemeenen iaa-
Digitized
by Google
— 5t2 —
dèn g«!da^ hebbeb, die hun hier ia opinieter en. hals-
sterc hebbeik kteo vitiden. Dese hebbea oorsake geweest
▼aa dese oobe^teiidighe m. qdade regeerittfe, by de wdi>
ke alle deie landen nooh coits te gronde hadden moeteD
gaeiii iro de lAaubghende God dat niet wonderbaerlidien
T^jen «n hadde. Indur selver Td^en abt op de scheien
toegaet, itaoneer de schipluiden onder den anderen twi»-
tich ofte aodersins Tersuymieh sgade» de schepen in pe-
rikel brengen souden, andere inden sclupett iresende, het
stieren en. regeereti der schepen aenoemen, also heeft hei
de afanogeAde God ooc geroeefat, dat de staten^ door ou-
derlingen twist en. misterstant tot die verdcrffidUcbe re-
geeringe geemnen wesende» andere de saken metier hant
gêboBien hebben, het weicke^ want niet geschiet en ware,
men afarede niet weten en sonde, waer eenige goede lie-
den in dese Unden TerbigFea souden moghen^ daert de
tyandea des geiÉeyne vaderlants dbor desen heerUoken
Cddschen rredehandel toe hd»hcB meyBcn te brengen:
Want dat daer anders yet in gesodit sonde wdsen, dan
den eenen borger le|^ den andescn te htcngen» en. also
de Spaensche Uoethonden aUe sleden eni plactsen te ope*
nen, en sal geen oratenr abo conntn Teordraghea, éat-
ment gheloove sal connen gheten.
O heiige Utreditaehe unie dasf dié ahinkke quaei
Terhindert hebt. Te vecht mogen u alle vyandeM des lie*
▼en vaderlants^wel haten, dtetaiils ghy hftn so yeel als
de handen bint, weerom sy wt qygt n ooo dese lieve na*,
men gheven: f>dê mhU èantr^Mina d^ CueUehe vrêiê'
handtUmgBj wnen roof «mHI hm¥e vrgkegi mtde pr€oi^
UgieHy émi Têohisimniok nMMf om «teder goeden lajh
éênkiêiéH te gtraién^ een aleüieke tpratmiet duêee
Uëeer keure goeden vetvepen ende onder trUtmft mmi-
Digitized
by Google
— 593 —
dim Tmrck tomdm gamn woonenJ" Alsuicke titulen heb*
ben n sommige heeren der stadt Shertogenbosche, des
Toorschreven abts sebolieren, dicWerTen inder selvei- stadts
raet weten te gheren.
Maer om eens een eynde te maken, bidden de wtghe-
wd^ene borgheren der stadt Shertogenbossche , dat alle
hoghe en. leeghe overheden en. alle nabuer steden en. lan-
den alle vlijt en. neersticheit voor willen wenden, dat de
selve stadt 9 alsnlcke peerJe wesende en. aen de welcke
de gemeene landen so vele gelegen is, wt de handen der
Spangarden ofte Spaensgesinden gehouden mach worden,
het weloke te doenliker wesen sal, over mits de almo-
gende God den Spangiarden aldus benomen heeft, hare
Tictorie te vervolgen; en. willen insgelijcx gebeden heb-
Im huntie ingébleveiie medeborgeren, dat zy in tgts be-
dencken willen, dat de loffelicke hare vaderlgcke sudt,
om de welcke groot te maken, hare gemeyne voorouders
hacr bloet niet ghespaert en hebben, toch behouden mach
bli^en; tn sijndei^ noyt oorlogen gheweest, die niet ne-
dergeleyt en hebben connen worden, seker, het tusschen
hu beyden, samen medeborgheren, wesende misverstant
sal verdragen en. nedei^eleyt mogeU worden: so veel als
hun aengaet, sy willen hun laten vinden in alle redelic-
heyt en. bilUcheyt, slechts dat byde hooge overheyt, nae
d^ttempele der naebner steden, alsuicke ordre gestelt wor-
de, dat van ghelijcke mishandelingen en. ongelucken on-
der hun geen nadencken en is te hebben. En. willen ho-
pen de wtgewekene, dat hunne ingeblevene medeborge-
ren hun hier inne also draghen sullen, dat sy de ver-
drayde allegatien der heyliger schriftuere, in der inge-
blevene name voor en. achter de Justificatie gestelt, niet
en snllen hebben te betalen met dese: »Godt heeft hoer
Digitized by
Google
— 594 —
ooerghêlêvêrt in eenen verkeerden ein^^^ eode: »iSy heb*
ben hoer neeken verherdt^ voor dwelcke de almoghend«
God bun en. ons allen behoede. Anir.
VlnlA.
W^geni de hier afgedrukte feraniwoorduiyê iQ herinnerd, dal
dit boekske Termeld wordt op den catalo|(us der UMiotheek
Tan Tl W^TUL [L$idem, 1888} bUds. 276, n». 1481, 88»),
en wel in 4»., olkchoon ons eiemplaar in kL 8». is. P. Boa
maakt in aijne Buchryvin^ê van 's Sertoghenbosschê, bladi.
48, gewag, "koo het schijnt, Tan hetxelfde boekje, doch noemt
het Jpologiêi soo vind ik ook elders den titel aldus opgcfe-
ven: Apologie der veriroeken Borgen vam 'oHmiogotihoock;
1670, 4». Ik meen het er voor te mogen honden, dat bei-
de titeb slechts hetielMe geschrift aanduiden. Gaarne wensch-
te ik intusschen met de editie in 4^. kennis te maken. Blij-
k«as eeoe nota Tan Mr. W. G. Aguisdyck heeft A. tai Hidu
de WamuGkUghê DoelaraHe, de lustificotio en de Fenmi-
woordinge, blads. 880, 688 en 647 afgedrukt, niet gekend,
ofiKhoon hij het tweede Uadi. 188 Tan het tweede deel iljner
Mietoriê aanhaalt.
Ik heb TTuchteloose pogingen aangewend, om het Tolgende
boekske te ontdekken:
T\oêo schoon Formaningem aomU Borghtryo 9an o'Horlogem-
booekê, door do Wothotêdon godaon. 1680. U. 8».
Digitized
by Google
CORT VERHAEL
VARDE
fiifiiii,
DIE DEI! HEERE HEEFT GHEUEFT
DIN VOLGIE VAN lUN 0SBIIENDEN STATKlf Tl TKBLBKNKN
OTIE VB 6TA1IT TAB
Eyndhoveuy
NU DEN SEYENSTEN SEPTEMBER LESTLEDEIf;
■nmOABEES
m INIMËN VANMR 8TADT M STBCKR
VAH
S. Grileyn
m HEREGOÜWE, OOCK GHSSCHIET DEN SEYENSTEN SEPTUBRIS
iT lAN Yin GHELEN de xonge, irotn sciilt taü iasu.
Anno M. D. LXXXI.
Digitized
by Google
^p^ DeM veroTerin^ der lUd EiadhoTen op de SpenjaardcB (7 SepC
IflSl) il afvéllrüli naar eéiï aneneldiaamst boekake in kl. 19«.
Tan 8 ongep. bkds., berustende in de boekerij Tan het Noord-
Brabandscb Genootschap.
In hettelfde jaar Terscheen een tweede druk in 4p. fffant-
wmrpm ly AnUmi Tïlmê, i/kém Gulden Struyê} uui emumtei
ItSSi (8 ongep. blads.), Toorlianden in de pfofinciale
ling van den heer Pr. Coypers te Ginneken.
Digitized
by Google
mi \umi \mi mmih
9U
1>SN HBBRE HEiFT GSmSSl DEM VOICUI VAIf MUI! HEEUN
BE STATBN TE VSUESNSIf OVER DE STABT
▼AH
nu DONSERSAICHS, 9SII SSY^STER 8BFTEVBAU 1581.
Syne priDcelijcke excellentie ende m^n heeren den raet
vande staten van Brabant, aenmerckende het goet en.
voorspoedich socces, dwelc den almoghenden Heere, naer
dien eenen generalen biddach alle het lant over, wt laste
van zijne excellentie voorseyt was gehouden, hadde be-
lieft te gunnen den doorluchtighen ende hoocbgeborenen
vorst, m^n heere den hertoghe ^an Aniou, soo int ont«
setten vande stadt van Cafflergck, als int overweldigen
ende innenemen der stadt van Gambrezis ende meer andere
plaetsen van grooten aensiene, hebben mede raedt ghe*
nomen, int quartier van Brabant den vyant insghelgcx
te krenckene ende wt de plaetsen ende forten, by hen ten
platten landen inde Kempen geoccupeert ende inne ghe«
nomen, naer hen beste ende het gbeluek, dweick de Heere
Digitized
by Google
— 598 —
soude willen gunneD, te stooren eode wt te worpene;
hebbende ten selven eynde, wt laste en. met advise ak
boven, mgn heere de coronel Tempel, gonvernear vande
stadt van Brnessel, ende met hem mgn heere de borge»
meester der stadt van Antwerpen lunius de ionghe, rid«
der, met ettelijcke ghetal van soldaten, eenighe te schepe,
andere te lande, hem inde Kempen voorseyt te velde be-
gheven, v^rsueckende fortuyne ende het gheluck, dwelc
de goede Godt, die alleene is de Heere der heyrcrachten
ende die dese saecke alleene heeft bewegdicfat (1), sonde
moghen ende willen gunnen, den welcken de saecke heeft
gelieft sulcx te vuegben, dat (naer dien de voorseyde hee->
ren Tempel ende borghemeester lunius, met hennen ver-
▼olghe ende oorloghs-volck ghetreden wt de schepen eo*
de ontrendt Heusden des Woonsdaechs, den sesten dach
van deser tegenwoordigher maent, anno Ixxxi, gearriveeri)
de compaignie vande capitain Alonzo, ghecoomien Egnde
van Hoochstraten , om hem byden anderen hoop te vue«
gen, heeft de selve capitain int trecken ghereocontreert
een cornette Albanoysen, comende van Breda tot scholte
(2) ende convoy vanden heere van PoteUes, de welcke
cornette de voorseyde capitain Alonzo met zgne compu-
gnie heeft afgheworpen, ende tot vgftich toe, soo neder
ghelegt als ghe vangen, ende mede den voorseyden van Po-
telles; de welcke capitain Alonzo, volghende zijnen wech,
heeft insgelQcz ontmoet seker ander convoy van ontrent
veertich ghelijcke Albanoysen, dienende voor geley vanden
gheaeB, dié van Eyndhoven nae Breda vocMrseyt trocken,
die insghelgcx byden vocnrseyden capitain eensdeek toe
seventhien toe zijn gevanghen, eenighe gkeslaghen en. de
reste in vluohte ghestelt, onder de weloke, soo God de
(t) Bewegdieht, beschikt. (9) SehüHê, dekkins.
Digitized
by Google
— 699 —
Heere de sake heeft ghelieft te dirigeren, eenen is bevoo*
den, die eertgts byden vyant is gheweken, die de pro-
voost vanden hove, monsieur Danckaert, Mresende mede
eene vande aenvanghers van dese saecke, was kennende»
die den selve ghevangen over sulcx sonder eenighe ghe-
nade voornamp terstont te hanghene ende met den strop
dreychde schandelijck te executeren, waer deure de voor-
seyden ghevangene, hem bevindende wterlijck benam,
midts den aenstaende perjckel van zijnen lijve, ende wt
het trecken vanden voorseyden staten volcke ende den
wech, die de selve waren nemende, hem ghenoech la-
tende duncken ende voorstaen, dat hennen aenslach ende
aenvanc onder andere mede mocht wesen op de stadt
van Eyndhoven voorseyt, heeft aende vocurseyden pro-
voost Danckart doen aendienen, dat, midts hem versek^
rende van zgnen lijve, hy oock noch eenich goet mid-
del wiste, grootelgcx dienende tot betere effectuatie ende
volvueren vanden voorseyden aenslaghen, deur welcke de
stadt sonder groote moeyte lichtelijck was te becommen,
hebbende ten leste de ghdegentheyt vander plaetsen oock
mede sulcx verthoont, dat de ghene, die de selve ken-
den, bevonden zgn discours ende bewgs redenen te zijne,
ghenoech conforme dintentie ende kennisse, die de voor-
seyden heeren daer af hadden, onderricht en. gewaer-
schout waren. Ende is over sulcx byden voorseyden hee-
ren ende capitainen raet ghencnnen, datmen de stadt al-
daer soude beclimmen ende aendoen, sgnde het voorsey-
de oorlochs-volck, sonder hen des te laten verdrieten,
hoe wel sy den gheheelen dach hadden gemarceert son-
der menckelgcke provisie van provande, ende daer deure
met honger ende moetheydt bevanghen, noch ses groote
mijlen ghetrocken, tot onder de voorseyde stadt van Eynd-^
Digitized by
Google
— 600 —
hoven, al waer sy bet Donderdaechs anachts den seren*
sten deser maent voorseydt, hennen aenslach hebben be*
ginnen te wei*cke te legghen; ende heeft die voors. ge«
vangene, hem quijtende volghende zgne gheloofte, met
twee ofte dry andere daer toe ghelast, ontrent den rm
uren des smorgens, het water vande gracht passerende,
twee oft dry wagen leeren (1), sonder meer, gheplant
aende vesten tusschen het slot en. de stadt, sonder dat
si des zijn ontdect gheweest byde sintenelle (2), midts
den nevel, deur Godts gratie dien morghenstont ghevat
len, hoe wel die voors. sintenelle bemerckeode eenighe
aenroeringhe, riep in Walscher spraken: »Wie is' daer?"
waer deure die voorseyde ghevanghenen ende dandere
heymelijc zgn neder ghedaelt, naer dien sy die plaelse
hadden bekent, ende hebbende aende voors. hceren ver-
claert, dat alle dinghen van ghoede apparentie wacrcn,
zijn binnen een cleyne quartier ures, naer dien de sake
was beraden, met de reste vaqden volcke wederomme
de voors. leeren (1) opgheclommen, hebbende mede mijn
heere den borghemeester lunius onder de eerste hem ins-
ghelijcx verthoont; ende boven ghecomraen wesende, heeft
die voors. sintenelle wederomme gheroepen als boven, de
welcke terstont overweldicht, deupsteken ende ter neder
doot gheworpen, hebben hen terstont boven op de stadt
vesten beghev«i; is binnen middelen tigt deur het selve
rumoer ende beruerte het gheheel garniseen, sterck dry
vendelen, so Walen als Bourgoignoeoen, ende een cor-
nette Albanoisen, op de beenen ende inde wapenen ghe-
commen, die hen dapper hebben te weere ghestelt, waer
dore een groote scharmutse is aenghegaen, wesende de
poorte vander stadt opgeslagen, s^nde ten lesten het voors.
(1) Laren, ladderi. (S) Sintenelle, scntinclle, schildwaclit.
Digitized
by Google
— 601 —
3CaCe volck, deur Gods ghenade, meesters vande stadt
gheworden, weseode den meesteodeel van^e vyant omme
gebrocht ende boven vier oft vijf van de staten volck
niet ghebleven ende seer luttel gequetst, ende oock ter-
stont daer naer vande slote oft casteele, wt dien dat het
garnisoen op het casteel vresende, bevindende ende hoo-
rende, dat binnen der stadt ontcleet (1) was, hen wt den
selven casteel tot assistentie vanden anderen hadden be-
gheven, de welcke occasie byden staten voicke waer ge-
nomen zijode 9 hebben het selve slot terstont met eenen
gheoccupeert ende inne ghenomen, waer Van Godt is te
dancken, die alle dingen alleene regeert ende deur zgne
goedertierenheyt naer de noot&jckheyt in alles volcomme-
]gc voprsiet Daer is onder ander mede ghevanghen^
soomeD segt, Wenzel Tzerclaes, een quaet hoeve. Men
zegt, dat de voors. heeren henne victorie vervolghende,
Helmont met den slote hebben inneghenomen. De voors.
stadt iran Eyndhoven is wel ghefortificeert ende heeft de
vyandt deur middel van dien over de Kempen ende het
plat lant etteljjcke duysenden alle maenden gelicht. Die
de gheleghentheyt vande omligghende steden bekent is,
oft inde caerten bemerckt, die mach oordeelen van wat
importantie de selve plaetse is voor de provincie van
Brabant. Den borgheren van Antwerpen en derf niet
verdrieten, dat mijn heere lunius, hennen borghemeester,
voor eenighe daghen is absent gheweest.
Naer dese goede tijdioghe soe is bij brieven van zijn-
der excellentie mijn heere den prince van Espinoy ver-
condicht en. veradverticht (2), hoe dat bi middel vande
(I) Ontcleet, d. i.: dat het gariiiaoeu biuneu de stad ontwapend was.
(2) Veradverticht, gtadTertcerd.
C. 59.
Digitized
by Google
— 602 —
voors. beere prioce van Espinoy en. zijnen volcke de sladt
en. stercte van sint Gheleyn, na den serensten daghe de*
ser maent September inghenomen is, wesende gbeforceert
de poorte, bet garnisoen daer inne wesoide, overweldicbt
ende om den bals gebrocht: een plaetse van importantie
ende tot grooten voordeel' vande gbemeyne saecken die-
nende. Van desen en bebben wy allen goeden patrioten
en. liefbebbers des Nederlandts niet willen laten te ver-
wetigben (1). Needit den goeden wille in dancke, ende
eick wille bet gbemejn welvaren alle onderstant ende be-
bulp naer zijn macbt betboonen, ende van als (2) den
almacbtigbed Godt loven ende bidden, dat by de saecke
tot onser aller gbemeyne salicbeyt ende des landts roste,
paeys ende vrede gbelieve gbenadicblgck yrt te viiereD.
(l) Uten H vêhtfeii§m, wJmien t# Tfrwitt^BB^ (2) AU, aUct.
Digitized by
Google
irsNE mmum munmi
LI III BI lAltlU VAR 15a ■
Digitized
by Google
fl^ Bit Brief Ditc9un m begdddende blief tta dea bertof ttto Fuim
sljn geregistreerd io een^ oodez ten arehiere der «Ud 'sHerio-
genboech, geteekend litt. C, no. Z6j beTattende oopièo van brie-
ven | plakaten ens. van 'alands booge regering ontvangen en de
antwoorden der etad daarop van 1 580 •« 1506, en wel CdL vm
86 tot fol. vso 88.
In bet Ifederdnitsob lag dit Dtêcour» in 1686 by Jan Sdief-
fer te ^ Hertogenboacb onder desen tifd bet Itcbt:
Cori Vêrkoêl wm mimii Hrv/fè/ycJkm oêiulaék onlames «eorff-
0ekê$rt apte Miadt SkertogmboBck, ende hydm bargurm ende ÜÊf-
MiMMfi PTomêkfck wêdtnium mUê afgewetrt*
Bet werd op nieuw uitgegeven in Dr. Hbua», GeidkMdftini-
dig Modelwerk over Ifoord^Braband, dl. U, bladi. 867—377,
werwaarts wij den leier, ter vergelijking bij eenige nog al duit-
tere plaatsen van dit Franaobe 'Düwurê, mégen verwysoi.
Digitized by
Google
BKIIF DISCOURS D'ONB ItlORABLI KNTRSPRIIISI,
LI lil BB uiifiii l'aü 1985.
Ceulz de PiCdverse partie et rebelllon contre 1'anclüenne
foy catholicque et la maiesté royalle d^paigne et de ces
Pays-bas naturel seigneur et pribce, qu'on nomine les
GuenXy aprez avoir durant certaines années dressë et ma-
chine en vain pinsieurs diverses grandes entreprinses sur
ladicte ville de Bois-le-duc, k laquelle tousjours leur ha
pendu tres principale importance, oot demièremeDt ces
tours passez cuydë tout asseurement et certainement me-
ner k effet et. par accoroplir leur longue prétension tou-
chant la conqueste d'icelle.
A laquelle fin, comme hors 1'ensuyte appert, ayant
estë au conseil des chieffs desdictz Gueux ou eonemts Ie
moyen dn faict présent bien délibérd et puis résolu, et
que Ie conté de Hohenlo en avoit la suprème charge
pour Texécttler, sont esté tiré et ramassé ensemble hors
Digitized
by Google
— 606 —
tontes places de leur meillieares et entrechoisies gens de
guerre iusqnes k la force d'entre trois k qnatre mille a
pied et six on sept bandes k cheval, k tont Ie moins;
laquelle rassemblëe ha esté traictëe et advanchée tant coa-
vertement que dedans la ville on o^en avoit apperceu anl-
enne particnlaritë de nonvelles on brnit, auUrement qne
de constuma
Il est donques advenu an dixneufiesme ionr dn mois
de lanvyer, estant la vigilie de saint Sëbastien, de ceste
annëe 1685, du matin environ les huict henies k Ton-
rertnre des portes de la ville, rentreprinae de rennemy
fust practiquëe k la porte communément nomméé de Tucht
on d'Anvers; car il est k scavoir que au soir precedent
rennemy, en nombre d'^environ cincqnante des plus vail-
lantz, avoit sceu k certain coing propre monter la bar>
rière et y entrer et se cacher et tenir illecq dedans les
deux maisonnettes de la garde sitnëes envers Ie pont-le<-
vie de ladiote: port«, esqnellei de, uw $e tieoneiit les
gardes, et tottte U reste du foi^ce de$ «epneoMz: estoit ae
teiant embusqnëe es plus prochaines opoMuoitez des mai»
sons dëtnolies, bas lieux, rues et tranchëes. bornants Ie
ttrre ou possessioos dehors, ioigoant auprèz ;et k TembiR
la cbausëe de Ia ville.
Ce se trouvant ainsy sans aulcun Ie plus moiodre de»-
couvranent de danger ou arrière souspeoon par dedans
ou dehors, ha esië faicte rouvert«re de ladicte poirte de
Tucht au temps et Theure susdicte (au faict de laqueUe
ouverture, nommëment en la chairge laquelle y avoit
soube sou sermeot h» contrc^ardeur des'balcoas leviz il-
lecq poür au mieux les assèurer certain abue «stoit en-
trevenu) et aprèz que lesdiclz balooil$ eC anssy la herse
Avent tirez et guindez a moat, et puis ladiote porie
Digitized
by Google
— 607 ^
OQverte et h pont leviz abaissé et que ceulx de la garde
marchoient vers Ie dehors, s^est reonemy subiteroeot avecq
grand bruict sailly hors lesdictes maisonoeUes et fiist au*
prèz de Ia garde sur leurs espaules, devantque eureot Ie
pouvoir de repoigner et employer leurs armes, et des£ai~
sans aulcuDS des premiers, sont les autres tournez et re*
culez dedaDS la ville. Et oultre ce certaio trahislre in-
c(MitiDent se maoiiesta et laissa trquver au cestë du susdict
contregardeur des balcons, et lui eagarda et empescha
rexécution de sou office, en sorte que rennèmy est de-
mourë absolut maistre d'icelle porte et cc qu'en dépeod ,
et abbatust iooontiDeot la serrure de ladicte barrière, et
euvoia quant et quant en hault ung sargeant avecq quel-
ques soldartB sur la porte pour garder eo toute seureté les
balcons et herse, illecq Ik oü Ie guéleui de la ville spcH
lié de son argeat et maltraicte, ha esté par eulx boute
en certaiDe tourelte et coing et Ik dedans enserré comme
cuidoieat.
Sur cestuy préparatif la force de Veunemy qui se te-
ooit au dehors s'est iettée devers la ville d'uoe aisl^
vistesse, et premièremoit y est accourrue k pleine car-
rière et entree une grande et force bande de cavallerie
et avecq les soidartz qui avoient gaigne la porte, et ceulx
qui estans en hault sur iceUe, desjk avoient terriblement
deschargé dedans la rue, firent en brief espace reculer
et quitter la première résistance Ik commence': par ce
ayantz k leur volonté gaigné toute la rue, nonimée Ie
Vucbterendyck, iusques k Ia porte intërieure, appellée la
porte de la saincte Groix, comprenaot en sa loogueur
.qualre cent et cioquante pas d'une commune marchure,
et au mesme temps estoient les aultres gens de Tenuemy
aussy puisaaniment marxshez dedans et avoient prins et
Digitized
by Google
— 608 —
oonquiz tous les rampars des deux costez da Tnchteren-
eynd, Ik on estdent bien quioze pièches de la principale
artillerie de la ville.
Ceolx de la ville, selon la possibililé du nombre au-
quel ilz se trouvoient, Ie quel an commeDchemeDt en si
sobite et pregnante accelération et qne plitsienrs persoo-
nes estoient eocoires h peme bien babillées, se ponyoit
fort sobrement ioindi*e ensemble, estdent en toutes ma-
nières tres bardiment monstrans teste, des qnelz anlcuos
avecq bonne pourvoyance on inspiration conrmrent au
coing auprèz la grille et pont derrière Ie monastère des
frères croisez, pour illecq arrester aussy Tennemy et ob-
vier k son ultéri^ure et plus ample conqueste do rem-
part Ik en avant, ainsy qn'il est aussy suocedé. En onltre
la force de Tennemy ba avec telle puissance ponssë en
avant dedans la rne principale, que les résistans, alors
y estans, furent nécessitez de reculer iusques k les mes
dictes de Postel strate et de St George, estant plus de
deux cent pas snsmentionnez passant la susdicte porie de
Ste. Croix vers Ie dedans, et en ce lieu ont entrgeté an
travers de la rue anlcuns chariotz de brasseurs aveoq une
vaiiiante vistesse, et par ce rompu Ie procouirement de
Tennemy k pied et k cbeval, et deschargeans incontineot
asprement sur luy, Pont de rechieff chassë en arrière ius-
ques en oultre Ie pont du Moulin illecq, k moictié cbemin
de vers ladicte porte de Ste. Croix, et aupi-ëz cestui pont
ont ceulx de la ville alors conquiz et tenu ferme pied
allencontrc Tenuemy avec fort grand travail et difficolté-
A tant avoit Ie susdict ennemy aussy occupë la rue
dicte la Berwerstrate, estant une longue et large rue, par
devant ayant sa sortie dedans la rue principale auprèz
ledicl pont du Moulin el par derrière ou verte et avant
Digitized
by Google
— 609 —
ses ouvertures sur les/rampars de la ville, dehors laquelle
renneffly puis aprèz fort difficuUement se pouvoit en chas-
ser, y tenant pied iusques k son extreme environnement
et défaicte; et oultre ce se fist ledict ennemy semblable-
ment niaistre de tout Ie compris des rempars de la ville,
k oommencer du iardyn de la compaignie des ieunes ar-
balestriers iusques k Ia porte de St. lehan, alleocontre
cpioy ceulx de la ville se sont vistement mis en résistance,
au coing auprèz ladicte porte de St. lehan, Ik o& Ten-
nemy avecq deux enseignes desploiées vient comparoistre
et donner trèz dur assault.
Or quand audict ennemy ainsy en trois diverses parts
Ie pied fust presente et tenu, si est ung chascun k Ten*
▼y en tres brief espace^ accourru devers les alarmes et
en abondance accren et s'y ont valereusement entre as-
siste, en toute sorte que la hastivité du péril pouvoit
peraiettre. Monseigneur de Haultepenne estoit droictement
quelques iours au paravant venu dedans la ville, estant
encoires indisposez en sa bonne santé , et comme sa sei-
gnenrie entendist ledict alarme, n^ha guères di£férë de s^
ioindre vistement, du premier seulement avecq son espée,
donnant par ce aussy aux bourgeois tres singulier bon
encouragement, et avecq interval de temps luy furent
amenez Ie corselet et cheval, avecq lesquelz en oultre
s^employast tres lonablement. Donc ont ceulx de la ville
avecq l*ayde de Dieu monstré et usé autant forte résis-
tance et contenance, que lesdicts ennemiz de fois k aultre
furent nécessitez s'effraier grandement en leurs advanches
et en part ie se reculer'et rendre fugitifs en arrière de-
hors la ville, nonobstant que alors ib avoieot^ sans la
cavallerie iusques k deux bandes du moins, encoires bien
sept enseigoes desployées dedans Ie compris du Yuchte-
Digitized
by Google
— 610 —
reneynd et leur meilleure et plus grande force de nukr
dassiers et mus^uetiers , car oa croit qulk ont esté de-
dans bieu largement en nombre de quinze cents. Le
coDte de Hohenloe, le oorounel Yselsteyo et les aultres
chtefs et officiaulx fireut toute extreme diligence par com-
mander et par battre, pour faire leurs geos en leurs cour-
raiges amoindrissans oultrepasser et tenir front: et sur
ces entrefaictes est ledict conté de Hohenloe avecq plus
d'aultres touroé en arrière dehors la ville, soit paU estre
pour faire advancher aultre reste de gens ou que les af-
faires ne leur pleurent guères au myeuz, et ce bien gran-
dement k leur prouffit, car il est ad venu que les susdicts
sergeant et soldartz, auxquelz estoit enchargée la garde
sur la porte de Tucht, sans arrière pensee sur le sub-
mentionné guetteur, soit par tentation de butin, comme
Ton veult dire, ou pour aultre occasion, sont desceoduz
en bas, ce que celluy de la ville appercevant, eult le
scavoir de dextrëment sortir hors sadicte encloissure et
puis aprëz de fermer et s^asseurer de Thuys de la mon-
tée, et ainsy laschée et faire tomber les balcons et la
herse illecq avec ung grand esbahissemént et fraieur de
Tennemy, de tant plus pour ce que aultrement aussy il
estoit dédans le poiuct de retraicte.
Ceulx de la ville estoient cependant, saus toutesfois re*
cepvoir aulcune cognoissance de la cheute desdicts bal-
cons, de plus en plus fortement et valeureusement escar-
raouchanSf et sur tout tres horriblement en la rue prio-
cipalle auprëz ledict poot du MouUo, non pas toutesfois
avecq beaucoup motodre danger et vaillantise tant der-
riere le susdict monastère des frères croisez que tres sin-
guliërement auprëz la porte de St. lehan, de quel costë
Ia cavallerie soubz le seigneur de Uelmont, lequel non
Digitized
by Google
- «11 —
olisUiit qu'ü fiist i^ors malade, se laissa semblablemeot
trottTer valer^u^xnent,. estaot forte dedans Ia ville k peine
3i la WAÜé deln.lMiDde, doBBa grande aasisteoce» comme
fiat aow;. k toute nltérieure povrsuyte du repoussemeot
do r«i&eBiy, et (emblablement par lout avecq uog com-
miia TalerêUx eouraige pousaans et se iectaos aur ledict
enneaiy, .noo obslatkt que en celle coniiuicture encoires il
deschargea entre lei boiu^üois certaine pièche d'aftillerie,
Tool en partie défiiiot et en partie faibt choiatr et pren-
dre Ie sauU .fiardessiid les ramparls dedaas fossez de la
yü\e$ par lesqneb, k oaose d^afücnns ses lieux guéables»
avecq plitsieurs eentaines est eschappë et aultretoent y
dedans noyé et demouré en tres grande multitnde, avec
bien ^and changement de leur costë, lesquels première-
ment avoient esté criants: »Victoire, viile gaigné, ne lais-
sez vivre nnlluy, n^espargnez ny femme ny enfant."^
• Dont tbut considëréy doibt on entta'ement confesser que
la grace et Tayde de Dien tont puissant en toutes ma-
nières tres miraculeusement ha oeuvre pour Ie costé de
la ville, leur ayant [donné] (t) et dirigë telle vaillantise
et force, laquelle au plus périlleux danga: s'en a peu
tenir contre toute la grande ains malheureuse puissance
de Tennemy en contrepoix, quand ce ne fust, sans cecy
encoires, que tant seulement depuis la cheute des susdic-
tes balcons ' leviz Tennemy en fort brief espace fust sur*
yaincu, lequel en si grand nombre estoit occupant un si
fort compris et contour de la viUe, lequel soy mesmes
assez en ibrme d^g chasteau se desseigne, y ayant plus
que assez de moyen pour si longuement escarmoucher
qu^oB eusse pen faire ouverture d'une porte fermëe, au
(1) Xjc mtiTiuscrit présente en eet cndroit une lacune que nous nronn
reniplic par Ie moi 'damnè, liaprcs Ie texte holUrNlaM.
Digitized
by Google
— 612 —
cas quUk eussent eu envie d^y reniordre de rechief avec
leur pleïne puissance et que oeulx de la vUIe ne leur
eussent ainssy aliëné et renferme Ie couraige; mais ajans
encoires par coupemens et brisemens k trarers la susdicte
herse reoouvert k leur advantage de recliieflf certaine oo-
▼erture, ont advanché et faict a?eoq ce semblable proo-
fity comme les aultres firent par les fossez de la vitte.
On ba conquiz dedans la rille environ ?ing rondasses
ennemyes et grande abondance de mosquettes» d*aaltrea
barquebouses et de toates sortes de corseletz et annnres
a?ecq bien notable grand nombre de bons cheraolx, et
si on ba trouvé que du costë de Tennemy assee ooltre
cent et soixante, y comprins oertain petit nombre de pri-
sonniers qui bien tost aprèz y furent quant et quant an»-
sy dépecbez. Dedans ladicte ville ont estë tuez et mis
k mort, entre lesquelz furent nng Tmxes, frère du apo»-
tat acchevesque de Couloigne, item Ie bastard de Nassau
OU filz natui'el du prince dt)range, selon toute prësnmp-
tion, et oultre ce plusieiu^ divers capitaiuesi Heutenans,
enseigoes et aultres officiaulz et gentilz bommes, toos les-
quelz iacoit que soyent aussy de singulier renom et es-
time, pour cause ne se mettent icy par noms, pardessus
lesquelz aulcuns d'importance encoires devennent prison-
niers, et de semblable estoflfe sont les noyez «ussy nota-
blement estë accompaignez, desquelz beaucoup oultre la
centaine ont estë tirë dehors, retenans encoires pour les
poissoDs ung bon nombre, guères trouvabies es profon-
ditez et abismes de Teaue illecq. Oultre ce peuk Ten-
nemy mesme scavoir en queile belle (aitpn de garetnre
et compaignie de mortz et blessez tant k cbariot que anl*
trement il s^est retirë par Ie cbemin de recbieff en ar-
rière vers Ie logiz, 'quoy concernant Ie bruict assez am-
Digitized
by Google
— 613 —
plemait en Yole et apporte nouvelles de plusieurs cen-
taioes.
Ceiik de la ville n'ont'pea faillir de soufirir aussy de»-
ploraUe dommage en ung si dur escot et combat ayant
daré iusqoes anx onze heures devant midi, et doibvent
avoir la patience et se consoler avecq Ie nombre de sis
vingtz bonnement» tant mortz que blessez, desquelz les
deux tiercé parts k peine restent encoires en vie et selon
qu^on espère curables. Sur ce scit repos anx trespassez,
paix et tranqnillité aux vivans et louange an bon Dieu
omnqiotent.
lONSKIftllBVIt,
Nons avons estimë convenir d'adviser et informer V'*
Al** plns particuliërement et au vray de ce que demiè-
rement est advenu en TentrepriDse que Tennemy avoit at-
tente sur ceste ville, auqud effect servira )e petit dis-
cours qu'envoyons cy ioignant encloz , ce que pareille-
ment pourra faire cesser et quicter la place k tous aul-
tres rapports k ce non conformes qui quelquesfois se pour-
roient advancber et procéder par affections, et nous rap-
portons mesmement k monseigneur de Ebultepenne sur la
vërité dudict discours ou bistoire, puis que sa S'** en
peult tesmoigner de veue et d'actuelle coëzpérience, et
que de cecy ba eu aussy préallable communication. Oul-
tre ce est mort prisonnier ung Abraham van Lyndenauw
[?], ung» gentilhomme principal auprëz du conté de Ho-
Digitized
by Google
— 614 —
henio, de ses blessures; ung aultre Martin Sidenhergcr,
lieutenaDt de la compaignie du conté Guillaume de Nu-
son, se trouve fort Messé; item nn Escossois, liettteoantde
la compaignie de cavalierie du coAte de Hohenlo, ha nut
bteBsnre en la. te^e; item Pierre de Voisin, lietttennt cf-
pitaine de la compaignie dn prinoe d'Espinoy, tont saiii,
entre les morts est encoire recognu; uu certain Kioske,
maistre d*hostel dndict conté. Et combien que plnsienn
personnaiges d'estime et d'estat de la goerre encoires y
soyent demourez, si est ce que Ie subit desponilleBieDt et
la condicion des blessures aux morts ha obscurchy tt ezih
pesché leur recognoissances : Ton tient assez fermément
que monsieur De Cordes, Escossois, capitaine d\iDe com-
paignie de lances, en soit aussj du nombre. Nous re- .
merchions tres humblement V. Al"* de la favorable lou-
ange qu'elle est donuant aux bom^eois de la ville par sa
dernière lettre du 22* du mois passé (1) et avons aussy
(1) Gom le|tr« esl ainfi ooQfue:
ALEXAPIDRE , Paiiici de PA&n it de Plaibabce,
UEUTESAWT COÜVERNEÜE IT CAPirAlHB otólAl.
Tié» TÜktn et bien «mei, IVoos «toos . par ie «oatum. é» toi M<f^
tmplement eoten^u Ie danger auquel voos \oos e^tes- troaYex ii U sm-
prinse de la TÜle , dont on ne peult assez merc^er Bieu de la (pnsoe qaii
nous ba faict en Tons piëserT&nt presque miracüleuseiiient d*inig ioooo-
véütni an^oal Toas müm tombez , m éonbtaHit qm tm» «e loT **
«yei, dea^ rendu lea 0nic«8 condii^es k un si gnod b^finefifiOf dooi U b>
usé en ^ostre endroict j voas reineicbiant cependani tous en géoértl et
particulier da bon debvoir qne tous aves rendn, dont ne poores meriffr
f«e beanoovp dé kmet^sw, t€U« que neus la voos doii«>m, ne pau*»^
oéanlmoitf troHTW qpe mauTaia Ie nnneMapf. tl pen de tonlcy qu^ T
ha k la gardft de la yille , attondu que ap^aramment pe sera esté Ie ^^
eipal poinct surquoy Fennemy ba basty Ie fundement de oeste miT^"
ptiflse. Or pa&g que ^«ui toyei pai> Ie êuóbëê ^TvMBj de comWet ï
Digitized by
Google
— 616 —
rendtt h Diea> Ie Créatear, les graces condignes en la
plus grande et devote solemnité qnli ha estë possible,
pour Ie tres grand benefice dont il ha usé en notre en-
droict; et concernant Tadmoniticm pour doresoavant estre
continuellement sur noz tres soigneuses gardes, se pourra
asseurer Y. A. que y entretiendrons tel ordre, diligence
et valerosité, que rennemy ne pourra trourer facillement
sur quoy bastir quelques siens desseings.
Toutesfois puls que recepvons grandz advertissemens
qu'il ne cessera de prëtendre tont possible vengeance,
vouldrions prier V" Al" qu^elle fusse servie de nous
faire avoir ichy k la main et auprèz de nous toute la
compaignie de la cavallerie sous Ie S' de Hebnont, k fin
de tant plus estre pourveuz contre tous inconvëniens.
▼ons importe l^estre contmnellement sur tos gardes, nous Toulons es-
pérer aussy que d^icy en avant tous aurez Toeil ouvert comme il advient ,
4 Ge que ne tombiez plus en telz ou aultres semblables dangers, vous
priant par iant d*y Touloir aToir Ie regard conTenable et remercbier de
nostre part tous les bourgeois et aultres que tous avez remarqué S'estre
comportes bien et Talereusement en ce faict, selon que plus particuliö-
rement nous en escriTons au Sr de Haultepenne. A tant, tres obers et
bien aimei, nostre Seigneur tous aSt en sa garde. De BzTaB, Ie xzij*
lanvier 168ff. Souisigné: ALEXANDRE. Plus bas signé: Gamih. Su-
perseribi: A nos tres obers et bien ames, les Kagutrat et Conseil de la
Tille de Bois-le-duc etc.
Reesptas ulHma lanuarii 1685,
per manus locum tenentis damini ds
J/êhumt.
Colhmné ei trouvé eoneorder de mot d auUre
aveeq Voriginale lettre de sen AltSMe, par moy
notatre puhlic,
P. HUiB. (t)
(t) Dn aiAat aMaunrit ^^ U,
Digitized
by Google
— «16 —
NoDseigDeur, k tant prioos Ie Crëateury d'octroyer a
y** Al** raccomplissement de ses tres haultz et tres yer-
tueux dësirs et eDtreprinseSy nons recommeDdans tres hum"
blemest aux bonnes graces dlcelle. De Bois*u-dik;, ce
sixiesme de Febvrier Tan 1585.
De V Al"
Tres humbles et tres obëissans,
I.B0 MAUMBTWUkT ET €«II«B1I* MB MJL WUJÊM
mm B«M-iiB*»vc.
Superscriptioii :
A soa Altese.
Digitized by
Google
■f
yt^
s.m»«iv&mB
BETREKH^lJk
>
DE STAD EN HEUERU
's Hertogenboseh.
Uitgegeven door het
PHOTiaciAAX GEMOOTSCBAP TAll KUNSTBN W WBTEKSGHAIPKll
IR KOOaD-BEABAHl).
Derde Stak.
SIIERTOGENBOSCH.
P. STOKVIi
1848.
