Architectuur

Lees hier de toespraak tijdens het Cultuurforum 2020 van minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege

Dames en heren,

Het verheugt me dat u – voor een vierde keer - zo talrijk aanwezig bent op het Cultuurforum 2020. Deze vierde editie met als thema ‘Creativiteit en ondernemerschap in de cultuursector’ paste uitstekend in dit kader van de Budafabriek in Kortrijk.

Herinnert u zich januari 2010 nog, toen in het KMSKA de aftrap werd gegeven voor dit traject?Samen legden wij daar de eerste stenen voor het cultuurbeleid van de toekomst, met 2020 als belangrijk ijkpunt. Bij mijn aantreden ontbrak cultuur in het ambitieuze plan van de Vlaamse Regering, Vlaanderen in Actie en Pact 2020. Cultuur geeft nochtans dynamiek aan een samenleving. Daarom schreven we samen voor Vlaanderen in Actie een hoofdstuk Cultuur, met dezelfde methodiek als ViA. Uit de nota’s en doorbraken van de ateliers in 2010, konden duidelijke rode draden getrokken worden. Ik overloop er enkele.

U vroeg naar gestructureerd overleg en dialoog. Dit jaarlijkse publieksmoment en het traject Cultuurforum 2020 is daar een antwoord op. Net zoals het ondertussen officieel erkende BoekenOverleg en Muziekoverleg.

Transparantie en inspraak zijn een speerpunt in mijn beleid.Een jaar geleden was op onze bijeenkomst in Turnhout de spanning te snijden. De ronde voor structurele erkenningen in het kader van het Kunstendecreet was in een beslissende fase. De adviezen werden toen expliciet gecommuniceerd. In de weken erna was het opmerkelijk resultaat, de stijging van het budget voor het Kunstendecreet met 7,5 miljoen euro.

Intussen werd op algemene vraag het Kunstendecreet grondig geëvalueerd. De leden van de diverse beoordelingscommissies en de adviescommissie Kunsten, de steunpunten, belangenbehartigers en de SARC, vele organisaties en publieke fora én een door mij aangeduide klankbordgroep van experts hebben gereflecteerd over het Kunstendecreet.

Het vernieuwd kunstenbeleid zal – in tegenstelling met nu – het ritme van de Vlaamse legislaturen volgen. In het eerste jaar zal de minister van Cultuur een strategische visienota over de kunsten presenteren. Vanuit een complementair beleid zullen bij deze visienota de andere beleidsniveaus (provincies, steden en gemeenten) worden betrokken.

Een schottenloos ondersteuningsbeleid is noodzakelijk. Kunstenaars en organisaties niet meer indelen in vakjes, niet meer per discipline of werkvorm, maar vertrekken vanuit de zelfprofilering van de aanvrager. Kunstenaars gebruiken diverse disciplines en instrumenten om hun artistieke creativiteit vorm te geven.

Participatie, educatie en reflectiekrijgen een eigen nadrukkelijke plaats. Kunsten horen meer en sterker thuis in het hart van de samenleving en niet op een elitaire hoogte. De ondersteuning van individuele kunstenaars blijft, nog meer dan nu het geval is, een speerpunt van het nieuwe beleid. Dat zal gebeuren in de verschillende fases van hun loopbaan. Daarnaast is het mijn ambitie een pool van instellingen te vormen. Zij zullen de vuurtorens zijn voor het kunstenlandschap, tot ver buiten de grenzen van Vlaanderen. Deze groep zal ruimer zijn dan de huidige groep van 6 Instellingen van de Vlaamse Gemeenschap.

Totaal nieuw wordt ‘Flanders Art’. Dit instrument richt zich op wat in het huidige subsidiebeleid onvoldoende aan bod komt: Flanders Art focust op de exploitatie, promotie en begeleiding (met daarbij een sterk internationaal accent) van kunstenaars, en op de stimulans van kunst in opdracht, kunstkoop en kunstspreiding. Het is complementair aan de subsidie-instrumenten voor kunstenaars en geeft impulsen met een meer marktgericht resultaat.

