Ingrediënten voor 4 personen

170 g kleine groene of bruine linzen

½ stengel bleekselderij

2 tenen knoflook

1 el rozemarijn

3 salieblaadjes (optioneel)

4 el olijfolie

sap van ½ citroen

150 g gedopte tuinbonen

200 g (fijne) erwtjes (vers of uit de vriezer)

8 groene asperges

4 el basilicum + extra takjes als garnering

4 el dragon + extra takjes als garnering

4 el munt + extra takjes als garnering

4 el dille + extra takjes als garnering

zeezout en zwarte peper

Bereiding

1) Spoel de linzen en laat ze uit lekken. Snij de lookteentjes doormidden. Snij de rozemarijn fijn. 2) Hak de basilicum, dragon, dille en munt grof. 3) Snij de houtachtige uiteinden van de asperges en snij ze in stukken van 2 cm;

4) Meng de linzen, bleekselderij, knoflook, rozemarijn (en salie) in een pan. Schenk er ruim water over, breng aan de kook en laat 15 tot 20 minuten zacht koken, tot de linzen gaar zijn maar nog niet uit elkaar vallen.

5) Schenk wat kookvocht uit de pan, tot de linzen net onder staan en verwijder de smaakmakers. Voeg de olijfolie en het citroensap toe en breng op smaak met zeezout en zwarte peper.

6) Breng intussen een grote pan water aan de kook.

7) Kook de tuinbonen 2 à 3 minuten. Schep ze met een schuimspaan in een vergiet en laat ze meteen afkoelen onder de ijskoude kraan. Als de tuinbonen groot zijn en harde, lichtgroene velletjes hebben, haal die er dan af.

8) Voeg zeezout toe aan het kokende water en kook de erwtjes 1 à 2 minuten. Schep ze met een schuimspaan in een vergiet en laat ze meteen afkoelen onder ijskoud kraantjeswater.

9) Kook de asperges 2 à 3 minuten in datzelfde water. Schep ze met een schuimspaan in een vergiet en laat ze meteen afkoelen onder ijskoud kraantjeswater.

10) Schep de geblancheerde groenten en gesneden kruiden op de linzen en strooi er de extra kruiden over.