^ .DigitizedbyLjOOQlC
Digitized
by Google
Het gunstig anlhaal, dal aan de twee eerste stukken
der Verzameling van Kronyken en Oorkonden betrekke*
lijk de Stad en Beijerij van ^s Hertogenbosch t^ mogen Ie
beurt vallen, fjee/t Bestuurders van het Provinciaal Genoot-
schap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Braband be-
wogen ^ om daarmede voort te gaan, en zij bieden hunne me-
deleden het derde stuk daarvan aan, waarmede het eerste
deel gesloten is. Al gaande weg is na een.naauwgezet on-
derzoek gebleken^ dat het cader^ waarin de Kronyken en
ObrkoDden betrekkelijk de Stad en Meijerij van 's Herto-
genbosch 6y den aanvang waren aangelegd, op eene te kleine
schaal Lerekend was geworden, en dat deze collectie wel vjjf
decleny aan het eerute ongeveer gelijk, zal bevatten,
Intusschen heeft men gemeend — zoo ter bevordering
der verscheidenheid, als om een bewijs ie geven, dat alle
landstreken, waaruit de provincie Nonrd-Braband bestaat,
dezelfde belangstelling aan het Bestuur inboezemen — de
kronyken, charUrs en oorkonden rakende de Stad en Meyerij
van '^s Hertogenbosch lijdelijk te moeten laten rusten, ten einde
de charters en bescheiden van een ander gedeelte van dit ge-
west uit $e geven.
Eene geschikte gelegenheid bood zich aan, om de stad
en het land van Ravestein ter bewerking te kiezen. De hee-
ren A. TAK HOOGSTRATEN, kapellaan te Uden, en M. tan
OEN Bogaard, rector der Lalijnsche scholen te Ravesteiw,
hadden zich met den heere bibliothecaris in, aanraking ge-
Digitized
:edby Google
sUld, om de charters e^i bescheiden wegens deze vroeger sot-
vereine heerlijkheid te verzamclefij en voor de drukpers in
gereedheid te brengen. Zoodra Bestuurders inzage genomen
hadden der voorloopige werkzaamheden ^ eti mei de belang-
rijkheid dier stukken bfkend werden^ besloten zij, om die op
te nemef^ in de genootschappeiijke VerzameliDg van Kro-
nyken en OorkoDden betrekkelijk Noord -Brabaod, en
magtigde defi heere Dr. lisRlfANS, om^ in vereeniging met
voormelde hoeren y de uitgave daarvan ts bewerkstelligen.
Jlet Bestuur verlangt y dat insgelijks letterlievende man-
nen uit andere landstreken van dit gewest zich daartoe mo-
gen opdoen j als wanneer met hunne geschiedkundige besthet-
den op dezelfde wijze zal worden gehandeld. Üe boekerij ran
het Genootschap is wel reeds zeer rijk aan bronnen en bouw-
stoffen ^ doch wil men 'dezelve naar eisch uitgeven en verkla-
ren y wil men op eenige volledigheid aanspraak maken, dan
behooren de inwoners zelf mede handen aan het werk ie slaan
en den arbeid^ dien het üestuur op zich necMt, door hunne
meerdere bekendheid met de plaats hunner geboorte , ie trr-
ligten. Alzoo zal aan het genootschappelijk doel hei best
worden beantwoord, namelijk bevorderlijk te zijn reglsireeks \
aan de wetenschappelijke y en alzoo middellijk aan de sloffe- \
lijke belangefi van Noord- Braband.
'SIIERTOGEIIBOSCH, 13 April 1848.
NAMENS HET BESTUUR,
D£ SECRETARIS,
Mi. VAN COOTH.
Digitized
by Google
GRDNDTLIGHE ERCLARVIÜG,
Wai8 HU DEM
mmMM ANUip m mm
DKS
GRAVEN VON HOHENLO
IH -
EINER AÜSS DEN VIER HAUPT STEDEN VON BRABANDT,
OND WAS 8ICH Illl WKNIO
DABVOB, nr CND NAGHOIWIILUN VBRIJUJITIH ONND ÜWITRAGn.
SAIFT
EDIIR fiDETHBRTZIQBlIl M HTLinUGEN. UUHNUUlfi
"ah AlU, Sifi 80 ROCK VRTZB BIM
pn NMorittiidiMifai I
UT SBiBART Y0NI C^AHHBN ni aAiiiEiioABTRN gasseh.
M.D.LXXXV.
Digitized
by Google
PII6NA PATRIOTARUI.
Pars porleniote pietatït pbana propbaoant,
Pan punire patres poscunt popalando poleotes:
Praeüa portondiMil per prifilegia prisoa«
Perdere praelatos praesumit prava propago:
PesUferus passim perjuria plnra patraodo,
PiertUftdet populo patriotamdi pietatem :
Proponit plebi peccalum perniciosum,
Projiciens procerum per prudentissima pacta:
Papae pro pedibus praecepiuB prostitaendo.
Passim prisoomm pietas pro peste pnlatiir:
Perfidiae populo, prob, perdita pectora plena.
Pagoando potait prinoeps pestumdare patres:
Pergunt plebicolae praefectos pnedpitare,
Plectendi poeois, pariler priooeps popnlosque.
Digitized
by Google
-^
Es khan eip Jeglicjiier leiclitlich anmerckben, gunstiger
Leser, 4er eio y/emg in Historiën erfahren, dass alle Un-
dsrtbanen, so ihr natüi>liche Oberkhait aufij^eben nnnd sich
an' frembde Heubfer scblagen, eben von den^elbigen Heub-
tera beschadigt und ander die Foess gebrac^ht wa^en,
anff dass sie also, durch sondere Schickung Gottes, die
Frembden verUss^ und sicb wider under ibre gebner-
liefae Herrn begeben miiessen. Die von Antorff haben zu-
vor soicbes mit dem Hertzogen von Üenzon, jetz aber
die von. Hertzogenboscb mit dem Gratfen von Hobeh,
obristed Velihaubtman der Niderlendisehen Steode, mt
denen sie es zavor gebalten, nit obne ihren grossen Sefas-
den, Nacbtfaeyl and Geyerlickhaii, nnr mehr als zuviel
versuecbt. Wil alier.van denen yqh Antorfi mid ihvM
Aleazooio j^ gescb weigen, diey^eyl solches Jederman m^
vor wol bewust « wie er mitAbneo umbgangett*
Yetz aber wil icb aliain gUubwierdtge Erclarting timen,
win die von Herizogenbosoh mtt dem Graven von' IMien-
Ipe gefahren seindt, und den, Handel in khntz eio Mf^
wg von An£amg erzeblen., jaemblidb, das sich gefneller
Grafi im Junio nefiverschinen mit eioer m^ichtigch AtozaUi
ftejtev und Kneohteo vor ZulpbA gofundeHi derSbtnuBc
Digitized
by Google
— 620 —
dieselbig Stat auss des Königs von Hispanien HttDden zq-
reyssen und wider ander die Statten oder den Königs wi-
derspennige StKnde zubringen, me ime aber solches ge-
fkhlet und er init seinen Leuten abziehn hat mussen, anch
ein zeytiang im Jnlio damach in der Telua sich aoffge-
balten. Ist mitler zeit der Printz von Dranien zn Delffl
in HoIIandt erschossen worden, an welchem gemelte StKn-
de all ihren Trtlst, Hoffnung unnd Znversicht verloren,
also dass, Vie die zu Antorff gesehen, sich den 13 An^
gusti Tennonde, den 6 Septembris YUforde, den 17 des-
selben Monats Gendt, item Tpren, Bkuge tmd andere Stett
sich dem Printzen von Parma von ^s Königs wegen ei^
ben, und dass solcher Printz im October darnach inen die
Schelde dass Wasser zuschliessen und sie dardurch znbe-
zwingen vorhabens: wie er dan mit Tilforden, sonderlich
denen von Brussel, den Pass verlegt, auch darnach denen
▼on Antorff den 13 Novembris geschriben und den 23
desselben Monats von inen kein Antwort empfangen, die
der ReconcilifLtion mit ihrem Ktoig gemess, wie er wol
verhofil batte, sie sich selbst und die von Brussel damit
zuversehen und zuversichern, den Graven von Holach zn
Werck geslelt.
Zuentbieten ihme die von Antorff derhalben, er solte
mit seinem underhabenden Eriegssvolck stracks aufi An-
XQuff zu rucken, unnd volgendts denen von Brussel, ihren
Bundtsgenossen, so grosse Nott litten und Mangel an Pro-
fiandt betten, mit allerley Notturfil und gewerter Handt
zuhilff kommen, welches er gleichwoi gethan: wie er aber
mit 800 Pferdten und einer grossen Anzahl Fuessvolcb
und Wilgen sich statlich von Antorff au£Fgemacht, haben
in alsbalt die Könischen dermassen angetrc^en, dass er
den 26 Deoembris, dass ist an Sanct Steffenstag, 150 Ren-
Digitized
by Google
— 621 —
ter todt, imder Wegen bey Gortwyok» u&d 250 lebendig
lassen, sich anch, mit Tarlierung viler der seinigen, in
Antorff die Statt flehenlich begeben bat maessen, mit gros-
ser Betruebnuss annd Laydwesen deren 7on Brussel, darza
aodi mit Terweysuog deren ?on Antorff dem Graven ge-
tban, dass er der Sachen so ubel aussgewartet ; za wel-
ches Scbadens Widerbringnng und damit er bey den Sten-
den and sonst sein Ehr widerumb erholet, bat sicb ge-
dacbter Grafi* bedeckter Weyss, umb die Statt Hertzogen-
bosch anzunemen, undeistanden, und dieselbig* nit weni*
ger als Alenionins die Stat von Antorff*, in Schaden und
Last gekacht, wie Tblgt
lm ersten bat er sich am Freytag den 18 Tag dises
Monats January 1585 zu bemelter Stat genahet unnd ihr
18 Waghidsen Bevelch geben, sie sollen den andem Tag
darnach za morgens, dass ist den 19 January in der Frue,
w^ls neblich und danckel, uber die eussérst Porten klim*
men und sich alsbaldt in dass Wachthauss, so zwischen
derselben und der innern Porten gestanden, begeben, die
Yorwacht ermörden, sich dar in enthaUen bis die Inner-
wacht aoss keme. Alsdan solten sie herauss springendt
dieselben in der Dnnckel auch todt schlagen, und an ihren
Platz, éhre man in der Statt aufi* wdir, sich der Yuecbt-
porten gewaltig machen, wdches sie gethan, und ir drey
darnach aaff den Thum gelauffen, den Schossgatern zu-
▼erwahren.
Nicht desto weniger aber haben sie einem Burger, der*
die Schiltwacht hielt, etlich^ Stich in Leib geben unnd
fflr todt bey den Schossgattern ligen lassen, biss 6 Fendel
Knecht nnd des von HoUchs 100 Reutter selbst dnrch
die Porten in S. Johans Strassen, dem Marckt zugedron-
gen und auff Frantzdsisch und Teutsch gerueflfen: y>La
Digitized
by Google
— 6S2 —
piltê gaigni! Hit Stat ist io!'' Sokhes haben die gcnel-
ten drey bey dem Schossgatern gekoret «ad skh alsbtUt
vom Thufm auch ans Ranben gemacht» rnt die Aodem.
- Mitler weyl kombt der so die Stich empfaogeo , darck soli-
dere SchickuDg Gottes, zu sich selbst und iMst den SchoBi-
^attera nider, dass also die ubrigea Halachisches Beol-
ter, deren noch 6 Geschwader waren , anch die 3500.
Fuessknecht, so stracks der Scadt za drongen, nit da*
kunten kommen, nveyl uch aonderiioh dcif Corporal mit
den 20 Ton dem CJonvoy oder Gelayt, die al» die Biu^
ger, bey ihren Wtlgen sich geftandeti and dapffem G^
geostandt gethan habeo, denen so die Stat eiageiiomiiai
zuhaben vermeinten, nebeo den Bnrgern, die solcheo Tleiss
gethan, dass die Febdt gezwnngen seiiidt werden, edicke
uber die Maur in die Wasser Gtëbci» zu&Ueny eüAt aafi
'dem Platz zubleyben, dan der Sckarmatzeli von 8 Dkr
bis aüff 11, gantzen 9 Stwnd geweiet, «ibobe «bcr sitk
gefiingen zugeben.
Goit der Allmechtig bat den firemmen Gatholisohai ge-
treilen Bnrgern gleichwol gnedigen Sieg «erliehe»rfWMh
ikrer aber 30 an der Stat todi gebiibea nsd M schwet*
lich verwundt, also dass ihres Leben» klaine Halbaag
gewest. Auss den Feinden nad Holachischen sefaidt iier
in der Stat gebliben ober 263, under wekhea die iw^
ledigen S(dine des Printzen von Oranien und Oaaimiri» ia
Haubtman von Ostende, item der von Hemert unnd Iwck;
'etlich wollen auch von den voo Isselslein unad vileo ta-
dern Heubtern vund vom Adel sagen, sonderlick von d»
abgesetzten Irtzbtscboff» von CöUo, Tmchsess Bnidsr. Ibr
80 seindt auss den Statt Grttben gefiacht wonko, 31 f^
fangen, auss wekhen hrer 26 den Sontag daniadik, difli
ist den 20 January, gehangen, uiuld edick noch bey» Le-
Digitized
by Google
— 628 —
ben erhalttD worden » die groue Ranson oder Somma Gek»
umb sich snerklseDy aabieten.
Sft ist auch grosse Vermuettaog, der Graff von Holacb
sey aelbst geblieben, ersllich: wejl er gewappent angert^
vso f damach: weyl sein Leibpferdt in der Seat geftinden
vatd daselbst vom Herm von Hielmont nmb 100 Taller
gdiauft worden I uod z«m dritten: weyl anch seyn Leib-
knecht auss dem Wasser under andern gefischt nünd ge»
fiinden isc worden; mag etwo an dem Grond oder sonst
rerborgen ügendt bllbcna sein. Schlieslich war «nch eb
Itompeter bak damach in die Stat Rertxogenbosoh kom^
men, nach dem Gi^ven unnd andern vom Adel eofragen,
weiches nit geicheben war, da er under den anssgeschlo»-
eenen Renttena imd Eaechten, mehr als nnder denen bo
in die Smi komaaan sciadt, gewesen. Dem sey aber wie
ime wcUe> der €raff tob flbknb bat so wenig Ebr wi-
der 4ib ton HeUiNigeBboach » ab der Hertsog von Alan-
ëM Wlder die i^ün Intx^ erlangt. Weyl dab d^ Ahn-
^Mi, den der iPvillli rott Onmien in Brabandt bat lassai
kommen 9 todt» anch der Printz, den der Graff tob &o-
lach» als man ihme den ersten Schuss zu Antorff durch
den Backhen geben, dass er nit gefallen, gehalten ^ auch
todt Ware kein Wunder, wann gleich diser Graff, wie
man sagt» mit indocas gangen.
Reconcilieren oder sich versuenen mit ibrem natürlichen
Herm, dem Eönig von Hispanien, bat vor funff Jaren die
zwey Lündor Arthois und Henegaw fiirs beste angesehen,
nnd under andern viel Stette^ als Gendt, Bmge unnd
jetst Brnssel, ja anch Antorff selbst dasselbig darfur ge-
halten, wan allein der Magistrat unnd ihr Aldagon, dass
ist Gott der Fhilisteer, dass guet Furnehmen nit verbin-
derten. Zwar dem Kiinig stebet jederzeit sein Handt, Gnad
Digitized
by Google
— 624 —
zueizeigeni offen. Der PrinlB vod Parma kat diesdbig de-
nen van Antorff mehr dan aonial aogeboten, die mfigai
nvn hinforo seben, daas sie die Zeit ilirer Heimsiichvng
betrpchteD» damit nit wie yorzeïten es inen ab den Jü-
den luhauss komme. Die Ketten an der Schelde werdea
ge8perrt;.die lesten Brieff des Printzen von Panna seiodt
an die von Antorff scfaün geschrieben; den Frantcosen, wie
die Erfahmng mitbringt, ist nit aller dings znvertrawen;
die Ton HoUandt und Zeelandt werden mit der Z»t vil-
leicht ibr Gnad bqr detn Ettnig'aacb erlangen» and ist
.mitnichte znzweiffeln, alle werden letzlich ihrem Herm
bdokcmimen. Die» so die Cbad ansascUageny tibel anfidi-
ren; die aber so des Eönigs angebotne Güte und Milde
annéhmen, nit weniger als obgemdte Stet nnd LHnder der
Gnaden fthig sein und derselben genieasen. Dartm wüUe
innen der allmechtige Gott belffen und ein jeder frommer
Chrbten Mensch raten und hertzlicbe Eigerang thuoi, auÜ
dass je ein mal dem verdriesslicheny aucb an Leib und
Seel schedlichen Khreigswesen und Unrath endtUch ab-
geholffen werde.
ff^ Dese GrvndtUDhê Erclarung is affednikt niir het eenif be-
kende eiemplaAr (gedrukt in 4». en groot 7 ongepag. Madi.),
hetgeen Toorkomt in de BtbüoÜiêca Duncama ter kooinkigi»
hodierij te *• GrtTenhage. •
Digitized by
Google
ODB TRIOMPHAUS
Clfll SILflIDDCEMIl,
ATITHORE
i^Brctrao uü^'u^e^euie'r.
PaaL ISO.
Omnifl spiritus laudet Bominum.
SILTABDUfilS,
SUB BIBUIS, APVD lOAlUVU A TURNHOUT.
M« m. I.»L1LVI1I«
Digitized
by Google
Digitized by
Google
DOMINO GÜILIELMO A LAËRHOVEN,
ATOO SILTAHDUGD GATUBBAIIS EGCtlSlAl PUSBTTEIO,
IK CAPELLA BACK (1) BtNEnCIATO HABBBOrTABIO,
Cum OHHO n^\ tempore saneitie QuadragêHmae, qmo, net-
eio, tpiritUf aUiqah^y Sil^amducUy iter in Galhbrabaniiam
kmbens, venisêÊmy venerabiliê Domme, iilnque eauêam eueeepH
itinerU aperuissem, êiaiim, fua ee humaniiaiey mihi coniune-
luê adeo ease coepisH, ut iua omnia, quod proprium est afni-
corum, mea eêse faceres. Nihil enim in manu tua esinde fuit^
quo mihi peregrinOy è suis expulso^ omniumque egeno, non
succurrendum esse puiares.
Quin cum forie foriuna eura animarum apud D. Petri
aedem actu vacarei, et me ad eam ^reverendus D. Dominus
Egidius Grooiius, Boemelensis decanus, qui eo tempore apud
(1) Saeellum genii» Back hodie inservit cMlodis êcclênae habiiatü^
ni. — H.
Digitized
by Google
— 628 —
Süvam esulabai, iünere, quod fmiê omma plena perieuUê
eêsent, diuuaao, venerando capitulo nosiro commendaiiÊm, qvod
mê a pluêculiê annii novisêei, êfuderei, fu impiger ad humt-
igendwm negoHum intercesêor ib<u.
Sed ei foriê, ui fit, conficiundo negoHo, me pasiea oocu"
patOf êerviUum eiusdem curae meae UHo irimeetri eponie om-
pUsua, fideliier ei gratis êupplevUii,
Nam obêidione, qua iunc miles Germanus escludebatur, ego
praepediius, reverti paratus, Silvam intrare nou poterom, ita
quod neeessiiaie coactus in fFerdaeam accitus, capellani ofj^
cium suscepenm, donec è Moto capitulo nosiro inde revocaius,
obsidione soluta, rediius mihi ineoiumis in Silvam forei.
Ubi iu non segnis hospes meus, domum, mensam, omnem^
que chariaceam supellectilem, quae tibi non vulgaris est, nof»
' tris studiis aecomodasH. Sed et interim amicus nequaquam
esse desiisHf eumulos cumelis benefidorum iuorum adjioimUf
ui non immerito, eius, si qua sahts e» meis laboribus Silvae
accessiiy pars magna haberi poseis, ei debeas,
Quae cum iia siniy Dii me^ vereor, perdereni, nisi aliquo
signo promuun animi mei erga ie, tantum benefaetorem meum,
gratitudinem iesiaiam facerem. Nam, ui Hesiodus aii, ingra-
ium oderuni Diique haminesque pirum.
Ei quia iribulationum mearum, quae mihi plurimae in Silva
Ducali acciderunty firatemo animo particeps saepe fuisii, ute,
aequum esse dusi, gaudii quoque mei ie socium habere. Quod
tamen nuUum aliud est, quam Ode iriumphalis Civium Sii^
vaeducensium; ium eiiam fuga eorum, qui hacienus perseeuii
Digitized
by Google
-^ 629 —
«iffil «brtom Dommi, eo$ proêcqme, qtiilmê e» ofjicio veriUh
tü ineumbit onnfinHaHo, Cathölicae reh'gianiê per verbum oê-
êerüo defeneioque.
Ne ergo benefacia fua male locaia erga me esietmare poë-
sis, (nnice frater, ac proinde benefacia cum Ennto matefada
interpretari, oden viciortae, fugamque inimicorum Sihae Du-
cis cum eis f quae sequuniur, Hbi dicaias esse unioe volui,
nihil diffidens, quin, licei parui laboris sini istae, grafum
futurum sit, memoriam beneficiorum in me iuorum, menti
nostrae adhuc haerere, et vivere. Precor itaque, ut dsgne
suscipias, ac laetabundo affectu id nobiscum agas, quod, so-
lent in Domino recie triumpKantes. Fale, et me^ ut facisj
ampliusl^ama.
€lBmAmnWJS BHWJBMOBMéABH
tui semper amaniüsimuê.
Digitized
by Google
LICTOIL
Pêallenie regio propketa bênevole lecitMr: Laetabitur iiuUu
eum viderii vindictam (Psal. 57) j et filio ipsius paciflco Salo-
mone dicenie: In perditione impiorum erit laudatio (Cap. 11}:
quod Mcilicet .homine$ pestilentes, uii idem dicit, diêêipeni ei-
vitalem, turn maxime, cum sumserint principatum (Cap. 27):
bUuphemi auttm aectarii id sua Antichristiana impietate se-
dulo agani, propter quod nemo non, qui Chriatianae religioni
addictuê est, de interitu eorum hetatur, ei gratioê agit Deo:
oden hanc triumphalem, nonnullaque alia huc fadentia, in
honorem civium Silvaeducensium , quorum docta manuê bello
Calvini lusuriane lolium in medio agri sui succidit, ecripsi,
non quod velim, aut optem malevolis istis perditionem suam,
êed quod praeteneione esiremorum malorum, in quae eerfo
eortiue inewrrwnty territos, ad meliorem mentem'reductum tri
magis cvpiam (Psal. 138, I. Ioh. 6).
Siquidem Dei inimieoe diligere non iubemur, eed odio km-
bere perfecio, quemadmodum David res idipeum ineinuai di-
cenê: Nonno qui oderumi te, domino, odoram, et euper inimi-
Digitized by
Google
— 631 —
eoê iuoê iabescebmn; perfecio odio oderam illoê, êi inimim
facit êuni mihi (1).
Hoc rero odium non orat pro peccaio ad mortemy quale eêi
cmniê bloêphemia êpirituSf ea spe reminioniê, anie veram
cordiê converiionem, qua perfecia chariias orat pro peccaio
non ad moriem, eed opiai erraniium viae sepirie epinie ei Iri-
buUe vexationumf quo ulteriue esorbiiare iaedeai, ei ad me-
liarem frugem eibi redeundum eeee cogiieni, inque iuiieeimum
deêeriae matria euae eooleeiae emum eeee recipiani, ne, quod
horrendum eeee apoeiolue praedicai, in manue Dei viveniie
mieeri incidani.
Hoc igiiur odio perfeeio, ei quid eUiciiue in hiece, ei in
aliie meie lucubraiionibue in superbe erroneoe dicere videar,
cum Davide pastore regio id me dicere, intelligae, peto, Uc*
tor amice ^ et vale.
(1) P9rfêctum odium perfeeta ohatitoê ui es parte dxUeti non diH»
genus, Diligmiis inqMam non ad id quod pst is qui obstinate srrat, êsd
ad id quod non est oio. Dso missrsnts osso potost.
Digitized
by Google
ODB TRIDIPHAUS
CIVIÜH mVAEDDGENSlDM.
Invictae frondent speciosa cacnmina Silvae:
Est Regina Babel sanguinis ova mali (1).
Conferet aestiva Silvae recrearier aura:
Omnibm ex aequo pax ubi grata viget
Nop timet Hesperiae Regenii Regemve polomm (2):
Libera quod pacis filia prima fhit (3).
Catholici ciyes proprium fudere cruorem: .
(1) Qnid nequiiis, inqoit BoclesiAstioas XVII., qnam qood «OEOogiisvit
oaro et Mnsais? Et ergo Regina Babd meretrix iUa Babylonica, metriz
languinis digne oomedit firactuiii oogÜetioniim suanim, ita at beatnt di-
oeodos lit iUe, qpk retriboerit ei letribvtionem muuHi qoam retoÜMBt
(2) Sicui aliae ciTitaies rebelles ac inimicaei quiSus luctiiaaa impen-
dent ezitia.
(S) ReoonctUata nimimm per pacifioationem Geloniensem, cniiis Tigore
a tubdola poteitate statuum - qui ex nomine Eegia contn Retvn 9 ac bo.
DOS mores imperitabant, qnod interregno finem dari per lohanneni ab
Austria Regi* Gatbolici fratrem, noUent, sieoti adbnc apad Htrflandos
▼iolenter id poMidaiit -* ett eruta, Uberata, aeptrata.
Digitized by
Google
Id gladioy te aren ^1), templa, focomqae teoent.
Conferet ninbriiem^Silvae residere sub BDtris,
AjlDpuid^ tmbis ^t, uhi. summa quies.
Hic salientis aquae shicnti vena reperta:
Bis panis vivus, est cibus ipse datus.
Muscosi latices, sacri scatét unda Lyad:
Fons ?eri,<tSil«t%^]fooa;(2) sUieotts «rat.
Et fluit , 9t . pluqidQ latois fi^rt » mUrtnure Neetur :. . /
Q9)i;Aki|ji|iilr.$UvAm cfuKftrrat iUe ptod^m^ : /
Hand pu9eWtl^S9llti%>i^i4«^)pM ^ans^ !ia}eb«Mt:
Artifices taxos utilitate probant.
Sola Brabantinas inter felicior urbes,
Nuffline tu divum Silva Ducalis eras.
Prtncipto/iiiirtilciiï<o'Wiïh snpëraUlui èstoy' < • '^
Nee Groedftil|iei'ttrtiilfii» act» di4o. '^
Interoepta (3), tarnen eprrepto Marte triumplias:
Fortnoata cm militat nsque Deus.
• 'f ;• • . :" • ' .-isrijr' . ' . " .. •■ . • . ;
(1 ) Hoo autem tritec pdtitwimim. AoeMII looilns, U undetikM di» mÉ^
l«6eplMabnii|j«Bo Tflu qiwttd». fcdwifwurü y -yoHai» »iqÉMn «oMmt.iVttch-
1 , ▲npUi« fimiiUao ebm Cmba» aeoiftac , tl civaciaiii , plnsqwal A-
i-hoMè a^ert«ni€eBa«ni|ii<;a.'Pritiia dioineDtUIaiüranaa^98.4|iiikAB
iidae9«ti{iiceCiam.ii]teiui«ado;finDaBda6 Timmakt iPlimieottwie|.qaÉti
^ióQMit«eeasioii*^iQBfatni. iaf» lÜBtoi adrynoKioi Mnafoènfliotu» eet Jidii-
UrtL : %, lKe'0e8ilii% nate moBkia lannavyi ttiiio.86« q|bandi]i pEodhSonia uk
jB^gduoticirÜktaa mtÊff^vsm për pnmiiotain étiatt portam Kdaai.-iMiTcHarii
mailde. iMB'Pbnrle .l(iitfitfiti>(iioo« ' aateaniBa fiUfam . B^|litatt êMiattt) acca-
panmU Ia- quibafnpciififcto' diilcUMBns éasiboa dilïmflBi::€!ifei,Jkd ipps
animam firmain suppeditante Silvaa aua^ lieatiaa'iiaaiilaüi. tioaid^piiaiy
aliasque nomrallat pia dezteritate in tv^m egeraot, et eduzerant, Deo»
Begif et sibt in primit dTitatem eam Religione avita fervantes.
(8) Irat Tero in die illa sermö IMttWil pretioaot. Tantumqoe hanseraat
de Catholica Eeligione inteUigentiae Cives, nt pro illiua oonservatione et
pastomm tnomm salnte, dimicare non dubitarint.
(9) Unint opera fabri lignarii hoetit de mane cnm adbno crepoicolani
diei haareret intromiisni est, Gtibus nihil miima napicantibiif.
C. 41.
Digitized
by Google
- ea» -
C0E0SI8 HBEOICA
AD 106, QUl SIÉmO SAIÜTS PATEIAA NOU PKPIRCEI^UIIT,
cm «A4TIAEÜM AOnOlll,
Porparei vere testes Regiqne Pbilippo
Tos fidi CiveSi Silvae vos gloria amoenae.
Teitra mante domuit Yitaloa^ ralneni^ htpomm
CoDtaditi ae fiigintit Ord cmdeKa Sflvam.
Vul. es.
Süra tue laviies non. eitikigiieBtiir is «entti»
Donec ab astriferi los fltwi axe peli
flïlS.
..... '1
kit antam iUe: Skui doot eUyn mtdê groot, Temm: HOR HAIS ^ od-
|ilv Mè MH poUaki hm», lam lanoirif tda hti^iiiaa,
.: 4(iMalMihff«ni Mftiai rattwqiim aoliif llb. Bei tiMm«Hi lamdMle, l«i
OffhuK nutimi^pio pcnusn oMMtantit pwoMlfloto, ncoflBHf
JknpditaU» ftwnt, tUn «un inlcrti, p«rpoü ommséw «t.
(Mm ipPMt oopoa ndnlae Amvb, «i poitee Mpimanlo antüi
pnaelpitio>nina«inr— (te oitini peeëere étkmk^ «Dl'beBn^ Xnae aaeHi,
•bomodnai^ MUeoe Bq[iiee,P«l<eq«ft| ptrefln Teetaai, abL Put elii In*
.Baal, elii vix ftme reMacli, Vofanaiteni«e alii, «otpam aiida lako. m^w
aobat Ijtipm Befbaie, fatriaeqoe fdbeUee: Oooldit eBremÉpMedo laba-
^^e toae, O SUm ideoqoe: Ta ouio eaeeaalpaliantia kn^iJMlBnaBi
tVa ^ptÜMi «(Biritwflm prapaa» Bonia.
Digitized
by Google
" 'rnmnÉÈÊaé
, ;P8UJ|.6.-; . „: ..;•., •. c'-'/[
. . t'. , ; . ..... .... . i,. ', . ' * .! : •«>
Torpiter dectiis' (1)' SflVé, qtdd; liacfd, dièatiir
MeDtem, Ch)ns!Iiiüii; ^emqué péHra'miU "'
Spes eM^d Médettf (k)'i)Kttfè ttdM ttkttiL ' ' ''^-'
ist iteruD, m Vided, Mérit n^bi^ f&gieti^:' ^ ,
Nee diü[>inir ifi^MrM' sédibès qUé qides (8). - '^^^
O Pater/ibgettttcft', qiuiDte est padentUt raming '
Qood-ii^é^ ktt^(4) Mundi nostn timMre ikeq[«ir^
Hactenus andendi iMMs ^tohie' i%itt' fuéfttfit: ' ' *
Sant excnssa animo sanguinis ense (6) meo.
Qoi^ luyat JHttjiCiia^ tajBtcjs nffs.^^.^jaiiiijicPf 7 h .
Belffaiiim znacDiiiii nolle Wdeie iBuoeniZ . , .- . '
flUiTerat. Papem hloei midê Burghers gott .. ; . 7 . ;• ' •
(a). Yi et-4olo fU m^]^ F<l^ffl9*?tj flw.,«w Ificflras». : , -
ff) lloa Ml pu ,f.ii^ ,/dijfit B«.D9J|nii#|^4^ pai^ pine teritfte floa
tolicum, Dd Tirtatem, Qiristi Xaangeliumy mora eormn, qqi ^iBi||it té-
nolms looenti* ^ . .• .■
(5) MiMis (Ró) exercitilnié rais nnraiait nomicidM senrorum snonuD et
Digitized
by Google
— tóe —
Yincimur (1). AmtraU pressi grege Cttholioonim
Fioibtts et caraê'peHimnf/'liéttvPdtriae.
ViriJN» €9t- t«iuiUy^«(pikl«'aoft:«gini«y«oWD^^y
Consiliorum apices lyidifuyglQ. love.
CSastelIae Regi C C dederimus et Hercle»
(Inde magis nostri fortU et ultor erit (2).
No6 linqiiunt oinnesy Regrda, Ducesque Statusque:
Sttiltitiae plennm fidere Frincipibus.
Reddiderant nobis sedes lacrymae Crocodili:
HiDC an fprtuDae contigit esse Qalae (3)7
Sed Gandaveosis ubi dudq ^UDt organa pacis?
Perpeti:^ , EdkjiJbrTOi^ paat^ u^? , j,
In vannm.lifuijt, uj^arje» et ^(ller^ j4«bep .
Lwtificfif. .]p/rtri«^ fJa4«$.^qi|«t ijtpifwiuiaa^iii?
I!fgo,i9a^it„ndbi^;alfla iai^^, PM|lp;(4).
Libertas |;dei.qp|^^«^f.;S^b 4>i^^^ .;
Est ^, ianpi: 9Q9f4$ lpeIlJ^ibtta.ac^ fei;j|».(8).
Spf)$r.ef?t. .(^ i^iirps ^taib^i hoscNmuhüui! pacU
Omioe 6)plk^,iii>Ua. viAifie «al^
(1) 8ed 'si TÓloineht qaasi 'llumen aBmidans' p«ióem balraifltent.
(a) Divina proènamtifc* industriA qoae' Xccffèttae ikmmi tidentiir liaere-
tieit, io ipsius luera Tertnntor.
(9) He dnèita. Htm ódfo ^i D«o ónmir'tir duplex WÊAtaé. -ifmn et
callidi proTocBt iram Dei. Iob 56.
(4) Qui in altum thittit lajplidem, inqiill locLSSumcm t7, soper ea-
pat eios 6adet. Item: Qtiï lapidein statiüt 'jiMxiiDe Sbö, offeiidet Io eo.
Verianma namque est divi Chrysostomi sententia: Neaiincin laedi nisi a
sèipso. Qmlytis naaqoe ibeJIük Tdltiemnt STertere serYituteiDi iisdem «^
oersientnt eam. ••:.... • 1 • .
(6) Ita est. Nam in boe seirit bellom flageUom inondaiis.
(6) UuMsei iste eam paoem essqLiATei^|am.j|iiapaHe8adi
I libarlateni perpotne oofi | '
Digitized
by Google
Faniinnrjj(l)>Tcapo;ctiw^ s^ c^ijjdju^ i^H^i];. ^[i
Et sqntleDt dajcis ((ermjtfia ^opif^Jiacri;) /
ElTngii ooe^i pq^fqiitjpoiif ip(^plius cssc.. j.;, : :/
HnmiDiL j^Qs, .apctant t^tUiu: BJie^us<{Ae .uk^ojfii:*
.Seryit yipdicUe, qu^ÏBU f^lqw focp^f. . , ,: y
Coelum, ^r^{^9 ,S^M^ pc^iSi ady^rs^, Ti4f&t^;; ;*
O cnidi B^aitis'ipra^lj^ ^ïra,.(2^ mflW3. , , iJji;
'Cfedo fito (i3)v, Qa^ eoi» tj|^i Silvq,;y^eh0fr,iii;jHl^
Amplius^icjijt 4>P<Qipj< ci;ttf .,(4) piaiffli? wihs
Iipssa daJ^i^ealiis»Jïfa^pi:qYiifiie ipse magister:) ! ;.
Proxi]aiia,exU)emo. ff^^va. es^.ecce^ nia}p,;, ^^ï.
Subiigo ^Mu^;^^lcijt>na.|fp3ci vpeia..;. .^^^
Temporis eiigai fnerit lux uhima Mundi,
Qoapdo Dei (6) soböles pellitur e medio.
Sic patilps fagimus larèsy^et dafcibus arvis
. . fomi jiroprüsi opgioiiui ira Jbraa (7).
* ^ ' . « '
(1) lüi promii. Ham rahmti M nanet in •eCeraiiin, perBontibn»
haereticis mia oom dogmatibiis soisi nt soleot.
, (aV Hoio noda duro» adbibilHii| «rt .^oqiis, ^19 aolaiam robttv iCïni-
titmi ab ittiotta eonicientiae Ubertate ad fidei obediifiliaip> diiuiiAqiiit-
btt mandatanii rerocaret errones. *,ir
£^ T«P^4«fagit, »• i»nff?aptwf poeoat dans «w^lur legUN».
(4) Et qoem crux latronis seqaUor, da Grnoe GbrifÜ ftolïari aadal.
9«d cama» iMui paana CrncaaDL di«Qc»U»< .
{9) Ubi .fnb •piritoali iataUigepKia falatur sa «pirilv saparbiae «filataai
fM^ey^tqne a fim Domini «Kiorram idqii^ in.b7a91e.et sabbatbo io^ptra
fCoawM.mn DQiaipi,:l|iim. a4r ut loleot ohwHata ^vMmi, ao baiM#,ig^<-
fibut deaUluU; .. 1 •..->. «.: •. : i
(9) tft aan maatiraUtfv dlaboll dioaret* Ifam oaMu«.plftatati«y<qii«m
aon pUmtavU: pater vsmmfiük-ówdimê, eiadieabltiir4 XAna< 1^< .
(7) .-.Kd doeootii tMliavpMar mbaivda aUesQ nitide vb^ 8u|«daiB
wliBiwmtoail MeiiM aaM^ipMMi aUvarft^ |iwi^altoafBfata^aHa.«iii9,
idqae Cbpbfi faa«ila/:iial«pNaaliia»>ara«a Wifaaaa ad aa taii0f.ad»
Digitized
by Google
— 6S8 —
Bt dieimt : heram' qaó mtit sé ptöripir illë,
A fiicié^R^ fiÉsa teneré Oei? * ^
At male pro toto Iterbom dimitiitür anro:
Pluris ego facio (1) dogma doate mèimt'
niad tgó ienéOy seqnófi osculor, id veoerari
Non eesaOy pleimm ait liêet, ecce (2)^ éraemn.
Tantisper fagiaitiy qao non türbatio spitet,
Afflicto donec detar et alta ijuies.
^mrëstphaley qdd me.visi tttr me kon desem ergo?
Est misero oeleii' iimi(i opus ire jpede
Ad Geticum lithis (tëc einm^itie piMbüs esse
PossaiiatiSy assumtae' stante timore fogae).
Transgredithnr, Naso cpio pnbns vènit ab nilie;
Forte pedem hssis Bgere si liceat (8).
I .• < _ < tl I . . 1 ,« .
.,. ^ ; , I>AI. ^•
Htd aaUulai m iuititü$, $t lo^miiMr vftiiaiem: fwifnjieii aimriUau
ê» eakÊmnia, êt iscuHt mamu* êuaé ai auud mwêrw: 91» eÜmni amrm,
mê mmdiat iomguitum, «f AtOfê ómUêê, nê «Maf iMAn», im tm êm-
ruria*
■HKi' Iio0i6 poüiiii tflÊSB p^MStusK péA^ tun voib ia looo jpnMifl6
(1) Stram onique pnlonim*
(2) Agpotoe >fi<i;intoui wBdbM httïm liypecriüa', it attii j
MotenliMBiiit fiieUtaè pÉÜMtur» : ' ^
(S) Hio oom wloduf Euro in «Itftriorém tl^èsiiMt "WestpMIriaii fa>
'*ctdii iD ittbiil<3tim| (TC^Gi porbonim ssb épströtio pMowtsm»
'■^ OÉUsm Urn oelerii tranaittis iiM|airétts, nimndoram putev ear-
NpCai Gntifeut, petüi dimi^tl, tum Dtoümê, '«^tftfé in' itfaMe ftMMoa A-
dioiifet de erigenda nniTeniteto in Phrysta , frontitpïcio Béitennitt, in-
(HdflKoa'apttitUrMii, «o proinde M timere W«l|Mi»e tMniori piiiii-
tionem, ^ifif UtfMiqae in ea mm aadete 'ecAtiialiaai Md aoiaüio fagBt» ai
fdrti» 'nakiodt, imde mm sit dMUila üHoaülaai OdÉanvai Af^flini lia-
iMT/iMttk ilaMra üaaiiai ln|;n«rièt ,• BaUgio ^ 1
Digitized
by Google
ipocfii EiusDBi mmm immu
fsbD 88B;TITIITIB 0RI6Ó.
ad rkaw^^^mêOM.