Dit jaar is van prominent belang voor onze grote musea in Vlaanderen. Op 1 april dienden 23 erkende musea een aanvraag in voor indeling bij het Vlaamse niveau en voor structurele ondersteuning voor de beleidsperiode 2014-2018. Drie organisaties dienden voor dezelfde beleidsperiode een aanvraag in als samenwerkingsverband voor de internationale profilering van kunstcollecties.

De 19 musea die momenteel al ingedeeld zijn bij het Vlaamse niveau, dienden zonder uitzondering opnieuw in. Er zijn 4 nieuwe aanvragen: het museum M in Leuven, de Bruggemusea, het MAS (Antwerpen) en STAM (Gent).

Op dit moment doen de visitatie- en beoordelingscommissies hun werk en voor 1 oktober leg ik aan de Vlaamse Regering een voorstel van beslissing voor.

Duurzaam blijven investeren in onze musea is nodig. Musea slaan immers bruggen tussen verleden en toekomst, ze verbinden generaties met elkaar en ze ontplooien in een versterkte publiekswerking een steeds sterkere betrokkenheid op een globaliserende samenleving. Dit elan wil ik met mijn beleid ondersteunen en versterken.



U vroeg in 2010 uitdrukkelijk naar samenwerking en synergie.
Intussen vinden de orkesten van de zogenaamde grote instellingen en Vlaamse productiehuizen en presentatieplekken elkaar steeds beter. De meest verregaande samenwerkingsoperatie is evenwel de synergie tussen de Vlaamse Opera en het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. Dit voorjaar werd het transitierapport afgeleverd, er werden identieke raden van bestuur aangesteld, er kwam een nieuwe artistieke directeur voor het Ballet die zich prima verhoudt met de intendant van de Vlaamse Opera en de aanwerving van de algemeen directeur is bijna rond.

Met het eindrapport hebben de raden van bestuur een handleiding om de nodige beslissingen te nemen in functie van een succesvolle transitie van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen en de Vlaamse Opera naar een ééngemaakte organisatie tegen 31 december 2013.



Samenwerken doen we ook met het cultureel samenwerkingsakkoord met de Franse Gemeenschap. Deze overeenkomst heeft niet alleen een bijzondere symbolische waarde, ze komt ook tegemoet aan concrete en praktische noden van onze culturele actoren wanneer ze met hun Franstalige collega’s willen samenwerken.

U vroeg ook naarinternationalisering. Cultuur laat zich immers niet door grenzen bedwingen. Het strategisch kader voor het internationaal cultuurbeleid is in 2012 goedgekeurd. Het is een terrein waar de overheid naast haar faciliterende rol, sturing geeft. Relaties met regio’s en landen of een standpuntbepaling in internationale organisaties vergen gerichte strategische keuzes. Ook hier geloof ik in de slagkracht van samenwerking en ben ik overtuigd van het belang van afstemming, en daar waar nodig en nuttig, zelfs integratie. Vandaar dat er als strategisch organisme een cel Cultuur Internationaal of CINT nodig is.

Daarom zijn er ook middelen vrijgemaakt voor de voorbereiding om Vlaanderen het gastland te maken van de Frankfurter Buchmesse in 2016. Daar kunnen we onze auteurs in de schijnwerpers zetten, maar ook veel bijleren van buitenlandse uitgevers en langetermijncontacten tot stand brengen.



Dames en heren,

Kennis delen en ervaringen uitwisselen was eveneens één van de aspiraties van de ateliers. Gegevensregistratie is hierin een nuttige hefboom, ook in de sector lokaal cultuurbeleid. Zo zagen bijvoorbeeld onze cultuurcentra tussen 2006 en 2010 hun bezoekerscijfers met maar liefst 10% stijgen tot over de kaap van de 2 miljoen bezoekers. Tegelijk betreur ik dat de actieve ondersteuning van de amateurkunstensector eerder daalt. Er is hiervoor in het uitvoeringsbesluit extra aandacht gevraagd.

