LTG Kort

Het ontstaan van LTG, de Letterhoutemse ToneelGroep

De stichters en hun eerste doelstelling.

De Letterhoutemse ToneelGroep ontstond in feite in de schoot van het Passiespel van Letterhoutem, waar een kern ook eens iets anders wou brengen, en wou inpikken in de rijke traditie van toneelverenigingen in de andere Houtemse deelgemeenten. Het Passiespel was ontstaan in 1978 in het ‘Jaar van het Dorp’, en het beklemtonen van het Letterhoutemse dorpsgevoel was heel levendig. Peter De Naeyer was als toneelspeler actief geweest in Bavegem, en nadien in de Zottegemse Meiblomme, en vond in Lieven Latoir, Daniël Martens en Luc De Knijf enthousiasme genoeg om er naast het Passiespel ook nog een toneelvereniging bij op te richten. Zij nodigden gans Letterhoutem uit om daaraan deel te nemen.

De eerste realisatie

‘Trouwen of betalen’ in 1981 was de eerste klucht die werd opgevoerd. In het zaaltje ’t Kerksken’ van Letterhoutem werd nog gespeeld met als verwarming een goede ‘schoolstoof’, en toen Robert Bockstaele in een hondehok kroop dreigde de zaal in te storten onder het gebulder van de gezonde lach!

De band met het Letterhoutemse Passiespel

Er was een kern medewerkers aan het Passiespel die ook nog iets anders wou. Op een vergadering begin september 1981 waren een twintigtal mensen enthousiast aanwezig om een toneelbond uit de grond te stampen. De najaarszon die het chirolokaal binnenscheen gaf de eerste naam aan de groep: gestreeld door  ‘De Najaarszon’ wou men die zon ook uitdragen over Letterhoutem.

Een paar hoogtepunten/herinneringen/anekdotes/…

Hoogtepunten zijn er teveel om op te noemen:

in Letterhoutem was en is er altijd veel ambiance. Op de repetities werd er steevast hard gewerkt, en nadien even stevig nagekaart, Op de voorstellingen werd dit ook een gewoonte, zeker toen de ‘premièreformule’ werd ingevoerd, en stilaan ook alle voorstellingen een echte feest werden voor spelers, medewerkers én toeschouwers. Dieptepunten waren er nooit in toeschouwersaantallen. Afscheid nemen van allerlei medewerkers om diverse redenen was wel altijd even slikken. Wat je samen hebt meegemaakt vergeet je niet, en als bepaalde mensen afhaken blijft dat een pijnlijk verlies, maar dat zal elke vereniging wel eens meemaken. Wat de voorstellingen betreft was ‘Het bal’ een fantastische realisatie omdat er werkelijk door iedereen werd ingepikt op de ondertussen ingeburgerde gewoonte om improviserend te repeteren, en er bijna geen tekst was, en er toch echt toneel werd gebracht!

De jongste jaren wisselde het opzet van de LTG naar meer inhoudelijke stukken tegenover volkse komedies.

Deze wissel kwam er bij het tienjarig bestaan.

Er werd gezocht naar kwaliteitsverhoging omdat enkele kernleden wat uitgekeken waren op de voorspelbaarheid van een gewone klucht. Na het succes in 1987 van ‘De Piskijker’, een stuk waar de politieke actualiteit van Houtem onderhuids ten berde kwam, werd een Amerikaanse klucht uitgeprobeerd, en misschien was er wel niet genoeg komisch talent aanwezig om een bevredigend resultaat te behalen. Een aantal mensen ging ook regelmatig producties bekijken van professionele gezelschappen zoals het NTG en amateurverenigingen zoals PACT in Aalst, en kreeg de smaak te pakken om wat ander werk aan te pakken. In Gent zagen zij ‘Pygmalion’ – de oorspronkelijke toneelversie van de musical My Fair Lady- met Herman Coessens als hoofdacteur, en toen zij in Zottegem een eindejaarsvoorstelling zagen van de toneelschool van diezelfde Herman Coessens, gingen zij met een ei in hun broek vragen of hij hen wou regisseren in een voorstelling van Pygmalion ter gelegenheid van hun tienjarig bestaan. Dat zij die voorstelling wilden spelen in de tot de verbeelding sprekende ‘zaal Pede’, de huidige drankencentrale, gaf hem voldoende honger om eraan te beginnen. Sindsdien werkten we 17 jaar verder met hem als regisseur, omdat hij bij elk nieuw stuk voldoende aanzetten geeft om onszelf te overstijgen, en er als Letterhoutemse ToneelGroep fier over te zijn wat we toch weer voor mekaar hebben gekregen.  In 2009 was het terug tijd om eens vernieuwend uit te pakken. Mark De Wit werd aangetrokken als nieuwe regisseur voor ” Mee den Geiren Bij naar den EXPO” een stuk geschreven door Lieven Latoir. Dit keer werd het teatrale versterkt door een audiovisuele inbreng.