Hens e^'Servftfiy non libertatis orig(ó:
Irritare Dêoi: tóUere Sceptra DactA^ ' ''
Non énif 'tSmsti 'Re^^Attin; qulaecnnque ^toi^i: '
Nee peli'gó PeËn' mersérit tdU ratem. '
Haec est Arca Dei| pluVm^quae fertnr in ahnmi
DeposittuU fidèi êèhfét nt incolmne
Frincipibns' finódi sfetit hkeè Mkrpesia cauty
Flncüvagoa óöUbs f^i ^ ipsa Hkris: ' '
V >it....<.' • - • {i •
i
imnm IbsM deCeiittet. Qbanl' aAaiinilt' Ulé poik tod ^oIobiIsmi
TiotoriM, tlqpe .tHbmphotf iieiiip«^ CkMifni lobar fraetom Itocre,
detinaii eom ■mpjlfii»} carioniis 4e ajijs iBterro^tionem fi^niai. 8ed
Doliiit tnntfosa oam Philosopho rao miiiiuf sermooinari, quod •cUioet
Iblioniai fn^ote' teM^to^. Astutus tü te perditum nt, Gdnui iita
Gtidad. TeniMf'oaiir afbuo propenmtom deüneret lubdcni., ftidtttHmi
iprim derideni, siod j^soiMniU Toto set^. fkbli|{ant Deo .qiio^iinU,,«iS^
rendii ii pMwt ab importuno iUo luMnine libenri. Quod ai aodifit
QiMniiieiiiUiM nympha) ilico defoendit, eripuit^ue eum e manibói üiIk
aldi voÊMtfoé' ire vkdi soatt. StnpeiidÉ rea, didfeU kk tia SeblaatU^
quod non didieerat i%palrya, Düa ^enipe dandi^.^aiq pro[ :^^la,0al1ltia.
8ed sant pericaloai hoapitcai qaoeoDqoe tenanim Teniant haeretioiy
Qrltts Qiriiliani peates, tanqaam oaeiaataa in Tia| fiigiendi.
, St qoidem a fade Domini fogioiit isti| Teram iodioiam illttti non ef-
fïdent AÜ'enini'; Ü ipiis In m non lÉianierit, 'mittefo^ Ibraki aioat
pUnifla, «e amtti/ei edliJlM eom, el b Isném nitienC , e< ardat.
ia. • -^ '•
Digitized
by Google
-m-
Dogma recensy Error vetns, el violentia caeca,
NoQ poterant, NuTeiii mergere Fetre tium,,
Gaesa quid insanis, maioracjae viribosaaaes?
' ' ■ Sörft iBtérregBi Méra' fO^tt ^tó7- ' '<*'^
SaDgninis effusi viodktam ckmitat Orbis:
Inde tibi poeDa est, gloria nulla cracis.
Hispani Teoiunty Itali quoque, Yae tibi Guesa,
Nunc est imperii vis peritnta lai.
Catliolico Regi taceat ^tulina prc^go;
Exeat et Regno tèrrita fine' malo.
Nmic CSalvine tuum yelletnir tdogp^a ^rue^tnlfl:
Nee stabit Yerbi^a:! ^saqve tyraone tv^na^ ,
Si noodim placuit ^atibqs .discredere Iflfeis (1):
NuDc ipsi pereant^ .Dipp toa. rqs agUurt
Tnque via» qua vicisti» viitc^ris e^4^
Luserit ars a^teoi, sors. cadet» eocei ti^i.
Farca.tibi Yeoit, qqi.grass^baris.iii agns:^ .
Clamo secnnis gutture. praedo paris. ^,
Nescis Aten vitae discrimiDa (2) tarda parare?
„Niraboc si.QQ^ mpns tibjleva fait
Perfidiae sceleris graris tdlor, Reottor Olympi, ,
' ; Ad'nibilum rediget, quod fuit 'aUte nihil
Gens quassata iacet te proptér Belgica passim:
Vulsa nimis rerum corpora 'qnaeque raunt.
Dictator siivae per desidiosa, tot annes,
., , Arya trabit macros» te duce, pauper équos.
Rnstica cea Phyllis tenerae premit ubera vaccae, .
^ Hulsbti patriam? perdite Giiesa tnam.
(1) 8i pro quia.
(a) Finifontur Bii laoe^s Mere pe4ef pfoptor Ur4itotem aoeetnu ad
irtiBi at oom. percntere coepei;int| i|Maqi tardiUtpn topplieu, araWUI*
Digitized
by Google
— 641 —
Per te fims sóelemm fliiit, et sentuia malomm,
Per te .mixta nibait sangaioe, terra ., mai^ ,,
Per te parcentis nulli sunt omoia Martis^ ,
Est rerum quicquid npbile miles habet ..,
Haeresis bic flos est» scelus exitiiJe» cadc^iis» -
Haec. est ntilitas dogmatis, ecce, qovL ,.•
Haec tua Libertas Patriae» qtioque Relligionis^
Simia. qoam docuit te, Yitulusqoe cacaos.
Donec in Qqeanum. protendet corpoa Rheniis,
Servus erit Civis milite pressus ubi.
Hoc opus, bic labor est, Dostro quem cootulit tevo,
Belgicus ipse, rei flira vorago, furor i
Qui nonduin sociale malum copsomsimos» eheQ|
Plura daboDt nobis crimina nostra jviti.
Sub lima ferrum patieDs ferriigiois esam, -
Sumserit ignivoimas, sed sioe lace. focus.
FIKIS;
• i
. Eccusi. 27.
La^üêö pêmbuntp gut deiéctamiur étuu iuêtorwm.
AH «ARCTAE ICSTIVIAE
PATROIfOS IRFEHIORIS GBÉHAHIAS/
n 10, qoos vm gor$dbtit:
WËAT wBmnmM, mv .wkm^at mmmwifm {Prouerb. Zt)*
CABMIR 9ABAB1IBTMU1I.'
" • ' ii: " .» . •'»• •.•» •
PB0TIU..14,
InHMa êltvai $emi»m, miêêrw auiem flfcU pafukê pêco&imm.
Dictator (1) Imjis firma fifjgale TriJbnnal:
Digitized
by Google
— 642 —
(SVilnis at pax'srt/'sediras atqne tms.
Iiidpe institiam, satis at toleraie rebeDo:
Debicos est Sceptris restitoaidas hcnor.
lostitiaeque vigor Recri domioetv amore:
Nea (1) Inris firaenoi deteriora probet
Incipe iosdliaiii, Deos est, qnf praecipit fllam:
Ooddub oris relle reteffe maliim.
Monstra teoebrarwii dispelIaDt lumaia Soliv:
EoeÜpsio (2) cnius sustnlit, eoce, Seda»
Incipe iustitiam: praedari, et Tivere nplo,
'" fonnido casset, suppKcramque cracis.
De ooelo stellae, sF qnae cecidere, resorgant,
Lnmuiet et Nöctes ordine Inna stias.
Incipe (3) iistitiaiii, corraptos corrige morea:
Ad inooh^ectos 'Martia castra doment
Later, Calvinus, Meono, tria danma Sororom: '
Sq^niina Belgamm a liaune verre procoL
Incipe iustitiam, foenam d.e. comibns anfer:
Agmina Calvini sint procul acta tibi.
Haeresi3 est propnae pngnax defensio mentis.
Qua qui detentns non. redit unde roit.
incipe f 4) ; mt^fian dumaLIoiri^ ^^alo muuster :
In deUoquente^ iustiis ab <v^ JDens* . .
(1) Tidi «ab Sole in' loco iocÜcil impietaiem: et in looo imtitiae iai-
quiMem et dhi'ln cbrAê inaéo: iosialuj êtMniphiia tMMII 9eai^
(Jt) Fertnr Dox AUMniM Belsü BpéMopisf düiqae mugius Tirii ógmmk
Hiimmi aerntntem dissnadentibas et deprecuitibnf , respondiite: m de-
dmnm Nammam habitnnini, ant tolem istom Mectam «ptendorit fv
pamirttni ene. De coins mum* Hanpai fjiyttaca aooepüoae Tide, qoM is
/'A^tUr B»^ttr«ii^ prfttik ^Ürfoe aaeroL
(9) CoDsnle libram manstri, noitri Hatthiae BoncmU S. Theologiae So^
loris snper Cleriémm cüm fütHiiU cohttbüaiiéne ÜÉno 8a. baad editu.
(4) Lq^b Gapiit Dm. IS pnlcra looatione trimenüne, et obaerva gaai
admodnnJiar^IiriiBlci Uèlim itièUbih^phdli lidxtdr ntteM: il^ ». m-
Digitized by-
Google
- »»tó —
Tempus adest messis, snpt^ snnt impura mo&astae
Yiscera Luted porricidnda ibras.
• lieipediistitiaHi/Rei est qui«idil^ ïlhnu'^ .' :>««
Nobik Mennonis sedülns ansa preme.
Kxuit Üé homiaéniy pecus incluity ipse ligi^
Inférni viDclis/ nescit amarè bonum (1).
Incipe iustitiam, pars est qnae maxima pacis,
CrimiDis admissi sis reus ipse cave.
Institia, et pietas valigjae snot ludids arces:
Omnibiis exemplo proderit ipse suo.
Incipe (2) institiam, quid enioi trepida veris ultra?
Quassos ab opposito turbine, turbo iacet (8).
Spe vctpjae peccaos, ;veniam non ille, mer^^; :,..^J2
Indignus, venia est, ipii immemor ^t, venfae.
Incipe lustitiam» iacoluiais tibi virgula inris > .. ..
Floret, et. causas s^de^ rescinde malii
Ecit:S6. • ' »'
.' .r,K>MiêÊfêamur éapia,'9i mm éiBCêt itmtÜiaMJ ^
.H ' !:;. '., ... ■ i ■ ' . ■ ^
I dome8ii<9if:j,iii 8. oiTiiMi qvtt^ Vsos aU^noei noqpit et oolnit,
eniri, ^ anatheniA haberi.
(1) £ocL« ï4. Stupa ooUectA synat^oga peocanüumj ét ooüsóminaCio 11^»
lomm flamma ignifl» .' - <•■• mm* :'
(8) ld «|to Tuie, /Qi pfj^ tdk.wmtSQ Oocidep^ «ixsiiiitj ut inzfa
Lifteri ^tirininm, ad talos .aaqae in sanguioe partimn ttiim nlus aatia
!«
'\
/. .15
it'.-ffrV I
Digitized
by Google
- W4 -
ANCILS lOViS
•f
ADlIEilIILI:SEGTARIOE,VM SÜFERBIA, QÜA DifLiTI, CT SVAI
VOCATIONIS OBLITI, D£UM GOELI TIlROIfO SXTRUDS&SHT,
IfISI SE ELLE INFERNI CARCERIBUS ET POEIILS^ TANQÜAH
nOXPUGNABIU SUO SCUTO ADVÉRS^S lIXOS. TOTARETÜR.
ECCLB. 10.
Hoiiê ui Bes, êt ctaê morütur.
(vermis,
■0B8. Qaid CiDerem Cinis est: Cinerem est sub marmoEe
Tiribus Herculels,'qui modo magmis erat
muio. Carmina salla cado, mea Mosa sepulta quiescit,
Errantes ambras loppitei' ipse premit '
m. Te caro mortalem £ecitt mortalibus orta:
Pulvis «ras vivus^pulvere facUis homo.
V. He vigiles Parcae e medio rapuere malorom:
Ne GeDius Mundt talleret rngehium.
, V. Sed quoDiam noluQt homioes sua crimina flere,
Horrida Plulonis subvenit aula aigri.
''-'V.' Oarpimus aeternae inoriendo mttoera vitae:
Et bene, diim viiit, qui bene viiit» babet
H. Cogitat boe nemo» Demo est qui vivere quaerit,
Intonsos Hontes Cerberus , ecce, vorat
n. Est via virtutum facilisi servire Deoque
Dulce piis regnum', dulce refirigerium.
■. Noctes atque dies patet atri ianoa ditis (1),
Quidqoid mortale est crastina Farca rapit
(1) ViMiuni.
Digitized
by Google
— 646 —
v. Omnibus est clivi facilis descensiis Averni (1):
Porthor bic praesto 'est, sedulus ille Charon
■. Discite iuslitiaiD moDiti^ et non teiunere Divos (2):
Pro velo carJaaeD cymba Cbarontis biabet.
V, Quadriforem psalinüt nati mal^ Phocidé' Musam ,
Qaosque (3) sotent 1ud<W ludere opprtet eos (4).
Opéra mrim iltorum êequuniw iUo^.
Pbotibb. i^^..
p9rdiH» êê Inftfw^ nm^^puLm imffn/ÊiÊt*
IDRIDR CBAEOKTIS mTIT«RISi.8m|8 NlllIII
OGGDPATI TRiffCIENMS ^EeTlRHS (5X
y
PS4L. 48.
Skmt oveê mi Inferno jwsiH sunt, mon dêpascÜ êOê,
Dii o nofiwel lorbiie ({Uid Ua? :
ümbne cttdMt^èfeu grapdiiifli; )
Qaam 'jsont leYes.mortalium . > ^
Cursiis, Sljgids:)iaciad. lacns.
O qnanliis.est bdior mihii p ,-.1 /:
(1) Tnonivs. ' (8) Idem.
(5) Luteri psalmos, aliaA^e tiirpes caiiilleoas, quiboi Sectiuti inügf
pöcaia'sese oblcoUnt, ^oum iostar grylliMntes. ' ' .
(4) Qui ivun nempè' ëiTiÜatu habitaouli noo imreuerunC
(6) ' Charon iram füttöoemqnè dlvinam designat; nam .Chmb ^tteiKnicSt
Imdett. "' '
Digitized
by Google
^|iiOl religioiii^ nc^cii?
Q^^ nuDG nmiit.7 Klysiis
Haod ¥09 adestis sedibos,
Jügau BIflii nanlimi «olYite,
Qïb debep parlcm InciL ^
Retro (m^lam) Bece^jte:
Pallentibus Yobis loquor (1}»
Quid ynltis, eain Diis ut qnenr,
Yestra qaod msoleiitia
Sidat ratis prae pondare?
dassem sni oonsordi ^
Eligat sibi mmsgnwlihet;
Polcre siqnidon coDiangitQr
Simile similL Tïgila Canis
Dam redeo. Ceribernm treamnt
Hic oordis est edacitas,
Qiaê. ducit ad mti&taa snaai,
Tiiit snperbe fai, Yinim:
Latrando pandens omoiay
MordeDsqoe conscientiaiii.
Dicite tarnen, rogó, prins
Tos sednli morientinm
Dücas, inali qoSi adrdol
Homimun gcons» Hntniitam
Stygem aolito uwe aniptiaa?
Ing»s labor, Minli- viUl, -
Navis gendtv frigedt :aHuinSy ^ i)
(1) AOndii ad id qnod perbibqii: iMDel onnb liMnticiif, Otmmmê
{•Dor qoi^ii^at, padtei Rcnnt iotiinni, comdictt Fstlino 128. liaoi
aait fbantm toctontiii| qqoApfiffmffam ereUatuf » «uniii. Sicat ^t«r
teeia ttnunuiei^ cl SqlU ardore dneri» tobmcii ooiorein iodoant: ila etaaai
liMti|im qoeq cam Soly Christus oriji pp diemy minifcitmii ^
et Imki Socledi} per ÏMMtcfliit prtiin Kilióel
Digitized
by Google
— 647, —
Dentes qnaMt gdn meo^» .
Nee est mjlu cncullio^
CSharoD labore fraogitur. .
(1) Rogas maV (juid sit Cba^OD,
Quod messe celen nos obrnit?
FeiTO loins, succiditor f
Haeretica (2) pallens prayitas,
Qnae fecit Orbepa ferreun^,
Civis tracidat proxiiQom
CÜTeni sibi» fratrem necat ^^ . .
Frater, patrem^e Filios: . ^
Socero nee est fidiis gener»,
Par saeculuin nmiquaiii f^t;
O portitor dici neqait|
Quantum malum sit baeresisi
Sedes Ducnin subvertit baec
R^mnque Sceptra.toUity it .
St spoDte saa se perditom.
Est pertinax eius fiiror,,
Non cederet Deo poli,
Sangpuie recreatnr proximi ,
Radix amariliidinis^
Ad bella Mundun oongregans.
Qnod qHestum eaa nibil est Charon:
Qmnes ydbas necesse erit:
(1) leipoiiiio Hanimn.
•I fafBrant lequebatnr. eumt.el 4pte eiÉiUUipf^M^ly m^ qnilnor pur-
tei leme interfioere gl«dio, fiune, et moite, et bestiii terne , Afo. 6«
PloplMta lOGmt capite 14. iitos iqkHeqtiooet^ ^oatiior Dei indicie pet-
doM appeUat. Ruiiqae illii simiil in Tnl^ai, hoininani militantilNis (finm
Digitized
by Google
— 648 —
Nraloiii tibi nee éfiêret
ScelestüSy ecce, apostata,
Ex omoibns fbrtis suis (l).
Krgo Deoram absamseril
Aurum cUios, ut audio,
Qnam vel rapuerit, sub lovis
Cultu^novi, furat genus
Hocy iure perdit Inppiter.
Frigus, calor, fames, sitis
Pixy snlphur, aestüs fumigans,
St ignis absque lumine,
Domum tueutur acriter
Plutoub et Proserpiuae.
Ignea Gebenuae tormioa,
PuDgeti^l sudes praecordia,
niusiones Baemonum,
Et grandis ira NumiDuniy
Incredulós quae vindicaot.
Yos experiemiui, nihil
Hic esse quod desideret ' ' '
Qnisquam sibi mortalium (2):
Hic est dolor de gestibos:
Qoid poeoa non sït discite.
Is qui egit Ine vos Spiritus,
Quod pessimus sit uoscitur,
Nam tot Stygem transponere»
;. ]D])i:.(»t dolor perewiis et
> Igneus, ego non sueveram (S).
. - ' . . . •
(1) His aoditis Cbarón sbMt anchoram Iratot nimit.
(aj Affatür Tehem suam portitor.
(S) Indibat Charon ouiiiiM duii qua ilt eondiini.
Digitized by
Google
— 649 —
lllic greges Laterici:
At Yitnliis isthorsmn maoec
Lascmens cum (I) oornibns
Post est procnl Hennoo kyans,
Lotos semel profundius.
Yidemini vos nltima
Horum mibi messis Dncnm.
Iter suum ({tdsqae ambulet.
Me tnrpis error, quos decet
Nimc recta, seducati via.
IlliDc taba caotaverit
Rasns Beanus palladi,
Qassi cnilibet vigily
Dacet soDus, qtio tenditis
Celeriter ad aestam Acheronticiim.
Non quod videat isthinc novas
Tunnas Stygem traDsponier
Cymba mea, quod non potest,
Nocton Chaos per horridam»
Sed (2) carmen aadit omDinm.
Cymbae datum hoc veli loco est
Heae, suo nempe exdtet
Litao magistros haeresis
Ac iodicetur singnlis.
Loens loendi supplicl.
Is huc stapet sai gregis
(Qui moribns solvi malis
Solet) viros (3) peritissimoa
(1) Bestiae scilicet de qua io Apoc. IS. Yide in prima Vibioe FiageUi
Bêlgorum.
(2) Carmen teutonice, beren crijten, tieren,
(S) Olim sub Gentillsmo de Beani familia ekemii, literaii, et docti
▼iri, Tirintii more fiebant Christiani, Saoordotes, Epiioopi, martyrei
C. 49.
Digitized
by Google
— 660 —
Venire perdiu fide^
Prisca salutift ancbonu
GateDft teneat sic ratem:
Primi prins iozta ordineni
Et ezeanti desideror
Ripa, sciOy sub altera:
Sit quis<{ae memor viae suae.
Yehes molestior foit
Nunquam. Qais hoc n^otimii
Ageret (1)? Hai quot Gopiae,
Oppletus est portos meus:
Solos vebam tot agmioa?
lograta Diis sed qois vèhat
Sepolcra camis? decido:
SoGcombo» non véham, dabo
?el Cerbero, qoi devoret:
Aot bis dabat finem Uragos.
, . PSAL. 07.
Operti êunt imquitate et impietatê $ita.
Ghrisii, fastu Hond! deposito, ita quod horom ezemplo et doctrina, ar-
ces, ac Regum Palatia in Eoclerias, atqpie oratoria Dei conyerterentur:
nuDC autem e contrario, Christianae pietatis odto et naosea literatissimos
Tideas fieri Gentiles ATemi, Sectarios, et Haeretioos, tanquam Talpes W-
neam Domini demolientes, errantes, et in errorem mittentes, iüimicos ho-
mines, eccle^ias sobvertentes, spoliantes, et in castra militiae contra Deom
fosceptae commutantes, propriamqne fidem in temttipsia deiestantes et per-
sequentes, ut non immerito miretur Beanus tonsos suos ad ae descenderei
et solum propbane doctos esse, quos illud Ovidii certe meminisse decebat:
Adde quod ingenuas dididsse fideliter artéê EmoUit mores, nee sinit esse
feros. Vemm bunc artlum liberalinm finem et usom &oile obliTiscantor,
qui inflantem scientiam duntaxat amantes, literas tantom diacunt, ut Qiris-
turn ignorcnt: plus Ciceroniani, quam Christiani. Vere oyo/y uti ad<to-
centem Echo docet. Erasmica.
(1) Ellens, rediens miirmurat Charon.
Digitized
by Google
— 6S1 —
SEQUITUE FLEBILE VEHIS CH\ROIfTIS CA&HEN, EX DIVERSIS
SACRAS SCRIPTURAE LOCIS DESÜITUH.
lOB. 9.
Dies mei vdociores foeruDt corsore, fiigenmti et non vi-
denint bonum. Desperavi, neqnaqnam iam ultra vivam.
Sagittae Domini in me sant, qnarnm indignatio ebibit spi-
ritum meom, et terrores Domini militant contra me. Pe-
reat dies in qna natus snm, et nox in qua dictum est:
Conceptus est homo.
Dies illa vertatur in tenebras, non requirat eum Deus
desuper, et non iilustretur lumine: observent eum tene-
brae, et umbra mortis, occupet eum caligo, et invoWatur
amaritudine. Noctem illam tenebrosus turbo possideat.
Non computetur in diebus anni, nee numeretur in men*
sibus. Sit nox illa solitaria, nee laude digna. Maledi«
cant ei, qui maledicunt diei, qui parati sunt suscitare Le-
viathan. Obtenebrentur stellae caligine eius: exspectet lu-
cem et non videat, ncc ortum surgentis aurorae. Quia
non conclusit ostia ventris qui portavit me, nee abstulit
mala ab oeulis meis. Quare non in yulva mortuus sum?
egressus ex utero non statim perii? Quare exceptus geni-
bus? cur lactatus uberibus? Gum R^bus et consulibus
terrae, qui aedifieant sibi soh'tudines, aut eum principi«
bus, qui possident aurum, et replent domos suas ai^en-
to: aut sieut abortivum absconditum non subsisterem, vel
qui concepti non viderunt lueem. Proyebb. 5. Cur de-
testatus sum disciplinam, et increpationibus non acquie-
Tit eor meum? nee audivi voeem docentium me, et ma-
gistris non inclinavi aurem meam. Pene fui in omni malo
Digitized by
Google
.- 652 —
in medio Ecclesiae et Synagógae. Sapi. 5. Ergo erran-
mns a yia veritatis, et iustitiae lamen non huit nolns.
Lassati sumtis in via iniqoitatis et perditionis, et amba-
lavimus vias difficiles, viam autem Dei ignoravimus. Qoid
Dobis profuit superbia? aut divitiarnm iactantia qnid con-
tnlit Dobis? Transierunt omnia illa tamquam umbra, et
tan(juam nuncins praecurrens^ sic et nos nati, continuo
desivimus esse. Et virtutis quideh nullum signnm valoi-
mus ostendere, in malignitate autem nostra consumti su-
mus. Talia dixerant in Inferno hi qui. peccaverunt, ibi
impii cessaverant a tumuitu et ibi requieverunt fessL Afo-
GAL. 20. Infernus et Mors missi sunt in stagnum ignis.
Mar. 9. Quorum vermis non moritur, et ignis non extin-
guitur. Ubi solum quid non sit poena com sempiterao
borrore disputatur.
FUriS ODIS TBIUlfPHALIS SILYIDUGOEUM.
Digitized
by Google
— 653 —
99^99 w^fCw9 ^v^WvvwIv^WW*
folio 3. facie ft. linea 8 (1).
Reirihuii nohi*. Haec enim est mnlier illa aliena at-
que extranea incestae mentis (Proykrb. 3) (baeresis leoo-
cÏDio phalerata ▼erboriuDy et vestimentis ovium operta,
hypocritica scilicet arrogaotia) qnae mollit sermones snos
(ad deceptionem incautoram) et pacti (ad sacri fontis la-
vacrum initi) Dei sui oblita est. Cuios domus, (Consis-
torii Sjmagoga) inclinata est ad mortem, et ad lofe^os se-
mitae ipsins. Omnes qui mgrediuntur ad eam, non re-
▼ertentur, inquit (ad id sciliceti ex toto corde, unde ex-
cidenmt) neqne apprehendent semitas vitae (Apoc. 18)
(quod raro seriam agant poenitentiam Sectarii) et dicit in
corde suo: Sedeo Regina (regnornm Hondi) et vidua non
snm (quia sponsa Sathanae) et loctum non Tidebo (ad
tempus, quoad transierit tentatio et probatio multorum).
Sed qoid intonat in eam tox de coelo? Reddite illi, in-
qnit, sicut et ipsa reddidit vobis, et duplicate duplicia
secondnm opera dus. In poculo, quo miscuit Tobis, mis-
cete illi duplmn. Quantum glorificavit se et in deliciis
fuit, tantum date illi tormentum et luctum. Ac ita qui-
dem non effugerit manus ultrices scelestissima baeretica
pravitas.
Muêcan laticês. Folio tertio linea 8 (8}.
Yerbi Dd precones Catbolici, contemti, sordidi, egeni,
abiecti, quod elegeramus, in domo Domini. Illi vero opu-
lenti, saturi, comti, cosmi, Latini, Graeci, Hebraei, Scy-
(1) Hnjnf editionia pag. d32, linea 4, annotationis 1.
Digitized
by Google
— 654 —
tae, Barbarii mélliflai sermcmis virii sine nlla auocessioiie
Apostolici: tragico' fasta el arte Rhetoricae iTaogdium
saam puram, pntum, spurum» dooere valentes. «
Locupletes Christemporiy a pecuniai et prolibns moltis
multum potenteSy bigami, trigami, immo polygami honesto
matrimonio (Si Diis placet) ntentes, apo^tatae, speciosi,
corpnleotiy nt porcii pasti, gloriosi, in gratüs snomm
splendidi, uti foro scientes» hominibns placentes. Pais
magna Status Babyionicae meretricis, molieris fomicatio-
nnm et abominationum terraei de sangume Sanctomm,
ebriae (Ipoc. *17)y in cnins veneficiis errayenmt omnes
Gentes. De qoa dictum est: Yeni et ostendam tibi dann
nationem meretricis magnae, qnae sedet snper aquas mnt*
tasy cni)i qna fornicati snnt R^es terrae, et inebriati simty
qni inbabitant terram de vino prostitntionis eins (loB 21).
De quibos Sanctns lobus: Dncnnt, inqnit, ia bonis dies
snosy et in puncto ad Inferna descendnnt Qnibns dos
nollo prorsns modo videbamnr comparandi, quod infirmi
in bac parte illomm» <pü in ostensione spiritus simplici
popello Domini operam dabamns.
FoUo 8. fiieie 1. Unea 7 (1).
Non dnbitarinty Pastoris et onom mutim oontra Inpos
defensiOy tntissima pulcberrimaque esse consuenL Ste-
nim bnic cooperari Dominum Deum nihil est ambigendnoL
Hagni sane meriti res, turn Yerbi, tnm Dei ininistri de-
fensio. Ut idcirco credendnm sit, oppidum Silvaducense
bosti suo tradi non potuisse, nee traditum^ teneri, Deo
Optimo Bfaximo bonis Civibns conservationem suae CSn-
tatis mercedem defensionis factae, retribuente
(1) Hiyas editionls pag 684, linea 7.
Digitized by
Google
— «w —
ld quod eK poena repndti, qnam'Domfanis in Evaogelio
«HO comminauir, aliquatenus manifestum evadit Ait enim;
Bt qni non receperit yos, neqne andierit sermones vestros
exetmtes de domo vd civitate, excatite pnlyerem de pe-
dibiis yestris (Matt. 10). Amen dieo Tobis tolerabilius erit
terne Sodomoram et Ck>morrbaeonim in die indicii, cpiam
illi civitati. Qnod ri poena ex repndio Evaogelii, quid ex
receptione, iUinaqne defensioae» nisi pax salnsque Apos-
tolicar
Propago Booiê. Folio 8. lade 1. linea 7 (1)..
Plns nocet occultns gnam cpii yenit hostis apertus: Plas
simnlata fides, plns similatns amor. Evigflans mane dam
fidis, traderis hosti: Yendita dam nescis, caederisi nnde
raas. Te tnos hostis habet: transcarrit yalla, peremtos
Transilit et Ciyes: fama caretqne fide. Nostra Oacis Silya
est: Laetare Antyerpia: Miles Hesperiae, iam none castra
moyebit, ait, Parcatnr nnlli, spoliis ditemor opimis: Ubera
lactentisy nee miserere senis. Monstrat iter cnpidas meriti
stans proditor anri: An non cunctornm sangninis iste reos?
Qaid ni? Sed et omnis yir conscias. Unde etiam Apos-
tolas iutonat, facientes et consentientes pari poena plec-
tendos (RoM. Cap. 1). Porro, proditor bic patrem habuit
Gnesenm, yimm malignnm, mali coryi malum oyum pos-
sis agnoscere. Cnins finis periculosos. Nam ut erat Faber
lignarins, cnm qnadam die graye lignnm in altum cona.
retur nt sarra findendnm, yixque illud in ipsa adeo ful-
era snbmolituSy relapsu ipsius ligni oppressas, citra uUam
yiae ad Dominum praeparationem , lurida eum mors e
yestigio occnpayit. CSasos fatalis ei permissns, qui nltri-
(l) Dcyos editionis pag, 634, linea 1?, annoiationes.
Digitized
by Google
— 656 —
ces ieges GoDdonatione effngerat. Hioc qoalis emn manet,
putes, exitQS, qui non solum paternae malitiae haeres, sed
et patriam auro venalem. habuit? Qni coofisns yirilios hxh
manis dicere ansus est:
Sunt spelaea milii, sunt densa mnbracula Silvae, Sob-
ter quae mins occolor, ecce» modis. Goius saevida om«
nium snperat Tyrannornm crudeliutem. Qni ipsis erïam
latronibus cradelior. Nam illonun occisoram finitos est
mmmnraSi proditoris vero infinitus. Hic quantum in se
esty omnes occidit, nnlli parcit, se^nt ami promissi pos-
sessione solmn beet.
Hic ruit, ille stupet. ld quod vicinis portae» rei oovi-
tatem stnpescentibas, et primo hosti occmrentibas aocidit
Sed Givis ad arma recnrrens,
Ezegit YituloSy dexterïtate breyi. Adiorantibos iis ntmi-
rum, qui ex Werdaea Salyiconductns pridie advenerant pe-
«ditibos. Namque bi nt erant mane ad exeundam parati,
in visum hostem primi irruant, sistereque gradnm cogunt
Quibus statim adiuncti Cives, simul illum cessim ire
compellunt. übi cum bostis in rotunda scuta, velut lo-
vis ancilia, qualia prima acies prae se tendebat, quaecmn
que missilia exciperet, gDari Cives glandes suas subtas
inter genua mittere coeperunt. Unde cum inter posterio-
res DOonuUi laederentur ac caderent, et se nescire unde
id sibi contingerety quererentur, Gomes ab Hoënloh: Me-
tuo, fertur dixisse, ut sint nobis Cives bic in insidüs.
Ferimur namque hic salva acie prima. Quamobrem in fb-
gam ille actus celerrimam, sepimeoti portae cratitii forte
fortuna demissionem antevertit, alioqui cladem derelicti
gregis sui non evasurus. Evasit itaque illam ille, sed quo-
modo Scarabeus, qui Aqailae obstetricatum Silvam Doe»
venisset. Sic ergo:
Digitized by
Google
— 657 —
Yulnera dant aDimuniy Ueso vim süscitat ira:
Nee mora latroni quaerittir efibginnt De praeventis et
captis.
Pars laqueo clausi, tres tantum carcere salyi:
Barbaries Yituli comna condit humi. Didicit sane veiw
bera, et enses experta, qoid sit mentiri et fallere, et non
stare pactis sancte inratis.
PsAi. 83.
Disperieruul in Eador, facti sant ut stercns terne
In hoe odê fiihil M quod (kUholicum vtnim off endere
posrii. Quod hoe ix ApriUs anno ]i.D.LXZxnii« a(-
testor ego «ISBERTVS COETERIMCX ti-
brorum censor.
Deie Odê Driumphalis Tan Gkiau»D8 a Biuigkslaii is arge-
dmkt naar een exemplaar in 4»., groot 34 ongepag. blads.|
ter boekerij van het Ifoord*Brabandach Genootschap.
Be volgende gelegenheidsstukjes, waarvan Val. AmnaAS en
FoFPERS in BibUoihêca Belgioa, en SwisanDS in Atkenae Bel-
gicaê melding maken, hadden hier plaats behooren te ne-
men, loo er mij een exemplaar vanJn handen had mogen
komen, als.
1«. Victoria turrit Damdicae contra turrim^BobyUmioaim,
Anct, G. A VainaKiiAiH. SUvatd, 1(180. S».
Digitized
by Google
— 658 —
£o. Pfoêromm PaeUf eodcm Molon.
f o. FlagêUmm Beiyieum$ eodem aiioloie« (Zie bierroor
blads. 64a, noot 8, en Madz. 649, noot 1.)
In deie drie werkjes mn BauiOBLAaL «loeteB bljModcr-
lieden «oorkontn wegffos de gebeiirleiuasn te 'tHerto^en-
4p. Victoria Nobiliss. Adolpki dê Cortmh&ek^ pneomiüt
ffêlmondanü Cecinii Baat. Hcioan».
0». Pomatium de pitgna dvili Silvaeduotnsimmu ÉmtL
HUmax Voino. Süvaed. ScheffêrMs. 1606. 4».
6o. JSpigromma in laudem dmtaUa SilvaêdmotMsie, {GroêCê
0i LaÜM.) Auct Jo. YKAimLAOOO. Silvaed.
7o. In laudem Domiid ffelwiendam} eodem anetoro.
8». Dé ObêervaüoM arde Belmondauaef eodem anctoie*
SUvaed,
Digitized
byGoogle
VERHAAL DER INHULDIGING
▼AN
PHILIPS II
AIS HSRT06 TA1I BRABAND,
DKI 83 u SS SEPTEMUUl 164»,
mm& MAART YAN RENZELFREN VORST,
OEN 8 ROYUBKR 1508,
BKBB Tl
*ëMÊ€
Digitized by
Google
•Digitized by L3OOQ IC
fERHAAl DER INHELDIfilNG
▼AH
PHILIPS n,
AIS HERTOG VAN BRABAÜD,
Tl '•■ertogeaboseh» sui 22 in 23 SsmiBiH 1649.
[Brüftgewijsê mmieyêdêeld aan dê regering wm MaastrichL)
Eersame» wyse, zeer yoorsienige» discrete Heeren en.
besundere goede Ymnden, wy gebieden ons seer hertelyck
en. dieDStelyck, zoe yrj aldermeest kooDen oft moegen, tot
nwen Eersaemlieden« Uwen E. brieff aen^ ons met brenger
▼an desen gesonden, waeraff uwe Eer. den teneur wel ter
memorien houdende zyn, hebben wy ontfangen en. wel
verstaen, achtervolgende den welcken sall uwe Eer. be»
lieven te weten , hoe dat die gouyeraenr en wethouderen
ende r^eerderen deser stadt te peerde, in getalle van om*
trent veertich persoonen, met zxy* borgeren deser stadt
crychsgewyse gerust, met omtrent hondert erfruyters te
perde, all zeer wd gerust int harnas, met spiessen, bel-
lebaerden, slachsweerden ende busschen, met tien yende-
ien, by hen hebbende acht cleyn veltgescutte ; omtrent
een halff myle van dese stad het crysyolck, te wetene:
de borgeren staeude in heur slachordel, ende de wethou-
deren te peerde sittende, hebbende den zeer hoogen, zeer
Digitized
by Google
— 662 —
machtigen en. se^ excellenten Prince van Spaengien, van
hearen peerde geseten (l), op buer knyen in alder reve-
rentie gesalneert ende willecome geheyten, offererende syn-
der Excellentie alle eer, dienst ende getroawicheyt, idie
wy kosten en. mochteoi ende dat all ia Brabantsche ta-
len oft spraecken, achtervolgende sekere geschrifte hier
inne besloten liggende (2); ende bnyten der poorten deser
stadt hebben gestatik die vaader ckei^ien, als die vaiH
der capittele, cloosteren ende andere, met processien, va-
nen en. crucen, ende comende voor inde poorten deser
stadty waeren die thoorens ende vesten met groff geschnt
totten getalle van xvj oft xvg stncken ende volck van
wapenen tot omtrent ig* persoonen all int harnas besedt;
(1] Gesêien, afgestapt.
(8) Afschriften Tan de hier gemelde stukken liJn ten archiere der stad
■iet Toorhanden, wri het femnlier Tan den eed, dicor Philipe te 'sHer-
tegenbosch heeft a%al«gd, door hem aelTon eignnhandig ondertedGoid (b
de stads-komme op 23 Sept. 1549). In een* codex (geteekend C, d«. 17,
Acien, Octnmjen enz») komen fol. 168 tot foL 2ia de Tolgende stukken
betrekkelijk de inhuldigiDg Tan Philips II als hertog Tan Braband toot:
88 Jtmij 1640. BoTol Tan kciser Karel, dat alle anbtcnwcB in li»-
band de blijde inkomst Tan Philips sullen moeten beiweren.
80 Juni}, Keiier Karel en de Staten Tan Braband maken Teranderin-
gen en Trijzigingen in de blijde inkomst, dfe Philips staat te bei weien.
6 JuUj* Bl^de inkomt Tan Philipa als hertog Tan Braband^
» Bed door de Staten Tan Braband afgnlf^gd.
» Bed door de regering Tan LeuTen afgelogd.
8 JufiJ, n n u u » Brussel m
18 S0pt, » n » » M AnÉwerpea i>
88 » » M » u '» 'sHertogenbosoh.
11 Dêo, Eed Tan den bewaarder der charters en priTil^ên Tan Bia-
band te Vilyoirden.
11 Ihe. led Tan de ambtenaren der rekenkamer.
w Acte, waarbij aan alle raden, secretarissen en andflfe «fficit-
ren boTolen wordt de blijde inkomst te besTreren.
11 Dec, Keiser Karel boTeelt, dat alle ambtenaren, TreemdeUngen
iijade, bij de blijde inkomst Terralfca UJd Tan hunne bedleni&g.
Digitized
by Google
- 663 —
ende tsetre gescntte affgel^i ende de Frinoétycke Excel-
lencie taq Spaengien bynneo inder poorten vasder stadt
gecoineo wesende met versceyden ballingeQ naeder ouder
manieren) kebben aldaer gestaen die Bagynen» met wit
lywaet Iiefaangen inde plaetsse van heycken oft falien, en-
de versceyden borgerén deser stadt, ondt ende op benre
daegen gecomen óynde, omtrent vg"" in getalle, van bey«
den syden vanden bnyseii der straten deser stadt totten
bove oft palleyse toe der Princelycke Excellencie» beb-
bende in benren banden borrende tortsen gelucbt, ende
de selve wederomme, nae dyen de Prmcelycke EzcelleDp
tie in ^yn palleys vraa gereden, vuytgedaen, ende de re-
geerderen te pewde ende de borgeren te voete als voire
komende voirby den logys vanden Frince, ende soe voirt-
aen een yegdyck syns vreechs gereden' cavle nae bnys gen
gaen. Ende des anderen daecbs» bnyden drye vreken ge-
leden, syn gecomen scbootetb, sdiepenen ende die van*
den rade inne oft voire den palleyse vanden Prince ende
bem geconvoyeert vanden palleyse tot inder procbiekeike
van sint lans evangelisten, aldaer opten kerckbove staen-
de ende vervracbtende weeren die beeren vanden capit*-
tele met cracen ende vanen; ende den dienste ende die
misse ,inder kercken gecelebieert wesende, is de Princbe
gecomen opter merct opter peyen voir den stadbaj^, al-
daer syn Princelycke Excellentie blootsbooffs, inne tegen-
woirdicbeyt der drye leden, albier ierst deser stadt ^ opt
bcylige evaageliom den eedt, bent byden president oft
yoiiscb^en deser stadt, ende der gemeynte by myoen
beere den andiencbier Yerreycken gestaeft (1) ende in onse
Dnytscber spraken vertaelt, gedaen beeft, vanden welo-
ken, ende oyck randen eede by ons gedaen, substantia-
(1) Gestaeft, Toofyoleieii.
Digitized
by Google
— 664 —
lyck wy uwe Eer. insgelycks . copye orer seyndeo. Dat
gedaeo wesende, hebben die vande drye leden deser stadt
voirn. , inne presentie der gemeynte, al vol volcx we-
sende ende staende opder merct, den Prinche wederomme
den behoirlicken eedt gedaen. Alle dweick -wy uwe Eer.
nyet en hebben willen verswyghen, maer tselve schrifte»
lyck adverteren, omme uwe Eer. daer nae te rouleren,
ende waerinne wy uwe Eer. eeni^en dienst, lieffde eoèe
vrientschappe konnen gedoen ende bewysen, sal.men ons
altyts daertoe goetwillich ende bereedt vinden kenne, Godt
almachtig, die uwe Eersaemheden in langen, saligen, ge-
sonden leven wille gesparen. Geschreven den xiig*" dach
in Octobri anno xv" neghen ende viertich. JEmU onder
opten hrieff Hant geschreven: Byden all uwe Eer. goei-
willigen en besunderen goeden vrienden, Schepenen ende
Wethouderen der stadt van Tshertogenbossche, endê oi^
dertekent hyden eeeretariê Gbotaert; ende bugten op^
ten hrieff etont geeereven aldue: Eersamen, wysen, zeer
voirsmnigen, discreten Heeren Borgemeesteren, Gesworen
ende Raedt der ^dt van Haestricht, onsen lieven ende
beminden Heeren ende besundere goeden vrienden. On*
der etont alnoeh: Dese copye is geschreven vnyt seke-
ren boeke wylen meester Goyaert Grotart, in syn leven
pensionaris ende secretaris der stadt van Shertogenbossche,
daer inne geregistreert staen verscheyde privilegiën ende
andere acten der voirs. stadt aengaende, ende mettm sd-
ven bevonden accorderen, dwelck ick Gtsbebt vasdut
Velde, secretaris ende greffier der stadt voirs., attestere.
fFae ondertekent: L vahden Velde.