In het lokaal cultuurbeleid staan ook bibliotheken op de eerste lijn. In deze snelveranderende samenleving wordt hun positie soms in vraag gesteld. Recent werd aan de Vlaamse Regering een inspiratietekst voorgelegd over bibliotheken. Die nota bevestigt een aantal zaken, en dat is goed. Want één ding frappeert: de basisopdrachten die men al in de vorige eeuw toekende aan de openbare bibliotheek, zoals het emanciperend werken, de laagdrempeligheid en de educatieve functie, de toegang tot informatie… worden ook door o.a. UNESCO onderschreven. Als we breder kijken naar de maatschappelijke uitdagingen die zowel Europa als ViA en Pact 2020 poneren, dan heeft die openbare bibliotheek vandaag nog steeds dezelfde conventionele basisopdrachten te vervullen. Alleen de randvoorwaarden zijn gewijzigd. Vroeger moest je naar de openbare bibliotheek om bepaalde informatie op te zoeken. Nu word je door het internet bedolven onder informatie. De bibliotheek moet zich nu vooral opwerpen als een gids, een gids die mensen deskundig naar betrouwbare informatie moet begeleiden.



Dames en heren,

Het atelier Diversiteit en Participatie schoof diversiteit als troef en als rijkdom naar voren en deed een expliciet appel tot engagement aan alle betrokkenen: beleid, sector, organisaties en ook burgers. Ik neem dit engagement alvast op: in verschillende subsectoren wordt diversiteit steeds meer binnen de reguliere kaders verankerd. De voormalige federaties van migrantenorganisaties zijn reguliere sociaal-culturele verenigingen geworden. Het allochtoon sociaal-culturele middenveld staat niet meer alleen, maar maakt deel uit van een geïntegreerde aanpak, ook op het vlak van beoordeling, subsidiëring en erkenning. Die verankering van diversiteit moet ook in het vernieuwde Kunstendecreet komen. Diversiteit inbedden in regulier beleid betekent niet de ontkenning van het belang en de noodzaak om flankerende en stimulerende maatregelen blijvend mogelijk te maken en te verbeteren. Dat wordt voor het einde van de legislatuur in een aangepast Participatiedecreet bevestigd.

Er is trouwens vooruitgang in het discours over diversiteit. En hoewel we vorderen – 46 organisaties ondertekenden al een engagementsverklaring – is dit nog geen goed nieuwsshow. Beleid, sector en organisaties kunnen nog veel leren van elkaar. Daarom is het zinvol om de verschillende initiatieven, acties en resultaten te inventariseren en met elkaar te delen. Met de engagementsverklaring etnisch-culturele diversiteit creëerde u zelf een belangrijk instrument. Ik doe hier vandaag daarom nog eens een oproep: maak uw engagement kenbaar, wissel uw ervaring uit.

Ik blijf streven naar maximale participatiekansen voor iedereen. Vooral mensen in armoede kampen met vele drempels. Cultuur kan hen uit hun sociale isolement halen, hun een creatieve en uitdagende ontmoetingsplaats bieden, hun talenten laten ontdekken en ontplooien. Recent werden we nog maar eens met de neus op de rauwe feiten gedrukt: meer dan 1 kind op de vier in Vlaanderen – 27% – groeit op in een gezin dat omwille van armoede niet geregeld aan vrijetijdsactiviteiten kan deelnemen. Een onaanvaardbaar cijfer. Daarom is armoedebestrijding een prioriteit voor de gehele Vlaamse Regering én in mijn cultuurbeleid. Naast de reguliere maatregelen om mensen in armoede te laten participeren aan cultuur, loopt zoals u weet in de regio in en rond Aalst (Aalst, Erpe-Mere, Lede en Haaltert) het proefproject van de UiTPAS. Eind dit jaar evalueren we het project en nemen we een beslissing over een mogelijke uitrol. Het project in Aalst loopt goed. Er zijn intussen 7.000 UiTPASsen in omloop. Ze werden al 35.000 keer gebruikt, nu zo’n 1.000 keer per week. Meer dan 300 organisatoren en aanbieders werken hieraan mee. En de interesse voor de UiTPAS wordt met de dag groter.