Twee jaar later bestaat de Letterhoutemse Toneelgroep 30 jaar. Hoe gaat een toneelbond er mee om, met dertig jaar samenwerken, en hoe gaat hij dat vieren? Ideale vragen om een stuk te schrijven. Lieven Latoir schreef ‘een ‘ mogelijk’ verhaal rond de viering van een toneelbond en wat er op de repetities en achter de coulissen ook leeft in vreugde en verdriet bij hen die meespelen, meewerken, of komen kijken. Dit was FEEST !

In 2013 gingen we op zoek naar een stuk met veel volk, veel enthousiasme en leuke sketches en kwamen zo terecht bij “Kus me en blijf” van Jan van der Mast, later omgedoopt tot “Besame Mucho”. De prachtige film “Le Bal “ (1983) van Ettora Scola was een inspiratiebron voor zijn verhaal en deed ons terugdenken aan onze voorstelling van 2002 “Het Bal”. De regie werd verzorgd door Theater Boutique. Twee regisseurs, Jits Van Belle & Léonthine Van Wassenhove, een grote groep spelers, live muzikanten en een heuse dj.

Er werd besloten om opnieuw op jaarlijkse basis te spelen. Léonthine Van Wassenhove bleef onze huis regisseur en bracht heel wat jong talent mee. De lat werd terug iets hoger gelegd met het stuk “Een Midzomernachtsdroom”, een voorstelling die zich afspeelt in een sprookjesachtig decor…. De Letterhoutemse Toneelgroep vierde hiermee de 450ste verjaardag van William Shakespeare en barcht zijn sprookjesachtige romantische komedie “A Midsummernight’s Dream”.

Het jaar daarop werd er gekozen voor een lichte komedie, Une Belle Histoire, dolle avonturen die zich afspeelden in een (chic) hotel…Geschreven en geregisseerd door Léonthine.

In 2016 brengt de komedie “Don Juan” ons bij de Franse toneelschrijver Molière, weliswaar in een iets moderner kleedje gestoken door Nathan Vecht, geregisseerd oor Filip Vandemeulebroecke.

Het geheim van de LTG

In de eerste plaats de vriendschap, en daarnaast werken en nog eens werken… Tot Pygmalion werd er vijfentwintigmaal gerepeteerd per stuk. Sommige toneelgezelschappen halen nog niet eens de twintig repetities. Vanaf Pymalion werden er per stuk vijftig repetities gepland én gehouden.  Het geeft de gelegenheid aan steeds nieuwe spelers om de tijd te vinden zich in een stuk in te leven, en zich in te leven in hun rol, zonder voorgekauwde regisseurstruken. Toen we besloten om opnieuw op jaarlijkse basis te spelen was het oorspronkelijk de bedoeling om de acteurs wat meer ruimte te geven en de vrijheid om een jaartje over te slaan, toch stellen we vast dat een harde kern liever geen productie mist. Anderen maken er wel gebruik van, wat niet slecht is, want het is niet eenvoudig om goede stukken te vinden met een bezetting van soms 25 of meer enthousiaste acteurs.