Ten arohiere der stad *8 HertogeDbotch , onder de losse stokken.
Digitized
by Google
VERHAAL DER PLS6TI6B UITVAART
YAS
PHILIPS U,
ALS HERTOG YAIf BRABAND,
Brtogeaboseh» bbh 8 Notdubi 1606.
Ordinantii om dwytwuri U houden van onsen alder*
genadiehsten heere PbUlppas, de g« van dyen
naemOf coninck van Spaignyen en. hertoghe van
' Brabant.
Datmen op Alderheyligen dach smorgens sal begbin-
nen te lnyden te ses oren in sint lans kercke tot datmen
bet sermoen b^bint, ende de andere daegen te seven
uren, met bet groot gelujt, jnet onderbondinghe van
doeken omtrent een ure, eode des middaecbs naé el£f
nren, en. des avonts nae vyff uren als voor, ende sal
het Inyden becosticbt warden byde kerckmeesters van
elcke kercke en. byde cloosters, daermen luyden saL
Ende zoe baest als de clocken in sint lans kercke wor^
den gelnyt, soe salmen allen die clocken, soe inde pro«
cbien, capellen en. cloosteren bestaen te luyden soe libge
als bet geluyt sint lans doeren zal: ende dit luyden sal-
men continueren alle daege tot Sondaecbs daemae', wan-
C. 45.
Digitized
by Google
— 666 —
neer men dvuytTaert van zjne Haiesteit voini. honden
sal, ten welcken daege, alsmen naede keicke toegaet, sal
insgeljrcz de aldergroolste clocke metten anderen word-
den geluyt.
Ende naede naayinH soe aalmen Inyde» wederom io
manieren voers. tot So&daechs danMe, wesende tsaemen
xiq daegen.
In dese naevolgetide manieren sal hei vuytvaeH tnn
%yne Maiesteyt wordden gehouden.
Inden iersten sal roerg^ÈO^ die groote schoole met baer
meesters deur de Eerckstraeti Crnlleostraet, nefeis het
gnlden Harnas, voerby het stadthuys, achter tgewanthnjs,
deur de gevangen poort, deur de Thoosenstraet, over deo
Roostel, neffens die trouwdenre> huyten* om de kerd^e
inde schoole.
Daemae de twee compaignien voetvolcx, hebbende haer
tromocn met swart laeken bedeet ebde de wapenen ave-
rechlS' onder haer ermeni vei(;aderende voerden veodnch
Io. Philips van Brecht, cnde, treckende vyff dek in ge-
lede yoerby het stadthuys, ai^hter om het gewanthiiys,
deur de gevangen poort , deur de Thorenstraet, bojtm
om de kercke als boven, lossende haer roers voor de k-
gie denre, affbeckende voirts. deur de Bvtstraet wederom
voer het, logement des vendricto Breeht, van waer het
vedelen, det wacht hebbendei^ sal vèrdejdl wordden soe
in hen corps de gar^^ item <h!ye rollen -aende merct If-
de Werelt» ,op, hen alkrm plaetsseai met eenen officier
daerbj ak aeU' alleq poorten deser stadt, en. daer Uy-
ven tot d^t die sdve jj^oqrten naédeiK middacht
Digitized
by Google
— e«7 —
sollen weséo geopent, énde suUqb voerts aende poorten
Myven hser wachten bewaerai naer behooren.
Baer nae de cmoiriers met haer kmtstocken averechts,
twee' e&de twee is geledie, vervolgens hen dan begevende
op henne qnartieran lot dat die poorten syn geopent
Baemae de ntfters te voet mette trompetten', met swart
keken aende liompenai, vergaderende voor hen corde»
gardèf treckende ojck vjff in ordre gelerst en. gespoott,
die de soldaeten sollen: volgen' en. steecken die soedyne
(1) voe# die logie deore énde &jtk inde straeten no en.
dan, en«' w^edergekeert synde aen hen cordq^arde, daer tiy
B& gegaan syn> sollen hen te perde geven' en. hen alsoe
hoodea voor hen cordegarde^ doende van daer ronden,
soe lanc» do testeÉ als denr da straeten, toe dat de poor-
ten des nae niddaedtt sidleB wescn geopent en. de wacb»
ten ais', voor heaelh.
Bier iiae de geesielicklMyt éwAe olei^, inder voegen
alsmeii ^aet mene p^rooessie om de stadt, mette cniysseff
sonder vaeocn, die veq^eren sollen in. sint lans kercke,
ende van* daer oidenteiyck eomende, de hooffden off pre*
laien opf stadÜioys, hoodende hen dand^te omtrent den
Minderlnroederto okxiater in drdinantie, tot dat den sdven
geordineert bêI wordéoi ie geen hjFden g^eenen^ die vofr*
den heere» wedwlidéven daertóe genooriien sollen wwd«
den^ aehtér tge^anlthojs olmne, doorde gevangen poort,
Thorenstraet, deor de thoorendenre inde kercke, ben ve>
deyl^^^ ende hoodeÉde lontsomme inde gangen boyten
idhoor, voyt^cseheydeb die beerend vanden cq»ttde, die
mVt chroe» soUok gacnr «Édè Uj^e», sonder dat dander
Gonventriaeieii siulen> offeren/ oht dat ooek de clèigie we*
(1) Soedyne. IKt #oord kwam mij nergsns Toor. Hen kan ook mt*
éynê leién; die mw^m of ê<&dyne steeden VeMa ik niet.
Digitized
by Google
— 668 —
der op stadthuys comen; dan «uilen alleenlydL wederom
gaen de persooagieD, schoutet^ sch/openen en. heeren van-
den raede, meUe deken» vanden ambachten» sclmtteryen
en, capitejnen vande wycken opgaen de trappen tot in-
den sadel opt stadthuya en. daeromtrent.
Daernae snlleo rolgen de tortsen niette wapenen van
zyne Maiesteyt TercMert; ^e besorgen suUen ende doen
draegeo, te weten» iq;elyck schepen, gesworen, raecsheer,
rentmeester deser stadt een tortae: iegelyck ambacht twee
tortsen: élcke schutterye twee tortsen: Trouwen broedei^
schap twee tortsen: iegelycke prochie kercke» cloostery c»-
pelle» heybgen Gheest ende groot gasthuys deser stadt
een tortse» en. noch dese stadt acht tortaeo, die gedsae-
gen zuUen wordden by mannen by elcken daeitoe te* ver-
willigen ende te ordineren »< en. «uilen die wapenen daer-
aen te hangen byde stadt wordden gegeven, welq^e wa-
penen ende tortsen iegelyck naer hem nemen sal. Ende
sullen die voirn. wapenen in allen doosteren ende capet
len, nae celebratie des vuytvaerts, opgehangen wordden
voorde memorie van syne Maiesteyt en. gedenckenisae, en-
de. sullen die tortsen gaen twee dick» ende inde kerdie
gecomen wesende» sullen inden bi^nk vande kercke bly-
ven staen van sinte Eloys altaer aen deen syde en. sinte
Sd>a3tiaens aen dander syde totten clocken thoren toe, tot
dat den dienst sal syn geëyndt, en. als dan sal een iege-
lyck mogen ' thuys gaen.
Itend ilfier nae sullen volgen dm personagien in een
gpeledie:'het een gaende int middelt^ voer hen dragende
den groQten «dbilt van synè Maïesteyt: den tweeden het
hehnteecken, aende rechter syde: den dordden de wape-
nen van Brabant, aende lochter syde. (Goyart van Ylier-
den int middel; Gerart van Berge, capitein vanden ion-
Digitized
by Google
— 669 —
gen Yoetbooge, aende rechter syde ; Mathys Tander Meer
aende lochter syde.) (1)
Eode sullen die 'navolgende pérsonagien gaen alleen
achter malcanderen, te weten,' die gheene hebbende in-
de hant een swartte lancie met het cornet van Brabant
daeraen. . (Mr. Marten Moons, capiteyn vandeü Hantbooge.)
Daer nae een ander, draegende den standart mette wa«
''penen Tanden Gdninck, "wesende den grooten standart
royal. (Bfr. Henrick van Broeckhoven, rentmeester der
heer» Staten van Brabant.)
Daemae een ander, dragende het cornet royal. (Bfr.
Goyart Loefi vanden Sloot.)
Daemae den wapenrock mette Gonincx wapenen al aen
swartte lancien. (leronimns Wynants.)
Daeraae het perdt met een swart fluweelen cleet, met
een root zyden cruys daerover en. met vier schilden mette
Conincx wapenen en. croon verciert, en. twee pérsona-
gien, die tpert leyden snilen. (lo. Anthonis Berwonts,
lo. lan van Hambroeck , en. sullen hen yegelyck versien
van eenen iongen, om tpert gaede te slaen.)
Daemae het gulde Tlies op een swart flnweele cussen.
(lo. lan van CSampen.)
Een ander personagie metten schepter. (lo. Phihppus
van Brecht.)
Ben ander personagie met het swert met eén verguit
gevest. (lo. Arnt Heym.)
Item noch eén ander personagie met de Conincx croone.
(io. Goossen van Brecht.)
Daemae twee pérsonagien, draegende tsaemen tusschen
hen beyden en. gaende voorde tombe, een taeflfereel int
(1) De namen tuMcben ( ) geplaatst, zoo hier als in het Terrolg, sljn.
roet eene andere hand op den kant fan dese ordinantü bijgeschreTen.
Digitized
by Google
— 670 —
swart geaoGonstreert (1)» sjnde ih mmane ee. ioime vim-
de doot en. de historie^ guod mar$ feepim ligomhêi im-
fUQi. Alle dese pereooagitt ^ voet met nncjleederaii ge-
clqet (Penstmaris Mr. WUlem raa ftejs en. leiitiiieester
Tapde domeynea Maitm FÊfrlanta.)
Daeraae de tombe, met een swait fluweeloB cleet lie-
dect eode een wit syden crajs daecorarp «ette v^fmai
daerop aen liey4e sjden en. roor en. «ehter ak een tperdt,
^de aal gedragen wordden ly Aml yua Hoorenbeeck met
Wonter lanss. Anthony Pynappel eau IhraiMm Thomas
boop Servaessen eode lan Tanden KevcUioff, lieateiitttcn
▼ande vier schntteryen, nyet wesende :inde wetk, die*
welcke voirs. lientenanten die tombe op baere geordineer-
de plaetse met reverentie gestdt bdbende, anlleR alle acs
da^ beneSens een weynicb verthoeven en. een weyncb
vertoeft bobbende, eick int particnlier ben begeren by
syne scbnttèrye en. met deselTO ten tyde vande offeren*
den beboorlycken comen offeren, en. die daer nae voorts
baer byde selve scbnttèrye vnegen en. ontbonden snllen;
en. sullen voer en. achter wordden gedracgai twee flamr
beaw, en. aen dcke syde vier by^ioocskens, gaeade int
swart gecleet, bloots hoofts, die in enloker vnegen etaep
snllen jinde kercke rontsomme de tombe gednerende dai
dienst en. van daer thuys gaen.
Paernae sal volgen myn beer d^ soboptet iaden van-
covel, neffens hem hebbende d^ .padaet «van Bern ende
den eonmandenr Messcbereeb.
Daemae de heeren vanden magistaael, liwee eode twee,
en. metten lesten sd^hepen dep st^dtboa^ne van Bqrn beer
d^ booohschoutet.
(1) Geac^oustreert, geacfailderd.
Digitized
by Google
— 671 —
Daernae de gesworens en. heeren vauden raedt nae
ander manierea.
De secretarissen metten griffier.
De dekenen vanden ambaefaten, alle gaeder l^nree ende
twee.
Saeroae de vier schatteryen sonder wapenen , vyff in
ordre, daer van £e vanden anden Yoetboge sullen voer-
gaen» den iodgen daernae, den Uantbooge de derdde en-
de de CSeveniets de leste: ende sullen die vanden anden
Yoelèooge vergad^tn aende tralie, den tongen voer iJbra-
ham Thomas, den Hantbooge voor de Papegay, de (3e»
vemers voorden EngeL
Daernae sullen volgen die caprtqn^en en. lientenanten
vanden wycken, metten gheenen ^heen raetsheeren synde
ende nochtans aende ^poortea als raetsheeren Iraecken, hen
v^gaderende voorden Cop, dié welcke alle voers. in haer
ordre sullen offeren en. hlyven geduerende den dienst der
misse.
Item de xentmeesteren deser stadt sullen bestellen, dat
het bhoor en. het oxael binnen en. buyten behangen wordt
met swart laedken én. daerop de schilden mette wapenen
van syne Haiesteyt, aen elcke syde drye, en., buyten voor
doxael het blasoen met twee wapenen aen beyde syden
en. van binnen een waepen.
Item sullen die heeren vanden capittule verchieren den
altaer heerlyck, als zyne Haiesteyt competeert
Ende sal de voorsadel van stadthuys behangen wordden
met swart laekens mette wapenen vanden Coninck, daerop
stellende de tombe int middel, de flambeaux en. tortsen
rontsomme, en. sal inden sadel vuer wordden gestoockt,
waer vuer vergaderen sullen ende omtrent hen houden de
personagien en, oock de iongens de flambeauk draegende.
Digitized
by Google
— 672 —
Ende om te verhueden het overloopen vanden vdcke
sullen de gruen roeden, mette groen royen in haer bant,
gaen ter syden de heeren vanden magistraet
De hellebardiers vanden scboutet snllen oock met haer
hellebarden alle gedrangen verhueden.
De ingebieders mette prevoosten vande schutteryen sol-
len, insgelycx met eenen swartten stock elck mde bant,
oock haer debvoir doen en. het gedrange vant volck we-
derstaen, om confusie te schouwen, aff en. aenhadende
het volck, volgende dordinantie, die haer sal wordden ge-
geven byde ondergeschreven gecommitteerde.
Item, de personagien sullen staen int cboor aai beyde
syden der tombe, die gestelt sal wordden boven int choor
voorden altaer, daeromme staende die twdff iongens niette
flambeaulx als voor, ende aende vier hoecken een iam-
beau mette wapenen daeraen van syne Maiesteyt, hen hou-
dende inde nederste gestoelte, nemende die leste perso-
nagie die hoochste plaetse ende naer advenant
Ende sal myn heer den schoutet metten prelaet van
Bern et commandeur Masschereels hen houden int gestodte
van myn Eerw. heere den biscop ende daeromtrent ende
soe vervolgens de heeren vanden magistraet, en stellende
het perdt buyten het choor voorden oxael, laetende tselve
bewaeren by twee [van] haer dienaers, die tgeleyt hebben,
gaende de eelmans (1), diet geleyt hebben, inden choor op
haer plaetse, en sal geoffert worden, als volcht:
Myn heer den schoutet ierst, geleyt met myn heer den
prelaet en. commandeur; daernae de personagien de croone
gedraegen hebbende ende soo vervolgens: insgelycx het
perdt , dwelck wederom sal wordden geleyt voor tchoor
op syn ierste plaetse ende den dienaers overgelevert, en.
(1) Etimam, e^eluMiiis, edeUioden.
Digitized
by Google
— 673 —
int scbeyden naeden dienst sullen die personagien gaen
deur oos lieve YrouweD ckoor eo. aldaer leggen op een
taeffel voor den altaer te stellen, die' instrumenten by haer
gedraegen synde, ende het perdt sal geleyt vrordden in-
de logie eo. aldaer ontcleet en. voirts gesonden in synen
stal.
Behalven de drye ierste personagien, die mette wape*
nen deur de logiedenre, deur de Kerckstraet gaen sullen
opt stadthnys, dyen volgen sullen schoutet en. schepenen
daemaest inunediatelyck de voirs, personagien eo» soe ver-
volgens, gelyck die gegaen zyn, hen houdende inden sa-
del van stadthuys, alwaer den pensionaris sal de com-
paranten van henne debvoiren hedancken van Mregen^de*
ser stadt en. alsoe scheyden.
Item sullen de poorten deser stadt toegehouden M^ord*
den geduerende de vuytvaert, ende sullen die vande wyc-
ken, des snaechts gewaect hebbende, over dach verwa-
ren de poorten tot dat al gedaen is, ende die wacht van
stadthuys sullen daer eenighe musquettiers laeten off an-
dere, en. sullen die vanden schutteryen, de wacht heb»
bende, vöör eenige oepeninge der poorten op haer wacht
moeten coemen.
Ende heeft voirts de magistraet beheert op myn Eerw.
heer den bischop, dat hem gelieve te commanderen aen-
de andere prochie kercken en. cloosteren, soe mans als
> vrauwen , datmen die weke daemae alle daege sal C/ele-
breren drye singende missen van requiem, en dat voor-
de siele van syne Haiesteyt overleden, wiens side inder
eeuwicheyt moet leven en. wy als wy nae sullen coemen.
Ende sal die schoole beghinnen te gaen te negen uren,
daemae sal volgen het chrysvolck^als boven, ende sul-
len die personagien, heeren vanden magistraet, raede, de-
Digitized
by Google
— »74 —
kenen, .capftcjiWDy sehutterjen wordden besbhejdoi pie-
qrselyck ten negen uren opi sladtbuya aende meret, op
luier pketse rapecdve.
Item sjm gecomviitteert incop t«b Stryp ende lieroe*
lis T«n Groeniogèny om desa ordioantie ordcoteijck te
doen yerTolgen» met advys der heeren Ia Arnt Reym
en. Mn Herman Fdgron, en. de 'todtten, <^ei en. we-
deroompsle bj assifilentie vanden ingelneders ende pre-
voofiten te doen Tenpolgen.
lldos geresolreerc by Mr. DiBUCKDr Tiir Ysctil, acke-
pen, GfliBBiBf TA»ia Stm« endt Mr. Psim PnunoH,
getwoien» Mr. Gotabmit Loifp, Mr. Mabtu Ifoon, As-
BBIE8 Tiv I^micx en lo. Akiit Hnn, eapiteyn, raets-
beeren, met adiunctie vanden pe|»ioBam en. rentnieeste-
ren deser aCadc, als 'Oomnnsnrisscn 4aerloe van mynen
keeren vanden twee ieiete leden deeer atadt geordiaeeit.
Accnm den zxvj^ en. ^^ vespeotive daq^ der maent
van Oclobri en. Novendiri «^ lê98.
Op heden den aèiulen daoh dér maent van Nbvetdwi
a* 1598 is dvnytvaert van onsen aldergenadiclisten heere
PhilippnSy die tweede van dyen naeme, coninck van Spaig-
nyen en. hertoge van Brabant etc, zaligber memorie, ge-
eelebreert en. gebonden in sint lans kercke, inder vnegen
en. Bunieren inde ^oirs. ordinantie begrepen, vnytgescbey-
den dat doemen voerde tweede reyse offisrden, tzelve is
geschiet ak volght: myn beer den sdioutet het ierste, ge^
. leyt als voor: daemee de personagien: daemae de heeren
ddién taNlte canonioken en. beneficiaelen vanden capittnle
deser stadt, hebbende brandende kerssen in haer handen:
daarnae de heeren vanden magistraet mette gesworens en.
Digitized
by Google
— 675 —
raetsbeeren: daeroae de dekenen vUnden ambachten: daer*
oae de capiteynen en. luytenanten vanden wycken ende
andere gheen raetsbeeren synde en. aende poorten deaer
stadt als raetsbeeren waecken.
Item den dienst gedaen wesende, soe syn de drye en.
twee leste personagien» met baer instrumenten in haer
bant, vt)ergegaen vuyt de kercke deer de Ic^e deure,
door de Kerckstraet nae stadthnys, den welcken gerolcbt
zyn de personagi^ de instrumenten gedraegen bebbende,
twee en. twee: daemae alsoe de voirs, zg iongens inden
roa gecleet, blootsboofl^, baer flambeaux brandende dra-
gende: daernae myn beer den scboutet, géleyi ak voer
inden raucovel: daer nae de beeren vanden magistraet,
gesworens en. raetsbeeren, ddienen vanden ambacbten,
scbmteryen, capiteynen, lieutenanten vanden wycken met-
ten gbeenen aende poorten waeckendé als raetsbeeren en.
egbeen en syn: ende in sulcken ordre opt stadtbuys ge-
coemen synde, soe beeft myn beer den pensionaris deser
stadt een beerlycke barangne gedaen inden sadel van
stadtbuys, verbaelende int breet en. int lanck de goede
affectie, die syne Haiest^ voirs. dese stadt altoes toe
beeft gedragen etc, ende by synen leven versien beeft
dese landen van soe duecbtsame en. groote personagie,
syn lyve docbter tot princesse en. <mse bertogbinne, ende
daemae een iegelycken van bet debvoir bedanckt en. oor-
loff gegerm om tbuys te gaen, en. is alsoe een iegelyck
van daer gescbeyden.
Ten archiere der stad 'flEertogeDboscli, onder de losse stokken.
Digitized
by Google
Digitized
by Google
wsoupho MONmosi FOEm,
1M« aatt.
ACCIDIT
DESGMPTiO TBIDM GiDAmiM OBMlAmil
AÜCTOBS
M. Jacobo IDmick,
Clvlteila
Digitized
by Google
,..:)[na J ^y]':xi
Digitized by
Google
DESGRIPTIO ÏONSTROSI FOETUS,
BUSCIDUCIS IIATI AIQIO UM,
fae$a a M. Jiono Dorck^ dietae Cmtati a êeereiU.
Anno DoBuni millesimo qningentesimo nooagesimo
quinto, nona die nensis Angnsti, octava hora matutinana*
tBun est in civiute Boscoduoensi dncatus Brabantiae mon-
strum sexua fteminei piope* plaleam Hiatliamenaemy in
quodam yicaloy qui a ferrea quodam inatrumeBta, quo
ignts ex ftilice eaLcntitnr, ideomate Belgico Aehter hei
FuiTêtael nnncnpatOy matre param iat^grae pudicitiae
(m Iramana fert opinio) palre vero Re^e Maieslatïs mi;-
lite stipendiario: praeditnm fuit hoc monstnmt dliolbnft
capitibua diverais et aepatatli^ iisqne tarnen qpeciosisy Mm.
dnobns coUia, dnplici facie i nt vennst» ita peq^nlchrfty
tooi et uno pectoito nnoquie tentre utonmqfue tanien< an^
plo et taslo hrachü» duobna totideOMpie ontribos déocD^
ter aptatis; in eoxa versus apinam dorai finma qmedam
perinde molliuscnla atqne iaedda imi modiiÉi cniria oilv
▼atiy atque panlulmn a rectitudine detorti, extahat» duo-
bus digitis adnatiSy in quibus duo tenen unguiculi eer-
nebantur. Adhaec infima parte osdis sacri sapra anum
Digitized
by Google
— 680 —
caruncula quaedam proëminebat, speciem quasi caudac,
seu membri virilis repraesentans. Yixit ctrciter ad qua-
drantem horae, perceptoque sacrosancto baptismate opera
obstetricis expiravit (1)^ mortaumque monstrum in aede
divae Annae sacra, ut a vulgo spectaretnr, ad aliquot dies
servabatur, omnesque qui eius aspectum ambiebant, oc-
todenarii pretium dare cogebantur, ut mater buiusmodi
prodigiosi foetus cum sit tenuioris fortunae, afflictaeque
ex partu valetudinis» iis pecunüs coUecüs adiuta ex puer-
perio facilius emergere atque ad optatam sanitatem Deo
auspice pertingere posset.
Gaussae autém quamobrem pro maiori parte buiusmodi
innaturales partus et prodigiosae creaturae nascantur, di-
versae et multifariae a doctissimis viris tam Graecis quam
Latinis commemorantur, quae partim occulto Dei iudicio
et vindictae eius, partim vero diris imprecationibus aliis-
que occuhis mysteriis attribuuntur. Permittit enim om-
nipotens Deus ut patres et ïuatres, ad incutiendom ipsas
peccatorum suorum terrorem, buiusmodi terribiles foetus
muudo progignanty cum ii sine ulla discretione ritu Inn*
tarum pecudum suis indulgent concupiscentiisy effrenes et
indomitos suos affectus sequantur, camisque suis illeoe-
bris ferventins serviant, uulla interim babita ratioue vel
tenêrae aetatis cuiusquam, vel aliarum rerum bonestarum,
quas vel ipsa lex naturae praescribere videtur, attestante
sancto Gregorio in suis dialogis, qui ibidem refert de im-
pudica quadam nutrice» quae a puero quodam dumtaxat
novem anncnrum cognita ségra vidam reddi fecit Sanctus
HieronjnBdus hoc serio confirmat de puero, qui cum deci«
(1) Dexe woorden kunnen dubbelannis worden opi^ermt, soo als in
de roerrede broeder besproken wordt. De interpanctie if intwcbeo
door mij onvmoderd geltten.
Digitized
by Google
— 681 —
mum annum explevisset, partim ob impudicos et invere-
cundos suae nntricis gestus eum tanta libidinis cupiditate
exarcisse, ut uterum eiusdem suae nutricis, stimulis car-
nis huc pellectus, prole tumidum reddiderit. Ad hanc
dassem referri videntur Qseae prophetae cap. 9 et Esdrae
propbetae cap. 5. Aristoteles, Hippocrates, Galenus et Fli-
oiusy viri undequaque doctissiroi, qui abditissima quaeque
naturae penetralia sagacissime excusseruDt, basce monstro-
rum occasiooes ardenti et forti isti imaginatioDi attribue-
baot, quam mulier interea temporis, dum semea concipit^
habere potest, quae taotam vim io foetmn rudem et in«
formem exerit, ut signum quoddam in eo, quando nasci-
tar, maoeat fixum et immobile. Nam Damasceno authore
ofiferebalur Carolo imperatori quarto Bobemorum regi vir-
go quaepiam, toto suo corpore instar birci birsuta, pilis-
que frequentibus obsita, quam mater tam turpi deformi-
que specie pepererat, propterea quod paulo fortius oour
lorum suprum obtutum defixerat in imaginem pictam divi
lobannis Baptistae peUibus vestitam, atque ad spondam
sui lecti coUocatam» quo tempote in utero foetum concipe-
ret Hippocrates medicorum peritissimus mulierem quan-
dam atque adeo principem ex clarissimo loco natam ser»
vasse^ et a vitae discrimine asseruisse dicitur, quae adul-
terü crimioe accusata futt, propterea quod enixa esset in-
star Aetbiopis nigri nigram prolem, cum tamen eius ma-
ritus totus albus existeret, quae tamen mulier sagaci in-
dustria et provido consilio eiusdem Hippocratis fuit ab
obiecto crimine adulterii absoluta ob causam bic attex-
tam, quod imago Aethiopis, quam eius proles colore et
corppris lineamentis referebat, ad finem lecti semper fixa
extitisset. At Empedocles et Dipbilus Graeci autbores non
contemnendae eruditipnis hanc causfun deformis et mon-
C. 44.
Digitized
by Google
_ 682 —
^trosae generationis asscripsenint defectnl et corrnptim
seminfs maiacqae dispositioDi mulieris pnerpeiM, asserett-
les banc rem verain mtninieque fictam esse, ducta siui-
litodiae ab iis rebus qiiae fundi soleant, ia quibus si ma-
leria quain fusam velimus non bene Itquefaeta, dfligen**
ter purgata, decenterque aptata fnerit, vel qiiod alias
fofma paulo inaequalior vel minus recte formala extite*
rit| effigies quae inde proditura est, appÉrebit non solnin
defiBCtuosa, obscena et inelegans, sed qnoqne tetra, bor*
rida et deformis. Astronomi attribnunt bfiÉC innatoialein
partom stellis aethereis, acie mèotis d^icantes si lona
in recto gradu vel coniuncticme extiterit, eo tempore quo
muller coocipit turn fore, foetom eiu» prodigioaa forma in
mundum proditurum esse, qu(»iim opinieni ilciatns Tü.
de initrp, vetb. et rerum assentitur, Altquoties fieri po-
test, ut buiusmodi monstrosae et innaturales proles gen^*
reotur ^ corniptione sqdalidorum, turpium et foecidonun
cibomm, aliarumque rerum simtliütti, puta cArbonum ig-
nitonim ët candentium, picis, calc{s, carnis humanae, ét
similium, quorum confisstiin tttque conceperint mnlieres,
irratiofiabfli quodam appetitu exardesinidt» ëum tameo baec
omnia tion solum grave detrimentüm, vertim etiam quaa-
dam indelebiles maculas foétoi eoitcepto Hdfefre soleant
Siquidem legitur in lib. prifflo cap. 6. de oóeültiê naiu-
rttB miramHê apud Levinum Lëttitiitim medienm de qna-
dam ttttlieré, quae duabui prólibu^ eraf gratida, quae
Mmulatquè Oónieèisset ocülös SüOd ia speciosum, inenar-
rabUi libidinia vorandae eiua camis inflatnmescebat, sed
timenis ^ üe si caruem Appeteret, posset suae petitranis
ferre reptdsiim, tandem intemperanti suo appetitn hoc
comptilsA, intolavit in virum, partemque carnis mordi-
cus de eitiê tttimu AUalÉm apertis fiiucibus e velfiCfio de-
Digitized
by Google
— 688 —
glutivit ld qnod bonus vir, animadverso cruciatu mn-
lieris infracto animo tulit; sed cum infelix muiier intem-
perantia affectnum devicta, nt similem morsum ex eins
carne anferret, ad eundem yirum redire putaret, mulie-
rem tam eSxieni aflfecHu Vi n se 'repulit. Quare oralier
sufiiisa pndore, postquam aliquot dies in luctu iacnisset,
ad extremum gemellos in lucem protulit» quorum unus
vivusy'aker vero morluus.extitit. Ceterum medici super
hac re congr^ati, innctis consiliis deliberantes, non in-
yenemnt aliam rationem' dicti abortus, quam'quod ei se-
cundus morsus esset ncgatus.
Habetis venerabiles domini caussas enarratas innatura-
lium et monstrosorum.foetttum sonmia* verborum parci-
monia a me perstrictas, atque ez intimis medullis doctis-
simorum virorum tam Graecomm quam Latinorum dili-
gent! studio coacervatas, quem menm laborem ut aequi
bonique faciatis rogo. Actum quarta decima Augusti a""
1596. 'BineidueB.
' f/D.
owtaTAVruB. cuma (t)'.
ilQMrr ikw tk^éfUmmfdi mm vam dêMêlfü hand k»t om dé.
derteekend.
Digitized
by Google
IRSCIRirTIO TRI» filVRRSMBl CAIIfnil
▲RTB nKurrofl jlrhos ■oiitokvk (on rsiToa)
U LCmGIlfQCA ET PKKEGRIN A REGIONE IR HAHC aVtTATEH
NAVIGIO ADYSCTOEUll,
faeia a dUto M. JiooBO Songx, dietae cwUatis
Anno a nativitate Doniini millesimo qittngenlesïmo bd-
nagesimo quinto, vigesima qnarta Angusti, ipso Bartholo-
maei apostoli festo Buscidacb in domo quadam, qnae hiid
intersignium habet, ad commune foram, unieiiiqiie voleiiti
solvere semistuferam spectanda proponebantor tria divena
cadavera, puta viri, iaemmae et pnerali abhinc tf«ccntos
annos mortna» nullamqne tarnen tetram foetorem secom
adferentia, atque brevi tempore elapao in Tendereefo (1)
loco Canariae insolae» nbi ingens saccari nnmeros esse ao-
let, casu fortnito obiecto» reperta» iUinoqne ex spelonca
subterranea^ loco quasi invio et inaccesso» veluti ex tene-
bris in lucem eruta» ia baoa civitatem classe adrecta fiie*
runt. Quae quidem post tantam annorum seriem deflnxam
post tot secnla devoluta (mirabile scriptu) omnibiis sub
(t) TendêTfefum, het eiland Teiierifle.
Digitized
by Google
— «85 —
nembris» aiticulis adhac integris, sed tarnen deformibus;
et vetustate squalidis constabant: quemadmodam id luce
neridiaDa clarius aspicieDti facile patuerit. Nee deerant
ipsis capita, colla, nasi, ocali, aoreSi manus, digiti, digi"
tique pednin^ ungnes, tum et viscera« Omniaque el sin-^
gala haec membra io unoquöque cadavere non suis com-
pagibus soluta vel dimota erant, sed aptis iuncturis de-
bitisque nervb disposita, ad plenum adhuc cohaerebant»
ita ut unumquodque cadaver baculo nixum propriis pe-
dibus firmiter insistere potuisset; nisi quod oculi eorum
nonnibil depressionis aut aliquam concayitatis speciem prae
se ferre, nasique eorum ad imam partem quae ad os ver-
git aliquantulum abbreviatie vetustateque attriti esse vide-
rentur. Adbaec praefata tam foris quam intus visceraque
profSUS ezarueranty pelle obsoleta tarnen , arida et squa*
lida, ossa et membra contegente> quae ob prodigiosam ve-
tustatem in tantam ariditatem duritiemque exiisse vide-
bantUTy ut iostar piscis vento durati» qui a baculo con«^
tundi soietf prorsus obdnruerint
Habetis breviuscidttu quandam praefatorum cadaverum
adumbrationem a me eo fine factam, ut quis talem for-
mam aspicieos, proposito sibi mortis inevitabili speculo
spretisque buins mundi rebus perituris et fiuxis, in aetern»
iDa et inooauDUtabüia bona aciem suae mentis defigeret»
tütoque desiderio 'omnique fidncia cordis» quantum bu«
mana imbecillitas id pennittity totus eo ferretur.
Ten «rchirrv der tUd *tHeriogeiiboscb, onder de losse stukkeiu
Digitized
by Google
Rêquêst der moeAêit «tt» lui vMinMéhufm kM nm Sehmki
tn Schepenen y em het, tehoorl^k gebAlsemd^ gedur
rende drie maanden ter bezigtiging buitien de stad te
mogen vervoeren , mei aposlill€f waarb^ dit verzoek
wordt van de hand gewezen. 11 Augustus 1595.
Aur HTNBN Ebrw. hekreh Scoodtjeih
SHDS ScaSiPUf MSBR 8ÏADT ¥AI
Sbartoigbiibosschb.
Gheeft inne alder reverentie en* <iytmoer te leennen
Adriaeokeo, dodiler IKrci van Dertnont, hoe dal deselve
Adnaeokefi deer vele betèeHtenisseÉ vaa ie conen ia> hos-
wéyfkeu state, aavolgeade der hejliger Oathdiyaker ende
RóoiDscher religie» vüet flanèriokeD N., sóldael, Uggcnde ep
Heeswyok (1), èo. mit faem djreo aengaeode ^geoooverfieert
hebbende, en. by hem verweekt hebbende eeo khit amc
twee hooffden en. andere teeokeneo aeodén Uckam^ ak
eenèn yegelycken meer is dan notoir» tselre kym gcmn
en. gevistteert hebbende, zy&de een groot tnivakel vm
Godt allniacfatig, dienende tseive gesie» «ndè «by ^oeébnre
inspectie WA atten C3irt8t«n in defien liHBepaMeD tyée ge-
visiteert ve wordden <ot een eeuwigher gedeiickenisae tma
allen Christen, onorme eeUyegelyck van het ||trooC mirakel,
dat Godt almachtich vergunt beeft te verleenen den ne-
gensten deser loopenden maent Augusti anno xv° vytt eode
tnegentich, omtrent tusschen seven ende acht uren des
smorgens: dat tselve kynt mocht wordden gepresenteert
(l) op Jlêestpyck, d. i.: op het kasteel Ttn Heeswijk, liJude dcitifds
uen open huis van Philips II, als hertog Tan Brahand.
Digitized
by Google
— 687 —
en. gevuert deur alle lapden dezer proviocien byde per*
soonen byder moedere [eo] )>y uwe Eer, te nopoi^erc^ eo.
oick by baer v^rsocbt en. gecoreo: JanoeD Gherjt»oen, v^
zynen ambachte eeo becker, iat Tuerstael, woooende io*
de HiDtbamerstraet^ J^^pereu Coruelissoen, woooende onder
tgulden Hooit .iiende merckt, en. Lamberden lanssoen, beo
kere, wonende «pder de Kanne inden kelder , borgeren en.
ingesetenen der aelver atadi» «mme de selve kinderen te
moegen remonstreren en. verthoonen voor een groot mi*
rakel, ende dat tot onderliout vande suppliante, daervoor
tpraffyt daeraff cooftende de genomineerden bon fort zyn
maeckeode: bidt diioromme oitmoedelyck, dat uwesn Eerw.
believen wille der si^ppliaatep en. baeren genomineerden
te Willen vergunnen vopr eenen tyt van drye maenden
naestcoqunende te ,moe|;^B jv^rvmren en, draegen .tvoir3.
kint, in .vu^en ^. manieren -als deselve zyn gescbapep
doer Godts almacbti<;b gebenolenisse gheconunep en. ge-
boren zyn 0^ dezer werelt, beboadelyck^ dat deselve ge-
nomineerden tvoirs. kindt sullen auy veren en. reynigen van
balsem als anderssins voor allen stanck , die daer door
mochte geschieden, in allen landen voorden voors. tyt,
om tvoors. mirakel by eenen yegelycken gevisiteert en. ge-
sien te worden voor een ewicb gedenckenisse. Dezelve
genomineerde sullen ben verbynden tzelve kint weder-
omme te birengen binnen deser stadt naeden tyt vande
voors. drye maanden, omme deselve ter gewyder aerden
te bestellen soo dat beboirt. Dit doende etc. End^ u>a4
onderiekent: Abuhgek van Linthhuit (1). In margw
( I ) BoTen aan het request beet de moeder AdriaênkeM , dochter Dircs van
Demoni, en in het volgende stuk Adriaenigen van Li/tier, misschien eene
kortere uitspraak voor Van Linthucnt. WelHgt Mras zij vroeger met een'
Van Linter of Linihaent gehuiird gcM-eest, of noemde zij zich naar hare
moeder, iets, dat ia diB VeiJeriJ thans, in de wandeling, uog niet zeldzaam is.
Digitized
by Google
— 688 —
êiont geappoHilUert : Myoen heeren SchepeneD, geddt-
bereert hebbende op dese reqnestef ordonnefen (voor soo
veele dofficie vanden magistraet is aengaende) der sap»
pliante ende andere, die tselve soude moegen aengaen,
ten eynde sy ben reguleren achtervolgende d*ordinantie
en. verboth denr den drye groenroeden deser stade van
vregen mynen heeren Schepenen aen haerlieden op heden
gedaen, van het doot kint, in dese requeste gementioo*
neert, elders buyten deser stadt niet te vervueren» maer
dat sy tselve doode kint nae ordinantie der heyliger kerc*
ken en. ten gewoonlycken tyde oipenbaerlyck sollen hdl>-
ben te doen bestellen ter gewyder plaetsen en. behoirlyck
te doen begraven. Ende alsoe hier naerder advys ende
ordonnantie soude mogen zyn gerequireert vanden geeste-
lycken oversten sy deselve requeste (sonder prejuditie vaii-
de voors. a|qK>stiUe, in respepte van mynen heeren vaih
den magistraet, voor soe ideële in hen is gegeven) gereo-
voyeert aen mynen Eenv. heere den Bisschop en. mynen
heere den Deecken vanden capittnle deser stadt, onune
opt versueck der suppliante voirder te ordineren ende te
versien soe henne Serw. nae ordinantie der heyliger kero-
ken et pro iuêtiiia publiea» hmesiatiê naerder sullen
bevynden te behoiren: verclarende anderssins mynen hee-
ren vanden magistraet desen aengaende gedaen te hebben»
soe deselve vuyt tdebvoir hender officie bevonden hebben
te behoiren. Actum den xj*" dach van Augusto anno xv*
vyff en. tnegentich. Onder eiofU geeerevén: My tegen*
woirdich, en, wa* ondertekent: W. VlK Rbts.
Teo archieve der sUd ^s Hcrtogenbosch, onder de losse stukken.
Digitized
by Google
Pogingen, om tegen den wil der regering het wanschapen
kind te ontvoeren, ten einde het ter bezigtiging
te stellen.
Alsoo yfj drie groenroedeo oodergescreven, dienaren
van mjneu Eer. heeren Schepenen , dear bevele ende or-
dmantie vande selve mynen Eer. heeren Schepenen , op-
ten elfisten Angnsti anno xr"* vyff en. tnegetich in arreste
genomen hebben gehadt seeckere doot lichaem van eenen
kjndt, met twee hooffden, gebaert ende ter werelt ge*
bracht hj eene persoene genoempt Adriaéntgen van Lin-
ter, woenende in een straetgen inde Hyntbemerstraet, ach-
ter den huyse genoempt hefTnerstael, ende hebben dien-
Tolgeode de vocrscreven Adriaéntgen ende Anneken, hnys-
▼rouwe Reyners, de bode, haer pleechstere, van wegen
alsvoer verboth en. interdictie gedaen, ten eynde zy tseive
kyndt nyemanden en souden hebben vuyt te reycken ofte
te leveren, omme elders te vervnerene, maer dat zy sou-
den schicken tseive kyndt huyden ofte ten lancxsten mor-
gen vroech te begraevene. Ende bevyndende dat die moe-
der vanden kynde daermede niet wel te vreden, noch
de pleechstere en waeren, hebben alsoo deur ordinantie
van mynen Eerw. heeren Schepenen voors. inde selve ca-
'mere byden kynde gebleven, het deen voer en. dandm*
nae, vanden middach tot tsavonts ten acht uren thoe.
