fr de

De Gemeenschappelijke Sociale Dienst (GSD) werd opgericht in 1972 en is mettertijd dé sociale dienst van de openbare en lokale besturen geworden.

In het kader van de evolutie van de instellingen werden de taken en het personeel van de GSD op 1 januari 2017 overgedragen aan de Federale Pensioendienst en daar geïntegreerd in de dienst P&O. De GSD zet zijn opdracht, de socioprofessionele begeleiding van het personeel van alle overheidsbesturen, dus voort via een interessante synergie.

De Gemeenschappelijke Sociale Dienst (GSD) werkt als een sociale dienst van het personeel. Heel wat besturen kunnen zich geen sociale dienst veroorloven die instaat voor de extralegale voordelen en sociale begeleiding van het personeel in het kader van het welzijn op het werk. Middels een bescheiden patronale bijdrage van 0,14 % op de brutoloonmassa, kan elk bestuur zijn personeel toegang verlenen tot de Gemeenschappelijke Sociale Dienst.

Een dergelijke dienstverlening is mogelijk dankzij het samenvoegen van de bijdragen van een groot aantal aangesloten besturen, vandaar de term 'gemeenschappelijk'. De herverdeling van de bijdragen onder de vorm van tegemoetkomingen van allerlei aard gebeurt op basis van objectieve criteria en maakt het mogelijk om aan de zeer diverse noden van de begunstigden van de GSD te voldoen.

Op dit moment telt de GSD meer dan 500 aangesloten werkgevers uit Wallonië en de Brusselse regio en daarnaast ook een aantal Nederlandstalige besturen.

Het beheerscomité

Over het algemeen komt het Comité twee keer per maand samen om de uitzonderlijke aanvragen voor een financiële tegemoetkoming te onderzoeken en te beslissen of deze al dan niet kunnen worden ingewilligd. De dossiers die worden voorgelegd worden anoniem behandeld. Over het algmeen laten de leden van dit Comité zich leiden door het principe van een billijke behandeling van alle begunstigden. Een gelijke behandeling is dus verzekerd.

Dit Comité is samengesteld uit een voorzitter, drie vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties en drie vertegenwoordigers van de representatieve werkgeversorganisaties.

Leden van het beheerscomité

Het personeel van de Gemeenschappelijke Sociale Dienst

Een adviseur is verantwoordelijk voor het toezicht op en de coördinatie van de verschillende activiteiten van de Gemeenschappelijke Sociale Dienst. Ze wordt bijgestaan door een hoofd maatschappelijk assistente die instaat voor het toezicht op het sociaal werk van het team van negen maatschappelijk assistenten.

De maatschappelijk assistenten zijn verdeeld over geografische sectoren en staan zowel ten dienste van de besturen als van hun werknemers. Op het terrein passen de maatschappelijk assistenten zich zo goed mogelijk aan de vraag aan. Er worden zitdagen georganiseerd bij de verschillende aangeslotenen, ofwel op een vaste datum ofwel op vraag. Voor wie dat wenst, evenals voor de zieken en gepensioneerden, komen de maatschappelijk assistenten rechtstreeks aan huis. De maatschappelijk assistenten leven de gedragscode van hun beroep en het beroepsgeheim strikt na.   De maatschappelijk assistenten geven ook infosessies voor het personeel van de aangesloten besturen zodat iedereen op de hoogte is van de voordelen en ondersteuning die zij van onze dienst kunnen verwachten.

Een team van administratief medewerkers behandelt de zogenaamde automatische aanvragen voor een premie en staat in voor de administratieve en logistieke ondersteuning van de maatschappelijk assistenten.   

De begunstigden van de Gemeenschappelijke Sociale Dienst 

De rechtstreekse begunstigden

Vastbenoemde werknemers en stagiairs

  • Actieve werknemers
  • Gepensioneerde werknemers; als ze in dienstactiviteit waren op het ogenblik van de aansluiting van het bestuur bij de GSD
  • In disponibiliteit gestelde werknemers

Contractuele werknemers

  • Actieve werknemers; iedereen die een loon ontvangt van het bestuur, ongeacht zijn statuut of zijn arbeidsovereenkomst (vb: arbeidsovereenkomst van onbepaalde of bepaalde duur, voltijds, halftijds, …)
  • Gepensioneerde werknemers; als ze minstens 10 jaar in dienst zijn bij een aangesloten bestuur en in dienstactiviteit waren op het ogenblik van de aansluiting
  • Arbeidsongeschikte werknemers: tijdens het eerste jaar van de arbeidsongeschiktheid
  • Contractuele medewerkers artikel 60, enkel gedurende hun contract.

 De onrechtstreekse begunstigden

Personen die ten laste zijn van een rechtstreekse begunstigde en onder hetzelfde dak wonen (bijvoorbeeld: kinderen voor wie kinderbijslag wordt ontvangen, de huwelijkspartner van wie het jaarlijks netto-inkomen niet meer bedraagt dan het bedrag vastgelegd in artikel 136 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen).

Kinderen in co-ouderschap zelfs als ze niet gedomicilieerd zijn bij onze begunstigde, volgens het vonnis of de overeenkomst inzake onderhoudsgeld.

De weduwnaar of weduwe van een rechtstreekse begunstigde die een overlevingspensioen ontvangt voor zover het extra inkomen bovenop dit pensioen niet meer bedraagt dan het bedrag vastgelegd in artikel 136 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen.

De weeskinderen uit een begunstigd gezin op voorwaarde dat er kinderbijslag betaald wordt.

 

Zijn geen begunstigden

Personeelsleden voor wie geen bijdrage wordt gestort door de werkgever.

  • Personeelsleden met volledige loopbaanonderbreking
  • Personeelsleden met onbezoldigd verlof
  • Personeelsleden met voltijds ouderschapsverlof
  • Het onderwijzend personeel met een weddetoelage
  • Contractuele personeelsleden die al meer dan één jaar een ziekte-uitkering ontvangen en invalide geworden zijn
  • Contractuele zieken artikel 60 sinds meer dan één maand
  • Weduwen en weduwnaars die een overgangsuitkering ontvangen
  • Onthaalouders
  • Vrijwillige brandweerlieden
  • Mandatarissen
  • Jongeren die deels tewerkgesteld zijn met een overeenkomst van voor socioprofessionele inschakeling

 

FAQ