Dames en heren,

U vroeg mij om bruggen te slaan naar andere beleidsdomeinen (onderwijs, media,…). Dat een cultuurbeleid moet bezig zijn met cultuureducatie is evident. Het maakt er dan ook al jaren inherent deel van uit. Toch was het bij het begin van mijn beleidsperiode tijd om een tandje bij te steken. Cultuureducatie vandaag is niet gebaat bij werelden die naast elkaar bestaan. Vandaar dat samen met Jeugd en Onderwijs, de conceptnota Groeien in Cultuur is gemaakt en binnenkort ook de nota Doorgroeien in Cultuur. Hierin hebben we vanuit onze bevoegdheden cultuur, jeugd en onderwijs, op basis van een gedeelde missie en definitie, samen gezocht naar afstemming en versterking van ons beleid. Met de nota Doorgroeien in Cultuur maken we een complementaire nota met focus op 18+’ers. Deze ochtend nog werd hier op het Cultuurforum de website www.cultuurkuur.be voorgesteld. Cultuurkuur moet vraag en aanbod van cultuureducatie beter op elkaar afstemmen. Ook dit gaat verder dan het aanbod voor minderjarigen. De zeven expertisenetwerken cultuureducatie kennen evenmin een expliciete leeftijdsbegrenzing en zoeken vaak samenwerking met bijvoorbeeld het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Net deze sector bekleedt in cultuureducatie voor volwassenen een cruciale positie. Cultuureducatie betekent immers erfgoededucatie, muziekeducatie, kunsteducatie, mediageletterdheid, literatuureducatie enzovoort. Het werkveld van het sociaal-cultureel middenveld overspant als enige in het cultuurlandschap dit gehele spectrum. Heel laagdrempelig, want veelal in lokale, vertrouwde, niet-formele of informele settings. Ik geloof sterk in deze troeven van het sociaal-cultureel werk en in de unieke positie van deze sector.

In Doorgroeien in Cultuur hebben we aandacht voor de samenwerking, afstemming en doorstroming tussen het Deeltijds Kunstonderwijs en de amateurkunstensector. De meer competentiegerichte aanpak in het DKO, de mogelijkheden om binnen niet-formele settings als die van de amateurkunsten stages of ervaringsleren mogelijk te maken, werk maken van een beter uitstroom uit het DKO naar het amateurkunsten-verenigingsleven, het zijn enkele aandachtspunten die we samen met onderwijs willen aanpakken.

Dames en heren,

Ik heb teruggeblikt op enkele rode draden uit uw input voor dit Cultuurforum 2020. De thema’s die uit nagenoeg alle ateliers kwamen, waar u aandacht en actie voor vroeg. De rode draad die ieder atelier benadrukte was ook duurzaamheid. In dat kader heb ik op mijn beurt een verzoek. Als we samen de duurzaamheid van het cultuurbeleid willen verzekeren, dan moet het voldoende verankerd zijn in het maatschappelijk debat. Dat betekent dat we samen de zichtbaarheid van de cultuursector moeten versterken. Het Cultuurforum 2020 is daar een middel voor.

Hopelijk beleefde u hier vandaag opnieuw een boeiende dag. Ik dank iedereen die aan de organisatie van deze 4de editie heeft meegewerkt. Ook dit Cultuurforum deed ons uit de stellingen kruipen, het debat aangaan en leverde ons alweer inspiratie en ideeën op. Ik dank u van harte voor de soms overweldigende input. Uiteraard stopt het hier niet. Vanaf morgen gaan we onverminderd voort, bouwend aan een nieuwe culturele horizon, aan cultuur in Vlaanderen voor iedereen. Ik geef u daarom nu al rendez-vous op de 5de editie van het Cultuurforum in 2014, in Leuven op woensdag 23 april.

Joke Schauvliege

Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur & Cultuur