Ende alsoe die resolutie des avonts geviele van mynen
E. heeren Schepenen voers., datmen by tvoers. kyndt des
nachts niet en sonde dorven blyven, mits hebboide ver-
sekerh^t, datmen tsdve kyndt nyet en sotide versteee-
Digitized
by Google
— 690 —
keo. Ende hebbende deselve vers^erheyt rande foors.
AdriaeDtgen ende pleechstere, soe by genoechsame geloof-
teoisse als bantastiDghe aen Wernaer (ïreveraet, een vao*
de groenroede, inne presentie Thielman Hageos, zjoen
medebroeder, gedaen, van tzelve kyndt niet te vervreeah
den , dan te doene en. haer te reguleren naeden voors.
verboth: bennen al^pe vuyter voers. cameren gegaen eode
tselve haer bevelende, dat zy haere .gelooften zoudeo ach-
tervolgen, ten eynde zy niet achterhaelt en soodeo moe-
gea wordden. Bnde tsanderendaechs ijon'achteo, oegen
«ren «Idaer oommende, hebbe bevonden tv^ers. kfitf al-
noch in huys 4e zyne: ende alsoo de spraecke ibiock oo-
trent elff ureii, dat het kynt, nyelt^enstaende t^rerMi,
ewech.gedaen vas, hebben wy drye groearoedeoi denr
ordinantie van mynen Eer. beeron Schqicfpeii voors., ao-
dewael g^aen byde voora. Adriaei^g^o «n. haere pleech-
alere, te iv^tene opten twelfi$teQ An^uati vyff en. tsegeo-
tich voers., dqs taavonits OAlreAt ten wyff uren, omiue (e
v^nemene inne vfat manieren ofte deur virat oirsaecke zy*
lieden tkyndt hadden eweoh gedaan, allet tegeos haerlie
den geloefienissie en. verboth, daerop. ons AdriaeDtgen,
craemvrouwe, ende Anneken, huysvroawe Reyoers, de bo-
de, haer pleachstere, voor antwoerde ghaeven, dat eeo
lasper Cornelissoeo on lan lansaoen Moor, beckere, woo-
nende int Tuerstael^ baerUeden niet met vreden en lie-
ten, zy en begeerden g^nt te hebben het voors. kyodt,
ende dat sy alsdoen daerop verolaerden: »Soe tselve ons
is verboden byde^a tdcye groenroeden van veegen den hee'
ren <Schep^nep>, aoo en daeren wy tselve ny^t doen, vaot
wy .en willen niet tachterbaelt wesen,"' daerop die vwïs.
lasper ende .hn haerlieden antvtroi^den onder meer andere
woerden, dat Jiet selve. sonde geschieden met mynen h^
Digitized
by Google
— 691 —
de Schouteths consente. Ende dat hoerende die voors.
craemvrouwe heeft op Amieken , haer pleechstere , be-
gheert, datsse metten voers. hspar en. lan soude gaen
tot mynen heere den Schouteths huysinghe, ende densel-
ven niet thuys vindende, zyn zy tsamenderhant g^aen
yoor den stadthnyse, alwaer zy mynen heere den Schou-
tetb vonden. Doen seeghde lasper t^en myn heere den
Schouteth : » Myn . heer , hyer is de pleechster vanden
kyndt;^' doen seyde de voors. Anneken tegens myn heere
de Schouteth: »Myn heere, ick plege de craem vrouwe en.
de craemvrouwe verclaert en. ick van gelycken, dat yrj
tegens tgeboth nyet en begeren te doen ofte en begeren
in myns heeren handen niet te vallen, ende soe verre
myn heere ons consent gheeft, dat yvj tkyndt mogen la-
ten volgen, soo sullen >vyt doen," daerop myn heere den
Schouteth alsdoen antwoirden: »Iae, ick en sal u lieden
nyet doen, noch ick en sall myn vfoerdt niet achter-
Mraerts gaen.'" Ende op dat selve woirdt hebben zy tkyndt
in handen gegeven, ontrent elff uren, aende huysvrouwe
lan lanssoen Moor, beckere, ende hebben die voors. las-
par en. lan laossoen gelooft tvoors. kyndt haer craem-
vrouwe binnen den tyt van twee ierstcommende maenden
wederomme inne handen te leveren, ende sullen haer als-
dan voor tleenen vanden selven kynde scheocken ende
gbeven de somme van hondert en. vyftich gulden. AUet
selve alsoo geschiet en. verclaert te zyne byde voors.
Adriaentgen, craemvrouwe, en. Anneken, hare pleechstere,
als voors. staet, attesteren wy drie groenroeden op daten
voirs. Oirconde onse namen. Onderiekeni: GiBLis Bbb-
MAKS, WkRNIEB GhEVSRAVT, TfilBLMAIfS HaOEHS.
Ten archiere der fUd 's Hertogenbosch , onder de loste stukken.
Digitized
by Google
Digitized
by Google
BERIGTEN
HET VERYOltlEN VAN PERSONEN.
TERDACHT TAM TOOTEBIJ^
131
Dl IIUIRU TAH '8HERT06IRB0SGH,
te 4m Jwe iS»»--i89S.
I
Digitized by VaOOOlC
Digitized
by Google
EmstigB toaarsehuwinf van hei Hof te Bmstel aan den
BUftchop van ''s Bertogenbosch, om mei %^ne onder-
hoorige geestelijkheid te waken tegen de in %ijn bis*
dom meer en meer toenemende toover^ , met opgave
der verschillende betooveringsmiddelen en bedreiging
der goddelijke en menschelijke straffen tegen die dut-
' velskunslen^ doch met verbod y om die in de verma-^
ningen des volks bepaaldelijk op te noemen, uit vrees,
dal de nieuwsgierigheid daarvan misbruik mogt mor
ken. 20 Jul^ 1682.
Trèsré verend Fëre, cber et bien amë. Comme entre
aullres graadz péchez» malhemra et abominatioDS qne oe
misërable temps nous apporte cbaque ioor k la mjne et
coDfasion du monde, sont les sectes de divers maléftces,
sorcelerieSy impóstures, illnsions, presttges et impiëtes que
certains vrayz instmmens du diable, aprèz les kërësie^,
apofttasies et ath^mes, sWvancent iournellemient mettre
en avant, lesqudz usent de innumërables impostures de
sortiiëges, enchaniemeDs, imprëcatkMiB, vënéfices et aul-
tres semblables malëflces et abominations quilz appren-
nent et exercent par linstmietion et eoannnnicatioD partir
culière des maltngz espritt, les toiffs sonbs tnnbré dé la
maibëmatique magie et astrologie iudjciaire et pÉr prs-
nostiestions: ftnltres eomme gënëthlheijtes , par observa-
Digitized
by Google
— 696 —
tions des planètes dominantiB ii Iheure de Ia Dativitë des
personnes: aultres par art de devination, inspection des
maiDS et aultrement s^advancent vouloir predire les ben-
nes OU mauvaises fortuoes des hommes, aussj les saisons
da temps advenir, Toires par aultres inveDtions sopersti-
tieoses et dampnables s^eflforceat de vouloir troubler Tair,
ensorceller et charmer les personoesy les occnper de yi-
laines amours et les rendre comme dëmentes, et aaltres
eDseignent par art diabolicqae de recouvrer les choses
perdoes, moostrer les personnes absentes, les ungz par
miroirs, les autres par eaue, par fiolles, de voir» dire
quelques parolles k Toreille, faire parier Ie diable soobz
la forme d*ang roy, aussy enchanter les personnes par fi-
letz, esguilles, esgaillettes, drapeanlz, faire direrses flla*
sions par fascbinations des yeulx, s^aydans semblablement
de cartes et aaltres choses, inventions illicites, dëtestables,
en s^attribuans divers noms selon les especes et soites de
leurs malëfices et enchantemens, qni se dëlaissent icy k
réciter pour la dëtestation de si mescl^ns et malheoreaz
actes et impostures, k quoy ilz parviennent pour s^estre
desvouez et dëditö du tout au diable en renoncant k Ie-
SU Christ, nostre saulveur et rëdempteuri et de plus non
eontens de se perdre eulx mesmes si misërablement, at-
tirent encore les aultres aux mesmes erreurs et impiétesy
soubz couleur de dire que ce sont choses naturelles et
artz matbëmaticques selon les influences des planettes et
astres cëlestes dominans snr les personnes, voires osent
affermer que ce sont opérations divines et sainctes pour
y.ineslert quelque eaue bénite ou de foos de babtesme,
y insërant.pour mieulx abuser en leurs billetx ^ char-
mes Ie nom sacnë de Dieu ou de ses sainctz, prenant
aussy cerlaines purolles de Tescrtture sainote, y apposant
Digitized
by Google
_ «97 —
divers caractères incogDuz, Toires 1'effigie de la saiDcte
croix, poiir avecq cela curer les playes, guërir les fieb-
vres et faire comme ilz disent cures supernaturelles et
miracnlenses, tant sur les hommes que sur les bestes, de
quoy tontesfois la fin en est tousiours pernicieuse et in-
fa uste, comme les expériences Tont démonstré et démon-
streot iournellement , ponr touttes lesquelles frivoles per-
verses et meschantes persuasions font que plusieurs ne
pensent mal faire, d^user de ces practicques impostures
et diabolicques inventions, auicuns pour guérir eulx ou
leurs bestes, aultres pour recouvrer les choses perdues
et aultres par passetemps comme ilz disent, insques Ik
que aulcunz hommes, femmes et enfans s^en veuillent
mesler, si comme de lier Pesguillette aux marians et
prononcer parolies qu'ilz appellent Ie; haultz noras, les
porter chez eulx pour soy gafder de tous périlz et ac-
cideo* et semblables choses, de quoy tiennent livres et
papiers par escript, ne pensant mal faire de les avoir
practiqner, ou tontesfois c^est des pluz grandz crimes et
impiétez qui se puissent perpétrer contre Dieu, contre
s<Hi honneur et sa doctrine, que Tescriture saincte a en
telle abomiDation, horreur et dëtestation, qu^elle ue les
veult laisser rivre aulcunement sur la terre, comme Ie
mesme est aussy ordonné par les canons ecclésiasticques
et loix ctTilies, tellemeut que la chose est si claire qu'il
n^est aulcunement besoing de faire aulcune défence ou
edict prohibitif par quelqnes appositions de peines nou-
velies, pour aussy ne scandaler plusieurs gens de bien,
que ne scavent ces meschantetez et ont telles choses en
horreur et dëtestation. Pour ceste cause nous tenans
pour maïntenant pouvoir abondamment souffir, pour pour-
veoir k ces maulx, d^escrire lettres, tant aux archeves-
C. 4».
Digitized
by Google
— 698 —
tjoes, ëvesques et atiltres prélatz ecclësiastioqves que a
ceulx dez coDsaux et iiiges prësidianlx, eo les rëquer-
ranty exhortant, admoaestant et oommandaDt respecttre-
ment d^avoir en cecy Toeil (Hivert el esrallé, ponr ex-
tirper ce»te grande meschaBcetë, selon que commande
Tescripture saincte» aussy les canons sacrez, bulles apos-
tolicques et loix civilles, suivant que chascun face san
debvoir, scavoir est que ks prélatz ecclésiasticques ar*
donnent incontinent aux pasteurs et prédicateurs, cha-
cun en san diocese, de prëadrertir et adraonester dili-
gamment et sourent Ie poeuple de soy garder de teh
abuseurSy imposteurs el trompeurs comme vraiz inslni-
mens diabolicques, commettant ces impiëtez et abomina-
lions par secrète assistence dez malingz espritz oonlre
Dieu el leur prochain, les admonestant et commandant
aussy d^avoir en horreur et dëtestatiiw telz meschans pé-
chez, condempnez en premier de Dien et aprëz deaihanh
meSy procëdant seulement, comme dict est, de risTen-
tioQ du diable, ennemy commun du genre bumam, k
quelque couleur que ce soit de demnation, magie, ma-
thëmaticquie , astrologie, pronostication , physionomie, ni-
gromantie, chiromantie ou auhres titres spëcieuk que ce
puist estre, procëdant cecy en grande partie de ia saicte
et efiSoct de tant de hërësies et fausses doctrmes et d*ap-
postasies puUulantes par tout; advertissant par tant que
cbacun eut k s'en garder, voires interdisant de banier
avecq semblables personnes, aultrement que ceulx de Ia
iustice tant eccl&iasticque que seculiere feront leurs deb-
Yoirs d'enqucbter et procëder respectivement cootre toos
ceulx qui useront, practicqueront el consenteront k leb
malëfices, pour les punir en court spiritnelle sdon ks
canoM et bnlles apqstolicques > et en court sécolière par
Digitized
by Google
— 699 —
les loix civilles et ordonnances. Eh feisant par lesdicts
eccléstasticques etitendre au poenple qti'^vons commandé
k tous noz consanlxy officiers, iusticiers et ceulx de noz
vassauiz de faire semblables informatioiii et chastoy ezenr-
plaire seion les loix di7ittes et humaioes, et néaDtmoingz
TOttkns bJcD prëadvertir ttwix, que comme une partie dé
innocence est ne scavoir les pëchez, taat est fragiile Ia
nature htrioaine, que nostre intention est que quand les-
dictd pasteurs et pfëdicateurs exhorleront Ie poeuple d^eux
garder de semblables crimes détestables, il ne sera be-
Sóiog [de] spëeifier aulcufis diceulx par qtielque démoti^
stration ou explicatiou par oü Ie poeuple pourroit ifp*
prendre comme ces impostures se font ou mettre les au-
diteurs en quelque curiosité de Ie vouloir sqavoir, mais
dire en termes gënëraulx que touttes ces choses et spe-
ciallement les plus frëquentes sont actes diabolicques ,
dampnez et reprouvez de Dieu, inventions des espritz
malingz pour perdre et dampner perpëtuellement les per-
sonnes, vous dëclairants que ce que Ie avons icy parti-
cularisë, est seuUement pour instruction des iuges, quand
semblables malfaiteurs viennent en leurs mains: par quoy
pour ^ectuer ce que dessus, [nous] vous ordonnons bien
expressëment et k certes que incontinent ces prësentes re-
ceues, vous envoyez les doubles d^icelles deuement col-
lationnëes et auctenticquëes k voz officiaulx et promo»
teurs, leur mandant qu^ilz ayent cbacun endroict soy
Toeil en bon regard, pour non senlement trair la main
et procurer que les debvoirs cy dessuz soyent faictz, mais
aussy diligamment enquester et informer de ces abuz et
crimes, affin de descouvrir ceulx qui en seront attacbez
et coulpables pour les cbastier, et signamment enquërir
cimtre ceulx ou celles qui peuvent estre les plus difTa*
Digitized by L3OOQ IC
— 700 —
mez dVstre devins^ enchanteurs, aorcières, vaadois, oa
Dotez de semblables maléfiices et crimes, et s^ils eo sca-
vent aulcuDs qu^ilz ayent k procéder trèsrigoarensement
coDtre enli, par touttes les peines de chastoyemens sëvè-
res et exemplaires, en conformité desdictes loix divines
et humaineSy saus y faire fanlte. A tant, trèsrévérend
Père, cher et bien amé, nostre Seigneur yoas ayt en sa
saincte garde. Escript en nostre ville de Bruxelles, Ie
XXV de luillet xv"" nonante deux. Paraphd: JL y.^ ei
êoubz^ignJ: Tkrritcrk. La ntperserijaicn estoü: k
trèsrévërend Fère, nostre cher et bien amë> TÉvesqne de
Boisleducq.
CoUaHonné d êon oriptieUê et ceHê eopie iroutié ac-
corétr d icellê par moy GHTamT yaxbeb Vubb, 9ea4-
iain êt $rêgUr d$ la pilie d$ BaiêUdueq,
G. TAHVU VbLBB.
Ttn ATcbiieTC der ttid 'tBertoieiiboMli, onder de loite itakica.
Digitized by
Google
Klagte van heeren Schepenen min ^s Hertogenbosch aan
den Raad van Brdband wegen» het onwettig gebruik
der waterproef^ hij beschuldigden van tooverijf op eene
schrikbare wijze in de Meijerij toegepast. 10 Octo»
her 1595.
Eerw., edele» wyse, zeer discrete en. voirsienighe Hee-
ren. Wy laten ons wel voorstaen» dat uwe Eerw. ai-
reede wel te vollen syn onderricht van tgene seeckere
weecken geleden respectivelyck is gepasseert ende noch
daechelycx wordt te werck gestelt, zoe by particuliere
heeren ?an ennige beleende dorpen als andere binnen
de meyerye deser stadt van Tshertogenbossche, over vele
ende diversche persoonen, die byde selve particuliere,
smaele heeren ende henne officiers wordden geculpeert
van toverye, ende dat deur ennige inordentelicke bedra-
ginge (1) en. belastinghe van dyen, veele alireede syn
geapprehendeert ende al noch daegelycx geapprehendeert
wordden, niettegenstaende deselve, zoe wy verstaen, nyet
en mochten staen oft gestaen hebben ter quader name
ende fame, onder tdexel alleenlick, dat nae dusdanige be-
draeginge ende apprehensie, zylieden byden scherprech-
ter geworpen synde inden waeter, alsoo ter proeve sou-
dAi worden gestelt, oft sy by avontueren mochten boven
blyffven ofte sincken, ende bevonden synde deselve niet
te siucken, maer boven dwaetér te blyven liggen, wor-
den vuyt oirsaecke van deselve pretense proeve ende niet
ondersincken , de geapprehendeerde gehouden voor ge-
noech verwonnen ende plichtich van de voors. delicten.
(i) Bcdra^inge, bescfau1di«;iiis;.
Digitized
by Google
— 702 —
Emmers om over snicx in cas van egeene voltuiuire
fessie, die wel vuyt vreese oft grooticheyt van tortmv,
oft aoderssins soude ooanen geschieden, ende te beduch-
ten ia by eenighe geëxecuteerde geschiet te zyo, gewe*
sen om aen staecken levendich gd>rant te wordden, daer
van alle vele exempelen onlancx metter daet syn gesieo.
Ende gemerckt ons, onder correctie, dese maniere van
procederen verdunckt te wesen te seer precipitant ende
buyten ordre van rechtshandelinge, behalven d^onadier-
heyt ende ongewoonlycheyt vande voors. waelerproeve,
meer smaeckende superstitie . byden bosen vyant geinven-
teert, om Godt te tentaren, den onnooselen te condemp-
neren ende de schuldigen te defenderen, nae alle rech*
ten notoirlyck verboden dan wettelycke ende toegelaten
probatie, emmers sulcx datmen daer van tot noch toe
inden lande van Brabant geen gebruyck en weet gevreest
te zyn; tot deseu oock in consideratie stellende, dat ter
plaetse daer dusdanighe apprehensie ende executie wordt
gedaen, wordt, heiace 1 daechelicx gehoirt een lamentabel
geclaech tusschen andere eerlycke ende onbefeempde per-
soonen, die van gelycke temeraire ende onsekere belas-
tioghe, daer door de boose vyant sonder twyffel is ^n
proufiyt doende, bevreest zyn, ende alsoo insgelycx tot
dusdanighe confuse probatie, torture ende geprecipiteerde
schandaleuse doot oyck onnooselyck souden comen te ge-
raecken: soo eest, dat wy eedts ende conscientie halven,
neffens d'advys van onsen eerwaerdichsten heere de Bis-
schop deser stadt, gedrongen worden hier van uwe E.
te doen de voors. verthoeninge, derselver biddende, om
in faveur van ordentelicke iustitie ons t^ad viseren, wes
inde voors. uycuwe maniere van waterproeve soude. staen
te doene, ende des niettemin hy ennige ]ilaccaet oft or-
Digitized
by Google
_ 703 —
doDoancie deur opeDbare publicatie voor ons ende al*
lomme ten platten lande te doen vercondigen hoe ende
welcker vuegen in tgene voors. staet, zal dienen hj tyde
te >vorden geremedieert oft anderssins gedecreteert soe tot
gerusticheyt der conscientien vanden officieren en. rich-
ters genoech soude mogen wesen; ende in cas van desen
Ie stellen in voerdere deliberatie met myn heercn van-
den secreten Raide, dat emmers by provisie den gbene
administrerende de iustitie inde vier quartieren der mey-
erye deser stadl expresselicken wordde geordonneert van
alle voordere appreheiisie, proefineminghe ende scherpe
examinatie, by wegen als voor, op simpele bedraginge
te supersederen , ter tyt toe byden Hove ende van hoo-
ger bant wegen daer inne anders zall wesen versien.
Waer mede desen eyndende, sullen Godt bidden, myn
Heeren, uwe Eerw. ende £delheden in gelucksalige rege-
ringe te gesparen in syne heylighe protectie, nae onse
seer gedienstige gebiedenisse aen henne goede gracien.
Yuyt Shertogenbossche, den x^° Octobris 1595.
Uwen Eerw. ende Edelheden
zeer oitmoedige en. onderdanige ten dienste,
DE SCHUPBNEK DKR STAM TAN TSHBRTOGENBOSSCHS.
"W. TAS Rbis.
[orscniiT.]
EerW; edeien, wyseu, joeer discreten en voorsientgen ITêeren,
Myn l/eere de Vice Cancellier ende andere ffeeren van zyne
Maicstcyts Rade geordineert in' Brabant, tot Brussel,
Geregistreerd in een copie-bodc \an briefen ten archieTe der
stad 's Hertogenbosch (geteekend C, n». 25) op het jaar 1605.
Digitized by
Google
Anlwoord op dê voorgaande klagte van wege den Koning^
met aanmaning, om de tooverfj mH ernst uU te roei-
jefij doch zonder het gebruik der waterproef. 24 Or-
tober 1595.
BYI^ENi C^MIKCIL.
Lieve ende beininde. Wy hebben doen stellen in de-
liberatie van Raide dUnhondt van uwe brieven vandeo
x*" deeser tegen woordiger maendt, ende op de redeoeo
daerinne geallegeert wel ende rypelyck geleth synde» heb*
ben u wel willen verderen by desen, dat hoe wel oose
ernstighe meyningbe ende intentie is, datmen t^en de
gheoe, die culpabel zyn van toverye, in alder diligentie
behoort te procederen tol behoorlycken straff ende cor-
rectie, soe en verstaen wy nochtans nyet, dat yemant
ter saecken van dyen geapprehendeert en. getortureert
zall wordden dan mits voorgaende informatie ende snffi*
ciente inditien in rechte geapprobeert ende van outs hier
te lande geobserveert en. geplogen: en. daeromme, alsoo
die waterproeve in uwe voorscreve brieven breeder ver-
meit, te voeren hyer te lande nyet en is gebruyckt en.
geplogen geweest, iae byden rechten, soo wel geestelyck
als weerlyck, gereprobeert, als smaeckende superstitie,
ende andersins teenemael onseecker en. bedriegelyck , wy
en cunnen nyet goet gevinden, dat eenighe officiers en-
de rechters hun gevoirdert hebben deselve int werckc
te stellen ende daerop te procederen totier torture ende
Digitized by
Google
— 705 —
condcmpnatie, eode syn van iiieyninge by geoeraelen plac-
cate daertegen te doen versien. DesnyettemiD en kunnen
nyet gelaten u wel ernstelycken te vermaenen by desen,
uwe vuyterste debvoir te doen, om onder het districkt
Tan uwer officie de voors. tooverye teeneraael t'extirperen
en. vuytteroyen, en. in zaecken, die voer u lieden ^sul-
len wesen geiotenteert, sonder dissimulatie recht eode ius-
titie radministreren, tzy tot condempnatie oft absolutie, soo
gby in goeder conscientie sult bevioden te behoireo ende
wy u des syo betrouwende, nyet latende oock een eynde
te maecken vanden zaecken van Lysen Tysen, zoe v^y u
tot meer reysen bevolen en. belast hebben ende noch an-
derwerff syn doébde mits desen. Lieve en. beminde, onse
Heere Godt sy met u. Gescreven in onser stadt van Brues-
sele, den xxiig*'' Octobris 1595. Onderteechent : Hz Hor.
Gtnêperêcribeêri : Onse lieve ende beminde, die Schepe*
nen onser stadt van Shertogenbosscbe.
GecollaUmneert en, concoirdereude bevonden métten ori-
ginaelcn hrieff vanden Hove by my GEiELman Ruis Her-
Bicxz., als openbaer geswoiren en. geauctoriseert notaris,
G. RuTS. 1505.
Geregistreerd in een copie-boek Tan brieTen ten archiere der
iiad ^f Hertocienbosch (geteekend C, n». 25) op het jaar 1606.
Digitized
by Google
De LitUenant Gmiverneur der Neéertafiden wëttrsehmwt mUê
regiere tegen het gebruik der waterproef bij hei oih
derxoek naar schuldigen aan tooverij. 8 Mw. 1595.
••H PEMIO EJKRIC%ÜI», MSTB WB roBMm,
Trèflcberz et bien amez. Tou$ vous pouves souvenir
que doiz Ie xx* de luiilet 1592 vous fureot escrites let-
tres coDteoaBS que pour remëdier ung mal si délestable
et crinie si abomiuable de sorcek^ie et nugie diabolio-
qne, que loo disoit coinmeacher de pulluier es payz de
pardecha, Ion escripvoit lettres, tant aux archevesques,
évesques, comme k ceulx dez coDsauIz et inges prësidi-
aulx, et entre aultres k vous, affin que par lez voyes
iuridicques et moyens raisounables il y fust bien et dili-
gemment remédié et les culpables et criminelz de telles
nieschaDcetez fussent desconvertes et cbastiez exemplaire-
menty en y procédaot discrètement et iuridicquement, tel-
lement que nous espérions que par la bonne vigilance
et diligence, tant des iugez ecclésiasticques qae seculiers,
ce mal cesseroit. Toutesfois nous Sommez advertiz que
puis naguerres cedict mal s'est engrèvé et que iournelle-
ment en plusieurs lieux, signamment champestres, sont
estre trouvées plusieurs personnez, spéciallement femmes,
entacbées de ce crime, lesquelles comme confessées et con-
Digitized
by Google
— 707 —
rmüCQ»f tnroieot esté exécotëès par Ie feo et ao graad
Domlirey dont 11003 avooz horreur pour leg abominatioiis
que Ion dit el les cominetteDt contre Dieu» cootre la re-
ligion et contre lears prochains; qui pis est Ie bruict
court» qnil y a encores aultre grande multitude entacbée
du mesme; entendons aussj que pour descouvrir et a?é«
rer ledict crime contre aulcunes personnes chargëes et
aocnsées de aemblable malëfice, on les prend et iecte en
Teau, piedz et mains liez, prennant argument que si de-
menrent sur leau, iiz sont sorciers ou sorcières, ou si
les corpz tirent k baz qu'ilz ne Ie sont pas, forme de
probation estrange non approuvée de droict, conséquam*
ment par trop dangereuse et nuUément admissible, et que
par semblables moyens prévues et ooniectures on en a
ezécutë plusieurSy voires en quelques villages iusqnes k
quatorze ou quinze femmes comme sorcières, qui est une
diose de trèsgrand poiz et k quoy il conyient mectre la
main souveraine pour deux effectz: Tung pour extirper
fundamentallement et radicallement ces abominations des
blasphèmes contre Dien et sa saincte foj cbrestienne, pu-
nissant par droict et procédures iudiciaires 'et légittimes
lesdicts culpables: laultre que ne soit facillement faict
tort aux simplez et innocens, et personnes infatuëes d^i-
gnorance et vieillesse, comme souvent sont vieilles fem-
mes dëcrëpitez que Ion dit Ie plus estre entachëes de ce
crime. Pour ceste canse nous dësirans j pourvoir, et si-
gnamment es pays de Brabant, Flandres, Luxerobourg,
Haynaut, Lembourg et Namur, oii Ion dit ce malëfice
rëgner Ie plus, nous faisoos la presente, affin que vous
[nous] avertissez ce que vous avez plus particulièrement
entendu de cecy es provinces de vostre resort, nous es-
cripvant ioinctement h nombre dez personnes ezëcutes
Digitized
by Google
- 708 —
pour ledict crime depnis ung an encha, de la forme quon
lieot k rinstruction des proces et vuydange d*iceiili, s'il
ne vous sembleroit convenir pour Tatrocité et abomination
du cas, comme laesae maieêtaiis divinae^ et ladifficnlté
des matières, que Ia co^oissance et chastoj fust r&er?é
aux coosaulx de chascuune proviuce, k tout Ie moingz aax
chefz lieux des TÜles, bailliaiges ou chastelleries de chas-
cun quartier: ou bien que les inférieurs et iustices charn-
pestres n'eo puissent vuyder ny déterminer sans consul-
ter leurs supérieurs, Ie tout Ie moiogz de commoni^er
avecq geos de lettres, practicques de la iustice, en noo-
bre de cincq ou six pour Ie moingz, ou bien nons don-
ner sur ce vostre advis comment il vous sembleroit micuk
convenir qu^il en fust usé et ordonné, et ce en dedans
quinze iours de la veue de ceste au plustard. A taDt,
trèschei*s et bien amez, nostre Seigneur vous ait en garde
De Bruxelles Ie viij* de Noverabre 1592 (1). Signi:^.
L. CONDE Dl FUENTES , et plus boê: yfiRRETCKK5.
Ten «rchieve der stad 's Hertogepbosch , onder de losse shikkai.
(1] Dit moet stellig 1595 zijn, daar de graaf de Faentes eerst ni da
dood Tan den aartshertog Ernst, Toorge vallen den 20 Febroarij 1595,
luitenant -generaal der Spaansche Nederlanden irerd. Tab Hbdu, Bul-
der Stad en Meyery, VL dl., bladx. 211.
Digitized by V3OOQ IC
VBRHIAL DER PLB6TI6HEDEN
OllAAVD BIJ
DE nnDKINfi m ALBERT en IS4BELÜ,
la iS9»,
BH PLAATS OBHAD HKBBBNDB BU
DE OÏÏMRT VAN PRINS ALBMT,
1» «Bff llM 1«»1,
'•i
Digitized by
Google
Digitized
by Google
Isstraette op dinhaelen wm henre Hoöehedm
binnen deser siadt Skartogenbossch^ ende me'
morie vande ceremoniën ten tijde der huldinge
der selver gerequireertf op welbehagen der dry e
leden geraempt.
Inden iersten dAt deen helft der scntterje, die de or-
dinarise machte teo dage vande voors. incomste sal hel>-
ben, binnen der stadt blyven sal, besettende ende beset
houdende de ordinarise wacbtplaetssen.
Item dat de ander belft, mitsgaders de drye andere
scuttcryen, soldaten ende ruyterye, in hen gemonstert
geweer buyten sullen trecken, by ordine eick apart: de
soldaten voor aen ende/ de ioncxte scutferye daer naest
en. soo voorts ordentelycken vervolgende.
Ende sullen de acht vrycken vuyt henne suppoosten
vuytmaken de bequaemste ende opt scoonste best gemon-
teerde persoonen, eiide meest in tgetal hen mogelyck we-
sende, die sullen worden verdeylt by lötinge m gelye^
ken getall onder de voors. scutteryen, elck met synen
capiteyn ende vendelen ende officialeso, stellende den ca«>
piteyn vande schntterye voor vuyt, den eenen lieutenant
der selver scutterye met eenen capiteyn des wycl daer
achter aen, ende den vendrich dyer helfte der scotterye
en. desselffs wycx metten vendetens beyde neffens raftl«-
eandereo: de welcke siilIeB staen van bnyten aff ter stadt*-
Digitized
by Google
— 712 —
waert iane, soo verre die strecken sullen , tot aeoden
stadthuys, alwaer tveodelea der wacht bestaen sal soo
verre als dit streckt
Ten daege vander incompste sal elck borger in per*»
soon moeten compareren ende sjnen winckel toe moeleo
houden, omme te verhueden alle disordreo: alles op peene
van by elcken nyet gecompareerde, met syn behoorlick
en. gemonstert geweer ter gedesigneerde plaetsse en. tyde
ende henne winckelen open houden , te verbeuren zt) gal-
den.
Item sullen de capitainen goede ordre houden, dat al-
les ordentelyck sonder confusie gesciede, ende den sup-
poosten vanden scutteryen ende wycken te kennen ge-
ven, omme hen eerlycken te cleeden ende accoutreren
soo eenyegelycx qualiteyt ende staet vereyscht, ende daec^
aff eer begeeren, sonder nochtans ieman<fen te astrioge-
reo, omme hen in cleederen te becostigen meer dan den-
selven gelieft.
Ende sal yegelyck, sóo soldaet als borger, verbonden
syn te blyven in henre ordre ende plaetsse, sonder, tzy
om regen oft ennich onweder, daer vnyt te wycken oft
vertrecken, op peene van drye gulden.
Ende ten eynde eenyegelyck hem behoorlycken qnyte
int scieten, dat dese stadt elcken vanden scutten onder
de scutteryen, wycken ende soldaten, die hen ten vwsts.
daege sullen presenteren, sal geven een haiff pont poe-
ders ende den musquetiers elcken een pont
Item datmen tgroot gescut tot xg stuckeo int gelalle
sal vueren aende poorte daer henre Hoocheden sollen in-
comen en. tzelve met oock seker quantiteyt van Game-
ren aff scieten^ soo haest als de soldaten en. scutteiyen ,
buyten van het verste aen beginnende ende soo voorts
Digitized by
Google
— 713 —
vervolgende, tot drye maelen toe sullen hebben geschoo-
ten, eude dat soo gelyck ende contiauelyck vervolgens
als mogeljck wesen sal, beginnende als henne Hooche-
den sullen wesen int gesicbte ende tzelve gevuechelick
connen sien ende hooren: ende daernae soo voorts dan-
der gescuth aende andere poorten ende opte vesten, in-
den verstande nochtans, dat tgescut alsoo sal worden ge-
stelt, dat int afiscieten egeen ongeluck oft peryckel en
gebeure.
Ende een ycgelyck alsoo loss gescoten hebbende, en sal
hem nyemant vervoirderen wederom te scieten vóór ende
alleer henne Hoocheden binden deser stadt sullen wesen,
op verbeurte van lyff ende goet, Ende faaere Hoocheden
met haere gai*de gepasseert synde, sullen daerop stracx
volgen de soldaten ende immediatelick daer nae de scut-
teryen in ordine, soo sy daer naest aen de soldaten syn
staende, treckende in ordre nae de kerck ingevall ende
soo voorts neffeos het palais van haere Hoocheden, doel-
de aldaer salue ende soo voorts yegelyck voor syn ven-
dele, ende aldaer sceyden, wanneer wederomme tgrofT ge<
scut sall gelost worden, soo wanneer de leste sculterye
binnen de stadt sal wesen gecomen.
Item de heeren vande magistraet, te weetene, scouteth,
schepenen, gesworen ende raetsheeren, mitsgaders de de-
kenen vanden ambachten, vuyt elck ambapht 'een daer
'toe te deputeren, sullen trecken alle te peerdo in dese
ordre, te weten, de twee ingebieders te perde voor, die
dekens daernae, daer nae de secretarisen, daer nae die
raetsheeren, dan de geswoorens, daer nae de groen roe-
den met hen stocken, daer nae de heeren scouteth ende
scepenen, hebbende elcken soepen eenai dienaer te voet
neffens hem, die welcke hen inden naem der drye leden
C. 46.
Digitized
by Google
— 714 —
•deser stadt sulleo presenteren bycants int midden vanden
steen wech oft daeromtrent , alvraer de plaetsse beqnaein*
ste bevonden sal worden , omme aldaer heone Hoocbeden
te salueren ende congratuleten , ende tzelve gedaen we>
sende sullen de voors. heeren vanden magistraet voor aen
gaen voor de familie van benre Hoocbeden tot voorder
stadt poorte, alwaer ben sullen vyuden de beeren vande
clergie, omme deselve benne Hoocbeden insgelycx te con-
gratuleren; item de Bagynen vanden grooten Bagynboff,
met witte falien nae ouder manieren (ende middelertyt sal-
men luyden alle de clocken, soo in kercken, cloosteren,
goitshuysen ende dapellen deser stadt, tot dat de scalfe»
ryen sullen wesen affgetrockèn) weleke clergie alsdan sal
precederen voor de magistraet ende benre Hoocbeden, fzy
totter kercke oft logement, soomen verstaen sal dintenUe
van benne Hoocbeden te wesen.
Ende sullen de heeren vanden magistraet alsdan gaea
voor benne Hoocbeden als voor is verbaelt, tzy totter
kercke oft logement als boven, ende ingevalle ierst inde
kercke, van daer voorts totten voors. logement toe
Item eenyegelyck vanden seepenen, gesworens, raets-
beeren, secretarissen ende rentraeestereu sullen becostigen
«en tortssé; de rentmeesteren, ten coste deser stadt, vyff-
ticb tortssen; elcke scutterye tweiff tortssen, ende dek
ambacbt, als bier nae volciit, nae tgetal van benne ge-
sworens: smeden xij; molders vit); beckers vlij; coren*
coopcrs xvj; viscoopers vj; vleesbouwiers vj; lonwers xg;
verwers ij; drappenierders viij; nastelmakers zij; creoEieR
xxviij; gewantsnyders xxviij; bontwerckers vj; spelmakers
x; screynmakers x; boymakers ij; elcken procareor j.
Item elck lieütenant ende vendricb vanden scntterjco.
Digitized by
Google
— 715 —
vanden ra<le nyet syndci insgelycx capiteynen, lientenants
en. vendrichs vanden wycken een tortsse.
'Mynen heêre de bisscop xxv tortssen; tcapittel xxv
tortssen; prelaet van Bern 25 tortssen; Crnysbroeders iij;
Dieoborch iiij; Ooudewater iüj; Catnysers xxv tortssen;
tconvent vanden Hage xv: sint Gertmyden vj; Tolbrugge
vj; de nonnen int gasthuys ij; den beybgen Geest vj;
Qrten vj; Fraters iiij; Baselers vj; Wyntmolenbercb vj;
Claren vj; de meestarssen vanden Bagynhoff vj; Ëycken-
donck ij: Annenborch vj; t'capittel van Oerscoth binnen
deser stadt residerende vj; tcapittel van Beeck iiij; d'in-
geseten vanden Dongen xxv; de geuieynte van Orten xij;
de fabryck van sint lans xij; sint lacobs iig; sinte Ca-
tarynen iijj; sinie Peeters iiij; de broéderscap van ons L.
Vronvir vj; de Romeyoen [#fc?] vj; lintwerckers g; lyne-
wevers ij; metsers, leydeckers ij; scilders, chirui^ns ij;
Rhetorica vj; Passie camer iiij; sinte Gatharynen gilde vj;
sinte Barbara iig; sint Agata ig.
Tot ivelcke voors. tortsen sullen worden gebruyckt
d'onderloyden oft sluyters vande vier scntteryen, Fraters
(1) ende andere persoooen, tzy van binnen oft vuyten
vrydom van buyten, ter wapenen onbequaem en. tot d'in»
balen van bare Hoocbeden nyet geordineert; ende sullen
deselve persoonen met de brandende tortsen staen aen
beyde syden vander straet, beginnende aende poorte daer
benre Hoocbeden sullen inöomen, blyvende soo lange staen
tot datdie leste scntterye sall wesen gepasseert ende als-
dan volgen totter keroke, ingeval als voir^ tde, en. van
daer nefiens bet logys van syne Hoocb^t tot der merckt
toe, ende soo voorts gaen elck naer huys daer de tort-
sen toebebooren.
(1) Fraters, leerlingea der latijnsche scholen of van het Fraterhuis,
Digitized
by Google
- Ï16 -
Tot directie ende ordre vanden welcke sullen wordden
gestelt ennige commissarissen , die deselve soo wyt snlleo
stellen 9 dat die mogen reycken vande poorte tot Janczst
de'passagie van haere Hoocheden.
Item henne Hoocheden ingecomen synde, snllen des
avoDts als voor ten acht uren v^ederom geluyt worden
allen de clocken inde kercken, capellen, doosteren eic
deser stadt, een geheele ure geduerende, te weten lot
negen uren toe, ende alsdan terstont nae tgeluyt tgroot
gescut rontomme opte vesten ende aende poorten weder
affgescoten worden.
Item datmen sal doen maken een hemelsei ten minsteD
lanck twelff voeten ende breet tien voeten ende roDtooH
me eenen voet overhangende, wesende tzelve ten minsten
van groen carroosyn, routomme met goude oft silvere
fraendieo, onder mette wapenen van henne Hoochedeo,
ende aen elcke syde met drye stangen, omme fay sess
ende sess eedellieden in egeene militare oflScie synde, die
de drie leden daer toe sullen gelieven te committeren,
gedragen te wordden.
Welcke hemelsei boren henre Hoocheden sal vrordeo
gedragen terstont nade congratulatie tot ten logement toe.
Ende salmen desen aengaende communiceren met my-
«en eerw. heere den bisscop ende den heeren vanden ca-
pittele deser stadt, ten eynde henne E. desen aengaende
hen reguleren en. dyen volgende totten effecte van tvoors.
<:ommitteren etc.
Item dat de rentmeesters deser stadt snllen tetstont
hebben te doen provisie van hout ende mutsaert tot be*
hoeff vanden brant van haere Hoocheden, mitsgaders van-
de pecktonnen ten tyde der huldioge te branden.
Item te deputeren de gene, die haere Hoocheden ende
Digitized by
Google
— 717 —
ordioarke sayle sullen l»UettereD ende fouriereOi met ocm*
missie ende authoriteyt daer toe dienende» teo eynde de
fouriers van tselve baere Hoocheden vuyt heo autoriteyt
de Toors. fourierioge oyet en behoeven te doen: ende sal
inde selve logeringe noch geestelyck noch weerlyck we-
sen exempt.
Item dat alle de stallingen binnen deser stadt voorde
twee dordendeelen sullen worden ledich gehouden en. ge-
opent tot behoeff vande suyte van haere Hoocbeden, op
pene van xxv gulden ende desnyettemio alsdan moeien
ledigen den gebeelen stall.
Item dat de gene, die van w^en deser stadt sullen
wesen gebilletteert ende ter causen van dyen sullen ge-
nootsaeckt syn te dragen eonige lasten van hrant, kerse-
sen ende andere dyergelycke servicie, ende datselve ver-
clarende op haere vromreheyt sullen van wegen deser
stadt daeraff inde redelicbeyt worden gerecompenseert.
Item die gene bewoonende huysen nyet bequaem tot de
logeringe, sullen met bedden, lynwaet, ten (1) ende an-
dere meubelen gehouden syn te assisteren den genen daer
sy gelycke servicien op sulleo worden bewesen te doen,
ende anderssins nae henne qualiteyt mede belpen dfaegen
enden geU^ totten oncoslen van andere lasten byder
stadt nootelyck ter oause der voirs. incomste te vervalleo.
Item dat nyemant ennige fauysen oft cameren en sal
mogen verhueren noch volck by hem innemen, om te
ontgaen de logeringe vanden volcke van syoe Hoocheyt,
maer sullen in aUen geval gehouden syn te outfangen
de gene, die van wegen deser stadt aldaer sullen word-
den gebilletteert, de welcke voor de huerlingen sullen
wordden geprefereert.
(1) T$n, d* i.: tin, tinnen huisraad.
Digitized
by Google
— 718 —
Item folter hüldinge ran hftere Hoocheden eest vn
noode voor de pvye gereet te Jiebben een laoge stella-
gie, ontrent scerp noch eens soo lang;e ab is de piije
ende vande selve breyde, ter hoochte vanden vloer van«
de bovenste paye.
Item boven de stellagie sal wesen een hemdschel Tan
lange groen laken nae de lengde vande sellve sleUagie,
om daer otider drooch te sitten oft wtten wint en. sod-
ne, hooch boven de stellagien ten minsten xv voeten.
De voors. stellagie met leege leenen (1), voor ende aen
beyde deynden hooger tot d'opgangen toe; de selven le-
nen behoorlyck behangen met groen » metter waepenen
van keyser, coninck, haere Hoocheden in een wapen van
Brabant ende deser stadt.
Tegen dmiddel vander pnyê sall gemaeckt worddea
een sitplaetsse ontrent drye eti ^z voeten hooger, met
den voet wat vnytsteeckende tot omtrent seven oft acht
voeten boven opte ierste iHreyde vande principael stdla-
gie, om daerop tegen de voors. puye int middel gesleit
te wordden twee vergulde Spaensche stoelen voor haer
Hoocheden ^nde die van wegen der aelver daertoe snl*
len worden beschickt.
Item rechts voor haere Hoocheden een scabelkken van
omtrent sess voeten lanck, dwelck van wegen haere Hboo-
heden sall bedect wesen met een van henne roode fla-
welen cleeden, ende voor twee flnweele cnssens, om daer-
op byde selve te worden gdcnielt in het doen vanden
eedt op het heylige evangelie in seeekere schoon nissael-
boeck, tzy vim mynen eerw.'^* heer den bisscop oft ao-
dersins, ende dander twee cussens op de voors. scabelie.
(l) Leege leenen, lage leuningen.
Digitized by
Google
— 719 ~
om daerop by haere Hoochedeo ie staeneo in het leggen
vande handen op het missael
Achter d^ rugge van haere Hoooheden ende boven
hen hooft sal hangen een van haere zeer costelicke goude
hemelschely ende voorts lanci de geheele syde vande
pnye ter lengde der stellagie oock al gehangen schoone
goude tappeeten haere Hooeheden toebehoorende.
n^eynden. vande voors. stellagie aen b^de syden van-*
den trappe oock met een leene te maecken ende voorts
open endeoinbehangen te laten, ten eynde van bezyden
daer inne van buyten mach worden gesien.
Aende syde vande stellagie nae de merct oft Groenen-
borch toe ofte totte Lavoer toe eenen wech van nyeuwe
witte plancken te maken, ongenagelt ende onder sonder
ribben oft sparren, maer op sandt geleeght, om soo vast
saest malcanderen te leggen, beginnende aende Lavoer (1)
tot aen de hreede noefis (2) affgaende trappen omtrent Pee-
ter Martens boys, aldaer haere Hooeheden . comeode over
den voors. planckwech vuyter kercke opte voors. trap-
pen nae de stellagie suUeo gaen, ende deselve trappen
aen bey<de syden geleent ende totter aerden oft ondersten
voet incluys met groen laecken becleedt ende op de trappe
vast gemaect synde*
Yoor d^opcommen van haere Hooeheden sullen de hee-
ren vande ordre^ heer cancellier van Brabant, president
Richardot etc, den audieneier Yerreyoken met andere ho-
velingen staen aen de slincker syde, ende de schepenen,
gesworens^ raetsmannen mette gecommitteerde vanden de-
(1). Lavoer, zijnde liet huis genaamd het Lavoer of Lavoir, thans be-
'W<Mmd door de boekh«Ddelarea H. Palieren Zoon, en inde Vijf Klinkers
Ternaand.
(a) Naeffs, aldus in beide Mcmorien w*. t eu 2, lees echter noesch,
schmnsch; K-iuak.
Digitized
by Google
— 720 —
keneo aeo daoder sjden met heur tabbarden oft ander
decent babyt.
De solemoiteyten ende doorsaecke vande substantie de*
ser acte oft comparitie sall cortelinge verhaelt worden bj
mynen be«% den caocellier, soo verre by daer b, ende
dan gelesen den eedt by haere Hoocbeden te doen opte
previlegien, rechten en. costumen etc. deser stadt.
Ende wordt oock goet gevonden , dat inde hnldinge
van heure Hoocbeden boveo den gewoonlycken eedt mede
worden besworen deser stadt te oaderhouden de pacifi*
catie van Colen in allen haeren poincten en. articulen,
mitsgaders de geloefteo ende toeseggioge byde excellentie
hertoge de Terranova iot accepteren vande selve pacifi-
catie den xvij"" Septembris ende xx'" 'Octobris [1500]
Ixxix deser stadt gedaen.
Daer nae byden selven heer cancellier voorgdiouden
den eedt van tronwicheyt byden drye ledene reciproce
te doene, ter presentatie van het boeck byden heere voor^
scepen ende byden selven aen de geheele gemeynte oock
sulcx claerlyck over de leene vander stellagie voor te
houden, dat sy den eedt van tronwicheyt aen haere Hooc-
beden, als harioch ende hartoginne van Brabant, oase
overste ende natuerlicke heere ende vrouwe, inq^ycx
sullen doen, ende sulcx ben afT te vraegen ende nae het
roepen van bet woort «otf, henne vingeren dan te latea
opsleecken. Ende sullen de gemeyne ionegesetenen deser
stadt, mitsgaders die van Vucht, Dungen, Orten ende
Hintham, voor soo veel sy onder tvrydom deser stadt
woonen, hen laten vynden opter merct sonder wapen^i.
Daer nae sal worden geroepen ierst by eenen heeie
vander ordre oft heraull d'armes : Fivent les ducjzJ
Digitized by
Google
— 721 —
ende de gemeynte met loyder stemmen van geljcken :
Fioent lêê ducqz/
Terstont sullen de trompetten van haere Hoocheden
steeckeo.
Insgelycx der stadt speelluyden ende pypers spelen,
sittende ofc staeode inde vensteren boven opt hoochste
vande Gaffel ende sint Niclaes (1), dwelck sy des avonts
snllen continueren terstont nae d^optrecken vande ordi-
naris wachte een halff ure lanck drye dagen continue-
lyck (2).
Daernae sullen de heeren vanden magistraet ordine ap-
procheren ierst aen mevrouwen de hartoginne, ende met
d^een knie leech knielende ende haer cleedt bynae aen«
roerende, haar*geluck te bieden ende lancksalige rege-
ringe te v^ensschen, seggende: Madame^ banheur et Ion*
gue vie! ende insgelycx quant et quant aen syne Hooc-
beyt den bertoch, seggende: MotueigneuTf hanheur et
longue viel ende soo voorls gedaen te worden byden ge«
sworens, raetsmannen en. gecommitteerde vanden dekenen
iegelyck nae syn ordre ende plaetsse.
Daernae bet boeck ewech. genomen synde byden cap-
pellaen oft eenigen prelaet oft bisscop aldaer omtrent,
sullen voor haer Hoocbeden worden ontboden ende ge-
roepen, die den bartoch ridders sall begeren te slaen, de
welcke soo sy geroepen snllen wordden, yeder besonder
op beyde benne knyen sullen sitten op seecker kussen
(1) Inde vensteren hoven opt hoochste vande Gaffel endo sint Niclaes.
In no. 2 staat: inde vensteren hoven de sadel van het stadthuys,
(2} In n». 2 komt hier achter eon aUena: »Daemae eal geli worden
geworpen vam het etellagie byde hm'oulten oft eenighe keere, tjty den
prince van Orangien oft andere'^ etc. Boor dezen prins -van Oranje wordt
ongetwijfeld bedoeld Philips Willem, die Tan de Leuvensche academie
opgeligt , in Spanje opgevoed ^erd , en baron van Breda geweest is.
Digitized
by Google
— 722 —
voor syn Hoochejrt, eode op de rechter scoawer drjre-
mael geraert wesende, den appel van het goude rappier
coss^, die daennede met reveieDtie suilen verCreckea
Middelretyde sullen de trompetten ende stadt pypers all
blyven spelen ^de jolyt (i) thoonen tot dat haere Hooo
heden vande stellagie sullen wes^ g^aen aen dander
syde vande selve stellagie « vande trappe ende plancken
wech aldaer te maeckene tot aend^ gulden Leeuw toe,
om soo voorts nae thoff te ryden etc.
Daemae tsavons pectonnen gebrant, soo op hooge staei>-
ken opte merckt als elders, daert de hecren vanden ma-
gistraet ende andere lieffhebbers sullen bieren te doen:
inden yersten voor haere Uoocheden twee boomen, van
onder ses, daernae vier, en. voorts opgaende drie» twee
en. een; item voor het stadthuys insgelycx twee boomen,
aeii elcken hoeck vande paye (2), eenen ontrent tgnlden
Harnas, eenen voor lannen van Gemert, eenen voor Har-
ten van Poppel, altesamen van drye t<mnen; item Ak
scutterye voor hennen boomgart eenen boom van sess
pecktonnen, ende voorts alomme daert gecaden dienen
sal.
Ende omme benne Hoocheden inde huldinge van we-
gen deaer stadt te bescencken, bevynt men ten tyde van>
de huldinge ende receptie van hoochloffelicker memorie
Philippus» de GoftinGklycke Haiesteyt van Spaingnien, der-
selver syne Maiesteyt by dese stadt besooncken te syn
met twee voeder wyns, ij' malder haveren ende twee
paer vette ossen: wesmen nu sal doen wordt gereserveart
ter dispositie vande drye leden.
Ten effecte van allen den weicken sullen worden ge-
(l) Jol^t, voeugde.
(8) Paye, puJ.
Digitized
by Google
— 723 —
ordineert commissarissen, die welcke de drye leden tot
yegelycx effect sullen gelieven te committeren, ten eynde
alles ordentelick gesciede.
Ten arohiere der «tad 'sHertogenboach; onder de loMe stuk-
ken, n». 1, doorloopend Tergeleken met de Memorie vande
huldinghe van haere Jloocheden etc., vfi, 2, mede ten ar-
chiere onder de losse ttnkken bewoard. Dom Memorie he-
Tat slechts een groot gedeelte Tan het afgedrukte, beginnen-
de met de Troorden: lerst voor de puye gereet ia hebben een
lange stcllagio enz. (zie hierToor blz. 717, reg. 31) en door-
loopende tot de Troorden: sullen hegheren te doen (zie blz.
721, reg. 28). Het «Igedrukle is echter doorgaans omstandi-
ger. Het stuk no. 3 komt in Tele ponten met n». 1 oTer-
ecn, doch beTat ook Tele nieuwe Terordeningcn , om welke
redenen wij het hier laten tolgen.
Digitized
by Google
Hemorle apt d^inhalen van zyne Hcoeheyt UiMai
deser sladt Shertoigenbossche.
Inden iersten zullen de twee halve vendelen wycken,
soachs de wacht gehadt hebbende ais zyne Hoocheyt dacbs
daer nae sall incomen, de wachten soo opt stadthuys als
aende poirten allomme besetten, blyvende eenen capiteyn
oj^t stadthuys met d^officialen van zyn belft ende drie
rotten, besettende noch met een rot de Heeckel ende den
Boom met het resterende rot. Den lieuteoant van d^an-
der halff vendelen sall metten ionck rot zyn aende Yuch-
tere poirt ; den vendrich aen sint lans poirt met een rol ;
eenen sergeant met twee rot aende Hinihamer poirt , ende
den anderen sergeant met een rot aen sint Anthonis poort.
Item de vier schutteryen sullen deur maicanderen hea
vermengelen ende verdeylt worden in verscbeyden trop*
pen, te weten: achter ende voir musquettiers ; |de helft
vande schutten naede musquettiers; de helft vande spies-
sen voir de vendelens; de vendelens vier ende vier nef-
feos ende achter malcanderen ; dander helft vande spies-
sen daer nae; dander helft der schutten daer achter aen,
ende dander helft der musquettieren int sluyten, ende
sullen geleyt worden ab volcht:
Ende zullen de voirs. schutteryen , midtsgaders de sol-
daten ende ruyteryen in hen gemonstert geweer alsoo bny*
Digitized
by Google
— 725 —
ten trecken, te weten: de soldaten voer aen, eode sul-
len de acht iivycken vuyt henne snppoisten vuytmaecken
de beqnaemste ende opt schoeoste best gemonteerde per-
soonen ende meest int getall hen moigelyck wesende, die
onder de voirs. schutteryen zullen vermingelt werden;
ende sullen de capiteynen voir de voirscreve schutteryen
gaende, zoe verre buyten trecken tot dat dieste zyn aen-
de binnen poirle, tzy H. Cruys ofte Pynappelsche poirt,
ende aldaer hen binnen deser stadt van beyden zyde der
straeten verdeylen ende de straet alsoo ter stadt waert
in besetten ende open houden.
Ten daege vander incompste sal elck borger in persoon
moeten compareren ende synen winckel toe moeten hou-
den, omme te verhueden alle disordren: alles op peene
van by elcken nyet comparerende met zyn behoirlyck
ende gemonstert geweer ter gedesigneerder pla^tsche ende
tyde (vuytgescb^den alsulcke deeckenen vanden ambach*
ten, als metten magistraet sullen geor^io^ert wesen syne
Hoocheyt tegen te gaen) ende henne winckel^n open hou-
dende, te verbueren tweUf gulden.
Item sullen de capit^nen goede ordre houden, dat al-
les ordentelyck sonder conftisie geschiede, ende den sup-
poosten vande schutteryen ende wycken te kennen geven,
omme hen eerlick te cleeden ende accoutreren, soo een-
ygelicx qualiteyt ende staet vereyscht, ende daer aff eer
begeren, sonder nochtans ymanden te astringeren, om hen
in cleederen te becostingen meer dan den selven belieft.
Ende sal ygelyck, soo soldaet als borger, verbonden
syn te blyven in henre ordre ende plaetsse, sonder, tzy
om regen oft ennich onweder etc. sonder ordonnantie van
synen capiteyn, daer vuyt te wycken oft vertrecken, op
peene van drie gulden.
Digitized
by Google
— 726 —
Ilem als syne Hoocheyt sall w^sen int gesickt ende
tselve gevaecheiyck connen sien ende hooren, sal mea
Tan bnyten aende verste beginnende ende soo voitts Ter>
volgens totter stadt toe de roers ordentelyck eens lossen,
sonder scerp te laden, ende daer naer het groff gescnt,
d^ser affgetrockai synde, dat staende is aen ende om-
trent der poirte daer zyne Hoocheyt sal incomen. Ende
salmen terstont nae het lossen des geschots luyen allen
de doeken, soo in kercken, cloesteren, goidtshuysen ende
capellen deser stadt tot dat het groff geschat ten twee-
demael, als onder geseecht vrordt, sall syn gelost.
Ende eenyegelyck alsoo lossgescoten hebbende, en sal
hem niemant vervoïrderen wederom te scieten voor ende
aleer zyne Hoocheyt binnen deser stadt en sall wesen,
op verbuerte van lyff ende goee. Ende zyne Hoocheyt
mette gaarde gepasseert synde, sullen daerop strax vol-
gen de soldaten ende immediate daemae de scfautteryen
in ordre, soe sy daer naest aen de soldaten syn staende,
treckende alsoe nae dé kerck ingeval, ende soo voirts
ne&ens het pallays van tyn lïoocheyt, doaide aldaer sa-
lue, ende soe voirts yegelyck voor tvendelen vande scat-
teiye daer onder hy gegaen heeft, ende aldaer scheyden.
Snde sall wederom tgroff gescnt geloost worden soo wan-
neer de leste vande scutterye binnen de stadt sall wesen
gedomen.
Item de heeren van Grobbendonck, schoateth, schepe-
nen, gesworen, raedtsheeren, secretarissen, midtsgaders
vuyt yegelyck ambacht eenen deecken daer toe te depu-
teren, sullen goets tyts vergaderen opt stadthuys ende
van daer gaen buyteA de stadt twee ende twee, te vre-
ten: m}men heere van <3tobbendoncq metten heere schoa-
teth; daemae de groenroeden met henne stocken; daer
Digitized
by Google
— 727 —
nae de heeren schepeneo, geswooren, raedtsheeren, secre-
tarissen ende deeckens, ygelyck nae syn quallteyt ende
ordre, ende daerachter aen de twee der heeren scepenen
dienaers, de welcke nefiens myn heere den pensionarins
hen inden naem der drye leeden deser stadt sullen pre-
senteren bycans int midden vanden steenweek oft daer-
omtrent, alwaer de plaetsche beqoaemste bevonden sall
worden, omme lildaer zyne Hoocheyt te salueren ende
congratuleren etc: ende tselve gedaen wesende 9. sullen
voirde frmilie van zyne Hoocheyt de voirs. heeren als
boven ) in contrarie ordre, de notabelste ende eerlickste
achter, wederom naede stadt gaen, te weeten: de twee
heeren schepenen dienaers voor den ioücxten deecken ;
daernaer etc, ende de groenroede voirden ioncxsten sche-
pen, tot voir der stadt poirten toe, alwaer hen sullen
vynden de heeren vanden clergie, om deselve syn Hooc-
heyt insgelycx te salueren, blyvende midlertyt den raet
ofte drye leden aen beyden syden buyten de clergie voirs.
Toor aen staèn; welcke clergie alsdaen voor de magistraet
ende voor zyne Hoocheyt gaen sall, tzy totter kercke ofte
logement, soomen verstaén sall dintentie vande selve zyne
Hooch^t te wesen.
Ende sullen de heeren vande magistraet, raede en. de*
kenen voirs, gaende blyven voor zyn Hoocheyt als voor,
tzy totter kercke oft logement ak boven, ende ingevall
ierst inde kercke» van daer voirts totten voirs. logement
toe, ende aldaer zyne Hoocheyt te bescencken soo ende
gelyck den raeth gedragen sall.
Item te doen maecken een hemelsei.
Item dat de rentmeesteren deser etadt terstont sullen
doen provisie van hout ende mutssaerts, tot behoeff van-
den brant voor zyn Hoocheyt. '
Digitized
by Google
— 728 —
Item te deputeren de gene, die zyn Hoocheyt ende or-
dinarisse suitte sullen billetteren ende fourieren met comr
missie van authoriteyt daer toe diecendj^, ten eynde de
fouriers vande selve syne Hoocheyt- vuyt hen authoriteyt
de voirs. fourieringe nyet en behoeven te doen, ende sali
iiide selve logeringe noch geestelyck noch werlyck wesen
exempt.
Item dat alle de stallinge binnen deser stadt voor twee
dordendeelen sullen worden ledich gehouden ende geo-
pent tot behpefi vande suitte van zyne Hoocheyt, op peeue
van XXV gulden, ende desnyettemin alsdaen moeten ledi-
gen den gefaeelen stall.
Item dat de ghenen, die van wegen deser stadt suUea
vresen gebilletteert ende ter cause van dyen sullen ge-
nootsaeckt syn te dragen eenige lasten van brant, kers-
sen ende andere dyergelycke servicie, ende tselve vercla-
rende op haere vromicbeyt, sullen van wegen deser stadt
daer a£f inde redelicheyt worden gerecompenseert.
Item die gene bewonende huysen nyet bequaem totte
logeringe, sullen met bedden, lynwaet, tenne ende an-
dere meubelen gehouden syn te assisteren den gen^ daer
sy gelycke servicie op sullen worden bewesen te doen,
ende anderssins nae henne qualiteyt mede helpen dragen
ende gelden totten oncosten van andere lasten, by der
stadt nootelyck ter canse der voirs. incomste te verval-
len.
Item dat nyemant ennige huysen oft cameren en sall
moigen verhueren oft voUick by hem innemen, om te ont-
gaen de logeringe vanden volcke van zyne Hoocheyt,
maer sullen in allen gevall gehouden syn te ontfangen
de gene, die van wegen des^ stadt aldaer sullen wor-
Digitized by
Google
— 729 —
den gebilletteert, die welcke voor de huerliogen gullen
worden geprefereert.
Itan ten effecte van allen de welcke sollen oock ge*
ordoDoeert worden commissarissen, ten ejmde alles or«
dentelyck gesciede.
PUBLICATIE.
Men laet weten ende vercondigt, dat alle brouwers
ende hackers terstont sullen hebben te brouwen ende
backen tot dienste vanden volcke ende leger van haere
Hoocheden, om tselve voor hen geit te worden vercocht.
Item dat alle andere ende yegelyck vanden . ingesete»
nen deser stadt, hebbende ennighe provisie van vivres,
tzy boter, kesje, vlees, visch, bier oft deigelycke provan-
den, metten iersten ende vaif stonden aene hen sullen
gereet houden, om den voirs. legeac daermede om geit te
worden gedient
Item datmén den vivandiers, soetelaers ende andere
vuyt het leger binnen deser stadt, om henne nooteliche-
den ende provisien vry ende ongemolesteert sal laten
passeren ende repasseren, zonder deselve oft henne pro-
visien, karren oft wegenen aende porten oft elders aen
persoonen oft goedens te moigen verhynderen, beletten,
misdoen oft misseggen in enniger manieren, op pene van
arbitrale correctie.
Men gebiet van wegen haere Hoocheden, schouteth,
schepenen ende drie leden deser stadt, dat eenen igelyck,
soo geestelyck als werlyck, niemant vuytgescheyden, sou*
der ennige wqrgeringe, promptelyck obediere de billet-
ten, die van wegen der drye leden voirs. sullen worden
vuyig^even, om te logeren ende t'accommoderen syne
C, 47.
Digitized
by Google
„ 730 —
Hoocheyl rtede ende snyte van tlyeo, op pene ?an vjff-
tkh Carolos gulden ende arbitrale correctie.
Men gebiet alnoch als voor» dat niemant, vande wackte
nyec synde» inne bet ionecomen tey vaii eyne Hoocbqrt
óft andere, oock nyet tusschen tyden bem vervoirdereQ
sall enntchains hem met tgene daer passeert met woor-
den oft met wercken te moyen, maer laeten daennede be-
gaen d^overicbey t , die sulcx is gecommitteert, op peene
als Toor.
Eade sall oyck tusschen dit ende morgen vroeeh voor
sess nren eenygelyck bet bout, mest, steenen ende an-
dere heane goeden ^pter straten h'ggende moeten v«r*
vnert ende geruymt hebben , op Terboerte van tsdve
ende arbitrale correctiei
Ende sall eenygelyck voor syn deure de straten ve*
gen ende de vnylicbeyt daer van doen ende akoo dan
rewech reynlyck houden, op pene van aeven stnvers teic-
ker reyse in gebreke bevonden daer aff te verhnercne.
item dat cgeene Trouwen, iongers, noch borgers oft
fanyslieden, wye by oyck sy, inde wapenen nyet gecarn-
mandeert synde, om syne Hoocheyt te helpen inne ha-
len i hnyten oft omtrent der porten dcser stadt vaXka
naoigen i^omen, nocb inde straten ten tyde der inneoom-
sie hnyten de soyed vande, bnysdki moigen staeo, op pene
van dopperste cleec ende arbitrale correctie
Hen vercondicht alnoch als voor, dateenyegelyck, tiy
gee^elyck off werlyck, vanden ambachten van den mol-
ders nyet synde, sall moigen malen alderhande cooren,
ende dat by provisie ende tot dat anders sall weseo geor-
donneert, overroidts den tegen w(»*digben noot, allet noch-
tans sonder prejudttie der cbarte vanden molders ambacht;
«nde snllen de cloosteren deser stadt gebonden syn
Digitized
by Google
— 731 —
oveneD ende backeryen te leenen ten dienste vanden le-
ger ende alle hulp en. bystant i^en moigelyck synde daer
toe doen.
Gelyck oock eenyegelyck, tsy van binnen oft van bny-
len, mU moigen iMiekeD ende broot wNKlepeB {^duren-
de dese occnrcntie, zonder aochtans prqnditi» der charte
vanden anbacbt vande beoke».
Ten archtete der stad 's HertogeDbosch , onder de losse stukken
zijnde Memorie n*. 8 iregens deze Toorgenomen inhuldiging.
Volgens ViR UïDUN, dl. H, bladz. 285, had de inhuldiging der
aartshertogen geen plaats: dat de stad echter daartoe het stel-
lige Toomemen had, blijkt uit de medegedeelde Memorien.
Digitized by
Google
IC,
binnm der siadi Têhertogenio$9che iê
houden wer den doorluehtichsiên eerishertoge Al«
BKRTU5 TIN OiSTKNRTGK, hertoge van Brabant ele.
eeuwiger gedachteny salkhlyck overleden binnen der
stadl Brueuel opten derihienden luly êestienhan-
dert een ende iwintich^ vermaent synde taUen sef-
ven vuytfaert by brieven van koere doorluchtichste
Hoocheyt^ Vrouwe Isabkixa Glaba EoGmu» in-
fante van Spaingen etc.^ opten 20 luly 1621 tot
Bruessel voorgenoempt geêchreven^ onderieeekemt A.
ISABIL, ende leger Ds Lk FilLU.
loden iersten salmen inde cathedrale kercke van sint
lan evangeliste beginnen te luyden op Sondach» wesende
den vyfisteb Septembris zvj^ ende eenentwinüch, mette
grootste ende andere clocken, ende sal tselve wordden ge-
continueert veertien dagen daer naestvolgende, diye maels
da^hsy beginnende van smorgens ten sess uren tot se-
ven, ende wederom van elff uren tot tweiff, ende voor
de derde reyse van sess uren des avonts tot seven ureo,
ten elcken met onderhoudinge der clocken; ende soo haest
als inde voors. sint lans kercke sal begonst wordden te
luyden, soo sullen alle de clocken , soo vande parochie-
kercken ende cappellen als vande cloosteren ende andere
godtshuysen oock geluydt wordden soo lange ende in ma-
Digitized
by Google
#
— 733 —
Diere hier foor veriiadlt. Eo. sullen d^oncosten vant toocs«
gelnydl respective gedraegen en. betaelt wordden by de
kerckmeesters van elcker kercke oft cappelle en. by elck
vande voors. cloosteren eo. godtshuysen.
Item sal tvoors. vuytfaert gehouden wordden in de
voorgernerde cathedrale kercke op Sondachy den twelff»
sten der Yoors. niaent ^van Septembri» ten weicken dage
(soo wanneer men van het stadthuys sal gaen» te weten,
de trappe vander poyen aff, naest oft nefiens sint Nico-
laesy nae de kercke) sullen allen de voors. clocken we-
derom geluydt wordden tot dat den rauw sal wesen in«*
der kercke» ende ten elff uren desnyettemin continueren
met het luyden als boven.
Item sullen by ordre des heere gouverneurs voor den
vuytganck van dese vuytfaert marcheren de soldaten van-
de garnesoenen der selver stadt in henne wapenen, in
sulcken getal als syne Edelhe]rt sal commen goet te vyn-
den, dwelck is geweest van drye hondert mannen, te
weten, twee hondert musquettters ende hoodert picquiers,
geleydt dHerste hondert musquettiers by capitain Pynap-
pel, de hondert picquiers daeraen volgende by capitain
d'Emoot, ende daer aen volgende de resterende hondert
musquettiers geleydt by capitain Banchy.
Item sal int gaen naede voors. kercke de schole vande
heeren patres lesniten daerop volgen, ende geleydt word-
den nae de ordonnantien der selver heeren patres, de
welcke geweest is, als volcht:
Alle studenten, in hen scholen verdeylt, sullen gaen
twee en. twee f samen, met blooten hooffden, leesende
hen roosenhoyken.
Yooraf sal gaen Fatum^ met een swart cleet met gul-
den starren, inde handt een radt hebbende ende sittende
Digitized
by Google
— 784 —
op eea caiaela-pardaUa; haer w(»dt ▼oorgedraggn <t
chraBognipliicQm :
abgItYb vatIs MobtaLb «bhYs
BT stabILb sIbI sponDbbb rbqYIt.
Hier oaer volgkt de waegen des doots triimi]^erendeL
He doot sUet' Tooraen met een seyssene dr^eode; on-
der haet voeten liggen coningen, prbcen ende «ndece
sorten van mensdien ; voor haer sitten de drjre Pareoê^
een iegelyck haer offide doeode, $ingende t'samen een snel
en. drocS Uedeken; boven i'booft des doots banght dcse
inscriptie:
MORS SCEPTRA LIGQNIBUS AEQÜAT.
Doch dese sententie Tuyt Euripides booghwys ghe-
scbreven:
Bondsom het tabernakel des doots is getroeken dit chro-
nographicum:
sbTbba kobIs fata BApYBaYaT DYGbM.
icbter aenden wagen staet dit chronograpbicum:
qaYDbbIt YIta MbLIobI aLbbbtYs Im actbIb»
Ettelycke spatie hier tusschen gelaeten volgen twee ion-
gers met een vreempt en^le schoon habjt» geheel met
pluymen van verscheyden coleuren gemaeckt, draegende
een taffereel met dese inscriptie:
(1) Var Hbvbh, die dete uitvaart8-plec;tigheden uil hetccUSfi
sdirift in. zijne Historie der Stad en Meyery, U dl. ,bl&. 350 -302, bij-
na woordelijk mededeelt, heeft de Latijnsche opschriften Tertaald, en
daarenboven dit vers overslagen.
Digitized
by Google
— 736 —
STA VJATOR £T LBGE.
HAEC POHPA NON EST CORPORIS SED SPIRITUS,
VIRTÜS AD ASTRA QÜEM LEVAVIT PRAEVIUM,
CORPUS SEQUETUR, SED PRIÜS TERRAM PETiT.
ID PRAETER UNUtf HIC LACRYMIS DIGNUM EST NIHIL,
SED ORBA DAltNUll SILYA' DEPLORAT SUUM.
Hier naer volgen sommige vande vernaempste deuch-
den van ODsen aUer doorluchtichsten prince, partje sit-
lende op verscheyden gedierten, partje op diversche wa-
gens gevoert» vande weicke een iegeljck int besonder ge*
lejdt wierdt oft vergeselschap t van twee iongers fray en.
hups gecleet: eenen anderen gaet voor metten naem van-
de volgende deacht^ ende dit is gemejn aen elck een
deucht, ende tgene dat volght aen elck besonder.
yromieheyt^ eenen iongen met een harnas, heimet en.
schilt schoon blinckende gewapent, hebbende oock in
d^een handt een lanschie, in d'ander een colombe, ge^
croont met een eycken croonej wordt gevuert op eenen
rhinoceros.
Miltheyif sittende op een schoon peert, stordt vuyt
de hoorens van overvloedichejt croonen, scepters, geit,
gouden keetens etc.
Goedertierenheyt sit op eenen triumphanten wagen
verheven, tredende onder de voet eenen hoop wapenen,
metten slinckeren erm rustende opden tronck van eenen
boom aende welcke hangen de Romeynsche royen, teec-
kenen van straffheyt; inde rechter handt beeft sy eenen
olyfftack; sy is met een maoierlyck en. abel (1) cleet
toegerust gelyck een godinne.
(1) Abel, büUmcIijk, geschikt.
Digitized
by Google
~ 786 —
Dé Foarsiehiitk^tf met haere ganeyne teeckcDea vcr-
siert» gooYemeert descn wageo.
CatUinmUia^ welcke begrypt de deochden van sobet-
hi^ ende sayrerheyt, gecleet int wit, sittende op eenoi
eenhooreoy hebbende inde recbterhuit eèn lelie ende in-
de sUnckerhaDdt een oool; bet hooft is met eeoen wil-
ten doorscbjDeDden doedi gepalleert.
Reektvetrdicheyt sit hooch verbeTeo op eeoen trinm*
pbaoten wagen, gemaecLt op tYatsoen van een zeescbeipe,
boadende een weechscbale en. een s weert, gecleet synde
met een purperen cleet met gout gemailleert, hebbende
de oogen met kresp verbonden! Op eicke radt spaedie
staet een groote letter, de welcke te samen desen sin
maecken: op f rechter radt:
AEQÜA PROYEHO, dat is: lek vervoordere dat recht-
veerdich is. Op fslincker:
PERVERSA TERO, dat is: lek verdrncke dat onrecht-
veerdich is.
Cupido regeert den wagen, hier ende daer syn pykn
vuytschietende. Tier zeemannen titeken desen wagen.
Religie, gelyck een Romeynsche maecht vande godinoe
Testa, met eenen autaer en gedoerich vier, sit verheven
op eenen seer grooten hemel. Den prioce, door dese dencb-
den als tot den hemel gevuert synde, werdt bethoont door
syne denchden onsterfielyck te wesen op dese maniere.
Eenen grooten elephant draecht syne marmore tombe,
op de weldie dese twee veerskens ingegraveert staan:
NON lACET H1G PRINCEPS, YIRTUS TÜTATUR ALÜMNUM,
EXUVIUM (1) HIC POSUIT, CETERA OLTMPÜS HARET.
(1) Exuvium, door Var Hfuix eigendunkelijk in bet gebniikelijke
exuvias veranderd.
Digitized
by Google
. — 787 —
Neflfei» de tombe opdeo elepbant staet é^ Deuehi^ ge-
wapent gelyck de godinne Pallas/den prinioe vande doot
(de weicke, als hem vliedende, ter syden T«yt valt) ont-
weldigende. Boven vuyt het graft vliecht eenen dobbe-
len areot, op haeren hals draegende de wapenen vanden
prince met dit chronographicum :
HOM MobtaLb vbtIt DloaVf loVIa ^LItb (1) sanaYIs.
Yoort t^graft, tusschen de ooren vanden elephant, staet
de Famsy een kyndt acht iaren oudt, de trompet , tot
verwonderinge van een igeljck steeckende, teenemael ge^
cleet met pluymen van verscheyden colenren. Inde vane,
die aende trompette hanght ende representeert tVapen
van Oistenryck, staet den name vanden prince: ALBER-
TÜS AUSTEIAGUS (2) aen d'een zyde'; van d*ander dit
anagramma:
CREVIT SUB ASTRA LAÜS,
Een ander iongen marcheert voor, dragende op eenen
hoogen stock dit anagramma:
VIRTÜTE NIXUS EN MONARCHA BELGII
SUB ASTRA SIC LEYATUR (3).
Dit stuck, vyfflien voeten hooge, is seer vermaecklyck
ende heerlyck om sien.
Hier naer volght de Maecht van iHertogenhosêche
inden rauwe gecleet, sittende onder eenen eycken boom,
haer bedroevende over de doot vanden prince, heeft in-
(1) AUtei bij Var HsmM Terkeerdelijk: êalU,
(a) Autiriaeusi Var HbüIR terkeerdelijk: Austriouê,
(8) Var Hiubh las verkeerdelijk cufus voor mi en laevatur voor h'
vatur.
Digitized
by Google
— 78« —
de limdt Vwnpw tyaiit J^ertogenbossehe, ontreot haer is
h«t al boden^M meis^wart bay, eode inde aes bclwero-
kBBj represfipilereDiie- die vaiide stadt, stacn ses de prin-
ciptelste deuchden, die /vteieke bysiwderlyck vttytscfayneD
iode boilers van Sheitogeobossche, al geerooot met laii-
rieren, hebbende elck oen syde baniere van vecscheyden
colenren, op dewelcke staet den patroon vafi elck bol-
werck. Inde poofté vande stadt staet den H. loaones
evangelista, patroon van dese stadt; boven syn hooft in-
den hoge vaode pootte is dese inscriptie:
ETIA9 HAEG MIHI CREDITA YIRGO.
EndI een weynich booger:
NIL OBSÜIf;r ^GONITA AUT VIS CADENTIS AflENI:
CATTE (1) URBEM HANC FRUSTRA MARTE VEL ARTE PETIS.
Toor de voeten vaode Maecht staet de Eendraetie-
h^yti twee cleyne kynder^, wekk^ beeoea onder soo
aen een quamen» dat het maer een lichaem scheen te
wesen» de aermen behendelyck onder malcanderen ge-
vlochten. Dit syn de ses deachden inde bolwercken
staende:
Religie ut supra, hebbende inde handt een witte ba-
niere met een purpuren frenie (2)., opde welcke staet het
beeh van onse lieve Vrouwe. Recht veerdicheyt^ gecleet
gelyckmen die gemeyndelyck schildert, hebbende een bloet-
verwige vane met het beelt vanden H. Albertus. Getrou^
toicheyif eeoen iongen heerlyck gewapent, met eenen bont,
(1) Catie, In de oopie sUat Caita$, Deio aGhrijffout beb ik met Va^
Hburn veranderd.
(8) Frenie, frestgic, frangie, franje j Kil.
Digitized
by Google
— ÏW —
hebbende een lausureo (1) vane met bet beelt vande bu-
iige Anna.
FaniiHdot wamicheyt^ toegerust gelyck dyen vromen
Romeynscben belt Hatins Seevok, draecht een purpuren
vane met bet beelt vanden H. Pbilippus.
fFaekerheytf met eenen baen, bebbende eene groene
vane met t^beelt vanden H« Anthonius.
Bêkendickeyt ^ gelyck eenen Mercurius, met coopman*
scbap ende synen scepter met twee slangen doorvlochten
«ode de boorens vaa oivervloedicbejrt, bebbende een zee-
groene baniere met het beelt vande U. EUsabetba. Dese
machine, twintich voeten lanck, twelffve breet, wordt ge-
trocken van sess peerden tot der aerden toe met. swarteo
bay behangen y soo datmen de raderen nyet sien en coste.
PamoêêUê is gelyck een steenrotae opde weick sitten
de n^en Musoe toiy verciert» .maer hebben altesamai
eenen awarten doeck tot teecken van rouwe over den
prince; daer sitten oock by jipollo ende Mercurmê^ al
te samen droefve mnsycke van hét overlyden- vanden
prince siogende. Dese mnaycke wordt, vervult door vyfl
apeeimanSy deweicke soo beymelyek inde rootse (2) sitr
len, datse njet geaien en c^nen wordden. Dese machine
is twintich voeten hooge, vuyt wiens 'tsop (3) het peert
Pegaaus over de hoysen schynt te witten vlijen. Ronds-
om den voet vanden berch slaen dese chronographica:
rABifASsYs FiLYTOBs DoLbt sfoLIatYs (4) et Ipsk:
aomIab ktMpbab kon nIsI tbIstb souant.
(1) Lausuren, Pazure, hemelsblaauw.
(2) lUoiae, rots, steenrots.
(3) Tsop of êop, topi toppunt.
(4) SpoliutüS} Van Hsubk verkeerdelijk: spoliatur.
Digitized
by Google
— 740 —
AUud.
DVCU ibV (1) fVubbei fatVM.
Aliod.
FATA o sbYbra fertU hbV nobtrYM DbGYs.
AUud.
tYnb broo DYX Masiib IaCbb?
Dese machine is de laetste van al, de weldie op be-
deckte raders van peerden, al met swartea bay bdun-
geo» tot groote verwonderinge van een iegelyck, wordt
voort getrocken.
Item daernae volgen de heereo vanden cappittole mette
voordere clergiey die gewoon syn te gaen mMe generale
processie, mette cniyssen sonder vane» die welcke verga»
dereo sullen in sint lans kercke voors., ende van daer
ordentelyck comen tol ontrent bet Minderbroeders cloos*
ter ende aldaer verwachten bannen tour, bebondelydi
dat de booffden der selver sullen comen opt stadtbnjs
ende sullen dyen volgende gaen achter bet gewanlbnjs
om, door die gevangen poorte en. Toorenstraet, door de
tooren doore inde voors. kercke, ben verdelende ende
houdende geduerende den dienst in onser L. Yronwen
choor inde gangen aen beyde de syden vanden cboor,
vuytgescheyden de beeren vanden Q9pitule, die welcd^e
sullen blyven en. gaen inden choor sonder dat de con*
ventualên sullen offeren, sonder oock dat de beeren van-
den cappittule oft andere vande clergie naeden dienst ii?e-
derom opten stadtbuyse sullen comen, maer sal ieder van
hun gaen naer syn huys en. convent.
(l) J7eHf Vaw Hbobh verkeerdelijk: heus.
Digitized
by Google
— 741 —
Item naede clergie snllen volgen twee ende twee die
gene, die de toortsen, mette wapenen van syn Hoocheyt
daeraen, sollen dragen, welcke wapenen van wegen de-
ser stadt snllen wordden besorcht, maer de toortsen sul-
len moeten wordden betaelt ende besorcht gedragen te
wordden byde naevolgende, te weten: igelyck schepen,
gesworen, raedtsbeere, griffier, secretaris, der selver stadt
rentmeesters een tortse; item elck ambacbte twee tortsen;
ider schutterye twee tortsen; O. L. Trouwe broederschap
twee tortsen; item elcke parocbiekercke, clooster, cappel-»
Ie, heyligen Geest ende groot gasthnys een tortse, ende
daereoboven de voors. stadt vyff ende twintich tertsen.
Ende sullen allen deselve tortsdragers hun houden, int
verwachten van hunnen tour, aende merckt, tegenover
fstadthuys tnsscheo de Flesse ende de Werelt, ende in»
commende inde kercke, sullen hun stdlen aen beyde de
syden naest de pileemeo inden bnyck vande scjlve kercke,
beginnende van sint Eloys altaer aen d^een syde en. van
sinte Sebastiaens altaer aen d^ander syde tot aendén doe-
ken toren toe; welcke tortsen ende wapenen een ieder
naer den dienst met hem nemen saL Ende snllen inde
kercken, cloosters ende cappellen deselve wapenen ter
memorien van syne Hoocheyt worden opgehangen ende
de tortsen inden dienst der kerdien gebniyckt.
Item daer naer sullen volgen de persooaigen, die de
representatien ende funeralien dragen sullen, de welcke
genomen syn vuyt den rade der selver stadt, ider op
syn ordre, beginnende vanden iongsten, te weten :
fl i Mr. Aelbrecht van Broe* — hét emblema van syn Hooo*
g ^gel ende heyt;
^ r Seger Segerssoen
ionck. Ger. van Broechoven — de baniere van Brabant;
Digitized by
Google
— 742 —
Mr. Gerard vto Hoornbeeck — den grooten atandaeit Tao
syn Hoocbcyt;
C!odef. Loeff Ttoden Sloot — de baniere (1) yanden eerts-
§\]ir. ha van Thttlden — bet wapeo ran HongarjcB;
g ^j Mr* laeob vander CSani« — het wapen van Portngad;
f (men
e i Mr. lan Bardovl — het vrapen van kejrser Ma»-
^ \ niUaen ;
cglkMcker ?eler van Ge»- — het vmpen van Spaiogen;
ë(tel
Mr. Robert van Tooren —den tfaimber (2);
Mr. Gerardt van Soeaeren '■*-' het wapen vanden erlsher-
(S) todi;
Antbony Pynappel — ém wapenrml ;
§ ( loocker Peetêr van —het peeit^ gecleet met een
o .2 1 Broeckhoven await flnvraele kleet met eca
^ S»*] Mr. Rogier v. Griens- root sattynea croys daerovcr,
^ ( ven bdiangen met vier schilden,
wesende vier vande qnaitie-
ren van syne ttoodiqrt;
Lambert Remaena — het gnlde vties;
Mr. Bfennnn Pcigram — den scepter;
ioncker WLAem vm Rc^s «-het sweert;
Sr. Ucéb Tan Balen — den eertdiertodis hoet;
(1) Bamêref Vai HiDiji verkeodeiyk: htmdêcktmem,
(3) TTiimher, xesel.
(3) Zie oter dexen rechtsgeleerde Dr. Hn^Rs, Bijdragen oorr JVevri'
BnAimi, dl. R) Uadi. 6-48.
Digitized
by Google
743 —
S^ Marlen Fierlants, raedt scêptra Itgamhtu aêqtua.
/]<4iaii vaaden Bosch » — de representatie rande doot,
c\ stadthouder, ende beieeckenende : quod mon
viende rentmeester vande
\ domejrneD , ,
Daer naer myn eerweerdicbste hecro den biscop fnt
pontificael van Rsquiem^ tnsschen diaken ende snbdiaken,
met syoe eerweerdicheden cappeUanen en. acolkis (1),
Item sal daer nae volgen db tombe^ bedeckt met een
swart flmveekn cleet, met een wit ^en cmys daer over,
ende met wapenen behangen gelyck het peert; ende sal
deselve tombe gedraegen wordden byde vier oadtste lieo*
tenanten van ider vande vier scntleryen, nyet wesende
vande twee ierste leden der selver snnlt, ende dat son*
der baer^ op hunne schonweren.
Weicke vooi^. lieatemms de tombe int cboor op haere
plaettobe met eerbiedinge devoielyck gestelt hebbende»
snllen een weenicb aldaer vertoeven ende daer nae ieder
hem vertrecken by syne scutteiye, om mette seive te cch
men offeren.
' Item sullen vwr, aeffens ende achter de voors. tombe
gaen tw^ ioncxkens^ geoleet inden ranwe, bloots hooflb,
bebbende ieder een geele brandende flambonwe, aen ie-
der hangende het wapen van syn Hoocheyt, te weten,
twee vande grootste voor ende twee achier, ende vier
vande cleynste «eis d'een syde ende de resterende vier
aén d^ander syde, de weicke gedurende den dienst op
henne plaêtsche byde tetnbe sdllen blyven staen ende
naeden dienst mette flambowwen diuys gtMin.
Daer nae sal volgen den ramwe, ie weüen: myn hieére
de baron van Gnobbendonoq, gouv<Arneur, ^ei^dt tus-
(1) Aeu^itiSj ucoHiae, missecKeniiars,
Digitized
by Google
^ 744 —
scfaen de eerweerdige heeren, heeren en. meesteren Jan-
nen Uennanniy deken van sint lans, en. heeren cd. mees-
teren Franchoisse van Ghestel, prothonotaris, Gammoick
gradoaely arcbipresbyter en. officiael; daer na ioncker Plii*
lips van Brecht, heere van Ilagoirt etc, booge ende lege
schoQtetb der selver stadt ende meyerye, met ionckeren
Henricken van Gestel, president, vergeselscbapt; daer nae
Mr. lan van Broegel en. Mr. lan vande Yelde, die volr
gen ioncker Goyardt de leger ende icHicker Michiel de
Borchgrave, beere tot Oerle etc; daer nae Mr. Marten
van Wermont en. Mr. lacob Yercuylen; item Mr. Aert
van Broecboveo ende ioncker lacob de Gock de iooge»
alle scepenen; item heer Aelbert van Dongen, riddere,
ende ioncker Guiliam Absloons, geswoirens; daer naer de
heeren vanden rade, greffier ende secretarissoi: alle de
welcke sullen ingaen ende blyven inden boogen choor.
Daer nae volgen de dekenen vande ambachtea eo. ge-
sworens der selver, vergadert opt stadtbuys, die hen sol-
len stellen inden buyck vande kercke aen beyden de sy-
den voor de tortsen; daemae sullen volgen de vierschot-
teryen al twee ende twee alsvoors. in ordre, te we(en:
den ouden Yoetboge de ierste, den iongen Yoetboge de
tyreede, den Handtboge de derde, ende de CloveDicrs de
vierde; ende sullen die vanden ouden Yoetboge vergade-
ren aende merckt tusschen het Molenyser ende de Swaeo,
den iongen Yoetboge tusschen den Swaen ende Rethoiycr
ker kamer, den Handtboge van daer tot voor den Bod)
ende de Cloveniers van daer totte Drye Coniogen; daer
nae de capitainen ende officieren vande wycken etc; es-
de stillen inde kercke hun onthouden in vuq^en naerot-
gende, te weten: den ouden Yoetboge voor Bacx choor*
ken , den iongen Yoetboge voor onse L. Yrouwen ckoor
Digitized
by Google
— 745 —
boveoy den Handtboge inden ganck van hennen altaer
van sinte Sebastiaen, ende de Cloveniers inden ganck by
hennen altaer van sinte Christoflel. i
Daer nae sullen Tolgen de capitainen, lieutenanten en*
de vendricbs vande "wycken, met de gene als raedtshee-
ren aende poorten waeckende ende nochtans geen raedts-
beeren synde, de welcke Vergaderen sullen ontrent den
Papegay feynden de Cloveniers als voors. staet, ende sul-
len inde kercke hun onthouden achter de selve Cloveniers.
Item sal by den rentmeesteren van wegen der selver
stadt besorcht wordden dat het choor ende t^ozal binnen
en. buyten niet swart laecken behangen sy, ende buyten
opt ocxael het blasoen met de wapenen van syn Hooo-
heyt van vader ende moeder ten beyden syden, ende met
groote letteren geschreven , in goede ordre voor t'selve
ocxael alomme vastgemaeckt sy de naevolgende epigram*
mata, chronographicai anagrammata etc. '
Chronographicum.
sILVa tIbI ATftAs aLbb»tb nè» appaaat aaas,
HOR F0TIBA3 HkbIiIs AIOVa, DaT A»TA {\)f tYIs.
Aliud.
DVX Vt paLHa rLoRBBiT (3).
Aliud.
hbV, sVMVs orbatI tawto DVCb (2).
(1) Dat aptas Tab HBrsa maakt daarYan: daptare,
(8) Dit opschrift is bij .Yar Hbvbb wefj^elaten.
C. 48.
Digitized
by Google
— 746 —
AUttd.
Vrm iV«tVM DVCFf (I).
Onder staet dit qyigrainina:
QUANDO VNO DVCIS EST YEBS IN FUNEEE FUNUS,
NON BVSGYM, BVSTYM SSD DYGIS ESSE POTEST (t).
Cbrooographicam.
FACIi GYIm» »^bM mYwC Ir GosLIê IiiYnltrl (1).
Epigramma.
PACIS AMANS PRINCEPS POSTQÜAM PAX AÜEEA TERRAS
DESERIT, AD SÜPEROS HANG QÜOQÜE PROSEOüTTÜR.
CbronogrtphiciiiD*
tiatIo IDYs lYLII b tbrka MI«rat aLbbrt7s (1).
Singultns.
ALBERTUS, GESÖATB OGUU, CÜR HmiTIS HBIEI?
CÜR FLUIT IN MOESTAS LACRTMA HULTA GENAS (1).
ALBERTUS, FLOS ILLE DUCUM, DE^OR ILLE HEROÜM,
QUID PROHIBES INFANS DIGERE PLURA DOLOR (1).
ALBERTUS, DOLOR HEÜ SINGULTIBUS INTERRUPTIS
SÜSPENDIT LINGUAE PRAECIPITANTIS ITER (1).
ALBERTUS, GESSA TANDEM, DOLOR IMPROBE GESSA,
ET PATERE (S) HOG UNUM DIGERE: OGGUBÜIT (1).
(1) Bit opschrift is bij Var HiobU ^eggthUnu
(2) Patere f in de copie stMt Terkeerdeli|1c : paire.
Digitized
by Google
— 747 —
Item sullen de heeren 'vandeQ cappitule heerlyck vet*.
eieren den hoogen altaer soo ende geljck syn Hoocheyt
competeert y ende mede procoreren, dat de sangmeester
mette mosiceeDeo den dieast doen opt ocxael, om de
plaetse int choor voor de tombe ende voor de persona*
gien te mogen ledich hebben.
Item sal oock de pnye vaot stadthnys rontom behan-
gen worden met svrart laecken, het blasoen int midden
ende aen elcke syde het vrapen van syn Hoocheyt, ge-
lyck als voor opt ocxal, ende met groote letteren perfeo
telyck geschreven, in goede ordre wordden opgehangen
de chronographica, epigrammata etc. hiernaer volgende.
Chronographicum,
sILVa tIbItbIstbs, Umunf IwtkVuAt lOiiOBBf;
■os tIbI tb Dlanl rI«ROBA aMobIs (1) babb»
Epigramma.
CUR TU PRAE BEUQUIS TBISTES DAS SILVA CVPaSSSOS?
SILYA ES, CUPEESSOS Tü OABE SOIiA POTfiS (iQ.
Chronographicum*
PBB ASTBA TIbtVs PBiNapI PArDIt YUM (2).
Epigramma.
VIETUS AD SUPEROS EyEGTÜM GAUDET ALUMNUJf ;
P&ASSIDIUM Uf TERRIS 6BD PRAEIISSE DOLBT f^
(1) Amoris; bij Var Heubb Torkeerdelijk: mortis.
(2) Dit opschrift heeft Vab Ebubh wfeg^ikien.
Digitized
by Google
— 748 —
Almd.
NON SILVAE ERIPITUR PRINCEPS DUM REDDITUR ASTRIS,
INDE SUIS MITTET, QUAM PETIISSET, OPSM (1).
Ghronograpliicum.
DltClTB IVstItIaM bX Ipso (1).
Aliud.
IVstItIa sInb HIsbrICobDIa ron bbIt IFstItU (1).
Epigramma.
SILYADUGIS PERUT, GUM DUX NEG SILYA SÜPERSINT:
FALLOR AT INHGTA EST, NEC PERIISSE POTEST.
QUI MODO LUGUS ERAT NUNG URBS GULTISSIMA SILYA EST,
PROQÜE FERIS AGRES NÜNC HABET ALMA VIROS.
DUX QUOQUE SIDEREO TERRAS MUTAVIT OLYMPO,
ATQUE ITA SED YULTU RESTAT ÜTERQUE NOYO.
SEDIBUS EST MELIOR FAGTÜS DUX, SILYA COLONIS,
QÜIS NON HOC OPTET SE PERIISSE MODO (1)?
Item sal den ^voorsadel van het stadts huys oock be-
haDgen wordden met swart laken, bet blasoen t^gen de
schouwe, mette wapenen ter beyder syden als voor.
Item sal ii^t midden valden voors. sadel gesprejt word-
den swart laecken, om daer op gestelt te wordden de
tombe met de twelff ioncikens daeromme alsvoor.
Ënde sullen myn eerweerdige beeren, d'eerweerdicbste
beere de biscop int pontificael van Reyuiem met diaken
(1) Dit opschrift heeft Vaji Hbürh we^gekten.
Digitized
by Google
— 749 —
eude subdiaken sitten op drje stoelen daer toe te stel-
len naest achter de voors. tombe inden voors. sadel, en-
de daer achter de hee^e gouverneur inden covel met den
heere deken en. prothonotaris voorschreven op drye stoe-
len alsvoor. Myn heere de schontetb sal sitten voor aen,
ter plaetsche daer de vierschaele [Wc?] wordt gehouden,
ende d^ander heeren scepenen soo voorts vervolgen ^ de
sitplaetsche ende den vloer met swart laecken als voor
bedeckt synde.
Item de heeren gesworens ende raedtsheeren, draegende
de Yoors. representatien, sullen mette selve representatien
sitten lancx den sadel voors., ter wedersyde vande tombe^
opde Spaensche stoelen tot dyen eynde aldaer te stellen,
in sulcker vuegen dat degene, die fdoonste (1) voor de
voors. tombe sullen gaen, naest byde selve sullen sitten,
ende soo ordentelyck d^een den anderen volgen.
De dekenen ende gesworens vande ambachten sullen
ten beyden syden achter de voors. stoelen soo opden
voors. sadel als daervoor hun houden, om van daer ter
trappen aff neffens sint Nicolaes op henne ordre als voor
te gaen ende de voorgaende immediatelyck te volgen.
De' hellebaerdiers vanden heere gouverneur sullen ten
beyden syden vanden selven heer gouverneur gaen, ende
de twee groenroyen, te weten, Van Asten ende De Greve,
neffens de scepenen, bloots hooffs,^met hunne groen royeu
inde bant, om te beletten het gedrang vant volck.
Item twee vande hellebaerdiers van myn heere den
schouteth sullen gaen ten beyden syden, mette schoole
(2) op ende nederwaerts, om t^gedrang te beletten als
voon
(1) T'domste, digtstc.
(2) Schoole, stok^ vau boren met cenig; sieraad voonieo. Zio Kiujls.
Digitized
byGöogle
— 760 —
Item twee vaode selve hellebardiers sullen gaen teo
bedden sydeo mette personaigen, ten ejcde ala Toor, en-
de de restereode hellebardiers suUeo aff ende aen gaen
neffens de dekenen ende andere persoonen.
Item de bastionniers yan onser Lieven Trouwen broe-
derschap sullen in ordre houden de gene draegende toet-
sen, soo int gaen als inde kercke.
Item Gerardt van Cleve, custer van onser Lieven Vrou-
wen, ende Peeter Corstiaens sullen de voorè. ioncxkens
mette flambouwen om de tombe gaende, dirigeren ende
gade slaen.
Item laoob, den custer, sal den heeren inden cboor
<:omende, ideren sjn plaetse wysen, ende ten <^er gaen-
de, dirigeren.
Item Wouter Bormans, oudtste groenroede, sal opten
stadtbuyse, opde merckt ende inde kerck igelyck volgende
het gestelt ordre dirigeren.
Item den knecht vande capitainen sal elcken vande
schutteryen wysen syn vergaderplaetse, soo opde merdit
als inde kercke, ende den sel?en wete doen alsmen sal
offeren.
Item de provoosten vande schutteryen suUen ider int
hun debvoir doen, dat de schutteryen wel in ordre gaen
ende t^gedrange vant volck belet wordde.
Item de twee ingebieders sullen hun begeven te peerde
ende ten beyden syden vanden tocht op ende aff lydcn,
om den tocht sonder interval te doen volgen ende het
overloopen ende beletselen van tVoIck te helpen affweeren.
Item de voors. personagien, incomende int choor, sul-
len hebben de plaetsen als volght, te weten: de gene,
gedraegen hebbende het emblema, namentlyck, S^ert Se-
gertsseu ende Hr. Al bert van Broegel, tegens den rv^ge
Digitized
by Google
— 761 —
vanden coperen bedde int choor» genoempt den David»
ende de geoe» gedraegen hebbende de banniere vanden
eertshertoge, rechts voorden selven cooperen David opde
Spaensche stoelen aldaer te stellen; de gene, gedraegen
hebbende den grooten standart, opten lesten Spaenscben
stoel y daer nefiens opde rechtersjde nae by het leech ge-
gestoelte te stellen, ende dq;ene, gedraegen hebbende de
baooiere van Brabant, opde slincker syde opden lesten
stoel 9 oock naeby het leech gestoei t, ende alsoo ider or-
denteljck ten bejden syden opwaerts,«80o dat de gene
vande personagen naest voor de tombe gegaen hebbende,
wederomme naest byde tombe sullen oomen te staen ofte
sitten opde stoelen^ aldaer dyen volgende te stellen*
Item die inden covel gaet met den eerweerdige heere
deken en. prothonotaris voors., sullen henne plaetschen
nemen int gestoei t vanden eerwerdigen heere biscop, en»
de 800 vervolgens de heeren schouteth, schepenen, geswoi-
rens, raedtsheeren, griffier en. secretarissen op henne or-
dinarisse plaetschen.
Item het peert sal buyten het choor voor d'ocxael be-
waert vrorden byde dienaers vande edelUedens. tselve ge-
leyt hebbende, de v^elcke sullen staen int choor onder
d^ander personagien op hen ordre, haelende het peert
aende denre alsmen sal offeren, ende den dienaers weder
overleverende int vuytgaen.
Item sal int offeren gehouden vrordden . dVx^dre hier
nae volgende, te Mreten: myn heere de gouverneur, gaende
inden covel ende geleyt alsvoor d'ierste, gaende neffens
het heylich sacraments hnys achter om den hoogen al-
taer; daer nae myn heeren den schouteth en. scepenen
tot den lesten scepen toe; daer nae sullen volgen de per-
sonagien, beginnrade vanden oudtsten, gegaen hebbende
Digitized by
Google
— 752 —
naest de tombe, ende soo voort ider op syn ordre met
de fuDeralien bj hen gedraegen, de welcke gec^ert bd>-
bende, weder sallen gaen ider op syn plaetsche; daer-
nae sallen volgen de heeren gesviroorens ende vanden
rade, die nyet en syn geweest vande personagien, ende
daer nae de greffier ende secretarissen.
Item de ddienen Tande ambachten , hunne gesworens,
schutteryen ende wycken, soo die g^aen hebboi, suilen
volgen, incommende door de groote choor denre ende
gaen over de slinckersyde neffens het heylich sacramenls
hnys, achter om den grooten altaer, ende alsoo vuyt
door de deore tegen over sinte Nicolaes ider nae syn
plaetsche. Gelycke ordre sal gehouden wordden in bet
tweede offeren, vuytgenomen dat die vanden capitule de
tweede reyse sullen voor offeren.
Item nae dat den dienst sal geeyndt wesen, sullen de
funeralien den heeren, deselve gedraegen hebbende, word-
den affgenomen, inde logie bewaert, ende typeert inden
stal geleydt. Ende sullen mynen heeren de gouvemoir,
geleydt als voor, schonteth, scepenen, geswoirens, raedts-
heeren, secretarissen, dekenen ende gësworens yande am-
bachten, schutteryen etc. vuytgaen door de l<^e deur,
buyten langst de kercke, door de Eerckstraet ende corte
Kerckstraet, ende alsoo over de merckt opte trappe van-
den stadthuyse, neffens de Gaffele, tot inden grooten s»-
del vanden stadthuyse, alwaer myn heere de gouverneur
syne plaetsche sal nemen opten middebten stoel, rechts
voorde schouwe, eo. de eerweerdige heeren ddcen en.
prothoDotaris ider aen een syde.
Item myn heere de schouteth voor aen, ter plaetschen
daer de vierschale wordt gehouden, ende d^andere hee-
ren soo voort vervolgende; item de heeren gësworens en«
Digitized
by Google
— 753 —
raeduheeren ten weder syden opde stoelen int midden
Tanden voorschreven saele te stellen , ende de dekenen
ende gesvroirens vande ambachten ten beyden syden daer
achter, ende voor int incommen soo ende gelyck sy int
beginsel gestaen ende geseten hebben, iegelyck naer syn
ipialiteyt ende ordre inden raedt deser stadt, maer die
▼ande schatteryen en. wycken sullen int wederkeeren pas-
seren beneden ncfiens het stadthuys tot ontrent het gnl-
d^i Harnas, ende van daer t'huys gaen.
Sondaechsy den twelfisten Septembris jvj"" een ende
twintich, is dVuytfaert van onsen genadichsten heere,
hooch loffelycker ende onsterffelycker membrie, Albert,
eertsbertoch van Oistenryck, hertoch van Brabant etc,
in vuegen hier voor verhaelt, binnen der voors. stadt,
conformelyck der voors. ordonnantie en. maniere, devo-
telyck en. solemnelyck, met groote modestie gehouden,
ende nae dat de voors. heeren ende drye ledenen, als
voorschreven is, vuyler kercke syn wedergekeert lot op-
ten voors. sadel vanden stadthuyse, heeft aldaer Mr. lan
van Thulden, een van deser stadts pensionarissen, naer-
sommier verbael vande goede regeringe van syne Hooc-
heyt ende weldaden byden landen ende de voors. stadt
daer van genoeten, den voors. heeren en. drye ledenen
van hunne gedaene debvoiren van wegen deser stadt be-
danckt, vuytsprekende dese naevolgende woorden:
wEerweerdige, edele, wyse ende voorsienige
heeren; eersame dekenen ende geswoo-
rens vande ambachten.
»Het is t'zedert den sesten dach der voorlede maent
van Mayo gepasseert den tyt van drye ende twintich ia-
Digitized
by Google
— 764 —
reOi dat den grootmachtichsten catholycken ooniack Plu«
lippus deo tweedeo, kooger eode oDsterfielycker memo-
rieo, dese Nederlanden beval ende begaff ten honweljfck
met syne Haiesteyts dochlere babella Clara Eugenia, 'uh
faote van Spaiognen, aenden doorlochtichsteii priooe,
d^eertshertoch Albert, hoochloflfeljrcker ende onsterffeljc-
ker gedachten» wiens droevige vnytfaert op lieden bin-
nen deser stadt is gdiooden. Daer en is nyemant van
dese treffelycke yergaderingey oft hem en is genoch be-
kent de vaderlycke voorsorge ende sorchvuldige affectie,
daermede syne Hoocheyt geduerende den selven tyt ?ao
drye ende twintich iaren alle syn ondersaeten in dese
Nederlanden int generael, ende dese getronwe stadt metle
inwoonderen der selver int particulier , soo in tyde van
vrede als van orloch heefk geregeert, als hebbende tot
meermaelen hem selven gepresenteert in verscheyden oo-
casien, ende nyet gespaert synen eygen persoon in merc-
kelyck peryckel van syn leven, om mette wapenen de
bescherminge, conservatie ende welstant van dese landen,
ende int particulier van dese stadt, te besoi|[en ende te
voorderen, ende daer nae geprocureert het onlancx vnyt-
gegaen twelff iarich bestant, daervan men de vmchten
volcomelyck heeft genoten, ende sonder twyffel sonde,
nae syne aengeboren vreetsamige goedertierenheyt , alle
dese Nederlanden, eer cortte iaren voorts, hebben gestelt
in haeren ouden fleur ende volcomen peys, indyen Godt
gelieft hadde syn leven te verlengen. Syn Hoocheyt in-
den leven wesende beeft seer wel geweten, dat eenen
prince, die, sonder byde bant te hebben het behulp van-
de wapenen, oock in tyde van vrede wilt roeren, al-
leenlyck precario ende by gedoocheniase van syne nae-
buerlycken princen ende landen is regerende, die
Digitized
by Google
— 755 ~
gebreck Tan oinaecken en hebben, om op. hennen onge-
wapenden naebner rïmpieteren, ak sy Mreten henne macht
meerder te wesen: heeft daeromme sjne fioocheyt alleyns-
kens stervende, besorcht alien t^gene, dVelck tot vene-
keringe van dese landen ende tot dwanck vanden vyant,
in cas ons deselve tot de redenen nyet en sonde willen
verstaen, is gereqoireert, hebbende daerinne gevolcht het
exempel vande oude Romeynen en. andere bellikeose na-
tien, die nyet en verwachten tot dat den vyant sonde
wesen int lant oft voorde poorten-, roaer den selven soch*
ten te prevenieren, om alsoo den meesten oorlochs last
opten hals vanden vyant te leggen, ende daer door te
beter tot het efiect van d^oorloch, te weten, totten peys
te geraecken, daer toe men heeft coonen mereken allen
d^actien van syne Hoocheyt eenichlyck te hebben gestreckt.
Ten is nyet het tegenwoordich voornemen alhier int lange
te verhaelen de keyserlycke ende conincklycke affcomp-
'sten, de treffelycke en. victoriense exploicten van oirloge,
heroicque faicten ende andere loffelycke actiën van desen
wyt vermaerden prince, t'sy in feyt van oirloge, in vrede
oft in godtvmchticbeyt tot vermeerderinge vande glorie
Godts, de wercken ende de versche memorie geven daer
van genochsaem getnychenisse. De scbaldige obligatie,
die wy daer door altesamen tot syne Hoocheyt, ais ge-
weest synde onsen wettigen en. natuerlycken heere, syn
houdende, verplicht ende vermaent ons, om syoen naem
ende memorie, soo veele in ons is, te houden ende te
maecken onsterffelyck ; syne siele, die ontwyffelyck leeft
by Godt inde eeuwige glorie, eyst onse gebeden in teec-
ken van danckbaerheyt. Dit is, mjrne heeren en. goede
mannen, d^eenich recompens, dVelck haere Hoocheyt, de
doorluchtichste princesse infante van Spaingen, by haere
Digitized
by Google
— 766 —
brieven is versueckende, ende tot welcken eynde gedieat
hebbea de debvoiren by awe eerweerdichedeo, edelheden
en. eersaemheden op beden met sonderlingen yver gedaen
ende bewesen, daer over deselve van wegen deser stade
hoocbelyck worden bedanckt/^
Item de representatien vande ftineralien soo ende gelyck
die solemneiyck ten vnytfaert vanden stadtbnyse inden
boogen cboor van St. lans evangeUste kercke deser stadt
syn gedraegen geweest, syn in ende op een kaste orden-
telyck gestelty ende acbter den boogen altaer boven int
selve cboor van St. lans kercke gebangen neffens de gene
van onsterffelycker memorien Pbilippus, de tweede van
dyen naem, coninck van Hispanien, bertoge van Brabant
etc.» inden iare xv*' acht ende tnegenticb gestorven, ende
dat aende suyt syde der selver kaste; op welcke ierstge-
noemde kaste met groote vergulde letteren geschreven staet
dit cbronographicum:
ALBBftTO ^YsTeIaCo.
pateI pataIab
DICat CorsbCeat
sILVaDVCU.
Ende syn inde weke naer tVoors. vnytfaert ierstvol*
gende in allen d^ander parochie kercken ende soo mans
als vrouwen cloosteren solemneiyck gêcelebreert singende
missen van Requiem voor de siele van syne doorlncbticb-
ste Hoocbeyt, de welcke sy in eeuwiger glorien. Amen.
Ten arebiere der sUd 's Hertogenbosch, onder de losse stokken.
Digitized
by Google
Q®
DE SILYAEDVGENSIS GIVITATIS
AB H08TIB08 OBSESSIE UBKRATIOHB.
Digitized
by Google
Eb, qnae d« Süvaedueetuii Cvriiatiê ah kostUms o&msmm U-
lêraiiom iequantor, ezscripta sant es opera rarissiino, coi
titolusi Bistotiea narratio profecUoKU et üuiugmraiümis Ser.
Bêlpi Prineijp. AiUrÜ et lêobeHae. Auciore Ioahib \
(Pag. 488-.S0O.) AMtveijt. 1609. FoL
Digitized
by Google
^e t7iAHU€CucefiMf wwióaüd
AB HOSTIBUS OBSSSSA£ UBERATIORE.
ott»-
Non iirito hoc opus voto claudinrasi nee vano cMnine;
cui summam tjpographi cmn manam impODerenty subi-
tus gravisqae de obsessa ciyitate SilvaednceDsi ab bosti*
bos Batavis, sociiaque perduellibos, nuncios advolayit:
qni recent! Berokensis opkli in Bbeoi ripa siti expognai»
tioDCi insolentes et feroces (qno fnerant potiti qnod Al-
bertnm Arcbidncem qnscpie copias in obsidione in Flan*
dris Ostendana scirent distiaeri: £ftcta a militibos praesi-
diariiBy cpii strenne se gesserant, prins deditione» quam
missa a Principe nostio auzilia» magnis Ucet hineribns
Tenientia» adesse illb poesent; ïauninens pericnlam, qnod
ab boste opidam arde cingente, ac cnnicnlos agente ob-
sessi metnebaaty pactione avertentibns) rem ardnam snnt
aggressi, ac SilFatdncenseniy qnartam inter metropoles Bra-
bantiae nrbem (AmbiTaritcs boe tractn quidam locant,
alii Adnatkos, tametsi Aatrerpiensibns sedes illas tiibnat
Joannes Goropins Becanns ia Aduatids) iririum snarum
confidentia adoriri atqne acritcr oppngnare decreTerant
Eam illi dntatem, si qnam aliam in Bdgio, a tnmul-
tnnm cxordio in parlinm snamm fitctionem pertrahere,
Digitized
by Google
— 760 —
sllus opportunitate, quod Bataviae sit fioituna, ac genus
bellicosae fortitudine et potentia allecti et incitati, quod
ingentia inde commoda sibi exspectarent, loco ad prae-
das convehendas idoneo, et securitati snae consolerent,
si urbis munitissimae propugnacnlom adiicerent; oocoltis
primum artibus, machinisque latentibns» deinde vi aperta,
maxiinoque nefarii belli apparatu invadere et expngnare
conati sant.
Anno igitnr septnagesimo octavo snpra sesquimillesi-
mum tacita consilia de praesidiariis intromittendis^ qni in
soae factionis verba juraverant, frnstra iniernnt, ctvibns
ilioram conjurationi non minus animosae quam celeiiter
resistentibns. Hensdant opidi praefectus, qnod tribns oir»
citer milliaribns Silvadods abest, Henriet' Agilaei et alio-
rum conjuratoram opera, tres peditum cobortes apertis
mane portis, quibusdam e coMq;io Dimicatonim (Pfan-
triae nomen est, civitatb custodiae antiqoitos ordinatae)
gnsdem facti conscüs, et excubias tnm babentibos, to
patrtae pemiciem ac oppressionem, introdocere nttebator.
Et jam portae imminebat, eamque occnpasset, nisi in vi-
cino babitantes cives ccmfestim advolassent, et pericali
magnitndinem porta ckiisa propulsassent. Interea Agh
laeus falsos de quibusdam e medio toUendis, nmiores
diqpergebat, mandata se habere in sinu palam jactabal,
de Magistratu comprehendendo, se ipsmn vero snbaeliia
conscensuram, rerumqne potitnmm ante vesperam asse-
rebM. Ad banc rem parati qnadraginta sive miUtes clan-
cnlum submissi, sive sicarii e latebris educuntnr, qoibns
se adjungnnt reliqot conjnrati, praeoipnam nrlns poftam,
qnae a Ynchtensi snburbio vocator» armati invadnnt,
eamque fabriiibus malleis effringunt Introisus se com-
Digitized
by Google
— 761 —
muDiunt plaostris raptim dbpositis» doiiec copiae milita-
resy quae ab nrbe Donnüiil retrocesserant, facto reditu
adesseot Yerum civibus accurreotibus velut ad commtuie
iDcendium restiogaendum, coiijorati et skarü, caede utrim-
que orta» urbe sunt gecti. Praetereo quid Comes Ho-
genloas obtulerit, .qui cum militaret Ordioibns HoUau-
diae» ingentem sciebat se gratiam initurnniy si Sflyaedu*
censibus persnadere posset, ut duas peditum cohortes,
turmam unam equitum suorum admitterenty qui cum vi^
sum esset, iutroitum plnribus darent. Varios itaque ser-
mones in vulgus dissipabat, r^iosque milites non ad ur-
bis praesidium» sed ad direptionem adventare ferebat
Per vectorias item oaves iosidias struxerunt, quas specie
commeatus pecuniae in stipendium copiis Casimiri^ Sil*
vaeducensem agrum depraedantibusr» subvehendae appa*
mverant. Sed cum neutrum succederet, simulato subsi-
dio obsessis Trajecti ad Hosam fereudo, ducto in finibus
l^vaeducis ezercitu in urbem invadeie, ac ftamma ferro-
que omnia miscerey fortunasque civium diripere medtta*
baolur. Plebs portis occlusis, invitis dimicatoribus aliis*
que coDJuratis» qui signo per incendium foris suis dato,
armati perooetabant , urbem servavit. Nee seditionibus
frequenter coocitatia, quae non sine sanguine exstinctae
quieverunt, efficere potuerunt, ut a religione Catholica
di^ceret» et Regis obsequinm ea dvitas eiueret. Neque
alio pacto suae trauquillitati et securitati potuit c(»su«
lere, quam decreto illo, quod mense Julio aono septua*
gesimo nono tulit» libere abeundi quibu3 videretur, cum
supellectile et bonis, faeta potestate. Discesserunt couju*
rati èt factiosi homioes» metuque civitatem quo perculsa
et afflicta jamdudtun trepidaverat, tandem liberarunt.
C. 49.
Digitized
by Google
— 762 —
QnamviB atitem Batavi postea aon cessaireriat occokb
consilüs et proditkmibns optimam rem publicam et fide^
Itssimam peiseipii et lacesserc, oonatQ tamoi irrito
infaiartuit, ns^e ad aooum octogesuDQin qwDtinii
JaDuario, cum in eam iovasenwt majoribo ifoam nu-
qnani aniea viribos ac certiori poüondi fidncia, res an-
tem hoe modo Aiit acuu Couies Hogenloiis tria pcditna
millia, septetn tnrmas equitum ducebat, miUtes kcüssi-
mos, quos per tenebras ooctiirDaB latentibutt itinanbos
locavit in insidiis extra portam Tucbtensem qua Antm-
piam itnr. Hic opportuoae aedicnlae erant dnae, ad dt-
tmas excttbias ante portam agendas, qiias nilite cobh
plevit facinori incoeptaDdo. Aperitur mane de more por-
ta, faoram circiter octavam, Tersatilis pons demiftitiir.
Hostis improviso e latebris prosilit, in cives attonicos ac
numero impares imprettioDcm fadt, qnosdam c^primit,
dom alii intra urbem fuga elabuator. Interea cvjnsdam
proditoris opera partes soas, nt eoOYeneraty ageotiSi cus-
tos cataractae sive trabfaim pensiltnm portae immioeB-
tiam, a mnnere suo, ad qnod et praeacripto et jvgv-
rfiodo tenebatur, a trabibns demittendis tantisper prohi-
betnr, dom bostium aliqui festinanter sopra portam cob-
tendenint. Costodis doriter accepti MtMt yé, aetati par-
oitttr, et in turrim ficinam senex detradiior. Signo ita*
que dato bostes nniversi celeriter accamint, patente porta
excepti, et io urbem magno impetn, primis defenaoribiis
faoile repressis per miÜtes acotatos, sdopiaqne majoribos
(qnos mosqoetas vocant) instrnctos penetraimt, moaia
Qtrinqne occuparunt, nt receptui saomm, si repelleien-
tiir, secnritts consulerent. Et jam de Victoria oerti csse
videbantor, ut a mims atrodbus ae nulii nee aetati nee
sexui parcilurosy primo hoc sucoessu dati baud absdne-
Digitized
by Google
— 768 —
le&t Tmn gïvcs pericnli magailiidiaeiB 6k ocuks po-
noütes tota mhe ad amut (soaelaoianuiti hosü obviam
coDtendenmt, pugaamque iakraot» tiuüukuariam quidem
atne dacibw aut ordkubud, ut melQs repentiaus et oe-
cessitas postulabat^ sed magiia aaimbriuQ eonfidentia spec-
Ulam. Dimicatnr acriiar tribu» locis potissiaiimi sed om-
nioia conferUtoïme ad ponlem molendinariiim : tantaque
ibi virlQs ciTiftia pro aris et focis depognafitiuni, ardor-
qne enituit^ ut non modo impetuia hofttileia austiouerint»
sed ejus andadam iohibueifnt Ir^erintqiie, $& tandem
retrocedere fngamque capessere portam versus coëgeriot
qoam ubt obstractam demissa cataracta boetes o&nde-
rimt, mettt per m ooYitatem aacto» sahitem de muris
desUieado quaerunt Siquidem grandaems custos iUe male
babiUis accepfosque, ac ia tufrim detrusus, cum bostes
ad portam serrandam delegatos descendiase deprehende-
ret (iocertum an praedae, qua poliri urbe capta impense
fli^abant, slationem deseruerinty au oum reliqoos lóde-
rint ierga y^rleates» fugau maturaveriot) prcurepit semia-
oimisy occlusoque osüo demittït cataractara, excepta uoa
trabe» cui prae tnrbatione ae trq)idatioiie mimis atteuda-
bat Haec cives igaorafaaot pro patria pugaautes; qui ut
bostem loco cedere, eaütumque sibi quaerere animadvec^
teroat, aerius instabaut, et cresGeate multitodioe additis-
qoe yiribos bostes eaeduut et fogaDt. Hagaus bostium
numerus saltu praecipiti io aquas prolapsus per loca fos-
sartBu vadosa eradit, alii oatiffactam d^nissam perfnn-
geutes Yiam fugae patefiM^iuat» alü qui aciem extremam
ducebant, inter quos et Hogenlous, matupe se recipiunt,
prinsquam delapsa cataracta reditns praeclnderetur. Gaesa
bostium cadavera dnoeata sunt r^rta, ceutnm aquis ab-
suata* Ceteri evasceuDt partim vohiccati, partim iner-
Digitized
by Google
— 764 —
mes; projectis eoim -êrmis salmi coosalnennt, et aooepts
iDstgni clade a civibns rejecti simt, quiD^jnaginta vel cir-
citer taotam desideratis, aliqnot sancüs. Actaé graliae
solemnes omnipotenti Deo, qni civibns fortissimis animos
addidit viresqne, Qt hostis acerbe ipsis insultantis impe-
tam represserint, ac siiie mercenam militis open, pme-
claram pro patria soa defeDdeDda, victoriam ooDsecott
sint. I^egiam banc virtotem civiumque fidem iDt^gnon
Rex CatbolicuB Princeps noster clemeDtissimiis magnopere
coUaudavity r^is suis litteris ad Magistratmii datis.
Longum foret onmia reoensere qnae ad bujns civitalis
eicidium moliti siint, sed artibns et insidiis reliquis prae-
lermissis, ejns obsidioois et liberationis quae ad tostita-
tum pertinet, et Principnifi nostroram gloriam praedican-
dani, narrationem aggrediamur. Primo itaque anno post
decimnm sextam seculom a Beatae YirgiDis parta elap«
Slim Kalendas Novembris Comes Mamïciiis Nassovius ten*
latis frustra miUtmn animis (qui per sedicionem ob sti-
pendia non soluta opidum oocnpaverant qnod Werteom
dicitnr, in Taxandria sitnm seu Campania firabantiae,
qnos ingentibus promissis et oblata pecunia , qnemadmo-
dum ad teiupns imperium detrectabant, sic et a Sacra*
roento avertere ccmabatur) prope SilvamdocÊB castra soa
]ocat, exercitu urbem cingit, pedites octo mille, equites
bis mille quingentos complectente, et cderitate studioqne
admirabili se undique communivk. Civitas quae militem
praesidiarium non habebat, praeter duas cohortes, et
nnam equitum turmam, cui generosissimus Comes Tan-
den Bergbe Adolfus praeerat, et quinquaginta equites
turmae Grobbendoncaoae, ad arma convdlavity .atque ad
defensionem necessariem se cdqipösnit Extra portam YucIh
Digitized
by Google
— 765 —
tensem Praefectns urbi Antouins Schets de Grobbeodone
equestri dignitate mnltisque vitae ornamentis insignisy
excitari musüiones cnrat, quibus hostis potiri toto ob«
sidionis, licet acriter oppugoaveiïti tempore non potnit.
Magistratns codsilio et vigilantia periculis patriae occnr*
rit, et decretis utilissimis edicto promnlgatis in domibus
aqnani ad incendia restingnenda, scalasqae poni jnbet, lu-
cernas ante singulas aedes nocte accendi ad plateas ih
Justraodas, et pretio cariori annooam divendere, quam
lioc ipso die vaeniret interdicit. Gabernator vigilumque
Praefectus ad muoiendam vallis et propngnacniis urbem
cujnsvis ordinis et sortis homioes victn suppedttato invi-
tat, Qt UDO tantum die civiom alacritate plus operis sit
confectum, quam decem antea florenoram millibns a mer*
cenarüs praestari potuisseL Post triduüm duo creantur
duces, bic Senatorius, alter plebejus, tympanique pulsu
per urbem edicitur, ut qui railitiae asscribi vellent, no*
mina profiterentur. Bxcitantur in moenibus novae muni"»
tiones, et ante portam Vuchtensem, ex praescripto Prae-
fecti valium ducitur forma dimidiatae lunae, qua si porta
expngnaretur tueri se possent. Nee a sue munere cessa*
▼it Reverendissimus cum Clero religioso Episcopus, qui
in sacris concionibus, obsessis addit animum, et suppli*
cationes solemnes fieri curAt. Adnituntnr pro viribus om*
nes, ut nee juventus scholastica cessaverit, sed in pro»
trahendis majoribus tormentis, in fodiendo, terraque ges^
tanda pro suo modulo bonam operam navaverit. Accesi>
serat proprius ad portam Yuchtensem hostis, et rupta
tormenti ictn catena non levi periculo cives terrefecerat,
sed per milites quosdam pretio condnctos a Gubematoro,
pons facibus subjectis et stramentis ezuritur. Egregiam
porro operam in patria defendeoda cives illi praesliterunt,
Digitized
by Google
— 7W —
qoi qnatnor annala ngitlBrianiiD ooll^ift coBsthnimt: hi
streiraa et coodoua tormeDtornm mamiatiiuii displostone
hostem moenibus arcent. Nee cammnnis patriae perieale
propalsando defoenmt TifagioeSy quae ad bncciDae daii-
goreoi nnllo tormentonmi fragore perterriue, oeteris ope-
rariis in terra eflEbdknda, ingenti multitadiiie iflipavidase
ae adjnogunt Sexto ld. NoTemb. GraTia mbsi veoMuit
maiie ante lucón duccDti sexaginta milites, qui etsi d«*
nero panci essent, mirum tarnen in modom animos ci-
▼ium erexemot: eosque postero die magnopere coDfirma»
mnt perlatae ab Arcliiduce litterae, quibns nnnciabat se
de auiiliifi qnampriinnm ferendis Comiti Friderico Yan-
den Beighe mandata dedisse; Militis quoqne praendiarit
spectata virtos fnit, qni hostinm propngnacaloBi extxa
portam Hintamensem exstructum aggressus, quotquot ibi
erant bostes, trucidavit Qua clade exacerbatns, in prato
Leprosormn tormenta boatis locat, summis aedibns ferieo-
diS| quo facto plas sexui imbelli terroris attuUt qnam ci-
vibus dispendiiy ad damnnm tarnen quovis modo dan-
dunii non segniter intentns. Emitttt itaqne candentes ig-
ne gldbos, quod ut innsitatum est boe bello uAi genos,
tta potias borrorem incnssit spectatoribos, qnam ad exci-
tandnm in nrbe, ut sperabat, inceodtnm valnit. Ignitac
bujns machinae exemplnm oostro aevo Rex Poloniae Ste*
phanus anno septoagesimo septimo cnni Gedannm obsi-
deret, et arcem in Tistnlae ripa sitam ejusmodi tarmen-
tis quateret ac cremaret, nobis exbibwt. Sjns autem ar>
cis mnnitiones ad instar murornm GaHicormn erant fiM>
tae, qnos Caesar describit in Commentariiê de bello Gal-
lieo libro vii. ex trabibns perpetnts in longitndinem di-
rectis et coagmentatis. Has priranm diffindi^ non spbae-
rica forma globis, sed ferro acnminato Rex Stepbanns jus-
Digitized by
Google
— 7«7 —
seraty «i ad igoeoi ooncipiendttm materiaia in frusi» vel
segmenta fissam redderet aptiorem. Goojectos deinde in
ferventissimos carbones globo^, follibos tantisper ignibua-
qne ammayit, dam toti candescerent. Paratum injecto
polvere nitrato astabat tormentom, foenoque madefacto
aut gramine superje^tOy ignitus immittebatur globus, et
displodebator. Qoi nti in ligna frustatim dissecta impel-
lebalur, niateriani nniversain facile concremavit Hoc fere
exemplo usi in domos SUvaeducensium sunt bostes: Coi
tarnen malo per edictum prospicitnr; civibnsque jubetur
ut sipcam in aedium tabolatis arenam et contigoationibos
suflidentem babeant, qna igneas illas spbaeras excipiant
exstinguantque. fit tribnom Fraefectis sen Yicomagistris
negolinm committitur» ut aedes in qnas spbaeram igneam
iodiciBse snspicarentnr, cooscendant et visitent, et exor-
turn incendinm diligenter restingnant Opidani de adven-
ta praesidii cei-tiores facti, majores sumunt animos, quod
dace Hilario de Blyleren baltheo equestri ob faclum me-
morabile fidemqne decorato, ac legionis geoerosi D. d'A-*
cbincourt l^ato (CJoIonelli vicarium vulgo vocaut) non
stoe pericub» mille peditum numero introducitur, ad de-
cimum septimum Kalendas Decembris. Non destitit bos-
tis frequentibos tormentorum ictibus urbem concutere^ cu-
niculos subterraoeos agere, quibus muoitiones obsessorum
everteret. Fortuitus in urbe etiam accidit casus, Guber-
natore et Bardoulio Senatore moeoia obeuntibus. Qui cum
ad quendam stationarium venissent, tesseram ab ipso Frae-
fecto exigentem, is ut eum agoovit,booorem eidem ex-
bibere cupiens, brachium corpore inclinato comprimit, et
sclopi tractandi imperitus aut imprudens, igne non satis
accurate cusloditOi nee aversis per inscitiam a Praefecti
corpore armis, sdopo disploso in coxa eum vulnerat, et
Digitized
by Google
— 768 —
duobus lods Senatorem trajicif. Componit lumiiltiiin pra-
dentia Praefecttts, cujus virtnti et periliae miiitariy vigi-
lantiae et indostriae magnam salatis suae partem Siiyae-
ducenses acceptam ferre debent
Dam haec ibi gemntur, Archidnx Serenissimiis de pe-
ricnlo obsessorum factns certior, Gomitem FVidericmn e
castris Ostendanis cum copüs ablegavit, et in mandatis
dedity ut militem, quam maximo posset numero colUge-
ret ex praesidüs Brabantiae, et Wertenses sibi juogeret:
qni etsi ab imperio secessionem feoerant, in tam arduo
tarnen et difficili n^otio ad obseqniam redierunt. Sic op.
timns PriDceps testatum nobis reddidit, quantopere pro
civium fidelissimommr salute sit soUicitas, ut qnamvb ob-
sidio eum Ostendana impeditnm detineret, et hiemis in-
clementia auxilii ferendi occasiooem exciudere videretnr,
nibil tarnen praetermisit quod ad maturandas snppetias
pertineret: eaque de cansa Bruxellam venity et exerdtnm
brevi tempore ex septem peditum milHbus, equitum dn-
obns, et quiogentis instruxit, cnm bellico apparata re-
bnsque necessarüs, qnem Gomiti Friderico edncendam de-
dit. Ut scirent omnes homines, non imperiom modo Bet-
gicum, ad quod uxoris nomine ex successione legitima
vocatus est, curae sibi esse, sed pro ditionum suarom
salute et defensione, se unum vigilare» incumbere, bibo-
rare, causaeque aequitatem armis adiuvare, asserere, vin*
dicare. Rebus omnibus paratis, ex opido Diesta movet,
et per ericeta , quae in iUa regione» vastissima babentnr,
compositis agminibus recta io hostem tendit. Rumore is
acceperat copias ab Arcbiduce parari, et quendam ex
equestribus suis ducibus cum duabus turrois emiserat, qui
specularetur et referrét quae cognoverat. ilostis ubi in*
Digitized
by Google
— 769 —
tellexit ezerdtnm ArchidoGis militesqne lectissimos eo ani*
mo adventare, nt acie decertando obsidionem sol verent,
signum receptui dari jnbet, et vasa militari more concla-
mari. Quippe satius sibi esse et securius ducebat, rebus
et exercitu suo integro recedere, quam ancipitem belli
aleam, qua ab Archiducis florentissimis copiis, qua a pre-
sidiariis civibusque fortissimis, in eveotu certaminis posi-^
tam exspectare. Recepit se hostis, vel potius aufugit die
quinto Ealendas Decembris. Fugae enim speciem recessus
ille babnit, relictis qnamplurimis impedimentis, armis et
commeatu, qnae praesidiafii civesque iDter€q>erttnt. Sed
nt superessent nefariae obsidiouis vestigia» duo in subur-
biis tempU exussit, Yuchtense et Ortense; aedibus enim
sacris bellum indicere illi peculiare est, nee a quovis g^
nere impietatis abstinere. Ita urbs fidelissima tam variis
ab hoste artibus lacessita, oppressa et oppugnata^ Archi-
ducis Serenissimi ductu et auspiciis ab hoste teterrimo
f uit liberata, eodem illo die quo festivitatem S. Odae in
Silvaeducensi agro celeberrimam civitas illa colit. Nee
poetae defuerunt qni tam insignem urbis liberationem suis
▼ersibus aeternae memoriae consecrarunt.
Chpon^graylilea in fugam hostium deserta Silvor
ducis vigerimo septimo die Novembris anno ]l.D.a.
sole quintum gradum Sagittarii occupante^ his ver"
sibu» luiU JuDOCi» DK WtBRDT Aniverpioe a con-
silOs et Fensionarius.
LVCiBAT GiUoir, BT oYIifTO nonVs ab ortY
VaB« CVM sILVa nVCIa LIbbba vaGta rVIr.
Digitized
byGo.ogle
770 —
sILVa dVGU bataVIs sbpta, IGtaqVe saspb sagIttTs^
InYIGta AaCHiDYGU, tVtaöVi MarsIt opb.
.T aYbIaCY» ftlLVAB oVas, atqYb Coiobti
AYtTftlACA» CBUfBi», MoX IrbomoeYs abIt.
Allttd.
Avn tVbas dI«Cb»It, abIy, vYoir oGioa bYbIb
MAYiiaYs, sILYab tbCta «Y^b oYatIoo.
nIL tIbI gym sILYIb pontI IrGoLa, bb aptYb Ih YrdU
battaYb, 8BD bILYab CYLtor InbptYs brab.
«YoB bYht tYta »YG1b hYhG MobnIa, tbGtaqYb bILVax
ILLa eBOBBHDOjifiVI BBT9 «LobIa, LaYs bt bohob.
Betrogmdiuii*
SilvadociB Boa nunc miratiir moenia, bdioIio
Miltte ciogebal qaae modo NatBOVMU*
▼erte«
NattOTiof modo quaa «Ingübat ndlite
Moenia, miratur nime tva SihadnciB*
Exstani el D. Hèmkia CLaRii m émwmÊ. ^ffUetimis oc
liberatUmü ^fuidim uririê k^umwü épigmmmtM:
Digitized
by Google
— 771 —
fVBlYwt UMmLlMB UkMkVlf
. TBif bsrIsqYs CAttGb 41I>ItI,
omimjl UvnYVnt MomU
bYsGodVCumIs o»I»L
ItbrTM sTpbbbos bataYos
FBBgIstU, o B0BTB8 VIbI
bVbGodYCbiisbs, mobILIs
IbYICta CLaYbtba bbLbII.
Campomi hamd düsimiK, hoe nt^ Chrwtographico argt^
menio carmen ÜAiABiiiLUin» Yrumtids Senattd pepuloque
Gandavenri a Secretie.
haYd bILYaM CaedIb , tbbpIdYb sbb GbbIb, bt aYCtYb
ConspIGYo habo, battaYb obYbb, vYbIb. ^
Cui earmini iubiexint lepiditrimas Aot versus in nasum Ba-
tai9arum Sibfodudt ne^ptie^pêom ientata:
Pretta gravi obtidio jamdnilam Osteada rebellit
Ihiai rigety et glacie trislU ÏDhorret hiems:
Ulüma deiècta {MtieoB inconoMKU ligni
(Semper nl obaeMiB res ana curta yeoit)
Ugnaloai KanraB jnbet ire et caedere Silvam
Qua datnr« êt caeaam olawe refam neauiB.
Ergo abit, ïnque Docia •ÜTam mik aoevy^t Ulam
A radiee onmem speqne animoqae metit.
Et qoatit, atqne arcta tallatam indagine cingtl,
Jan^jaan raptaroa een aaa «eepHm lotL
Advolat Antlriaeviy aeptiiMive fideübua aitDiB
«Magaaiiiino Maoraoi cedere Xarte jabet*
Gedit et infiinu relegena yesligia pawa,
PonduB habena oaai aeBqaipedale redit.
Digitized
by Google
— 772 —
t
Et procnl Ostewke oataodent «at granfia yeb,
Cras tibi de SHva ligiia Tehentnr ait.
Corvus hians contra , Cras Gras do credite, damat,
Gredula Cras semper fallere corda tolet.
PoDite spes vanas, Mauri vU irrita Silvam
Gaedere non potait, cedere eed didiciu
MUie trahent trepidas post terga fagacia Damas
£t totidem Lepores maximas ille Lepns.
Tom moDtem ingentem ligaoram eversaque ferro
Eobora, praegrandes Uiceasqoe stnies,
Aiudlii tibi spaoi tam certam, Osteoda, fulori,
Gerta fuit Mauro quam beoe Silva tuo.
-•Oc-
Adhaec edita fuerunt in eandem sententiam hi^usnwdi dip-
ticha; quae hic dusimus addenda.
te n
Quo ruit impia goos? imitalur bella Gigantum;
YinceiiB Natnram a« qaoqne potae patat.
Jupiter, ut quondaoi, vibrabit ftiloeo ab allo;
Vel codi iDdignoa fuUune, Fiigoa edet*
Digitized
by Google
— W3 —
ProplMMticaii
Non Ducis.obsessae serTavit moenia Silvae
Alberti gladius, frigida sed glades*
I.
FrigidA si glades noHro pro Priocipe pagnat,
Yos qaoqae damaaTil frigida jam giaeiee*
n.
Alberti adveDtabte Docis dom milite cédia;
Noi» fogU a glad», aed fogia^ a gladio.
m.
Dam fagia ob frigaa, quam melKa milaa habendiur
Militia est frigos, vel gratiora pali.
im.
In te aeies glacieaqa» nrant: eor bmraa timelar?
Quae te dod alritt&it, mitior eoiae fait*
V.
Non g^aciem fbgia, aat adem; nee Kgna, iieo igniii
Haoo sopefare vflént; forte talent gladenu
▼1.
Si te 'aolpbareo pina fnfmine firigora- tèrrent)
Mêjaê Hyperboreo falmen ab axe toiialt.
Tn.
Esse dbi cavtaam difceestta firigora clamant:
Fri|^a ab exangni,' endê,[ Umor» ptttanlL '
Ifon t» frigm 1^ nbo, a0d:Mgiiilna-«ndac
Bia Iniaerf'anM ictnmy èérfytm^^ i
Digitized
by Google
— 774 —
IX.
Aal» DuriMattfani bie^Üê? cMdUe SUfw;
SUfa Mti8 UgÊkf qam caleatb hÊhéU
X.
Oiedere dtton Desds, caedit te Silfa; DadMiiie
Olojicïen» Aqpiilaty cedere cogil agm.
u.
Gaedere een netds, sds rapt» tnrpiter armit
Cedere, et hostUt TOtere terga tubae.
xu.
Oiedere ügoa Tenia, «ed eedera oogeria aiHe :
Gaedera diaoe denU li^a, oiiBoró eaMt.
xm.
Qaid fagia eb büga^, ü ligoa igniaqM,
Sin tibi dafiMriol; Sihra^.yel utm
xuu.
Silm^diiob Daoia eü^ non eat tM, BatUi?a, oade;
Vel Dncis araialat jexpeviefe mam».
XT.
Ykrea laia firagUi laeiqia ai marmote pnla^
Non metiMi fniiaa aaMa. SVrn Inaa.
XTI.
Cattaa a|^ 8iMa oriaMa nanl arboie gfendea;
Cnr fagü, e^ onlpai frigoni peata fbriU
XTU.
Cnr, HoUaada, fogïa, gMei iaignva cnlpaaa?
Ignem efc ligna iniia,-^ nenït^ koalia faabet.
xvm.
Qnia negekkifictea Bataiea» qni
JOB*
Fortia ea, ea^ Bati|ve; aak aolaa dun faidia aienn;
Dnm .tmh hoaüay ahiai CotliÉ «a» e»t Belafc
Digitized
byGqogle
— 775 —
XX.
Frigora « metnit, ear }e non ?ertis in Austrnm?
Cnr fugis in Boream? non Tenit inde calor.
XXI.
Ttt friges, calet Albertus; vel fortior ille,
Yel metait tantum tangere bmma Dncem.
XXII.
Dnm fugis, in?ictnin Albertom migora fereotem,
Yel die Oostendae mitins este gein.
XXUI.
Stringitnr Alberti gladins^ dnm atringitnr nnda :
Fogiati glaciem? jam fagit ipaa^ redi.
xxini.
Yincere via hoalem? te Bmmae firigora viilcnnl:
Diaee pati ad Chinaa frigora, deinde 5 redi.
BIBÜ8.
O BataYaef neqne enim Batavi, qnoa frigova frangnnt;
Noster ab Ostenda non ita miles abiL
TL4DSD8.
Sii?a inTieta manet, Batavi, quam frigora et aeatos,
Defendnntqne Dncis castra, Dncisqoe Bens.
BIftAS.
Hncy Fnriae, flammasqne notas acoendite, teatra>
Qni glaciem metnnnt. non aatis igne edent*
Si ingat Antnmmis propognana frigore Siifam>
Ostenda BataTOS, eredo, fngabit
Qidbus stttjjungimus dè obsidume Silmedueemi elenchtm
in BatavM ab ipsis Silvaeducetmbus edUum.
Digitized
by Google
— 776
SIlYaedneeafll cleachos te
Qoae vestraei BaUYÏ, subiit Tettania menli,
Dicite? ciir Domioi sortem, qaam prolegil ipae,
Non aliter gallina suos quam coUigit alis
Expassis palloti Silvae temer^re Dacalia
Hactenos exactum bene virginiUiüs honorem
Tentatlis? nnm tos tam caecos fasdnat eirbr?
Dacitb hanc ïpaam, qoae tot labentibua annis
Sollicitata procis fuit, inviolataque mansit,
Inclomito Batayum petulanti astnqne stuprandam ?
FalJimini| Snperos ai non curare putetis,
Yirgineos Silvae aibi carae ardentius artus*
Qaod vestri fait ergo (precor) capnt ansaque, larba,
.Consilii? quid caplabas com plebsque patresque
Comqoe Tiri* matres placato Namine coeÜ»
Uno sanctorum colerent aolemnia festo
CuQCtorum, tam vos odiia furialibut acli,
Inceptaretis SuperU inferre daellum,
Scilicet haec Tobia male «ano pectore fukit
](rrila f pet, populus Divisque Buciqne rebellia:
Quo4 aimol ac veatrae tonilni reboante balistae
Hoenia terribili quaterent aedesque ruina,
Percplaam. raperet stadia io contraria Givem
Terror, ^t lioatili ipaniii cito dederet orbeni*
Fallimini miseri, vestros dementia sensas
Haec ai ludificet vel apes éa iactet inanb:
Nam UffX «uiamaü conoordia foedere mentef
Canctornm, qaondam aea Tinxit tela Scilari,
Qoae bene constricto jungebat copula fune :
Ut marot Lacedaemoniot banc rite vocarity
Digitized
by Google
— 777 —
Quae pia consUiiti sic pectora firmat amöre,
Unio, nee telis saperanday nee uoio morte.
Hem scio taDtamin qoae üt fidncta remm:
Hactenus insidias ▼a$lis qai straxit in undia
Sqoammirerae Batavus genti^ nuno cardine remm
Ridicule niminm mutato, lendit in orat
Venator, pia SU va, tuas, quasi praeda latranti
Sint tradenda gregi, pia cuncta animalia Silvae.
Callide te tantes credo venator in ansus
Impulil haec animi nimium fiducia vecors,
Qnod nil per Silvam ratus es palare Ducalem
Quadrapedis^ praeter lepores, cervosque fngaces:
Qualis in oecnltis babitatque conieulus antris:
Si quae vel latitant nUis animalcola Silvis
ld genus ^ hostili saltem terrenda latratu.
Ast longo coeli tractu deceptus aberraa.
Si tibi tam stolidam Indat persuasio mentem:
Ictus enim velnti piscator jam sapis^ eoqaoê
Silvadttcis nutrik Lynees, Ursosque gementes,
Impavidasque leas, quos magnanimosqoe leones,
£t qui fnlmineia jaculantur dentibns apros :
Quornffl vi praeoisa canum sunt crora pedesqne
Vestrorum, ut claudis repetant sua gressibus arva,
Sed quia vos tantis jactetis in astra trophaeis,
CrediUs et Martis pullos, tos sanguine cretos
Bellonae, mibi si fas est, memorate roganti:
Quid nam praeclari strategematia ante Ducalem
Effectum Sil?am? quassis num moenia moris
Scandistis? terra fossas implestis an altas?
Biruta reddendo num propugnacula^ Marte
Omnia terribili prostrata et victa dedistis?
Nil minnsy imbelles sed conterrere puellas,
C. 50.
Digitized
by Google
— 778 —
Matret, atque nnrui» paindam miiüdife liaore
DebiliUre genua, firemitu» lowtniqiiA faaüstae
Majoria, aae ae mattiia objedare nrili,
Egregios 'vcro Maiiia rigïdoMise laborea.
I noDO et magsU effer tna gaafai tnoa^ibb,
I populo phalena, Hollandia, porrige, ne moz
Uaqva adeo flnagnaa, ae anppediUre qnefatnr
Irapenaas, <itiem ^>e tam aaepe Ulndia inaiiL
Siqae aapia poat Ine odio Teiare a«ptfiio
Deaine tam ai^>ena oarnm popahuacpie fidelem.
Sed Doa Chriate tibi meritom caDtamua honorem,
Aooepinm femuia iUm, «fnod aint amnia aaha.
Tu regia anna mam chrïa, tn braolhia lorqaea,
Tu taUria eoa elypei miwiaMiie aencti
Uostilea contm iDaallM} ta pcotmna niidia
Ceu auper iofcaia inoettdia ab aadUboa aroca.
HiDc tibi aoa^ et naü, et qui naacepfr ab ilia,
Feata aajabaantai doida cwmalahimM araa
Uaque noria ai^ena eotemnia et iata coleoma:
Atqne Odae leato leataa eaatahlmia odaa^
Dom Tagna altefm loatrablt iampade i
PboebM» et ■itriB«>^ Tokctinr
Digitized by
Google
BALADE
BK BELEGIKIHGIE ERBI VERIOSSINGHE
yjLmX STUIT TAH
t'0iQeit00ett''b000cl)e*
Carmina duo ckron&graphiea.
fYgIViit BinLIiB bataVI, InaVK sVrnios »ataVos'
TmBBbQVx GAiCb axbM, nnlnrls, o wnn YIaI,
ownsA URQyyHT KoirIa BVaGoDYCBias, mmlLb
BVsGonVCimb oppIdI. IhVICta CIaVstia bbLqII.
Naar die Copyie
fcy Bi
Anno 1601.
t*>Btirioge»lio— chc ,
— Het consent.
Digitized
by Google
i
Doie Balaie is afgedrukt naar een leldsaam
werkje in kl. 8»., groot 8 ongepag. blada., ,
in de boekerij Tan bet Ifoord-Brabandsch Geoootadiap.
Digitized
by Google
Tsa^'Fama, laet a trompettai du clincken,
Maeckt alle landen ende steden bekent,
Hoe dat Mauritins fsweirdt metten moet laet zinkeu,
Want hem Fortnna den rugge bier went,
My latende Sylva maecbt ende ongheschent,
Wyeos eer met gewelt by meynden te croocken.
Een snelle blyscbap, o Fama, soo brengt bem ontrent,
Want der vyanden macbt door my is ghebrokea;
Bootschapt de gene, die in droeflieyt zyn gedoken,
Dat zy Godt toescryven d^eer, prys ende glorie,
Want in zyn bant staet beyde strydt en victorie.
Eest u niet indacbticb, Maurits, oft zydis onvroet,
Oft heeft u een weynich voorspoet dit doen vergeten,
Hoe den iagher HoUack, met grooten boochmoet,
In dese myn warande bem beeft gbequeten?
Hoe bem den rtigghe met spiessen wert gemeten,
Colonellen, capiteynen bier bleven int velt?
Hoe zyn crychs-beyr wert ter neder gbesmeten,
Syn ruyters en peerden ter eerden gbevelt?
Meynde ghy beter te varen, o ionger belt?
Neen, neen, dus spigelt u aen hem, eer gbyt beclaecht:
Die bem aen een ander 'spigelt, die spigelt hem snccht.
Digitized
by Google
— 782 —
Niet nae d'anw gebniyck oft crydb manieieD
Hebdy my opgeheyscht met ridderlyck bocbeei,
Maer u herauken waren, noyt vrander be$Ui«D,
Slangen y cortoawen oft ganonneo wreet;
U posten waren cc^ds ende vierbaUen beet.
Dit waren die boden »en my gbesonden.
Salmeii soo een maecbt op eyschen, die wyt en bieei
Als een peirlo vermaert b? Hoort myn vermonden:
Neen, dit en is den wech niet tot geender stonden:
Met soeticheyt salmen de ma^hdekens aengaen:
Die als vrient niet en clopt, bem en wort niet opengedaea.
Als eenen roock sgdy opgeclommen,
Ende aU eenen roock weer verdwenen, Ziet,
Maer beter waerdy voor my noeyt gheoommen»
Soo waerdy gebleven, boort myn bediet,
In u respect en eere; wtnt min dan niet
Worden n voorgaende tropbieen nu geaobt
Te seer staedy op Fortona, swack ab een riet.
Niet denckende, die sy beden toelaebt,
Sy morgben vereeert en den mgb bitt onsacbit,
Soo blyckt aen u wtvlucbt wt onse waranden:
Tocb lis beter gevlucht, dan gebleven met scbandeo.
Digitized
by Google
— 788 —
Op hope van tweedracht onder myn borger^e.
Om dat wy hier waren sonder garnisoen,
Waerdy hier ghecomen, ende dat buyteo tije,
lae in des wreeden winters saysoen.
Neen, neen, o Mauris, wilt dit wel bevroen,
In tyden van noot soeck ick assistentie ,
Hoe wel my verleent is, om mgn daden coeu, .
IKt princelyck voordeel ende preëminentie,
Mgn stadt te honden sonder vreemde defentie;
Maer d'oude spreecwoort luydt, wilt hier op lellen:
De noot die breekt privilegiën en. wetten.
Omberoemelyck mach ik, Silva, nu spreeckeu,
Dat ick noch maecht ben ende ongheschent,
Oock myn hooft als een peerle opsteecken,
lae boven de alder vermaersle steden jent;
Want waer is die machtighe Troya excellent?
Is sy vanden Grieken niet tot den gront geraseert?
Waer is f groot Cartago, die seer violent,
Yan Scipio ghewonnen wert ende overheert?
Wert Sagontum niet van Hannibal gespolieert?
Forluna verheft wel, maer slaet weer ter nere,
Maer ick, Siiva, als maecht, noch triiuDpherc.
Digitized
by Google
— 784 —
Een minlyck accoort heb ick sien blydien ^
Onder mjn mede borghers int gbemeyn;
Sdaegbs sachmense spitten, graven en dgckeo,
En des nachts sachmense waecken groot en cleyn.
Een wacker sorcbvuldicheyt sach ick daer certejn;
Geenen arbeyt» hoe groot, en mocht hen verdrieten,
Sy vochten voor Godjt en haere princen reyn;
Sy en achten op svyants donderen ofte schieten;
Elck een wou des anders droefheyt genieten,
En was enen willich in allerm oft ghevecht:
Daer eendracht de peerden ment, gaet den wagen recht
Al syn myn poorten. ter neder ghesleghen
Boor tgewelt van u canonnen swaer,
De miltheyt rayns hertochs set ick hier teghen.
Die ick ghenieten sal voor oft naer:
Myn privilegiën sal hy vermeerderen claer,
Om myn ghetrouwicheyt aen hem bewesen fyn.
Myn particulier schaden en acht ick niet een haer,
Nu ick weer in myn oude vryheyt mach syn.
Weynich profyts hebdy ghedaen op dit termyn.
Dus maeckt u vry door met al u vreemde gasten:
Silva en is geen cat, sonder hantschoen aen te tasleo.
Digitized
by Google
— 785 —
Maer als ick overdencke hoe menigen aenétoot
lek, Silva, weerstaen heb, een maegbt deiicaet;
Eeos door borgherlycke tweedracht seer groot
Id d'iaer van negenentseTentich dit gade slaet,
Doen d^bloet mynder borgers liep OTèr straet.
Wiens doot ick beschreye sonder vermyen;
Daer naer door Synons bedroch en Terraet,
Doen Hollack met ghewelt my qnam bestryen,
En nu dé heircracht Mamiti aen alle syen;
Dies icky Godt lovende, wei mach segghen altyt:
Heer, die gfay lief hebti ghy vadierlyck cast^t.
Over de negen oft thien daysent scheuten wreet,
Meeste van canonnen ofte cortouwen groot.
Met groote menichte van vierballen heet,
Heb ick vromelyc weerstaen, noyt wreeder exploot
U trencheen zeer diep end' u grachten bloot,
Met u hooghe bolwercken, breet ende wyt,
U daeghelyczsche allarmen ende harden aenstoot,
Het bullen oock van myne grachten snbgt,
lae al u crijchspractycken ende orloch» gecryt,
U donderen en. schieten en deden my noyt flouwen,
Want seer vast hy bout, die op Godt stelt syn betrouwen.
Digiti
itizedby Google
— 786 —
Soo d^oude GmokeOi niet om Tereeleiiy
Den dach odebreetdw seer meiksk feat,
Doen Hercules iustdde dtllkiipisclM fsfém
Op doi berdi Olimpo, als een campiocD secr stool;
Soo Alderhej4ig«i daefa» daer ghj niet af en hout.
Int iaer sestieokMidert ende een ^Mftdt»
Den eersten dach NoYcmbris OBveFflonti
Doen ghy mj onrengde met al u gbewelti
Den sevenentwintifihstett der aelver maeat gemelt,
Dach mynder Terloismge door de haol des Heecea:
Dese twee doghen aal itk ah^t honden in eeren.
Naest Godt moet ick d^eer mynder heschenmng tonschryyc
Den heer van Gfohbendoncq, als een ridder valliant.
Door wiens cloecLheyt ende oorloghs bediyven
Ick verkst ben wt der yjanden hant;
Dies hy verdient heeft, ab een hek triumphant.
Een onsterffelycke eere tot allen tyeo.
De sorge ooc myns bisschopa en, herders constant
Moet ick loven en dancken üiet de clei^ye»
Die met bidden en waecken, soo ick beige,
Hem loflgc geqveten heeft als een herder gepresen»
Want inden noot wil Godt aragebeden wea^n.
Digitized
by Google
— wy —
De mamidydkt doeokbc^ «ode neerstiohede
Van ioDcheer Phftli|i6 vut Breclit mer pfadaatty
Hoochschoutetiir vmn myii piinoelyeke stede^
Met de vaderlycke sórgïe abondaDt
Tan mynen loffwterdigon magistraet vigQafit,
Door wiens w^sen eade Yoargfarigïifti racft
Myn boi^herge yertrooal is aen elokcn cant
En den enneD i^pgst vroech ende kec,
Den seif^l fnuors eloeoUiegrt met wil en. daeit,
lek loye oude piyMi dies aeg» ick «b da viye:
D'welTaren van een stiidl h goede polioge.
Hoe sal ick rolprysen d^heroicque coHragie
Yan graef Adolph, die weirdieh is Tercert
Metten lauriren crans, want met manlittfce rage
Hy lyf ende leven voor my heeft gheaventnreert,
lae als een leeuw hem vobr den vyant gepresenteert
Op myn wallen en trencheen. certejn.
Des stadthouders lof dient vedpeven end'ooo Termeert.
Capiteynen, lientenanten eB^vaèndragCfS veyn,
Der sergianten doedieyt piys ick int gemqm,
Metter schntleiytn nmnicheyt trea van maniren,
Ook Jbedaack ick die vrome en cloecke mnsquetiren.
Digitized
by Google
— 788 —
T'secoon der sudt Graef moet ick bedanken claer,
Die om myn eere wonder hebben bedreven.
Alle TTome ende cloed^e soldaten voorwaery
Insgelycz den lientenant ookmnel Blyleren,
Wyens compst den vyant dede schudden en beven;
Maer ghy, al myn vrinden , dié daer zjt verbijt
In dese myn verlossinge verheven,
Spigelt u aen my, al biedt u den vyant strydt,
Wilt daerom niet flonwen , maer cloec en neirstich zyt
Den vyant te wedenlaen, nemende €kidt te baten :
Die den Heer betrouwt, en sal hy niet verlaten.
Noch int besonder moet werden gecelebreert
Den lof Alberti, myns hertochs zeer zoet.
Want niet tegenstaende hy was gheoccupeert
In Ylaenderen voor de stadt van Gistende onvroet,
Nochtans heeft hy wt een vaderlyck ghemoet
Afgeveirdicht ondert ghébiet oft commandement
Van graef Frederick vanden Berghe goet
Ende comte lan lacomo diligent
Een princelyck pntset, dies ick, Sylva, jent,
Haèck en verlang nae myns hertochs comste net.
Want de herders ooge maeckt de schaepkens vet
Digitized by
Google
— 789 —
Al die Yoor my haer bloet hebben ghestort
En haer leven gewaecht als crychsliden idoon,
Synde met tsweirt des gerechücheyts omgort.
En vromelick gestreden voor slants welyaert schoon ,
Wensche ick, Sylva, voor lecompense en loon,
De volmaeckte vrencht der hemelen zoet,
Daer alle haer traenen voor des Lammekens troon
Afgevaecht znllen vf orden, als martelaren goet.
Maer boven al, o myn Godt ende Heere vroet,
Die my beschermt en. verlost hebt telcken keere,
U gheef idn danck, loff, prys ende eere.
Tam Dodf obtesne senniTit moenia Sylvae
Albcrti gladias, frigida qnam glaciet.
Ten «rchiere der sUd 's HertofpenlMMch wordt een register be-
waard, in den Inventaris van boeken en losse stukkeu, rakende
hst KrijysweMen, n». d, aldus omschreven: »a Maart 1002.
Opgave der schade aan de openbare en partikuUere gebouwen
veroorzaakt door het vijandelijk vuur hij het beleg van 1001,
opgemaakt door beiedigde paalmeeeters {tasateurs) ten over-
staan van een' openbaar fioliirw" (origineel stok, groot 08 ble-
dmi\. waaruit blifkt, dat 010 kerken, klootten , huisen ens..
Digitizéd by
Google
„ 790 —
eene aokide hfétima folede» iftfe 41410 gL, nwiiki 35«
gl. Toor de beschadigde molens, 1400 fi, toot ecn^ aigebrokai
molen en 4000 gl. voor de Si. Comeliskapel op bei etnde tbo
denT«dÉlttdqk, «tlMtl tmidd» iQ M«r ^fMl paodea k te.
Tem opgegeven hoeveel kanonschoten eik gdboaw gpCrofci
hebben. Op 438 gebouwen ilJn te samen 3317 kogeb neder-
gesCoH. V oof d6 topognphie der siad Xtn dfeii t^A es vuur
de geschiedenis van dit beicg. ia fffnocmd rogbUr lidangiJjjiL
Tan hetselve bestaat een duplicaat en triplicaat, onder n* 3 ea
4 van gemelden itoventaris, doch beid« iijn vee! onvollediger.
CS©
Digitized
by Google
INHOUD.
BLAVZ.
Inleiding.
Die chronicke tander "vennaerder ends Tromer atadt Tan Tsettogen-
boscb, int oorte Tan Henriciis die eerste, hertoge Tan Brabant, tot
PhiUppua Tan Oestenryck, coninck Tan Engelani ende hertoghe Tan
Brabant 1
Eerste Terrolg op de kronyk Tan Aujiktos Cwnnrus* 141
BijToegsek en uHbreidingen, Toorkomende in de Termeerderde en tcn
Tolgde kronyk tan Ailjsmus GüpgiumjB. . . . • • 161
Tweede Tervolg op die Ghïonicke Tander Tetmaerdet ende Tromer stadt
van 'sHertogenboscb , door AxLuaros Gümnivs 865
BijToegaelB op de voorgaande kronyken der stad en meijerij van ^ Het-
togenboadi • ••• • 364
Hisioria remm SilTaedods inde a die iv mensis Octob. anni MDLXXYII
nsqne ad diem zxyn Jnlii anni MBLXXXI geataram. Anctore magistro
HiTHAimo YoiCHT ab Aut^Heosden, J. U, licentiato ao Tenerabilis cn-
riae eoclesiasticae Buscodncensis adTOcato fiscali 307
Justificatie Toor den goeden borgeren der stadt Tan Tshertogenboascbe. 638
SenTondigbe ende waracbtige Terantwoordinge der Trtgewekene borge-
ren der stadt Shertogenboscbe tegens de onghefondeerde Justificatie,
inden name der ingebloTenen onlanoks wtgbegeren ••#•.. 647
Gort^Terbael Vande Tictorie, die den Heere beeft ghelieft den Tolcke van
myn heeren den Staten te Terleenen OTor de stadt Tan EyndhoTon, nu
den serensten September lestledeu [1681] 606
Brief discours d^one mëmorable entreprinse, naguéres attentée sur la
Tille de Bois-le-Duc, Ie lix de Janvier 1686. .,..• , «... 603
Digitized
by Google
Gnindtliche Erclarung ^ie es mit dem feindiUchen Anlauff unnd Ein-
grifTdes Graven tod Hohenlo in Hertzogenbosch warhafflich geschaf-
feo, und was sich ein wenig darrori in und nach demselben verlauf-
fen unnd zugetragen ...dl/
Ode triumphalis ciYium Silvaeducensium, auihore GsaAU» Baükwake 825
Verhaal der inhuldiging van Philips II, als hertog Tan Braband, den 22
en 23 September 1649, en der plegtige uitvaart van denselfden vorst,
den 8 November 1598 , beide te *s Hertogenbosch. 650
Descriptio monstrosi foetus, Busciducis anno 1696 nati. Accedit descrip
sio trium cadaverum in eamdem orbem allatorum. Auctore M. Jaoobo
DoNCK., civitati a secretis 677
Berigten wegens het vervolgen van personen, verdacht van looverij, in
de meijerij van 's Hertogenbosch, in den jare 1692- 1696 693
Verhaal der plegtigheden geraamd bij de inhuldiging van Albert en Isa-
bella, als hertog en hertogin van Braband, in 1609, en plaats gehad
hebbende bij de uitvaart van |>rins Albert, den 13 September 1621,
beide te 's Hertogenbosch 709
De Silvaeducensis civitatis ab hostibus obscssae liberalione 767
Balade op de belegeringhe ende verlossinghe vande stad^van t'sHerto-
gen-bossche • •...•• 779
^
Digitized by
Google
Digitized
by Google
UNIVERSITY OF CAUFORNIA LIBRARY
BERKELEY
Return to desk from whichborrowed.
This book is DU£ on the last date stamped below.
6
""'^c,,
VJG 1(5195519
r-
CT
1
'_
5
'
•p'
O
-tl
n
2
r-^
5
^,
►- •
:0
5»
-Tl
•
x>
O
-<
r"^
u:
l-"
r '1
o
"1
.'t*
•
'
LD 21-100mV62(A26288l6)476
Digitized
by Google
ioogle
^^tL^A^yt un<vrK-Vi-ii.«*V'^